.11 n
ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTiEBLAD yOOR ZEEUWSCH-VLAANPEREN.
Be!
Uit het hooge Koorden,
So. 7916
Vrijdag 21 Mei 1926,
F6e Jaargang
i i m n 14 l k n e.
Vade/i Ca&
Phillppinepolder.
Bekendmaking,
76 ledige Vaten.
Het verharden van den Zijkantweg
in de kom der gemeente.
far m,
-y\
ABUNNt MENTSPRI1S:
3BQ EBSTH I3Xj.A-X3-
Wegens het
Finksterfeest zal
a.s, Maandag GEEN nummer
van dit blad verscnijnen.
BUITENLAND.
~Voor binnen Tet NeuzeTTT'l^er'Trnaanden VoorbuitenVer Neuzen fr" per post 1,80 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post J'6,60 per jaa
Voor 't buitenland f 2,70 per 3 maanden franco per post Abonnementen voor 't buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Hit piail verscliijnt iederen iHaaKidag-VVoensdajf- en Vrljdasavond.
"Ingelaridel
Woeni
des namid-
Hotel Rc
STANDAi
Neuzen, e
dat dur
den datum
Griffier, v
in dat W
Iiggen en
baar zijn:
a. de r
b. ide
tner
Ter Net
wamm Groetfe (!5ir.
Pbrakman).
Aanvang 1 uur nam.
Toe£ang«tprijs S <>,3 5.
Programma's, tevens bewijs van toe-
ang, te bekomen bij P. A. WONDER-
3EM, Nieuwstraat en J. M. LOOF,
osterstfaat, Axel en op den dag van
jet feest bij den ingang van het terrein.
Op de hofstede bestaat een goede
ge egenheid tot berg'ng van auto's
fflotorrijwielen, fietsen, enz.
Bij ongun&tig weer in de Ned. Herv.
Kerk te Axel.
DE REGELINGSCOMMISSIE.
Bestuur van den PHILIPP1NE-
maakt aan de eigenaren van
Bs&ammi
De Burgemeester strandvotUer der ge-
meente BOEK zal op Zaterdag 29 Mei
1926, des namiddags zes ure (Zome tijd),
in het openbaar verkoopen
Da verkooping zal geschi'den op de
hofstede van den heer Burgemeester, op
de Knol.
Hoek, 20 Mei 1926.
De Burgemeester-strandvonder,
A. WOLFE RT.
Burgemeester en Wethouders
van STOPPtLDlJK zullen op
Dinsdag 1 Juni a.s.
des n.m. 28 uur, trachten aan te besteden
Bestek en voorwaarden verkiijgbaar ter
Secretarie tegen betaling van f 1. -.
Nadere inlichtingen verstrekt de architect
P. A. GALLE, te Neuzen.
CXXVII.
Er is thans over den beroeraden schrij-
ver Multatuli een boek verschenen van
zoo groote beteekenis, dat ik daarop de
aandacht wil vestigen speciaal van on-
derwijzers en leeraars, omdat dit boek
over Mukatuli's meest bekende werk:
Max Havelaar zulke bijzondere mededee-
lingen doet, dat de lectuur ervan tot de
onafwijsbare conclusie voert, dat de feite-
lijke inhoud van de Max Havelaar be
staat uit een reeks halve en heele leugens.
De reputatie van den auteur, den ont-
slagen assistent-resident van Lebak,
Douwes Dekker, wordt daarin totaal ver-
nietigd. Wei was in vele kringen bekend,
dat de schrijver Multatuli, die een halve
eeuw geleden de bewondering van velen
opwekte, op zedelijk "geibied een groote
lichtmis was, die zijn eerste vrouw (ba-
ronesse Van Wijnbergen) het leven tot
een hel heeft gemaakt. Ook dit laatste
boek geeft af en toe terloops staaltjes van
s mans immoreel gedrag. Ook was be
kend, dat Multatuli altijd groote schulden
had en tijdens zijn schrijversloopbaan
voortdurend leefde van de opbrengst van
een gebedel. Maar aan de meesten zal
wel niet bekend zijn, wat dit boek ont-
hult: hoe deze man, die altijd zich zelf
aan het publiek aankondigde als zoo'n
braaf en edel mensch, als ambtenaar zoo-
veel bedenkelijks heeft gedaan en zoo
osnretrouwfoaar was, dat hij inderdaad in
ieder opzicht een onibruikbaar man was,
Deze reputatie is vernietigd door een oud
Oost-Indisch hoofdambtenaar Jhr. W. H.
