ALGEMEEN nieuws- en advertentieblad voor zeeuwsch-vlaanderen.
DatsRWAlIA
7976
Maandag 11 October 1926.
66e Jaargang.
Een vervolging in Thibet.
JJWA.REEPEM
ABONMEMENTSPRIJS:
BIHNENLANB.
FEUILLETON.
oor binnen Ter Neuzen /1,40 per 3 maanden
Voor 't buitenland 2,70 per 3 maanden franco
Dit blad verschijnt lederen
Voor buiten Ter Neuzen fr. per post f 1,80 per 3 maanden Bij vooruitbetaling tr. per post /6.60 per jaar
per post Abonnementen voor 't buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond.
PLECHTIGE OPENING VAN HET
KOLONIAAL INSTITUUT TE
AMSTERDAM.
Zaterdagmiddag heeft de plechtige
openiinig plaats geibad van het Koloniaal
Instituut aan de Maurifcskade. Hare Ma-
jesteic de Koningin, Z. K. H. Prins Hen-
drdk en Prinses Juliana war en daarvoor
naar de hoofdstad gekomen.
Onder de talrijke aanwezdgen merkten
wij op de Ministers van Kolonien, Fman-
cien, Onderwijs, Kunsten en Wetemschap-
pen en Buitenlandsche Zaken; de Minis
ters van Staat Cort van der Liniden, de
oud-premier Mr. Heemskeirk, vertegen-
woordigers uit handel, industrie en we-
temschappelijke instellinigen.
A an den hoofdingang van het Instituut
werd H. M. ontvangen door enkele be-
stuurslcden, die de Koninklij'ke Gasten
naar hunne plaatsen op het daarvoor op-
geslagen podium brachten.
Bij het binmenkomen van deze Hooge
Gasten verstomde het geroezemoes in de
geheel gevulde ruimte. Toen H. M. was
gezeten klonk plechtig van een der qale-
rijen het „Wilhe!mus", gezongen door de
leden van de Kon. Zaintjvereenigiing
,,Apollo
Nauwelijks waren de ton-en van het
tweede couplet van ons volkslied verklon-
ken, of Jhr. Mr. Dr. A. Roell, voorzitter
vain den Raad van Be'heer van het Kolo
niaal Instituut, trad naar voren.
Hij heette de Vorstin welkom, die wel
aan het verzoek had gevolg gegeven, te
komen om het gebouw te komen inwijden.
Het was hem een groote blijdscihap, dat
Z. K. H. Prins Hendrik en Hare K. H.
Prinses Juliana mede aanwezig zijn bij
deze plechtige gebeurtenis. Verder ver-
welkomde hij de overige aanwezagen.
Na het applaus op deze redevoering
zongen de leden van Apollo de drie
coupletten van „de Zilveren Vloot
Het woord was vervolgens aan Z. itxc.
den Minister van Kolonien, den heer Ko-
ningsberger.
De Minister verheugde zich het woord
te voeren in een aangelegenheid waarin
de belangen van alle deelen van het Ne-
derlandsche gebied evenwijd'ig loopen. De
zaak todh van het Koloniaal Instituut is
een algemeen Nederlandsche zaak. Voort-
gaande scihetste spreker den toestamd van
vroeg eir en heden. Langzmmerhand one-
stond een wisselwerking tusschen de ver-
schillende deelen van het Nederlands-ch
gebied, die haar invloed in het moeder-
land over steeds geruimeren kring uit-
breidde en een oplevende belang stelldng
tot hetlzaam en verblijdend gevolg had.
Na deze rede verzocht de Minister aan
H. M. de Koningin de plechtige opening
te willen verrichten.
Gevolg gevend aan de uitnoodiging
sprak daarop H. M. als volgt:
,,Giaarne voldoe ik aan het verzoek om
dit indrukwekkende gebouw in te wij den,
ook omdat ik er prijs op stel, mij op dit
gedenkwaardig oogemblik te kunnen aan-
sluiten bij de hulde, die terecht gebracht
is aan alien, die aan de totstandkoming
van het Koloniaal Instituut hebben deel-
gethad. Nog herinner ik mij levendig hoe
de heer Cremer mij voor het eerst vol
geestdri-ft over zijn met den heer Hubrecht
beraamde plannen sprak. Wat zij, man-
nen van den wijden blik en de forsche
SNGEZONDEN MEDEDEELINGEN
39)
(Vervolg.)
Naar het Engelsch van
OTTWELL BINNS.
