ALGEIHEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. OCTOBER NIEMELMERS HIEMEUERS No. 7972. Vrijdag 1 October 1926. 66e Jaargang. Doen door iaten. ABONNEMENTSPRIJS liNKEKLAND. BUITEHtARD. 1 f'jH£ WINTEHTIJD 'voo, binnen Ter Neuzen f 1,40 per 3 maanden - Voor buiten Ter Neuzen fr. per post 1 80 per 3 maanden - Blj vooruMbetallag fr. per post /«,60 pe, Voor 't buitenland f 2,70 per 3 maanden franco per post Abonnementen voor t buitenland alleen bi| vooruitbetalinp. Oit blad verschljnt iederen Maandag-, Woensdag- en Vrljdagavond. SHTE&STHl IBXj-A-ID- Oproeping van leerlingen voor hel Herhalingsonderwijs. De nog niet lang geletden overleden Prof. Chantepie de la Saussage 'heeft in zijn weinig gelezen en ook te weinig be- kende biografie van Nicolaas Beets, zoo hier en daar, haast ongemerkt, laten door- vloeien, dat een bijzondere karaktertrek van dezen beminnelijken en begaafden Nederlanider deze geweeist is: dat hij veel heett gedaan door het te laten. Men wilde Beets graag overal voor spannen, men wiilde hem betrekken in den scfioolstirijd, men meende in hem een zeer begeerlijk medastrijder te zien in den kamp voor de christelijke beginselen ook op maat- sc'happelijk en staatkundig ter,rein, en haast voor alles werd zijn belangstelling gevraagd, maar ook al g'ing zijn interesse naar d'it alles uiit, en was er nauwelijks een ta-k van weten of trachten, waarvan hij geen kennis nam, toch heeft Nicolaas Beets het doen door laten als zijn leefregel en levensbeginsel zeer vaak betracht, en heeft hij wellicht juist daardoor een kracht kunnen ontplooien, en een jeugdige frischheid tot aan zijn sterfbed weten te bewaren, die ons jaloersch kunnen maken. In den laatstcn tijd heeft een van Beets' lezingen wel zeer de aandacht getrokken. Een van onze meest bekende romaa- schrijfsters, mevrouw Jo van Ammers Kiiller, geeft in haar mooien en hoogst lezenswaardigen roman: ,,Opstandigen' ook een aardig hoofdstuk over een lezing van Nicolaas Beets, van welke gebeurte- nis in haar boek nabuurlijk een gedeelte- lijk verdio'hte teekening wordt gegeven, maar waarin de lezing zelve levensge- trouw is. Zoo kwamen wij er toe om aan Beets' werk en leven weer eens wat meer aandacht te schenken, en vonden wij on- der 's dichters en 's hoogleeraars minder bekende giesdhriften ook een voorlezing, die getiteld is: „Het Doen door Laten", waaraan wij in d'it artikel een en ander ontleenen, terwijl wij de vrijheid zullen nemen er enkele eigen gedachten en op- merkingen mede te verme.ngien. Beets begint zijn lezing (uit den jare 1859) Ban met op ,te merken, dat het niet zoo moailij'k is een leesbeurt op zich te nemen. Veel moailijker is het, zelfs waar dit blijkbaar verstandiger wezen zou, het te weigeren. Tot het eerste het op zich nemen van een leesbeurt volstaat een weinigje eigenliieifde, die wel zoo good is of heet aan ,,vriendelijken aandrang" be- leefdelijk tegemoet te komen. Tot het laatste - (het weigeren van en bedanken voor een leesbeurt) wordt een veel minder alledaagsche maat van zelfkennis en wijsheid vereisdht. Beets had zitten mijimeren toen hij de spreekbeurt lhad aan- gemomen, en zidh zat voor te bereiden op wat hij zeggen zou. ,,Zoo gaat het", had hij tot zichzelf gezegd, „men weigert hon- derdmaal zonder eenige wroeging, waar men nliet ibehoorde te weigeren; men wei gert uit hoogmoed. uit traagheid, uit giemelijik'heid, uit ik weet niet welken boo- zen gril; maar die enkele maal, dat zelf kennis en wijsheid het zouden vorderen, dat men weiigerde, die enkele maal wei gert men niet, maar geeft toe, en terwijl er een Laten is uit enkel traagheid, waarin wij