MIJNHAgDTS
JOixhSS:
purol blj Huiduitslag en Huidverwonding
INGKZONDEN MEDEDEELJNGE
1NGEZ0NDEN E D E II E E L I HI.
GEMEENTERAAD VAN HOEK.
werken zonder
kramp of pijn
Doos 60cent.
sohen de gemeente en de P. Z. E. M. bestaande
•overeemkamsten voor de voaitzieming der bui-
tenv,-ijiken resp. d.«i.gebandliaafd.
Artikel 10.
De P. Z. E. M. beihoudt zich het recht voor
om, zoodra een openlbaar lichaam tot naasting
harer onderneiminig mocht overgaan, de redi-
ten en verplidktengen uit deze overeenkomst
voortspruitende, aan diat lichiaam over te dra-
wgen.
Artikel 11.
De kosten idezer overeenkomst zijn voor
rekening van de P. Z. E. M.
Aldus in. tweevouid gedaan en geteekend
te Ter NeuzenMiddeliburg, den--..
De VOORZITTER voegc, hienaan toe, dat na
de bespnti.aig in besloten vergadering en de
nader gehouaen besprejomgen met het bestuur
van de P. Z. E. M. en het harerzijds ontvangen
schrijven, aan.gezien de zaak 'in de zomerver-
gauering der Staten in geen geval meer kon
besixs word en, zij hebben gemeend de verdere
behandeling der zaak te moeten uitstellen tot
eeii voor wat betrelt de werkzaamheden rus-
tiger tijd. Zij aohten dien tijd nu gekomen.
Zooals reeds uit het schrij ven van burgemees-
ter en wethouders blijkt, stellen zij voor niet in
te gaan op de regeiimg zooals het bestuur dei
P. Z. E. IVl. die wensciht en stellen daarom voor
een concessie te verleenen zooals zij meenen,
dat dit met inaehtneming van het gemeente-
belang mogelijk is.
De beer VAN AKEN, herdnnerende, dat hij
.als wethouder een deel der besprekingen met
de P. Z. E. M. en de voorbereidiing van het
voorstel heeft meegemaakt, wijst er op, dat
men uit de stukken nog geen goeden kijk krijgt
op de gestes van de P. Z. E. M., die alleen
biijkt geeft alles naar zichzelf te willen trek-
Jcen. Zij widen geen lettertje toegeven en
daarom vraagt hij zioh af, of het nog wel de
moeite waard is am er over te spreken. Aden
zullen hieraoor toch wel overtuigd zijn, dat er
geen zaken met de P. Z. E. M. te doen zijn,
men sehiet er niet mede op. Of, bestaat er
kans thans te besluiten niet o" het verzoek
van de P. Z. E. M. in te gaan?
De heer SCHEELE verklaart zich goed te
kunnen vereenigen miet het voorstel van bur-
gemeester en wethouders, dat ze vastthouden
aan het dezerzijds ingenomen standpoint. Er is
voldoende blijk gegeven van den wil tot over-
leg. Op versdhiidende aindere plaatsen heeft
men de ervaring opgedaan, dat men zeer lang
moet praten om met de P. Z. E. M. tot over
eenstemming te komen em hij vindt het dus
goed, dat thans gezegd wordt: zoo willen wij
het, gaat de maatschapipij daarop niet in, dan
varen wij vrij uit.
De heer HAMELINK heeft zich afgevraagd
of het op het oogenblik wel op den wag ligt
van den gemeenteraad om aan de P. Z. E. M.
een concessie aah te bdedem. Hij zou de zaak
Mover andersom willen stellen, dat de maat-
schappij zou zeggen: daar is een object voor
stroorrdevering, er zit voor de P. Z. E. M. be-
lang in, Ter Neuzen als afneemster te krijgen.
Hij is van oordeel, dat 'de P. Z. E. M. zelf bij
den raad met voorstellen moet komen, indiem
het voor haar van belang is.
Hij istelt zich met betrekking tot de voor
waarden op hetzelfde standpunt als burge-
meester en wethouders, en kan zich er niet
mee vereenigen, dat niiet eenzelfde stroomprijs
zou komen voor ale ingezetenen dor gcimeente.
Dat de P. Z. E. M. daar niet aan wil bewijst,
dat de miansohen d.e deze maatscbappij bosturen
miet besdhikken over een breedan blik. De voor
waarden waarop thans concessie is verleend
waren haar bekemd en dat bestuur moet toch
wel kunmen begrijpen, dat we de tegenwoor-
dige concessie niet gaan verwisselen voor een
die' voor one nadeeliger is, zonder dat een voor-
.deel daaitegenover staat. Spreker kan zich
.niet indemken, dat de raad zioh zou neerleggen
hij een prijs van 40 cent voor de toekomst,
want hij stelt zich op het standpunt dat, als het
alleen voorzdenimg der kom betreft een prijs
wan 40 cent te hoog is en dat men daarmede
alleen geruoegen zou neman, indien dat dan ook
aan de buiterunensohem, die niu meer moeten
betalem, ten goede kwam. Het zou dan een
tegemoetkomi rug zijn voor de buitenwijken.
