ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. IQ5MM5! DatsKWAHA No. 7988. Maandag 8 November 1926. 66® Jaargang. Aankondiging. voetpaden. Een vervolging in Thibet. JAVA REEPEnT ABONNEMENTSPRIJS BINNENLAND. FEUILLETON. MR. wm Voor binnen Ter Neuzen 1,40 per 3 maanden Voor buiten Ter Neuzen fr. per post f 1,80 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post f6,60 per jaar Voor 't buitenland f 2,70 per 3 maanden franco per post Abonnementen voor 't buitenland alleen bij vooruitbetaling. Olt btad verschljnt lederen Maandag*, Woensdatf- en Vrljdagavond. Burgemeester en VVethouders van ZAAM- SLAG, brengen ter aigemeene kennis, dat te beginnen op MAANDAG 22 NOVEMBER 1926, vanwege de gemeente eene algfimene op- neming zal worden gehouden van de Zaamslag, 6 November 1926. Burgemeester en Wethouders vo rnoemd, JOH. DE FE1JTER Pzn., Voorzitter. J. STOLK Lzn., Secretaris. DE KONINGIN EN BET BELG1SCHE BRUIDSPAAR. De Koningin hreft haren gezant te Brussel, Jhr. Dr. Van Vredenburcb, opge- dragen Baar in Ipzondere zending met rang van ambassadeur te veitegenwoo; di- gen bij het kerkelijk huwejjk van den kroonprins van Belgie met de hertogin van Brat ant. Aan deze zending zgn toegevoegd schout bjj nacht Slugs, cbef van den Ma- rinestaf en de eer-te luitenant Jhr. Ver- hejjen, ordonnans officier der Koningin. Nederlandsch—Belgisch Verdrag, Rede van den Minister van Buitenlandsche Zaken. Onder groote stdlte en mime belanq- stdlinig kwam jl. Dondendag de Minister vain Buitenlandsche Zaken aan het woord, tot verdediging van zijn ontwerp. Naast hem waren gezeten de Ministers De Geer, Van der Vegte, Donner en Lamlbooy. Spr'eker begint met zijm waardeering uit te spreken voor de vrienidelijke woorden van verschillende zijden aan zijn adres ge- riidht. Hij aciht zich geluikkig tihans mon- deling het verdrag te kunnen verdedigen. In den loop van het laatste anderthalfjaar heeft de actiie tegen het verdrag in bxeede kring en der bevolking onrust verwekt. Er is gezegd, dat onze hoogiheidsrechten zouden worden aangetast, onzle veiligheid gevaar loop-en, onze welvaart bedreigd worden. Als diit allies waar was, zou ik bier niet staan, zegt spreker; als dit zoo was, zou de Regeering dit verdrag niet hebben aanvaard, zouden mannen als Struycken niet bun medewerking hebben verleend. Spreker zal eerst de hoogiheids rechten bdhandelen. De voorstelling is gewekt ailsof Nederland op de Schelde zou helbben afgedaan. Wat is de taak van de ScheIdecommissie Zij heeft zich te be- moeiien met de doorgaamde vaart. Maar nodh deze commissie, noch de arbitrage hebben iets te maken met onze souvereini- ti-edit. Trouwems, welk -internationale rivier heeft tegenwoordig niet een beheexscom- missie. De staat blijft zijn redhten belhou- den tot het doen uitvoeren van werken in zijn vaarwater. In dat verbond verwijst sprekex maar de toeilichtende unemorie. Hij heeft 'Jhierin het advies ingewonnen van prof. Struycken. Deze aside, dat de taak der commissie zaikelijk is, niet territoriaal. Bij de order- Naar het Engelsch van INGEZONDEN MEDEDEELINGEN. Slechts een merk Kan't beste zyn Vraagt KWATTA-SPEGULAAS handelingen in 1919 gang het om het ver- schaffen van een waarborg aan Belgde, die het niet bezat, ten aanzien van de bevaar- baarheid van de rivier. Spreker wijst op de noodzalkelijkiheid om een oplossing te viinden in een kwestie als deze, waarin de kiemen. (lagen voor voortdurende wij- zdging. Mdn kan het ziich indenken, dat de Bel gische minister zich -indertijd heeft opge- maaikt om op de Schelde te gaan contro- leeren, hoe Ihet met dien toestand daar stond. Een oplossing was idus noodig. Is de Schelde thans opgeofferd aan een re- giem, dat de grenzen van de verplichtin- gen ten aanzien van internationale rivie ren te buiten gaat Men legqe het regiem cans naast