maar al te veel behagen scheppen, kuntnen wij den lust tot Doen niet ver- loochenen, daar waar het Laten een nega- tief Doen zou zijn, dat in zedelijke waarde het posditieve Doen zeer zeker ver zou overtreffen." f Er was een Impavidus, die, eindelijk aan den band der ouderilij'ke tucht ont- snapt, en aan de hoogeschool gekomen, alles meedeed, aan alles durfde meedoen, wat door den baldadigste van zijn made- studenten gedaan en ondernomen werd, maar zou hij niet een blijk hebben gegeven van edeler moed, indien hij het hart had gehad, iets van dat alles te laten, al moest hij daarbij misschien ingaan tegen den wil en den wensch van velen De groote Thaumaturgus (een fictieve persoonlij'klheidis een zieldzame vereeni- ging van allerlei giaven en bekwaam- heden. Men staat verbaasd over al wat deze wonderman vermag, hij schrijft zelfs, en maakt zelfs verzen, al was het dan misschien a la Nero. Maar helaas. tot uitsdhrappen is hij niet in staat en ook niist tot verscheuiren; ook al is dat (uit sdhrappen en verscheuren) oppervlak- 9GEZONDEN MEDEDEELINGEt of wel Ahdijisirooptijd. Denk er om Uw klok te verzetten; denk er tevens om Akker's Abdijsiroop in hu'is te halen, want de kans is groat dat gij verkcuden wordt, waar door U vatbaar zijt voor Influenza, en Uw onbeteekenende hoest kan ver- ergeren tot Bronchitis of andere borstaandoeningen. Weest paraat, neem een flescih Akker's Abdijsiroop in huis, een waarborg voor de ge- volgen van het ruwe winterweer. In vele gezinnen is Akker's Abdij siroop in het koude jaargetij een on- misbare bulp voor al die gevallen, die ihaar oorzaak vinden in adem- hali ng sstoorni ss en Akker's Abdijsiroop bij de hand hebben, beteekent dan ook veelal: aandoeningen der luchtwegen voor- ko-m n en bestrijden. kig beschouwd zoo'n eenvoudige zaak en zou het zeker de kroon hebben gezet op zijn menigvuldige verdiiensten. Beets haait met instemming een woord aan van La Bruyere: „Het is sommiger menschen roem en verdienste, dat zij goed weten te schrijven; het is van eenige anderen de roem en verdienste, dat zij nooit iets op papier zetten". Wel en gepast te spreken is een zeldzame gave, miaar zou het getal van de wijzen, die de kunst verstaan om wel en gepast te z wij gen niet nog veel klieiner zijn dan het getal welsprekenden Maar Beets had zijn leesbeurt nu eenmaal op zidh genomen en hij kon ook geen „lidhte ongesteldheid" voorwer.den als verontschuldiging. Hij moest dus wel een lezing giaan houden. Maar wat zou dan zijn onderwerp zijn Hier was nu een moieilijkheid waar alle sprekers (en journalisten) telikens en telkens miee te kampen krijgen. ,,Voorwaar, een moeilijk werk", zegt hij, ,,en van al wat tot het ter wereld brengen eener behoorlijlke voor lezing geschieden moet het zwaarste, en menigmaal het ondankbaar&te". Maar ditmaal biehoefde hij niet lang te zoeken: hij had immers zijn onderwerp reeds ge- vonden; want waarom zou hij zijn gedach ten, die nu eenmaal bij een niiet onbelang- rijk verschijnsel in de menschenwereld waren bepaald, niet nog wat langer bij datzelfde verscihijnsel doen vertoeven, met de stille hoop, dat uiit haar vermemig- vuldigiing iets zou voortkomen, dat ,,der penne en den dag" nliet geheel onwaardig wais, en niet al te ongeschikt men hoort den spreker uit het tafereel, zooals onze moderne romanischrijfster dat zoo geestig en getrouw heeft weten te teeke- nen „om in eenen anders wel wat ont- zag inboezemenden kring te word en vooigedragen." En dan - komt zooals men dat bij Beets zoo vaak aantreft opeens als t ware een uitgieting van de meest tref- fende voorbeelden,, waardoor ons de voortreffelijk'heid en