No 7927,
Vrijdag 18 Juni 1926.
66? Jaargang.
ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
TA W ,4'Sra.
TerNeuzensclie Courant
lekendmaking.
Beter dan_Goed: DE BE SI E
LANDBOUW BERICHTEn.
r,
BEMEH6DE BERICHTEN.
I¥f
PKEDIKBEUETEN
Maandag 14 Juni 1926. No. 7925.
H?"WiHJUSJIXEl BXJ-A.3D.
y hinnen Ter Neuzen f 1 40 per 3 maanden - Voor buiten Ter Neuzen fr. per post 1,80 per 3 maanden - Bij vooruitbetaling fr. per post f6,60 per jaar
AB0NNEMENTSPRI1S: V^TbSenhmd 2.70 kr 3 maanden franco pet post - Abonnemen.en voo, 't bui.enland alleen W, voor^betalmp.
m, vcrschiinl lederen Maanooj., Womsdag- en Vrildagavond.
g-gllEaBTB) BriA-X>
Het vernieuwen en herstraten van
een gedeelte straat- en keiweg.
Zondag 20 Juni 1926.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
ZENSCHE CO U RANT
Bargeraeester en Wethouders dei ge
meente HOHK, zulien op Dinsdag 28 Juni
1926, des voormiddags 10 uur (zomertijd),
aanbesteden
Bestek en voorwaarden zfln ter Gemeente-
Secretarie kosteloos verkrijgbaar.
Burge neester en Wethouders van Boek,
tjtrm 17 c1 r> rr n 11 vr+r> m OV
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
Aan den heer A. de Bruijn alhier is
voor f 5395 gegund het leveren en stor-
ten van stortsteen voor de dijk- en oever-
werken te Hellevoetsluis, de Hoornsche
hnnfrlen pfi Hp hnofdpn van de Marine-
Het Directoraat-Generaal van
Landbouw.
Het Kon. Ned. Landbouw-Comite heeft
een adres gezonden aan den Minister van
Binnenlandsche Zaken en Landbouw, waar-
in het als zijn meening 1ft kennen geeft, dat
bestendigen van het Directoraat-Generaal
van den' Landbouw en de wijze en de vorm
van het Directoraat-Generaal van den Land
bouw zooals deze van sommige zijden wen-
schelijk wordt geacht, twee geheel verschil-
lende zaken zijn, die geen verband met
elkaar houden.
Ned. Her v. Kerk.
ftr Neuzen u. en Z u., Ds. A. Timmerman.
Sluiskil. 9) u. en 2 u., dhr. L. Dek.
Hoek. 9i u., en 2i u., Ds. E. Raams.
Zaamslag. 9* u. en 2* u., Ds. G. van Dis.
Axel 9^ u. en 2 u., Ds. G. A. Ruijsch van
Dugteren
Sas van Gent. 9* u., Ds H. Akersloot van Houten
Roos.
Philippine. 2 u., Ds. H. Akersloot van Houten
Roos.
Gereformeerde lerh-
van
GEMEENTERAAD VAN AXEL.
Vergadering- van Dinsdag 8 Juni 1926,
des namiddags 2 uur.
Voorzitter de heer F. Blok, Burgemeester.
Tegeirwoordig de leden: J. M. Oggel, M. W.
Foster, A. E. C. Kruijsse, Ph. J. van Dixhoorn,
J. Weijns, J. M. Baert, A. Th. 't Gilde, Ed. van
de Casteel, F. Dieleman, J. de Feijter en P. de
Feijter.
Secretaris de heer J. L. J. Maris.
(2. Slot.)
4. Regeling jaarwedden burgemeesters,
secretarissen, outvangers en wethouders
in de provincie Zeeland.
Ingekomen is een schrijven van Gedeputeer-
de Staten van Zeeland, d.d. 30 April 1926, be-
treffarude de regeling der jaarwedden van de
burgemeesters, secretarissen, ontvangers en
wethouders (door ons vermeld in het verslag
der raadszitting van Ter Neuzen in het no. van
Vrijdag 28 Mei 1926).
