ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
No 7922
Maandag 7 Juni 1926
Jaargang.
VOLLE-MELK-REEP
BeterdanGoed: DE BESTE
ze paktf'SSatJ SCheri"
B I H n E H LA H D.
ABONNEMENTSPRIJS:
FEUILLETOBf.
Voor binnen Ter Neuzen f 1,40 per 3 maanden - Voor buiten Ter Neuzen fr. per post /1.80 per 3 maanden - Bij vooru.tbetaling fr. per post 16,60 per
Voor t buitenland f 2,70 per 3 maanden franco per post Abonnementen voor 't buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Dit blad verschijnt iederen Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond.
jaar
H3 HURSTS! ffT - a ~n. j ingezonden mededeelingen
Het Nederlandsch— Belgisch
Verdrag.
i in de inleiding zijner Memorie van Ant
woord, verklaart de Minister van Buiten-
Jandsche Zaken erkentelijk te zijn voor
de hulde, hem naar aanleiding van de on-
derhandelingen, die aan hei: sluiten van
het tractaat zijn voorafgegaan qebracht.
Hij aanvaardt die met waardeering. In
de daarop volgende zinsnede geeft de
Minister echter blijk de critiek, die op het
Verdrag is uitgeoefend met te begrijpen
of te miskennen, aangezien hij deze kwali-
ficeerd als ..stemming maken" tegen het
Verdrag.
Wij zijn van meening, dat, indien men
de publieke meening op de hoogte brengt
met hetgeen er gaande is, de aandacht
vestigt op gevaren, het allerminst als
stemming maken is te beschouwen indien
men dit doet op waardige wijze en aan de
hand van feiten en betoogen, die den toets
der critiek kunnen doorstaan.
En zij, die het Verdrag met een ander
oog bezagan dan de Minister, behoefden
toch waarlijk niet naar argumen-ten te
zoeken, om het te bestrijden, men werd,
we hebben dat vroeger reeds aangehaald,
bij de kennisneming van den tekst van het
Verdrag hoe langer hoe onbehaaglijker
gestemd.
Dat de critiek niet ongegrond is, ge-
weest blijkt ook wel uit de verschillende
wijzigingen, die de Minister thams blijkens
net additioneel protocol nog van Belgie
heeft weten te bedingen en het is ook
zeer de vraag of hij deze wijzigingen ten
bate van ons land wel zoo gemakkelijk
zou hebben weten te verkrijgen, indien
hij niet zoo'n algemeene oppositie in den
lande achter zich had gehad.
De in sommige opzichten scherpe, doch
niettemin loyale critiek zou wel iets meer
waardeering verdienen.
Drtoxde wiuiqinaen en toelichtingen
'staat de zaak vanhet Verdrag er aan-
merkelijk anders voor dan ongeveer een
jaar geleden, toen we alleen den tekst
daarvan kenden. Het is echter toch nog
de vraag, of die voldoende zullen zijn om
de schaal ten gunste te doen overslaan.
Over verschillende bezwaren die niet ten
nunste van Nederlandsche belangen zijn
opgelost glijdt de Minister nog wel wat
gemakkelijk heen of bedient zich van ar-
gumenten die niet in evenredigheid zijn
aan den langen tijd die het geduund heeft
om ze neer te schrijven, met name hebben
we hier op 't oog hetgeen wordt geschre-
ven over de loodsgelden, over het
AntwerpenMoerdijkkanaal en over de
afwatering der polders. Over de wijziging
in de bepalingen, dat ook rekening moet
gehouden worden met het grondwaterpeil
wordt geen woord gezegd.
Met betrekking tot verschillende pun-
ten, die Zeeuwsche belangen raken en
aan critiek onderworpen zijn, ontleenen
wij .aangezien, dat ook o.i. den toe-
stand juist weergeeft het volgende aan
een schrijven uit Zeeland aan de N. R.
Crt.:
Het heeft hier vooral zorg gewekt, dat
in het verdrag de Zeeuwsche polderbe-
l^ngen genegeerd, ja erger nog: bij voor-
baat opzij geschoven werden. De Toe-
!|C u Memorie zei uitdrukkelijk, dat
de belangen van de scheepvaart uiteraard
gaan boven de andere belangen welke op
den "waterweg betrekking hebben; en
voorts, dat de beschikkingen en verorde-
ningen der commissie reeds bij voorbaat
tm
Uit het Amerikaansch door
E. J. RATH.
44Vervolg.)