voorrang van het laten boven het doen wordt getoond. Wij doen slechts een greep uit Beets' rijkdom van gedachten. Hij geeft onder meer deze ,,gemengde voorbeelden": Zich onkundig houden, koel blijven, naar zich verlangen laten, door afwezig- heid schitteren, zien komen, en wat men met een spreekwijze uitdruikt, waarbij mien zicih een zeer voorziclhtig 'huisdier in een boom voorstelt: welke kraohten eener zeker niet altijd even loffelijke, wijs heid sdhuilen er niet voor mans en vrou- wen, voo-r burgers en boeren, voor -regen- ten en geregeerden in deze dingen Een dwaas zelfs, heeft Salomo gezegd in zijn Spreuken, een dwaas zelfs, die zwijgt. zal wijs gea-cht worden, en in menig geval is het winnen niet zoozeer de prijs en het gevolg van een moedig wagen als wel van een verstandig en geduldig wachten. En dan krijgen wij ook dit typisch Beetsiaanisdh zinnetje te lezen: Helaas, M. H,, hoeveel wordt, op grooter en klei- ner tooneel, door verstandige lieden. niet zonder verstandig overleg, "edaan, dat nog verstandiger gelaten was; hoeveel door het voorzichtigste spreken verkor- ven, wat door een nog voorzichtiger stil- zwijgen ware te redden geweestIn hoeveel en ih'oe groote moeilijkheden wik- kelt zicih memigieen door te antwoonden, waar hij zich tot aanhooren had moeten bepalen; hoeveel bederft men door ijver, dat men door traagheid had kunnen be- houden en bievorderen. Bij Vonidel heet het erigems: ,,Een krijgsman wint genoeg. al wint hij niet dan tijd". Een oud-vader- landsc'h spreeikwoord zegt: ,,Het echte mertK van wijze lien is langzaam gaan en verre zien". Om kracht te kunnen zetten. moet men ook zichzelf weten te sparen. Hij arbeidlt op den duur het best, die zich ook op zijn tijd slaap gunt. En wie heeft meer kans om zijn goed (of ook zelfs kwaaid) oogmerk te bereikien: hij, die het altijd in het oog houdt, die niets ziet dan zijn doel, en va*'. niets droom-t dan van zijn doiel, die alle oogenblikken in gevaar is niet alleen zijn doel maar ook zichzelf voorbij te loopen, ofhij die dat ook durft ontveinzen, verloochenen, ja, bij oogenblikken vergeten De fortuin wiil niet worden nagejaagd, zij wil worden afgewacht. En leerzaam is zeker ook op dit gebied de ,,Roeiende Vrijister" van Cats: Het meisje, fluiks en onverimoeid, Kwam naar de kaaie toegeroeid. Ik, die hier op nam goed gemerk, Standi vast, en dacht: Wat vreemder werk! De vrijster wil aan (naar) dezen kant; Maar slaat het oog op 't ander land; En niet te man zij vordert meer, Alsotf zij gang den rechten keer. En dan komt Cats' goede en aardige les: „Ziet, vriendien, hoe de wereld gaat, De sdhijm is andprs dan de daad; Ofcchoon, een maagd de rugge biedt, 't En hindert aan het roeien niet. Het behoeft dan ook heelemaal niet vreesachtigheiid te zijn, die op rijper leef- tijd den mensch wat schuw maakt voor een zeker soorit van treffende daden en beslissende stappen, waar een voorbarige jeugd op verzot is, maar het is veeleer dikwijls vrucht van een rijpe erviaring. Socrates verhaalt, dat hij op zijn levens- weg te hulp werd gekomen door een ge- leidenden geest, die hem alleen waar- schuwde, wanneex hij beter deed iets te iaten. Die geleigeest sohijmt hem bij zijn doen aan eigen inzicht te hebben durven overlaten. Ook op het gebied van de lichaams- verzorging is laten vaak van heel wat meer belang dan doen. ,,Hebt gij schxeef Vader Cats, „hebt gij een kwaad of Vieiig Vurig) oog; verbind het met den elleboog (met andere woorden: blijf er afDoor omthouiding en rust wor den die meeste ziekten genezen zegt reeds een oude Latijinsche spreuk, en Tollens heeft dat op zijn wijze uitgedrukt, als hij