e. Voor een levend of geslacht, niet af-
gehakt schaap, geit en veulen 0,50
f. Voor een l-evendof geslacht, niet
afgehakt varken 0,75
g. Voor een levemd of geslacht paard 2,
Bij afkeuring is geen keurgeld verschuldigd;
en zal het bedrag dat reeds betaald mocht zijn
worden teruggegeven.
Artikel 4. Aan het slot van dit artikel wordt
de volgende alinea toegevoegd:
„Tenzij het vleesch wordt ingevoerd als ge
slacht geheel of half dier of als vierendeel, in
welk geval het in artikel 3 aangegeven bedrag
of het evenredig deel daarvan geheven zal
worden".
Artikel 6. Het woord keurmeesters wordt
vervangen door „keuringsveeartsen".
2e. De gemeenteraad van Ter Neuzen,
Gehoord een voorstel van burgemeester en
wethouders,
b e s 1 u i t
In de verordening op de invordering van
loon voor het keuren van vee en vleesch in de
gemeente Ter Neuzen, vastgesteld in de raads-
vergadering van den 20 Januari 1921 de vol
gende wijzigingen aan te brengen:
In de artt. 1, 2, 3 en 4 worden de woorden
keurmeester(s) vervangen door de woorden
„keuringsveearts(en)
Deze wijzigingen treden in werking, met in-
gang van den dag, volgende op dien waarop de
Koninklijke goedkeuring zal zijn verkregen.
De VOORZITTER, het voorstel nader toe-
lichtende, deelt mede dat burgemeester en wet
houders geen bezwaar hadden vette kalveren
te schrappen, aangezien een kalf, dat wegens
zijn zwaarte niet onder c valt onder rubriek b
wordt gebracht. Ook is er geen bezwaar tegen
dat van afgekeurd vee keurloon wordt terug
gegeven, aangezien ook thans practisch voor
afgekeurd vee geen keurloon wordt betaald.
Evenmin bestaat er bezwaar om in plaats van
keurmeester te schrijven „keurings-veearts''.
Tegen de slotbepaling van artikel 4 hadden
burgemeester en wethouders ook geen bezwaar.
al heeft dit geen practisch effect, aangezien
vleesch, dat van elders wordt ingevoerd, en
reeds gekeurd is, in deze gemeente niet meer
gekeurd wordt.
De heer COLSEN zou wenschen, dat een tijd-
stip en plaats werd bepaald waarop van elders
ingevoerd vleesch ter keuring kan worden aan-
geboden. Hij heeft vemomen, dat er hier ook
nog ongekeurd vleesch wordt ingevoerd. De
menschen weten ook niet, waar ze er mee naar
toe moeten. Er wordt echter niet naar geke-
ken en ze zeggen: in Ter Neuzen zijn we in
dit opzicht vriigevochten.
De VOORZITTER dankt voor die mededee-
ling en zal maatregelen overwegen om hderin
verbetering te brengen.
Het voorstel wordt aangenomen met alge-
meene stemmen.
8. Subsidie voor eene te houden Landbouw-
tentoonstelling.
Ingekomen is een adres van het bestuur van
den kring Axel der Zeeuwsche Landbouwmaat-
schappij, waarin wordt te kennen gegeven het
voornemen tot het houden eener landbouwten-
toonstalling te Axel in het jaar 1926.
Deze tentoonstelling wordt georganiseerd in
samenwerking met de gewestelijke afdeeling
Zeeuwsch-Vlaanderen Oostelijk deel van den
CShristelijken Boeren- en Tuindersbond en' zal
gehoudep worden op Donderdag 24 en Vrijdag
25 Juni e.k.
Het doel dezer tentoonstelling is een beeld
te geven van de ontwikkeling van den land-
bouw in den meest uitgebreiden zin. De ten
toonstelling zal bestaan uit de volgende afdee-
1 in gen:
1. Paarden. 2. Hoefbeslag. 3. Rundvee. 4.
Varkens. 5. Schapen. 6. Geiten. 7. Pluimvee
en konijnen 8. Bijenteelt. 9. Zuivelbereiding.
10. Akkerbouw en gewassenkeuring. 11. Tuin-
bouw. 12 Landbouwindustrie en -werktuigen
(waaronder electriciteit). 13. Landbouw-
wetenschap. 14. Landbouwhuishoudkunde. 15.
V ereenigingswezen.
Het behoeft wel geen nader betoog van welk
een groot nut een dergelijke tentoonstelling
kan zijn, niet alleen voor den landbouw als den
meest nabijibetrokkene, doch ook voor de be-
trokken streek in het algemeen. Zoo'n ten
toonstelling toch laat zien, wat de landbouw
in al zijn geledingen in onze streek vermag en
is een uitstekende reclame voor den afzet van
zijn producten.
Waar deze gemeente zoo nauw bij den land
bouw in ons gewest betrokken is, en haar wel
en wee ten nauwste met dat van den landbouw
samenhangt, vertrouwen adressanten, dat de
gemeenteraad zich wel voor deze tentoonstel
ling zal interesseeren.