W. de Kock in zijn „Lebak en de Max
Havelaar
Men begrijpe mij goed: dit doet niets
ai aan de waarde van den roman, bezien
als letterkundig product. De kunstwaar-
de van den Max Havelaar blijft er precies
dezelfde om, nu het bjijkt, dat de voor-
stelldng der zaken daarin geheel bezijden
de waarheid is. Om een voorbeeld te
noemen: de toespraak die Max Havelaar
tot de Indische hoofden (in den roman)
heeft gehouden is in veler oogen zulk een
mooi brok proza, dat vele voordragers
het stuk op hun repertoire hebben ge-
plaatst. Telkens wordt bier of daar een
zaal menschen oetrakteerd op de voor-
drac-ht daarvan. Vfelp- d
dat de assistent-resident Douwes Dekker t
deze toespraak niet heeft uitgesproken
om de doodeenvoudige reden. dat hij dat
wel in het Hollandsch neerschrijven kon,
maar dat zijn kennis der inlandsche taal
zoo uiterst gebrekkig was, dat hij die toe
spraak onmogelijk had kunnen opschrij-
ven, laat staan uitspreken. In werkelijk-
heid heeft hij een heel kort niets beteeke-
nend toespraakje tot die hoofden qehou-
den. Eveneens het verhaal van Saidjah
en Aclinda blijft aandoenlijk, al wefen wii
dat het louter fantasie is.
Er zijn critici, die den Max Havelaar
als kunstwerk niet mooi vinden. er vele
bedenkingen tegen inbrenqen. Een dier
voornaamste bedenkingen is, dat het boe
niet een geheel is, maar een aaneenrijging
is van brokstukken op verschillende tijden
geschreven en met een zekere handigheid
een aantal ongelijksoortige bestanddeelen
tot een boek zijn vereenigd. Ongetwijfeid
is het juist: de Max Havelaar is geen een-
heid. Maar juist dat van den hak op den
tak springen gaf voor den tijd van het
ontstaan 1860) voor vele lezers een
bijzondere bekoring aan het boek. De
critici, die het boek als kunstwerk veroor-
deelen (o.a. prof. Valckenier Kips)
komen in strijd met de opvatting van tien-
duizenden lezers. Er is onder de boeken in
onze taal circa 70 jaar geleden geschreven
geen enkel aan te wijzen, dat in de verste
verte vergeleken kan worden bij den Max
Havelaar, wat de belangstelling en be
wondering der lezers betreft. Het is in
vele tienduizenden exemplaren verkocht
en gelezen en bewonderd.
Een roman, die nu nog, nadat het boek
bijna driekwart eeuw geFeden uitkwam,
oehoort onder de meest geldzen werken
uit onze nationale letterkunde, moet ver-
diensten bezitten uit een oogpunt van
kunstwaarde. Dat wordt natuurlijk niet
weggenomen door een betooq, dat de
zakelijke inhoud ervan een aaneenschake-
ling van onwaarheden bevat. Maar, en
nu geef ik de reden aan, waarom leeraars
van het boek van jhr, de Kock moeten
kennis nemen: wie als docent in onze va-
derlandsche letterkunde wil fungeeren,
behoort van een roman, die zoovele dui-
zenden lezers telt, ook te weten, in hoe-
verre het boek onbetrouwibaar is. Hij
moet zijn leerlingen kunnen zeggen, dat
zij niet, omdat Multatuli zoo mooi en
pathetisch schrijft over zichzelf en zich
aan het publiek voorstelt als een nobel
held, moeten gelooven, dat hij dit ook is
geweest. Integendeel moet hij hen waar-
schuwen, dat al'le kakelijke gegevens in
dit boek onjuist zijn, dat zij geen meelijden
moeten heben met Douwes Dekker, die
volkomen terecht als een in Lebak on-
bruikbaar ambtenaar werd overgeplaatst
en in gekrenkte ijdelheid zijn positie op-
qfferde, zijn vrouw en kinderen ongeluk-
kig maakte en tot den bedelstaf bracht.
