66e Jaargang ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSGH-VLAANDEREN. aTp""" Vrij dag?28j Mei 1926. Geldleening ad f 35.000. De Vrouwenbeweging. IAmandeltjes ABONNEMEMTSPRIJS: v™ EDEHRSTSI IBXj-A-ID- Gemeente Zaamslag. FEUILLETON. PUDDING i Asthma, Bronchitis i Abdijsiroop unnr hllitpn Ter Neuzen fr per post t 1,80 per 3 maanden - Bij vooruitbetaling tr. per post 6.6U pe. jaui Burgemeester en W ethouders der gemeente ZAAMSLAG maken bekeod, datingevolge leeningsbesluit, in obligation van 500, rentende maximum 5 °/q, de inscbryving is opengesteld tot en met 14 Juni, des voormiddags ten 10 ure. De storting moet geschieden voor of op 15 Juli a.s., in den voormiddag bij den Gemeente Ontvanger. Het leeningsbesluit ligt ter Gemeen'e- Secretarie ter inzage. Zaamslag, den 26 Mei 1926. Burgemeester en Wethouders voornoemd, JOH. DE FEIJTER Pz Voorzitter. J. STOLE Lzn., Secretaris. Nu de eerste schokkende decennien van de Vrouwenbeweging voorbij zijn, is er zeker alle reden om deze zaak nog eens rustig onder het oog te zien. En dan mag wel in de allereerste plaats worden ge constateerd, hoe ook deze ,,bewustwor ding", evenals die andere en minstens even omvangrijke van den arbeidenden stand, haar rechit en reden van bestaan had, maar evenmin zonder ongelukken en excessen is afgeloopen. Wij spreken nu in de eerste plaats over het recht van bestaan van de vrouwen beweging, "Het was en bleef toch ook te erg: zulk een onderdanige en onderge- schikte positie als aan de, ja aan iedere vrouw werd toegewezen. Men scheen daarbij werkelijk uit te gaan van de ge- dachte, dat de vrouw een wezen van min der waarde en lager orde was dan de man. En al leerde de Bijbel ook wel dege- lijk en de gelijkheid en de ongelijkheid van man en vrouw, getuigend, dat beiden geschapen waren naar Gods beeld en ge- lijkenis, maar dat evenzeer de vrouw ge schapen was uit en om den man, hem tot hulpe „die als tegen hem over zij", veelal werden in de praktijk voor die gelijkheid het oog en hart of beide oogen gesloten, terwijl alleen de ongelijkheid werd be- dacht en betracht. Zelfs heerscnte vroe- ger, evenals trouwens nil nog, bij vele minder beschaafde volken de gedachte, dat de vrouw geen subject van rechten was, maar dat zij alleen recht had op een natuurlijken beschermer, dien zij dan vond in haar vader, haar man of haar ouderen br-oeder; zij had geen eigen persoonlijk- held en dus en nog minder eenig eigen bezit; bepaaldelijk in het huwelijk was de man haar ,,heer". In theorie was deze macht zelfs nagenoeg onbeperkt; in de praktijk was alles lets milder. De goede mannen zagen in en naast hun rechten ge- lukkig tevens verplichtingen. Bij schier alle volken nam de vrouw een onderge- sdhikte plaats in, en gold zij dus als een schepsel van lagere orde en minder waarde, terwijl allerlei instellingen en gewoonten, zooals polygamic, polyandrie. vrouwenroof, vrouwenkoop, concubinen- wezen willekeurige echtsdheiding en vrije liefde er het hare toe hebben bijgedragen om de vrouw te onderdrukken en van alle zelfstandigheid te berooven. Mannen hadden onbeperkte macht (heel anders dan Rousseau zich het idyllische leven van den natuurmensch voorstelde!) om hun vrouw te laten gaan, haar te verkoo- pen, te slaan of zelfs te dooden; en bij de verdeeling van den arbeid kreeg de vrouw de zwaarste taak in het huisgezin en op het veld, terwijl de man meestentijds zich op de jaciht bevond of zijn tijd in ledig- heid en in feestgelagen doorbracht. Bij de godsdienstige plechtigheden was zij van elke hande'ling of ook zelfs van de bijwoning