verhaalt: „Wat hebt ge daarvoor toch gedaan?" Zoo sprak ik zeek'ren grijsaard aan „Ik zie u waml'len langs de straten, „Het hoofd ornhoag, die kinieen vast, „Gezomid van lijf en ledematen, „En vlug nog als die flmkste gast. „Wat wondermiddel mocht u baten?" En lachend ving de grijsaard aani; „Daar heb ik nooit iets voor gedaan, „M.aar altijd wel veel voor gelaten." Ons woridt verhaald van een kleinen Phenomenon (ook als 't louter fantasie is, is het nog aardig gevonden, en de moeite waard om te worden oververtelddie op den school van zijn Engelsc'he kindermeid alles van buiten leerde, wat men maar wilde; al spoedig een stuk of drie talen kernde, en om zijn snediige antwoonden vermaard was. "Waar was het kind, dat dit kind evenaarde, of dat dit kind zou kunnen bijhouden, als het tegelijkertijd met hem werd onder wezen en opgevoed Het was moeilijk voor dit kind een leer meester te vinden. Eindelijk verscheen die, en zette die zich tot zijn gewichtige taak. Hij wijdde zidh daar geheel aan. Dag en nacht vestigden zich des leer- meesters oagen op het Wonderwicht, en over hem heen staarden de oogen der ge lukkigie ouders. De beste lessen werden gegieven uit de beste boeken. De beste tijd werd gebruiikt. Zelfs van de uit spanning werd partij getrokken om de kennis te vermeerderen. Maar met welke vrucht Wat een bittere teleurstelling Bdnnen weinig jaren was van Phenomenons bui- tenigewonie vlugbeid geen spoor meer te onldekken. De snedige antwoorden wer den schaarsciher, en bleven uit. De knaap sdheen veeleer met iederen dag doffer en trager te worden. Er werden nog altijd wel genoeg talen gesproken, maar de be ginselen der wetenschappen werden moei lijk en met tegenzin aangeleerd. Men voelide de noodzakelijkheid van een zeer lange, zeer volstrekte vacanfcie, verande ring van lucht, verstrooi'ing, koudwater imrichtingeniEn toen eindelijk de tijd gekomen was, waarop de Mentor (leids man) den jongeling ging verlaten, bevond deze zich zonder eenige geschiktheid tot zelfstandige studie. Wat was de fout ge weest Men had hier te veel gedaan, of althans: te veel willen doen, en te weinig gelaten. Heeft de lezer wel eens gelet op de eigemlijlke en diepe beteekenis van de wooirdjes: opvoeding, edueatie en ontwik- keling, welke a He zeker door een gelukkig instinct zijn ingegeven, en die in alle stilte waarschuwen tegen en afmanen van: op- propping, bearbeiding, inprenting Geldt dit alles van het verstandelijke, het geldt zeker evenveel of nog veel meer van en voor het zedelijke en godsdiens- j tige. Vooral daar kan te groote bezorgd- heidi, te zich.tbare inspanning, en die voor- i barigheid, die de vrucht voor de bloem en de bloem voor den knop te voorschijn wil halen, allernoodlotfcigst zijn. Hoeveel wel- meeinenden hebben (door een gedurig voorhiouden van het goede) tegenzin op- gewekt, en door een gedurig „onderhan- dennemen" zelfs tegenwerking veroor- zaakit. Het gevoel wil niet bewerkt, het wil gespaard worden. Het geweten wil wel worden, voorgelicht, het wil niet aan den leiband gaan. Beets zegt het zoo prachtig, en daar- mede willen wij voor ditmaal eindigen: „De ontwikkeling van het beste in den mensch duldt geen veelvuldige, duld't niau- welijiks eenige, aanraking, en het Gods- werk in hem geen getuigien dan die het gadeslaan op eerbiedigen afstand, zich houdende, alsof zij het niet zagen, en medewerkende, alsof zij God slechts lie- ten werken." TYBHD8. Men meldt aan de N. R. Crt. uit Breda De toestand was Donderdag weer minder gunstig. Uit Prircenhage werden weer twee nieuwe gevallen gemeld, zoodat htt totaal gisteren met inbegrip vau vijf ge vallen in oiservatie 75 bedraagt De gezondheidscommissie ve'gaderde Woersdagavond. In een verstrekt officieel verslag dezer vergadermg zegt zij o.m Wgl er sinds de vorige week nog voort- durend ni-uwe gevallen van typhus a)hier bijkomrn, heeft de commissie gemeend in overleg met den inspecteur van de gezond- heid, nogmaals a in het gemeente-e.