Tor Us asaasclio Comnt
Woensdag 5 Jan 1927. Ho. 8012.
"ygri"KjX3E1 ZBXj-A.^3.
GEMEENTERAAD VAN HOEK.
'TZXtr dfwed. P. Rinkhouil H«*.
om voor 1927 wederom het onderhoud van de
openibare school te mogen behouden op de be-
kende voorwaarden.
GEMEEN TER AAD VAN
ZAAMSLAG.
van
Vergadering van Dinsdag 21 December 1926.
Voorzitter de heer A. Wolfert, Burg<-
m8Aaiiwezig' de heeren: J. A. Meertens, A.
utXl J. van 't Hoff, M. de Feyter H.
Pladdet, D. J. Jansen en J. D. de better.
De VOORZITTER opent de vergadenng
waarna de notulen der vorige vergadenng on-
veranderd worden vastgesteld.
Ingekomen stukken:
Dericht van Ged. Staten van Zeeland, om
trent verandering van tijdstip van de jaarlij
sche kermis te Cad sand.
Scihrijven van Ged. Staten, houdende goed-
keuring der gemeente-begrootdng voor 1927, en
die voor het gemeentelijk electrisch bedrijf.
Zonder hoofdelijke stemming wordt beslo-
ten deze stukken voor kennisgeving aan te
nemen.
Verzoek van het Schoolmuseum te Middel-
burg, om subsidie.
Op voorstel van Burg, en Weth. wordt zon
der hoofdelijke stemming besloten eene jaar-
lijksche subsidie te verleenen van 10
Ingevolge een desbetreffend schrijven van
Ged. Staten, wordt de verordening op de keur-
loonen in dier voege gewijzigd, dat mgeval van
afkeuring voor de consumptie, de voor net ai-
gekeurde dier betaalde keurloonen moeten
worden gerestitueerd.
De gemeente-begrootdng voor 1926 wordt op
voorstel van Burg, en Weth. zonder hoofdelijke
De VOORZITTER stelt namens Buig. en
Weth. voor, om aan het verzoek te voldoen.
De heer M. DE FEIJTER vraagt, of er geen
andere verzoeken in dien geest zijn ingekomen.
De VOORZITTER: Neen.
De heer J. D. DE FEIJTER: Als er geen
andere verzoeken zijn, zou ik het maar willen
toestaan.
De heer H. PLADDET: Zijn Burg, en Weth.
en het hoofd der school tevreden over de uit-
voering
De VOORZITTER: De rapporten daarom-
trent zijn gunstig.
De heer JANSEN: Wordt voor die som door
die vrouw alles er bijgeleverd?
De VOORZITTER: Alles.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten
aan het verzoek te voldoen.
Benoeming van een. lid van het Burgerlijk
Armbestuur, wegens periodieke aftrediug van
den heer F. W. Dekker.
Aanbevolen worden de heeren F. W. Dekker
en F. Drabbe.
Met 6 stemmen en een bianco wordt de heer
Dekker benoemd.
Voorstel van Burg, en Weth. om de bij de
openbare school behoorenide woning wederom
voor den tijd van twee jaren te verhuren aan
den heer Van Doeselaar, hoofd der school
tegen een jaarlijkschen huurprijs van twee
honderd gulden.
De heer JANSEN: Dat is zeker de eemge
ambtenaar in de gemeente, die wij eene woning
p*fvvl(yn
De VOORZITTER: Geven niet, wel ver-
hur©n
De 'heer JANSEN: Ik vind het huurbedrag
voor die woning veel te laag.
De VOORZITTER: Dat ben ik met met U
eens. Bovendien wie zullen we voor dien prijs
in die woning krijgen, en als we meer huur
gaan vragen, bestaat de kans, dat de neer Van
Doeselaar naar zijn eigen woning aan de an-
dere zijde van de straat gaat wonen, want dan
komt dat voor hem veel voordeeliger Ult;
De heer JANSEN: Ik vind het met billijk,
dat de gemeente jaarlijks aan die woning moet
bijdragen, de huur is veel te laag.
De VOORZITTER: De gemeente draagt er
ook niet aan toe. U moet niet vergeten, dat
we de school van het Rijk cadeau hebben ge-
kregen.
De heer JANSEN: Dat neemt met weg, dat
de huur toch te laag is, dan konden we de wo
ning beter verkoopen.
De VOORZITTER: Dat zou ik ten zeerste
moeten afraden. i
De heer JANSEN: We hebben toch geen i
andere amibtenaren meer, die in een woning
van de gemeente wonen, ik zou het beter ach-
ten tot verkoopen over te gaan. j
De VOORZITTER: Misschien zullen we den
tijd wel eens beleven, dat hier in onze gemeen-
te de bevolking op een zoodanig peil van ont-
wikkeling komt te staan, dat we geen onder-
wijs meer noodig hebben, dan kunnen we mis
schien de school er wel bij verkoopen.