Door Burgemeester en Wethouders is ge-
in.fiorm.eerd naar de reden die aanleiding gaf
cm Axel onder de uitzondering-en te noemen.
Gedeputeerde Staten hebben in antwoord
daarop te kennen gegeven, dat zij de taak van
den burgemeester in deze gemeente (evenals
in gemeenten als Hulst, Oostburg, Tholen e.a.)
dermate helangrijk achten, dat een uitzonde-
ringsbepaling voor uien titularis alleszins ge-
wettigd is.
Met het oog hierop meenden zij, dat er i. c.
wel reden was, am uitvoering te geven aan
hetgeen voorkomt in de derde zinsnede van het
begeleidende schrijven der concept-regeling.
Burgemeester en Wethouders stellen voor,
met het oog op de tijdso.mstandigheden niet in
te gaan op deze door Gedeputeerde Staten
voorgestelde regeling.
De heer KRUIJSSE verwondert er zich over,
dat Burgemeester en Wethouders voorstellen
niet op de door Gedeputeerde Staten toege-
zonden regeling in te gaan met het oog op de
tijdsomstandigheden. Die regeling betreft toch
alleen het 'beginsel, dat er voor de gemeente
Axel ook, voor wat de jaarwedde van den bur
gemeester betreft een afwijkende regeling
wordt getroffen, dat deze gelijk dient te staan
met den secretaris. En dat beginsel heeft toch
met de tijdsomstandigheden niets te maken.
Er is reeds bij de vaststelling der begrooting
voor 1926 een stem in, die richting opgegaan,
doch. spreker heeft daaraan toen geen steun
kunnen verleenen, omdat hij wel wist dat, zon-
der medewerking van Gedeputeerde Staten een
dergelijk voorstel toch geen kans van slagen
had, maar nu Gedeputeerde Statten een derge-
lijke regeling zelf voorstellen, wordt het iets
anders. Hij meent, dat Axel in dit opzicht
niet achter behoeft gezet te worden bij ge
meenten als Sas van Gent, Tholen en Oostburg.
Er worden hier toch heel andere eischen ge-
steld aan den burgemeester als in een gewone
plattelandsgemeente. Hij wijst er op, dat men
hier ook een gasfabriek exploiteert en dat
Axel zeker niet te beschouwen is als een plat
telandsgemeente, waar de leiding nog van den
Secretaris uitgaat. Men zal toch weer niet wil-
len terugkeeren tot den ouden toestand, dat de
burgemeester moet trachten er iets bij te ver-
dienen Dat hij een nering of bedrijf zou gaan
uitoefenen en afhankelijk worden tegenover
zijn clienteele Axel is toch een gemeente van
6000 zielen en voor zoo'n gemeente mag men
van den burgemeester naar zijn meening den
geheelen mensch opeischen. Doch dan dient
deze ook een vrij en onafhankelijk bestaan als
zoodanig te hebben. Hij kan zich daarom moei-
lijk vereenigen met het voorstel van Burge
meester en Wethouders om in deze zijn stem
tegen de regeling van Gedeputeerde Staten uit
te brengen.
De heer P. DE FEIJTER staat ook op het
standpunt van den heer Kruijsse, en kan er
zijn stem niet aan geven om te adviseeren niet
in te gaan op de regeling van Gedeputeerde
Staten. Bij de behandeling der begrooting,
heeft hij reeds te kennen gegeven bet jammer
te vinden, dat de burgemeester beneden den
secretaris staat. Hij is ten voile overtuigd, dat
Gedeputeerde Staten, gezien de tijdsomstandig
heden, met hun regeling uit financieel opzicht
wat hard van stapel loopen, en zou liever zien,
dat de jaarwedden van de hoogere ambtenaren
wat teruggingen, Hij zou daarom eerst willen
adviseeren tot gelijkstelling van burgemeester
en secretaris, om later, in verband met de tijds
omstandigheden aan te dringen op gelijke ver-
mindering. Hij wil niet zeggen, zooals de heer
D. Scheele in Ter Neuzen, dat er een zwarte
hand achter zit, doch door dan mede te wer-
ken aan verlaging over de geheele linie, zouden
Gedeputeerde Staten kunnen toonen, dat er
van een zwarte hand geen sprake is. Hij zal
nu stemmen voor het voorstel van Burge
meester en Wethouders.