Denver pookte het vuur op, gooide er
kip. /}ieuwe ta,hken op e,n begon het ont-
bijt klaar te maken. Het hoofd der ban-
futo hlTrilWeen in de richtinA van de
T r>f'v kl'' 0m die te inspecteeren.
feoen A h6 Wac^lt houden en zat lui
denken ZOnder 2elfs na te
hoiden ■"°J°Sa1°yS hi" niet voor eeuwi«
m;?rat/OU lk ellendia vinden, al had ik
me er daareven bij neergelegd. Nu heb
ben we weer hoop."
We kunnen er van door gaan, zoodra
je wilt.
Sally sohudde het hoofd.
"Die menschen hier zouden geen qe-
wetensbezwaren hebben om ons' dood te
schieten, zei ze. „En bovendien, Henry
verlang ik er op het oogenblik niets naar
om te ontsnappen. Ik val om van den
slaap. Ik maak me nergens druk over- ik
Rk wrV* ,m°e- Toen ik dacht- dat het
Cob Wells kamp was, maakte ik me boos
en dat deed me ontwaken. Maar nu ben-
werden gesteld boven die van de natio-
nale administraties daar immers ver-
klaard werd, dat deze laatste niet in strijd
mogen zijn met de beschikkingen der com
missie. De Zeeuwsche Polder- en Water-
schapsbond heeft daartegen indertijd te-
recht gesteld, dat de polderbesturen in
dezen, onder toezicht van de autoriteiten,
daarmee volgens de Grondwet en de
Waterstaatswetten, belast, zelfstandig be-
hooren te wezen, en zich niet kunnen stel
len onder toezicht van een, gedeeltelijk
zelfs Belgische commissie, of onderwor
pen worden aan andere regelen dan die
onzer wetgeving.
Wat is nu in dat opzicht veranderd
door de Mem. v. Antwoord?
Er is door de aanhechting van het Pro
tocol een erkenning uitgesproken van de
belangen van oeververd'ediging en water-
loozing der aanwonenden aan de Wester-
Schelde. Er zal, bij werken voor de
scheepvaartbelangen, rekening moeten
worden gehouden met de gevaren voor
die andere belangen; en de maatregelen
tegen die gevaren zullen begrepen wor
den in de kosten dier werken,
Dat is een winst van beteekenis. En de
erkenning van een ernstige leemte in het
oorspronkelijk verdrag. Maar het veran-
dert niets aan het bezwaar tegen het on
der voogdij der commissie stellen van
onze waterschappen volgens andere rege
len dan die onzer wetgeving. En onver-
anderd blijft ook de macht der commissie,
die volgens de Toelichtende Memorie
,,kan besluiten' tot verleggingen en door-
snijdingen rivierwaarts van de dijken,
^zoodra zij ze nuttig oordeelt", en die kan
beslissen tot een doorgraving landwaarts
van de bandijken als zij zoo'n werk on-
misbaar oordeelt voor de belangen van de
scheepvaart. Dat een besluit der commis
sie de goedkeuring der beide regeeringen
behoeft, met een scheidsrechterlijke uit-
spraak als eindpunt wanneer er geen over-
eenstemming wordt bereikt is zeker een
waarborg. Maar als zoo'n commissie,
volgens de verdragstermen, dan kan be
sluiten en beslissen" in strijd met de
zelfstandigheid onzer polders, dan staat
het zeer te vreezen, dat de daarna te ver
krijgen goedkeuring onzer regeering een
bron van moeilijkheden kan worden.
De Memorie van Antwoord redeneert
daar tamelijk makkelijk over.- ,,De leden
der commissie", zoo lezen Vij op biz. 11,
zullen zich steeds van de inzichten hunner
regeeringen kunnen vergewissen, en, ver-
mits aan deze de beslissing is voorbehou-
den, kan er, naar het voorkomt, geen be-
denking tegen. bestaan, dat de commissie
nagaat en vaststelt, of er voor verleggin
gen en doorsnijdingen aanleiding is".
Neemt deze beschouwing voldoende het
bezwaar weg, dat de beschikkingen on
zer nationale administraties", dat zijn dus:
Gedeputeerde Staten Provinciale Staten,
zelfs de rijkswaterstaat en dan nog de pol
derbesturen ondergeschikt worden ge-
maakt aan de besluiten der commissie?
