Terleaasasche Couxant
Woensdag 19 Mei 1926. No. 7915.
3? WIHUHHDIE] BIxA-JD
TAN
GEMEENTERAAD VAN AXEL.
Vergadering van Dinsdag 11 Mei 1926,
des voormiddags 10 uur.
(2. Slot).
Be VOORZITTER geeft te kennen, dat Bur
gemeester en Wethouders dit rapport, dat hun
door bemiddeling van een lid van den raad is
ter hand gesteld, hebben gemeend aan den raad
te moeten overleggen. Is deze daardoor echter
niet voldaan, dan zijn zij bereid alsnog een des
kundige te benoemen om uitvoering te geven
aan de hern gegeven opdracht tot bet laten uit
brengen van een speciaai rapport omtrent de
kosten van zelfopwekking van electrische
stroom aan de gasfabriek.
Be heer 't GILDE: Het komt mij voor, dat
het 't best was (fit schrijven te behandelen bij
punt 9 der agenda; want indien de raad straks
mocht besluiten in den zin als door Burge
meester en Wetjiouders bij dat punt wordt
voorgesteld en wij daamnee de eigen exploita-
tie als afgedaan zouden kunnen beschouwen,
dan is er alle aanleiding niet verder meer te
gaan onderzoeken. Ik ben daarvan geen voor-
stander en nog steeds met hand em tand voor
eigea exploitatie maar het zou tot groote in-
konsequentie aanleiding geven, indien wij die-
per op zelfonderzoek ingaan en straks aan de
P. A. B. M. gaan berichten, dat zij kunnen be-
ginnen met electrificeeren, mits zij willen ver-
zekeren binnen 2 jaar de geheele gemeente van
stroom te voorzien. Burgemeester en Wethou
ders staan nog altijd op het standpunt, dat
door ons rummer een vergunning zal worden
verkregen een dergelijk nJ. gas-electrobedrijf
alhier te stichten. Welnu, ik sta nog steeds
op het standpunt, dat dit niet voldoende is
onderzocht en men daarvoor allerminst in Bel-
gi8 terecht kan voor wat betreft de juridische
kanf ran de zaak. A1 het mogelijke is nog
steeds niet gedaan daartoe. Maar ik wil daar
eehter niet op vcoruit loopen en zou in over-
weging geven de behandeling van dit rapport
te rerwijzen naar punt 9 van de agenda. Mis-
ochien kan dan de geheele zaak in eens afge-
werkt worden.
De VOORZITTER erkent, dat dit punt onge-
twijfeld verband houdt met punt 9, want als de
raad met dit rapport niet accoord gaat, kan
punt 9 vervallen, dan nemen Burgemeester en
Wethouders hun daarin vervat voorstel terug.
Het is niet hun 'bedoeling de zaak in een of
amdere richting- te drijven, doch om .die ten
voile te dienen, tot tevredenheid van den ge-
meenteraad. Burgemeester en Wethouders
benoemen dan een adviseur en in afwacht-img
van diens onderzoek heeft het geen zin te be-
slissen op de concessieaanvraag. Er is niets
tegen dit punt thans te behandelen.
De heer OGGEL: En tevens punt 9.
De heer WEIJNS: We zouden ook eerst
punt 9 kunnen behandelen; wordt dat aange-
nomen dan kan ook dit punt vervallen.
De VOORZITTER: Dat is wel zoo, maar we
willen den raad ten voile geven wat hem toe-
kbmt. Wij wenschen nu alleen een uitspraak-
van den raad, of deze met het advies van den
heer Van Vliet meegaat, ja of neen, opdat Bur
gemeester en Wethouders weten wat hun te
doen .staat.
De heer DIELEMAN meent, dat beide voor-
stellen teg'elijk kunnen behandeld worden.
De VOORZITTER houdt de zaak liever zui-
vear; gaat de raad niet met het rapport ac-
eoord, dan moet een amder rapport worden op-
-gemaakt en kan met punt 9 niet worden voort-
gegaan. Burgemeester en Wethouders willen
aan alle geopperde bezwaren tegemoetkomen.
De heer WEIJNS merkt op, dat de heer Van
Vliet zijn rapport wel aan een paar raadsleden
heeft verstrekt, doch vraagt of het met diens
voorkennis is, dat dit hier officieel in den raad
wordt gebraoht.
De VOORZITTER: Ja, we hebben van hem
een briefje, dat we er officieel gebruik van
Imogen maken.
De heer WEIJNS kan met het rapport in-
stemimen, het is zijn gedacht ook altijd ge-
weest, dat een gemeentebedrijf kan rendeeren,
als er veel stroom voor kraclit gebruikt wordt.
Ala er veel electriciteit en veel gas gebuikt
wordt, rendeeren die zaken altijd, maar daarop
komt het juist aan. En dan ook de prijs. Hij
spreekt naar spreker meent van 40 of 60 cent.
De heer OGGEL: Dat slaat op het verbruik,
of men als basis aanneemt een verbruik van
40 X. W. U. of 60 K. W. U. per jaar en per
aansluiting.
