Ter 2Te azsnsche Cour ant
Woensdag 16 Febr. 1927. Ho. 8030.
y^yHlUDB BT i A P.
GEMEENTERAAD VAN
TER NEUZEN.
VAN
Vergadering van Dondierdag 3 Februari 1927,
des voormiddags 10 uur.
Voorzitter de beer J. Huizinga, burge
meester.
Tegenwoondig de leden: J. J. de Jager, D.
van Aken, D. Scheele, P. van Cadsand, L. J.
Geelhoedt, R. Scheele, C. A. Verlinde, H. J.
Cotsen, N. A. Hatmellnk, L. J. van Driel, B. N.
van Dijike en J. van Riet.
Afwezig de heer E. L. Freriks.
(3. Slot.)
10. Wijziging der regeling voor d.e werk-
verschaffing.
In uwe vergadering van den 18 November
jj. aldus scbrijven burgemeester en wet
houders werd orns college gemachtigd bij de
■foricversehaffing ook te werk te stellen die
mewschen, die na 1914 havenarbeider zijn ge
worden.
Na genoemden datum is de werkloosheod in
dene gemeente ook in andere bedrijfstakken
toegenomen, zoodat er naar onze meaning
thans voldoende termen aamvezig zijn, de ge-
legemiheid om te werken nog vender uit te
breiiden.
Wij zouden ook voor het verve g per week
40 menschen te wenk widen stelien, d-och daze
geregeld iedene week willen latan afwisiselen
door een andere ploag van 40. De te werk te
stellen mensahen fzouden wij willen aanwijzen
uit alle werbloozen in deze gemeente, zonder er
op te letten tot welke categorie van arheidars
zij behooren. De in uwe vergadering van 4
Mei 1926 vastgestelde regeling zal dus onge-
wijzigd blijven, alleen zal de gelegenheid om te
weTken zoodanig wonden uitgebreid, dat daarin
aBe werldoozen kunnen vallen,
In verband hiermede stellen wij U dan ook
voor, ons te machtigen aan de werkverschaf
fing per weak 40 menschen, door ons aan te
wyzen uit alle werkloozen, te werk te stellen
en deze geregeld iadere week te vervangen.
De VOORZITTER voegt hier aan toe, dat
bet dus de bedoeling van burgemeester en wet
houders is, am de werkverschaffing uit te
stretkikeni tot hulp aan alle werkloozen in de
gemeente.
De iheer HAMELINK merkt op, dat de vader
van de tweede alinea van bet voorstel, al Eij-
zonder dipliomatisah schijnt te zijn aangelegd,
want daarin wordt getraoht den raad iets op
den mouw te spelden. Burgemeester en wet-
houders willen daarmede den raad een rad voor
de oogen draaien, als zou de toe stand voor de
werklieden in het algemeen ainds 4 Mei van
het vorige jaar, toen bet voorstel tot instal
ling cter werkverschaffing aan de orde geko-
men is, veel slechteir geworden zijn. Hij acbt
het wel jammer, dat we nog geen filmkeuring
heblben, want hij is van meaning, dat de com-
missde de film die burgemeester en wethouders
hier willen afdraaien dan vasit en zeker zou
wonden afgekeurd, want hetgeen thans ge-
schiedt acht hij in den grond niets anders dan
e£n stuk onzedelijk politiek gedoe, juist van de
zijdie van hen die tegen de waarschuwing
van spreker in aan de bestaande regeling hun-
ne goedkeuring hebben igehecht.
In de vergadering van 4 Mei van het vorig
jaar, toen het voorstel aan de orde kwam,
heerschte er ook wel degelijk algemeene en
zware werkloosbeid onder de arbeiders van
verschillende bedrijven in. deze gemeente. Het
was er toen eehter om te <ioen een zekere groep
te treffen, waarvan men meende, dat algeheele
ondersteuning te zware offers van de gemeen-
tekas zou vergen, waarom men zich toen be-
paalde tot het Lnrdchten eeruer werkverschaf
fing voor hen die in 1914 bootwerkers warer..
Nocb burgemeester en wethouders, noch de
raad, kunnen er zich achter verscliuilen, dat ze
niet op de Ihoogte waren van den toestand die
toen heersdhte, want spreker heeft toen. er vol
doende op gewezen, dat door dat voorstel een
veel grootere groep werkloozen buiten die hulp
viel als het getal dergenen die er mede zoudet,
worden geholpen en hij heeft toen hulp aan
alien bepleit. Dit baatte niet en er werd een
groote groep werklieden, kradhtens het meer-
denheidsbesluit van den raad uitgeschakeld.
Zij, die na 1914 den brutalen moed hadden be-
zeten om werk te zoeken in het havenbedrijf,
moesten zelf maar zden, dat ze tereoht kwamen.
Spreker noemt het onzedelijk, dat men die
menschen toen zonder meer onderbracht bij het
armbestuur. Het was 'toch te voorzien, dat dit
ook voor hen een demoralisatie zou beteekenen.