Het bestuur zou het dan ook ten zeerste op
prijs stellen, indien de raad van z;jn mede-
leven met den landbouw blijk zou willen geven
door het beschikbaar stellen van eenige sub
sidie, .'t zij in den vorm van geld of van me-
dailles.
Burgemeester en wethouders, overwegende
dat onze gemeente nauw bij den landbouw is
betrokken en dat het slagen van deze tentoon
stelling als een algemeen belang moet worden
beschouwd stellen voor eene subsidie te ver-
leenen van f 25.
De heer D. SCHEELE wijst er op, dat er
voor het organiseeren van een dergelijke ten
toonstelling veel geld noodig is. Men moet
uitgaven doen voor reclame, voor inrichting
van terrein en vele andere doeleinden en een
tentoonstelling als deze is niet alleen voor
Axel van foeteekenis, doch ook voor de geheele
omgeving, en spreker zou daarom gaame heb-
ben gezien, dat burgemeester en wethouders,
die het belang dat deze tentoonstelling ook
voor ons heeft erkennen, in hun voorstel iets
milder waren geweest. Het is een belangrijke
zaak. Er komen daar koopers uit verre oor-
den en het is van groote beteekenis voor ons
gewest, Zeeuwsch-Vlaanderen op zijn best te
doen uitkomen, opdat het ook buiten Neder-
land goed bekend wordt om hetgeen hier te
krijgen is. Hij zou daarom gaarne zien, dat de
subsidie verhoogd werd tot f 50. Hij heeft
gezien, dat gemeenten als Koewacht en Zuid-
dorpe 25 geven. Hoe durft men dan. voor
Ter Neuzen daarmede af komen? Hij acht het
voorstel wat te eng.
De heer COLSEN zou nog verder willen
gaan en voorstellen 100 te geven, evenwel
onder een zekere voorwaarde, dat ze een vol
gende maal ook eens naar Ter Neuzen komen.
Dat behoeft nu toch niet altijid in Hulst of
Axel te zijn? Als het nu over een jaar of 3
weer is zooals hij meent dat het geval izoi<
hij ook Ter Neuzen wel eens willen zien aan-
gewezen. Er zijn hier toch ook terreinen ge-
noeg' waar het kan plaats hebben. Hij acht
het voorgestelde bedrag te laag. Men zie maar
eens dat Boschkapelle f 50 geeft.
De heer D. SCHEELE wijst er voor wat de
plaats der tentoonstelling op, dat men uit Axei
500 en het terrein presenteerde en dat de
vereeniging daarmede natuurlijk rekening
houdt.
De heer VAN CAD SAND kan wel meegaan
met het voorstel van den heer D. Scheele. doch
heeft bezwaar tegen het door den heer Col sen
voorgestelde viervoud van het door burgemees
ter en wethouders voorgestelde bedrag, in ver-
band met onze berooide gemeentekas. Men
moge dan in Axel ook royaal geweest zijn,
daar Staat de kas er misschien beter voor dan
hier. Hij acht f 50 voldoende.
De heer HAMELINK wijst op een blijkbaar
veranderd standpunt van burgemeester en
wethouders. Toen het vorig jaar te Driewegen
een fokdag werd gehouden en om eene subsidie
werd gevraagd stelden burgemeester en wet
houders voor dat verzoek af te wijzen, omdat
daarbij geen gemeentebelang betrokken was en
de geheele raad, uitgezonderd de heer Colsen,
heeft zich daarmede vereenigd. Is deze ten
toonstelling, die in Axel gehouden wordt, vooi
onze gemeente ineens zooveel belangrijker in
de oogen van burgemeester en wethouders
Hij ducht in dit opzicht in de toekomst moel-
lijkheden. Het is mogelijk, dat deze tentoon
stelling een streekbelang is, doch hij meent,
dat dan een fokdag toch ook van belang moet
genoemd worden, aangezien daar toch ook koo
pers en verkoopers samen komen. In verband
met hetgeen zij daaromtrent destijds als be
zwaar hebben aangevoerd, zullen burgemeester
en wethouders de gronden voor hun veranderde
houding moeten aantoonen, want die van thans
verschilt hemelsforeed met de vroegere.
De heer VAN CADSAND geeft te kennen,
dat een tentoonstelling ook dag en nacht ver
schilt met een fokdag, die in een bepaalde
streek of buurt wordt gehouden. Bij de laat-
ste bepaalt het bezoek zich hoogstens tot per-
sonen uit omliggende gemeenten, maar bij een
tentoonstelling komt men van verre, zelfs uit
het buitenland, waardoor men. ook in het bul-
tenland ingelicht wordt omtrent het materiaal
dat hier aanwezig is, hetgeen van groot be
lang is.