De heer WEIJNS meent, dat de gemeente
wellicht wel aan de geraamde cijfers kan ko
ines. Hij heeft zelf ook al eens in andere ge-
meenten gei'nformeerd, waar men kwam tot
een gemiddelde van 57 K. W. U. De een ge-
hmkt veel meer, maar ook anderen veel min
ds*. Als men dan rekent, dat de helft der pre-
caefen in de gemeente aansluiten, zal men wel
aan het geraamde bedrag komen.
Be heer DIELEMAN geeft te kennen, dat
by het rapport als zoodanig moeilijk kan be-
eritiseeren, het betreft een zaak waar een leek
moeilijk in kan komen, doch de wording van
het rapport kan hem niet bekoren, aangezien
dit toch niet de bedoeling van den raad is ge
weest. Ei' is voorgesteld een techniker te be
noemen, die onzijdig en, neutraal tegenover de
gemeente staat, en een rapport zou uitbren-
geo op grond van zijn onderzoek. Het thans
overgelegd rapport was, naar nader gebleken
is, al bij enkele raadsleden bekend, toen het
besluit genomen is, en Burgemeester en Wet
houders kunnen er over beschikken omdat een
raads! d het hen heeft doen toekomen. Feite-
lijk hebben Burgemeester en Wethouders nog
geen uitvoering- gegeven aan het besluit. De
wording van dit rapport kan spreker onmoge
lijk toejuichen. Hij zou een geheel onpartijdig
rapport, over de zaak wenschen, hoe dat dan
ook zou uit\ alien. Hij meent, dat het den heer
Van VLet wel aan tijd en voldoende voorlich-
trng voor samenstelling van dit rapport heeft
moeten ontbreken. De raad behoort een rap
port te ontvangen waarop bij staat kan maken.
De heer OGGEL stemt volkomen toe, dat
Burgemeester en Wethouders het raadsbesluit
met het toezenaen van dit rapport niet hebben
urtgevoerd, maar ze achten den heer Van Vliet
ook een volstrekt onpartijdig deskundige die
JB geenerlei opzicht financieel bij de gas- of
eiectriciteitslevering in deze gemeente is be-
trokken en daarbij menschelijkerwijs gespro-
ken in de toekomst ook niet betrokken zal
worden en meenden, dat het nu de voordeelig-
•ste weg was, diens rapport ter kennis van den
raad te brengen, in de verwachting, dat men
zich daarmede wel zou kunnen tevreden stel-
I«n. .4.1s Burgemeester en Wethouders cen
deskundige zouden benoemen en deze een rap
port zouden laten uitbrengen, moeten die kos-
''e,toch 1 outer als geldwegsmiiterij worden
oeechouwd. aangezien het toch geer pr-"t:sciie
|2-volgen kan hebben, al zou "ook z.d&pwek
van stropm veel voordeeliger uitkomen
omdat de gemeente toch nimrner vergunning
krijgt daartoe over te gaan.
De heer P. DE FEIJTER moet z'ch in deze
scharen aan de zijde van den heer Oggel. Er
is gezegd: het besluit van den raad is niet uit
gevoerd. Toen de raad dit besluit nam, wist
deze eohter niet, dat een strikt onpartijdig
technicus geheel belangeloos een rapport uit
brengen zou. Al de adviezen van de adviseurs
die zich over deze zaak hebben uitgesproken
toonden aan, dat de buiteniwijken verlies zou
den opleveren. Alleen de heer Duetz heeft in
zijn voordracht over deze kwestie op een hoek-
je van het bord eventjes uitgerekend, dat de
electrificatie der kom een winst van 20.000
zou opleveren en die der buitenwijken f 5000.
Dat is moeilijk aanneembaar. Dit rapport komt
vrijwel overeen met de daaromtrent reeds ver
kregen adviezen en is niet te pessimistisch.
De raad zou het moeten toejuichen, dat de heer
Van Vliet er in heeft toegestemd, zijn rapport
uit te brengen, aan Burgemeester en Wethou
ders. Het zou voor dat college werkelijk moe;
lijik gaan worden om een onpartijdige deskun
dige te benoemen, want we zijn al zoo wat
geheel Nederland ronid geweest, en hoe meer
deskundige rapporten men krijgt, hoe meer
het ten slotte een leek 'gaat schemeren.
Spreker beschouwt exploitatie eener eigen
centrale als vrijwel van de baan, want waar de
P. Z. E. M. ongevraagd ongeweigerd verschil-
lende deelen der gemeente begint te electrifi
ceeren, zou men anders naast gas wel 2 elec
trische exploitaties kiijgen en als de P. Z. E.
M. van Gedeputeerde Staten eenmaal de ver
gunning voor de exploitatie krijgt, staat de
gemeente machteloos. Indien er thans nog
moest worden beslist, zou hij er niet meer voor
zijn nog een deskundige te benoemen, hetgeen
allicht een paar duizend gulden kosten na zich
zou sleepen. Er is thans naar zijn meening
in deze zaak licht genoeg ontstoken.