daarvan uitgesloten, en waar vrouwen in sommige godsdiensten als toovenaressen of priesteressen dienst deden, was dat toch altijd tegelijkertijd als slachtoffers. In een artikel in Leven en Werken hing de Japansche corres- pondente, Henr.i'ette HoistHendrix te Yokohama, nog niet lang geleden een donker tafereel op van het leven van de Japansche vrouw; zij gold dadr als een minderwaardig wezen, tot dienen en ge~ hoorzaamheid geboren, opgevoed in on- derdanigheid aan den man, die dikwerf verwaand, driftig en onredelijk is; de ge- boorte van een zoon wordt er, evenals bij ons, over het algemeen als een grooter geluk voor de ouders beschouwd dan die van een meisje, terwijl nog geen tien jaar geleden Mej. F. S. Schippers, hoofd van de Kartinischool te Semarang in een open brief in de Javabode de hulp inriep van de echtgenoote van den toenmaligen Gouverneur-Generaal van Ned. Oost- Indie, om haar invloed aan te wenden, dat er binnenkort een einde mocht komen aan het uithuwelijken van Javaansche kinderen reeds op 12- of Hjarigen leef- tijd, waaraan ook de kinderen dier ge- noemde school of scholen niet ontkwamen. Dit zijn nu alles voorbeelden van uit de verte. En daarnaast mag dankbaar wor den erkend, dat in den Bijbel bijvoorbeeld andere praktijken werden getoond en gehuldigd. Was al bij Israel de man de ,,heer" der vrouw en was de vrouw dus aan den man ondergeschikt, zooals ook nog steeds in het oude Huwelijksformu- lier der Protestantsche kerken wordt be- weerd, toch was er van slaafscbe onder- danigheid geen sprake. Vrouwen als Sara. Rebekka en Abigail maken, als wij van haar leven en gedragingen lezen, vol- strekt niet den indruk, dat zij het zoo kwa-ad hadden of zich maar alles lieten welgevallen; haar invloed en macht was groot. Vrouw en moeder, huwelijk en kroost worden op zeer veel plaatsen, ook in het Oude Testament, sterk gewaardeerd. en zij namen naast de mannen dan ook deel aan de gObeden, feesten en offermaal- tijden, waren tegenwoordig bij de voor- lezing van de wet, ontvingen zelfs wel openbaringen, zooals Hagar, Sara en de vrouw van Manoach. Er worden enkele vrouwelijke profetessen genoemd. zooals Hulda. Mirjam, Noadja, Anna; er is ook een vrouw onder de richters: Debora. Het is van meerdere bekendheid, hoe de Rabbijnen (van later tijd) de positie van de vrouw niet hebben verbeterd. maar eer verslechterd. Zoo was de school van Hillel van meening, dat er voor het geven van een scheidbrief (waarover jezus spreekt in Matth. 19 8 vgl. ook Mark. 10 29) reeds reden genoeg be- stond, als de vrouw het eten niet goed had toebereid; en sommige Rabbijnen Uit het Amerikaansch door E. J. RATH. 40) #Ik zal je hier opsluiten," zei hij. „Je komt er nog goed af. We gaan nog niet weg. Een van ons blijffc buiten voor de deur staan. Als je schveeuwt kom ik terug en zal ik een prop in je mond stoppen. Cf mis.-chien schiet ik je dan meteenneer. Dat weet ik nog niet. Kom, Sally!" Zij ging met hem naar buiten en keek toe, hoe hij de deur sloot en grendelde. De lantaarn had hij al uitgedoofd. „Als hij lawaai maakt", zei het Wrak, luid genoeg om in de schuur verstaan te worden, //dan schiet je door de deur." Hij knipoogde bp deze woorden en liep snel naar huis, Sally achterlatend met de revolver. Boven brandde er nog licht in een kamer en hij benaderde het huis zoo geruischloos mogelijk. Hij herinnerde zich precies, waar een ladder lag, tegen den muur en liep er rechtstreeks heen. Hp droeg haar naar een hoek van het huis en ze'te haar er tegen. Daarna klom hij vonrzichtig naar boven. Toen hp bij de goot