De heer JANSEN: Ik vind het een schan-
daal, dat voor iemarnd met zulk een hoog
trakt.ement de gemeente ten slotte nog moet
bijdragen in de kosten van bewoning. Die wo
ning is meer waard dan twee honderd gulden
huur per jaar.
De VOORZITTER: Burg, en Weth. zyn van
een under gevoelen.
De heer J. A. MEERTENS: Ik ben het in
zoover met den heer Jansen eens, dat de ge
meente geen woningen dient te verstrekken
aan de ambtenaran, indien we er speciaal voor
zouden moeten koopen of bouwen, maar nu
deae woning er scaat, vind ik het beter zooals
het nu is. Wat nu betreft, dat de gemeente
aan den heer Van Doeselaar feitelijk eene te-
gemoetkoming geeft in de kosten van huur, dit
is hier een bjjzonder geval, daar de heer Van
Doeselaar zelf eene woning beschikbaar heeft,
die hjj bij hoogere huur van de schoolwoning
beter zelf zou kunnen bewonen. En van nie-
mand in deze gemeente krijgen we meer huur.
De heer JANSENToch is een huur bedrag
van twee honderd gulden voor deze woning veel
te weinig.
De heer A. MEERTENS: Ik zou den heer
Jansen wel eens willen Vragen, wie er voor
deze woning 5000 gulden zou willen geven, en
dan is het zoo als het nu is, tooh voordeeliger.
En zooals de heer Meertens zoo even zei, als
we meer huur vragen, dan zal hij er uit gaan.
Het gaat er hier niet over, hoe groot het sa-
laris van den betrokken persoon is, maar op
welke manier de gemeente deze woning het
voordeeligst kan exploiteeren.
De iheer JANSEN: Ik kan de oplossing in
dezen geest niet inzien.
De heer A. MEERTENS: Maar als U het
dan beter weet, doe U dan eens een ander
beter middel aan de hand!
De heer JANSEN: Ja, zooals ik zooeven zei,
verkoopen!
De VOORZITTER: Dat moet ik den raad
afraden.
De heer J. A. MEERTENS: Er dient ook
rekening te worden gehouden, met den per
soon van den huurder, en ieder zal toch moe
ten toegeven, dat de woning prima wordt on-
derhouden, terwijl we bij een hoogere huur van
f 50 per jaar veel meer zouden verspelen,
wanneer we een huurder kregen, die de woning
zou onderwonen.
De VOORZITTER: Heeren, ik acht het punt
aangaande venhuring dezer woning thans wel
voldoende besproken en stel namens Burg, en
Weth. voor om de huur te bepalen op J zuu
per jaar.
Met 5 tegen 2 stemmen, die van de heeren
Jansen en Pladdet, wordt overeenkomstig het
voorstel van Burg, en Weth. besloten.
De openibare vergadering wordt ter behande-
ling van reclames inzake schoolgeld door den
Voorzitter geschorst.
Na het weder openbaar worden deelt de
Voorzitter mede, dat: de reclame van H. Mi-
chielsen wegens te late indiening niet ontvan-
kelijk wordt verklaard.
De aanslagen van A. de Zwarte, P. Meer
tens en C. Drabbe blijven gehandhaafd.
Rondvraag.
De heer JANSEN wenscht even iets in het
midden te brengen inzake de extra-steun aan
uitgetrokken werkloozen. Hij heeft gehoorcl,
dat behoeftige inwoners die geen lid der werk
loozenkas zijn, niet worden toebedeeld uit het
door den raad aan de werkloozenkas gegeven
s gelidlan, en waar die menschen dat toch ook
I noodig hebben, vindt hij dat zeer verkeerd.
Waarom moeten die menschen naar het arm-
l bestuur worden gezonden, en die andere niet
f Nu kan men wel zeggen, dan moeten zij ook
t maar lid worden van de werkloozenkas, maar
daar is ook iets tegen te zeggen. De een heeft
daartegen meer bezwaren dan den ander. Er
gaan om die extra steun ook wel personen, die
dat niet noodig hebben. Zouden we daarm
geen wijziging kunnen brengen?
i De VOORZITTER: De uitbetaling der door
j den heer Jansen bedoelde gelden geschiedt uit-
i sluitend overeenkomstig het raadsbesluit aan
leden der werkloozenkas, en waar die regeling
momenteel jlonr Ged. Staten is goedgekeurd,
kunnen we daaraan voor dit oogenblik niets
veranderen.
De heer J. D. DE FEIJTER: Dan moeten
de door den heer Jansen bedoelde personen
zieh bij he armbestuur vervoegen.
De heer JANSEN: Ja, maar die hebben daar
evengoed hunne bezwaren tegen, als de leden
der werkloozenkas.