De heer DIELEMAN wil traehten een ver-
keerden indruk weg te nemen, als zou hij den
heer Van Vliet niet vertrouwen; hij wil gaarne
aannemen, dat die in deze zaak goed thuis is,
maar het is de vraag of hij over voldoende ge-
gevens heeft kunnen beschikken, Er is opge-
merkt, dat nog geen enkel deskundige winst
had berekend, doch spreker wil er op wijzen,
dat de eersten deskundige der gemeente, de
heer Van der ILegge Zijnen wel degelijk
16.000 winst na enkele jaren voorspelde. De
berekeningen van den heer Duetz verschillen
daarvan niet zooveel.
Spreker herhaalt, gaarne te gelooven, dat de
heer Van Vliet ook zijn taak meester is, maar
dat hij zich toch niet vereenigen kan met de
wijze waarop dit rapport tot stand is gekomen
en liever had gezien, dat op een andere, meer
den raad waardige manier het verlangde rap
port te zijner kennis was gekomen.
De heer t GILDE: Mijnheer de Voorzitter!
Ik sluit mij g'eheel en al aan bij de woorden
van den heer Dieleman, aangezien de wordings
geschiedenis van dit rapport niet in den haak
is. Er is verder geen kwestie van, dat de heer
Duetz zijn berekeningen zoo maar lukraak op
den hoek van een bord heeft gemaakt. Diens
berekeningen kwamen mij voor zeer serieus
te zijn, het waren cijfers aan de praktijk ont-
leend en dientengevolge wel aannemelijk.
Bovendien staat den heer Duetz beslist neu
traal tegenover de geheele zaak. De heer De
Feijter sprak van f 25.000 winst door den, heer
Duetz berekend, mij is daarvan niets bekend
eft ik veronderstel daarom, dat hij de klok
heeft hooren luiden maar niet weet waar de
klepel hangt.
Wat mij zelf aangaat, wil ik, nu den indruk
''an den raad wordt gevraagd, wel mededee-
len, dat ik tenslotte ook zoo zachtjes aan mijn
buik vol begin te krijgen van al die technische
rapporten. Het zijn per slot van rekening
zuiver persoonlijke opvattingen, zonder iets
eigens en individueels als het gaat zooals het
hier nu is toegegaan. Adviseur A. beweert
zus, adviseur B. zoo, dan ontstaat wrijving van
gedachten of verschil van meening en komt
C. die zich gewoonweg prepareert op de ge-
gevens van adviseurs A. en B., misschien den-
kende om geen der partijen aanstoot te geven:
„Kom laat mij den gulden middenweg bewan-
delen!" Deze indruk kreeg ik bij de vluchtige
doorlezing van het rapport van den heer Van
Vliet. En om aan te toonen, dat hij heeft ge-
'oorduurd op het stramien van wijlen den heer
Van der Hegge Zijnen en de verschillende ge-
gevens der heeren Streefkerk en Wieehmann,
verwijs ik naar het rapport van g^noe.mden
heer, dat hier voor ons ligt.
De heer Van Vliet schrijft:
„Wat het aantal aansluitingen na 3 en 10
„jaar betreft, baseer ik mij op het rapport
„van den. heer Van der Hegge Zijnen van 9
„Februari 1924. Wat het gebruik van electri-
„citeit voor kracht betreft kunnen de door den
„heer Van der Hegge Zijnen aangenomen cij-
„fers als waarschijnlijke beschouwd worden."
Verder:
,-Bij deze kostenberekening worden de door
„den dn-ecteur der gasfabriek en den heer
„Streefkerk genoemde cijfers voor rente, af-
„schrijving en onderhoud als juist aange-
„nomen.''
Zoodat ik niet ten onrechte beweer, dat het
rapport van den heer Van Vliet niet een in-
dividueel karakter draagt. Zooals ik zeg heeft
hij ook berekeningen van den heer Duetz ge
bruikt.
Wat nu de rentabiliteitrekening van den
heer Van der Hegge Zijnen betreft, deze is
zoowel in als buiten deTi raad en wat het meest
teekenend is, door 3 a 4 deskundigen bestre-
den. en kan ik het daarom niet anders dan een
ongelukkige keuze van den heer Van Vliet
noemen zich op diens optimistische voorstel-
lingen te baseeren.
Zeer eigenaardig is het te zien, hoe den heer
Van Vliet met zijn cijfers trapsgewijs de
hoogte inklimt. Hij noemt het in een der vo-
rige vergaderingen aangehaalde voorbeeld van
Hoek met een gemiddeld stroomverbruik per
jaar van 31 K.W.U. per aansluiting. Echter
is dit te laag zegt hij en neemt dit voor Axel
op 40 K.W.U., dan evenwel als minimum.
„Waarschijnlijk mag men op een gemiddeld
verbruik van 60 K.W.U. per jaar rekenen".
Dit schrijft hij woordelijk in zijn rapport en
rekent dan dit hoogste cijfer als gemiddeld.
Dus hoog, hooger, hoogst, zoodat het wel wat
op goochelarij met cijfers lijkt.
De heer Van Vliet komt dan na 3 jaar tot
een stroomverbruik van 50350 tot 59350
K.W.U. per jaar en later tot 123.750 K.W.U.