kon zocht hij iets met de vingers en las'te in den broekzak. De nijptang was scherp en de telefoondraad knapte. Het Wrak wachtte Liet af, of iemand het achtten de vrouw ongeschikt voor de wetenschap, spraken nooit met haar over wetgeleerde onderwerpen, plaatsten haar achteraf in de synagoge, beschouwden haar als pronklievend en licht verleid- baar, terwijl Rabbi Meier den man dage- lijks drie dankzeggingen aanbeval, om- dat God hem niet als een heiden, als een vrouw en als een dwaas had laten geboren worden! Dankbaar mag daar tegenover worden erkend, dat het Nieuwe Testament de vrouw hooger plaatst. Ook al hebben wij in het Christendom niet in de eerste plaats een politieke of sociale hervormmg te zien, en heeft het ook niet aanstonds getracht eenige verandering aan te bren- gen in de verhoudingen, die toenmaals naar recht en gewoonte bestonden; toch was het Christendom nimmer een stands- of staatsgodsdienst, en stond het dus vrij in zijn houding ook ten opzichte van de positie der vrouw. Man en vrouw zijn, naar de Christelijke leer, beiden burgers van hetzelfde koninkrijk Gods, en leden van Christus' lichaam. Onder de leden der gemeente (zoo sohreef Paulus aan de Galatiers) bestaat geen Jood of Griek geen dienstbare of vrije, geen man of vrouw. Wat echter natuurlijk niet be- doelde de natuurlijke ongelijkheid tus- schen man en vrouw op te heffen. Daar- om deelden dan ook in het Christendom de vrouwen in allerlei geestesgaven, in- zonderheid in de gave der profetie. Alleen: in de praktijk werd toch veel te weinig met deze beginselen rekening gehouden! Nog steeds bleef de taak van het dienen toegewezen aan de vro: v (van haar vraagt het Huwelijksformulier dan ook alleen en dienen en gehoor- zamen), en zij had te weinig rechten. Napoleon achtte de vrouw alleen goed om kinderen te krijgen, en zoo was dan ook in het Code Civil, dat door nem in 1804 in Frankrijk werd ingevoerd, het onderzoek naar het vaderschap verboden, was de man de wettige voogd der vrouw, en bezat de vrouw geenerlei eigendom. Ook had de vrouw daar geen wetteliik recht op haar kinderen; konden vrouwen alleen voogd worden van haar eigen kin deren en kleinkinderen, mocht een vrouw niet als voogd optreden bij den burger- lijken stand, mocht de man zijn vrouw dooden, als hij haar op de daad van over- spel betrapte, en bezat de vrouw geen burgerlijke en geen politieke rechten. Geen wonder, dat tegen deze misvat- tingen en tegen diit onrecht, toen het een- ma'al gevoeld werd, steeds luider en krachtiger protest opging. Alleen: wie dit nu voelden en tegen dit onrecht gingen strijden, sloegen allicht om in het andere uiterste. De beweging voor de goede rechten en het goed-recht der vrouw ont- aardde in een dwaze vrouwenbeweging, waarvan wij tot op heden de gevolgen om ons heen zien. Er zal bij deze bewe ging sterk onderscheid dienen gemaakt te worden tusschen een goede ert een ver- keerde richting. En nog steeds lijdt deze beweging onder allerlei dwaze revolutio- naire'theorieen, die bij de verongelijkten maar al te gereedelijk invloed en ingang vonden. Het verschil tusschen man en vrouw, dat er is en dat er altijd blijven moet en blijven zal, werd door de ijveraarsters te zeer uit het oog verloren. Want wij zul- len te alien tijde voor een juiste houding ten opzichte van de vrouwenbewegino hebben uit te gaan van twee beainselen: te eenerzijde de eenheid en gelijkwaar- gehoord had, maar daalde snel de ladder af en liep weg. Twictig meter van hu;s zocht hij iets in het gras, dat hij weldra vond. Toen hij weer verder liep, wond hij