De heer OGGEL geeft te kennen, dat er in
het college van Burgemeester en, Wethouders
verschil van opinie bestond en ten slotte door
de meerderheid het voorstel aan den raad
wordt gedaan. Het college blijft zichzelf daar-
in gelijk, aangezien dit indertijd bij de benoe-
ming van een secretaris er voor geijverd heeft
om diens jaarwedde gelijk te stellen met dien
van den burgemeester op 3200 tot f 3600,
hetgeen echter de goedkeuring van Gedepu
teerde Staten niet heeft kunnen verwerven.
Burgemeester en Wethouders achten echter
een jaarwedde van 3600 in maximum een be-
hoorlijke jaarwedde, ook voor een burgemees
ter dezer gemeente. Men kan niet zeggen, dat
hij met zoo'n inkomen van iemand afhankelijk
behoeft te zijn. Alles gaat tegenwoordig ach-
teruit, tal van ingezetenen zien hun inkomsten
verminderen en dan adhten Burgemeester en
Wethouders het onder zulke omstandigheden
niet verantwoord, dat aan iemand die het niet
noodig heeft 1000 meer zal worden gegeven,
terwijl anidere uitgaven, o.m. het aanstellen
van een gemeentewerkman, om financieele
reden aohterwege moet blijven. Bij die verhoo-
ginig komt dan ook nog 300 voor pensioen-
sborting. Spreker aeht de tegenwoordige sala-
rieering van den burgemeester in overeen-
stemminig met de diensten die van hem ge-
vraagd worden. Er moet door ieder en in het
algemeen naar bezuiniging worden gestreefd,
doch inidien men begint met thans het hoofd
der gemeente eene verhooging van 1000 te
geven, zal er in het algemeen van bezuiniging
niet veel meer terechtkomen. Spreker is er
wel voorstander van de jaarwedden van burge
meester en secretaris gelijk te stellen, maar
niet op de thans voorgestelde wijze. Hij ziet
geen aanleiding, dat Gedenuteerde Staten voor
den burgemeester van Axel zoo'n belangrijk
van den algemeenen regel afwijkende bepaling
mioeten vaststellen.
De heer 't GILDE: Mijnheer de Voorzitter!
Ik verschil in dezen wel eenigszins van mee
ning met den heer Oggel, aangezien ik het
standpunt huldig, dat een amlbtenaar wiens
ambt werkelijk den geheelen persoon opvor-
dert uit dien hoofde recht op een behoorlijke
bezoldiging heeft. Het geidt in dezen evenwel
niet de schrielst betaalde categorie van ambte
naren en het is merkwaardig in dezen te moe-
ten ervaren, dat op de traktementen van de
kleine ambtenaren en werklieden in overheids-
dienst, bij wien het dooigaans geen vetpot is,
daar waar maar eenigszins mogelijk is wordt
beknibbeld en bezuinigd en het aan den ande-
ren kant usance schijnt te worden om allerlei
hoogere ambtenaren, de Ministers gaan im-
mers zelve voor alle mogelijke bijslagen en
verhoogingen te geven. Deze groote beginstel-
ling is het die mij heeft doen afvragen: „Waar
gaan wij heen?''
Een uitzondering zou m.i. moeten gelden
voor de wethouders, omdat een niet kapitaal-
kiachtig persoon ook hier wethouder zou kun
nen worden en dat vordert zooveel werk, dat
een hoogere bezoldiging dan gewensdht zou
blijken. Indien hier een werkman of minder
kapitaalkrachtig persoon wethouder moest zijn
zou ik direct mijn stem geven zijn bezoldiging
als zoodanig te verhoogea. Na rijp beraad ben
ik tot de overtuiging gekomen tegen deze re
geling van boven af te moeten stemmen, Waar
hier arbeiders genoeg zijn die dit jaar op hun
teenen zulien moeten staan om 5 a 600 gulden
te verdienen, zou ik zeggen wat voor de eene
geldt op het st.uk van hazuiniging, moet aller-
eerst voorgaan voor de hooge ambtenaren.