Er is door verschillemde organisaties uit de
transportarbeiders voortdurend op gewezen.
dat die regeling nadeelig was voor de gemeen
te en de werkloozen in het algemeen een aan
leiding was voor ontevredenheid. Dat mocht
echiter niet baten. Zij werd door den raad ge-
handhaafd. Henhaaldelijk is er op gewezen,
dat daardoor getroffen, werd een groote groep,
■die nog steeds leefde onder de gevolgen van de
crisis in het havenbedrijf, en die s'nds den
oorlog steeds en het zwaarst gedrukt is. Dit
aLles mocht eohter niet baten. Het motdef, dat
thans voor veranidoring wordt aangevoerd, kor.
toen nog ndet gelden am de menschen die reeds
lang het slacbtoffer van dezen toestand waren
te helpen.
Wat doet zich rau eohter voor? Nauwelijks
kamt er een adres bij den raad van den Ohris-
telijken 1 andiarbeidersbonddiat er werldoosheid
onder zijn leden heerscht en mitsdien verzocht
wordt om ook te worden opgenomen onder de
groep die werkzaam gesteld wordt bij de werk-
versdhaffirug, of nu kamt er terstond een voor
stel om de regeling te veranderen. Spreker is
er principieel voor, die menschen te helpen,
maar vroeger, toen die verzoeken kwamen uit
de krimgen van transportarbeiders, lapte men
die aan z'n laars, nu ze van een andere richting
komen koant er uanstonids een voorstel er op in
te gaan.
Dat is volgens spreker het in het oog vallen-
de, dat de meerderheid, die zich tegen een der-
gelijken maatregel verzette toen die van een
andere groepearimg gevraagd werd, juist voor-
stander geworden is, nu er een verzoek komt
uit andere groepen. Van daar zijn ikwalificatie.
Voorts wijst spreker er op, dat voor de te-
genwoordige werkverschaffing suibsidie wordt
verleemd door den Staat. Dat is geschied, onder
voorwaarde, dat die subsddie ten goede zou ko
men aan de groep, die in het raadsbesluit van
4 Mei j.l. is genoemd, daarop was alles geba-
seerd'. De gemeenteraad heeft daarvoor dus
met den Staat een overeenkomst aangegaan.
Hij mieent, diat het nu niet aangaat, om, zonder
den Staat daarin te kenmen, in deze werkver
schaffing nog andere grospen werklieden te
betrekken. Het is dus de vraag, of men hier-
diootr de rijksbijdrage niet in ge^ aar brrngt
Het gaat toch niet aan, dat, als een overeeA-
kamst is gesioten, een der partijen die eigen-
maohtig wijzigt Hij aoht het lang niet uitge-
sloten, dat de gemeente, aldus handelende, de
kans op suhsidiie verliest. Hij gelooft ook niet,
dat men er genoegen mede nemen zal, dat de
uitbetaling van net loon voor alle groepen ge-
lijlk zal zijn. Het zou wel eens kunnen zijn, dat
dit misloopt, want er wordt toch niet toege
staan, dat de arbektsvaorwaarden bij de werk
verschaffing beter zijn, dan die bij het vrije
bedrijf en dat zou hier, voor sommige groepen,
het geval worden. Van regeeringswege wil
men, dat bij werkverschaffing toch altijd nog
den prikkel blijft bestaan, liever ander werk te
zoeken, Volgens de regeling der werkverschaf
fing zou die alhier voor sommige groepen ver-
vallen.
Indien spreker alles overziet, moet hij het.
nog steeds als een groote fout besohouwen, dat
de meerderheid.bet vorig jaar .tegen de amen-
deanenten van de S. D. A. P.-fractie heeft ge-
stennd.
Men heeft daartegen toen aangevoerd, dat,
als er een 'groote .groep in betrokken werd, het
werk te spoedig zou gedaan zijn, en er geen
nieuwe gezichtspunten meer waren. Men wilde
dat werk zoo lang magelijk doen duren, Spre
ker wees er op, dat er veel meer menschen wer-
den uitgeschakeld dan geholpen, maar men wil
de 'er niet op ingaan.
Al spoedig bleek bij ervarimg echter, dat bur
gemeester en wethouders zich zelf niet hielderi
aan de door hun voorgestelde regeling, dat men
er meer menschen in hetrok dan volgens het
raadsbesluit geoorloofd was, en nu dit voor
stel is gekomen, blijkt daaruit overtuigend, dat
sprekers fractie er van af den beginne een goe-
dern kijk op gehad heeft.