De heer A. MEERTENS: Zooals de heeren
nog wel weten, heb ik in het voorjaar er reeds
op gewezen, toen de eerste maal door den raad
extra steun werd toegestaan aan de werkloo
zenkas, dat wanneer de werkmenschen nu hun
belang begrepen, zij alien lid zouden worden
van de kas, doch versehillende personen hebben
dien raad niet opgevolgd. Ik wil toegeven, dat
er misschien voor een enkeling uit financieel
oogpunt bezwaar zou kunnen bestaan om de
wekelijksche contributie te betalen, maar de
meesten kunnen dat wel, en nu er extra steun
gegeven wordt komen ze reclameeren. Die per
sonen hebben het aan zichzelf te wijten, dat zij
van dien steun zijn uitgesloten. Wie gemoeds-
bezwaren heeft, om lid van de werkloozenkas
te zijn, moet dan ook bezwaren hebben, om
extra steun te ontvangen.
De heer JANSEN: Ik zei, misschien.
De heer A. MEERTENS: Ik kan dan wel
mededeelen, dat er versehillende zijn, die uit
oiwersohilligheid weigeren zich aan de kas te
laten inschrijvetn, er is er maar een, waarvan ik
overtuigd ben, dat hij de wekelijksche contri
butie niet kan missen, en dat accepteer ik.
De heer JANSEN: Ik vind het verkeerd,
om de menschen te dwingen lid van de werk
loozenkas te worden.
De heer A. MEERTENS: Dat zit hem in de
samenstelling van de kas. Als je geen lid bent,
dan heb je ook geen rechten. Wanneer ze wil
len halen, moeten ze ook willen steunen. Als
alien lid waren, dan konden ze alien trekken,
dan was er misschien geen extra-steun
We komen in den tragel
Hoe breed is daar die
De heer J. A. MEERTENS: Ik moet het met
n heer Pladdet toestemmen, dat de weg, wat
het fietspad betreft aan dien kant niet breed
is, maar natuurlijk we stuiten af op de kosten.
Anders was het wel een goede verbetering,
en als productief werk zou het tot een goede
besteding der gelden leiden.
De heer JANSEN: Zouden we daarvoor
moeten onteigenen?
De VOORZITTER:
van den dijk.
De heer JANSEN:
De VOORZITTER: Op den ligg-er staat hij
zeven meter.
Dp heer JANSEN: Dat is hij daarom met.
De heer PLADDET: A1 was het maar een
padje van een halven meter.
De VOORZITTER: Dat is toch verleden
jaar gebeurd, het is ook op een halven meter
gemaakt.
De heer JANSEN: Ik voel anders wel wat
voor het idee van den heer Pladdet.
De heer PLADDET: Misschien zouden we
daar voor wel eenlge subsidie kunnen krijgen
van den Nederlandschen Wielrijdersbond.
De VOORZITTER: We zullen eens een on-
derzoek instellen.
De heer J. A. MEERTENS: Rekent voor,
dat de kosten aan grondstoffen op ruim zee
honderd gulden zouden komen, en een 500 gul
den werkloon.
De heer A. MEERTENS: Dat zouden we
dan niet uit het steunbedrag kunnen bestrij-
den.
De VOORZITTER: We zullen de zaak eens
overwegen.
Niets meer te behandelen zijnde en niemand
meer het woord veriang»-nde, sluit de VOOR
ZITTER de vergadering.
en dan was
noodig.
De VOORZITTER: Dan moeten zij, die geen
lid van de kas zijn, zich bij het armbestuur
j vervoegen.
De beer JANSEN: En dat doen ze juist
liever niet!
De heer A. MEERTENS: Ik heeht niet veel
g-eloof aan dat niet kunnen lid worden, als
ze maar willen.
De heer M. DE FEIJTER: Die extra-steun
is toch bedoeld voor hoofden van gezinnen en
voor kostwinners?
De VOORZITTER: Ja, zij, die als kost
winners zijn te beschouwen, zijn in dat op-
zicht gelijk met hoofden van gezinnen.
De heer M. DE FEIJTER: Ik vraag dit,
omdat de secretaris der werkloozenkas op dit
punt met mij van meening verschilt.
De VOORZITTER: Dat is natuurlijk een
kwestie, die het bestuur dient uit te maken.
De heer M. DE FEIJTER: Dan wou ik nog
wel eens iets over dien extra-steun zeggen.
Er zijn altijd menschen, die aan dien steun een
hekel hebben, en van meening zijn, dat wij
liever steun ontvangen, dan ervoor te werken,
maar als dat geld, dat nu op de begrootinig is
gezet eens verdiend werd, verwerkt dus op de
polderwegen, dan zouden wij liever daarvoor
werken, dan het zoo maar te krijgen.