De uitzonderingstoestand van de oever-
verdediging in Zeeland, die zelfs noopte
tot de alleen voor Zeeland geldende wet
op de calamiteuse polders, maakte een
regeling der ingewikkelde machtsverhou-
ding tusschen de hier genoemde organen
noodig. Nu wordt er in eens een nieuw
orgaan bijgevoegd, met bevoegdheden die
boven die der andere organen worden ge-
plaatst. Er is redo tot twijfel of dat zal
kunnen geschiedejzonder wrijvingen, om
het zacht uit te drukken.
In ieder geval is het te hopen, dat bij
de samenstelling -der Commissie van
Scheldebeheer gelet zal worden op het
verzoek van den Zeeuwschen Polder-
en Waterschapsbond om in die commissie
vertegenwoordigd te worden. Maar dat
is een kwestie van uitvoering.
Tot die kwestie van uitvoering kan ook
gerekend worden het verzoek van den-
zelfden Bond; dat de in te stellen commis
sie voor den waterafvoer uit Belgisch
Viaanderen door't gebied van Zeeuwsch-
Vlaanderen zal rekening houden met het
uitvoerig rapport, dat een door de belang-
hebbenden in Zeeuwsch-.Vlaanderen be-
noemde commissie heeft uitgebracht over
de suatie van die iandstreek. Die plan-
nen van onze eigen landgenooten zijn in
het verdrag genegeerd, evenals in de Toe-
iichtende Memorie, die wel gewaagde
van de tot geen enkel resultaat geleid
hebbende Nederlandsch-Belgische com-
missies van 1875 en 1890. Maar het is
mogelijk, dat de Minister meent, dat dit
vanzelf ter sprake komt bij de uitvoering
e:i er daarom niet over rept in zijn ant
woord.
Daarin vindt men echter evenmin een
opheldering over den nieuwen term in het
verdrag, waardoor de commissie voor
dezen waterafvoer zich bij haar besluiten
niet slechts te richten zal hebben op het
voorkomen van overstroomingen, zooals
het in de vorige verdragen werd uitge-
drukt, maar ook op het ,,op normaal peil
houden van het grondwater", bewoor-
dingen waarvan de strekking zeker wel
een beperkende v.?rduidelijking had be-
hoefd.
Die Mem. v. Antw. bepaalt er zich toe
te verzekeren, dat de last voor Z.-Viaan
deren niet grooter is dan die voor andere
lagere gronden; dat er ook gelet zal wor
den op de waterverontreiniging; en dat de
kosten van werken voor Belgische belan
gen, niet door Nederland alleen gedragen
worden.
De in het Protocol opgenomen verdui
delijking van de termen in de Toel. Me
morie over het blijven betalen van de kos
ten, die nu reeds door personen of instel
lingen worden gedragen, is van geen
groote beteekenis.
ik weer half in den dut. Ik ga hier niet
vandaan, voordat ik lekker g'eslapen heb
en het kan me niets schelen, al vindt de
sheriff ons hier."
Denver wenkte hen om te komen ontbij-
ten. Het zag er niet heel verleidelijk uit.
Sally had alleen zin in een kop koffie. Het
Wrak daarentegen at met smaak.
Sally vond een vrij gemakkelijk plaats-
je onder een boom en strekte zich uit om
te slapen. Ze ried het Wrak aan haar
voorbeeld te volgen.
,,Ik zal naast je gaan zitten," zei hij,
„en een oogje in het zeil houden."
Slaap zelf ook maar een beetje."
,,Ik heb geen slaap. Ik kan niet slapen.
Ik zou
,,Sst zei Sally.
Binnen drie minuten dommelde ze in en
na tien minuten sliep ze vast. Het Wrak
gin9 tegen een boom zitten, trok de
knieen op, sloeg de armen er om heen en
keek nijdig naar Lefty. Deze scheen er
zich niets van aan te trekken. Hij toonde
niet veel belangstelling voor de gevange-
nen. Hij lette alleen op, dat ze niet ont-
snapten.
Het Wrak besloot op te letten of hij
geen kans kreeg te ontsnappen. Na
eenigen tijd merkte hij een zonderling
verschijnsel op. De gedaante van Lefty
verwrong zich wonderlijk. Hij werd groo
ter en kleiner, zweefde het eene oogen
blik in de lucht, om even later in de aarde
weg te zinken. Het beeld trilde en danste
voor zijn oogen. Soms verdween hij heele-
maal en verscheen dan weer met onbe-
grijpelijke snelheid, drie of vier maal zoo
Een enkel woord over de Scheldegeul.