Spreker zou die prijs wel hebben willen ac
cepteeren voor de gaheele gemeente, omdat hij
het niet billijk acht, dat de buiten wonenden
meer moeten 'betalen. In geen geval zou hij
-dien prijs willen accepteeren voor de kom. Die
zou zich niiet aanpassen aan de omstandig-
heden. Ook de thans betaaki wordenide prijs
is in verbanid met de omstandigiheden te hoog.
Nu is de raad echter binmen een paar jaar in
de gelegenheid dien prijis berug te brengen. Dat
is hij echter niet meer als de concessie aan de
P. Z. E. M. werd verleend, zooals die nu wordt
voongesteld.
Dat zij voor Ter Neuzen 40 cent zou willen
rekenen, maar voor de buitenwijken het be
staande contract handlhaven acht spreker niet
juist en hij kan zich in geen geval daarmede
vereenigen.
Voorus rneenit hij, dat, als de P. Z. E. M. hier
ging exploiteeren en zij in plaats van gelijk-
stroom draaistroom zou leveren, het toch niet
meer dan logisch zou zijin, dat zij de onkosten
droeg, diie de aangeslotenen moeten rnaken
dioor verwisseling van motoren en geleidingen;
dlat gebeurd toch overal, waar 'n ander systeem
van stroomlevering wordt ingevoerd. Het
standpunt, dat de maatscbappij in dat opzidht
inneemit getuigt ook niet van een juist inzicht.
Spreker wijst ook op hetgeen bepaald wordt
betreffende de meters; dat is ook niet juist en
het ligt niet op den weg van den raad om zulke
yoorwaardien aan de P. Z. E. M. aan te bieden:
Hij meent, dat na de versohillende bespre
kingen over deze zaak wel blijkt, dat de raad
met de P. Z. E. M. niiet in zee zal kunnen gaan.
Hij vraagt zich daarom af, of het nu wel nut
kan hebben de concessievoorwaarden te behan-
delen. Als de raad zou besluiten aan de P. Z.
E. M. concessievoorwaarden aan te bieden,
hij d..e ook volled g gaan bahandelen, de
Jbapa! ingen over stroom- en metertarief onder
ide ocigen zien, terwijl we todh alien wetem, dat
a.x;. iij:vi, omdat cp de hoofdpuntem
geen overeemsteimming te verkrijgen is en dus
de gtheele behandeling een wassen neus is.
Spreker zou willen voorstellen, dat de raad,
gehoord de mededeelimgen van burgemeester
en wethouders, waaruit blijkt, dat geen over-
eenStemming is te verkrijgen omtrenit een
stroomprijs voor getheel de gemeenfe en dat
de P. Z .E. M. niet op zioh wil neman de kos
ten der verandering van motoren e.d., bssluit
de onderthandeldngen af te breken. Indien de
P. Z. E. M. later weer komit, kan dan opnieuw
onderhandeld worden en staat men geheel vrij,
Dat zou niet het geval zijn indien men nu een
concessie zou aaribdeden, want dan ligt de raad
toch omtrent vensdhillende puinten reeds vast,
dan kan men zioh daarop al thans beroepen.
De hoofdzaken zijn toch de stroomprijzen en
de vergoeding van de schiade voor verandering
van motoren enz., pas wanneer over die hoofd-
punten overeenstemming was verkregen kon
men gaan redeneeren over de andere voor-
waardiein. Naar billijkheid en recht moet ge-
streefd worden naar een gelijke stroomprijs
voor de geheele gemeente.
De heer GEEDHOEDT wijist er op, dat bur
gemeester en wethouders het daaromtrent eens
zijin en dat hebben ze dan ook in hun voorstel
u'itgedruikt. Wait bezwaar is er dan tegen, om
die voorwaiarden zoo aan te bieden.
De heer HAMELINK: Omdat wij die niet
kunnen aanbieden zonder de artikels stuk voor
stuk te hebben nagegaan; dan moeten we de
geheele zaak gaan bespreken em die bepalingen
wiikken en wegein, terwijl we weten, dat er
niiets van komt.
De heer GEELHOEDT ziet het verschil- niet
in; burgemeester en wethouders stellen het
zelfde voor omtrent den stroomprijs.
De heer HAMELINK: Zeker, maar u hebt
een geheel complex van voorstellen. Er staat
b.v., dat bij het op breken van straten voor het
leggen van ondergrondsche kabels of herstel-
lingen de P. Z. E. M. de werkelijke kosten van
herstelling zal vergoeden, evenwel slechts tot
een maximum van 75 cent per M2. Hoe komt
men daaraan? Wat is het motief, dat de P. Z.
E. M. niet zander meer de kostende prijs be-
taald, geen cent meer, maar ook geen cent
minder?
Indien de concessievoorwaarden worden aan-
geboden dienan die eerst vollediig te worden
behandeid en moet men daarover dus gaan de-
batteeren. Op zichzelf zou hij daartegen geen
bezwaar hebben, maar hij meent, dat de leden
daarop in het algemeen niet geprepareerd zul
len hebben en vraagt zich bovendien af waar
het goed voor is aan die behandeling een halven
dag te besteden, terwijl men het gevoel heeft,
dat er niets van komt. Er zit aan het verlee-
j nen eener concessie heel wat vast,
j Hij zou thans alleen willen te kennen geven,
j dat de raad ingevolge de houding die de P .Z.