De VOORZITTER: Ik meen, dat er toch al
eens door de gemeente op gewezen is, maar
dan schijnt, dat de polderbesturen er geen ge-
volg aan hebben gegeven,
De heer M. DE FEIJTER: Dat zouden de
menschen anders liever hebben, dan dat zij het
geld zoomaar krijgen.
De heer A. MEERTENS: De bedoeling van
den heer De Feijter is wel goed, mijnheer de
Voorzitter, maar hij drukt zich niet goed uit.
Het is niet de bedoeling, om naast het steun
bedrag van vijf honderd gulden nog eens een
bedrag van 500 gulden te doen verwerken,
maar de nu toegestane som te geven in den
vorm van productief werk op de polderwegen.
De menschen zouden voor dat geld dan de pol
derwegen in orde willen maken, dan was het
geld tevens nuttig besteed.
De VOORZITTER: Dan zouden de polder
besturen hieromtrent moeten worden aange-
sehreven voor de vergaderingen.
De heer J. D. DE FEIJTER: Dan kunnen ze
dat in de vergadering brengen.
De heer PLADDET: Zouden we de uitge
trokken werkloozen ook niet aan het werk kun
nen zetten op den Molendijk, om aan den eenen
kant van dien weg een flink fietspadje te leg-
gen? Ik heb er al meer naar gekeken, maar
aan dien eenen kant is het toch moeilijk rijden,
als er een beetje verkeer op dien weg is. Vanaf
Wagenaar tot Hoek is de weg aan den eenen
kant toch te srnal, en als je moet uitwijken,
dien je als je van Ter Neuzen komt toch aan
i den rechterkant te rijden.
De VOORZITTER: De weg is daar toch
breed genoeg om voldoende te kunnen uit-
i wij ken
De heer PLADDET: Het is op sonunige
punten niet breed genoeg, vooral niet aan de
kreek. Als we dat wilden doen, dan hebben
we daarvoor toch geen formaliteiten te ver-
vervullen
De VOORZITTER: We komen dan natuur
lijk in het recht van den polder.
De heer PLADDET: Dan zouden we de noo-
dige vergoeding moeten geven.
De VOORZITTER: Ik voor mij vind, dat
het pad goed ligt.
De heer A. MEERTENS: Het euvel van den
weg zit hem eigeniijk aan de tweede kreek,
daar is het wat smal, maar overigens vind ik
hem breed genoeg.
Vergadering van Vrijdag' 10 December 1926,
des namiddags 1 uur.
Voorzitter de heer J. de Feijter, Burge-
meester.
Tegenwoordig de heeren A. de Feijter, S.
van Hoeve, C. A. Wisse, A. de Koeijer, W.
van Petegem, D. Dees, C. H. H. Wisse, M. Dek
ker, A. Haak en A. Dees, benevens de Secre
taris, J. Stolk.
Afwezig de heer D. G. Koopman.
1. Opening.
De VOORZITTER opent de vergadering
door het uitspreken van het gefbedsformulier.
Hij deelt mede, dat de heer Koopman heden
niet ter vergadering kon aanwezig zijn, aan-
gezien deze als getuige-deskundige voor de
rechtbank te Middelburg is opgeroepen.
2. Notulen.
Het vaststellen van de notulen der vergade
ring van 27 September 1926, wordt aangehou-
den,. aangezien deze nog niet in druk aan de
leden zijn toegeaonden.
3. Mededeelingen.
a. Dat op 1 October 1.1. zijn opgenomen boe-
ken en kas van den gemeente-ontvanger en dat
het totaal der ontvangsten op dien datuim was
f 117.539,16%, en dat der uitgaven f 84.047,64,
zoodat dus in kas moest zijn f33.491,52%,
overeenikomemde met de vertoonde gelden.
Aangenomen voor kennisgeving.
b. dat op 27 September 1.1. zijn opgenomen
boeken en kas van den administrateur van het
gemeentelijk electriisoh bedrijf en het bedrag
der ontvangsten op dien dag bedroegen
8085,39V2, dat der uitgaven 4671,54, verschil
f 3413,8514, en het kwaacl slot van de rekening
1925 f 2442,60, zoodat in kas moest zijn
1271,25Mi, overeenkomende met de vertoonde
gelden.
Aangenomen voor kennisgeving.
4. Ingekomen stukken.
a. Een schrijven van Gedeputeende Staten
van Zeeland, houdende mededeeling, raadsbe
sluit Oostburg- tot veranderimg veemarkt.
Aangenomen voor kennisgeving.
b. Een schrijven van den heer Commissaiis
der Koningin, houdende mededeeling benoe
ming van D. Dekker en K. Dieleman tot zet-
ters voor's Rijks directe belastingen voor deze
gemeente gedurende de jaren 1927 tot en met
1930.