Dit stilzwijgend tegenover elkander zit-
ten duurde een minuut of vijlf toen was
het Nima die de stilte verbrak, met een
opmerking, er op berekend om de aan-
dacht van zijn gast te trekken.
„Om op den man, aan wien ge denkt,
broeder, onzen soherpschutter van van-
morgen, terug te komen, Het is wel eigen-
aandig, dat het hem maar om een van ons
te doen was".
„Hoe weet je, dat ik daaraan zat te
denken, Nima?"
De groote Thiibetaan lachte tevreden.
,,Aan uw manier van kijken, broeder.
Uw oogen staan niet vroolijk en begeerig,
alsof ge aan een vrouw zat te denken
neen, ge kijkt direigend, alsof uw brein
een voorstelling schiep van een man met
een kris, een moordenaar in het danker".
,,Een kris is geen geweer, Nima", zei
Sh erring ton, quasi-onverschillig
,,Neen, een kris is niet zoo geschikt om
in het geheim te moorden. Met een kogel
lean men van verafen .ongezien zijn
vijand dooden".
De groote Thiibetaan dadht even zwij-
gemd na, toen vroeg hij bruusk: „Waar-
om zou de man tusschen de rotsen voor
mij en voor den zwakkeiling die uw
Slechts een merk kan't beste zyn
daad, toen in den geest zagen is thans
werkelijklheid geworden; dank zij bet in-
zdcht, de geestkracht en de volharding
hunner medewerkers; dank zij de offer-
vaardigheiid van velen.
In een haar waardig teihuis zal deze
grootsche sticlhting haar heilzame werk-
zaamlheid ten voile kunnen ontplooien.
Maar bovenal vertolkt dit trotsche ge
bouw de emst en zekeriheid van onze
overtuiiging, dat de belangen en nooden
van Oost- en West-Indie ook die van
Neder'land zijn en voorbij de tijden. toen
nog maar, weinigen hier dat toonden te
beseffen.
Moge het lot tot in lenqte van dagen te
genover landizaat en vreemdeling blijven
getuigen, dat deze landen en de groote ^e-
westen van overzee, hoezeer door wijde
wateren gescheiden, in voor- en tegen-
spoed in "werken en streven, een zijn en
blijven.
Aan het slot van de plechtigheid zong
Apollo": „Groot is de Heer". Door de
Koniinklijike Familie werd daarna onder
1 elding van verschillenide bestuursleden
een korte rondgamg door de museumzaien
gemaakt en werd ook de prachtige aula
met haar 600 zitpJaatsen in oogenschouw
geniomen.
In de bestuurskamer gekomen werd
thee gereserveerd. Hier werd ook aan
Hare Majestait aangeboden de medaille
in, goud van hat Koloniaal Instituut.
Nadat de Koniinklijke Gasten zich nog
eenigen tijd hadden onderihouden met de
daar genoodigden, werden de rijtuigen
weer best eg en en werd naar het station
gereden.
HET VLAGGEN OP HET
GEMEENTEHUIS.
De viering van dlen Koninginnedag
heeft dit jaar niet overal zonder inciden-
ten plaats gehad. Incidenten, die werden
uitgelokt door degenen, die jui'st in de
eerste plaats aangewezen zijn voor het
stellen van goede orde in de gemeente.
De gemeentelijke auboriiteiten te Fu
se hede beriohtten aan de hoof den van
scholen, dat aan leden van het personeel
gelegenheid dienide te worden gegeven
om op den Isten Mei vrijaf te krijqen.
Met betreikking tot den Koninginnedag
werd eohter geen aanis-chrijving in dien
zin uitgevaardigd: integendeel werd be-
paald, dat juist op dien dag eenige school-
werkzaamheden (de behandeling van op-
gegeven taken en her-examens) een aan-
vang zouden nemen.
Op de desbetreffende vragen van
eeniige raadsfracties hebben Burg, en
Weth. geantwoord, dat, aangezien op den
31sten Augustus in de stad geen enkele
feestelijkheid plaats had, het niet wen-
scihelijik werd geacht de scholen te sluiten.
Uit het antwoord van Burg, en Weth.
blijkt voorts, dat dit onheusche optraden
vriend niet is -een uitzondering ge
maakt hebben?"
,,Hoe zou ik dat weten, Nima? En hoe
weet jij, dat de man Crayidon niet mijn
vriend is?"