koperdraad op. De telefoondraad liep ongeveer een paar honderd meter langs palen. Hij volgde hem tot den eersten paal en knipte hem toen wrer door. Daarna liep hp sngl terug, met de rol draad om den arm. Sally hield de wacht bij de deur, zenuw- achtig, omdat hij zoolang wegbleef. Zonder een woord te zeggen, wierp hij de rol in de auto. „Help nu duwen," zei hij zacht. //Ik maak liever gec-n slapende honden wakker." Samen brachten ze met moeite het auto'je in beweging. Zonder Sally zou het Wrak het niet eens geprobeerd hebben, want dan zou het veel te langzaam gegaan zijn; maar Sally was sterk en samen rolden ze het wagentje vrij vlug vooit. Vijftig meter voorbij de sfihuur kwamen ze in de wagen- sporen, waardoor hun taak aanzienlijk ver- licht werd. „Blijf duwen," zei hp, om haar aan te sporen. „Dat doe ik," bijgde Sally. Ze waren een paar honderd meter van huis, toen de weg iets begon te stijgen. Het duwen ging al zwaa^dt-r en zwaarder en eindelijk stonden ze st.il, hoe ze zich ook inspanden. „Befc is al lang goed", hijgde het Wrak. z/Stap in.". Toen ze zaten gaf hij een ruk aan den slinger. een keer of zes draaien liep I digheid, te andere zijde het onderscheid en' de ongelijkheid van man en vrouw. Een vrouw is nu eenmaal een andere dan de man. Het onderscheid van man en vrouw is geen product van evolutie, het is zeker niet uit langzame ontwikkeling te verklaren; het is veeleer met de natuur gegeven en in de Schepping gegrond. De een heeft dit verschil weergegeven, door de tegenstelling van activiteit en passivi- teit, verstand en gemoed, hoofd en hart, kracht en schoonheid; anderen poogden beider neiging en streven daardoor uit te drukken, dat de man leeft in den tijd en de vrouw in de ruimte; niet zoo liefelijk zei zelfs een, dat de man wat wil zijn en de vrouw iets wil schijnen; de man zou, vol- gens sommigen hecbten aan de idee, ge- steld zijn op wetenschappelijke analyse, en trachten door te dringen tot het alge- meene, terwijl de vrouw den vorm zou be- minnen, met afkeer van speculatie en abs- tractie, zin verbinden voor de werkelijk- heid; en door intuitie, vlugge bevatting en snelle handeling zou uitmunten. Ook heeft men wel getracht om den werkkring van man en vrouw op deze wijze te begrenzen, dat dan de man aan den buitenkant van het leven zich zou bewegen, in maat- schappij en staat, terwijl de vrouw zich zou terugtrekken naar den binnenkant, in den kleinen kring van het huishouden. Jean Paul heeft eens gezegd: bij en aan de vrouw is alles hart, zelfs haar hoofd is hart. Houdt men nu dit, in de natuur en schep ping gegronde, onderscheid, goed en stevig in' het oog, dan zal men zich in dwaze vrouwen-bevoorecbting niet te buiten gaan, maar evenzeer begrijpen, dat het heii in deze wereld nog niet gekomen is, als de vrouw aan het stemrecht in Staat of kerk is geholpen, als zij ook siga- ren rookt, of met geschoren hoofd, enz. durft rondloopen. Dergelijke dwaze excessen zullen straks wel weer tot dragelijke en behoor- lijke proportieS worden teruggebracht. Wat dan achterblijve zij een hooge waar- deering ook van den kant der mannen voor het vele goede en onmisbare, dat in de vrouw aan deze schepping is gegeven. Zij hoort er bij. Het was niet goed, toen de man alleen was, zegt God Zelf in Genesis. Nu man en vrouw er beiden zijn, en als man en vrouw staan en blijven op de plaats waar zij behooren, kan er veel goeds tot stand komen door ieders werk en gaven. In goede banen geleid, zal de meerdere ontwikkeling en waar- deering, die de vrouw in den tegenwoor- digen tijd ontvangt, aan haar gezinstaak geen schade doen. Te minder zal daar- voor vrees behoeven te bestaan, indien van de zijde der Christenen de vrouwen beweging niet alleen in haar valsche theorieen wordt bestreden, maar ook in haar recht en waarde erkend en in de recbte bedding en tot de ware en geoor- loofde proporties wordt teruggebracht. 