Zij (de lezers) mogen meelijden hebben
met den gefingeerden Havelaar, die edele
daden doet, maar moeten begrijpen, dat
in werkelijkheid die daden niet zijn ge
daan. Zij mogen afschuw hebben van
den in den roman als een ellendeling voor-
gestelden resident Slijmering, als zij maar
in het oog houden, dat de historische
resident, die Brest van Kempen heette.
een voortreffelijk ambtenaar was, die ook
in de Lebak-zaak zijn plicht gedaan heeft.
Wie is die edele held geweest? Een
jongen met een helder verstand, buiten-
gewone fantasie, zeer welbespraakt, zoo-
hat hij als geestig causeur zijn publiek
wist te boeien, die van alles wat wist maar
van geen enkel vak behoorlijk goed op de
noogte was. Wanneer die jonqen zijn
best had willen doen als scholier, zou hij
evenals zijn broeder Pieter een acade-
mische opleiding gehad hebben. Als leer-
ling onbruikbaar wordt hij op een kan-
toor gedaan. Hier ontvreemdt hij eeni:
geld uit de kas en wordt ontslagen. Z
vader, zeekapitein, neemt hem mee naar
Batavia, alwaar hij zijn eigen brood maar
moet zien te verdienen. Hij wordt bij
's lands administratie geplaatst. Door zijn
gemakkelijk spreken komt hij in relatie
met amlbtenaarskringen, verandert van
godsdienst, om te trachten een rijk meisje
re krijgen, dat hem feestelijk bedankt.
Na eenigen tijd wordt hij reeds in het be-
zit van een flinke nortie schulden als con-
troleur cjeplaatst te Natal op Sumatra.
In den betrekkelijk korten tijd, dat hij hier
werkzaam is, ontstaat e^n tekort van
yijfduizend gulden in zijn kas en boekt hij
routieve posten. De gouverneur schorscht
•rem in zijn ambt. maar (ondertusschen
wordt hij vrijmetselaar) ten slotte wordt
hem gelegenheid gegeven in dienst te
blijven, als hij het tekort aanzuivert. Hij
vraagt een meisje met eenig fortuin
(baronesse van Wijnbergen) van wie hij
meent, dat zij zeer veel geld te wachten
heeft, ten huwelijk. Zijn meisje stopt het
gat in de kas. In de volgende administra-
ties door hem gevoerd op andere stand-
plaatsen zijn wederom bedenkelijke on-
juistheden. Dan gaat het echtpaar naar
Holland met verlof. Al het geld, dat zijn
vrouw heeft meegebracht, verdwijnt en hij
steekt zich in zoo'n hoogen berg schuld,
dat als zijn verloftijd voorbij is, de minis
ter van kolonien hem een paar duizend
gulden moet voorschieten, om hem in
staat te stellen de reis te betalen. In
Batavia teruggekeerd wordt hij ber.oemd
tot etent-resident van T ebak., Wt"
nog met de bevolking geen kennis hee1
gemaakt, verneemt hij van de javaansche j
weduwe van zijn voorganger Carolus, die
aan een leverabces is overleden, dat zij
meent, dat haar man vergiftigd is. Ter-
stond zandt hij een spoedbode naar de
hoofdplaa.ts naar den resident (Br. v. K.)
om den Javaanschen regent aan te klagen. j
De resident kom terstond over en het
gevolg van Dekker's geheel foutief op-
treden is. dat de Raad v^n Indie hem wil
ontslaan, maar c1 gouverneur-generaa?
Duymaer van T.st heeft deernis met
hem, wil het nog e< us met hem probeeren,
plaatst hem over naar een andere streek,
waarop Dekker zijn ontslag neemt. Hij
vertrekt naar Europa, zwerft vier jaar
door Frankrijk, Duitschland en Belgic
terwijl zijn vrou\> en kinderen door de
familie onderhouden worden en leeft
ondertusschen met meerdere vrouwen, op
een wijze, die in een dagblad maar niet
nader uiteengezet worden moet. Eindelijk
schrijft hij in Belgie de Max Havelaar met
de bedoeling dit aan de officieele autori-
teiten aan te bieden om niet te worden
uitgegeven, als men hem een nieuwe be-
trekking bezorgen v/il.