E. M. aanneemt de onderhandeldngen als ge-
j eindigd besdhouwt en die alleen weer wenischt
te openen indien het kan geschieden op den
basis van een stroomprijs voor de geheele ge
meente en vergoeding van de schade ontstaan
door de noodzakelijke veranderingen of ver-
vangingen van werktuigen of geleidingen. Een
I raadsbesluit zander meer is dan beter dan dat
complex voorwaarden, waaraan de raad z'Ch
i dan betrekkelijk vastlegt en waarop de P. Z.
E. M., indien zij zich omtrent de andere punten
eens bedacht, zich zou kunnen beroepen. Nu
zou men b.v. vastzitten aan de meterhuren,
nemen we een besluit zonider meer, dan staan
we later vrijer.
i De heer DE JAGER merkt op, dat het col
lege Ihet ook met versohillende bepalingen oor-
spronkelijk niet eens was, dooh dat opverschil-
lende punten is toegegeven om tot elkaar te
komen, zoo ook met betrekking tot de meter-
huren.
De heer GEELHOEDT: Op onze voorstellen
wilden ze niet ingaan.
j De heer SCHEELE: Dan geven we dus bij
I deze concessievoorwaarden al heel wat toe.
De VOORZITTER betoogt, dat het verschil
tusschen burgemeester en wethouders en den
heer Hamelihk in werkelijkheid niet groot is,
maar deze wil burgemeester en wethouders
een stap terug laten doen. Burgemeester en
wethouders hebben enkele punten gesteld, a,
b en c, waarop ze meenen niet verder te kun
nen toegeven, en waarmede ook de heer Hame-
l'hk het eens is, maar zij wenschen, indien de
P. Z. E. M. alsnog met die bepalingen zou wil
len instemmen een concessie te verleenen. Toen
er spnake kwam van bet ovememen der conces
sie van de Industrieele Maatsdhappij, hebben
burgemeester en wethouders getracht iets voor
de gemeente te bereiken door het uitgeven
eener nieuwe concessie van langeren duur dan
de 13 jaren, dat de bestaande nog loopt. Met
dat denikbeeld zijn ze bij den raad gekomen,
deze heeft zich in beginsel daarmede vereenigd,
daarop zijn zij aan het onderihandelen gegaan
met de P. Z. E. M. en daar houden ze zich nu
aan, ze bieden de concessievoorwaarden ter
vaststelling aan als vruoht van het overleg,
waarbij geen volledige overeenstemming werd
verkregen. Wel zeggen burgemeester en wet
houders hierin hoever ze meenen te kunnen
gaan.
Er is tusschen den raad en burgemeester en
wethouders eenheid van hoofdgedaohte met be-
j trekking tot een stroomprijis voor de gefheele
gemeente en het dragen der kosten van veran
dering van motoren door de P. Z. E. M. Wat de
duur betreft wilden burgemeester en wethou-
ders aanvankelijk 50 jaar, dooh de P. Z. E. M.
wilde niet langer dan 30 jaar. Burgemeester
en wethouders wenschen den raad nu te laten
beslissen op de concept-overeenkomst. Wordt
die vastgesteld, dan kunnen we aan de P. Z.
E. M. schrijven op welke voorwaarden we de
concessie willen verleenen. Accepteeren ze die
niet, dan gaan we gewoon verder; de onder-
j handelingen zijn nu echter aan het eind. Dat
is nu het verschil van meening tusschen bur
gemeester en wethouders en den raad, al zijn
ze het over de hoofdzaken eens.
De heer HAMELINK wijst er op, dat het
toch veel uiteenloopt. Spreker wenscht in zijn
voorstel alleen den raad te laten uitspreken op
i welke hoofdzaken hij niet van zijn standpunt
wil afwijken. Nu zijn die hoofdpunten door
burgemeester en wethouders ook wel aldus be
handeid, maar deze willen er nog een aantal
andere zaken tegelijk bij vastleggen. E:n daar
komt spreker tegenop, omdat die punten dan
eerst onder de oogen moeten worden gezien.
Daar is b.v. de herzdening van het tarief. In
artikel 6 wordt wel vaorgascihreven, dat de
tarieven am de 5 jaar zullen worden herzien.
Maar er staat niet bij op welke basis. Trou-
wens, dit was wel gemukkelijk, zaolang 'het een
J centrale was die alleen expioiteerde voor de
gemeente Ter Neuzen, maar dat zal moeilijker
zijn om daarvoor een grondslag te vindien voor
een centrale die geheel Zeeuwsch-Vlaanderen
j bedient. Als men zoo iets vastlegt, dient men
evenwel toch tegelijk vast te leggen de gronden
j waarop dit zal geschieden. Zooals het er nu
j staat kan de gemeenlte het verlangen, doch de
j P. Z. E. M. het weigeren, en is men zelfs niet
gewaarborgd tegen verhoaging. En als men er
j op zou wijzen, dat herhaaldelijk gesproken
worden van .yhcogstens" zoo of zooveel, dan
zullen die heeren het wel met spreker eens zijn,
dat men vast en zeker kan aannemen, dot dit
in de praktijk minimumprijzen worden.
j De geheele raad is overtuigd van de nood-
zakelijkheid van een stroomprijs in de ge-
j meenite.
i Laat hij zioh voor het oogenblik daaraan
vasthouden en niet verder gaan, dan staat men
princ p.eel onzijdig tegenover wat verder ge-
beuren zal en kan men zelfs het afloopen van
de concessie afwachten, om zioh dan te be-
raden wat men doen zal, of men het dni mis-
schien niet gewenscht zou achten de ingezete-
nen zelf van stroom te voorzien. Dat beihoeft
aan nog met eenis te zijn door ze zeif te gaan
opwekken, maar kan het ook gebeuren op een
manier zooals, dat in andere plaatsen reeds
geson.edt, door stroom te koopen en ze zelf te
dustribueeren.
