A stelden de regeling tat MeLop'deaden .vo^t I daJ ze thansririaar Java f*"! om hun, Pld te _f 1009 moest worden u.tgekeerd. De uitkeerin- gen zouden nog 2 wekert .joeten gesdhieden, zoodat er vermoedeiyk een 1800 tekori zai zijn, en, indien de ruad wenscht dat lot I Mei met de uitkeering wordt voortgegaan er een vooiscel uic den raad zai moeten komen om die gekien alsnog te ve'rleenen, daar anders burge meester en wethouders er niet mee kunnen voortgaan. De heer HAMELINK -vraagt, naar aanlei- ding dezer mededeeling of burgemeester en wethouders in deze zeif geen voorstel hebben. De VOORZITTER: Neen, burgemeester en wethouders hebben reeds enkele malen in den raad als hun gevoelen nadrukkelijk kenbaar gemaakt, dat de steunregeling dient op te hou- den. De raad besloot in tegenovergestelden ain, docih nu het geld op is meenen burgemees ter en wethouders niet vei'der te kunnen gaan. De heer HAMELINK kan zich met deze op- vatting van burgemeester en wethouders niet vereerngen. net gaat er in deze niet over wat burgemeester en wethouders er vail denken, cioc/i de raad heert besloten de uiikeeringen tot 1 iter a.s. voort te zetten en dan behooren bur gemeester en wethouders als uitvoerders der raadsbesluiten daaiaan gevolg te geven. In- dien de toegestane geiden verbruikt zijn, be hooren zij een verhoogd crediet, aan te vragen. Dat is tocth niet rets nieuws? Hoe dikwijls ge- beurt het niet, uat den raad wordt voorgesteld bij wijziging der begrooting een post voor een of andere uitgaaf te verhoogen, omdat de post overscihreden is? Hoe komen burgemeester en wethouders er dan toe om nu zoo n houding aan te nemen Omdat de zaak waar het over gaat hun niet weigevaiiig is? Dat is geen reden en als burgemeester en wethouders het standpoint van heden onder alle omstandig- heden gaan innemen kan daaruit dikwijls stag- natie voortvloeden. Het zal zaak zijn voor den raad dit niet te vergeten en er in het vervolg op te letten. Hij hoopt, dat burgemeester en wethouders nu eens steeds niet verder zullen gaan als hun geld verbruikt is. Hoe dikwijls is het, om eens een post te noemen niet voorge- komem, dat de post voor reiskosten met /200 tot f 300 moest worden verhoogd. Het is bij burgemeester en wethouders toch nog nooit opgekomen een of andere reis achterwege te laten, omdat de begrootinjgspost reeds was ver bruikt en de raad geen nieuw mandaat had verstrekt? Daar burgemeester en wethouders echter zeggen geen vrijheid te hebben een voorstel te doen, stelt spreker voor den post voor werkloozenuitkeering te verhoogen met f 1800. De heer COLSEN vindt het ook; er is be sloten. om tot 1 Mei uitkeeringen te doen; mocht het verdere vallen, dat is wat anders, doch .hetgeen besloten is moet worden uitge- voerd, het gaat niet aan nu a.s. Zaterdag de menschen eenvoudig niets. te geven, ze hebben dat niet geweten. De heer DE JAGER wijst er op, dat de kwesi'e is, dat de raad besloten heeft de steun- regeling tot 1 Mei a.s. voort te zetten en daar- voor 10.000 op de begrooting heeft gebracht, i dcdh de raad weet ook, dat er vanwege gede- pd&eerde Staten een sterke aandrang uitgaat OS! te trachten de steunregeling te doen ver- j dwijhen en te vervangen door een regeling die niet zoo durabel is. In verband met dien aan drang gelooft spreker niet, dat de raad van bprgemeester en wethouders een voorstel ver- wachten moest om het toegestaan crediet te verhoogen. Door den heer Hamelink is gezegd, dat toch in andere omstandigheden wel eens poaten overschreden worden betreffende zaken die de goedkeuring van burgemeester en wet houders wegdroegen, doch hij voert hiertegen aan,, dat die geiden dan toch niet zijn uitge- geven alvorens daarop de goedkeuring van ge- deputeerde staten was verkregen en zoo zullen ook de door den heer Hamelink voorgestelde f 1800 niet kunnen worden uitgegeven, aange nomen dat de raad er zich mede vereenigt, al vorens daarop de goedkeuring van gedeputeer de Staten is verkregen, en het kan wel 3 of 4 weken duren eer die sanctie er is. De heer VERLINDE geeft te kennen, dat de raad zijn stem heeft gegeven voor uitkeering tot 1 Mei en dat hij dat besluit ook gestand wemsCht te doen. De raad heeft een datum be- paald tot wanneer hij de steunuitlceeringen wenscht te doen en dat is door gedeputeerde staten goedgekeurd. De raad heeft ook een post op de begrooting gebracht, doch niet ge zegd, dat