Aangenomen voor kennisgeving.
c. Het raadsbesluit d.d. 27 September 1926,
no. 5, betreffende verkoop van een perceeltje
grond gelegen in de Axelsche straat aan C.
Dieleman, voorzien van het bewijs van goed-
keuring van Gedeputeerde Staten.
Aangenomen voor kennisgeving.
d. Een schrijven van de sub-commissie tot
werkverruiming in Zeeuwsch-Vlaanderen lui-
dende als volgt:
dat in de vergadering der c.ommissie gehou
den te Hulist den 18den October 1.1. opnieuw de
aandaoht werd gevestigd op de voor de deur
staande werkloosheid, met name ook onder de
vilasfbewerkers in Uwe gemeente;
dat in meergenoemde vergadering herinnerd
werd aan de bezwaren voor enkele jaren tegen
een destijds ingediend verzoek naar voren ge-
bracht, welke hierin bestonden, dat men geen
behoorlijk plan van uitvoerimg kon samen-
stellen;
dat de commissie van ooixleel is, dat_ doo^'
„vlasibewerkinig" een flinke werkverruiming
is te vinden voor de arbedders in dat bedrijf
werkzaam;
dat de commissie ter tegemoetkomdn.g aan
die bezwaren van vroeger, een plan heeft ont-
worpein en' vastgesteild, weiik plan als bijlage
aan dit ad res wordt toegevoe gtd
dat de moeilij.ke concuri-entie tegenover de
koopkracht en de huiisindustrie van de Belgen
aan de grens, geen enkel fabrikant zijn fabriek
kan openstellen en productief werkzaam zijn
wat te betreuren is, en als noodzakelijk gevolg
moet hebben, dat die industrie zal verdwijnen,
benevens een zeer groot nadeel tengevoige
heeft voor een belangrijk deel der bevolk\ri-r:
met name den neringdoenden middenstand;
de arbe'dende klasise en de landibouwers in
Z eeuwsch-Vlaanderen
redenen waarom onze commissie Uwen raad
beleefd doch dringend vraagt, in samenwerking
met aangrenzende gemeenten, door „vlasbe-
werkinig" in den nood der werkloosheid onder
de vlasbewerkers te voorzien;
als samerawerkende gemeenten zouden zich
kunnen verbinden: Ter Neuzen, Axel. Zanm-
slag en Westdoirpe.
Conceptvoorstel tot werkverruiming.
De werkloosheid die zich ook dezen winter
buitemgewoon zal doen gevoelen, vordert dat
tijdrig maatregelen worden genomen, en door
werkverruiming getraoht wordt in dezen no d
te voorzien.
Deze werkverruiming is te bereiken door het
„bewerken" van vlas, waawnede tevens de Ne-
deriandsche industrie is gebaat.
De igemeentebe-sturen nemen daaraan deel,
terwijl de organri-satie van dit werk op de vol-
gende wijze wordt geregeld:
1. Er worde een combinaitie gevormd van
drie personen. Deze zijn verantwoordeliik
teiginover de geimeent°bes+iir,'en, en bebbon d
lending van het geiheele bedrijf.
Zij ontvangen voor hun bemoeiing:
a. 3 van de bruto-opbrengst van het ver-
kochte vlas en het afval.
b. 10 van de winst, bij af rekening of Sui
ting van het bedrijf.
2. ledere gemeente zendt naar dit bedrijf de
werklooze vlasbewerkers, aan welke een ge-
middeld loon wordt verzekerdvarieerende tus-
sohen een minimum loon van f 12, en een ma
ximum loon van f 18 per week.
3. a. Voor het verkrijgen van bedrijfs-
kapitaal openen de gemeenten een crediet tot
een maximum van f 1000 per werklooze ar-
beider, die uit de gemeente wordt tewerk ge-
steld.
b. Stort in het bedrijf 50 van het lono
van iedere werklooze vlasarbeider tot een ma
ximum van f 9 per week.
c. De winst van het bedrijf, na aftrek van
10 c/o van de directie, wordt gestort in de ge-
meenitekas; ponds-pomdsgewijze verdeeld over
het aantal arbeiders uit de gemeente tewerk
gesteld.
4. Tot de exploatatiekosten bahooren:
a. de rente en aflossdng van het bedrijfs-
kapitaal
b. de huur van de fabriek met de noodige
machine rien
c. ihet weekloon van de arbeiders, benevens
het loon van een of meer werkbazen;
d. de kosten voor invaliditeitszagels, re's
en verblijfkosten enz.;
e. de exploitatie- en administratiekosten.
5. Iedere gemeente wijze een lid aan in de
commissie van controle en uitvoering; welke
met den voorzitter der werkverruiming, of
diens plaatsvervanger, toezicht geeft op de
gestie van het bedrijf.