Nu bagint men pas het denkbeeld verder uit
te werken. Wat toen volgens burgemeester en
wethouders niet mogelijik was, is nu ineens wel
mogelijk. Zal het werk dian nu niet gauwer
gaan? Spreker Weet, men zal hem antwoorden
practisoh niet, want er worden toch niet meer
dan 40 menschen te gelijk te werk gesiteld. In
dien dat juist is, warden degenen, die voor dat
werk bang waren gedupeerd, want aan-
gezien er nu een veel grootere groep arbeiders
isn betrokken wordt, verideant de werkgelegen-
heid twee- of driemaal voor de groep, die er
voor in aanmerking ikwaan en die behoorden tot
een categorie die reeds lang door werkloos
beid worden getroffen', ter wille van een groep,
die nog maar sedert kort door werkloosheid
is getroffen en alzoo nog niet zoo uitgemergeld
is als de groep die daaronder al eenige jaren
lijdt. Hij vraagt of de raad het zal kunnen
verantwoorden, die nieuwe groep te helpen
ten koste van de 't meest uitgemergelde groep.
Hij is heit er volkomen mede eens, dat die
nieuwe groepen ook geholpen moeten worden,
maar daarvoor moet men een anderen weg
zoeken. Er moet ook voor de vakarbeiders ge-
zorgd worden, die destijds reeds naar het arm
bestuur zijn verwezen. Spreker wil in het al
gemeen, aan alien hulp verleenen, maar dat
moet ndet gaan ten kosite van de oorspronke-
lijk voor hulp in aanmerking gekomen groep
Voor hen zou de toestand nu worden een week
werken en 3 of 4 weken naar het armbestuur,
terwijl de invalide arbeiders heelemaal in de
misere komen.
De heer D. SCHEELE geeft te kennen, dat
bij hem de groote kwestie is, dat hij er zich
zeer best in viniden kan, dat alle werkloozen
bij de werkverschaffing te werk gesteld kun
nen worden. De tijd heeft ons zegt spreker
iets geleerd, n.l., dat verschillende menschen,
die voor dat werk in aanmerking genomen
waren, ook voor ander werk in aanmerking
kwamen. Het is ons meegevallen, dat er zoo'n
groote categorie werklieden was, die ander
werk wist te vinden. Zoodra deze buiten dat
andere werk vielen, werden ze terstond weer
bij de werkverschaffing aan het werk gezet,
zoodat deze bijna altijd werk hadden, terwijl
anderen er geheal buiten vielen. Dat heeft ons
genoopt, tot het doen van een ander voorstel.
Hij kan er zich ok wel mede vereenigen, 'dat
ook jongere menschen, beneden. de 30 jaar, met
een gezin .met jonge kinderen ten hunnen laste.
aan het werk zouden worden gezet, evenals
hij er ook wel voor zou gevoelen am menschen
boven de 60 jaar, die nog in de voile kraoht van
hun leven zijn aan het werk to houden. Hij
meent, dat overigens de werkloozen van ver
schillende categorien ieder etvenveel recht heb
ben om te werk gesteld te worden. De commis-
sie heeft werkelijik gervoeld, dat het noodzake-
lijk was aan het aantal der in aanmerking ko-
mende werkloozen uitbreiding te geven. Daar
door komen ook anderen in de gelegenheid te
werken, die er tot nu toe uitvielen. De toestand
was nu zoo, dat van de in aanmerking komen-
den zij, die op andere wijze hetzij een of meer
weken een goed stuk brood hadden verdiend.
zoodra ze werkloos werden ook weer bij de
werkverschaffing aan het werk konden gaan,
terwijl andere menschen, evengoed ingezetenen
onzer gemeente, er nimmer voor in aanmerkin"'
kwamen, en aan hun huis gebonden werden of
aan de brug moesten staan, en er dus in het
nvnst niet van profiteerden.
lets anders is het, of we er geen verkeerde
daad mee doen, in verband met de subsidie van
het rijk. Indien die gevaar zou loopen, was het
een andere kwestie. Is dat niet het geval, dan
sliuit ik mij aan bij burgemeesteT en wet
houders.
De heer VAN DUKE geeft te kennen, dat hij
bij de behandeling dezer kwestie in de commis-
sie in aanmerking heeft genomen, dat het bij
het werken aan het afgraven van den dijk
eigenlijk niet eerlijk toegaat, indien men de
groep menschen nagaat die daaraan altijd
werkt. In den mond van die menschen leeft
het woord „armeaudijk". Hij zou niet willen
beweren, dat al de menschen die aan den dijk
erken, arme menschen zijn. Het zijn wel werk
loozen, maar daarom toch geen armlastigen.
Hij heeft ook opgemerkt, dat er waren die er
altijd aan werken, terwijl anderen nimmer aai.
het werk kunnen komen, terwijl dat toch ook
menschen zijn, die hun geld werkelijk liever
zouden verdienen, dan dat ze het zoo maar
krijgen. Hij heeft ook wel eens iemand bij zich
gekregem, die kwam vragen om voor hem toch
eens een goed woordje te doen, dat hij heit toch
zoo bang had, dat het hem aan kleeren man-
keerde, dat hij alleen over klampen kon be-
sdhikken amdat hij er van iemand een paar
geikregen had. Als mem de menschen zoo hoort
soebatten, komt men toch tot de conclusie, dat
het niet billijk is, dat het altijd deze If d.e cate
gorie is die werkt en dat het noodizakelijk
wordt, dat ook anderen eens een kans krijgen.