Nima-tasihi glimlachte met iets minaoh-
tends in zijn oogen. Ik heb zijn gezicht
gezien achter den mani-muur. Toen gij
opstondt, broeder, toen keek hij als een
man die verwaoht te zien dooden. Hij
wist, dat de kogel voor u bestemd was en
hij hoopte ah wat zal hij in zijn hart
een vervuilling van zijn wensch gebeden
hebben dat die kogel doel zou treffen".
„N.ima-tashi!" protesteerde Sherring
ton, in schijn verontwaardigd.
,,'t Is am het meisje met de donkere
oogen, dat hij u dood wenscht, broeder.
En omdat hij niet moedig genoeg is, om
het zelf te doen, heeft hij een ander met
een geweer geihiuurd
„Nima! Kletskous die je bent! Jij fan-
taseert er soms toch ook maar op los.
Hoe kan hij dat nu gedaan hebben. Hij
kent geen woord van de taal van de men-
schen hier?"
De Tbibetaan glimlachte fijnt jes.
,,Dat behioeft ook niet. Hij sprak met
remand, die zijn hart kent dien kleinen
arak-Chinees die gisteravond heeft laten
ziien hoe hard hij loopen kan".
Nick Sherrington gaf geen antwoord.
Hij had Nima's geheugen niet noodig om
zich dlie onverkwikkelijke episode van den
vorigen avond te herinneren sinds den
oveirval bij het Boeddhaibeeld was ze hem
niet uit de gedachte geweest. Maar zon
der positdeve bewijzen had hij aan dien
ijAiaan n'et wdllen tocgeven, hij had op
zuchzeif gemoipperd en zioh steeds weer
tot de orde ^eroepen een taktiek van-
zich niet heeft beperkt tot den met de on-
derwijszaken belasten wethouder; immers
op de aan het slot gestelde vraag, of Burg,
en Weth. bereid zijn ook ten opzichte van
de gemeentediensten, voor zoover de
dienist dit toelaat, den 31sten Augustus als
nationale feestdag volledlig te handlhaven,
en dien dag bedoelde diensten te sluiten,
hebben Burg, en Weth. geantwoord, dat
gemoemde fracties bij de '.>ehandeling van
het werkliedenreglement zelf maar een
daartoe strekkend voorstel moeten indie-
nen
Intusschen, van veel meer anti-monar-
chalen geest getuigt ongetwijfeld het op-
treden van den burnemeester van Goor.
In den gemeente raad toch leidde deze,
daarvoor sym'pathie toonend, een voorstel
in, om op Koninginnedag niet te vlaggen
aan het gemeemtehuis. Deze burgemeester
toonde diaardoor niet te weten, dat de
Raad van State (in welks samenstelling
sedert niet de miinste wezemlijke verande-
ring kwam) met betrekking tot een andere
gemeente (Wormerveer) reeds heeft uit-
gemaakt, dat „niet vlaggen op een ge-
meentehuis in een monarchalen Staat,
strijdig is met het algemeen be'lang". In
elk geval werkte de burgemeestex welbe-
wust mede aan een besluit tot niet-vlag-
gen op een zoo laat tijdstip, dat vernieti-
ging ervan bezwaarlijk meer kon geschie-
den.
De burgemeester van Goor, die met
zorgzaam gekozen woorden durfde te
kennen geven, dat hij vlaggen wil zoodra
de Koningin in socialistisdhen geest, alzoo
strijdig met de wensdhen van de groote
meerderheid van ons volk, wil regeeren,
heeft niet beseft, dat hem een publiek
amibt is toevertrouwd, dat hij niet als so
cialist. maar als dienaar van de Kroon
moet vervullen
Het bovenstaande maakt zeker wel be-
grijpelijk het bericht; dat de Regeering
het voornemen koestert om in het vervolg
de gemeenteraden te belasten met de zorg
om op verjaardagen van de leden van het
Koninklijk Huis de vlag uit te steken.
NEDERLAxNDSCHBELGISCH
VERDRAG.
Door verschillende vooraanstaande
personen uit Rotterdamscihe anti-xevolu-
tionaire kringen is een sohrijiven gerioht
tot de anti-revolutionaire leden van de
Tweede Kamer, w'aarin verschillende be-
zwaren tegen het verdrag woxiden ontwik-
keld, en verzocht wordt te willen bevor-
deren, dat het verdrag in zijn tegemwoor-
digen vorm niet wordt aangenomen.
Zij geven hierbij te kennen niet te wor
den gedreven door een geest van critiek
op de landsregeering. Nog minder zien
zij over het hoofd, wat onze tegenwoor-
digie Minister van Buitenlandsche Zaken
voor ons land heeft gedaan, doch zii mer-
ken op, dat ook onze hooge landsd'ienaren
menschen zijn en alzoo kunnen dwalen.