6. Deze commissie wordt tevens belast met
de uitvoering, zoodra de gemeentehesturen
daartoe het besluit hebben gemomen.
Naar aanleiding van dit adres is nader inge
komen een schrijven van genoemde commissie,
houdende, dat het bedrag genoemd in punt III,
tenug kan, worden gebracht op f 400 en boven
dien den gemeentehesturen enkel wordt ge-
vraagd, dat men een vertegenwoord i ger aan-
wijst; bedoeld in punt V, opdat de commissie
de noodige voorbereiding zou kunnen doen, cm,
mocht het voor onze gemeente noodig zijn,
gereed te zijn. Het is bovendien niet uitgeslo
ten, dat voor deze werkverruiming van Regee-
ringswage steun wordt verkregen, dat de ge
meenten ten goede komt.
Burgemeester en Wethouders van meening.
dat uitvoering van het plan der commissie niet
te verantwoorden uitgaven voor de gemeente
zal medebrengen, stellen voor op het adres af-
wijzend te beschikken.
De VOORZITTER deelt mede, met de heeren
der commissie in een conference ten gemeente-
huize te Axel over deze kwestie te hebben ge-
sproken. De heeren kennen alle het verloop
van de vlasserij; er zijn groote kapitalen mede
verloren. Het is een moeilijke zaak voor de
commissie om er aan te beginnen. Van de ge
meenten werd, om er aan deel te nemen, f 1000
per werklooze, die er aan werken zou ge-
vraagd. Spreker gaf als zijn meening te
kennen, dat hij vermoedde, dat de gemeente-
raden een dergelijk verzoek naast zich zouden
leggen. Later is dat bedrag teruggebracht tot
j 400, doch toen gaf hij te kennen, dat het hem
nog te veel voorkwam, en ook, dat hij meer
heil zag in werkverruiming in eigen huis, door
te trachten een terrein te krijgen, voor de be-
oefening van de fruitteelt. Dat vordert veel
werk; in het najaar door het sputten van het
land, in het voorjaar met het bespuiten en be-
sproeien der boornen. De meeningen omtrent
de uitvoerbaarheid daarvan zijn echter ver
deeld, de een voelt er veel voor, een ander
weinig, maar Burgemeester en Wethouiders
zijn van oordeel, dat het voorstel der commis
sie voor de gemeente niet aannemelijk is en
zouden voor wat betreft de ihulp aan werkloo
zen vooralsnog op den tot hdertoe gevolgden
voet willen voortgaan.
De heer HAAK erkent, dat er aan dat plan
wel een lichtzijde is, maar er is ook een groote
schaduwzijde, en het zal mogelijk groote offers
van de gemeente vragen. Als de fabrikanten
zelf hun fabrieken niet kunnen openen, zal het
voor den combinatie van gemeenten nog be-
zwarender zijn, want die kunnen niet tegen het
particuliere bedrijf op. Hij voorziet er groote
verliezen van en moet het voorstel van Bur
gemeester en Wethouders steunen.
De heer C. A. WISSE waardeert de bedoe
ling der commissie en indien hjj maar eenig
uitzioht op kans van slagen zag, zou hij er wel
voor te vinden zijn, maar hij is ook van oor
deel, dat de gemeenten er niet aan moeten be
ginnen, als zulks voor particulieren onmoge-
lijk is.
Hij wijst echter op de haven aan den Marga-
rethapolder en vraagt of het niet mogelijk zou
zijn werk te versohaffen door den madder daar
eens flink uit te laten halen, dat is dan een
productief werk, en, het is beter de menschen
te laten werken, dan hen te ondersteunen.
De VOORZITTER deelt mede, daarover ook
met den havenmeester te hebben gesproken.
De modder moet echter in zee worden ge
bracht en dat is ieders werk niet. Burgemees
ter en Wethouders hebben anders ook al eens
het deukbeeld gehad, om de geheele zaak er
uit te laten gooien. Indien het practisch uit-
voerbaar mocht blijken, zou er op die manier
wel wat te doen zijn. Spreker is er hard voor,
om, zoo mogelijk, werk te geven, en misschien
was dit eenigszins productief. Er is misschien
hier en daar ook nog wel wat te doen aan het
delven en kuisschen van slooten en zou daar-
omtrent tot betrokken eigenaars of polderbe
sturen een verzoek kunnen worden gedaan die
werkzaamheden te laten verrichten, desnoods
met b.v. een toeslag op het dagloon van wege
de gemeente ad 25 cent.