Het is nu wel gebleken, dat het aan den dijk
geen zeer zwaar werk is. Een werklooze tim-
rnerman of metselaar zal daar evengoed kun
nen werken als een transportanheider. Ze mo-
gen daar rustig werken, ze worden niet ge-
jaagd. Hij wenschte daarom het standpunt,
dat er alleen bootwerkers van 1914 mogen wer
ken te verlaten, en wil dat uitbreiden tot alle
vakken. Of dat nu landarbeiders van den Ohris-
telijiken Nationalen Bond, of welke andere ook
betreft, is om het even, hij wil alien helpen.
We gaan nu den zomer tegemoet, zoodat ei
dan wel werk zal uitkomen. Er mogen 40 men
schen werken en dikwijls kwamen er minder op.
zoodat er gelegenheid is om ook anderen werk
te geven. De fabriek van den heer Van del
Peijl zal inmiddels ook kunnen gaan werken,
zoodat er dan toch wel wat minder mensclian
aan de brug zullen moeten staan. De Vrerkiao-
zen zijn alle inwoners van Ter Neuzen, die oct
hun schatten en lasten moeten opbrengen en
nu hebben ze dan alle dc-zeifde kans.
De heer GEELHOEDT merkt op, dat de
raad, toen deze de werkverschaffing beperkte
tot een bepaalde groep, naar thans ondervon-
den is, niet goed gezien heeft. Het zijn ten
slotte toch alle inwoners van Ter Neuzen en
wanneer met dat werk moet worden voortge-
gaan, meent hij ook, dat anderen evengoed in
aanmerking behooren te komen. Men moet zich
afvragen of het billijk is, dat maar een deel der
werkloozen wordt geholpen. lets anders heeft
wel sprekers aandacht getrokken, de vraag van
den heer Hameliink, of dit voorstel niet in
strijd (komt met het besluit der regeering tot
het verleenen van subsidie voor dit werk. Hij
vraagt dus, of de raad zich hiermede niet in de
vingers zou kunnen snijden. Om zijn stem te
bepalen, wachlt hij op deze vraag het ant-
woord af.
De VOORZITTER merkt op, dat de kwestie
door den heer Hamelink zeer sdherp is ge
steld, en dat is zijn recht, maar toch moet spre
ker er tegen op komen, dat burgemeester en
wethouders den raad de zaak 'hier onjuist zou
den voordraaien, Het college heeft er reeds
lang naar udtigezien om aan de werkverschaf
fing uitbreiding te geven. Hij komt er ook
tegen op, dat aan het voorstel iets onzedelijks
of iets onredelijks zou ten grondslag liggen.
De heer HAMELINK: Er is ook een onze-
delijkheid in de politiek!
De VOORZITTER stemt toe, dat het juist is,
dat burgemeester en wethouders door hun aar.
deze vergadering gedaan voorstel omverwer-
pen het ibeginsel, dat ze 4 Mei van het vorig
jaar hebben verdedigd. Dat had ten dioel alleen
de havenarbeiders van voor den oorlog door
middel van werkverschaffing te helpen, met
uitsluiting van alle anderen, die werden losge-
laten en naar het armbestuur -verwezen, en de
meerderheid van den raad is daarin met burge
meester en wethouders meegegaan. Nu komen
burgemeester en wethouders waar de he^r
Hamelink hen toen reeds wilde hebben. De
bedoeling- van het voorstel was om te komen
tot opheffing van den werWoozensteun als zoo
danig. Dat denlkbeeld wordt geheel losgelaten,
nu we alien aan (het werk willen zetten.
Er zijn nu ingesdhreven 234werkloozen
en aangezien er wekelyks 40 aan het werk
worden aangenomen, zouden die theoretisch om
de 5 weken kunnen werken, dooh, aangezien er
wel zullen zijn die dnmid'dels ander werk weten
te krijgen is aan te nemen, dat het om de 3
weken zal wordien, zoodat inderdaad de kansen
om te wetrken minder worden. Natuurlijk zijn
burgemeester en wethouders bij de aanneming
nog gebonden aan de leeftijden, beneden de
30 en boven de 60 jaar, en diat de betrokkenen
kinderen beneden de 16 jaar te verzorgen heb
ben en hun wachttijd na 6 weken werk hebbei..
vervuld.
Timmerlieden, schilders, landarbeiders eniz.
worden nu met de transportarbeiders op voetl
van gelijkheid behandeld, en alien tot het werk
toegelaten. De raad moet nu de consequentie
aaravaainden en zeggen we stappen van onze
regeling van 4 Mei 1926 af en komen onder
andere amstandigheden.