Dus heel wat hoogere cijfers dan den heer
Duetz en den directeur der gemeentelijke gas
fabriek hebben aangenomen.
Kijk, Mijnheer de Voorzitter, 't is voor mij
totaal onibegrijpelijk, dat Burgemeester en
Wethouders na zelf hier uitdrukkelijk te heb
ben verklaard, waar de meeste raadsleden het
mee eens waren, dat 50.000 K.W.U. (volgens
de berekening van den gasdirecteur) te hoog
was, ons nu een rapport voorleggen met be-
iangrijk hoogere cijfers.
Het woordje „inkonsekwentie'' zal ik niet
gebruiken vandaag, daar dit de goede ver-
standhouding hier zou kunnen verstoren en
dat !:gt met op mijn Weg en kan de gemeente-
belangen sljethts schaden.
Wat mij verder eenigszins heeft gefrappeerd
s, dat ik, het rapport van den heer Van Viiei
doorgelezen hebbende en dit met dat van den
gasdirecteur vergelijkende, bijna direct tot de
conclusie kwam, dat hij het verlies dat de gas
fabriek per jaar moet lijden buiten beschou-
wing laat. De gasdirecteur stelt dit bij een
stroomverkoop van 50.000 K.W.U. op f 8750.
De heer Van Vliet rept er absoluut niet van,
althans in zijn becijferingen totaal niet!
Mijnheer de Voorzitter! Waar hier dus al
leen de concessie met garantie tegenover zelf-
opwekking wordt gesteld en de gasfabriek
wordt uitgeschakeld, vind ik dat ons toch een
vreemd licht moet opgaan. Onze gasfabriek,
ons gemeentebedrijf is niet weg te denken, ook
niet al praten we er hohderd jaar over. Deze
gasfabriek hoort in het rapport van dezen
nieuwen adviseur thuis! Het staat of valt er
voor ons als Axelaars zelfs mee.
Wij zullen de 123750 K.W.U. die den heer
Van Vliet in de toekomst raamt nu verder
maar buiten beschouwing laten. Die neemt
geen memsch ernstig, omdat de behoefte bier
in Axel ook niet zoo bijzonder is, met het oog
op de gasfabriek. Wij houden ons dus aan de
50.000 K.W.U. en dan staat het muurvast en
als een paal boven water, dat onze gasfabriek
na 10 jaar een verlies lijdt van 10 X 8750
f 87.500.
En al hebben wij nu alien hier maar leeken-
verstand, uit gegevens uit omliggende plaat-
sen en andere praktische voorbeelden kunnen
wij toch wel zoo'n beetje schatten, wat hier
per jaar zal verbruikt worden. Wij kunnen
met zullce cijfers voor qogen onmogelijk anders
zeggen dan: „Mijnheei Van Vliet, U is een
tweede Van der Hegge Zijnen!"
Het spijt mij, mijnheer de Voorzitter, dat
men nog steeds suggesiie veronderstelt en ik
wou in dit verband even herinneren aan het
art. in de Midd. Crt. van 23 Sept. 1924, dat ik
al vaak overlas:
„Ilet rapport van den adviseur over zelf-
„exploitatie (bedoeld werd Van der Hegge
Zijnen), is onder de oogen gekomen van niet-
„raadsleden, die het in het Axelsche blaadje
„zoodanig hebben „bewerkt'' en „uitgekleed",
„dat er geen meerderheid in den raad meer
„zal zijn te vinden, die de verantwoording op
„zich durft nemen om nog voor electrificatie
„te stemmen. In dit daglicht moet men de
„wetenschap of den ijver van het Axelsche ge-
„meentebestuur beoordeelen, dat hun eerst de
„oogen moeten worden geopend door de vox
„populi (de stem van het volk), voordat ze in
„studie nemen het rapport van hun adviseur
„e-n alzoo veel onaangenaams hadden kunnen
„voorkomen, om nog niet te spreken van een
„paar honderdduizend guldens, die de gemeen-
„te Axel zou geleend hebben, als op de advie-
„zen van haar adviseur werd ingegaan."
Zoo werd toen geschreven! Zoo zou men
bijna precies eender weer kunnen schrijven!
Dit rapport is niets meer of minder dan een
klein tweelingzusje van het toenmalige.
Wenschen Burgemeester en Wethouders dat
de raad er op in zal gaan?
Ik waag nog te twijfelen al schijnt alles er
op gezet te worden om nu, kost wat kost, de
gemeente te electrificeeren.
In het zooeven door mij geciteerde stukje
uit de Middelburgsche Courant las ik nog, dat
Burgemeester en Wethouders van Axel geen
emstige studie van de zaak maakten, maar
anderen maar laten rekenen, schrijven en pra
ten, totdat hun, onverihoopt, de muts over de
ooren wordt gehaald. Ik geloof, dat het hoog
tijd wordt deze muts weg te gooien. Het Da-
gelijksch Bestuur maakc het ons niet gemak-
kelijk. Nog steeds latch zij anderen rekenen,
praten en schrijven. Nog steeds maken zij niet
genoeg studie van deze zaak.
Dat is de indruk die ik bij vernieuwing
kreeg.