wat bestaat en geldt op rivie- ren als de Rijn, de Elbe, de Oder, de Doniau. Spreker gaat den toestand en de regeiing op die rivieren na en wijst erop, hoe ook ivoor die rivieren commissies be- staan, idie een zeer groote bevoegdheid hebben. Zoo besli-st de Donau-comimissie in Ihoogste instantie De internationale Elbe-commissae .waarin geen oeverstaten vertegenwoordigid zijn, spreekt in hoogste instantiie rec'ht over de aan haar onder- worpen gesehillen. Hoe staat dat ten opzichte van de con- ventie van Barcelona Barcelona geeft 'n alg'emeene conventiie. Het statuut van Barcelona houdt het principe in, diat iedere nevenstaat voor zijn edgen kosten opkomt. Legge men 'daar- naast eens ihet nieuwe Schelde-regiem. De Schelde is de eenige rivier, waarbij gean vreemde staten zijn gemoeid. De beer Brautigam bracht naar voren den edsch, dat ten alien tijde de rivier aan de eisdhen van bevaarbaarheild moest vol- doen. Is dit niet onmogelijik, vroeg de heer Brautigam Tot op zekere hoogte moet spreker dit toegeven, maar het is geen verbiimtenis. Wat wij op ons hebben genomen, moet beschouwd worden in het iidht van -de gesclhiedenis en in verband met den atmosfeer, waadn die Schelde zich vroegier bevond. De regeiing zal niet te veel van onze financien eischen, Siprekers indruik is, dat de nieuwe Schelde-regelimg voor ons aannemelijlk is, al zijn er ook eenige oneffenheden, die echter weggemaakt kunnen worden bij de uitvoeringsverdragen, die herziien moeten wiorden. Zijn indmk is, dat wij door deze regeiing de Sdhellde vaster in handen heb ben. De Schelde is een rivier, die tot veel op- spraak aanleiding gegeven heeft Daar- over zijn oorlogen gevoerd. En wat ziet men Dat die Schelde is terugglebracht tot een belang van Nederland en Belgie alleen, in betrekking tot hetwelk geen. an- dere staat iets te zeqqen heeft Wat nu betreft de mogelijke doorsnij- ding van het oeverqebied. Spreker be- 51) (Vervolg.) Maar alles liep niet mee. Wat later op den miiddag kwam er verandering in de weersgesteidheid. De he'lder-blau'we vorst-iuclht veranderde in e.en dikke laag girijs-grauwie wolken. En tot overmaat van rarnp begon de wind meex en meer op te steken: isteeds in kracht toenemende mkwinden en idaartussichendoor buien fij.ne jacihtsneeuw. Nirna begireep de drin- gende noodzaak van kamp-opslaan; onder het vcortigaan zooht hij naar een geschikte pjek, maar hij vond niete. In die strteek, een streek van girillJ&j gevormde rots.en, argeipxokkellde bergfragmenten, waarvan de 'klennste zoo groot was als een huis, die op een manier, alsof een kleine sfcoot vol- doende zou zijn om hem als een lawine van steen de helling af te doen vallen, den gloeienden bergwand bedekten, was niet een stink land groot genoeg voor het kamp te vinden. Noodgedwongen gang het dus voomit, steeds voomit. Sneller en sneller volgden de buiien jachtsneeuw, voorboden van een grooten sneeuwval, die elk oogenlblik be- ginnien kon, elkander op. En opeens, bij het omslaan van een hoek, bevonden zt zich er midden-in. Een gedwarrel van witte vlokken. herwaarts en derwaarts geslagen door den wind, zoo diclht, dat al leen zichtbaar bleef wat zich in de on- miilddellijike nabijheid bevond, sloeg hen in het gezicht INirna s bevelen uitgiebulderd met zijn handen als roeper voor zijn mon.d gin- gien verloren in het gie'loei van .den wind I het half knorren, half ikreunen van de yaks hiuin protest tegen dit roekelooze voortgiaan wend door degenen die ze tot voortigaan dwongien niet eens ge- hoond1. En steeds "feller striexnde de jachtsneeuw h.un gezicht, hun huid be gon te gloeien onder die aanhoudende pij- ■ui.ging bet voor-zich-udt-zien werd een onimogelijlklheid, telkens moesten ze zich even omkeeirien om op adem te komein en toch giing het nog steeds voomit! Tot overmaat van ramp wend Ihet pad met