Spreker had gedaeht, dat de heer Hamelink
juist een woord van lof zou hebben overgehad
voor dit voorstel, aangezien nu alle havenar
beiders er onder worden begrepen Indien hii
zich herinnert den strijd dien hjj heeft gevoerd
voor het opnemen van meerdere groepen, za.
hij thans moeten erkennen, dat burgemeester
en wethouders in hun voorstell een nog breeder
standpunt innemen.
Wat de rijkssubsidie betreft, daaromtrent
behoeft de raad zich naar zijn oordeel niet on-
gerust te maken. Er is indertijd aan de regee
ring kenbaar gemaakt, dat men hier een dijk
had om te legigen, dat de kosten daarvan onder
gewone omstandigheden 7000 zouden bedra-
gen, dooh bij wijze van werkverschaffing uit-
gevoerd f 13.000, alzoo f 6000 meer en ge-
v.raagd of de regeering geneigd was daarin
eene subsidie toe te kennen. Daarop is beves-
tagend geantwoord. Voorwaarden zijn niet ge
steld en het doel .der bestemming blijft dezelf-
de, er is met bepaald, dat dit alleen aan werk
looze havenarbeiders mocht ten goede komen.
Hij kan niet deriken, dat er bezwaar tegen zal
warden gemaakt.
De beer HAMELINK meent, dat uit het be-
toog van de heeren D. Scheele en Van Dijke, de
tegenstemmers van toen, voldoende blijkt, dat
spreker en zij.ne fractie het destijds goed voor
hadden. Zij wisten toen reeds, dat ook de an-
deze werkliedencategorien liever hun geld ver-
dienden, dan dat zij het 'bij (het armbestuur
zouden moeten gaan. halen, en dat er toen ver
schillende gezinnen met zouden worden gehol
pen. Ook bepaalt het zich nu nog maar tot de
menschen van 30 tot 60 jaar en blijven zij die
boven of onder dien leeftijd izijn uitgeschakeld.
Er blijkt uit een en ander, dat de andere par-
tijien in den raad, hoewel zij toch ook vertegen-
woordigers hebben die met beide voeten in de
arbeiderswereld staan, daar vroeger van heb
ben gesnapt en dus blijk geven niet te weten
wat er in die arbeiderswereld omgaat
Hij wil er hen voor waarschuwen, dat men er
bij aanneming van dit voorstel nog niet is. Hij
acht het noodig, dat ieder werklooze, ongeaeht
zijn leeftijd, doch rekening houdende met de
behoefte van zijn gezin, zou worden tewerk
gesteld.
Het is toch bijizonder hard, dat iemand, die
tijdens hij daar wedkte het ongeluk had 60 jaai
te worden, niet verder meer te werk gesiteld
kon worden Dat is een methode, die zelfs
door geen enkelen werkgever wordt in pvaktijk
gehracht, het zou hem ook algemeen kwalijk
genomen worden. Spreker bepleit het weg-
nemen van de nag bestaande leemte.
Hij betoogt voorts, dat men van de andere
zijde niet kan wegcijferen de gedachte, dat niet
enikel de ervaring aanleiding tot hun verander-
de houdinig aanleiding heeft gegeven. Burge
meester en wethouders zijn herhaaldelijk in de
gelegenlhedd geiweest een andere regeling voor
te stellen. Toen de zaak eenigen tijd liep, is
het hun al befeend kunnen zijn, dat er onder de
transportarbeiders ontevredenheid bestond over
de bestaande regeling en werd verzocht die uit
te breiden tot personen van 24 tot 65jarigen
leeftijd. Ondamks dit hier door spreker werd
verdedigd en daaromtrent geen amwetendheid
kan worden voorgewend is aan het verzoek
geen gevolg gegeven. Men kan den indruk
niet wegnemen, dat dit alleen geschiedde omdat
het van die zijde kwam.
Nu er evenwel een verzoek kwam van een
Christelijke organisatie waren de heeren Van
Riet en Van Dijike aanstonds bereid eene wij
ziging te beplediten.
Spreker meent, dat het geen versahil mag
maken van wellke zijde een verzoek komt, In-
Ons is opgemerkt, dat dit cijfer het
voiledig aantal ingeschrevenen uitmaakt, doch
dat die niet alle voor werkverschaffing in aan
merking komen, aangezien er zijn onder en
boven den leeftijd en werkloozen die geen kin
deren beneden 16 jaar te hunnen laste hebben,
en beboort met drie vijfden verminderd te
worden.
Het aantal werkloozen, dat bij de nieuwe
regeling (met leeftijdsbeperking) meer in aan
merking komt dan vroeger is op een 30tal te
schatten.
dien hier door hem hulp voor de een of ander
tvepdeit wordt doeit hij dit, zonder af te vragen,
wat de man of de organisatie is. Hij tracht
in deze steeds onpartijdig te blijven en vraagt
alleen: hefot u hulp noodig, dan moet die ook
worden gegeven.
Het blijft wel vreemd, dat de heeren pas een
ander inzicht hebben igekregen nadat er een
adres van anidere zijde is ingekomen.