De heer VAN DIXHOORN merkt op, dat er
aan deze zaak 2 kanten zijn, n.l. een princi-
pieele en een financieele. Voor wat betreft de
eerste, meent hij ook, dat het thans niet de tijd
is om over verhoogingen. te spreken, en van
hooger hand dient in deze niet het voorbeeld
te worden gegeven. Ook de principieele zijde
kan spreker niet bekoren. Wanneer de functie
van burgemeester een ambt is, dan is de bur
gemeester ook een ambtenaar en dan beboort
dez,e zeker gelijk te staan met den secretaris,
zou hij daar zelfs eender boven moeten staan.
Beschouwd men de functie echter niet als
amibt, doch als een hooge waardigheid, dan
zouden we moeten terugkeeren naar het oude
stejsel, dat de jaarwedde niets meer is dan een
tegemoetikominig. Spreker verwacht echter, dat
men in dezen tijd voor dat principe weinig
meer zal gevoelen. Hij is daarom ook van oor-
deel, dat de burgemeester minstens gelijk moet
staan met den secretaris, doch zou dat niet
willen zoeken in het hoogere, doch liever naar
de laagte gaan.
De heer KRUIJSSE stelt in het licht, dat
het bij hem niet gaat over het bedrag, doch
over het beginsel, en hij meent, dat het zeker
billijk is, dat de burgemeester evenveel ver-
dient als de secretaris. Of het salaris van
beiden later naar beneden zal gaan is een an-
dere vraag. Hij meent echter, dat Axel, met
betrekking tot het aantal inwoners de 6e ge
meente in Zeeland, in de termen valt voor een
afwijkende regeling, zooals door Gedeputeerde
Staten is voorgesteld, aangezien hier van den
burgemeester veel geeiscfht wordt en deze ook
geheel onafhankelijk behoort te zijn, zoodat hij
niemand naar de oogen moet zien.
De heer OGGEL meent, dat de burgemeester
met een salaris van 3600 toch niemand naar
de oogen behoeft te zien. Vreemd vindt hij het
betoog van den heer P. de Feijter, die eerst de
jaarwedde zou willen verhoogen, am daardoor
later te komen tot een verlaging! Burge
meester en Wethouders en de raad hebben
zich bij de benoeming van een secretaris op het
standpunt gesteld, dat f 3200 tot 3600, zooals
het voor den burgemeester geregeld was, vol-
doende was. Zij hehben er bij Gedeputeerde
Staten op aangedrongen, dat zoo vast te stel
len, opdat die heeren dan gelijk zouden staan.
Maar als men nu om gelijkstelling te krijgen
de laagste jaarwedden gaat verhoogen,, komt
men nooit tot bezuiniging. Er zit in de rege
ling van Gedeputeerde Staten ook een dubbel-
zinnigheid, want als zij voor de burgemeester,
op grand van de werkzaamhaden een afwijken
de regeling noodig adhten, zou dat toch ook
voor de wethouders zoo moeten zijn, want die
hehben dan toch ook meer werk dan in andere
gemeenten, maar die blijven gelijk staan.
Spreker zegt dit niet met de bedoeling, dat hij
de jaarwedde der wethouders zou willen ver-
hoogd zien, doch am te wijizen op de inconse-
quentie die hierin besloten ligt. Er blijkt uit,
dat hier eenvoudig de werkzaamheden verricht
worden die in iedere landelijke gemeente voor-
komen.
De heer DIELEMAN merkt op, dat er in
daze kwestie voor den raad een principled ar
gument zit dat opgaat, n.l. dat deze reeds
vroeger heeft getracht de jaarwedden van bur
gemeester en secretaris gelijk te krijgen, het
geen echter niet gelukt is, omdat dan de eene
ambtenaar lager zou gekomen zijn. Nu willen
Gedeputeerde Staten het verschil opheffen
door verhooging van den laagst bezoldigde.