1NGEZONDEN MEDEDEELINGEN- <r>, met GRATIS pahje .o Oo* gqenadmesaUS de moter Dog niet. Hij hield op om op adem te komen, klcmde toen de tandeu opeen en draaide nog eens. Een donderend geraas was het gevolg en het wagentje trilde als een argstig paard. „Gauw", drong Sally aan met een blik op het huis. Hij sprong er meteen in en gaf vol gas. De lichten werden aangestoken en de auto schoot vooruit naar de beschermende struiken. Sally zag, dat plotseling licht aangestoken werd in huis. Iemand kwam met een lantaarn de keuken uit hollen. De hoeve was ontwaakt. Ze vertelde het aan het Wrak, die het r iet belangrijk scheen te vinden. Hij zat roerloos achter hetstuur, turend naar den weg. Na een minuut sloegen ze den hoek om, die h< t huis aan hun gezicht onttrok. De weg begon te kronkelen, maar dit was geen reden voor bet Wrak om langzamer terijden. Sally klemde zich vast en deed haar best te oeseffen, dat ze werkelijk bezig waren te vluchten. Ze bfgreep, dat ze het Wrak niet behoefde aan te manen tot; voorzich- tigheidals bij reed was hij niet gediend van op of aanmerkingen. Bovendien wilde ze ev*n graag als hij den afstand tusschen de hoe^e en de auto zoo snel mogelpk ver- grooten. Na een mijl gereden te hebben, stopte hij plotseling en sprong er uit, terwijl hij den motor liet doorfazen. Hij rende tus schen de lage boomen door en een oogen- blik dacht ze, dat bij het verstand verloren had. Daarna zag ze zijn gedaante afsteken IN GEZONDEN MEDEDEELIN G V. Parlementair Dagboek van Insider. 26 Mei. De Kamer heeft z'th heden van haar goede zijde doenkenmn; zij heeft getoond, haar rechten als vrije Voiksvertegenwocr- diging te willen handhaven en niet te dulden dat de wet wordt geschonden. Want dit laa's'e is ongetwijfeld het geval. Bet vorige jaar werd een wetje aangtnomen met als eenig artikel: „Zij die voor 10 Juni 1918 de volledige tandprothese als beroep toepasten zcnder de bevoegdheid tot uitoefening der tandheelkunst te hebben verkregen in een opleiding te hebben ge- noten, die naar het oordeel van onzen met de uitvoering van deze wet belasten Minister waarboigt, dat zg bekwaam zijn voor de toepassing der volledige tandprothese zijn en blijven bevoegd tct die toepassing." Een bepaling, die voor een ieder vol- komen duidelijk is. Doch blijkbaar niet voor den afgetreden Minister Koolen. die het klinkt als een grap de bevoegdheid toekende aan personen, die op den in de wet gen;emden da'um den leeftijd van 13 tot 17 ja"Ur hadden bereiktEen wetsver- krachting, welke door Minister Slotemal er de Bruine was voortgezet. Mr. van Gijn zeide het ronduiter is ook nog een straf- rechtelijke veiantwcordelijkhe d voor een Minister, d e opzettelijk de wet schendt. Er heerscbte dan ook algemeen groot mis- noegen, dat Minister Slob maker de Bruine wellicht had kunnen wrgnemen door een ruiterlijke bekentenis, dat men hier heeft gefaald. Docb zijn onge!ukk:g optreden heeft hem een zeer onaangenamen middag in de Kamer bezoTgd De Minister putte zich uit in holle phiasen, draaide om de zaak heen, kon geen inlichtirgen geven op grond dat hij de stukken niet bij zich had. Dit werd der Kamer waarlijk tcch te machtig, en men zag gebeuren, dat de grootste vyand van moties. Dr. Beumer, toornig het