.11 n ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTiEBLAD yOOR ZEEUWSCH-VLAANPEREN. Be! Uit het hooge Koorden, So. 7916 Vrijdag 21 Mei 1926, F6e Jaargang i i m n 14 l k n e. Vade/i Ca& Phillppinepolder. Bekendmaking, 76 ledige Vaten. Het verharden van den Zijkantweg in de kom der gemeente. far m, -y\ ABUNNt MENTSPRI1S: 3BQ EBSTH I3Xj.A-X3- Wegens het Finksterfeest zal a.s, Maandag GEEN nummer van dit blad verscnijnen. BUITENLAND. ~Voor binnen Tet NeuzeTTT'l^er'Trnaanden VoorbuitenVer Neuzen fr" per post 1,80 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post J'6,60 per jaa Voor 't buitenland f 2,70 per 3 maanden franco per post Abonnementen voor 't buitenland alleen bij vooruitbetaling. Hit piail verscliijnt iederen iHaaKidag-VVoensdajf- en Vrljdasavond. "Ingelaridel Woeni des namid- Hotel Rc STANDAi Neuzen, e dat dur den datum Griffier, v in dat W Iiggen en baar zijn: a. de r b. ide tner Ter Net wamm Groetfe (!5ir. Pbrakman). Aanvang 1 uur nam. Toe£ang«tprijs S <>,3 5. Programma's, tevens bewijs van toe- ang, te bekomen bij P. A. WONDER- 3EM, Nieuwstraat en J. M. LOOF, osterstfaat, Axel en op den dag van jet feest bij den ingang van het terrein. Op de hofstede bestaat een goede ge egenheid tot berg'ng van auto's fflotorrijwielen, fietsen, enz. Bij ongun&tig weer in de Ned. Herv. Kerk te Axel. DE REGELINGSCOMMISSIE. Bestuur van den PHILIPP1NE- maakt aan de eigenaren van Bs&ammi De Burgemeester strandvotUer der ge- meente BOEK zal op Zaterdag 29 Mei 1926, des namiddags zes ure (Zome tijd), in het openbaar verkoopen Da verkooping zal geschi'den op de hofstede van den heer Burgemeester, op de Knol. Hoek, 20 Mei 1926. De Burgemeester-strandvonder, A. WOLFE RT. Burgemeester en Wethouders van STOPPtLDlJK zullen op Dinsdag 1 Juni a.s. des n.m. 28 uur, trachten aan te besteden Bestek en voorwaarden verkiijgbaar ter Secretarie tegen betaling van f 1. -. Nadere inlichtingen verstrekt de architect P. A. GALLE, te Neuzen. CXXVII. Er is thans over den beroeraden schrij- ver Multatuli een boek verschenen van zoo groote beteekenis, dat ik daarop de aandacht wil vestigen speciaal van on- derwijzers en leeraars, omdat dit boek over Mukatuli's meest bekende werk: Max Havelaar zulke bijzondere mededee- lingen doet, dat de lectuur ervan tot de onafwijsbare conclusie voert, dat de feite- lijke inhoud van de Max Havelaar be staat uit een reeks halve en heele leugens. De reputatie van den auteur, den ont- slagen assistent-resident van Lebak, Douwes Dekker, wordt daarin totaal ver- nietigd. Wei was in vele kringen bekend, dat de schrijver Multatuli, die een halve eeuw geleden de bewondering van velen opwekte, op zedelijk "geibied een groote lichtmis was, die zijn eerste vrouw (ba- ronesse Van Wijnbergen) het leven tot een hel heeft gemaakt. Ook dit laatste boek geeft af en toe terloops staaltjes van s mans immoreel gedrag. Ook was be kend, dat Multatuli altijd groote schulden had en tijdens zijn schrijversloopbaan voortdurend leefde van de opbrengst van een gebedel. Maar aan de meesten zal wel niet bekend zijn, wat dit boek ont- hult: hoe deze man, die altijd zich zelf aan het publiek aankondigde als zoo'n braaf en edel mensch, als ambtenaar zoo- veel bedenkelijks heeft gedaan en zoo osnretrouwfoaar was, dat hij inderdaad in ieder opzicht een onibruikbaar man was, Deze reputatie is vernietigd door een oud Oost-Indisch hoofdambtenaar Jhr. W. H. W. de Kock