De heer DE JAGER deelt, mede, dat de voor-
zitter afwezig was in de vergadering van bur
gemeester en wethouders, toen dit verzoek aan
de orde kwam; ware die tegenwoordig geweest,
mogelijk ware dan een ander bedrag voorge-
steld. Burgemeester en wethouders hebben
overwogen, dat het comite vroeg eene subsidie
of eene medaille. In verband met de mede-
deelingen in de vorige raadsvergadering, waar-
uit bleek, dat we financieel een beetje in de
misere zitten, hebben burgemeester en wethou
ders zich niet kunnen onttrekken aan het ge-
voel, dat ze moeten beginnen met op de klein-
tjes te passen en hebben daarom gezegd: laat
ons 25 voorstellen.
Een fokdag heeft niet het belang eener ten
toonstelling, daar zij een geheel andere be
teekenis hebben en ook slechts eene buurt be-
strijken. Na Driewegen kan men ook wel fok-
dagen instellen te Sluiskil en op 't Zwaantje.
Men zou die toch niet alle kunnen gaan steu-
nen, dat zou geen raison hebben. Het is op
grond daarvan dat burgemeester en wethou
ders op grond van een voorzichtig beleid voor
stellen f 25 te geven.
De heer VAN CADSAND zou na deze toe-
licfhting zijn principe willen wijzigen. Het co
mite vraagt eene subsidie of een medaille. Hij
meent, dat men dan met f 25 kan. volstaan
aangezien men daarvoor wel een medaille kan
koopen.
De heer D. SCHEELE: Ook een gouden
De VOORZITTER: Ze vragen subsidie of
medailles!
De heer VAN CADSAND komt tot zijn con-
clusie op grond der motieven van de zijde van
burgemeester en wethouders aangevoerd, dan
krijgen ze meer dan ze vragen.
De heer D. SCHEELE wil dan zijn voorstel
wijzigen en stelt voor te geven 50 subsidie en
een zilveren medaille.
De heer COLSEN zou het f 100 willen laten
en dan moeite willen doen om het een volgen
de maal ook eens in Ter Neuzen te krijgen.
Hij kan in verband met belang dat de ge
meente er bij heeft gerust gelooven, dat Axel
500 heeft durven geven. In verband met de
besprekingen merkt hij nog op, dat verschillen-
de leden ook niet op de hoogte zijn van den
fokdag te Driewegen. Men had eens moeten
zien hoeveel vee daar aangevoerd was. Hij
vertrouwt dat, indien daar weer eens een fok
dag gegeven wordt, men er anders over zal
denken.
De VOORZITTER vraagt of het voorstel-
Golsen wordt gesteund.
Dit blijkt niet het geval, zoodat dit geen
"punt van beraadslaging kan uitmaken.
De VOORZITTER vraagt, of het voorstel-
D. Scheele wordt gesteund.
De heer COLSEN verklaart dit te steunen,
doch had verwacht, dat de heer D. Scheele het
zijne wel zou hebben gesteund.
Deze erkent, flat hij dat wel had kunnen
doen, doch hij meende, dat het toch geen kwes-
tie moet worden van opbieden en dat wellicht
zijn voorstel meer kans van slagen heeft dan
dat van den heer Colsen.
In stemming gebracht wordt het aangeno
men met 7 tegen. 6 stemmen.
Voor stemmen de heeren D. Scheele, Verlin-
de, Freriks, Colsen, Hamelink, Van Driel en
Van Riet; tegen stemmen de heeren Van Aken,
Van Cadsand, Geelhoedt, R. Scheele, Van Dijke
en De Jager.
9. Vaststelling rooilijn.
Burgemeester en wethouders, overwegende
dat het wenschelijk is een rooilijn vast te stel
len aan den weg loopende van Driewegen
langs den weg van den Hoogen Dijk, tot de
Oud-Zevenaarpolderstraat II en verder langs
bedoelde straat over de voile lengte,
stellen voor de rooilijn vast te stellen zooals
op de bij dit voorstel behoorende teekening in
rood is aangegeven.
Het voorstel wordt met algemeene stemmen
aangenomen.
10. Verzoek van de stoomvaartmaatachappr)
Zeeland te Vlissingen om subsidie vooi
uitgave van een gids voor Zeeland.
Ingekomen is een adres van de Stoomvaart-
maatschappij „Zeeland" te Vlissingen, die
daarin te kennen geeft, dat, ter bevordering
van het vreemdelingenverkeer naar de pro-
vincie Zeeland door haar in samenwerking met
de Algemeene Vereeniging ter Bevordering
van het Vreemdelingenverkeer in Den Haag
uitgeven een boekje over de provincie Zeeland.
De verspreiding daarvan zal zoo nauwkeurig
mogelijk worden geregeld en gratis geschieden.
Aan dit boekje hebben alle bestaande afdee-
lingen der bovengenoemde vereeniging in Zee-
land kunnen medewerken.
Getracht wordt een zeer fraai ge'illustreerd
boekje in handig formaat uit te geven. Het
wordt intusschen veel grooter dan oorspronke-
lijk gedacht is, waardoor de kosten belangrijk
zijn gestegen. Zij hoopt biermede echter ook
te bereiken, dat de effectiviteit te grooter zal
zijn. Zij hebben de eer den raad uit te noodi-
gen deze uitgave te willen steunen met een
flinke subsidie. Verschillende der in het boekje
speciaal genoemde plaatsen in Zeeland zijn
reeds voorgegaan om een subsidie toe te ken
nen voor dit doel. Zij hoopt, dat de uitgifte
van dit boekje aan de geheele provincie en
ook aan deze gemeente ten goede zal komen.