de miinuut sleohter, tot ze op een punt kwa- men waar het met rotsklompen, bezaaide terreiin aan hun rechterhand opeens weg viel en ze voort moesten llaings een pad, begrensd aan den een en ikant door een dliep ravijn, nog huiveringweik'kender dan anders door de voorit-jachtende sneeuw erlboven, en aan den and'eren kan.t d.oor een gladden, loodrechten bergwand. En van niet zoo vex voor hen uit kwam met lange tusischempoozen een onheil spell end gerommel, het naar beneid'en storten van een rotsblok, in beweging gebiracht door den wind. Zoo worstelden ze voort, om- dat ze niet anders konden, dan met een moeizaam heffen van hun voeten uit de dikke witte laag, dan bijna schurend langs den rot.swand, waar ze door den wind tegenaan geldreven werden. Evenals bij het begin van den tocht vorende Slh erring ton ook nu weer de ach- tej/boeide. Maar hij had evengoed all een kunnen zijn, zoo wieimig zag hij van z':i 1 grijpt, dat die bepalmg indruk heeft ge- maa.kt, maar Ihij vestigt er met nadmk de aandacht op, dat die bepaling uitdmkke- lijik gebonden is aan de ..onmisbaafheid" wanneer het belang van die idoorvaart dit uirdmkkelijik vereischt. Spreker gelooft, dat dit Schelde-regiem geen inibreuik maakt op onze souvereini- teit. Het is de bedoeling gieweest van de mannen, die aan het tractaat hebben medegewerkt om .de Schelde veilig te stellen. Spreker is niet bereiid de adviezen van de Waterstaatkundigen ter conference te Parijs over te leggen. Hij acbt daarvoor geen reden aanwezig; het waren geen in- competente menschen. Maar met die ad viezen, die kwamen van eerste deskun- digen .is rekening gehouden. Spreker ge looft dan ook niet, dat het noodig is de kwestie van het iregiem opnieuw commis- soriaal te maken. Wat de kwestie vain de hoogiheidsrech ten betreft ten aanzien van inbeslag- nemingieni: 't is de bedoeling geweest Ant- werpen de positie te geven van een zee- haven. Het geldt alleen voor schepen, die doorvaren van en naar Antwerpen. 't Is niet de bedoeling geweest Antwerpen te protegeeren. Spreker heeft ziclh al'le moei- te gegeven zich in de bezwaren in te den- ken, in het midden latend de practische moeilijikheiid van inbeslagnemdng en het gerinigen aantal beslagen, maar moet zich toch afvragen of het niet beter is te Ant werpen ibeslagneming te doen geschieden, dus een sdhip uit Antwerpen komend, in ons geibied als 't ware op te vangen, om niet een belemmering te leggen in het vrije vaarwater. Dan de 'beloodsing. Spreker zegt, dat het uitdmkkelijik vaststaat, -dat een Neder landsch schip naar Nederlandsche haven of naar Antwerpen en ook terug), wan neer het door de Wielingen naar binnen komt, van Nederlandsche loodsen kan gebmik maken. De herhaalde wirijving tusscihen de beide loodsdiensten maakte een oplossing noodzakelijk, die men in een gebiedisverdeeling gevonden heeft. Maar ■die verideeling doet niets af aan de sou- vereiindteit van ons land; 't is als 't ware een utiliiiteitskwestie. Spreker citeert dan een gedeelte van een rapport van vice- admiraal van Maren Bents v. d. Bergh, gewezen chef van het loodswezen, waar- udt blijikt, dat de nieuwe regeiing van ons land ten opzichte van de beloodsing niet onvoordeelig is en vele duizenden zal be- sparen. Spreker komt vervolgens tot de kwestie van de veiligheid, de vraag in hoever onze veilligheid in gevaar wordt gebracht idoor Ihet nieuwe regiem, wanneer Belgische oorlogsschepennaar men zegt, in oor- lo-gistijid op de Schelde kunnen varen. In het verdrag vindt men een zoodanige be paling niet; alleen in de toeilichtende me- morie is men gestuit op den Franschen tekst. Wat is de zaak. Afgeschaft werd de bepaling, die verbood aan Antwerpen oorlogislhaven te zijn. Die souivereiniteits- beperiking van Belgie verviel. Een moreele genoegdoening. De vraag is onder de oogen gezien in (hoever nu Belgische oor- logsschepen op de Schelde zouden mogen varen in oorl.ogstijd. Daarin is Nederland niet gefcreden. Waar 't op aankomt is, dat Nederland geheel vrij is; dat het zijn geheele sou- vereiniteit ongerept bewaard heeft. De bedoeling van hetgeen er staat is om te voorkomen, idat tegen Belgde, dat op dit tochtgienooten, ingesilot-en als hij was door een muur van strepend wit, waardoor- been hij alleen den yak naast hem als een schimimigen donkeren vorm zag. Het meest beklemde hem de gedachte aan Janet. Hoe hield zij ziclh order dit noodweer? Als het pad maar niet zoo smal geweest was! Een onverwacht- hev'ige wiindstoot, een struiikelen over e;n steen, onzichtbaar door de sneeuw en ze was verloren. En hij kon niets dben, niets dan zoo snel mogedijk voortstrompelen en zijngewillig voortstappenden yak tot grooten spoed aanzetten Het dagliclht was allang door den Storm tot schemering afgedem.pt, maar nu begon het in ernst donker te worden. Met het besef daarvan kwam een gevoel van paniek. Duisternis op dit gevaarlijke pad beteekende het leinde tenzij ze nog voor den nadht een plek, gesclhiikt om te kam- peeren, vondea. Want halt houden ihier nog afgescheiden van de gevaren, ver- bonden aan die naJbijlheid van het ravijn, was synoniam met omkomen door de koude. Naarmate de wind feller werd als een demon loeiide, en gi,erde hij tusschen j de wanden van het ravijn werd zijn j angst grooter. De strepen fijne jacht sneeuw trokken naar elkaar toe, vormden een vlak; en daartusschen door leek het te .hagelen de kleine ijs-deeltjes priemden de huid alls gloeiende naalden, ondanks alle inspanning kreeg hij 't koudHoe flink Janet ook was iets als dit kon ze niet uithouden, op een gegeven oogemblik moest het haar te veel worden en dan... Opeens maakte zijn yak een zijsprong. geluikkig den qoeden kant uit. Het eenige gevolg was nu, dat het hern tegen den punt dus een negatief resultaat heeft be- reifct, de bepaliing van het verdrag zou kunnen worden uiitgespeeld, als het op deze zaak zou terugkomen. In 't rapport van Cauwelaert staat uitdrukkelijk, dat de politieke en militaire situaitie voor Belgie heitzelf de is gebleven. De ergste vijand van het verdrag is het wantrouwen en spreker heeft dit punt uit de sieer van wiamtrouwen willen wegwer- k'en. Spreker Leest hieromitrent met Bel gie gewisselde brteven voor, waarin de kwestie van de doorvaart wordt bespro- ken en wiaaruit iblijkt, dat over dit punt geen verisdhil van meening bestaat tus- sdhen de beide regeeringen. Dat dus de doorvaart van Belgiische oorlogssdhepen buiten het verdrag gela- ten wordt, daarin niet wordt geregeld. Spreker behandelt dan de vraag of Ne derland in tijd van oorlog de maatregelen zal kunnen nemen, die het noodig aciht. Het Ibeginsel van de rec'hten en verplioh- tingen van neutralen en oorlogvoerenden blijft ongerept. Het is spreker niet duide- lijk hoe men ten deze in den tekst van het verdrag iets twijfelachtig.s heeft kunnen aannemen. De vrije vaart en de bevoegid- heid van de commissie van beheer is aan dit recht van neutralen en belligerenten ondergeschikt g'emaakt. Het komt spreker voor, dat op deze punten niets twijlelach- tigs behoeft te bestaan. Trouwens de be- heersoommiissie staat buiten elke souverei- miteitskwestie. Wantrouwen heeft zich echter hiervan meester gemaakt en dit wantrouwen moet verdwijnen. Ook hierover leest spreker een passage voor uit den brief van den minister van Buitenlandsche zaken van Belgie, waaruit blijkt, 'dat de rechten en veripiichtingen van neutralen en belli- gierenten biijven vaststaan. Het staat dus vast, dat in tijd van oorlog of oorlogs- gevaar de nieuwe Schelde-comimssie geen zorg behoeft te baren. Vervolgens beschouw.t spreker de casus belli-verklarinig. In 1919 is te Parijs ter sprake gekomen het probleem van