dit een maximum was en hij niet ver der wilde gaan. Hij denkt er niet aan om nu teruig te krabbelen. De heer D. SCHEELE meent, dat de heeren nu geen ruzie moeten gaan maken over de ■vr&ag wie een voorstel had behooren te ']ien. Burgemeester en wethouders zullen ged hebben: jullie hebben de regeling aangenomen en hebben daarvoor dus de verantwoording, voteer jullie dan nu ook zeif weer een bedrag. Hij aoht dat een juist staindpunt. De heer GEELHOEDT kan met dat stand- punt niet instemmenhoe men ook tegenover de regeling staat, behooren burgemeester en wethouders het genomen raadsbeslujt uit te voeren en daarvoor de noodige maatregelen te nemen. Hij is het niet eens met den heer De Jiager, dat men eerst de goedkeuring van ge deputeerde staten zou be'hoeven, eer tot het voteeren van die 1800 kan worden overge- giaan. Wat zou toch daarvan het gevolg zijn, als de raad alvorens hij een besluit nam aan gedeputeerde staten moest gaan vragen wat hij doen mag? De heer DE JAQER verklaart zoo lets niet gezegd te hebben; hij heeft wel gezegd, dat op een raadsbesluit eerst de goedkeuring moet verkregen w-orden, eer tot uitbetaling van het geld kan worden overgeg-aan. Hij zegt dat vooral in dit geval, omdat het hem bekend is, dat gedeputeerde staten aanvankelijk hebben geweigerd f 10.000 goed te keuren en maar f 5000 wilden toestaan. Ten slotte zijn de bur gemeester en de directeur van de Arbeidsbeurs naar gedeputeerde staten afgevaarddgd en heb ben gedeputeerde staten toegegeven. Indien gedeputeerde staten hun goedkeuring onthou- den en de geiden zouden uitgegeven zijn, wie betaalt ze dan? De raad of burgemeester en wethouders of wie De heer HAMELINK moet met de heeren De Jager en D. Scheele van meening blijven verschillen over hun standpunt, dat er thans een voorstel uit den boezem van den raad moet koanen. Hij herhaalt, dat er een raadsbesluit was, bepalende, dat de steunuitkeering tot 1 Meii zou worden voortgezet. Dat moeten bur gemeester en wethouders uitvoeren en zij had- den er rekening mee moeten houden, dat het crediet uitgeput geraakte en tijdig met een voorstel moeten komen om het crediet te ver hoogen. Noch de organisaties, noch de raad weten hoe het met de uitgaven staat, dat weten. wel burgemeester en wethouders en dit uitvoe- rend college is verplicht om met een voorstel te komen indien de middelen ontbreken om de hen opgelegde taak uit te voeren. Het komt er niets op aan of zij tegen de steunregeling zijn, zij moeten het raadsbesluit uitvoeren. De heer De Jager kan aan spreker met wijs maken, dat er nimmer uitgaven worden ge- daan, alvorens die de goedkeuring van burge meester en wethouders hebben verkregen. Het duurt soms een maand of 3 eer in den raad be- siuiten women genomen <,ue og- siCiiirecien go ecliceu ruit tot vferhooging van zij.n, waai'na ze iwig aan cle goecilcenilijvan geuepnceeride seamen mioeten on'dcrw^J.ijcn. liiaar om bij zijn voQnbeeld te blijven de reizen waarvoor de v eihoogmg noouig* was Z1j.11 ciaii cocii ai gedaan ei: hec go.a uii^tgeven. Dat hebben ue u.tge- zondenon dan toch met uit eigen zak betaaid? bpieker zou uat aan de hand van de .rnanclatcii wei eens wiiieu nagaan. Op die manier beinee- ren is onuitvoerbaar. Wanneer b.v. door t.oe- vaiiige omstandigheiden zijn, vriend van Driei eens vooi. de gemeente wend uitgezonclen, die zou daai toch zeker zijn relageld niet kunnen voorsehieten en zooveel maanden tegoed hou den. Men hangt in zulke gevalien af van de omstandigiheden. bpreker meent ook, dat ge deputeerde staten de verhoogiing van den post bidijiker wijze niet kunnen aanvediten, omdat ze toch de regeling als tot 1 Mei geldend heb ben goedgekeurd. Het is hem ook bekend, dat gedeputeerde staten tegen de steunregeling zijn, doch hij is van oordeel, dat de raad zich daardoor niet mag laten beinvloeden, aangezien zij beter op de hoogte is van de plaatselijke toestanden. zooals de heer De Jager meedeelde wilden zij aanvankelijk maar 5000 toestaan., doch heb ben na toelichting van op de hoogte zijnden in f 10.000 berust; nu dit f 1800 laag blijkt, zul len zij zich toch ook niet tegen die f 1800 kun nen verzetten. Hij handihaafx ten, voile zijn voorstel en vindt het alleen jammer, dat burgemeester en wet houders nu tengevolge hunner houding geen en- keien post meer zullen kunnen overschrijden en met alles uitscheiden ais het geld op is. Het is