in zijn „Lebak en de Max Havelaar Men begrijpe mij goed: dit doet niets ai aan de waarde van den roman, bezien als letterkundig product. De kunstwaar- de van den Max Havelaar blijft er precies dezelfde om, nu het bjijkt, dat de voor- stelldng der zaken daarin geheel bezijden de waarheid is. Om een voorbeeld te noemen: de toespraak die Max Havelaar tot de Indische hoofden (in den roman) heeft gehouden is in veler oogen zulk een mooi brok proza, dat vele voordragers het stuk op hun repertoire hebben ge- plaatst. Telkens wordt bier of daar een zaal menschen oetrakteerd op de voor- drac-ht daarvan. Vfelp- d dat de assistent-resident Douwes Dekker t deze toespraak niet heeft uitgesproken om de doodeenvoudige reden. dat hij dat wel in het Hollandsch neerschrijven kon, maar dat zijn kennis der inlandsche taal zoo uiterst gebrekkig was, dat hij die toe spraak onmogelijk had kunnen opschrij- ven, laat staan uitspreken. In werkelijk- heid heeft hij een heel kort niets beteeke- nend toespraakje tot die hoofden qehou- den. Eveneens het verhaal van Saidjah en Aclinda blijft aandoenlijk, al wefen wii dat het louter fantasie is. Er zijn critici, die den Max Havelaar als kunstwerk niet mooi vinden. er vele bedenkingen tegen inbrenqen. Een dier voornaamste bedenkingen is, dat het boe niet een geheel is, maar een aaneenrijging is van brokstukken op verschillende tijden geschreven en met een zekere handigheid een aantal ongelijksoortige bestanddeelen tot een boek zijn vereenigd. Ongetwijfeid is het juist: de Max Havelaar is geen een- heid. Maar juist dat van den hak op den tak springen gaf voor den tijd van het ontstaan 1860) voor vele lezers een bijzondere bekoring aan het boek. De critici, die het boek als kunstwerk veroor- deelen (o.a. prof. Valckenier Kips) komen in strijd met de opvatting van tien- duizenden lezers. Er is onder de boeken in onze taal circa 70 jaar geleden geschreven geen enkel aan te wijzen, dat in de verste verte vergeleken kan worden bij den Max Havelaar, wat de belangstelling en be wondering der lezers betreft. Het is in vele tienduizenden exemplaren verkocht en gelezen en bewonderd. Een roman, die nu nog, nadat het boek bijna driekwart eeuw geFeden uitkwam, oehoort onder de meest geldzen werken uit onze nationale letterkunde, moet ver- diensten bezitten uit een oogpunt van kunstwaarde. Dat wordt natuurlijk niet weggenomen door een betooq, dat de zakelijke inhoud ervan een aaneenschake- ling van onwaarheden bevat. Maar, en nu geef ik de reden aan, waarom leeraars van het boek van jhr, de Kock moeten kennis nemen: wie als docent in onze va- derlandsche letterkunde wil fungeeren, behoort van een roman, die zoovele dui- zenden lezers telt, ook te weten, in hoe- verre het boek onbetrouwibaar is. Hij moet zijn leerlingen kunnen zeggen, dat zij niet, omdat Multatuli zoo mooi en pathetisch schrijft over zichzelf en zich aan het publiek voorstelt als een nobel held, moeten gelooven, dat hij dit ook is geweest. Integendeel moet hij hen waar- schuwen, dat al'le kakelijke gegevens in dit boek onjuist zijn, dat zij geen meelijden moeten heben met Douwes Dekker, die volkomen terecht als een in Lebak on- bruikbaar ambtenaar werd overgeplaatst en in gekrenkte ijdelheid zijn positie op- qfferde, zijn vrouw en kinderen ongeluk- kig maakte en tot den bedelstaf bracht. Zij (de lezers) mogen meelijden hebben met den gefingeerden Havelaar, die edele daden