Nog- meer teleurstellend is voor mij, dat een
rapporteur graag gezien blijkt te worden, mits
hij een gunstig rapport uitbrengt omtrent le
vering van stroom door de P. Z. E. M., zelfs,
als diensberekening gebaseerd is op cijfers
die zij zelf hebben bestreden, toen deze nog
zeer kort geleden voorkwamen in een rapport
omtrent zelfopwekking van stroom.
Het verdient daarom stellig aanbeveling
geen beslissing te nemen, alvorens heeren des
kundigen in de gelegenheid gesteld zijn hun
rapport nader mondeling in den raad toe te
hc'hten. Telkens toch blijkt, dat zij het onder-
hng niet eens zijn!
In een zoodanige conference.zouden de mee-
ningen der heeren naar voren gebraeht kun
nen worden en zou men door volledige uiteen-
zetting tot een betere meening kunnen komen.
Een zeer hoogstaand persoon zooals reeds
genoemd is zou als onpartijdig deskundige
kunnen optreden. Dit zou in het belang onzer
gemeente zijn, omdat de voorzichtigheid niet
genoeg kan worden betracht en men hierbij
geen verkeerde zuinigheid toe moet passen.
Tot mijn teleurstelling kom ik, resumeeren-
de, tct mijn conclusie, dat alles er weer op uit-
draait, dat de garantie die van de baan scheen,
weer langs een achterdeurtje binnengehaald
wordt. Ik weip alle verantwoording daarvoor
verre van mij af en dit was het, hetgeen ik
bijwjjze van algemeene beschouwing omtrent
het rapport en de electrificatie wou zeggen.
De heer VAN DIXHOORN wil iets zeggen,
naar aanleiding van het rapport van den heer
Van. Vliet, dat thans aan de orde is. Hij heeft
van af den beginne op het standpunt gestaan
dat hij niet een deel, doch de geheele gemeente
wilde helpen aan electriciteit.
Er is destijds 'n verzoek gekomen van de P. Z.
E. M. om concessie in de kom der gemeente
en als uitvloeisel daarvan heeft de over dat
verzoek adviseerende heer Van der Hegge
Zijnen aangeraden zelf de exploitatie ter hand
te nemen en stroom te koopen van de P. Z. E.
M. en achtte electrificatie van de geheele ge
meente rendabel uit te voeVen. De gemeente
heeft toen getraeht onder door haar billijk ge-
aehte voorwaanden \;an de P. Z. E .M*stroom
te koopen, doch het :s gebleken, dat Gedepu
teerde Staten daarvan niet wilden hooren. Dat
s dus vender onbereikbaar.
Later is toen het denkbeeld gerezen om zelf
sti-oom op te wekken en ond-anks de weten-
schap, dat een dergelijk raadsbesluit toch nim
rner zou worden goedgekeund, zou spreker het
toch gewaagd hebben zijn stem daaraan te
geven, indien zich niet iets anders had voorge-
daan.
Indien over eene zaak van elkander afwij-
kende rapporten inkomen, ligt het z.i. op den
weg van een raadslid ook zelf adviezen te
vragen. Dit heeft hij in dit geval gedaan en
den heer Van Vliet verzocht daarqver zijn mee
ning kenbaar te maken. Dit is een. vertrouwd
persoon, van een zeer nette familie, van vroe-
ger jaren te Axel bekend. Hij .is altijd een
knappe jongen geweest. Hij staat in deze ge
heel onaflhankelijk, is betrouwbaar en als ab
soluut neutraal te beschouwen want er is hier
de minste sohijn, dat hij ooit van de electrifi-
ctaie van Axel ook maar de geringste winst
zou kunnen of willen trekken. Het gaat vol
strekt niet aan om van hem te spreken als van
een goochelaar, daarvoor is het een te t-effe-
i jit peyso^n.
Indien hij had kunnen adviseerenc dat elec
trificatie met zelfopwekking door de gemeente-
gasfabriek winst zou hebben opgeleverd dan
zou spreker daaraan terstond zijn stem hebben
gegeven. Maar nu de cijfers anders uitvallen
is spreker van zelf verpliciht van die cijfers ge
bruik te maken. Hij beschouwt zich nu vol
doende ingelicht, het is voor hem niet noodig
naar een ander te gaan en er blijkt voldoende
uit, dat de uitkomst zoodanig is, dat de ge
meente er ook om financieele reden niet toe
kan overgaan zelf te electrificeeren.
De heer WEIJNS wijst er op, dat in het rap
port van den gasdirecteur over eigen exploi
tatie alleen de kom betreft. Hij berekent daar
voor een verbruik van 50.000 K. W. U. voor
licht en 30.000 K. W. U. voor kracht, of laat
maar eens zeggen, 20.000, dat is dan 70.000
K. W. U. voor de korfi alleen. Het spijt spreker,
dat geen rekening is opgemaakt voor de ge
heele gemeente, want 't spreekt wel van zelf,
dat de kom het voordeeligste is, dat bleek ook
wel uit de houding van de P. Z. E. M., die de
kom zonder toezegging van garantie wilde
electrificeeren. Het,is eohter den buiten, die
verlies brengt en dat zou, indien de gasfabriek
de centrale exploiteerde, evengoed het geval
zijn. De buitenwijken zullen voor iedereen
schade opleveren, daaraan is niets te doen.