wel een vreemde manier, aangezien zij alleen wisten ,hoe het met het geld stond. De heer DE JAGER: De commissie, de hee ren Van Dijke en D. Sc'heele kregen de opgaaf. De heer HAMELINK: Dan hadden die hee ren kunnen waarschuwen. De VOORZITTER vertrouwt, dat de zaak best in orde kornt. Het is een gevolg van de omstandigheden, dat het zoo geloopen is. Fei- telijk zijn burgemeester en wethouders ook nog niet in de gelegenheid geweest een voorstel te doen, want toen de raad op 11 Maart 1.1. ver- gaderd was, waren nog slechts f 4000 uitge geven en was het dus nog niet te voorzien, dat het toegestaan bedrag niet toereikend zou zijn, ze dachten er mee toe te komen. Nu zijn het j.uist de laatste 5 weken geweest, die zoo be- duidend hoog zijn geloopen, meer dan f 1000, waardoor er voor de laatste weken niet genoeg meer is. De zaak is burgemeester en wethou ders over het hoofd gegroeid. Nu was de houden met de uitzoiuleringspositie waarin Ter Neozeix, iii dit opzicht verkeert. Het college van gedeputeerde staten heeft gefcraciht bij de re- georirug ingang te doen vinden de meening, dat hie.L geen cirsiswerkioosheid meer heersoht, is ooi zaak gewordep, dat van weg'e den minister ten siotte. maar i.0.% in de uitkeeringen werd bijgodragen, en toen het eenanaal zoo ver was, dat de gemeente 90 daarvan voor haar reke ning moest houden hebben zij gezegd nu kun je ook wel de voile 100 betalen. Zij waren ook van meening, dat de verschiilende uitkee ringen mioescen yerlaagd wonden. Wanneer gedeputeerde staten op die wijze invloed willen uitoefenen op burgemeester en wethouders moeten deze rekening- houden met den wil van den raad en zich daartegen verzetten. Zij heb ben te bedenken, dat zij de besluiten van den raad .moeten uitvoeren en kunnen niet voor den eersten aanloop in hun schulp kruipen. Door den voorzitter is te kennen gegeven, dat het op 11 Maart 1.1. nog niet te voorzien was, dat er geld te kort zou komen. Dat na dien datum zooveel is uitbetaald is wel het beste bewijs, dat het inderdaad hard noodig is, want spreker is overtuigd, dat die uitkeeringen toch voor 99 op de goede plaats gekomen zijn. Indien men besluit na 1 Mei niets meer te doen, is men er nog niet van af en zal dit een verhooging van het vermenigvuldigingscijfer niet weehhouden. Het is toch logisch dat, in dien de arbeidende klasse niets meer te vertee- ren heeft, dit op anderen, die van hen leven ock terugslaat em daardoor het totaal-inkomen der gemeentenaren vermindert. Er zijn ook een hoop menschen die weer moeten leven van het- een de arbeidersgezinnen verteeren, het zijn van de voedingsmiddelen de grootste consu- rnenten. Doet men niets meer dan treft men net alleen de arbeiders, doch ook de midden- stand, de winkeliers en de ambaohtsmenschen. Spreker doet daarom een beroep op de menschlievendheid en rechtvaardigheid zijner medeleden, 0111 de arbeiders niet in den steek te laten. Hij wijst er op, dat de ministerieele crisis, die zoolang geduurt heeft, ook al van nadeeligen invloed is geweest op een mogelijk herstel van den toestand onzer haven, daar zij zeer zeker dat herstel zal hebben vertraagd. Hij heeft de eer hen de volgende motie voor te stellen De raad der gemeente Ter Neuzen; van oordeel, dat de heerschenide werkloosiieid in het havenbedrijf nog steeds als crisiswerk- loosiieid is te beschouwen, omdat het speciaal tarief, lietwelk voor den oorlog voor deze ha- Hij meent, dat het oogenbiik gekomen is, cen en ander eens onder de oogen te zien. In- >ven het voorstel van den heer Hamelink moctht Worden afigestemd zou hij niet zeggen: de steunverieening moet wag, dooh hij zou wensehen, dat die op een andere basis werd in- •gericht en zou dan willen voorsteilefi burge meester en wethouders te verzoeken een rege- lirig te willen ontweipen op den basis: de trans- portarbei-ders van 1914, want dat zijn de crisis- gaaf is nuttig besteed. Bewaar die menschew dte webken widen doch voor wie geen werk ie, voor een gang naar het armbestuur, doch &e- hoed hen ook voor inzinking, in naam dec Uhnsteiyke naastemiiefde. De neer Geemoadt wii een scheming maken tussonen de rnerisc&ea van 1914 en later, en de koordjes zoo strak mogeujk aanlhaien. Hij moet in overweging geven daarop nog eens te beiaden en spre ker wendt zich tot de tai van arbeiders op de werkloozen. Daamaast zou hij willen verzoe- pubiieke tribune ook de andere