Waar burgemeester en wethouders het met
den raad blijkbaiar eens zijn, althans er is geen
enkele stem opigegaan die een ander geluid
laat hooren, verdient het de meeste overwe-
ging eenvoudig een besluit te nemen en het
voorstel van de P. Z. E M. af te wijzen.
Het is te verwachten, dat die maatschiappij
te eeniger tijd zal terugkamen. Als nu de
oiaces'saevaorwaarden werden vastges'teld, zou-
den ze er oins b.v. op kunnen wijzen, dat we
de mieterhuur reeds hodden vastgesteld. En
met de voorgestelde cijfers is spreker het in
geenen deele eens. De leden, die de vorige
periode hebiben meegemaakt althans, zullen
zeker zich nog wel herinmeren, dat draai-
stroommeters goedkooper zijn dan gelijk-
stroommeters. De prijzen zijn thains reeds
hoog, en die zouden dus voor draaistroom-
meters zeker lager moeten zijn. Toch zijn ze
'op danzelfden prijs gehouden. Daarover kun
nen we zegt spreker .miissdhien hier weer
uren zitten boomen, eer we tot eetn overeen
stemming komen en ten slotte haalt het alles
niets uit.
De VOORZITTER merkt op, dat de bepaling
betreffende het herzien der tarieven om de
5 jaar is opgenomen uit overweging dat de
omistandiigheden van Ter Neuzen in zoo'n tijd-
stip kunnen veranderen en er aanleiding kan
zijn voor het opmieuw vast stellen .van de
tarieven. Er is overwogen 'daarvoor een basis
aan te wijzen, maar er werd gemeend, dat dit
niet meer moest gervonden worden in de z.g.
kolen-clausule, een woord dat al zoo dikwijls
is gehoord, dat afgezaagd dooh dat minder in
aanmerking kan komen aangezien toch nie-
mand geloofit dat de omstandigheden, die tot
het opnemen van een kolen-clausule in vele
oontracten van dien aard, wel nieit meer zullen
terugkeeren.
Om er echter een andere formule voor te
vinden, daarvoor waren burgemeester en wet
houders niet in de gelegenheid. Om daartoe
over te gaan bij een zeker winstcijfer, daarvan
kon ook niets komen, aangezien van wege de
P. Z. E. M. werd te kennen gegeven, dat er
nog jaren een balangrijk tekort zal zijn. Er
zou dus een formule moeten gemaakt worden
die alleen op de exploitatie in de gemeente
Ter Neuzen betrekking heeft.
In het eerst zag het er nog slechiter uit,
toen waren de tarieven voor meterhuur van de
zijde der P. Z. E. M. nog hooger voongesteld;
ten slotte is toegegeven aan de bestaande en
hebben burgemeester en wethouders dus in dat
opizicbt winst te boeken.
De heer HAMELINK merkt op, dat burge
meester en wethouders de zaak moeilijker
maken, door die regelimgen er nu ook bij te
halen, nu nog niet eens over de hoofdzaken
overeenstemming is verkregen.
De VOORZITTER meent, dat men elkaar
toch moet kunnen vinden. Burgemeester en
wethouders meenen dat thans het tijdstip was
aamgebroken om een overeenkomst aan te bie
den. Wenscht de raad het anders, en zonder
meer een besluit te nemen tot afbreken der
onderhandelingan, dan zal daarover gestemd
moeten worden.
De heer VAN AKEN verklaart ook te staan
op het standpunt van den hieer Hamelink, dat
overeenkomt met de 3 hoofdpunten van het
bezwaar van burgemeester en wethouders.
De VOORZITTER verzoekt den heer Ha
melink sdhniftelijk zijin voorstel te willen in-
dienen.
Dit luidt als volgt:
De raad der gemeente Ter Neuzen,
gehoord de besprekingen over het voorstel
concept-overeenkomsit met de N.V. P. Z. E. M.
van burgemeester en wethouders;
van meening dat enkel mogelijk is een over
eenkomst aan te gaan op een stroomprijs voor
de geheele gemeente en vollediige ombouw van
bestaande installaties op kosten van de P. Z.
E. M.,
besluiit:
dit ter kennis te brengen van de P. Z. E. M.
Dit voorstel wordt aangenomen met 11
stemmen tegen 1.
Voor stemmen de heeren Soheele, Van Cad-
sand, Verlinde, De Bruijne, Colsera, Hamelink.
Van Driel, Van den Bulck, Van Aken, Van
Dijke en Geelhoedt; tegen stemt de heer De
Jager.
(Wordt vervolgd.)
Vergadering op Donderdag 13 October 1927.