^tuur van Breda te moeten aanbevtlen, de ker mis niet te doen doorgaan. De mil taire die; st he»ft reeds eei aan- vang gemaakt met het doen van prophy- lactische inentingen en cok de gezondheids commissie meent daarin niet achterwege te mogen blijven en heeft voorgesteld deze gratis te doen verrichten voor on en min- vermogenden. Wat het hesmette water der Mark betreft, zoo zullen psgingen wor den aangewend, om dcor snelle opvoer van het hooger in Bt-lgie opgezamelde water een tydelijkezeer ruimedoorstrooming te doen geschieden. Vers&hillende kleine besmette haarden ko^den worden opgespoord en door doeltreffend ingrrjpen, waarby verschilleDde industrieele en anderen hun medewerking verleenen, geheel worden uitgeschakeld. Ook te Maastricht zyn reeds een aan al gevallen van paratyphus aan den genees- kundigen dienst. bekend, welke op een 50 tal kunnen worden gescbat. De volksge zondheia heeft aan den gereeskucdigen dienst aanberolen de noodige voorzorgs- maatregelen te nemen, omdat in den laat- sten tyd het aantal paratyphusgevallen grooter is dan normaal. VRIJZLNNIG DEMOCRATJSCHE BOND. Zond g 17 October zal te Amsterdam de Partijraad van den Vvijzit n;g-Pemo cradschen Bond bijeen worden geroppen ter bespreking anhetNederlandsch-Belgisch verdrag. De bijeenro'ping geschiedt op verzoek van de Tweede Kamerfractie, opiat zjj, voor de openbare bf handelirg in die Kamer aanvangt, de adviezen van den partjjfaad met betrekking tot dit verdrag gaarnezou willen vernrmen. ENGELANH EN 1TALJE. Het eenige wat op dit oogmblik in de hooge politiek de aandacht trelt, is schrijft de N. R. Crt de aang-kondigde ontmoeting tusschen Chamberlain, den Engelschen Minister van Buitenlatdsche Zaken, en Mussolini, den Italiaanschen eerste minister en leider vau de binnen en buitenlardscbe staatkunde zan zijn land. Een bericht van den officieuzen Engelschen draadlcozen dienst zegt ervan: „Men beschouwt de ont moeting algemeen meer als een bele> fdheids bezoek (vac Chamberla n) dan als een onder- houd met politieke betetkenis." In het burgerlijkp leven brengt men vaak beleefd- hiide- ezoek n, om gewensch'e relat es aan te knoopen. Het aanknoopen van re'aties tusschen twee landen kan echter nooit zonder politieke beteekenis zijn. Er zijn in dec laatsten rjd meer teeker en aan Engelschen kant dat men Italie's vrierdsebap op hoogen prijs stel Tsolement sluit den wensch niet uit. cm bij zeke'e gelpgPDheden gezelschap tehebber. Kort- geleden heeft de Londenscle Lrrd Mayor aan Mussolini de boodschap laten over brengen dat hij, als hjj te Londen kwam, van een ontvangst als eeD hooggeeeid en welkom gast zeker kon zijn. D»- moei]ijk heid is dat er anti fascist'sche Engelschen bij de vleet zijn die dreigen te kennen te geven dat zij een andere meering toegedaac 1NGEZQNDEN MKPEDEELi M< 30 ct zyn en dat het in het traditioneele land van de vrije ui'ing van meting ni-t zoo gemakkelijk zal zijn, ocaangerame be- toogingen van hen te verbi) deren. Aan den anderen kant schijnt Mussolini lhans Engeland's houd ng na de bezett ng van het Gr eksche eiland Korfoe door Italie te w lien vergetsn. Hij teeft daar go> de redenen voor. De toei ad riDg tusschen Frankryk en Duitschland zou t t gevolg kui nen hebben, dat Duitscbla: d later sti un krijgt voor zijn streven, om Oost nryk