party meet ken zoo mogelijk middelen te beramen om in den nood der werkloozen te voorzien door werk- verschaffing, want hij is overtuigd, dat tai van weitklieden veel liever voor het geld, dat zij ontvangen zouden willen werken, dan dat zij het geld zonder mber krijgen. Hij meent overi- gens, dat toch ook de heer Hamelink wel moet overtuigd zijn, dat het op den tegenwoordigen voet niet kan voortgaan. De heer VAN DRIEL meent de scheeve voor- stelling te moeten wegnemen, dat het aantal ik tobvoegen: waakt, dat .de strijd met verioren wordt door uwe lamiendigheid. D,e heer f AN CADSAND geeft te keiines, dat, gehoord de besprekingen, de kwestie voor heon niet zoo moeiiijk is, en hij gemakkelijk kaji besli&sen voor een opthouden met de steun/ec- leening. Hij wil daarom geen steun onthouden, doch die zal dan iangs anderen weg worde* verleemd daar waar het noodig is, in anderen vorm, hetzij door de diaconie of door het Bar- gerlijk Armbestuur. Spreker weet wel, Je bootwerkers thans zooveel grooter zou zijn dan gang daar naar toe is niet genoeglijk, maar als in 1913 en 1914. Er waren toen drie ploegen ^et n.u eenmaal noodzakelijk blijkt is het to&k sen van miinhout. S heenijk. De sie.uiiverleening moet c van 78 personen voor het lossen van mijnhout, voorts 80 bij den heer Van Cantfort, terwijl er 60 waren bij Little Johnston, en er tus- schentijds ook nog disponibel waren voor ander werk. Als men rekent, dat er nu 400 zijn in- geschreven, klopt dat vrijwel. Daaronder zijn er die 2 dagen maar ook anderen die reeds 23 S weken werkloos zijn geweest. Er is het vorig jaar eenigen tijd geweest, dat alien konden werken, tijdens den houtaanvoer, doch dat ver- v.oer heeft zich opgelost in een zomercampagne en is niet meer g-ekomen. Er is nu eenmaal in het havenbedrijf geen werk. De vraag waarom niet meer personen uit Ter Neuzen aan de cokesfabriek werken, kan misschien de heer Col,sen wel oplossen. Die heeft zijn best genoeg gedaan omdat er in te kweeken, Die kan weten waarom er zooveel afgevloeid zijn, maar dat is ook gebeurd met lieden van Sluiskil, die dus bij de fabriek wo- nen. Daar zijn er die er al voor de tweede of derde maal terug zijn. Dat er niet meer van hier werken zit hem gewoon in den afstand van Sluiskil naar Ter Neuzen. Maar er werken er toch ook nog. Dan moet men ook niet uit bet oog veriiezen, dat de werklieden toch ook oonenden arbeid noodig hebben. De menschen van Sluiskil hebben in dat opzicht veel voor eiieening moet ophoudeo daar wordt wel eens misbruik van gemaakt; dat zou spreker kunnen aantoonen, doch hij wenscht dat niet in openbare vergadering te doen. Er is in openbare vergaderingen al meer- malen van de zijde van den heer Hamelink gie-, smaald over mijn gemis aan broederlijke liefde" maar in elk gevai is dit sprekers standpuat, en hij heeft dit gemeend te moeten uiteenzet- ten, al is het misschien dat er straks weer eeti kwakzalver komt die daar op wijst. De (heeren VAN DRIEL en HAMELINK protesteeren, doch de VOORZITTER boduidt hen, dat ze straks het woord kunnen krijgen. De Iheer D. SCHEELE stemt toe, dat alle raadsleden bij den aanvang der steunregeling, daar allemaal mee instemden. Toen was echter de wereld dicht, en waren alien van de nood- zakelijkheid der regeling overtuigd. Nu is er echter t een andere tijd gekomen en is de wereld Weer open en meent spreker, dat de kwestie op andere wijze moet worden opgelost, ill. door werkverruimiing. Men kent het standpunt dat spreker omtrent deze zaak aanneemt, hij zal daarvan niet ar- wijken. Hij wil het voorstel -van burgemeester en wethouders aanvaarden en den weg inslaan die ook dool* den heer Van Cadsand is aange- op die van Ter Neuzen, want er is geen duurder t: het niet willen voorstellen plaatsje. Die menschen hebben daar al eens a so m n s^elurl, we8' ls> he menschen wat dat men in de kom niet heeft en hun wei- nig kost. Die kunnen er nog wat bij scharrelen. De heer VAN RIET uit zijn verwondering, vraag: wie moet het voorstel doen en dan is kracht is; spreker van meening, dat het in het weliiww»- pen belang der zaak is, indien het voorstel niet van burgemeester en wethouders komt. Toch heeft spreker iets niet begrepen. De meening van gedeputeerde staten is sedert lang bekend en nu begrijpt spreker niet, dat er j.l. Dinsdag, toen de Commissaris der Koningin i aan Ter Neuzen een bezoek heeft gebracht en I de