Hij kan daarmede niet instemmen en meent,
dat de hoogere ambtenaren reeds voldoende
bezoldiging genieten.
De heer WEIJNS gaat ,met den heer Diele
man accoord, hij heeft geen bezwaar tegen den
secretaris en gunt dezen, als zoodanig, gaame
zijn jaarwedde, daar gaat het niet over, maar
het gaat hier over een principe en dan meent
hij ook, dat burgemeester en. secretaris gelijk
moeten staan. Hij zou die gelijkstelling ook
niet willen verkrijgen door verhooging van den
burgemeester, maar zou wenschen, dat beide
ambtenaren bleven op het peil waarop thans
de secretaris staat.
Staan ze gelijk, dan is een aanleiding voor
klachten verdwenen. Kan er ook een anaer
voorstel gedaan worden.
De VOORZITTER: Het loopt thans over
de regeling van Gedeputeerde Staten.
De heer WEIJNS: Maar er kan toch ook een
voorstel van den raad komen?
De heer OGGEL meent ook, dat de raad wel
degelijik het recht heeft een afwijkende rege
ling in overweging te geven. Hij oppert het
denhbeeld, dat zou kunnen worden voorgesteld
de jaarwedde voor beide titularissen in maxi
mum te bepalen op 4000. Hij wijst er op, dat
voor den ontvanger, wiens jaarwedde thans op
1000 is bepaald, f 1300 tot 1900 wordt voor
gesteld.
De heer WEIJNS is het er mede eens, dat
de dienstjaren doorgebracht in andere gemeen
ten mede tellen maar voor het overige is hij
van oordeel, dat de voorgestelde tractementen
in verband met de tijdsom standgh eden to hoo<r
zouden loopen. Hij stelt voor aan Gedeputeerde
Staten te adviseeren die voor Burgemeester en
secretaris in maximum vast te stellen op
4000.
De heer P. DE FEIJTER heeft vroeger in
zijn betoog ook aangehaald, dat deze jaarwed
den geregeld werd'en naar het zielenaantal der
gemeenten. Dit blijkt echter ook niet juist,
daar o.m. ook voor Axel juist een daarvan af
wijkende bepaling wordt voorgesteld. Hij zou
daarom, als eerst de gelijkstelling er is, later
aan Gedeputeerde Staten willen vragen om de
regeling vast te stellen in verband met het zie-
lental. Misschien zal de raad er wel geen suc-
ces mede halen, maar de ongelijkheid was dan
toch weggenomen.
De heer OGGEL verwacht daarvan ook niet
veel, aangezien ze juist, en alzoo weloverwo-
gen, met een afwijkende regeling komen. Hij
verwacht, dat Gedeputeerde Staten niet in
verlaging zulien toestemmen.
De heer P. DE FEIJTER merkt op, dat de
raad er zich in elk geval toch altijd op kan
beroepen.
De heer KRUIJSSE wijst er op, dat, indien
men die richting uitging, de burgemeester ver
hooging zou genieten ten koste van den secre
taris. Dat zou uitloopen op een bekorten van
diens rechten.
De heer OGGEL gaat daarmede niet ac
coord. Tijdens de sollicitatie wist de secretaris
dat de gemeenteraad 't maximum wensch-
te bepaald te zien op f 3600, doch dit was voor
hem geen bezwaar te solliciteeren, Aangezien
Gedeputeerde Staten het raadsibesluit niet
goedkeurden viel hij in de regeling van /3600
f 4600 en dit maximum heeft hij nog niet ge-
noten. Hij heeft gesolliciteend op 3100 tot
f 3600. Het zou toch niet onbillijk zijn als
beide heeren gelijkstonden
De heer KRUIJSSE houdt vol, dat het tegen
over den secretaris niet billijk zou zijn, die
heeft nu eenmaal een aanvangsjaarwedde van
/3600 opklimmende tot f 4600. Indien hij dat
maximum niet zou kunnen bereiken, werd hij
in zijn thans bestaande rechten verkort.
De heer OGGEL: Maar hoeveel menschen
zijn er thans niet, die het met minder dan
vroeger moeten doen?