De heer KRUIJSSE geeft te kennen, zich
nog nooit te hebben uitgesproken of hij al
of niet is voor zelf-exploitatie. Hij helt er niet
erg toe over. Hij heeft in de vorige vergade-
ring zijn stem gegeven aan het voorstel tot
het instellen van een deskundig onderzoek naar
de daarvan te verwachten rasultaten, om tot
een oplossing te komen die iedereen bevredigd.
en opdat men niet zou kunnen zeggen, dat die
eigen exploitatie op alle manieren is tegenge-
werkt. Hij vraagt, of het rapport van den
heer Van Vliet niet eenzijdig is. Hij is electrc-
technicus. Hij heeft geen rekening gehouden
met het verlies van de gasfabriek, hetgeen op
heteindresultaat toch ook van invloed is.
Hij zou willen traehten een deskundige te krij
gen, die de zaak van weerskanten beziet, om
uitvoering te geven aan het besluit der vorige
vergadering. Dat is eigenlijk de oplossing.
Men zit nu in een warnet en komt er op deze
manier heelemaal niet uit.
De heer OGGEL wijst er op, dat de heer Van
Vliet in zijn rapport in 't geheel niet met
cijfers goochelt. Hij stelt eenvoudig 2 moge-
lijkheden hij baseert eene raming op een ver
bruik van 40 en eene op een verbruik van 60
K. W. U., per aansluiting en per jaar; hij ver
onderstelt dus twee mogelijkheden, maar er
blijft in elk geval een belangrijk verlies voor
de gemeente waarbij dan nog komt het verlies
voor de gasfabriek tengevolge electrificatie, op
den verkoop van gas aan particulieren. Deze
blijft eehter dezelfde, of de gemeente zelf
electrificeert, dan wel of de P. Z. E. M. het
doet. Daarom valt ook uit de berekening van
den gasdirecteur weg de berekening van het
gas op grond van overproductie, men kan dan
voor het gas eventueel voor opwekking van
electriciteit geproduceert niet volstaan met den
zuiveren kolenprijs te berekenen, doch moet
daar exploitatiekosten aan toevoegen, Daarom
berekent de heer Van Vliet ook 5 cent per M3.
A.lsdan zou de levering van gas voor opwek
king van electrische stroom voor de gasfabriek
het hoofdbedrijf worden.
Hij werpt aanvallen in deze op Burgemees
ter en Wethouders van zich af, want deze zijn
geen technici en moeten afgaan op de rappor
ten van deskundigen. Het gaat echter z.i. niet
aan om rapporten van deskundigen te wan-
trouwen, omdat deze niet aangeven wat men
gaarne wenscht. Hij wijst op het adres van
het eomite van actLe,. wparuit ook -weer al
voonbaat wantrouwen spreekt om treat een uit
te brengen rapport, terwijl Burgemeester en
^Wethouders nog geen eens een deskundige
benoemd hebben. Burgemeester en Wethou
ders hebben het rapport van den heer Van
Vliet overgelegd, omdat ze den voordeeligsten
weg wenschen te bewandelen en noodeloos geld
uitgeven wilden traehten te voorkomen. Indien
een deskundige wordt benoemd voor het uit
brengen van een rapport krijgt men weer een
boekdeel, zooals dat van wijlen den heer Van
der Hegge Zijnen, dat een 00 kost. Spreker
meent, dat de raad niet beter kon bediend
worden. dan thans door den heer Van Vliet is
geschied. Deze kent de gemeente Axel, kon
beschikken over cijfers van de heeren Van der
Hegge Zijnen, Wieehmann en Duetz en kon
daarop zijn conclusies baseeren en die zijn, dat
het voor de gemeente het raadzaamst is op de
voordeeligste wijize overeen te komen met de
P. Z. E. M. Burgemeester en Wethouders
wenschen niets liever dan de geheele gemeente
ten spoedigste te voorzien van electrische
stroom voor licht en kracht, zij wenschen in
dit opzicht voor behartiging van het belang
der gemeente niet onder te doen voor den heer
't Gilde en anderen, al is het ook, dat zij over
de uitvoering dezer zaak' een andere moonr
zijn toegedaan.
De heer 't GILDE: Mijnheer de Voorzitter!
Ik wil beginnen met te verklaren, dat er |feen
haar op mijn hoofd aan hebft gedacht den per
soon van den heer Van Vliet kwalijk te be-
jogenen of te kleineeren. Daarmede zou ik mij
zelf in een ongunstig daglicht stellen. Ik heb
den persoon Van Vliet niet besproken, maar
wel het rapport Van Vliet en dit kwam mij
voor eenzijdig te zijn, al was het alleen maar
dat hij bij zijn becijferingen van de gasfabriek
niet rept en zich uitsluitend prepareert op ge
gevens van derden.