gelegenheid tot het verkrijgen van een J audientie voor ieder open stond, geen der be- tnokken Oirganisaties van die gelegenheid ge- j bruik heeft gemaakt om Zijne Excellentie eens te spreken en den toestand uiteen te zetten. Natuurlijk is dit ook wel ter sprake gekomen en is Z. Exc. door anderen op de hoogte ge- steld, maar het ware toch naar de meening besluit de bestaande steunregeling te ver- lengen tot er een beslissing is genomen over I het al of niet invoeren van een speciaal tarief voor deze haven en den post op de begrooting voor 1926 voor uitkeering aan uitgetrokken i havenarbeiders met f 10.000 te verhoogen; verzoekt burgemeester en wethouders er bij de regeering op aan te dringen dat een deel der j uitkeeiingen door liet rijk woidt teragbetaald. De heer VAN RIET wijst er op, dat de steun regeling voor de zoovfeelste maal hier ter weg is geen eten meer zullen hebben, er zal dan alleen anders gesteund worden. Het kan best zyn, dat thans menschen met kinders te weinig krijigen, en dat die dan iets meer kunnen krij gen.. Als men het wil voorstellen alsof, indien de steunregeling vervallen is alle steun voor de menschen weg is, dan komt hij daar tegen op. Als de menschen geen werk kunnen krijgen behooren zij dan te worden gesteund door de armbesturen. Hij noemt dat even eerlijk, dan A.nT*ro TV iVAn i 1 r~\ Trro rt« rln n vaa atv r> 1 ven van toepassing was nog steeds niet van dat de heer Geelhoedt er nu pas over begint te denken om eens te probeeren een steunregeling te maken voor de bootwerkers van 1914, want 1 dat zijn eigenlijk de crisistransportarbeiders. j Waafom heeft de heer Geelhoedt met zijn frac- j> tie dat niet reeds in Juni 1925 bedacht, en bij de vaststelling der begrooting, toen zij voor- voort te zetten De heer HAMELINK meent op enkele din- gen dieper te moeten ingaan. Door den heer Van Driei is reeds aangetoond, dat het aantal ontvangen. De weg daarheen is misschien iets moeilijker, maar toch zal het moeten. Een re geling als door den heer Geelhoedt bedee-ki, acht hij ook moeiiijk en hij verwacht, dat die op een fiasco zal uitloopen. De iheer HAMELINK moet beginnen suet van spreker beter geweest, indien de eerste foelamgihebbeiiden hun toestand zeif eens hadden een ander deel der burgerij evehzeer door de crajisporta.r'beiders met dat van 1914 niet zoo mKi Uc UIUC,, „a sprake komt. Hij is overtuigd, dat alle dertien j veel verschilt maar men meet toch ook in het zich°te verfe^Tte^den pCers^onlijken Zt ,1 I r. J Ullv. Ia r\ - -k I a4aT» ATVVAlrA-n AATH" 1"\ Al! t AVI A IT AW TTOVAAAT I I ATl/iQ TTOTl TArtTl 171 1 TV val van den heer Van Cadsand. Hy is zich met bewust bij de besprekingen iema-nd te hebben gekwetst en zeker ook niet de broederlijke liefde van den heer Van Cadsand in twijfel te raadsleden, indien zij hun hart laten spreken, oog houden, dat er verschillende van teen zijn 1 met de menschen te doen hebben, dat er zoo- afgegaan, door overlijden als anderszins en dat veel zonder werk rondloopen, en hun gaarne er dan toch aanvulling moest komen? Verle- zouden helpen. De raadsleden hebben echter J den jaar kwamen er 2 boo,ten met hout en als er ook een andere verantwoordelyklheid, aangezien f toen nog iets anders gekomen had waren er verklaard. Alsnu brengt spreker in stemming het voor stel van den heer Hamelink om den post voor uitkeering aan uitgetrokken werkloozen te ver hoogen met f 1800, waartegenover dan onder ontvangsten den post inkomstenbelasting met een gelijik bedrag moet worden verhoogd. Dit voorstel wordt aangenomen met 7 tegen 5 stemmen. Voor stemmen de heeren Van Driei, Van Dijke, Geelhoedt, R. Scheele, Verlinde, Colsen en Hamelink; tegen stemmen de heeren Van Riet, De Jager, Van Aken, D. Scheele en Van Cadsand. De heer HAMELINK bespreekt thans het adres der organisaties. Toen hij dit bij de stukken zag, was er geen voorstel van burge meester en wethouders bij. Hij veronderstelt, dat zij voorstellen het voor kennisgeving aan te nemen of het af te wijzen, wat cp hetzelfde neerkomt. De VOORZITTER bevestigt dit. De heer HAMELINK vraagt of, toen burge meester en wethouders hun voorstel deden, zij I crisis gedrukt wordt. Hij is het niet eens met den heer Hamelink, dat alien die thans werkloos rondloopen en voor de steunregeling zijn inge- schreven crisiswerkloozen zijn. Indien men het aantal bootwerkers van 1914 eens naging en het