Hij verwijst naar zijn amendeimenten van het
vorig jaar, strekkende om ieder die daarvoor
rederlijker wijze in aanmerking kon komen
te werk te stellen hij de werkverschaffing, ten
bewijze, dat men hem niet verwijten kan thans
denkbeelden van een ander te hebben overge-
nomen.
lets anders blijft voor hem nog de vraag of
de raad thans een wijizdging kan invoeren, om
dat deze, in verband met de ontvangen subsi
die, aan zijn besluit vast zit, Als een overeen
komst wordt gesioten, zijn toch beide partijen
genoodzaakt die na te komen. Het gaat niet
aan de regeling 'te veranderen, zonder de an
dere betrokken partij ook te hebben geraad-
pleegd.
Vender wil hij vragen, of het momenteei nog
niet magel ijk is uitbreiding te geven aan den
leeftijdsgTens. Hij kent toch ook vaders van 4
jeuigdige kinderen die den leeftijd van 30 jaar
nog niet hebben bereifct. Het aanhangig voor
stel biedt ook nog gieen volledige hulp, daarom
sprak hij oak over onzedelykheid in de politiek.
Wanneer men nu in den breede hier betoogt
dat men wenscht dat alien zullen kunnen wor
den te werk gesteld, zal daardoor den indruk
worden gevestigd, dat ook inderdaad alien er
onder begrepen zijn, hetgeen niet juist is er.
dan teleurstelling moet haren.
De VOORZITTER weet niet, of het verzoek
der landarbeiders tot verandering in de mee-
ning der heeren aanleiding heeft gegeven, om
dat dit een christelijke organisatie is. Hij is
van roeening, dat de heeren thans door den loop
der zaken alle overtuigd zijn geworden, dat
de zorg voor de werkloozen zich over alien
moeten uitstrekken. Tegen uitbreiding van der.
leeftijdsgrens heeft hij bezwaar, aangezien
men reeds thans een vrij breede groep er bij
krijglt.
De heer D. SCHEELE merkt op, dat de beer
Hamelink er maar gestadig op terugkomt, dat
de wijziging in de meening van verschillende
raadsleden zijn oorzaak zou vinden in de rich-
ting van de in deze geadresseerd hebbende ver-
eeniging. Hij moet tegen die voorstelling piro-
testeeren. De commissie heeft eerst gemeend,
dat er te veel zouden komen, indien gegaan
werd buiten de groep bootwerkers van 1914,
maar nu men dezelfde» menschen week aan
week terugziet, blijkt, dat er uitbreiding aar
kan gegeven worden. Aan den leeftij dsgrens
meent hij, dat ook wel wat te doen is en hij kan
er zich in vinden om in sommige gevallen ook
hoofden van gezinnen die geen kinderen hebben
te werk te stellen, want ook onder hen kunnen
er zijn die bijzondetre lasten hebben. Hij zou
daaraan zijn stem kunnen geven, maar hij
meent er op te moeten wijzen, dat de heer Ha-
meldnik het eigenlijk liever anders zou zien,
aangezien hij nu maar steeds het werk afkeurt,
ofsGhoon hij krijigt wat hij zegt altijd ge-
wenscht te hebben.
De heer HAMELINK: Neen, neen!
De heer D. SCHEELE: Moet (Meruit afge-
leid worden, dat hij opkomt voor een bepaalde
groep
De heer VAN DUKE zou er ook voor te vin
den zijn er nog meerderen in op te nemen, Men
heeft ook nog kostgangers. Die moeten toch
ook voor bun onderihoud betalen Hij zou na-
der willen zien hoever inen gaan kan.
De beer HAMELINK geeft te kennen, dat
hij door dit voorstel nog niet krijgt hetgeen hij
voor een afdoende regeling nooddg acht, n.l.
een regeling voor personen van 24- tot 65jarige
leeftijd.
De VOORZITTER adviseert, de regeling te
laten zooals die nu wordt voorgesteld en dan
eens af te wachten hoe het werkt. Blijkt, dat
men er meer kan nemen, dan kan dit nog ge
daan warden.
De heer COLSEN verklaart zich te kunnen
aansluiten bij het denkbeeld van den heer D.
Scheele.
De VOORZITTER wil het thans hierbij
laten; man verlieze ndet uit het oog, dat er een
belangrijke groep hijlkomt.
Het voorstel wordt aaaigelnamen met alge
meene stemmen.
11. Beschikbaarstelling van gelden overeen-
komstig de Lager Onderwijswet.
Burgemeester an wethouders, gezien een op
15 December 1926 ingekomen adres van het
Bestuur der vereenigiog voor Ohiristelijk Volks-
onderwijs te Ter Neuzen, houdende verzoek om
ingevolge artikel 72 der lager onderwijswet
1920 ge'Iden beschikbaar te willen stellen voor
het oansohaffen van nieuwe leermiddelen;
overwegende, dat het aansChaffen daarvan
noodzakelijk is wogens vermeerdering van het
aantal leerlingen diier school;
dat de kosten hieraan verbonden dus door
de gemeente moeten worden Vergoed;
gelet op de artt. 72 e.v. der lager onderwijs
wet 1920;
stellen den raad voor te besluiten zijne mede-
werking te verleenen.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
slotem.