Waar het hun innige overtuiging is, dat
aanvaard'ing van het trdctaat voor ons
land een ernstige dwaling zou beteekenen,
achten zij zich niet verantwoord te
zwijgem.
DE WEGENBELASTING.
Versdhenen is het verslag inzake het
wetsonitwexp tot het heffen van een be-
lasiting en het treffen van verdere voor-
zieniing ten behoeve van openbare ver-
niet-wiUen-zien, die door Nima's woor
den onmogelijk geworden was. En daar-
om zat hij norsch voor zich uit te kijken
en gaf hij geen antwoord op de duidelijke
beschuldiging achter de opsomming van
feiten.
Onder de bagage, dloor de yaks uit
Tachien-lu hierheeti gebracht, bevrnden
zich een aantal geweren,. Als je m org en
uitgaat, vriend, neem er dan een mee.
Boven in het dal, in de bosschen, onder
aan de bergen, zit het vol watte fazan-
ten, dat is een excuus als het wapen de
aandacht trekt. Maar loop voorzichtiig en
kijik goed uit naar grooter wild, broe
der
Sherrington knikte die raad was
vers'tandig.
Nima zweeg even dan ging hijlang-
zaam vooxt: ,,Die man daar dit met
een hoofdbeweging naar het vertrek, dat
Craydon tot slaapkamer diende, „wie
weet wat hij van plan is. Jaloezie is een
groote kraclht misschien voorziet zijn
gevoel hem van een karakter-eigenschap:
moed, diien iiij onder gewone omstandig-
heden niet heeft. Met zijm soort is dat
zoo 't is dus wel om op uw hoede te
zijn. Ik zou u niet graag hier dood vinden
liggen broeder als ik over drie da
gen met de benoodigde voorraden uit
Tachien-lu terug kom".
,,Daar voe.l ik ook niet bepaald veel
voor", ladhte Sherrington' gewild-onver-
sc'hiiillig. ,,Daarom zail ik zor-gen, dat dat
vendriet ons allebei bespaarid wordt".
,,Goed". Nima klcpte de asch uit zijn
pijp en stand op. ,,De waarschuwing is
uitgesproken nu ga ik slapen. Morgen
vertrek ik vroeg, voor de zon over drie
dagen ben ik terug. In dien tusschemtijd
keerswegen te land (onderzoek in de af-
deelingen der Tweede Kamer). Het doel
van het wetsontwerp vond naigenoeg al-
gemeene instemming.
De reneering (die verschillende in het
verslag gemaakte opmerkingen reeds be-
antwoordt merkt op, dat het noemen van
den termijn van 25 a 30 jaar voor het ver-
krijgen van een behoorlijk net niet be-
doeld is als de aanwijzing van een bepaal-
den tijdsduur, m;aar als een schatting.
Waar mogelijk zal het verkeer in zijn ver
schillende vormen over verschillende ba-
nen geleid woxden; er zal derhalve ge-
zorgd worden voor afzonderlijke rijwiel-
pacfen en voetpaden, voor zoover noodig
afaescheiden van den rijweg.
Bij het eveneens gepleegde mondeling
overleg deelde de regeering mede, dat zij
zich voorstelt, dat in ten hoogste vijf jaren
de noodiige verbeterdngen aan het wegdek
van de rijkswegen zullen zijn aange-
braaht, alsook verbetering wat betreft de
breedte dier wegen, welke zooveel moge
lijk zal worden bespoedigd. Daarna zal de
aanleg van niieuwe wegen worden ter
hand "geniomen. Elk jaar zal moeten wor
den overwogen hoeveel ten behoeve van
het wegenfonds besch'ikbaar zal kunnen
worden' gesteld. Het denkbeeld om de
personeeie belasting samen te smelten met
de wegenibelasting en het denkbeeld am
de wegenibelasting in de wet op de perso
neeie belasting in te schakelen, acht de
regeering onuitvoerbaar. Voor geheele
vrijstellinig van personeeie belasting van
autobussen acht zij geen teraien aanwezig.
Verscheidene leden acbtten het tarief
der rijwielbelasting te hoog en drongen er
op aan, die van f 3 te verminderen tot f 2
of f 1,50. De regeering deelit deze mee-
ning niet op gronid van de practijk.
HET KOLONIAAL INSTITUUT EEN
NATIONAAL BELANG.