spreekgestoelte beklom, om, na een bijtende terechtwijzing aan den Minister, een mo'ie in te dienen, waarin de Kamer haar misnoegen over het gebeurde ubsprek. Inderdaad, de houding der Regeering was bedetkeltjk, en dit ble k wel uit het feit, dat niemand haar in bescherming nam en de motie van den heer Beumer met op een na algemeene stemmen werd aarge- nomen. Oud-Minister Aalber.ce, die het bewuste wetje tot stand bracht, zweeg m stemde voor de motie; e^eneens de parij- genooten van den Minister, die niet de minste moeite deden om hem tegen den aanval van Dr. Beumer, den vroegeren Coalitiegenoot, te beschermen. Wee den Minister, die wetsschennis in de Kamer durft te verdedigen zijn naa te polit eke vrienden zullen tern wel anders aan het verstand brengen In de avondvergadering interpelleerde de heer Oud over het vergaan op 25 No- tegen de horizon. Hij was in een paal geklommen die, teen de boomen uits'ak. Voordat ze kon uitmaken, wat by deed, was hy weer verdwenen Hy stormde op den wageri af, sprong er in en weg waren ze. ,,Wou alleen nog even de draden door knippen", zei hij hijgend. „Dat maakt het hun wat lastiger." „Yerkncet liever geen tijd met draden knippen," zei ze omkykend. yWaarom niet. mevrouw Lot?" z/Ze zijn waarscbynlijk at op weg met den grooten wagen". Hi t Wrak voelde in den zak en haalde er iets uit, dat rinkelend in haar schoot viel. Ze zag twee metalen voorwerpeu en bekeek ze bij het maanlicht. ,/Wat is dat?" vroeg ze. „Bougies. Timothy had ze er uit ge- haald om ze schoon te makm.' Kunnen ze nu niet rijden „Niet goed", zei het Wrak. „En hoe krijgt Timothy ze terug Hy nam ze haar uit de handen en wierp ze in de struiken aan den kant van den weg. „Laten ze maar nieuwe bougies bestellen uit New York," antwoordde hij met kwaad- aardig leedvermaak. //Zy zyn immersvan plan een maand te blijven nJe brengt je zelf hce langer hoe meer in moeilijkheden, Henry WilHams". „Niet waar. Neem alleen voorzorgs- maatregelen." Ten bewijze h'ervan stopte hij weer, klom nog eens in een paal en sneed den draad door met een venijnigen klik van de tang „Verg*et niet,datzenogpaarden hebbrn", zei Sally. „Als ik jou was, zou ik doorrijden." „Ik heb de zadels verstopt", zei het Wrak achend. „Wat?" „lk heb alle zadels en teugels verstopt, ergens tusschen de struiken in een kuil. Ze vinden ze vast niet voi r morgen Toen Sally begon te feseffen, hoe grondig hij alle maatregelen getroffen had om achtervolging te voo: komen, voelde ze eer- bied en ontzag vr or hem. Ze wist, dat hij impulsief was, maar het was een nieuwe ontdekking, dat hy ook koel berekenend kon zijn. „Dan," zei ze, „kan je wel wat langzamer lijden, tot we den grooten weg bereikt hebten. Wij hoeven onzsn nek nitt te breken. nog vcordat we den grond van de Underwoods verlaten hebben." Hij volgdr haar raad op en reed lang zamer, hoewel mettegenzin. Hij hield van zijn stofiBge wagen'je en het. aanraken van het stuurwiel maakte h'm overmoedig. Hy was in de stemming om het ding te laten vliegen, a's het kon. Hij stapte voor. de derde maal u t bij het hek, dat hy wyd opende. Hij t am zelfs de moeite het achter zich te sluiten. Daarna legde hij weer de handen op hel stuur en keek Sally aan. Ze stonden lood- recht op den hoofdweg. „Welken kant?" vroeg hij. »Je wilt toch zeker naar den trein (Wordt vervolgd. of andere ziekten der ademha- lings organen kunnen Uw leven I vergallen. Voor de prikkelende hoestbuien die U s nachts uit den slaap houden is er een beproefd middel: AKKER's

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1926 | | pagina 1