Dit alles en heel wat meer nog wordt,
met bewijzen gestaald, door jhr. de Kock
in een studie van een paar honderd blad-
zijden bewezen. Soms is deze studie m.i.
al te fel en te honend geschreven, maar
wie zijn betoog gelezen heeft, zal moeten
erkennen, dat de Max Havelaar, ongeacht
zijn waarde als roman, een geheel mislei-
denden indruk geeft van vroegere Indi
sche toestanden. Hg' zal ook moeten er
kennen, want in grooten overvloed qeeft
jhr. de Kock daarvan bewijzen. dat Mul
tatuli als mensch zulke karakterfouten
toont, dat aan hem geen onrecht is aan-
gedaan. Afgescheiden daarvan staat zii:
beteekenis als auteur. Hij is f'eitelijk d
eerste Nederlander geweest, die van zijn
pen leven ko,n en die een ruim bestaan
had kunnen hebben, als hij het verdiende
geld niet had verkwist op een wijze waar-
over men in fatsoenlijk gezelschap niet
spreekt. Fg. T.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
BIJ SPERLING'S DOOD.
De schrijver van ,,Het Zoeklicht in
„de Tel." schijft onder het opschrift ,,Een
kerel" het volgende over den duiker
Sperling, die in de buitenhaven te Vlis-
singen op zoo noodlottige wijze door een
lier werd gegrepen aan de gevolgen waar-
van hij is overleden.
Met Sperling is een kerel heengegaan.
Een van die zoute kerels van den zee-
Kant. En een, die het verdiend heeft, dat
het land hem even terugroept in gedach-
ten, nu hij dood is.
Want hij heeft, vele jaren terug nu al,
de wereld doen versteld staan door zijn
moed en als men bij de „Berlin"-ramp
en heel de aarde over heeft gezegd:
daar zijn nog mannen in die lage landen
aan de zee, dan groeide hij, door simpel-
weg te doen wat hij zijn plicht vond, ver
boven alles uit, wat om hem was hij
en de andere Sperlings werden: kerels.
Men heeft hen grootsch gehuldigd
deze Sperlings, maar het is verqeten. Ver-
geten door een wereld en een volk. dat
nieuwe en weer andere schokken heeft
gekregen na dien tijd.
Men kent nog wel den naam o, ja..
was dat nietHij of zijn broer, of
was het niet zijn neef, zijn vader?
Maar er is: andere hulde.
Meer dan een stukje in de krant, meer
dan een krans, een toespraak aan het graf.
Er is een wond're hulde van het zee-
volk zelf. Wie wel eens in een stille
visscherslhut op Texel of Terschelling
heeft geluisterd naar legenden van de zee,
kent dezen hulde-vorm het is de beste.
Omdat het hart van jutters en van vis-
schers zelf bewaart herinnering aan
wat grootsten van hen deden.
Er zijn legenden" aan de kust van
wond're dapperheid, er leven namen voort
uit lang verbleekte eeuwen. Men weet
niet eens nauwkeurig meer die namen zelf.
maar wat de visschersvrouw aan fantasie
bezit is meegeweven, eeuwen door, rond
die figuren.
Men acht op Texel Dorus Rijkers nog
den grootste niet. Er was eens iemand.
lang geleden
Zoo is de Ilias ontstaan.
De helden werden: koningen of goden.
Wij kunnen van een Sperling niet een
koning maken. De nuchtere kroniek
het rijksarchief weet beter.
Maar voor het visschersvolk zal hij na
eeuwen nog: een koning zijn.
Daar zal, verwond, verminkt wellicht
of opgesierd door de verbeelding de
naam der Sperlings leven in de sprookjer
die de moeder aan haar kind vertelt.
Men zal dan niet precies meer weten.
wat gebeurde eeuwen her.
Maar kinderoogen zullen glinsteren van
trots om die verleden helden.
Die in ontstellende gevaren menschen
redden menschen redden
Zoo een was Sperling.
WEGGELDBELASTING.
De Minister van Waterstaat heeft in
d T ede Kamer medegedee'd, dat -
- dd^Hasting in een xr 1
a ,_n van voorbereiding is.
DE AMERIKAANSCHE
LEGIOEN-SOLDATEN.
Maandagmorgen 9 uur hebben de Parij-
zenaars een ongewoon schouwspel kun
nen gadeslaan. Met tromgeroffel trok
een fantastisch leger op langs de Champs
Elysees naar den Arc de Triomphe.