Nederlands' koloniaal bezit, dat alleen
in Oost-Indie een oppervlakte van
1.900.000 K.M2. beslaat en een bevolking
van ongeveer 50 millioen zielen telt maakt
ons land tot de derde in de rij der kolc-
niale Mogendheden. Het dankt dit bezit,
zoovele malen grooter dan het Moeder-
land, aan de fout van Philips II van Span-
je om de havens van het door hem ver-
overde Portugal te sluiten voor de Neder
landsche schippers, die nu wel gedwon-
gen waren, zelf de specerijen uit het Oos-
ten te halen.
Van de verschillende cultures, die voor
de welvaart van Indie van zoo groot be-
lang zijn. staat ongetwijfeld nog immer de
oudste, d. i. de suiker, bovenaan. De sui-
keroogst bereikte in 1925 een recond-
opbrengst van 3 millioen picol, waardoor
Java in 1/11 van de geheele suikerpro-
ductie der wereld voorziet? De tabak
heeft zich, zoowel ter Oostkust van Su
matra als op Java, gunstig ontwikkeld.
terwijl tot de niieuwe cultures de rubber
behooxt, welker totale opbrengst zon
der nog te rekenen de Inlandsche rubber-
cultuur reeds in 1920 op 60 millioen
K.G. werd geschat. Thee en koffie be-
hooren tot de ouidere cultures en nemen
voortdurend in beteekeniis toe. Wat het
mijnbedrijf betreft, belhoeft men slechts te
denken aan de tin op Billiton en de pe
troleum.
Een ruwe berekenimg heeft aange-
toond. dat in Nederlandsch-Indie ruim
2J^2 milliard vreemd kapitaal aanwezig is,
stel ik alles te uwer beschikking, broeder,
dit huis en alles wat er zich in bevindt".
Graag 'dank je wel, Nima".
Met een kort, gebiedend gebaar wenkte
de Thibetaan Sherrington mee te gaan. In
het kleine vertrek, hun slaapkamer, ging
hij op de houten slaapstee liggen en wik-
kelde de zacht, uitstekend geprepareerde
deken van geitevelilen om zich heen. Maar
al lag hij beihagelijk, den slaap kon hij niet
vatten. Den halven nacht bleef hij, ge-
kweld door allerlei onaangename gedach-
ten, wakker liggen en den volgenden mor
gen was hij weer vroeg genoeg op om zijn
gastheer te zien weggaan. Voor de poort
van de binnenplaats bleef hij de rustig-
voortstappende yaks, schaduwige gestal-
ten in de lila-grijze morgenrust, staan na-
kijken. Even voordat de laatste om den
hoek van een vooruitstekende rotsblok
verdween, bleef hun begeleider staan en
wuifde met zijn zweep.
Sherrington wuifde met zijn zakdoek
terug; nog even, niadat de karavaan ver-
dwenen was bleef hij staan kijken toen
besloot hij in huis te gaan. Juist wiilde hij
zich omkeeren, toen hij lichte voetstappen
achter zich hoorde met een ruk draaide
hij ziclh om en zag Janet Craydon over de
binnenplaats naar hem toekemen. Ze
droeg nog de veirmomming door Nima-
tash'i voorgeschreven, het smakelooze
costuum van een Thibetaansche vrouw,
maar haar smal, fijn gezichtje bleef mooi,
ondanks de niet flatteuse kleeding en haai
donkere oogen keken den jo: ~:n mar
guitiig aan.
Morgen, Mr. Sherrington", begroette
ze hem glimlachend. ,,Ik stoor toch niet,
hoop ik?"
,,Wienmij in mijn gesprek met de
waarvan Nederland alleen reeds 1,8 mil-
laud heeft geleverd. Bedenkt men niu, dat
er banken noodig zijn om deze kapitalen
te financieren; dat stoomvaartlijnen die-
nen geschapen om de verbinding tusschen
het Moederlamd en de Kolonien, en de
gedeelten van dlen Archipel onderling, te
oniderhouden; dat import- en exportbe-
drijen bloeien tengevolge van den voor-
spoed, dien Inidie geniiet dan behoeft
niet nadeir te worden aangetoonid, welk
groot belang Nederland bij zijn kolonien
heeft!