De heer KRUIJSSE meent, dat men moet
zien op het werk dat geleverd wordt. Men kan
het secretariaat toch niet aan de eerste de
beste koewachter opdragen en als men werk
eischt, moet daartegenover ook een behoorlijk
tractement staan.
De heer VAN DE CASTEEL acht een trac
tement van f 70 of 90 per week toch wel vol
doende om van te leven.
De heer WEIJNS meent, dat er geenerlei
onbillijkiheid in zit, indien de raad thans besluit
voor te stellen de burgemeester en secretaris
gelijk te stellen op een maximum van 4000.
De raad heeft er altijd naar gestreefd beiden
o*pl i'iTt to cfpl lpn
De heer VAN DIXHOORN meent, dat men
de discussie hierover beist zou kunnen staken.
De raad kan hierover nu zitten te praten, doch
Gedeputeerde Staten stellen toch eigendun-
kelijk de regeling vast. Ze decreteeren het in
Middelburg toch zooals ze het wenschen en
daarom is al dat gepraat hierover maar tijd-
venspilling.
Het voorstel van den heer Weijns, om in af-
wijking der regeling van Gedeputeerde Staten
in overweging te geven en de jaarwedde voor
den burgemeester en den secretaris dazer <?tp-
meente in maximum te bepalen op 4000,
wordt aangenomen met 6 tegen 5 stemmen.
Voor stemmen de heeren Van Dixhoorn,
Weijns, Dieleman, P. de Feijter, J. de Feijter
en Baert; tegen. stemmen de heeren Van de
Casteel, 't Gilde, Oggel, Kruijsse en Koistov.
De heer OGGEL vraagt nu, of de raad 7:"h
met de andere voorstellen van Gedeputeerde
Staten vereenigt. Voor de wethouders is er
geen verandering, doch voor den ontvanger
wordt voorgesteld f 1300 tot f 1900, terwijl het
nu is /1000 tot f 1300, welke regeling echter
door Gedeputeerde Staten nog niet is goed-
gekeurd.
De VOORZITTER meent er op te moeten
niging thans bezit J /zoi.oo.
Volgen.s de jaarrekening werd over het
laaitste boekjaar ontvangen: contributie
f 2280,80, gelden gestort door de Steun-
kas f 1326,52, rente van belogde gelden
f 205,86, donateurs f 58,75, diversen
f 8,60, samen f 3929,23.
Uitgegeven werd wegens uitkeering
aan zieken f 1310,99, bodeloon f 312,
zaalhuur, gratificatie bestuur en drukwerk
f 242,54, uitkeering bij overlijden van een
lid, bodeloon en diversen f 26,17, samen
f 1891,70, zoodat het laatste boekjaar een
voordeelig saldo gaf van f 2038,83.
RIJKSWATERST AATS WERKEN.
Woensdag 7 Juli a.s. zal te Middelburg
worden aanbesteed het maken van den
ondenbouw van eene aanleginrichting met
bijkomende werken in de haven van Bres-
kens, ten behoeve van de veerverbinding
VlissingenBreskens, waarvoor de ra-
ming bedraagt f 215.000.
Het verbeteren van een vak in den
westelij'ken kanaaldijk alhier en van een
vak op den westelijken dijk van den mid-
denkanaalarm is opgedragen aan den heer
G. A. van der Straaten alhier voor
f 15.480.
SAS VAJ.N OC-iN 1
Bij het te 's Gravenhage gehouden vak-
examen Post, slaagde de kantoorbediende
eerste Idas, C. Feijen te Sas van Gent.
De heer W. Hamelinck, vroeger te
Sas van Gent, en nadien te Delft, slaagde
te Den Haag voor het notarieel examen
tweede gedeelte.
Nog steeds en steeds groeit de mas-
sa kooplustigen aan, die zich over onze
Zuidergrenzen spoedt, om in het naburige
Selzaete of in Gent, een partijtje goed-
koope francs in koopwaren om te zetten.