doet, maar moeten begrijpen, dat in werkelijkheid die daden niet zijn ge daan. Zij mogen afschuw hebben van den in den roman als een ellendeling voor- gestelden resident Slijmering, als zij maar in het oog houden, dat de historische resident, die Brest van Kempen heette. een voortreffelijk ambtenaar was, die ook in de Lebak-zaak zijn plicht gedaan heeft. Wie is die edele held geweest? Een jongen met een helder verstand, buiten- gewone fantasie, zeer welbespraakt, zoo- hat hij als geestig causeur zijn publiek wist te boeien, die van alles wat wist maar van geen enkel vak behoorlijk goed op de noogte was. Wanneer die jonqen zijn best had willen doen als scholier, zou hij evenals zijn broeder Pieter een acade- mische opleiding gehad hebben. Als leer- ling onbruikbaar wordt hij op een kan- toor gedaan. Hier ontvreemdt hij eeni: geld uit de kas en wordt ontslagen. Z vader, zeekapitein, neemt hem mee naar Batavia, alwaar hij zijn eigen brood maar moet zien te verdienen. Hij wordt bij 's lands administratie geplaatst. Door zijn gemakkelijk spreken komt hij in relatie met amlbtenaarskringen, verandert van godsdienst, om te trachten een rijk meisje re krijgen, dat hem feestelijk bedankt. Na eenigen tijd wordt hij reeds in het be- zit van een flinke nortie schulden als con- troleur cjeplaatst te Natal op Sumatra. In den betrekkelijk korten tijd, dat hij hier werkzaam is, ontstaat e^n tekort van yijfduizend gulden in zijn kas en boekt hij routieve posten. De gouverneur schorscht •rem in zijn ambt. maar (ondertusschen wordt hij vrijmetselaar) ten slotte wordt hem gelegenheid gegeven in dienst te blijven, als hij het tekort aanzuivert. Hij vraagt een meisje met eenig fortuin (baronesse van Wijnbergen) van wie hij meent, dat zij zeer veel geld te wachten heeft, ten huwelijk. Zijn meisje stopt het gat in de kas. In de volgende administra- ties door hem gevoerd op andere stand- plaatsen zijn wederom bedenkelijke on- juistheden. Dan gaat het echtpaar naar Holland met verlof. Al het geld, dat zijn vrouw heeft meegebracht, verdwijnt en hij steekt zich in zoo'n hoogen berg schuld, dat als zijn verloftijd voorbij is, de minis ter van kolonien hem een paar duizend gulden moet voorschieten, om hem in staat te stellen de reis te betalen. In Batavia teruggekeerd wordt hij ber.oemd tot etent-resident van T ebak., Wt" nog met de bevolking geen kennis hee1 gemaakt, verneemt hij van de javaansche j weduwe van zijn voorganger Carolus, die aan een leverabces is overleden, dat zij meent, dat haar man vergiftigd is. Ter- stond zandt hij een spoedbode naar de hoofdplaa.ts naar den resident (Br. v. K.) om den Javaanschen regent aan te klagen. j De resident kom terstond over en het gevolg van Dekker's geheel foutief op- treden is. dat de Raad v^n Indie hem wil ontslaan, maar c1 gouverneur-generaa? Duymaer van T.st heeft deernis met hem, wil het nog e< us met hem probeeren, plaatst hem over naar een andere streek, waarop Dekker zijn ontslag neemt. Hij vertrekt naar Europa, zwerft vier jaar door Frankrijk, Duitschland en Belgic terwijl zijn vrou\> en kinderen door de familie onderhouden worden en leeft ondertusschen met meerdere vrouwen, op een wijze, die in een dagblad maar niet nader uiteengezet worden moet. Eindelijk schrijft hij in Belgie de Max Havelaar met de bedoeling dit aan de officieele autori- teiten aan te bieden om niet te worden uitgegeven, als men hem een nieuwe be- trekking