Zoo ergens, dan is hierbij winst ver-
worven ten gevolge van de critiek. Het
feit, dat de onbegrensde baggerplicht van
het gewone onderhoud van de vaargeul
nu is beperkt tot een zekere hoeveelheid
baggerspecie, neemt ongetwijfeld een ern-
I stig bezwaar weg, dat geboren was uit de
bezorgdheid voor hetgeen mogelijk zou
zijn, wanneer de grillige Wester-Schelde
ons voor een plotselinge verrassing zou
plaatsen. Voor het argument van den
Minister, dat het beter is, wanneer wij het
werk op de Wester-Schelde doen en be
talen, omdat het werken daar door Belgie
den schijn kan wekken ,,alsof de Scheide
een Belgische aangelegenheid is", voor
dat argument is veel te zeggen. En dat is
ook wel een geldelijke opoffering waard.
1 emeer nu we in de Memorie van Ant
woord (waarom niet ook in het Protocol?)
de verzekering hebben gekregen, dat we
bij dat onderhoud niet zullen gebonden
zijn aan precies de geul, die op de aange-
hechte kaart is aangegeven, maar dat de
commissie daarvoor rekening kan houden
met de plaats waar het vaarwater de gun-
stigste voorwaarden biedt.
En eindelijk 'nog een woord over de
doorgaande oorlogsschepen van Belgie
op de Scheide.
Het blijkt uit de Memorie van Ant
woord, dat bij de opheffing van het ver-
bod om van Antwerpen een oorlogshaven
te maken, de Nederlandsche souvereini-
teit ongerept bleef; dat wij nog hebben te
beslissen onder welke voorwaarden
vreemde oorlogsschepen op de Scheide
zullen worden toegelaten; dat een vraag
van Belgie, welk gebruik wij van dat rechit
zullen maken, niet tot eenig gevolg heeft
geleid; en dat de opmerking in de Toe
lichtende Memorie, dat de tekst van het
verdrag niets regelt omtrent de door-
vaart van Belgische oorlogsschepen"
slechts beteekende, dat deze materie door
andere regelen, n.l. door die van het in-
ternationaal recht wordt beheersoht.
Het is te hopen, dat die woorden tot in
Belgie doordringen. Want ik vrees, dat
daar nog menigeen een andere mogelijk-
heid distilleert uit de Fransche bewoor-
dingen dier memorie: dat de tekst van het
verdrag ,,ne prejuge en rien" inzake de
Belgische oorlogsschepen.
Over de kwestie van het verbod om
voor processen beslag te leggen op voor-
bijvarende schepen op de Scheide, durf
ik geen oordeel te vellen. Ik heb zoo vaak
van rechtskundigen gehoord, dat het
uiterst moeilijk is om in kwesties van aan-
varingen of schadevaringen de schade-
vergoeding los te krijgen van een schip,
dat ergens in het buitenland is, dat ik met
verwondering nu in de M. v. A. heb ge-
lezen, dat zulk een privaat belang „even-
tueel in de haven van aankomst of ver-
trek tot gelding qebracht kan worden".
Het zij aan de rechtskundigen oVcrgelaten
om uit te maken of dat zoo is.
MINISTER WASZ1NK HERSTELD.
Minister Waszink, die eenige dsgen ziek
was, is weer geheel liersteld en zou deze week
zijn werkzaamheden op het Departement
hervatten.
DE VERMI3TE LOODSSCHOENERNIET
GEVONDEN.
Men me'dt van Terscheiling
Een Terschellingervisscher had gerap-
porteerd, dat hij het wrak van de loods-
tchoener tio. 2 had gevonden. Het Zaferdag
ingestelde duikeronderzoek heeft echter aan
het licht gebracht, dat het niet was de
loodsschoener, doch het wrak van de lang
geleden daar gezonken stcomboot Otto, die
geladen was met straatkeien.
HET SMOKKELEN VAN VEE UIT
BELGIE NAAR NEDERLAND.