de vei ligheid, de kwestie van het verschaffen aan Belgie van nieuwe waarboraien, in- plaats van de opgeheven, gegarandeerde, neutraliteit. In militaire desiderata kon Nederland, ofscihoon het alleen stond tegenover een groep van mogendheden, niet treden. Nederland -heeft to-en gezegd, dat 't al leen kon deelnemen aan een ibespreking van het veiligheidsvraagstuk, op grond- slag van den Volkenbond. Nederland heeft verklaard niet onverschillig hier- tegenover te staan. Toen is verklaard, idat Nederland de opzettelij.ke scheiding van zijn grondgebied zou beschouwen als een casus belli, (aanleiding tot oorlog). Echter werd tevens verklaard, dat wij -geen aansprakelijkheid hadden voor de veiligheid van Belgde. Belgie wilde de op lossing niet zoeken op grondslag van den yolikenbond; gezocht werd naar een an- dere regelipg. Ten slotte is het zoo ge- loopen, dat hetgeen op de kwestie van de vieiiligheid betrekking had, zou opgeno- men worden in het rapport van de com missie van XIV. De omstandigiheden echter hebben ge- lehd tot een oplossing buiten de commiis- sde van XIV der mogendheden om, toen in 1924 de onderlhanldelingen met Belgie weer werden hervat. De toelichteiide ■memorie, waarin die verklaring is opge- nomen-, heeft alleen maar beschrijvende kracht en niet de kracht van een authen- rotsiwand opsmakte. Toen hij van de pijn in zijn arm oekomen was, zag hij dat het dier was biijven staan; met een sprang stond hij naast hem, legde zijn handen achter tegen het zadel en probeerde het door duwen en. schreeuwen tot voortgaari te bewegen een yak in een onwillige steonmiing was koppiger dan een muil- ezel! PTOtest-kreunend aette het dier zich nog meer schrap; Sherrington staakte zijn p°gin g en en liep om het ,dier heen, dat me t geibogen kop in de sneeuw stond te bla- zen. Hij boog zich voorover om onder de breede horens door te kijken en schrok zoo, dat 't was, of z'n hart stil- sito-nd. Dwaxis over het pad, en al half-bedekt door de sneeuw, lag een menschelijke ge- daante. Door de dunne laag sneeuw kon hij geen vorm omderscheiden, maar in- stinctma-tiiig voelde hij, dat het Janet was. Maar nog voor hij tijd lhad om te roepen of op annexe manier alarm te slaan, ric'htte het meisje want het was Janet zich half op, probeerde op haar knieen te gaan liggen, maar viel weer op haar ellabogen terug. Hij sprang op haar toe, sloeg zijn armen om haar heen, en trachtte haar, met onsamenhangende aanmoedigende woor den, overleiind te helpen. Na een of twee vergeefsclhe pogingen want zij hing als een dood gewicht in zijm armen lukte hem dait; half dood van kou en misere bleef ze tegen hem aangeleund staan. Het eerste oogenblik dacht hij niet aan han- delen, dankbaar als ihij was haar veilig in zijn armen te weten, maar dan, bij het op nieuw beseffen van den hadhelijken toe stand waarin ze zich bevonden, boog hij zich naar haar over en schreeuwde, -dak bij haar oor: „We moeten vooruitHoor tieKe intexpretatie. Wat beteeikent die verklaring Is dat zoo liets bijzonderis, dat Nederland zijn Volkenbondsplichten zou nakomen Toen wel, omdat Nederland nog geen lid van den V oiitenbomd was. Wordt nu inbreuk gemaakt op art. 57 van de Grondwet Spreker ontkent dit. Op welke militaire kwestie -de Minister heeft gedoeld, toen hij in Geneve sp-rak met zijn Belgisch col- lega Dit was het militaire accoord. De voorzitter scihorst voor een kwartier de vergadering. Nadat de vergaldering heropemd is, zet de Minister zijn rede voort. Hij bespreekt dan het economisch ge deelte, met name de kanalen-kwestie. Allereerst wijdt hij eenige opmerkingen aan de nrooaganda. Men heeft een qe- voellige snaar van ons volk willen treffen, door het te willen' la-ten voorkomen, alsd wij, als het verdrag werd aangenomen, het volgend jaar het in de belasting zouden voelen (Geilach.) Wat de