bezorgen v/il. Dit alles en heel wat meer nog wordt, met bewijzen gestaald, door jhr. de Kock in een studie van een paar honderd blad- zijden bewezen. Soms is deze studie m.i. al te fel en te honend geschreven, maar wie zijn betoog gelezen heeft, zal moeten erkennen, dat de Max Havelaar, ongeacht zijn waarde als roman, een geheel mislei- denden indruk geeft van vroegere Indi sche toestanden. Hg' zal ook moeten er kennen, want in grooten overvloed qeeft jhr. de Kock daarvan bewijzen. dat Mul tatuli als mensch zulke karakterfouten toont, dat aan hem geen onrecht is aan- gedaan. Afgescheiden daarvan staat zii: beteekenis als auteur. Hij is f'eitelijk d eerste Nederlander geweest, die van zijn pen leven ko,n en die een ruim bestaan had kunnen hebben, als hij het verdiende geld niet had verkwist op een wijze waar- over men in fatsoenlijk gezelschap niet spreekt. Fg. T. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN. BIJ SPERLING'S DOOD. De schrijver van ,,Het Zoeklicht in „de Tel." schijft onder het opschrift ,,Een kerel" het volgende over den duiker Sperling, die in de buitenhaven te Vlis- singen op zoo noodlottige wijze door een lier werd gegrepen aan de gevolgen waar- van hij is overleden. Met Sperling is een kerel heengegaan. Een van die zoute kerels van den zee- Kant. En een, die het verdiend heeft, dat het land hem even terugroept in gedach- ten, nu hij dood is. Want hij heeft, vele jaren terug nu al, de wereld doen versteld staan door zijn moed en als men bij de „Berlin"-ramp en heel de aarde over heeft gezegd: daar zijn nog mannen in die lage landen aan de zee, dan groeide hij, door simpel- weg te doen wat hij zijn plicht vond, ver boven alles uit, wat om hem was hij en de andere Sperlings werden: kerels. Men heeft hen grootsch gehuldigd deze Sperlings, maar het is verqeten. Ver- geten door een wereld en een volk. dat nieuwe en weer andere schokken heeft gekregen na dien tijd. Men kent nog wel den naam o, ja.. was dat nietHij of zijn broer, of was het niet zijn neef, zijn vader? Maar er is: andere hulde. Meer dan een stukje in de krant, meer dan een krans, een toespraak aan het graf. Er is een wond're hulde van het zee- volk zelf. Wie wel eens in een stille visscherslhut op Texel of Terschelling heeft geluisterd naar legenden van de zee, kent dezen hulde-vorm het is de beste. Omdat het hart van jutters en van vis- schers zelf bewaart herinnering aan wat grootsten van hen deden. Er zijn legenden" aan de kust van wond're dapperheid, er leven namen voort uit lang verbleekte eeuwen. Men weet niet eens nauwkeurig meer die namen zelf. maar wat de visschersvrouw aan fantasie bezit is meegeweven, eeuwen door, rond die figuren. Men acht op Texel Dorus Rijkers nog den grootste niet. Er was eens iemand. lang geleden Zoo is de Ilias ontstaan. De helden werden: koningen of goden. Wij kunnen van een Sperling niet een koning maken. De nuchtere kroniek het rijksarchief weet beter. Maar voor het visschersvolk zal hij na eeuwen nog: een koning zijn. Daar zal, verwond, verminkt wellicht of opgesierd door de verbeelding de naam der Sperlings leven in de sprookjer die de moeder aan haar kind vertelt. Men zal dan niet precies meer weten. wat gebeurde eeuwen her. Maar kinderoogen zullen glinsteren van trots om die verleden helden. Die in ontstellende gevaren menschen redden menschen redden Zoo een was Sperling. WEGGELDBELASTING. De Minister van Waterstaat