vergeleek met hen die thans als transport- arbeider zijn ingsehreven, zou men naar spre ker meent zien, dat het aantal zeer sterk is toe- genomen, ja, dat het wel verdubbeld is. Hoeveel zijn er de laatst verloopen 10 jaren niet bij,ge komen. Er loopen nu ook weer een groot aan tal jonigens van 17 tot 18 jaar op straat, die wellicht binnenkort ook in aanmerking kunnen komen om ingeschreven te worden, zoodat we kunnen verwaChten dat het aantal over niet te langen tijd weer met een paar honderd is toe- genomen. Moeten we die dan ook weer maar onder crisiswerkloozen verstaan Gezien de verschillende werken die uitge- j voerd zijn, en waarbij men dan steeds werklie- den van buiten Ter Neuzen ziet aangenomen, vraagt hij zich toch wel eens af: kan daarvoor toch geen reden zijn, Het is nu weer te zien bij het (graven van het droogdok. Dat is een Ter Neuzensche onderneming met ingezetenen aan het roer, doch het graafwerk wordt ver- hebben overwogen of we daarmede uit de moei- geheel en al aan hun lot kan overlaten. Hoe is de steunfoeweging in de wereld ge komen? Als een gevolg van de oorlogscrisis- toestand en principiijel heeft er zich in den aan vang geen enkel raadsiid tegen verzet. Als men er thans anders over denkt, kan dit alleen een gevolg zijn van veranderde opvattingen, dooh daarvoor bestaat geen aanleiding. De ha ven van Ter Neuzen is tengevolge de omstan digheden van den oorlog plat gelegd en die gevolgen doen zich nog geiden, daar de specia- le spoorwegtarieven op de Belgiscthe spoor- wegen nog niet, evenals voor den oorlog, ook op onze haven van toepassing zijn verklaard. Dat dit zoo is blijkt wel daaruit dat verschillende lichamen al het mogelijke inspannen om die tarieven voor Ter Neuzen weer te verkrijgen en dat dit ook een voornaam punt van over- weging is geworden bij de beoordeeling van het Verdrag met Belgie. Uit dit alles blijkt wel duidelijk, dat hier nog wel degelijk crisis is. En indien. dat standpunt gehuldigd wordt, kan het niet anders of men dient overtuigd te zijn, dat de crisis samen moet worden opgelost, in- plaats van de menschen die er zoo zwaar door worden getroffen aan hun lot over te laten. De fout is, dat gedeputeerde staten zich in het hoofd hebben gesteld, dat er geen crisis is, doch in de laatste vergadering van de Provin ciate Staten van Zeeland is in verband met de motie in zake het Belgisch Verdrag toch ook wel degelijk de kwestie van de Ter Neuzensche havein aangeroerd. Ook de regeering heeft er haar werk van gemaakt, en is overtuigd, dat het een gevolg is van den oorlog. Welnu, indien - dat zoo is, kan men de vraag wat er nu ge- schieden moet alleen beantwoorden met het standpunt in te nemen, dat de steunverieening moet voortgaan. Het spreekt van zeif, dat, indien zoo'n rege ling langen tijd bestaat, er fouten worden ge maakt en misbruiken insluipen, maar men moet het kind daarom toch niet met het badwater wegwerpen Men kan andere menschen toch niet dupeeren omdat Jan, Piet of Klaas van, de regeling misbruik hebben gemaakt? Neemt dan maatregelen om die misbruiken te voorko- men! Doch tegenover diegenen dan die naar men wil misbruik maken,, staan tai van ande ren die alleen door de crisis gedwongen er ,ge- bruik van maken. Wanneer er niet de minste kans meer be st,ond, dat de vroegere toestand hier weer zal kunnen terugkeeren was het iets anders, dan was er reden voor het in stellen eeher afoopen- de steunregeling. De fout is geweest, dat ran hooger hand geen rikening heeft wille'i j Neuzensche menschen dan niets anders als het lossen van booten Of, is er iets anders, waar om de patroons die menschen niet willen aan- nemen Hoeveel Ter Neuzenaars hebben aanvankelijk met gewerkt aan de cokesovens en hoevelen werken er nu nog? Het zou wel eens de moeite waard zijn om te zien hoeveel er daar al van zijn afgevallen. Spreker weet niet wat er de -reden van is, dat de arbeiders uit Ter Neuzen blijk- baar minder gewild zijn, maar het schijnt toch een feit. En indien men nu nagaat, dat de menschen van hier voor anderen arbeid dan het lossen en laden van schepen er geregeld uit- vallen, kan men toch maar niet van crisis werkloozen blijven spreken. Velen die bij het uitbreken van den oorlog jongens waren van 14, 15 en 16 jaar, staan nu als transportarbei- der ingeschreven, doch zij waren destijds geen bootwerker en men kan dus niet volhouden, dat die als