Hiertoe worden gedrukt 50.000 exemplai'en In
de Engelsohe taal en 10.000 in het Neder-
landsch plus Fransch. Van de uitgifte ook in
de Duitsche taal zal vermoedelijk wegens te
hooge kosten dit jaar moeten worden afgezien.
Zij zal echter ook ^e dien opzichte diligent
blijven. Zoodra zij proefdrukken van het boek
je heeft, zal zij een exemplaar doen toekomen.
Zij is met erkend goede schrijvers in onder-
handeling om uit de door haar in overleg
met de genoemde afdeelingen geleverde bij-
zonderheden een gemakkelijk leesbare beschrij-
ving te doen samenstellen.
Burgemeester en wethouders stellen voor op
dit verzoek afwijzend te beschikken.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
11. Wijziging voorwaarden voor gebruik
van eeh lokaal van school D.
Van den heer VAN CADSAND is een schrij
ven ingekomen, waarin deze naar aanleiding
van het raadslbesluit van 27 Maart 1924, in
welk besluit is bepaald, dat de gemeente be
schikbaar stelt een leegstaand lokaal van
school D te Sluiskil, voor het houden van ver-
gaderingen. en het geven van uitvoeringen, te
kennen geeft, dat, aangezien in genoemd be
sluit geen dagen of uren zijn bepaald voor het
houden der vergaderingen of het geven van
uitvoeringen, hij voorstelt, gezien voomoemd
raadsbesluit, dat te herzien en te bepalen, dai
burgemeester en wethouders op alle werkdagen
daarvoor vergunning kunnen verleenen.
Burgemeester en wethouders stellen naar
aanleiding daarvan voor het volgende besluit te
nemen
De gemeenteraad van Ter Neuzen;
gezien het op 10 Februari 1926 ingekomen
voorstel van den heer P. van Cadsand, tot wij
ziging van het raadsbesluit d.d. 27 Maart 1924,
No. 659, houdende vaststelling van de voor
waarden waaronder een der l^egstaande loka-
ien van school D te Sluiskil kan worden inge-^
bruik genomen en wel in dien zin, dat daarin
wordt opgenomen, dat burgemeester en wet
houders op alle werkdagen daarvoor vergun
ning kunnen verleenen,
overwegende, dat het wenschelijk is deze
bepaling op te nemen,
gehoord een voorstel van burgemeester en
wethouders,
besluit:
Artikel 1 van het raadsbeshiit van 27 Maart
1924, no. 659 te wijzigen als volgt:
„De gemeente stelt het. lokaal op alle werk
dagen, zoo noodig verlicht en verwarmd, ter
,,'oeschikking van de vereenigingen en corpo-
„raties, die zulks verzoeken, voor het houden
„van vergaderingen en het geven van uitvoe
ringen."
De heer COLSEN geeft te kennen, dat hij
zich met het voorstel zooals het daar ligt niet
kan vereenigen. Het zou dan absoluut onrno-
gelijk zijn om daar op Zondag vergaderingen
te houden. Np moge dit bij de anti-revolutio-
nairen wel geen gewoonte zijn, maar wij, ka-
tholieken zegt spreker houden zelfs onze
kiesvergaderingen bij voorkeur op Zondag. Hij
zou wel een voorstel 'kunnen steunen waarin
dan bepaald wordt, dat de lokaliteit niet mag
beschikbaar gesteld worden voor na kerktijd,
nl. des numiddags half dcie uur.
De heer HAMELINK wil, als de voorsteller
zelf er niets over te zeggen heeft, wel een en
ander opmerken. Toen hij dit voorstel las,
heeft hij terstond begrepen, dat het de bedoe-
ling was een zekere beweging te treffen.. Hij
vindt het kleinzielig, dat een lid van den raad
tracht eene partij met wier beginsel hij niet
instemt op zoodanige wijze te bemoeilijken,
teneinde haar te beletten haar beginselen ter
plaatse te uiten. Hij wil het feit, dat tot dit
voorstel aanleiding gaf buiten bespreking
laten, want hij ziet in dit voorstel een uiting
van veel verdere strekking, en wel deze, dat
het er om gaat of ook op Zondag gebruik kan
worden gemaakt van openbare instellingen die
er zijn ten dienste van het publiek en dat eene
fractie gebruik makende van eene toevallige
meerderheid het anders denkend deel van de
bevolking op Zondag, dat gebruik wil ontzeg-
gen, omdat haar dat gebruik niet welgeval-
lig is.