Op de vragen van het Tweede Kamerlid
Braat Letreffende het nemen van maat
regelen iegen het smokkelen van vee uit
Be'gie naar Nederland heeft de Minister
van Einancmn het volgende geantwoord
Slechts enkele inspecteurs der invoer-
rechten maken er in hun verslagen over
de grensfraude melding van. dat in den
laatsten tijd uit Belgie vee binnen gesmok-
keld zou worden. Nergens is echter, on-
danks het scherpste, met de bench kbare
krachten uilgeoefende toezicht, een veesmok-
kelaar betrapt of tenig stuk vee aangehaald.
Bek> uringen en aanhalingen zijn, aar gezien
wel een invoerverbod, doch geen veivoer-
verbod bestaat en de invoering daarvan
ligt niet ter competence van den Minister
practisch alleen mogelijk, indien bepaaldelijk
de invoer van het vee, dat wil hier ze. gen
het overschrijden van de grenslijn, gecon-
stateerd worrit, hetgeen door de voorafgaande
grondige verkenning van het terrein door
of vanwege de smokkelaars uit: rst moeilijk is.
DE WEELDE VERTERINGSBELASTING
De commissie van overleg voor de schoen-
en lederindustrie te Tilburg, heeft besloten,
om een krachtige actie te gaan ontwifkelen
tegen de wet tot hefBng eener weeldever-
teringsbelasting. In deze wet toch wordt
een belasting gelegd van 10 pCt. op na-
genoeg alle schoenwuk. De belasting zal
worden geheven van schoer.en, laa zen,
muilen en pantoffels, waarvan de buiten-
zijde der schacht (de schoenneus niet mede-
gerekend) geheel of g ootendeHs is ver-
vaardigd uit Ieder van krokodillen, hage-
dissen, slangen of andere reptilien, uit
ander dan zwart gekleurd ledc-r, uit lak-
leder, uit zijde of uit satjjn.
Nagenoeg alleen zwarte leeren sehoenen,
desnoods met lakneus, vallen buiten de
belasting. Door deze wet zal de geheele
schoenenbranche, leerfabrikant, importeur,
schoenfabrikant, scboenwii kelier en hande-
laar ten zeerste in het gedrang komeB.
De actie van de commissie zal dus erop
gericht zijn, het artikel sehoenen uit de
wet gelicht of zoodanig gewijzigd te krijgen,
dat akeen be'ast worden werkelijk weelde-
schoenen en niet de sehoenen, die gedragen
worden door het groote publiek.
Reeds zijn eenige leden uit de commiss'e
afgevaardigd naay de residertie. om daar
de Kamerleden te gaan inlichten en de
betrokken ministers 'e wijzen op de ernstige
gevolgen, die deze wet-, indien zij onge-
wijzigd tot stat d komt, voor alle i ij de
schoen- en lederbranche betrokkenen zal
hebben.
HET EFFECTENBEZIT VAN HET
NEDERLANDSCHE VOLK.
Voor hoeveel duizenden millioenen gu'dens
het Nederlandsche publiek aan effecten
bez t, aldus schreef mr. Lutterveld in het
z/Hbld." is niet met jm'stheid te schatten,
doch dat het aanzienlijk is, is zeker. Eenig
denkbeeld van den reusaebtigen omvarg
van het effectenbezit krijgt men, wanneer
men bedenkt, dat onze Staat voor een
drieduizend m llioen gulden aan schuld-
brieven heeft uitstaan, Oost Indie voor een
duizend miliioen gulden, onze gemeenten
voor een du zend miliioen gulden, a'leen
aan in de p:ij=courant van de Vereen'ging
voor Effectenhandel genoteerde obligation
de hier te lande werket de hypotheekbanken
voor n 700 miliioen gulden aan pandbrieven
in omloop hebben, de binner lanrische spoor-
en tramw gen ruim 600 miliioen in obli
gation aan het publiek schuld'g zijn, dat
bovendien het nominaal. eD ook effectief
bedrag der overge in de genoemde prijs-
courant opgenomen binnenlat dsche fondsen
eenige millioenen gulder s bedraagt, en men
dan tevens bedenkt, dat daarbij nog ette'ijjie
duizenden millioenen guldens komen, wtlke
groot als eerst. Hij had de kansen van
een plotselingen aanval berekend en ge-
loofde wel, dat hij Lefty zou aan kunnen,
als Denver hem maar niet te hulp kwam.
1 och was hij er niet zoo zeker van, vooral
toen Lefty allerlei gedaanten en afmetin-
gen begon aan te nemen.