Voorzitter de heer A. Wolfert. Secretaris de heer
J. Dregmans.
Aanwezig de heeren J. A. Meertens, A. Meertens,
J. van 't Huff, M. de Feijter, H. Pladdet, D.J.Jansen
en J, D. de Feijter.
De VOORZITTER opent de vergadering waarna
de notulen der vorige vergadering onveranderd
worden vastgesteld.
Ingekomen stukken.
I'roces-verbaal van een door Burgemeester en
Wethouders gehouden kasopname bij den gemeente-
ontvanger, en hij den boekhouder van het Gemeen-
telijk Electrisch Bedrijf, waarbij alles in orde werd
bevonden.
Verslag van de Comrnissie tot werkverruiming in
Zeeuwsch-Vlaanderen, betiHlende hare werkwijze, en
de daarbij behaalde resultjiien, met vermelding van
verschillende toekomstige werkzaamheden.
Een schrijven van het ondeiwijzend personeel der
lagere scholen, betreffende den gehouden volkszangdag,
waarin in overweging wordt gegeven, voortaan de
helft van de daarvoor toegestane gelden te mogen
aanwenden tot kosten-bestrijding van eventueel te
maken schoolreisjes.
Verzoek van de Nederlandsche Vereeniging voor
den Volkszang, om een jaarlijksche subsidie te mogen
ontvangen van f5.
Z. h. s. wordt besloten deze stukken voor kennis-
geving aan te nemen, behondens die, waarin een
geldelijke bijdrage wordt gevraagd, welke verzoeken
straks bij de gemeen'e-begrooting voor 1928 aan de
orde zullen worden gesteld.
Z. h s. wordt besloten tot wijziging der ge.neente-
begrooting over 1927.
Het suppletoir-kohier op de hondenbelasting voor
1927 wordt vastgesteld op een bedrag van f23.50.
Verzoek van de gemeente Oostburg, om adhaesie
te willen betuigen aan een door haar verzonden adres
aan de Kroon, tot wijziging van het Rijkswegen-
reglement.
De VOORZITTER Namens B. en W. stel ik voor
aan dit verzoek adhaesie te betuigen, doch vraag mij
overigens af, of dit feitelijk nog wel noodig is, waar
reeds tengevolge in het werk gestelde pogingen van
de zijde van eene comrnissie uit den lundbouw, door
de betrokken ambtenaren op ruiine wijze ontheffing
van sommige bepalingen kan worden verleend.
De heer A. MEERTENS: Ik zou er toch voor zijn
om aan het adres adhaesie te betuigen, want ont
heffing verleenen hangt dikwijls af van de zienswijze
van den betrokken auturiteit, terwijl, wanneer het
reglement als zoodanig wordt gewijzigd, er geen
ontheffing noodig is.
De heer JANSEN.: Ik zou ook liever het regle
ment gewijzigd zien.
De heer J. D. DE FEIJTER: Ik ben er ook voor.
De heer A. MEERTENS: Ontheffing is ten alien
tijde maar tijdelijk.
De VOORZITTER Als de heeren voor het vo r-
stel van B. en W. zijn, dan zullen wij bericht van
adhaesie doen zenden.
Z. h. s wordt hiertoe besloten.
Verzoek van den heer W. H. Louwerse, hoofd der
bijzondere school alhier, om van gemcentewrge eene
jaarlijksche subsidie te mogen ontvangen van 25,
en ee,.e toelage voor 66nmaal voor aanschaffings-
kosten van de benoodigde instrumenten voor den
door hem te geven landbouwwintercursus.
De VOORZITTER: Namens B. en W. stel ik voor,
om het verzoek van adressant in te willigen.
De heer A. MEERTENS Ik voor mij ben tegen
inwilliging van het verbod Vroeger is er ook een
landbouwcursus gegeven en daaraan is nooit een
cent gegeven. Ook aan de hier gevestigde tuin-
bouwvereeniging wordt geen subsidie gegeven en
als al dergelijke verzoeken moeten worden ingewil-
ligd, dan komen we weer in groote kosten.
De VOORZITTER: Die f 75 is de bedoeling om
voor eenmaal te geven voor aanschaffing van de be
noodigde instrumenten. Voor de door U bedoelde
vroeger gegeven cursus werden de instrumenten vail
een andere vereeniging in bruikleen ontvangen en
werd vanwege de Z.L M. een subsidie gegeven van
100, maar hier hebben zij dergelijke voordeelen
niet.
De heer A. MEEaTENS: Er wordt steeds ge-
klaagd, dat de belastingen zoo hoog zijn en voort-
durend komen ze bij de Gemeente aankloppen om
geldelijken steun.
De VOORZITTER B. en W. achten deze zaak in
het belang van den Landbouw en zijn van meening
dat daarvoor wel iets mag worden gedaan.
De heer H. PLADDET: Ik vind het bovendien
nogal erg dat als iemand les giat geven, hij zelf
voor de instrumenten moet gaan zorgen.
De VOORZITTER Dat wordt ook nooit door de
onderwijzers zelf betaald
De heer A. MEERTENSVroeger, toen ik een
kleine jongen was, moest ik met mijn vader mee en
kreeg ik van hem les in het wieden, maar daarom
uioest mijn vader zelf de houweet voor mij betalen,
en zijn salaris was nogal wat minder dan van een
onderwijzer.