Hij wil er echter op wijzen, dat zulks voor
die fractie ook een tweesnijdend zwaard zou
kunnen worden. De meerderheid kan om de 4
jaar wisselen. Er is tot nu toe, toen de vrij-
zinnigen in de meerderheid waren, wel dege-
lijk rekening gehouden met de begrippen en
opvattingen der kerkelijke fracties en er werd
gezorgd, dat de kerkelijke samenkomsten op
Zondag niet door muziek als anderzins werden
gehinderd, er mocht bij de kerken niet worden
gespeeld. Hjj meent,. dat dit ten voile kan
worden gewaardeerd, en het bewijst, dat men
ook rekening hield met andersdenkenden. Als
nu echter de tegenwoordige meerderheid blijk
zou geven alles precies naar hare hand te wil
len zetten, zonder rekening te houden met de
opvattingen der minderheid, en wel een sterke
minderheid, dan ontstaat toch de mbgelijkheid,
dat, indien de kaart weer eens gekeerd is, die
houding ook anders zal worden. Spreker zou
dat wel niet goedvinden en daar in het alge
meen geen medewerking aan willen verleenen,
maar hij kan zich toch indenken, dat men nan
allicht ook eens zou willen laten gevoelen hoe
het gaat indien een meerderheid haar gang
gaat zonder rekening te houden met anderer
meening.
Men heeft hier een gemengde bevolkmg en
spreker is van oordeel, dat men de verschillen
de richtingen in de gelegenheid moet stellen
zich uit te leven, voor zoover ze dat doen zon
der publieke stoornis te verwekken. De heer
Van Cadsand denkt er echter anders over en
zegt: u zult des Zondags doen en leven zooals
wij dat wenschen, en hetgeen niet in onzen
geest is zullen wij beletten.
Dat is niet verdraagzaam tegen anders
denkenden. Spreker zou de laatste zijn anders
denkenden td bemoeilijken, maar ziet er toch
in, dat dergelijke uitingen aanleiding zouden
kunnen geven tot exeessen van andere zijde.
Het is toch ook niet denkbeeldig, dat de vrij-
zinnigpn het noodig zouden kunnen aehten hier
of daar op open terrein van hun opvattingen
te doen blijken, en daarvoor gebruik zonder
moeten maken van gemeenteterrein. Thans
wordt voorgesteld te bepalen, ctet burgemees
ter en wethouders zelfs het vroegere school-
lokaal van school D op Zondag zullen moeten
weigeren, omdat het gebruik daarvan niet naar
den zin is van den voorsteller.
Het voorbehoud dat de heer Colsen daarvoor
maakt stelt de zaak ook niet zuiver. Spreker
meent, dat er geen onderscheid behoort te wor
den gemaakt of men al of niet gedurende
kerktijd vergadert. Bovendien, met het denk-
beeld van den heer Colsen komt men er niet.
Te half drie uur in den namiddag is de kerk-
tiiid voor de Roomsch-Katholieken wel voorbij
doch niet voor andere gezindten. -
De heer COLSEN: Voor de Protestanten
toch ook
De heer HAMELINK: Niet op Sluiskil; ik
kan er ook nog op wijzen, dat er b.v. in de
Vlooswijkstraat en in de Kerkhoflaan ook nog
des avonds godsdienstoefening gehouden wordt.
Ik acht het heel gevaarlijk om een zoodanige
regeling te maken. Het behoort te gaan over
het principe, of gemeenteeigendommen, die
voor zeker doel zijn beschikbaar gesteld, ook
des Zondags disponibel zullen zijn voor hen die
er dan gebruik van. willen maken. Men be
hoort de zaak te houden in d^ groote lijnen; het
geldt hier een voorstei waarbij beperkende
maatregelen worden voorgesteld om tegen-
standers te belemmeren in hunne uitingen. Ik
acht het zeer verkeerd, dat eene toevallige
meerderheid zulke maatregelen doorvoert ter
belemmering van een in elk geval sterke min
derheid.
De heer D. SCHEELE meent, dat men den
heer Van Cadsand in deze niet mag beschuldi-
gen gebruik te willen maken van zijn macht,
teneinde anderen in hun uitingen te belemme
ren. Men moet aannemen, dat zijn beginsel er
zich tegen verzet, dat van het vergaderlokaal
een zoo onfoelemmerd gebruik wordt gemaakt,
dat daar ook tijdens kerktijd vergaderingen
gehouden worden en men moet dat beginsel
respecteei en. Hij acht heelemaal geen aanlei
ding om daartegenover te stellen, dat de andere
partijen, wanneer ze daarvoor weer in de ge
legenheid kwamen, met dezelfde munt zouden
betalen. Het betreft hier een openbaar gebouw
en waar de heer Hamelink er op wijst, dat men
misschien ook wel eens gebruik zou willen
maken van openbaar terrein, spreekt hij de ver-
wachting uit, dat burgemeester en wethouders
dat niet zouden toestaan. De kerkeraden den
ken er toch ook niet over om b.v. op de Markt.
te gaan vergaderen? Die bijeenkomsten be-
hooren in een kerk te worden gehouden. Ook
de andere partijen kunnen zich uitleven, doch
zegt spreker blijft dan ook van het open
baar terrein af. De overheid is z.i. verplicht
van openbaar terrein te weren hetgeen anderen
aanstoot kan geven. Voorts hebben burge
meester en wethouders ook rekening te houden
met de Zondagswet. En wanneer spreker en
zijn medestanders streven naar Zondagsrust en
Zondagsheiliging op openbaar terrein, gelooft
hij niet, dat daardoor eenigen druk wordt ge-
legd op andersdenkenden.