Even later merkt hij, dat Lefty weer
normale afmetingen had en heen en weer
liep, met het geweer onder den arm. Sally
zat rechtop an was bezig zich te kappen
met behulp van een spiegeltje, dat be-
wees hoe ver de vrouwenbeweging in
Montana gevorderd was. Ze keek het
Wrak lachend aan.
Lekker geslapen vroeg ze.
„Wat Slapen? Ik heb niet geslapen.
Ik heb misschien even de oogen gesloten,
maar dat was alleen om wat uit te rusten."
,,Dan zal je langzamerhand wel uitge-
rust zijn, Henry, lk ben al een uur wak-
ker."
,.Hoe laat is het
..Bijna zonsondergang."
Hij rekte zich uit en lachte verleqen.
„Wat is er gebeurd?" vroeg hij!
,,Ik weet het niet. Nosey en Denver
zijn er niet meer. Ik vroeg Lefty, waar ze
waren en hij zei, dat ze al uren lang weg
waren en dat het mij niet aanging."
Het Wrak keek haar heftig onderzoe-
kend aan.
Zullen wij hem overrompelen?" fluis-
terde hij.
Sally schudde het hoofd.
,.Niet zoolang hij dat geweer in zijn
hand heeft. We zullen nog een beetje
geduld moeten hebben."
Een tijdje later verzochten ze hun be-
waker toestemming om maar de auto te
gaan en wat eten te halen. Hij was blijk-
baar niet ongevoelig voor eten en be-
duidde hun, dat ze mochten gaan onder
zijn geleide. Ze kwamen even later terug
met een pakje sandwiches. Lefty volgde
hen op de hielen. Hij nam een stuk of wat
sandwiches aan, waarvoor hij grommend
bedankte en die hij met ongeveinsde waar
deering opat, zonder zijn gevangenen een
oogentblik uit het oog te verliezen.
De avond was gevallen, toen Nosey en
Denver in het kamp terugkeerden. Lefty
mopperde, dat ze hem den heelen dag al
leen gelaten hadden, maar werd verzocht
zijn motnd te houden. Daarna hielden ze
krijgsraad. Het Wrak en Sally konden er
niet veel van verstaan, maar begrepen er
uit, dat Nosey besloten was nog een nacht
op dezelfde plaats te blijven. Ze zeiden
iets over den sheriff, maar ze konden niet
uitmaken wat.
..Ik ben een boon, als ik hier nog een
nacht blijf," zei het Wrak tegen Sally.
Sst! Misschien moet het wel."
.Maar wat willen ze met ons?"
,,Ik weet het niet. Ik denk, dat ze alleen
bang zijn om ons te laten gaan."
Het Wrak wendde zich tot den leider.
,,Wat ben je van plan?" vroeg hij.
,,Houd je mond."
Het Wrak keek woedend en maakte
een ongedurige beweging, maar Sally
legde de hand" op zijn arm en keek hem
waarschuwend aan.
Kunnen mijn vrouw en ik niet doorrei-
zen?" vroeg hij.
.En den sheriff waarschuwen ant-
woordde Nosey spottend.
,,Laat de sheriff naar de maan loopem."
"Graag. Alleen denk ik niet, dat ik
julLe door zal laten reizen. Bovendien
hebben we de auto misschien zelf noodig."
,,En hoe lang moeten we hier blijven?"
..Zoolang als ik het goed vind." zei
Nosey. „En als je je mond niet dicht
houdt, dan zal ik je!"
Weer trachtte Sally haar lotgenoot te
kalmeeren. Het maakte alleen indruk op
hem, dat zij heel alleen zou zijn met drie
onsympathieke vreemdelingen, als hem
iets overkwam. Ze overlegden samen op
fluisterenden toon, terwijl Nosey en zijn
makkers een maaltijd toebereidden.
,,Ze zijn bang voor den sheriff," zei ze.
..D.at is duidelijk. Bob is zeker ergens in
de buurt. Ze durven zelfs niet den hoofd-
weg op.
..Maar ze mogen mijn auto niet stelen.
Dat nooit."
,.En als ze het probeeren, wat ben je
dan van plan?"
Hij wist het nog niet, maar hij voorzag
vechtpartijen en ruzie.
..En een paar schoten", voegde Sally er
aan toe. ,,En dan kunnen we niet eens
meer denken aan auto's. Wees voorzich-
tig, anders ga je het hoekje om, Henry
Williams, en ik ook."
Hij bromde iets van tijdverknoeien en
niets-doen.
(Wordt vervolgd.)