12. Aankoop op een der Grootboeken der
N. W. S.
Burgemeester en wethouders, gezien een
raadsbesluit van 21 December 1926, goedge-
keurd door gedeputeerde staten van Zeeland,
bij hun besluit van 30 December d.a.v., onder
no. 43, le afdeeling, waarbij aan de firma V.
E. Galle, alhier, is verkocht aan deze firma in,
erfpacht uitgegeven gemeentegrond vor de son
van 1030,50;
overweg-ende, dat deze verkoopsom op een
zoodanig bedrag is gesteld, dat door belegging
van dat bedrag in inschrijvingen op een der
Grootboeken N. W. S. de gemeente door dezen
verkoop geen finiancieel nadeel zal hebben;
stellen voor te besluiten:
voor een 'bedrag van f 1030,50 aan te koo-
pen inschrijvingen op een der Grootboeken
dter N. W. S.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
13. Beleening van rentegevende stukken bij
de Nederlandsche Bank.
Burgemeester en wethouders, gezien het
raadsbesluit van 4 Mei 1926, goedgekeurd door
gedeputeerde staten van, Zeeland, den 7 Mei
1926, onder no. 177, le afd., tot het aangaan
eener geldleening van f 6000, af te lossen in
30 jaren;
overwegende, dat de Nederlandsche Bank
dat bedrag kan leenen, door beleening by die
bank van eenige rentegevende stukken der ge
meente, tegen eene lagere rente, dan door an
deren bedongen wordt;
dat die Bank daarvoor echter als waarborg
eene overwaarde verzoekt;
gelet op art. 194 der gemeente wet;
stellen den raad voor te besluiten;
te beieenen, g-xlurande den tijdvak van 30
jaren bij de Nederlandsche Bank rentegevende
stukken tot een maximum-bedrag van 7800,
strekkende ter verkrijging van de gelden der in
de averwegimgen van dit besluit genoemde
leening ad 6000.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
14. Sluiten kasgeldleening.
Burgemeester en wethouders, overwegende,
dat de gemeentekas ontoereikend is tot het
doen van verschillende gewone uitgaven;
gelet op art.. 136 en 194 der Gemeentewet;
stellen den raad voor te besluiten
aan te gaan op loopende rekening eene tijde-
lijke leening groat 40.000, a pari tegen eene
rente van hoogstens 5 per jaar;
rente en aflossing te voldoen uit de gewone
middelen der gemeente.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
15. Benoemen secretaris-penningmeester van
het algemeen armbestuur.
Ter voorziening in de vacature oatstaan
door het overlijden van den heer A. J. Taze-
laar moet eene benoemdng plaats hebben van
secretaris-penmingmeester van het burgerlijk
armbestuur.
Op de alfabetisdhe aanbeveling zijn ge-
plaatst: A. N. Hamelinlk, P. Loof, L. Mednema.
De VOORZITTER noodigt de heeren D.
Scheele en Van Cadsand uit met 'hem het stem-
bureau te vormen.
Bij eerste stemming zijn uitgebraoht op de
heeren: P. Loof 5, L. Meinema 3, A. N. Hame
link 1, J. Tollenaar 1 en J. A. Donze 1.
De heer HAMELINK verklaarde zich van
stemmen te onthouden.
Bij tweede vrije stemming wordt benoemd
de beer P. Loof met 7 stemmen; de heer Mei
nema verkrijigt 3 en de heer Hamelink 1 stem.
De indiensttredinig wordt bepaald op 15 Fe
bruari a.s.
16. Benoeming leden en plaatsvervan?ende
leden der stembureaux.
De heer HAMELINK wil geen, verandering
voorstellen, maar wenscht toch te wijzen op
het opmerkelijke feat, dat in de aanbeveling
voor het hoofdstembureau zijn partij, die bij
de Tweede Kamerveirkiezinig de sterkste in deze
gemeente bleek, geheel gepasseerd is.
De VOORZITTER stemt dit toe, maar merkt
op; dat daarbij geenerlei bedoeling voorzit.
Als naar gewoonte zijn voor zoover dit mage
lijk was de oude lijsten gevolgd.
De stembureaux worden hierop met alge
meene stemmen benoemd als volgt:
Hoofdstemboireau, tevens Centraal stem-
bureau
Voorzitter: J. Huizinga; leden: J. J. de
Jager, H. W. R. Kramer, B. I. Zonnevijlle en
H. Heersema; plaatsvervangende leden: A. J.
N. Nolet, P. L. Israel en J. H. Massink.
Stembureaiu I: Gemeentehuis.