kosten van verbeterdng van de Schelde betreft, als 't zoo vex is kan men zien, im hoever Nederland daaraan bii te dragen heeft. Een formule daarvoor nu al vast te stellen, is onmogelij'k. Spreker gelooft niet, dat de kanalen- kwestie in financie'el opzicht later moei- lijlkheden voor Nederland zal brengen. Integnale aansprakelijkheid voor ons land ten opzichte van de verbetering van het kanaal van Hansweert bestaat niet. Over de financieele verplichting staat al- tijd ovexleg open. Spr'eker geioo-ft niet, dat de Nederlandsche belastingbetaler in de eerste jaren er veel van merken zal. Spneker gaat dan de kanalen-kwestie na. Tusschen de beide kanalen Antwerpen— Moerdijk en AntwerpenRuhrort staat verband op gronld van de verplichting en voortvloeiend uit het verdrag van 1839. De eene weg is vervallen, omdat Belgie in 1871 voorkeur heeft giegeven aan een spoorweg (door Limburg), de andere waterweg bleef. Toen de herziening aan de OT'de kwam, zijn deze problemen op nieuw beschouwd. De heer Marchant heeft idiit verband ontkend. Spreker kan dit niet doen. Spreker vraagt zich af, of, als dit ka naal wordt afgewezen, of er dan niet een oogenblik zal ikomen, waarop men zich afvragien zal of 't achteraf niet jammer is, dat het kanaail er niet gekomen is. Want het geldt ihier niet alleen een kwestie. van commercieelen aard, maar van politieken aard. Spreker wijst dan op de ligging van Rotterdam als een der havenplaatsen van de Rijn-delta. Daarover heeft men wel eens smalend gesproken. Do-ch men zij voorzichtig. Men maakt zich ongerust over gevoigien, die misschien over tien- tallen van jaren pas aan den dag zullen treden. Wijst men het kanaal af, dan zul len economisdhe-politie'ke gevolgen direct intreden. Het zal nog heel wat voeten in de aarde hebben, eer net kanaal er is. En in dien tussohentijd kan Nederland zich weerbaar maken tegen de reeds meermalen genoem- de kunstmatige bevoordeeling van Ant werpen. Spreker behandelt dap nog een punt, dat hiermee in verband staat. Er zouden dan twee kanaalverb-indingen bestaan met Antwerpen. Maar uitdrukkelijk is door minister Hijxnans verklaard, dat de nieuwe verbinding in de plaats zou komen van de bestaande. Het verschil van op- je me, Janet Je mag niet biijven stiistaan zoo bevries je Aan een bewegdng van h-aar schouders voelde hij, dat ze hem gehooxd had. Hij draaide haar voorzichtig om, zoo. dat zij tegen den rotswand kwam te staan, sloeg zijn arm om haar schouders en dwong haar tot voortloopen. Half ibewusteloos als ze was, gehoorzaamde zij hem toch, langzaam, strompelend kwamen ze voor uit. Wel waren er oogenblikken, dat lhaar enexgie haar in den steek liet, dat hij haar over ihindernissen, moest tillen of haar door sneeuwkransen, door een wervel- wind opgewaaid, moest heentrekken, maar al vorderden zie langzaam, ze bl-even vol- houden, zijn energie hield ook haar staamde. Hoe lang ze zoo bleven voortgaan, wist de man niet. Door zijn ongelooflijke l-'raicn^siiiisipan'riinig vcrloor hij alle contact met de werkelijklied'd. 't Leek hem ioe. of ze al uxen en uren zoo liepen elke meter vooruit werd alleen mogeilijk door den dreun: volhouden, vollhouden. w-aar- mee hij zijn wil oplhield. Maar toen kwam er een oogenblik, waarop Janet, na een, twee maail strnikelen, bleef stil staan, waarop ze uitgeput volkomen geslagen den strijd walde opgeven, waarop hij, met zijn armen om ihiaar heen, door het roepen van haar naam, door den druk van zijn armen, haar tot volhouden trachtte te be wegen En weer hoorde ze hem heel .angzaam, alsof die bewlegiing haar onge- looflijik veel mioeiite kostte, hief ze haar hoofd op in de schemering zag hij haar wit gezichtje met de groote, donkere oogen. Wordt vervolgd.) arawaraiafture 2KS£»T®a»£ ZENSCHE

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1926 | | pagina 1