De heer VAN CADSAND wenscht, al is het
dan. misschien te elfder uur, ook nog iets te
zeggen over zijn voorstel. Hij spreekt in de eer-
ste plaats zijn dank uit tegenover burgemeester
en wethouders, die zijn voorstel hebben over-
gen omen. Dat het bestrijding zou hebben on-
dervonc in van den heer Hamelink, had hij wel
verwacht. Spreker is bij het doen van zijn
voorbtel uitgegaan van tie overweging, dat de
algemeene geest der bevolking er niet voor is,
dat het vergaderlokaal op Zondag beschikbaar
wordt gesteld, en als men. nagaat, dat men op
zoo'n vergadering maar 10 bezoekers krijgt,
blijkt ook wel, dat de algemeene.geest er niet
voor is.
Dat de heer Colsen niet voor dit voorstel Is,
is best mogelijk, hoewel toch verschillende van
diens partijgenooten hun afkeuring over het
gebeurde te kennen gaven, en niet alleen in die
kringen, maar in atle kringen vond het afkeu
ring, ook in de vergadering van Volksonder-
wije. Dat heeft spreker alles versterkt in zijn
voornemen dit voorstel in te dienen.
En of de heer Hamelink dit nu kleinzielig-
heid of kleingeestigheid noemt, daarop zal hij
niet verder ingaan, maar wil er wel op wijzen,
dat hij dit voorstel geheel zelfstandig en in voi
le vrijmoedigheid heeft ingediend, al is het ook
c'.at het vermoeden werd liitgesproken, dat dit
voorstel afkomstig znu zijn van den gemeente-
secretaris, omdat spreker dat zelf niet zou kun
nen, aangezien hij geen schriftelijk voorstel
zou kunnen doen.
De heer VAN DRIEL: Daarvan heb ik bij
de besprekingen niets gehoord!
De heer VAN CADSAND kan den gemeente-
secretaris tot getuige roepen, dat het gezegd is.
De heer VAN DRIEL: Geen mensch heeft
er hier iets van gezegd.
De heer VAN CADSAND: Men kan ook
vrafe-en-der wijze iets te kennen geven. Ik meen
de dit ook nog even in het midden te moeten
brengen, Ik heb het voorstel gedaan uit prin
cipe en in de wetenschap, daarmede te hanue-
len in den geest van het overgroote deel der
buurtschap Sluiskil en ik hoop, dat op grond
daarvan zelfs ook de heeren Hamelink en Col
sen zullen kunnen voorstemmen.
De heer FRERIKS geeft te kennen, dat hij
het voorstel zelf niet kan goedkeuren. Nu is
het wel mogelijk, dat de heer Van Cadsand
blijkens zijn mededeeling van zooeven zelf met
zijn redactie zeer ingenomen is, doch voor spre
ker is de bedoeling niet geheel duidelijk. Hoe
moet het begrepen worden, dat het lokaal alle
werkdagen beschikbaar moet worden gesteld
Hoe was de vroegere regeling Spreker meent,
dat dit toch thans ook reeds alle werkdagen
beschikbaar is. Als het de bedoeling was ge
weest om het uitsluitend op werkdagen be
schikbaar te stellen, ware toch duidelijker ge
weest am te bepalen, dat het op Zondag niet in
gebruik mocht gegeven worden, dat ware dan
duidelijker geweest.
De heer COLSEN verklaart er zich niet mede
te kunnen vereenigen, dat het lokaal den ge-
heelen Zondag aan het gebruik zou worden
onttrokken. Men moet in aanmerking nemen,
dat de toestand te Sluiskil heel anders is dan
in Ter Neuzen. Ook spreker heeft het ten
strengste afgekeurd, dat daar des voormiddags
half 11 een yergadering werd aangekondigd,
waarin als spreker zou optreden de heer Drop,
christen-socialist. Ja, zoo werd de spreker in
een strooibiljet aangekondigd. De Katholieken
kunnen dan althans 's morgens nog naar de
kerk gaan. Hij wenschte er daarom aan tege-
moet te komen, door te bepalen dat het gebruik
van af half 3 's namiddags mag plaats hebben.