De manschappen waren gekleed in
kleurige uniformen, als onder het eerste j
keizerrijk, met geweldige bontmutsen op. j
Het waren de Amerikaansche legioen-
soldaten, die een stille hulde kwamen
brengen aan den Onbekenden Soldaat en
die voor deze gelegenheid waren gekleed j
in de uniformen van vroeger eeuwen.
Eerst de Foot Guards van Hatford, die
met Lafeyette streden, dan de Putman
Phalanx, gesticht door generaal Putman,
den held van de Amerikaansche revolutie,
dan de Richmont Light, de Infantry Blues,
gesticht in 1789 enz. enz.
Voor het graf van den Poilu werd halt
gemaakt, de soldaten presenteerden het
geweer en men deponeerde op den steen
een magnifiek bloemstuk, terwijl plechtig
het Amerikaansche volkslied klonk, ge-
volqd door de de Marseillaise.
's Middags zijn de troepen ge'inspec-
teerd door maarschalk Foch en Mr. Her-
rick, de Amerikaansche gezant te Parijs.
ONTPLOFFING IN EEN KRUIT-
FABRIEK.
Donderdagmorgen heeft in de kruit-
fabriek Hassloch een hevige ontploffing
plaats gehad.
De gebeele fabriek is in de lucht ge-
vlogen.
Het aantal dooden bedraagt meer
dan 20.
Het reddingswerk is zeer moeilijk, daar
men nog meer ontploffingen vreest.
ENGELAND.
De conferentie van gedelegeerden der
mijnwerkers heeft de door de regeering
voorgestelde oplossing der kolencrisis
verworpen.
reeds
TER NEUZEN, 21 Mei 1926.
CONCERT- EN BIOSCOOP-
GEBOUW.
Zooals uit de advertentie in dit num
mer blijkt, zet het Concert- en Bioscoop-
gefoouw alhier gedurende de Pinks,ter-
dagen zijne deuren nog open en zullen
voorstellingen worden gegeven met
mooie, boeiende films.
DIPLOMA MACHINE-SCHR11VEN.
Woensdag slaagden voor diploma
machine-schrijven C (hoogste diploma,
tienvingersysteem) van het Instituut
Rients-Balt, de volgende leerlingen van
de R. K. U. L. O. school, Verbinding-
straat, alhier:
August de Meijer van Ter Neuzen. en
Hilaire de Caluwe, van Driekwart, Ter
Neuzen.
AAN DEN DOOD ONTSNAPT.
Woensdag voer kapt. D. de jong, met
zijn motor op weg naar Middelburg, in
het Pas van Ter Neuzen, bij Borssele,
toen de knecht, foh. van de Velde, die
aan het achterdek stond, door een duize-
ling bevangen, overboord stortte. De heer
De Jong, die met een passagier in de
stuurhut zat, bemerkte daarvan niets,
doch de zoon van den heer De Jong, die
de machine bedient, hoorde beneden zijn-
de een plons. Hij kwam kijken en be
merkte toen, dat de knecht weg was en
reeds op een afstand van wel 100 M. van
het schip in de rivier dreef. Toen hij dit
zijn vader beduidde, was voor dezen het
stilzetten van den motor en het in de
roeiboot springen het werk van een
oogenblik. lets anders was het echter
voor kapt. De Jong om den drenkeling,
die hulpkreten uitstiet en wanhopige po-
gingen aanwendde om drijvende te blij
ven te naderen. Er ging reeds een ste-
vige eb. en dan is het voor een persoon
niet doenlijk daartegen op te roeien. Hij
dreef door zijn krachtsinspanninq even-
wel niet achteruit en zoo kwam de dren
keling, die hij bemoedigende woorden
toeriep drijvende nader bij hem. tot bij
hem eindelijk kon bereiken. En het was
tijd, want door zijn door en door natte
Heeding naar beneden getrokken, had de
drenkeling het niet meer kunnen houden
en begon te zinken, zoodat het nog maar
juist mogelijk was hem bij den schouder
te grijpen en met het hoofd boven water
te houden. In die oositie moesten zoowel
de kapitein als zijn knecht een oogenblik
trachten op adem te komen en he.t was
daarbij een voorrecht, dat het stil weer
was. Vrij spoedig kon de heer De Jong
zijn knecht in de roeiboot trekken en naar
den motor roeien. waar men behouden
aankwam.