De heer VAN PETEGEM moet dat ontra-
den; de gemeente iheeft reeds te dikwijls dat
terrein betreden, door onderhoud of verbete
ring van werk, dat aan particulieren beboorde
op te knappen. Er zijn zeker slooten, die hoog
noodig schoon,gemaakt moeten worden, dodh dr
behoort tot de zorg der polderbesturen, en die
moeten dit maar doen. Als er in dit opzicht
maar wat meer voor gevoeld werd, dan was er
niet zooveei werkloosheid, er ligt genoeg werk
te wachten. Er wordt nu van de zijde van Bur
gemeester en Wethouders gezegd, dat er wel
werk van wege de gemeente kan verricht wor
den, dat is veel beter; dat kan toch onder toe
zicht geschieden Als men aan de polders sub
sidie zou gaan geven om werk uit te voeren,
dan zouden ze daar later op gaan rekenen.
De VOORZITTER merkt op, dat het onder
houd der slooten niet berust bij de polders,
doch bij de aanpalende eigenaren. Voor hen
is de toestand ook niet zoo, dat ze op hun uit
gaven niet wat moeten toezien, maar als de
gemeente eenigen bijslag gaf, zouden ze mis
schien zulke Werken wel laten uitvoeren. Hij
zou aan een dergelijke oplossing toch nog de
voorkeur geven, boven ondersteuning mi.ddels
het armbestuur. Dan zou er spoedig werk kun
nen komen, want met de vlasserij zou het, in
dien men er op inging, toch nog wel eenigen
tijd duren.
De heer C. A. WISSE meent, dat aan de pol
derbesturen zou kunnen gevraagd worden. rf
ze niet eenige menschen aan onderhoudsiwerk
te werk kunnen stellen; hij gelooft niet, dat
deze daarvoor geld van de gemeente zouden
willen hebben.
De heer HAAK zou er tegen zijn, om van
wege de gemeente aan particulieren steun te
gaan verleenen voor het delven en kuisschen
van slooten e.d., aangezien dan degene, die uit
eigen beweging dit werk goed laten doen, de
dupe zouden worden van de nalatigen, die ze
dan door hun belastiwgpenningen zouden steu
nen. Hij meent, dat er dan in de toekomst
veel slooten zullen vol geraken.
De heer D. DEES is er ook tegen.
De heer VAN PETEGEM acht het geen ge-
makkelijk oplosbaar vraagstuk en vraagt, of
er niet zou kunnen gewerkt worden aan ver
betering van den weg door den Groote Huis-
senspolder, waarvan echter de zijkanten voor
een deel weg zijn, en die weg zou weer op
breedte dien en te worden gebracht. Hij vraagt,
of nog niet eens met behulp van den land-
meter van het kadaster is nagegaan, hoever
de gemeente daar recht heeft op een grootere
wegsbreedte en waar dat vandaan moet komen.
De VOORZITTER merkt op, dat dit met
den landmeter niet is uit te zoeken. Zoo'n werk
moet echter in den zomer worden uitgevoerd
en dan zijn er geen werkloozen.
De heer VAN PETEGEM wijst ook nog op
den weg naar De Val.
De heer G. H. H. WISSE kan er ook mee
instemmen, dat de kaai eens een goede beurt
gegeven wordt. Er is echter nog veel meer te
doen. Hij wijst op den toestand der zijkanten
van den weg. Er diende gezorgd te worden
voor een fatsoenlijk fietspad. Men kan daar
over nu niet naar Ter Neuzen rijden, er is geen
pad meer. Het is nu bepaald een heelen toer
om in Ter Neuzen te komen. Hij zou wenschen,
dat de p.aden eens flink werden uitgehakt en
dan met macadam bestrooid. Dat acht hij pro-
ductief werk en dat zou heel de gemeente gocd-
vinden. Men zou zich ook tot de polders kun-
nen wenden met verzoek de weigen zoo goed
mogelijk te laten in orde brengen. Dat ge dt
toch het algemeen belang? Ieder inwoner der
gemeente maakt daarvan gebruik. Indien de
polderbesturen er geen genedgdheiid tee hebben,
waarvoor hij vreest, dan zou hij het van wege
de gemeente willen laten doen, teneinde de
menschen aan het werk te houden, en tevens
verbetering van toestanden in de gemeente i-e
krijgen.
De VOORZITTER merkt op, dat de zijkan-
ten nu worden gelijk gemaakt; van het dorp
naar Reuzenhoek zit er geen kant aan. Indien
men zou doen hetgeen de heer C. H. H. Wisse
wenscht, zou dit v.oor bestrijding der werk
loosheid niet veel beteekenen. want aan het
uithakken en bestrooien van de zijkanten zou
niet veel werk zijn, maar bet zou schatten aan
aankoop van macadam kosten, daar moet men
ook rekening mee houden. Er wordt nu aan-
stonds verhardingsmateriaal op gebracht.
De heer C. H. H. WISSE meent, dat, als er
eerst grove macadam en daarna fijne op ge
bracht wordt, het zooveei niet zou kosten, men
zou ook sintels kunnen gebruiken, dan kost
het zeker zooveei niet.