De heer J. A MEERTENS: Ik ben er sterk voor
om het belang van den landbouw te bevorderen,
maar ik vraag me af, wat helpt al die geleerdheid
als er overigens door de landbouwers op alle moge-
lijke manieren aan gewerkt wordt, om zoo min
mogelijk geld uit te geven. In onze gemeente is
het werk er met hoopen maar het wordt daarom
niet gegeven, het is treurig als men sommige landt-
rijen ziet liggen. Er zijn er toch bij die geheel
onder water staan. Er is werk genoeg, als ze het
maar geven willen. Want of men al leert dat de
melk zoo dik en de boter zoo vet moet zijn, daar
schiet je wei'nig mee op als er in de praktijk ten
gevolge de bezuiniging de rest verwaarloosd wordt.
De VOORZITTER Toch is het nut van een cursus
niet te ontkennen, wanneer het geleerde eventueel
in de praktijk wordt toegepast.
De heer J. A. MEERTENS: Als ik alles goed be-
kijk, zijn we er hier hard op aehteruitgegaan. De zaak
wordt verwaarloosd, in plaats dat ze laten werken.
De heer JANSEN Er is hier ook nog maar weinig
les gegeven.
De heer J. D. DE FEIJTER: Dat zal dan nu wel
beteren.
De heer A. MEERTENS: Ik ben het volkomen
eens met hetgeen de heer J. A. Meertens daar zooeven
heeft gezegdversohillende jonge landbouwers met
diploma's liggen er veel slechter voor dandeoudere
boeren, zoodat ik van gevoelen hen, dat de cursus
weinig oplevert.
De VOORZITTER Ik geef toe, dat, wanneer men
het geleerde niet in de praktijk brengt, men er weinig
mee opschiet.
De heer VAN 't HOFFKunnen, wanneer wij
eventueel daarvoor de subsidie geven, de instrumenten
voor dien cursus niet aan de gemeente blijven
Want als de cursus ten einde is, leggen ze beslag
op die 75,en kunnen we later bij een nieuwen
cursus weer opnieuw heginnen.
De VOORZITTER: Dat zou de gemeente veel
meer kosten.
De heer JANSEN De instrumenton kosten 400,
Er zal door de Z.L. M. misschien 100,worden
gegeven, en hij vraagt 75,aan de gemeente,
zoodat het te zamen nog niet aan de helft komt,
en we kunnen toch niet vergen, dat men 400, zal
gaan uitgeven, eer men kan beginnen met les geven.
De heer J. A. MEERTENS: Een bakker moet toch
ook eerst een oven zetten voordat hij kan gaan bakken
De heer JANSENHet is in het belang van de
streek
De VOORZITTER Heeren, ik zal het voorstel van
B. en W. in stemming brengen.
Ilet voorstel van B. en W. wordt aangenomen met
5 tegen 2 stemmen, die van de heeren A. Meertens
en M. de Feijter.
Schrijven van Ged. Staten van Zeeland, waarin in
overweging wordt gegeven, een jaarlijksche subsidie
te willen verleenen aan de te Hulst gevestigde
Handelsdagschool.
De VOORZITTER: Namens B. en W. stel ik voor
hierop afwijzend te beschikken, aangezien de ge
meente tengevolge van het ontbreken van leerlingen
geen direct belang bij de school heeft.
De heer JANSEN: Gaan er uit deze Gemeente
geen leerlingen op die school
De VOORZITTER: Neen, die gaan naar Ter
Neuzen Overigens wil ik hiermede niet zeggen,
dat de school met nuttig is, maar we moeten reke
ning houden met onze financien.
Z. h. s. wordt besloten geen subsidie te verleenen
Begrooting voor het Gemeentelyk Ambestuur
voor 19%8.
Z. h. s. wordt de begrooting vastgesteld in ontvang
en uitgaaf op 2706,06.
Begrooting voor i9b28 voor het Gemeentetijk
Electrisch Bedrijf.
De heer J. A. MEERTENS: Tengevolge van het
ingevoerde nieuwe tarief vervallen nu zeker die
krachtmeters
De VOORZITTER Voor sommige bedrijven is dat,
met het oog op de maximale belasting in de speruren
ni it mogelijk.
De heer J. A MEERTENS: Is dat geen bezwaar,
die dure meters voor de klein-industrie
De VOORZITTFR: Krachtbedrijven beneden de
3 P. K. zullen worden vrijgesteld van het verbod om
in de speruren te draaien, maar voor zwaarder
installatie is dat niet mogel(jk.
De heer J. A. MEERTENS Zouden we dan om
de maximum-belasting te beperken niet overgaan
om de straatverlichting inplaats van om 10 uur, om
kwart over negen te dooven I Na dien tijd zie je
geen mensch meer op straat dan een enkelen jongen.
De VOORZITTERDat zou toch niet helpen,
want de zwaarste belasting wordt op het net gelegd
in de vooravonduren
De heer JANSENIs het krachtverhruik de moeite
waard
De VOORZITTER Dat is in den laatsten tijd veel
toegenomen.
De heer A. MEERTENS Dat zal nig toenemen, als
het Boerengat aangesloten is I
De heer JANSEN^ Zouden ze daar toch ook kracht
gebruiken
De heer A MEERTENS: De bakker toch!