Door mij zijn omtrent deze zaak de noodige
inlichtingen ingewonnen en al stuit het mij we!
tegen de borst, nu hier A-erschillende heeren
het rapport a bout portant aanvaarden en cij
fers noemen, voel ik mij verplicht er wat meer
van te zeggen.
Het is merkwaardig, dat de heer Van Vliet
de cijfers van de motoren en het krachtver-
bruik van den heer Van der Hegge Zijnen die
in 1924 zooveel stof hebben opgeworpen, heeft
overgenomen. In de Axelsche Courant van 5
Sept. 1924 heeft de heer Augustyn bewezen,
dat het rapport van den heer Van der Hegge
Zijnen onbfetrouwbaar was.
Onbegrijpelijii dus voor mij, dat den heer
Van Vliet nu in zijn rapport de 87 motoren
aanneemt die reeds aan de gasfabriek zijn,
wat uit louter fantasie bestaat, daar dit getal
17 moet zijn en deze tot overmaat van ramp
nog 2 maal berekend worden, zoodat op elke
5 woningen. een electro-motor komt. Deze grove
fouten, die tenslotte ook door Burgemeester
en Wethouders en de groote meerderheid van
den raad toegegeven zijn, worden thans op-
nieuw door den heer Van Vliet overgenomen.
Dus zou :k moeten aannemen, dat Burgemees
ter en Wethouders en alle raadsleden dit rap
port als onbetrouwbaar zullen beschouwen.
Het heeft mij daarom gespeten, en ik aarzel
niet te verklaren dit in Burg'emeester en Wet
houders te laken, dat zij zonder rneer advi-
seerden het adres van het Comite van Actie
voor ken.nisgeving aan te nemen. Hebben de
heeren het zoo op, dat het overgroote deel der
Axelsche kiezers, dat acbter dit Comite staat,
door op de lijsten te teekenen, niet weet wat
Boot een familielid van den heer Van Vliet
zijn omstreeks Paschen bij mij eenig-e bereke
ningen. van den heer Duetz gehaald, wat ik
heelemaal niet kwalijk neem, maar zelfs
gaarne afstond. In dien de berekeningen van
den heer Duetz hier nu afgekamd worden,
eischt diens eer, dat hij zich, evenals den beer
Van Vliet, hier kan verdedigen.
Op biz. 3 van zijn rapport rekent den beer
Van Vliet uit, wat de P. Z. E. M. in het 3e
jaar voor geleverden stroom ontvangt en komt
dan op een bedrag van 13.200. In het 10#
jaar komt hij tot f 27,320. Aan totale ontrang-
sten in 10 jaar (aannemende, dat deze gelijk
zijn aan 3 X de ontvangst van het 3e jaar en
7 X de gemiddelde ontvangsten van het 3e en
lOe jaar) komt hij tot een bedrag van/ 181.420.
Dit zijn alle willekeurig aangenomen cijfers,
die op geen vasten grondslag rusten. De heer
Van Vliet immers schreef zelf op biz. 2, dat
het de groote vraag blijft, hoe groot het aar-
verbruik voor licht en kracht zal zijn. Waar-
om heeft de heer Van Vliet nu een gemiddelde
van 40 K.W.U. genomen Meegedeeld was
hem, dat dit te Hoek 31 K.W.U. was.
Bij het aangenomen gebruik van 40 K.W.U.
komt hij op een tekort in 10 jaar van 68.500
wat de gemeente moet bijpassen.
Indren de heer Van. Vliet het cijfer 31
(K.W.U.) als gemiddelde neemt komt hij in-
plaats van tot 181.420 slechts tot 116.910.
Trek ik deze van de garantie af die door de
heer Van Vliet op 25.000 is gesteld dan is
het tekort in 10 jaar niet 68.500, doch
f 133.090 of per jaar 13.309, wat de gemeen
te bij de P. Z. E. M. moet bijpassen. En clSar-
bij het tekort aan de gasfabriek van per iaar
f 8570.
Als uitgaven bij het gas-electrobedrijf be
rekent de heer Van Vliet na 3 jaar f 13.720, na
10 jaar f 15.020.
Daar de inkomsten gelijk blijven of de P. Z.
E. M. de stroom levert of de gemeente en hij
op biz. 3 een ontvangst berekent van 13.200
(3e jaar) en in het lOe jaar van 27.320, is
het duidelijk welk een voordeel het zal zijn in
dien de gemeente zelf een gas-electrobedrijf
exploiteert.
Immers in het lOe jaar zijn de uitgaven, zie
b'.z. 4 van /km heer Van Vliet's rapport, voor
de installatie 15.020, hierbij de rente van het
net plus de afschrijving 8400, totaal 23.420.
Daar de inkomsten 27.320 zijn, zal er een
winst zijn van 3900 (zonder meterhuur).
Deze rekening is gebaseerd op een licht-
verbruik van 40 K.W.U. per jaar. Dus waar
nu den heer Van Vliet met zijn minimumver-
bruik van 40 K.W.U. per jaar na 10 jaar bij
het gas-electrobedrijf tot een winst Nan f 3900
komt, is het onbegrijpelijk, hoe deze kan con-
cludeeren, dat het aanbevelenswaardig is, con
cessie aan de P. Z. E. M. te verleenen. Bij
concessie toch is de gemeente na 10 jaar (biz.