zoodanig door de crisis getroffen zijn. Hij kan niet meegaan met voorstellen die ten doel hebben enbloc een voorziening te treffen voor alien die bij de bonden als transportarbei- der ingeschreven staan. De heer GEELHOEDT heeft zich bij de laat ste behandelingen van deze kwestie op het standpunt gesteld dat er hier nog steeds crisis- werkloosheid heerscht en op dat standpunt staat hij nog. Hij heeft er zich toen voor ver klaard, dat de steunregeling op den bestaanden voet zou worden voortgezet, doch moet daar menschen te kort geweest. Indien er sind 1914 geen nieuwe kradhten zich als transport- anbeiders hadden aangemeld, was bij eenig werk aan de haven het aantal veel te klein en zouden de werkgevers ze wel van elders hebben gehaald. En wat. moesten de jongelieden uit de krin- gen der havenarbeiders anders doen dan zich ook op dat werk toeleggen. De wereld was dicht, want overal was werklooslheid. Er zijn er die hun kinderen naar de ambachtsschool I /hebben gezonden, die zich betrekkelijk gevoelde opofferingen hebben getroost om hun kinderen in een betere positie in de maatsehappij te bren.g'en dan zij zeif hebben. Doch wat zag men, nadat die kinderen hun diploma in den zak hadden? Dat zij, na eenigen tijd bij een sloo- perij te /hebben gewerkt bij gebrek aan werk in hun vak zich ook als transportarbeider moesten aarumelden. Moet men dan dezulken, die er geld en moeite voor opgeofferd hebben om een vak te leeren en die alleen noodgedron- gen transportarbeider zijn geworden daarom maar afwijzen? Hij zou dat zeer onbillijk aohten. Het transportbedrijf is hier nu een maal het hoofdbestaan en zoodra er ook eenige drukte heerscht zijn er handen te kort. Die jongelieden zijn nu van vakiieden weer opge lost in de transportarbeiders, ofschoon het de bedoeling hunner ouders was ze er buiten t,e houden. Doch hoe moeten ze in de vakwereld terug komen? Geeft den weg daarvoor maar eens aan, roept spreker. Het valt niet gemak kelijk, als men zeif van den steun moet leven en een kind, dat misschien ook iets zou kunnen verdienen op de ambachtsschool te'houden. Nu ze hun diploma hebben kunnen ze in hun vak geen weg want hier is geen plaats en naar den vreemide kunnen ze niet, omdat ze nog niet in hun ondenhoud kunnen voorzien en de ouders then niet kunnen toestoppen. Wat de oorzaak hebben getrokken. De heer VAN CADSAND: Dat is herhaalds- lijk voorgekomen. De heer Tf A M lv 1 IN" K vervolgt voor zoovsr hem bekend bij de debatten wel eens de toe passing der kerkelijke beginselen in het aige- meen in verband met te nemen besluiten te hebben besproken, doch nimmer als zoodanig den persoon van den heer Van Cadsand te heb ben aangevallen. En indien deze niet nnder aantoont wanneer dat dan wel zou gebeurd zijn, moet hij dezen als een leugenaar beschou wen. Hij wijst er op, dat de heer D. Scheele te kennen gaf, dat de wereld thans zou open zijn. Hij wijst in dit verband echter op de gemeente Hoe.k, waar men geen steunregeling had en deze juist in den laatsten tijd in het leven heeft geroepen, omdat men daar een 60 tot 70 werk loozen heeft. Hieruit blijkt, dat die omstandig heden niet alleen te Ter Neuzen voorkomen, want men kan toch wel aannemen, dat die menschen van Hoek alle werk zouden aangrij- pen. Er blijkt alleen uit, dat er ook geen an der werk is, en dat ze daarom leeg loopen. Vroeger konden de menschen naar het bui ten land, doch die gelegenheid bestaat thans niet meer. Men moet ook niet uit het oog ver iiezen, dat ons land telken jare met 100.900 personen toeneemt en dat de regeering zeif een commissie in het leven heeft geroepen voor werkverruiming en men ook van die zijde traclht de kwestie op te lossen. En die zou toch wel met voorstellen komen, indien er werk was. Ondertusschen zitten we hier voor de moeilijkheid met onze menschen. Spreker en zijne partijgenooten zouden de menschen ook liever zien werken, want hij kan zicih in- denken welk een demoraliseerenden invloed het ■moet hebben, dat men zoo al ongeveer eer jaar of vijf werkloos moet rondloopen. En als dat nu niet de schuld is van de menschen zeif, betreft, dat b.v. geen werklieden van hier ge- breng hen dan toch niet naar het armbesrour. bruikt zijn voor het maken van het droogdok f p-r zjjn nog andere middelen. Men kan dat ----- verdedigen als een onontkoombare oplossmg, is zeer eenvoudig. Indien de combinatie voor dat