De heer VAN DRIEL had liever gezien, dat
er voor hem geen aanleiding was geweest in
deze iets te zeggen. De heer Van Cadsand
heeft die echter uitgelokt, door iets in het
debat te brengen, waarvan hier niets te hooren
was, omdat het ook niet gezegd is. Dat kwam
hier niet te pas, met hetgeen misschien buiten
de vergadering gezegd is, hebben we hier niets
te maken. De heer Hamelink heeft het optre
den van partijgenoot Drop er liever maar bui
ten gehouden, doch spreker wil daarvan wel
iets zeggen en er den heer Van Cadsand op
wijzen, dat er naar zijn meening geen enkele
gegronde reden kan worden aangevoerd, waar-
om de heer Drop niet in de gelegenheid zou
worden gesteld de beginselen van zijn
Christendom ook op Zondag in eene openbare
bijeenkomst uiteen te zetten, ook al gesehiedi
dit zelfs op een tijdstip dat andere voorgangers
hun leer van het Christendom prediken. De
heer Drop is iemand van christelijke levensop-
vattingen, waaromtrent men .in zijn, vroegere
woonplaats, Vlaardingen, kan informeeren, en
wiens geheele leven daarvan ook getuigenis af-
legt. Spreker meent, dat juist de Zondag dp
geeigende dag is, om voor die beginselen pro
paganda te maken, en hij ziet er geen verschil
in of dit geschiedt door iemand als de heei
Drop of door de voorgangers in de gemeenten
waartoe de heer Van Cadsand behoort, want die
zijn als predikant toch ook maar te beschouwer
als kwakzalvers, aangezien zij daarvoor niet
zijn opgekweekt, doch zichzelf hebben gevormd
volgens de bijbelleer, evenals dit ook met den
heer Drop het geval is, al is het dat deze daai>-
door gekomen is tot zijn socialistische stellin-
gen.
De heer HAMELINK verklaart met voor-
dracht die vergadering er buiten te hebben ge
houden, omdat hij gaarne wenscht beslist te
zien over het algemeene vraagstuk of het recht
is dat een meerderheid aan een sterke minder
heid zonder meer een verbod kan opleggen zich
uit te leven. De heer Van Cadsand kan dat een
breed standpunt noemen, maar spreker noemt
het kleinzielig, indien deze beletten wil, dat
des Zondags een spreker voor een gehoor een
onderwerp wil behandelen., dht hem niet kan
ambieeren. Hij betoogt, dat dit niet was in den
geest der bevolking van Sluiskil en dat er maar
een klein aantal ter vergadering was. Zeker,
sprekers partij had daar geen vergadering van
een 300 menschen verwacht
De heer VAN CADSAND Er waren er
maar 10!
De heer HAMELINK: Dat doet er niet toe;
ik herhaal, wij hadden geen groote opkomst
verwacht, omdat wij wel weten, dat in plaatsen
zooals Sluiskil, personen die op klaar licht dag
een vergadering van de S. D. A. P. bezoekt
daar op maatschappelijk gebied wel eens last
van zou kunnen hebben.
De heer COLSEN: Dat is niet waar!
De heer HAMELINK: Ja, dat is wel waar,
ik zou u daaromtrent kunnen inlichten! Het
was voor een vergadering niet het juiste uur.
In de eerste plaats, konden geen vrouwen ver
wacht worden, aangezien die juist op dat tijd
stip voor den middagpot moesten zorgen. Wij
hadden er echter toch idee voor, om ook in
Sluiskil eens een vergadering te willen hebben
en konden den spreker, die hier in Zeeuwsch-
Vlaanderen verschillende vergaderingen zou
leiden, op geen ander tijdstip ter beschikking
krijgen; hij was alleen op Zondagmorgen dis
ponibel.
Nu wenschte ik gaarne in groote lijnen uit-
gemaakt te zien, of nu een toevallige meerder
heid haar tegenstanders mag beletten voor
haar uitleven gebruik te maken van de open-
bare instellingen, die daarvoor zijn aangewe-
zen.. Hij acht dat standpunt klein en allermfrrst
getuigende van verdraagzaamheid.
Zooals ik al gezegd heb, ik zou geen voor-
stander zijn van represaillemaatregelen en men
mag die ook niet verwachten, omdat de vrijzin-
nigen, indien die aan het roer zijn, blijk geven
van veel grooter verdraagzaamheid.
Ik wil echter ook nog op een ander gevaar
wijzen, dat men bij aanneming van dit voorstel
bereiken zou, dat men n.l. de vergaderingen
dreef naar een cafe, hetgeen men juist altijd
zoo verderfelijk vindt en dat ook wel aanleiding
was om een lokaal van school D aan de be stem
ming te onttrekken en beschikbaar te stellen
voor vergaderlokaal.
De wenschelijkheid zou zich kunnen voor-
doen, dat er geregeld vergaderingen zouden
moeten worden gehouden omdat het in de groo
te steden ook reeds meer en meer blijkt, dat er
onder de arbeiders religieuze stroomingen
leven en aan den stroom leiding wordt gegeven.