heeft in d T ede Kamer medegedee'd, dat - - dd^Hasting in een xr 1 a ,_n van voorbereiding is. DE AMERIKAANSCHE LEGIOEN-SOLDATEN. Maandagmorgen 9 uur hebben de Parij- zenaars een ongewoon schouwspel kun nen gadeslaan. Met tromgeroffel trok een fantastisch leger op langs de Champs Elysees naar den Arc de Triomphe. De manschappen waren gekleed in kleurige uniformen, als onder het eerste j keizerrijk, met geweldige bontmutsen op. j Het waren de Amerikaansche legioen- soldaten, die een stille hulde kwamen brengen aan den Onbekenden Soldaat en die voor deze gelegenheid waren gekleed j in de uniformen van vroeger eeuwen. Eerst de Foot Guards van Hatford, die met Lafeyette streden, dan de Putman Phalanx, gesticht door generaal Putman, den held van de Amerikaansche revolutie, dan de Richmont Light, de Infantry Blues, gesticht in 1789 enz. enz. Voor het graf van den Poilu werd halt gemaakt, de soldaten presenteerden het geweer en men deponeerde op den steen een magnifiek bloemstuk, terwijl plechtig het Amerikaansche volkslied klonk, ge- volqd door de de Marseillaise. 's Middags zijn de troepen ge'inspec- teerd door maarschalk Foch en Mr. Her- rick, de Amerikaansche gezant te Parijs. ONTPLOFFING IN EEN KRUIT- FABRIEK. Donderdagmorgen heeft in de kruit- fabriek Hassloch een hevige ontploffing plaats gehad. De gebeele fabriek is in de lucht ge- vlogen. Het aantal dooden bedraagt meer dan 20. Het reddingswerk is zeer moeilijk, daar men nog meer ontploffingen vreest. ENGELAND. De conferentie van gedelegeerden der mijnwerkers heeft de door de regeering voorgestelde oplossing der kolencrisis verworpen. reeds TER NEUZEN, 21 Mei 1926. CONCERT- EN BIOSCOOP- GEBOUW. Zooals uit de advertentie in dit num mer blijkt, zet het Concert- en Bioscoop- gefoouw alhier gedurende de Pinks,ter- dagen zijne deuren nog open en zullen voorstellingen worden gegeven met mooie, boeiende films. DIPLOMA MACHINE-SCHR11VEN. Woensdag slaagden voor diploma machine-schrijven C (hoogste diploma, tienvingersysteem) van het Instituut Rients-Balt, de volgende leerlingen van de R. K. U. L. O. school, Verbinding- straat, alhier: August de Meijer van Ter Neuzen. en Hilaire de Caluwe, van Driekwart, Ter Neuzen. AAN DEN DOOD ONTSNAPT. Woensdag voer kapt. D. de jong, met zijn motor op weg naar Middelburg, in het Pas van Ter Neuzen, bij Borssele, toen de knecht, foh. van de Velde, die aan het achterdek stond, door een duize- ling bevangen, overboord stortte. De heer De Jong, die met een passagier in de stuurhut zat, bemerkte daarvan niets, doch de zoon van den heer De Jong, die de machine bedient, hoorde beneden zijn- de een plons. Hij kwam kijken en be merkte toen, dat de knecht weg was en reeds op een afstand van wel 100 M. van het schip in de rivier dreef. Toen hij dit zijn vader beduidde, was voor dezen het stilzetten van den motor en het in de roeiboot springen het werk van een oogenblik. lets anders was het echter voor kapt. De Jong om den drenkeling, die hulpkreten uitstiet en wanhopige po- gingen aanwendde om drijvende te blij ven te naderen. Er ging reeds een ste- vige eb. en dan is het voor een persoon niet doenlijk daartegen op te roeien. Hij dreef door zijn krachtsinspanninq even- wel niet achteruit en zoo kwam de dren keling, die hij bemoedigende woorden toeriep drijvende nader bij hem. tot bij hem eindelijk kon bereiken. En het was tijd, want door zijn door en door natte Heeding naar beneden