Het angstig voorval heeft voor den
knecht geen nadeelige aevolaen qehad,
boewel begrijnelijk zooy/el hij als riin red
der den ceheelen dag de qevoloen onder-
vonden van de doorgestane emotie.
UITSLAG AANBESTEDING.
Door den architect J. Hennink werd
Woensdag in t cafe van mej. de Wed.
A. M. Goetlhals te Driewegen aanbesteed
het bouwen van een woonhuis voor reke-
ning van den heer J. de Kraker.
Ingeschreven werd voor:
le perceel: S. P. v. d. Hooft Driewegen
f 1785: P. Everaert, Boschkapelle f 1350;
H. P. Lensen, Zaamslag f 1290. van on-
waarde.
2e perceel: J. v ,d. Bent, Ter Neuzen
1123; K. Dieleman, Zaamslag f980; J.
j. Mannaert, Hulst 975: P. Stoffels,
Zaamslag f 920.
3e perceel: P. L. A. de Pauw, Sluiskil
f 160; H. P. Goethals, Ter Neuzen
f 146,90; C. Dees, Zaamslag 124; J.
Bruggeman, Ter Neuzen, 123.
Massa: P. J. J. H. Rijnberg, Ter
Neuzen f 2885.
Gegund aan: P. Everaert voor f 1350:
F. Stoffels voor f 920; J. Bruggeman voor
123.
WATERSTAATSWERKEN.
Het vernieuwen en onderhouden van
het verf-, behang- en glaswerk van kunst-
werken, gebouwen en verdere inrichtin-
gen, behoorende tot het kanaal van Ter
1 Neuzen. tot de Rijkswaterleidingen be-
westen en beoosten dat kanaal en tot de
j Rijkselectriciteitswerken van dat kanaal
van 1 April tot en met 31 December 1926
is door den RijkswaterstaaC voor wat be
treft perceel I gegund aan A. C. Acke te
Sas van Gent voor f 2830 en de perceelen
II en III aan A. Guilliet te Ter Neuzen
voor resp. f 1723 en f 324,
ZQMERFEEST TE AXEL.
i De aandacht onzer lezers wordt geves-
tigd op de in dit nummer voorkomende
I advertentie betreffende het Zomerfeest.
dat a.s. Dinsdag te Axel op de weide van
den heer A. van Hoeve zal worden ge-
geven van wege den Ring O. Zeeuwsch-
Vlaanderen van het Nederl. Jongelings-
verbond.
TABAKSVERGUNNINGEN.
Houders van tabaksvergunningen wor
den erop attent gemaakt, dat het hier-
voor verschuldigde recht voor 1 Juni a.s.
moet worden voldaan.
HULST.
De voorjaarskermis te Hulst, die Za
terdag was begonnen, is niet d'oor goed
weer begunstigd. De tenten en kramen
hebben niet zulke zaken gemaakt als in
vorige jaren. Zijn op de eerste plaats de
slechte tijden biervan de oorzaak, aan den
anderen kant was het te wijten aan het
gure weer en zocht iedere kermisbezoe-
ker naar binnen te komen. De dansge-
legenheden hebben daardoor ook betrek
kelijk goede zaken gemaakt en vallen
nog steeds in den smaak van het publiek
hier ter stede. De kermis is zonder wan-
ordeiijkheden geeindigd.
Met ingang van 1 Juni a.s. is ;!s
kommies 2e klasse P. van Xleur 1
iner vexp -Latsr naar
r'^Ji&S^iSSBIlll^iiSM^StB^SBS^SKSKI&IISS^^^^IBSKKMSKUSBKStSffSBBSSKUKKUR :>MZ
jmuniiBjwiiHwinm—iiin 11iiniHf m mmwi iwiiii'iiiwipiii wiiiiwii ffiiirrfiMwriwiiMMWi^nn
.aUK'jU—
111 - f v>» V l TS :-:• JF. l"" 7»r X W 7-' _£R"JtZXEf-'.-rtiiiG - '""CK. S.:teOfcab CX XXjZffv
mBEOMB
L.iLirmrrMiiiwiTiiTtr-^ wniw
1