De heer DE KOEIJER is van meening, dat
er aan de zijpaadjes genoeg geld besteed
word voor goed onderhoud, maar de automo-
bielen rijden ze kapot.
De heer A. DE FEIJTER merkt, naar aan
leiding van het gezegde van den heer C. H. H.
Wisse op, dat, voor zoover hij meende, de
Zaamslagpolder steeds op haar post was voor
het onderhoud van de wegen en het fietspad
naar Ter Neuzen, maar het bestuur kan het
toch niet helpen, dat de auto's als ze elkaai
moeten passeeren op het fietspad komen en
daar slagen in rijden. Hij weet niet, hoe de
gemeente dat onderhoud beter zou kunnen doen
dan de polder zelf.
De heer VAN PETEGEM gelooft niet, dat
de beschadiging van de auto's zoo erg is als
die door andere voertuigen wordt veroorzaakt,
maar, verondersteld dat de gemeente het
maakt, doch geen verbod uitvaardigt voor bet
berijdem der zijkanten, wat zal men er dan mee
vooruit zijn? Het is op sommige trajecten
meer dan kras, zooals de zijkanten verh-ield
worden.
De VOORZITTER wijst er op, dat de auto's
de gestrooide macadam wegrijden, naar de
kanten van den weg en als het nat is, komen
er daardoor diepe slagen in. Als men het be-
rijden van de zijpaden wil voorkomen, zouden
overal borden moeten geplaatst worden, dat
het fietspaden zijn.
De beer VAN PETEGEM vraagt, wat de
reden is, dat dit niet meer kan zooals vroeger.
Toen was eenvoudi'g bij de politieverordening
het berijden der zijpaden verboden. Kan dit
niet meer wegens de meening van den rechter
De overtreders werden vroeger toch gestraft
De VOORZITTER merkt op, dat de bespre-
kingen van het aan de orde zijnde onderwerp
afwijken.
De heer DE FEIJTER betoogt, dat alle
menschen moeten leven en dat het gewenscht
is, dat de werkloozen, aan arbeid worden gie-
holpen. Laat oris zegt hij - als gemeente
daarin voorgaan en dat zal anderen misschien
aanleiding zijn ook wat te doen. Er kunnen
versehillende werken in. eigen beheer worden
uitgevoerd. Hij wijst o„m. ook op den apr'.l van
den Pouekepoldersohan dijk en die naar de
haven aan den Margarethapokler, dan b~eft
men al een beetje werk.
Men kan dan voorts een beroep doen op alle
werkgevers van Zaamslag, doch laat men zelf
beginnen. De menschen zijn dan weer voor
een poosje geholpen, als er aan de eigen wegen
en. voetpaden begonnen wordt.
De heer C. H. H. WISSE wijst er naar aan
leiding der opmierkingen van het vennielen der
zijpaden op, dat de straatwegen te smal zijn
en dat auto's of voertuigen, als ze elkaar
tegenkomen en moeten passeeren, het op den
straatweg onmogelijk kunnen houdecit Ze zijn
dus genoodizaakt op het fietspad te komen. In
dien die stevig, volgenis zijn denkbeeld werden
verhard, zouden. ze echter tegen een stcotje
kunnen. Werden ze goed gemaakt, dan .was
dat een flinke verbetering.
De heer DE FEIJTER: Maar dan zouden
we er toch geen sintels voor mogen geibruiken!
De heer C. H. H. WISSE heeft anders ook
wel sintelwegen gezien, die oolc mooi liggen.
De heer HAAK meent, dat, als de paden
eenmaal hard zijn, de auto's er geen schade
aan doen, wel als ze pas uitigekapt zijn. En
wat het beroep op de particuliere werkgevers
betreft, men moet er rekening mee houden, dat
er al zijn, die hun werkmenschen reads aan
het werk houden. Hij zelf heeft er 6, maar zou
het best met 4 af kunnem,. Het zal bij vele
landibouwers zoo zijn.
De heer DE KOEIJER houdt vol, dat voor-
namelijk de auto's de zijpaden stuk rijden.
j Ze komen daarop ook al moeten ze niet pas
seeren, opdat het minder schokken zou. Maar
dat doet het toch met kar en paand ook als
men op de stiaatsteenen rijdt? Als men die
zijpaden goed in orde wilde brengen en houden,
zou het enorme uitgaven vonderen en dan was
het misschien nog weggeworpen geld. Hij
maakt daarom bezwaar daaraan te gaan wer-
ken.
i De VOORZITTER merkt op, dat het nu van
wege de gemeente tot aan den Groenoweg goed
in o' dc gebracht is.
i De heer VAN HOEVE merkt op, dat het met
betrekking tot de wegen maar moeilijk naar
ieders zin is te maken. 'De automobilisten
klagen, dat de wegen slecht zijn. Hij heeft