De VOORZITTER De K'.iol en Hoek zelf gebrui
ken beslist nogal veel kracht, en nu is er tengevolge
van het nieuwe tarief nogal toename in lichtverbruik,
terwijl er meer strijkij/.ers worden gebruikt en enkele
personen over gaan tot het aanschaffen van elee-
tr.sche kachels.
Z. h. s. wordt de begrooting vaststeld
Voor den gewonen dienst in ontvang op f 13.584,85
en in uitgaaf op f\ 1,184,85;
Voor den kapitaaldienst in ontvaDg op nihil, en
uitgaaf op 2400,
Gemeentebegrooting voor i928. "."fj.
De heer A. MEERTENS: Alvorens we over gaan
tot de begrooting zou ik gaarne net een en ander
in het midden willen brengen.
Mijnheer de Voorzitter
Ik vraag voor een oogenblik het woord want ik
ben niet gewoon om een duivel op mijn hart te
smooren. Zooals ik in de vorige vergadering gezegd
heb, kan ik mijn vertrouwen niet geven aan den
wethouder van de anli revolutionaire partij aangezien
dat een man is, die van zijn jeugd af vol leugens
en bedrog heeft gezeten, en tot op heden nog. En
mijn inziens kan dat ook niet anders, want ik ver-
moed dat hij meestal leest in den Bijbel in het Oude
Testemant, want daar is geheel zijn hebben en houden
op gebaseerd. Want men leest in 1 Koningen *22
dat het drie jaar stil was in Israel. Er waren om
trent 400 profeeteiy die alle profiteerden, dat de
Koning van I rael de Syriers zou verslaan. Maar de
eene ware profeet was Micha, maar omdat die
waarheid sprak, en eerlijk voor de zaak van God
uitkwam, kreeg hij van Zedekia een kinnebakslag.
En zoo hebben dezelfde profeten die hier hun valsche
Christelijkheid naar voren brengen ook Micha een
slag in het aangezicht gegeven. Maar die verdediging
laat ik aan hem zelf over, want ik weet zeker, dat
het publiek 1 Koningen 22 goed zal begrijpen. Wil
men Christen zijn, dan leest men van een Henoch,
een Elia, een Paulus enz. Dat waren Christenen in
den waarsten zin des woords. Maar hier een wet
houder van de anti-revolutionaire partij, die tusschen
twee haakjes een verkapte oplichterij heeft gepleegd
tegenover de werk oozenkas, hij heeft ingelegd f 28.80
en er uitgetrokken de som van f 114, en dan r.og
geen jaar lid zijn I Dat klopt toch in geen geval
met zijn averechtsche Christelijke beginselen I Be-
grijpt nu zoo'n man niet, dat hij wordt gelijkgesteld
met een Judas, die den Zoon des Menschen verraadde
met een kus voor dertig zilverlingen Zoo iemand
is niet vertrouwd om aan het hoofd te staan van
het Dagelijks h Bestuur buiten den Voorzitter. Hij
s absoluut voor geen twee cent vertrouwd. Zoo
iemand verdient in dezen geen vertrouwen. Dit is
nu de bloem van de anti-revolutionaire partij I Diep
treurig gezonken is het niet? die partij!
En nu, mijnheer de Voorzitter, kom ik tot den
heer Jansen. Die heeft mij al voor verrader uitge-
maakt en zooal meer Nu is het zijn plicht om
hier waar te maken, wat hij van mijn persoon ver-
teld heeft. Ik daag hem uit, zelfs op een openbare
vergadering, waar en wanneer hij zelf verkiest, maar
dit kan ik U zeggen, mijnheer Jansen, nog nooit is
het bij mij opgekomen, om iemand te verraden,
dus ik loop met een gerust geweten over de ge
meente en niemand, hier of elders, die van mij
een cent te vorderen heeft. KuntU dat ook zeggen
Dat betwijfel ik 1 Is het enkele jaren terug niet
gebeurd, mijnheer Jansen, dat een besteder van een
perceel metselwerk bij de afrekening 50, - aftrok,
en wel om deze reden, dat een ander tegen hem
zegde, dat de aannemingssom 50,te hoog was
De metselaars waren daar toeh met mede tevreden,
is het niet, Japie Was er geen metselaar bij, die
met de afrekening den aanbesteder met een stoel de
hersens in wilde slaan, wanneer de ander hem niet
had tegengehouden U behoort ook tot de valsche
profeten, zoogoed als uw vriend Pladdet. De teerling
is geworpen, mijnheer de VoorzitterIk neem hem op.
Maar u denkt zeker ik hen een man van centen,
tegen mij durven ze toch niet uitkomen. Dan bent
u mis, Krelis! Of moet ik op u persoonlijk van
toepassing brengen de dichtregelen van vader Cats,
die in de jaren 1700 leefde, want die zegt:
Een boer, dat is geen mensch,
Die gaat met beesten om,
En al dat niet is beest,
Is bij hem niet welkom
Ook tart ik den heer Jansen om te bewijzen, dat
ik ooit een werkman heb opgezet tegen zijn we kgever,
dat kan en zal niet een werkman zeggen van mij.