getrokken, had de drenkeling het niet meer kunnen houden en begon te zinken, zoodat het nog maar juist mogelijk was hem bij den schouder te grijpen en met het hoofd boven water te houden. In die oositie moesten zoowel de kapitein als zijn knecht een oogenblik trachten op adem te komen en he.t was daarbij een voorrecht, dat het stil weer was. Vrij spoedig kon de heer De Jong zijn knecht in de roeiboot trekken en naar den motor roeien. waar men behouden aankwam. Het angstig voorval heeft voor den knecht geen nadeelige aevolaen qehad, boewel begrijnelijk zooy/el hij als riin red der den ceheelen dag de qevoloen onder- vonden van de doorgestane emotie. UITSLAG AANBESTEDING. Door den architect J. Hennink werd Woensdag in t cafe van mej. de Wed. A. M. Goetlhals te Driewegen aanbesteed het bouwen van een woonhuis voor reke- ning van den heer J. de Kraker. Ingeschreven werd voor: le perceel: S. P. v. d. Hooft Driewegen f 1785: P. Everaert, Boschkapelle f 1350; H. P. Lensen, Zaamslag f 1290. van on- waarde. 2e perceel: J. v ,d. Bent, Ter Neuzen 1123; K. Dieleman, Zaamslag f980; J. j. Mannaert, Hulst 975: P. Stoffels, Zaamslag f 920. 3e perceel: P. L. A. de Pauw, Sluiskil f 160; H. P. Goethals, Ter Neuzen f 146,90; C. Dees, Zaamslag 124; J. Bruggeman, Ter Neuzen, 123. Massa: P. J. J. H. Rijnberg, Ter Neuzen f 2885. Gegund aan: P. Everaert voor f 1350: F. Stoffels voor f 920; J. Bruggeman voor 123. WATERSTAATSWERKEN. Het vernieuwen en onderhouden van het verf-, behang- en glaswerk van kunst- werken, gebouwen en verdere inrichtin- gen, behoorende tot het kanaal van Ter 1 Neuzen. tot de Rijkswaterleidingen be- westen en beoosten dat kanaal en tot de j Rijkselectriciteitswerken van dat kanaal van 1 April tot en met 31 December 1926 is door den RijkswaterstaaC voor wat be treft perceel I gegund aan A. C. Acke te Sas van Gent voor f 2830 en de perceelen II en III aan A. Guilliet te Ter Neuzen voor resp. f 1723 en f 324, ZQMERFEEST TE AXEL. i De aandacht onzer lezers wordt geves- tigd op de in dit nummer voorkomende I advertentie betreffende het Zomerfeest. dat a.s. Dinsdag te Axel op de weide van den heer A. van Hoeve zal worden ge- geven van wege den Ring O. Zeeuwsch- Vlaanderen van het Nederl. Jongelings- verbond. TABAKSVERGUNNINGEN. Houders van tabaksvergunningen wor den erop attent gemaakt, dat het hier- voor verschuldigde recht voor 1 Juni a.s. moet worden voldaan. HULST. De voorjaarskermis te Hulst, die Za terdag was begonnen, is niet d'oor goed weer begunstigd. De tenten en kramen hebben niet zulke zaken gemaakt als in vorige jaren. Zijn op de eerste plaats de slechte tijden biervan de oorzaak, aan den anderen kant was het te wijten aan het gure weer en zocht iedere kermisbezoe- ker naar binnen te komen. De dansge- legenheden hebben daardoor ook betrek kelijk goede zaken gemaakt en vallen nog steeds in den smaak van het publiek hier ter stede. De kermis is zonder wan- ordeiijkheden geeindigd. Met ingang van 1 Juni a.s. is ;!s kommies 2e klasse P. van Xleur 1 iner vexp -Latsr naar r'^Ji&S^iSSBIlll^iiSM^StB^SBS^SKSKI&IISS^^^^IBSKKMSKUSBKStSffSBBSSKUKKUR :>MZ jmuniiBjwiiHwinm—iiin 11iiniHf m mmwi iwiiii'iiiwipiii wiiiiwii ffiiirrfiMwriwiiMMWi^nn .aUK'jU— 111 - f v>» V l TS :-:• JF. l"" 7»r X W 7-' _£R"JtZXEf-'.-rtiiiG - '""CK. S.:teOfcab CX XXjZffv mBEOMB L.iLirmrrMiiiwiTiiTtr-^ wniw 1

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1926 | | pagina 1