werk een onderbaas uit Ter Neuzen had genomen zouden er wel menschen uit rer Neu zen aan gewerkt hebben, doch nu het er een uit. een andere plaats was brengt die menschen uit zijn gemeente mee. Als voorbeeld wijst spreker ook nog op Zaamslag, waar lijnen voor de tram worden, gelegd door menschen uit Phi lippine, docii de onderbaas die dat werk uit- voert woont te Philippine, ziedaar de veikla- rinig. Indien Je verschillende werkbazen die volk noodig hebben hier een lijst hadden gegeven van het benoodigd aantal, dan hadden ze hun noodige mannetjes wel gekregen, en bovendien, als er blijken niet te willen werken zou men hen den steun onttrekken. Het groote aantal de verbeelding. teo-en tihans eenige reserve maken. Voor dezen transportarbeiders bestaat m was er eeSg uitzicht dat binnen een bepaalden j Het is maar, dat er geen werk naar voren m S 32 worfm opgelost wen de komt. Het vorig jw hektan financieele vooruitzidhten der gemeente ook beter, toen stoniden aan den raad nog niet de schadeposten voor oogen die men later vemo- men heeft. fers gebracht, toen er een algemeene roep was, dat het loon een beletsel was om hier werk te krijgen. De werklieden begrepen wel, dat het niets zou opleveren, maar ze hebben hun goe- verband hierm.de en ook omdat d. toe- I hebben een 100 minder hebben ontvangen stand der haven sleepende blijft en ziende naar l het groote bedrag, dat op de tot nu toe ge- volgde wijze moet worden uitgegeven rijst on- willekeurig de vraag of nu werkelyk de rubriek bootwerkers, die door het stilvallen van het havenbedrijf in 1914 door den oorlog werden getroffen nu werkelijk zoo enomi is toegeno- men sedert 1914. En daarin schuilt toch ten slotte het criterium der zaak. Dat alleen. n.l. de bootwerkers van 1914 zijn de crisiswerkloo zen, want alien die zich later als zoodanig heb ben laten inschrijven, als werkmam bij een be- drijf, dat voor het oogenbiik ten doode schiint dan vroeger, hetgeen hun gezinnen ook weei heeft gedrukt. Bij natuurrampen en waterrampen blijkt de bevolking van Ter Neuzen steeds bereid steun te verleenen aan de ongelukfcige getroffenen. Zal men er nu minder voor gevoelen om de eigen ingezetenen die door de ramp der wefk- looshedd getroffen zijn te helpen? Ziet eens naar den toestand in Emmen. Moet het dien weg op Ter Neuzen wordt, indien men steun onthoudt een tweede Emmen! Hij betreurt het, dat door de houding der regeering deze ge- schouwen. van werklieden werk is? een bedriif waann dooh hij meent, dat cle uitgaven voor de steun regeling ten trnlle te verdedigen zijn. Die rat-. maar spreker meent, dat er toch ook een an dere is. Men kan de menschen toch niet d/ood laten gaan. Hij wijst weer naar Emmen, waar het overgroote deel der bevolking lijdende ls aan t. b. c. Er wordt zooveel uitgegeven ter bestrijding dier vreeselijke zdekte. Is het dan niet beter deze te voorkomen en er de men schen voor te bewaren dat ze door gebrek en ontbering geheel onderkomen en door onvo.- doende voeding en inzinking aan die ziekte ten prooi vallen? Hij durft daarom met voile ynj- moedigheid zijn voorstel handhaven. De heer COLSEN zou, alvorens tot «m- ming overgegaan wordt over het voorstel van den "heer Hamelink gaarne vernemen oi bur gemeester en wethouders niet eens kunnen on- derzoeken of er geen werk te vinden is iat men de menschen kan laten verrichten. Hy heeft al eens op een werk te Sluiskil gewezen, doch de raad heeft daarvan nog niets geooord. Te Sluiskil ligt een groote kreek er daar nevens een groote dijk, die naar hij meent we zou mogen worden af.gegraven. Als die dyk P-eslecht werd, kreeg men een mooie oppei- vlakte bouwgrond besohikbaar, waaraan te Sluiskil gebrek is. Hij vraagt of de heeren Hamelink envGeelhoedt hun voorstel met zou den kunnen intrekken en aan burgemeester en wethouders verzoeken te overwegen of er geen steun kan verleend worden in den vorm van werkverschaffimg. Hij verklaart het ovengen., eens te zijn met den heer Geelhoedt, dater vroeger bij lange na met zooveel bootwerkers waren. Hij zou gaarne zien, dat de commissie nog eens onderzocht wie in 1914 bootwerker waren. Deze zou hij zooveel mogelijk te werk willen stellen. Hij neemt aan, dat dit wel doer- iijk zou zijn. Het voorstel van den heer Fa- meldnk kan hij niet steunen. (Zie verder het Eerste Blad.>

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1926 | | pagina 8