Voorzitter: J. Huizinga; leden: B. I. Zonne
vijlle en J. J. de Jager; plaatsvervangende
leden: A. F. Voerman en R. Scheele Nzn.
Stembureau n: Hervormde school.
Voorzitter: L. J. Geelhoedt; leden: J. van
Riet en E. Th. Hamerlinck; plaatsvervangende
leden: D. van Wijck en H. W. R. Kramer.
Stembureau III: School aan de Gremdaan.
Voorzitter: D. Scheele; leden: L. J. van
Driel en C. A. Verlinde; plaatsvervangende
leden: L. de Fey ter en Abr. Dees.
Stembureau TV: School C.
Voorzitter: N. A. Hamelink; leden: B. N.
van Dijke en C. Riibbens; plaatsvervangende
leden: I. de Groot en J. F. de Cooker.
Stembureau VBijz. school te Driewegen.
Voorzitter: D. van Aken; leden: J. de
Bruijne en A. Moggre; plaatvervangende leden:
A. de Bruijne en J. C. Jansen.
Stembureau VI: School D te Sluiskil.
Voorzitter: H. J. Colsen; leden: P. van Cad
sand en J. L. Dregmans; plaatsvervangende
leden: J. J. Kaan en J. van Doeselaar Wzn.
17. Ontheffing schoolgeld, dienst 1926.
Naar aanLeiddng van ingekomen verzoeken
om ontheffing van schoolgeld, stellen burge
meester en wethouders voor te besluiten als
volgt:
afschrijving toe te staan aan: I. Guequierre
10,49; H. de Krudf 4,G. van den Berge
6,F. B. de Bock /1,67; L. Dekker 3,04
A. Dieleman 1,60; Ghr. Dieleman /1,07; F. J.
van Doeselaar 2,66; Adr. Dooms /2,25; F.
Dooms f 5,60; J. B. Dooms /3,33; J. W. van
Es f 1,28; P. J. Eijke 8,40; P. Francoise 7,75;
A. Geensen f 14,26; F. J. Huyssen 3,82; G.
H. Kamerik /3,20; H. Kiel 1,28; G. van der
Klooster 1,81; Abr. Lensen 4,27P. Leunis
.f 0,41; M. van Luik /0,99; P. Meertens 2,60;
H. C. Meeusen /6^3; J. Meeusen /1,71; P.
Oppeneer f 1,20; A. C. de Pauw f 5,50; J. Plad-
det 2,13; J. de Putter /2,66; D. C. de Regt
/2,13 P. M. de Ruyter 3,15; J. CL
Scheele 1,60; J. Schippers 2,56; J. F.
Stoffijn f 2,50; A. Verlinde f 2,13; J. J.
Verlinde 3,20D. Versluijs .f3,20; J. Vissei
f 2,60; J. van Doeselaar 1,71G. Kroon /0,64;
G. Krijger 2,13; J. Wieiand f 8,K. Wie-
land 28,80; G. J. Iiroekhoven /5,25; K. Ha
melink f2,14; J. Kouwijzer /2,56; J. Wieiand
7,P. Verhage 5,M. Drabbe /3,64;
A. Pladdet /5,58; A. J. die Bruijn .f0,87; E.
van den Eeckhout 12,Wed. C. van Haelst
f 28,80; P. Goossen f 1,H. Heeffer f 4,
A. de Moor f 3,G. Beck 31,50; J. C. Bom
/27,C. Bruijn f 13,50; P. J. Dooms f4,50:
C. Kaijiser f 5—J. H. Kroon /9,60; J. W.
Maas 16,87; P. J. Seibel 3,12; W. van Ta-
tenhove f 18,R. Visser f 22,50; C. A. Wiech-
mann, f 3,10; W. Wijiga 3,75; H. J. Dieleman
j 22,50; J. M. Oggel 40,50; E. C. Oggel
13,50; Wed. J. Willemsen f 16,— D. E. Wol-
fert 20,25; H. Zegers /2.50; W. Donker
10,50; C. de Ridder 18,H. E. Scheffea-
f 6,en, P. de Vos 6,60;
te liandhaven de aanslagen van: L. J. van
Driel, G. Buijze, W. Gort, J. A. Servaas en
G. van Driel.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
18. Ontheffing hondenbelasting dienst 1926.
In verband met ingekomen verzoeken steller
burgemeester en wethouders voor ontheffing
te verleenen wegens hun aanslagen in de hon-
dembelastkig aan:
C. T. Vermast f 3,J. J. C. van Sprang
f 6,H. Moens f 2,75; J. Hamelink /2,25: J.
Meijer 1,50; O. Vedbist 2,W. O. de Vries
f 1,50; V. Focquier /3,12; D. van Drongelen
f 1,wed. C. Jacobs 1,50; F. die Witte
fl,75; C. J. Scheele f 1,75A. van Aerde
f 1,75M. de Vnsiser f 1,75 en J. Huyssen
12,—;