Toch kan het niet andfers dan vertbazen,
dat in Nederlanid nog steeds een gebrek-
kige belangstelling voor de eigen kolonien
bestaat. Niet algemeen schijnt nog te
worden beseft, idat Indie een aanzienlijk
deel van de directe belastingen hier te
lande opbrengt; dat het een uitnemend
afzetgebied vormt niet alleen voor de ver
schillende produoten van omze industrie,
maar tevens voor de jaarlijksche produc-
tie aan 'intellectueele werkkrachten (d'nge-
nieurs, geneeskun.digen, landbouwkundi-
gen, enz.) Juist wegens de sterke stijlging
van onze Staatsuitgaven, en de minder
gunstiige positie, waarin onze industrie,
mede door de knellende bamden der ar-
beidswetgeving, is geraakt, is het kolo
niaal bezit voor ons geheele volk van
overwegende beteekenis.
Daarom verdient zoo groote waardee-
ring het initiatief, ruim tien jaren geleden
door Cremer en Hubredht (beiden helaas
overleden) genomen tot de stichting van
het Koloniaal Instituut. De stuwkracht
van Cremer; de liefde van Hubrecht, die
het Instituut dat sedert zijn jubileum-
tentoonstelling van 1923 het praedicaat
j „Koninklijk" mag dragen zoo vorstelijk
begiftigde, hebben tenslotte geleid tot het
monumentale gebouw te Amsterdam, dat
thans zal worden betrokken. Het Kolo-
niaal Instituut met zijn drie afdeelingen:
Handelsmuiseum, Volkenkunde en Tro-
pische Hygiene, stelt zich ten doel eener-
zijds het verzamelen en verspreiden van
kenrnis omtrent onze overzeesche gewes-
ten; anderzijds het behartigen der ver-
1 schiJlende belangen die zoowel voor het
Moederland als voor de Kolonien uit ons
i koloniaal bezit voortvloeien.
J Een ins telling als het Koloniaal Insti
tuut, welke het besef bijibrengt, dat in In
die een taak is te vervullen, waartoe elke
Nederlander zich geroepen kan achten,
mede te werken, vertegenwoordigt een
nationaal belang in de ruimste beteekenis
van het woord!
NEDERLAND IN DEN RAAD VAN
DEN VOLKENBOND.
Onze Regeering heeft aan den seer eta-
ris-generaal van den Volkenbond doen
mededeelen, dat als vertegenwoordiger
van Nederland in den Raad van diien
Bond is aangewezen Jhr. Van Karnebeek,
Minister van Buitenlandscihe Zaken.
VOOR ONBRUIKBARE AUTO'S
TOCH BETALEN!
De Hooge Raad heeft dezer dagen een
uitspnaak gedaan, die van belang is voor
bonders van auto's. Iemand had een auto,
die echter zoo versileten wiais, dat de wa-
gen onbruikbaar werd en to taal uit el-
kaar moest worden genomen. De eigemaar
liet daarop de versleten deelen door nieu-
we vervangen en kneeg zoo weer een goe
de auto. Met deze reparatie waren echter
acht maanden gemoeid. In hoogste in-
eeinzaamheid?" sichertste hij.
,,Ik was wakker en 6oen hoorde ik u
en N'ima^tashi op de binnenplaats - daar
om ben ik zoo vroeg. Waar is onze
giids?"
Sherrington duidde met een hoofdlbe-
weginq op het groote rotsblok, waarach-
ter de laatste yak van Nima's karavaan
geen vijf minuten geleden verdwenen
was.
,,Teirug naar Tachien-lu om voor
raden te halenOver drie dagen kan
hij weer terug zijn".
,,Drie dagen! Al dien tijd kunnen we
dus nnets doen moeten we blijrven
wachten?"
„Ja".
Er kwam een uitdrukking in de groote,
donkere oogen, alsof dat vooruitzdeht
haar r.det bepaald aangenaam was. Een
rr ocgenblikken stond ze zwii~end
voor zioh uit te kijken dan opeens. met
een impulsief gebaar, legde ze haar hand
op Sherrington's arm. ,,Mr. Sherring
ton", fluiisterde ze dringend, terwijl ze
zich iets naar hem toeboog, ,,ik heb u iets
te vragen, een. gunst! Sinds gistertmiddag
ben ik het aldoor al van plan geweest. Ik
weet dlat u miin neef niet mag neen.
pro test ear maar niet't is zoo, die din-
gen voel je. Maar ondanks, dat zou ik
graag willen dat u probeerde 't op een
vriendschapoeilijken omgainig aan te stu-
renAl is 't maar voor het uiterlijk.
Ik weet dat 't niet makkelijk zal zijn
Husky werlkt niet meeWat die de
paar laatste dagen heeft..-ik begrijp
t niet.
(Wordt vervolgd.l
M—l ii«i—ill in