Den geheelen dag door kan men tal van
vreemdeliingen zien passeeren, die van
'heinde en ver gekomen zijn, om in Belgie
..koopjes" te doen. Het behoeft dan ook
geen betoog, dat de middenstand der
grensplaatsen een en ander met leede
oogen aanziet.
KOEWACHT.
Woensdag slaagide te Oudenbosch
voor de akte van onderwijzeres mej. C.
Lammens, alhier, leerlinge van de bijzon-
dere kweekschool St. Anna te Ouden
bosch.
Op de laatste algemeene vergadering van
de Vereenigdng van Duitsche Suikerfabri-
kanten, (zoo meldt Ir. Joustra in Handels-
berichten), decide de voorzitter mede, dat
de met suikenbieten beteelde oppervlakte
nog ongeveer 20 kleiner is dan voor den
oorlog.' De productiekosten van den land
bouw' en van de industrie zijn sterk gestegen;
daarentegen was de bietenprijs het laatste
jaar geringer dan de gemiddelde prijs voor
den oorlog. Terwijl toen R. M. 11.10 per
50 KG werd betaald, konden zeer vele fa-
brieken thans ten hoogste 1 Mark uitkeeren.
Als oorzaken worden o.a. genoemd de on-
gunstige toestand op de wereldmarkt en het
premiestelsel van eenige staten, waardoor
budtenlandsche suiiker op de Duitsche markt
als concurrent kon optreden.
Door de vergadering werd ten slotte een
motie aangenomen, waarin op verhooging
van het invoerrecht op suiker wordt aange
drongen. Dit bedraagt thans 10 Mark per
100 KG en bedroeg voor de Brusselsche
conventie 20 Mark. De suikerindustrie ver-
Daarmede wordt dus, naar onze meening.
tot dit laatste bedrag en bovendien een
i extra-belasting op suiker uit de landen met
een uitvoerpremiestelsel.
laten betalen, d ed de kantcmrechter uit
spraak, waarbij hij rekenit g hieldmetden
goeden trouw ran de verdaclite. Hij paste
de minimumstraf toe, n.l. 32 maal f 0,50
EEN VEBZONNEN INBRiAE.
Woensdagavond heeft de 17jarige dienst-
bode S., in betrekking bij den tanketbak-
ker D., aan de Hooftskade in den Haag,
telephonisch hij de politie aangifte gedaan
dat zij, al'een thuis zijnde, plotseling op
het binnenplaatsje twee manner) met een
baard zag loopen. die daarop den wickel
binnendrorgen. Na minder stichtely ke
taal tegen haar gebezigd te hebben en
haar te hebben bedreigd, waren de beide
mannen door de voordeur verdwenen, met
medeneming van een bedrag aan geld uit
de winkelkassa. Het meisje is door de
politie aangehouden en heeft bekend, het
vevhaal te hebben verzornen en het geld
zelf te hebben ontvreemd.
JCJJCJH L XJ.JLi illlVJJJXl IDi
Tusschen tie Albaneesche steden Durazzo
en Skoetari verheft zich een tombfr ge-
bouw de lugubers'e gevangenis van
Albanie. Pat wil zeggen naar hetuiterlijk.
Aangpnaam wordt de vreemdeling verra^t,
wien het is toegestaan, de schildwachten aan
de gevangeuispoort te passferen, en die dan
op het grasve'd. dat het binnerplein \ormt,
gestalten ziet l'ggen met helbonte bals-
doeken. met sjerpen, puntmutsen op en
schaapsvellen om. Zp rroken daar hun
cigaretten en v elen er z:ch wel. PatzijD
de politieke gevangenen en ?ij In bben he!
beter dan politieke boosdoeners op heel dc
overige were'd.
De directeur is een beleefd hrerschap
In een benedenlokaal wordt den bezoekei
koffie gereserveerd, waarVij de gpvangeren
en de cipiers hem gezelschap houdeD en
eveneens koffie drinken. De bezoeker ge-
looft, dat hij de gast van den prefect is.
Maar neen. de uitnoodig ng is van een ge-
vargene uitgegaar, en diens gast L hij.
Het vertrek waar hij zich bevindt br eft een