3) f 68.500 kwijt, waar niets van terug komt,
terwijl bij het gas-electrobedrijf in het lOe
jaar 3900 winst wordt gemaakt, zoodat na 10
jaar de kosten teruggenomen kunnen worden
en wij dus onmogelijk aan concessie kunnen
denken.
De heer OGGEL begrijpt het betoog van den
heer't Gilde niet, want als deze aanneemt, dat
de cijfers van den heer Van Vliet te hoog zijn,
terwijl hij toch minder aanneemt dan 60
K.W.U. en minder dan de heer Duetz, die
55.000 K.W.U. in totaal berekent, en dat er bij
die cijfers nog verlies geleden wordt, hoe hoog
zal dat verlies dan wel niet zijn bij de cijfers
waarop volgens den heer 't Gilde moet worden
gebaseerd. Hij ac'ht de cijfers van den heer
Van Vliet zoo -maar niet lukraak genomen en
wijst er op, dat indien Gedeputeerde Staten
waren ingegaan op het aanbod van den ge-
nieenteraad om de gemeente te electrificeeren
tegen een garantie van 170.000 voor 10 jaar
er geen cent van de gemeente had bij gemoe-
ten. Hij kan zich met het rapport van den'
heer Van Vliet zeer goed vereenigen.
De heer WEIJNS wijst ook op die 87 mo
toren, door den heer Van Vliet aangenomen,
hetgeen 70 teveel is, daarmede is hij mis ge
weest. Daaruit blijkt dus, dat zijn berekening
nog te gunstig is, want dan zou het verbruik
met dat berekend voor 70 motoren moeten
zakxen. Hij ziet daarin des te meer aanleiding
om zaken te doen met de P. Z. E. M.
De V OORZITTER meent, dat er een besluit
zal moeten worden genomen, want met al dat
gepraat komt men niet verder.
De heer KRLTIJSSE geeft in overweging
den heer Van Vliet uit te noodigen in open-
bare vergadering zijn rapport te komen be-
spreken tegenover een voorstander van zelfop
wekking van electriciteit aan de gasfabriek.
riet rapport van den heer Van Vliet wordt
thans aangevallen door een raadslid die zich
daarover blijkbaar door een deskundige heeft
laten voorlichten, terwijl de heer Van Vliet
zich hier daartegen niet verdedigen kan. Nie-
mand kan die verdediging op zich nemen.
De VOORZITTER gelooft niet, dat dit de
weg is, om aan een eind te komen.
De heer KRUIJSSE is van een ander ge-
voelen en maakt van zijn denkbeeld een voor
stel. Hij gelooft, dat men dan een oplossing
zal krijgen, want nu is het toch een eenzrkiige
beoordeeling van het rapport door een dei kun-
cuge met den mond van een ander, hetgeen de
toestancl nog ingewikkelder maakt. Straks
komen al die beschouwingen in geuren en ideu-
ren in de courant, en dan komt er een ver
keerde opinie over, of de zelfopwekking a! of
met een voordeel zou zijn.
De heer OGGEL betwijfelt of de heer Van
Vliet daartoe wel genegen zal zijn; hij heeft
zijn advies belangeloos gegeven. Hij weet
niet of deze zaak hem nu zoo interesseert.
De heer KRUIJSSE: Hij wordt hier aan
gevallen en daarom zou ik hem in de gelegen
heid willen- stellen zich dok te verdedigen.
De heer OGGEL betoogt, dat, indien Burg'e-
meester en Wethouders een deskundige zouden
benoemen door bemiddeling van de vereeniging
van Ned'erlanidsche gemeenten, men met diens
rapport weer hetzelfde zou kunnen hebben,
als dat via een raadslid in handen komt van
een ander. Het betreft immers een zaak waar
alle ingeuieurs niet gelijk c ar •tenken, Dat
is met bijna iedere zaak het geval. Neemt er-
varen landbouwers, de eene zal zus denken
over het bebouwen van een stuk land en een
ander weer zoo. leder heeft zijn. eigen kijk op
de zaak. Als men zelf leek is en men stelt
een deskundige aan, moet men beginnen met
dien yte vertrouwen en zeggen: daar houden
we oiN aan. Als Burgemeester en Wethouders
en d*e raadsleden zelfs op dit geliied technische
personen waren, stonden ze we:licht nog seher-
per tegenover elkaar dan nu het geval is.
Door al de rapporten en lie 'l-dmrrr vIt
de electrificatie der gemeente tegengeihouden
en de bevolking is er de dupe van. Laat ons
zegt spreker traehten de gemeente van
electriciteit te voorzien.
De heer VAN DE CASTEEL steunt het
voorstel-Kruij sse.
De VOORZITTER meent, dat eerst de be
slissing over dit rapport dient te worden af-
gewerkt te worden.
De heer KRUIJSSE wijst er op, dat zijn
voorstel daarop van invloed is; het een? shut
het ardere in.
De heer VAN DIXHOORN 1 m i- 1 n-
port geen eenzijd1'gheid zien. De heev Van