dat een gt'isoleerd oecoromisch eilandje is ge- vrorden, nauwer aan zich te verbinden. Maar Mussolit i heeft ondubbelzi: nig te kennen gegeven dat het doel van de Itali- aansche poli iek moet zijn een aans'uiting van Oosten ijk - y Duitschland te veibinders n. Ital.e wil, om zoo te zeggen, „niet aan Duitschland grenzen" Italie heeft, zooals wij onlangs opmerk- ten, reeds nut gehad van ren guede ver standhouding met Engeland. door de over- eenkomst tusschen beidtn over de toegaugs- wegen voor economische penetratie in Abbessii ie en door de voor dat land bevredigei.de regeling van zijn gr<" nsverschil met Egypte. Men noemt nu het vr-agstuk van Tandzjer als een ond rwerp voor vruchtbaar overleg met Ergeland. Niet dat Italie de Spaansche wenschen ten op- zichte van Tandzjer te sterk zou willen dwarsboomen, want het streeft juist een marine entente met Sparje voor de Middel- landsche Zee na, die Frankrijk onbehagelijk moet aandoen. Op zijn brogst zal Italie te Tandzjer gelijke rechten als anderen bedingen. Indien Engeland zeker is dat zijn wrg naar Indie van het sames gaan der twee niets te duchten heeft. zal het een wel- willende onzijdighdd vetkiezen boven ver- sterking van zyn vloot in de Mi'della: dsche Zee. Het groote binnenlardsche pro' leem voor Ital e dat een gestadigen terugslag rp zijn buitenlacdsche staatkunde moet heb en, is dat van zijn beeolkngsoverschot. Hee'e cont'nenten zijn hans voor den u tv< er ervan gesloten. H( e lang er nog ltaliar en over de Fran-che grets kunren gaan, valt niet te zeggen. Ophoopirg van Italiaan che landverhu'zers zoo dicht bij huis he; ft haar onaangeiamen kant. gelijk bij den aanslag dcor een uit Frankrijk gekomen ltaliaanech anarchist op Mussolini en zijn anti- Fransche staaTtje bleek. Noo'd-Afrika is als Italiaansch expansie- gebied gesloten De bemachtiging van Tripolitanie op bet zwakke Turkije was de omzettirg van de Italiaensche expansie- polit ek in de daad. Wat te midden der ffLybiaansche zanden" aan oases ligt, is nu bijkans met Italianen bezet. De Dodekanescs in Italiaansche handen is als een pistool op de borst van Aziatisch Turkije. Dit van nature vruchtbaar 'and is e^n toekomst- gehi: d vocr vreemde ko'onisteu Turkije fesefte dat, indien het met Ergeland over Moscel in gewapende botsing kwafbi, Italie dre'gde door te tasten, en s'oot daarom. na eenig wapengekletter, snel vrt de over het betwiste wilajd. De Italiaansche positie aan de Azia ische kust zou voorts een argument voor Turkye kunnen worden. om zich niet langer van Geneve af ijdig te houden. Maar hoe de toestand in de Lev.ant zich ook verder moge ontwikbehn, het is Engeland's be'ang daar een stelselmatige onzijd gh idspolitiek voor te bereiden. tegen de zekerheid dat voor zijn weg raar Indie ge'n gevar-n dreigen. Daar conflTen noch ans in hur corse- qenties altjid on-oorziene r sico's meebren- gen, zal E'geland in nauwe betrekking COURA jj&tfWijiMSS, MM—i r.'Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN maken bekend, dat vanwege de gemeente gelegen- heid bestaat tot het genieten van herhalingsonder- wijs voor de rijpere jeugd in de scholen A en D(te Sluiskil), over het tijdvakl Nov. 1926 tot Maart 1927. Aanmelding van leerlingen voor 11 October 1926, kan geschieden voor wat betreft school A ter ge- meente-secretarie en voor wat betreft school D, bij het hoofd dier school. Bij beiden zijn nadere inlichtingen te bekomen. Ter Neuzen, den 1 Oct. 1926. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. B. I. ZONNEV1JLLE, Secretans. 3 JB" 1 Frikche per ons per ons

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1926 | | pagina 1