Nu kan het wel zijn, dat de.kerkelijke menschen
daarin afbreuk zien voor hunne kerk. Doch,
mag de overheid zich daarmede bemoeien? In
dien het aanhangig voorstel wordt aangeno
men, zal het eenige zijn, dat op Zondag geen
gebruik kan worden gemaakt, van dat school-
lokaal. Ik voor ziet echter, dat ook te Sluiskil
de tijd wel komt, dat de S. D. A. P. kan be
schikken over een cafe lokaal, om haar woord
te doen hooren. En als men dan op Zondag ge
bruik moet maken van een herberg, spreekt het
van zelf, dat men dat lokaal ook gebruikt voor
de op werkdagen te houden vergaderingen. Men
tracht door het voorstel de S. D. A. P. neer te
sabelen, doch dit zal niet gelukken en er zal
uit voortvloeien een bevordering van het her-
bergbezoek, omdat men daarheen gedreven
wordt. Ik had dat alles buiten beschouwing
willen laten en mij liever bepalen tot de hoofd-
vraag of ook wij de vrijheid zullen blijven ge-
nieten om op Zondag te getuigen van de le-
vensopvatting die de onze is, evengoed als an
deren, dat ongestoord kunnen doen.
De heer Van Cadsand is er voor opgekomen
dat het .voorstel zou zijn van zijn eig-en redaeti»
hy is daar blijkibaar mede ingenomen. Ik wys er
echter op, dat de heer Freriks die toch niet zoo
duidelijk vindt. Ik heb het daarover echter niet
willen hebben. Voor mij is de hoofdzaak of wij
moeten leven zooals jullie je voorstellen, dat de
Zondag gevierd moet worden, dan wel of ei
voor andersdenkenden ook gelegenheid zal
openbljjven om zich op openbaar terrein ook te
doen hooren.
De heer D. SCHEELE herinnert, dat vroeger
gestreden is voor het verkrijgen van een vrijen
Zaterdagmiddag, onder aanvoering van het mo-
tief, dat men dan- gelegenheid had om te ver
gaderen en het vergaderen op Zondag kon ver-
vallen, en deze als rustdag voor lichaam en
geest kon worden gebruikt, waamaar men ook
verlangde, daar die dan in het midden van het
gezin kon worden doorgebracht. Nu heeft
men echter de vrije Zaterdagmiddag, doch
moet er de Zondag nog bij hebben. Spreker wil
niet afdingen op den heer Drop als christen.
Het is zeer goed mogelijk, dat deze een zeer
religieus standpunt inneemt, maar er is toch
verschil en er zal op den duur toch weJ strijd
komen tusschen het religieuse en het socialis
tische standpunt, aangezien dit laatste den
klassestrijd predikt, en dit niet het standpunt
was van den Christus.
Hij verdedigt den heer Van Cadsand nog-
maals tegen de beschuldigingen van den heer
Hamelink, als zou hij door zijn voorstel macht
willen uitoefenen tegenover andersdenkenden,
want hij is overtuigd dat de heer Van Cadsand,
ook al zou hij geen kans gezien hebben voor dit
voorstel hier een meerderheid te verwerven, hij
dit dan uit kracht van zijn beginsel toch zou
hebben gedaan. Het is bij hem een levens-
kwestie. En indien er onder de arbeidersklasse
een groote stmoming komt, die religieus onder-
richt wil ontvangen, zooals dat bij de kerkelijke
richtingen 'niet tot uiting komt, laat dan de
S. D. A. P. doen zooals de kerkelijke richtingen
en in een eigen gebouw samenkomen, doch er
geen openbaar terrein voor gebruiken. lede''
mag zich vrijelijk uitleven, doch doe dit °P
eigen terrein doch op Zondag geven wij onze
gemeentelijke terreinen en pleinen daarvoor
niet vrij, behoudens in zeer bijzondere gevailen.
Dat is sprekers opvatting en hij kan dan ook
zeer goed het voorstel steunen.
De heer VAN CADSAND geeft te kennen.
dat hij hier de redactie van zijn voorstel heeft
ter sprake gebracht, omdat het hem bekend is,
dat te kennen gegeven is, dat betwijfeld werd
of dit sprekers eigen werk zou zijn. Er werd
gezegd: dat is zeker het werk Van den secre-
taris, of: wie zou het dan, gedaan hebben. Hij
meent, dat zulke opmerkingen achterwege X>e-
hoorden te blijven. Hij is yroeger lid geweest
van een college waarbij van een lid ook wel
eens brief jes binnen kwamen die minder in den
vorm waren, doch daarvan lekte nimmer iets
uit naar buiten.
De VOORZITTER meent, dat, nu de leden
zich ruimschoots hebben kunnen uitspreken het
gepast is, dat hij een slotwoord spreekt. In de
eerste plaats bespreekt hij de opmerkmg van
den heer Van Cadsand, met betrekking tot de
redactie van het voorstel. Het schrijven van
den heer Van Cadsand is bij burgemeester en
wethouders ingekomen en het spreekt van ze'f,
dat dit, aangezien deze niet beschikte over de
noodige gegevens, d.w.z. de bestaande voor
waarden, die wijziging niet geheel in den vorm
kon aangeven. Hij omschreef echter zijn be
doeling, en dan is het de taak van den ge-
meente-secretaris of laat spreker liever zeg
gen: de taak van het personnel ter secretary
de zaken geheel in den noodigen. vorm voor te
bereiden.
De heer HAMELINK Maar ik heb daarvan
•niets gezegd!
(Zie verder het Eerste Blad.)