Want ik eg altijd, als we over de werkzaamheden
bezig zijn jullie moeten altijd zoo slim zijn, dat
jnllie werk goed is, dan hebben jullie altijd recht
van spreken. Maar moeder zegt altijd, als het ter
sprake komt: Als je een klap krijgt van een ezel,
dan moet je maar zeggen het beestje is niet slimmer.
Zij kan dat, maar ik tot op heden niet. Nu moet
ik van hier den oorlog verklaren op politiek gebied
aan de verkapte liberalen, want samengaan bij de
gemeenteraadsverkiezingen met een Braatspartij, dat
klopt toch in geen geval. Daaruit kan men zien,
dat de heeren niet liberaal zijn. Maar als zij konden
maehtsmisbruikers 1 Hebben de heeren al eens goed
gezie i wat een Braatpartij is Dat betwijfgl ik I
Maar owee, de heeren hebben zoo'n hekel dat de
werkman hier vertegenwoordigd wordt. Dat moet
Jan Boezeroen zich eens goed indenken, want ze be
grijpen het allemaal nog niet. De werkman moet
begrijpen, dat hij maar gebruikt wordt om aan hem
te verdienen, en ben je uitgeknepen langs alle kanten
Voert11
Wij hebben het volste recht om hier vertegen
woordigd te zijn, ten eerste omdat wij recht hebben
van te bestaan, en ten tweede omdat bij iedere
stemming geblekeu is, dat wij het sterkst uit den
strijd kwamen. Weet gij, werklieden, hoe het zou
moeten zijn Wel, als vroeger jaren, je stem op
hen uitbrengen en verder, basta 1 Maar andere
tijden andere zeden! Dat is niet de werkman zijn
schuld, dat is de evenredige vertegenwoordiging. die
ons hier gebracht heeft. Liberaal zijn is dit: geen
machtsmisbruik, het beteekent verdraagzaamheid,
ieder mensch vrij in zijn privaat leven I Als liberaal
zijnde, moet je ieder mensch vrijheid van denken en
handelen geven, binnen de grenzen van de maat-
schappij. Maar de heeren kweeken revolutie, in plaats
van verdraagzaamheid.
Hieraan kan men zien, dat de revolutie niet komt
van onderaf, neen, die kweeken jullie, verkapte
liberalen, van bovenaf! De heer J. D de Feijter
kan nooit zeggen, dat wij niet hebben willen samen-
werken. Dat kan ik van over acht jaar met getuigen
staven, maar de heeren mceten het willen weten,
wij zijn te arm, wij moeten verdrukt en vertrapt
worden, en behandeid worden als slaven Maar deze
waarschuwing wil ik de heeren laten hoorenPast
opDrijft het niet te ver. voor het te laat is I
Alhoewel het mij spijt, dat de heer J. A. Meertens
is moeten vallen als wethouder, terwille van den haat,
die jullie tegen ons hebben, het was een wethouder
bij uitnemendheid, daar de twee die er nu zi ten
geen verstand hebben, want die hebben voor zich-
zelve nog niets totstand kunnen brengen, wat deugde.
Een ding is gelukkig! Dat wij hier in ons lief dorpje
Hoek geen electrische stoel hebben, anders gingen
wij denzelfden weg op als Sacco en Vanzetti, want
duar acht ik de heeren toe in staat, naar hetgeen ik
in den laatsten van nabij heb vernomen.
Ook tart ik ieder, die durft te zeggen dat ik wil
regeeren of geregeerd heb. Ik heb helpen regeeren,
zooals dat ieder lid betaamt, die in de positie verkeert
van raadslid. Dat zijn allemaal praatjos van de
gemeenste egoi'sten, die wij in onze gemeente hebben,
hoewel ik ze alle bij name ken. Nog nooit heb ik
iemand afgewezen of afgesnauwd, als hij of zij mij
wat vroeg, dat ligt niet in mijn karakter, hoewel ik
ondervonden heb, dat ondank 's werelds loon is,
niettegenstaande ik altijd hen opgekomen voor hen,
die in moeilijkheden zaten, en dikwijls met goed
resultaat. Wie stond op de bres in de kolendistributie?
Ik als nummer den! En indertijd met de klompen-
bons, met het slechte meel van de bakkers, dekens
voor de groote gezinnen, het levensonderhoud van
/500,op 800,de wed. De Blaaij, idem wed.
C. Bakker, bij de rentezegels voor P. Rinkhoud en
D. Tholens, koffie in de school voor de buitenkinders,
klompenbons voor de arme schoolkinderen, het
schoolgeld, enz. Dat durf ik hier met een gerust
geweten verklaren, dat het mijn persoon was die dat
allemaal aanpakte. Wie van de heeren kan ook zoo
een staatje opnoemen Dat kan niemarid van jullie,
je zagen liever dat er wat opgeruimd werden van
die musschen'l Dit is liet begin van de ellende in
de vier jaar die voor ons liggen
En nu enkele dichtregelen tot slot
De kleine mensch die kent
geen vrede en geen ruste,
Zijn liefde en zijn luste,
die vinde nooit een end.
Zijt daarom toegerust
met kracht en trouwe, beide.
Want wenscht gij strijd te-mijden.
gij vindt daarom geen rust.
Dank U, Mijnheer de Voorzitter
De VOORZITTER: Naar aanleiding van het door
