66e Jaargang ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. BEPEHKIFG BEPERmG Het huis van den zonderling, No 7867. Maandag 25 Januari 1926. eigenaars of beheerders van Paarden. i ABONNEMENTSPRIJS RAADSVERGADER1NG. r KUILLKTOV. Telefoongesprekken. 8 tinTi l AMD. mat Voo- binnen Ter Neuzen f 1,40 per 3 maanden - Voor buiten Ter Neuzen fr. per post f 1,80 per 3 maanden - Bij vooruitbetaling fr per post f«,60 perjaar - Vmr Ned Indie en Amerika 2,70 per 3 maanden - Voor 't overig buitenland 3,35 per 3 maanden - Abonnementen voor't buitenland alleen bij vooru.tbetal.ng, van het vervoer van vrachten op de wegen in ondeihoud bij het Fijk, Door den Commissaris der Koningin in Zeeland is, krachtens art. 3 der wet van 6 April 1869 (Staatsblad no. 39) op voordracht van den Hoofdingenieur-Direeteur van den Riikswaterstaat in de directie Zeeland, het vervoer van vrachten op de bij het Rijk in onderhoud zijnde wegen langs het kanaal van Neuzen, tusschen Sluiskil en Axel en langs het zijkanaal naar Hulst beperkt in dier voege als bepaald is in zHne besluiten van 21 September 1900 A no. 599, 2de afdeeling (Provinciaal blad no. 117) en van 9 Februari 1917 A no. 80, 2de afdeeling (Provinciaal blad no. 10). Deze beperking gaat in met middernacht tusschen 24 en 25 Januari 1926. Afgekondigd te Ter Neuzen den 23 Januari 1926, des namiddags te 3 uren. De Burgemeester, J. HUIZINGA. van het met beladen voertuigen berijden van Kunstwegen, niet in onderhoud bij het Rijk. De Burgemeester der Gemeente TER NEUZEN, kondigt op last van Gedeputeerde Staten aan, dat het VERBOD, bedoeld in art. 79 van het Reglement op de wegen en voetpaden in Zeeland, in deze gemeente ingaat met middernacht tusschen 24 en 25 januari 1926. Afgekondigd te Ter Neuzen, den 23 Jan. 1926, des namiddags te 3 uren. De Burgemeester, J. HUIZINGA. LUST De Burgemeester van TER NEUZEN maakt bekend, dat gedurende de maand Februari ter Secretarie voor een ieder ter inzage is nedergelegd de alphabethische lijst, bevat- tende de namen der in deze gemeente metter- woon gevestigde eigenaars of beheerders van een of meer ter vordering en ter keuring aan te bieden paarden, opgemaakt ingevoige artikel 17 van het Inkwartieringsbesluit. Ter Neuzen, 25 Januari 1926. De Burgemeester voornoemd, J. HUIZINGA. Van ERICH EKENSTEIN. 28) (Vervolg.) Volg die auto die net wegrijdt, maar pas op, dat we niet opgemerkt worden. Ik betaal dubbel of driedubbel, als de zaak in orde komt. Maar niemand mag ons zien. De chauffeur wierp een blik op de an- dere auto, waarin hij alleen een dame zag en glimlachte. Aha, twee jaloersche vrouwen, dacht hij. Toen leqde Heidy een plotselinge ingeving volgend haar hand op zijn arm en zei met bevende stem: Toe help mij, dat we ze niet uit het oog verliezen. Er hangt zooveel van af. De man zag door haar kleeding niet, of hij met een deftige dame te doen had, noch of ze mooi was, Maar hij merkte het beven van haar hand en den blik van haar diepblauwe oogen en plotseling voelde hij zich gedrongen om haar te helpen. Hij schoof haar vlug in den wagen en nam op de stuurbank plaats. Ik zal mijn best doen, juffrouw. Wees maar niet bezorgd. Niemand zal •»s zien. Toen suisde de wagen met groote saelheid de andere auto na, die naar de Tkiester straatweg reed en daar afsloeg Jiaar Weenen. Heidy had nog noodt in een automobiel gezeten. Voor haar die zoo weinig ge- wend was, was dat steeds een onge- hoorde luxe geweest. Sinds ze echter een deel van haar ka- Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN, brengen ter kennis, dat, op het telefoonkaritoor te Sluiskil van des avonds 9 tot des voormiddags 8 onr, ge- legenheid bestaat telefoongesprekken te voeren met Ter Neuzen, voor wat betreft dsktegevallen van menschen en dieren. Belanghebbenden kunnen zich in de boven- staande" uren bij den kantoorhouder te Sluiskil vervoegen. Ter Neuzen, den 25 Januari 1926. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. B. 1. ZONNEVIJLLE, Secretaris. DE KABINETSCRIS1S. Dr. J. Th. de Visser heeft Zaterdag- ochtend aan de Koningin ontheffing ver- zocht van zijn opdracht tot vorming van een kabinet. Hare Majesteit heeft daarop den voor- zitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal, Jhr. Mr. Ch. J. M. Ruys de Beerenbrouck, ontvangen, en vervolgens, in den namiddag, Mr. J. Limburg, lid van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland aan wien H. M, de samenstelling van een extra-parlementair kabinet heeft opge- dragen. Mr. Limburg heeft verzocht, deze op dracht in beraad te mogen houden. Mr. J. Limburg is in 1890, na promotie te Leiden, advocaat geworden. Hij werd in 1897 benoemd tot rechter-plaatsver- vanger in de rechtbank te 's Gravenhage en in 1903 tot lid van het algemeen col lege van toezicht op de rijksopvoedings- gestichten. In 1904 werd hij lid van de Staten van Zuid-Holland en 1907 lid van Ged. Sta ten van Zuid-Holland, welke functie hij op het oogenblik nog bekleedt. Mr. Limburg, die de vrijzinnig-demo- cratische beginselen is toegedaan, werd in 1905 gekozen tot lid van de Tweede Kamer en bleef dit onafgebroken tot 1918. Als lid dier Kamer nam hij het ini- tiatief tot het wetsvoorstel, waardoor het mogelijk werd gemaakt, dat men zonder Latijn en Grieksch te hebben gestudeerd. promoveerde tot doctor in de genees- kunde en de wis- en natuurkunde, wan- neer men eind-diploma H. B. S. bezat. Als lid van de staatscommissie onder voorzitterschap van wijlen den vice-pre sident in den Hoogen Raad Mr. S. Gra- tama heeft hij een belangrijk aandeel ge- had in het samenstellen van een ontwerp van een nieuw wetboek van burgerlijke rechtsvordering. Mr. Limburg is voorzitter van de staatscommissie voor de burgerlijke wet- geving, die partieele herzieningen in onze wetboeken ontwerpt. Verder is hij o.in. voorzitter van de commissie van advies voor volkenrechtelijke vraaqstukken door den Minister van Buitenlandsche Zaken ingesteld, en lid van de staats commissie voor internationaal privaat- recht. Hij is curator der Leidsche univer- siteit en deken van de Haacische orde van advocaten. Driemaal is hij gedele- pitaaltje had opgenomen om Georg Tor- westens verdwijnen te verklaren, reken- de ze in t geheel niet meer. Ze dacht niet aan deze uitgave, aan het nieuwe van de rit, alleen wist ze, dat ze in een auto zat. Ze voelde een brandende angst den an- deren wagen uit het oog te verliezen en daarbij kwam de opwindende gedachte: ik ga misschien naar de plaats waar Georg verborgen is. De chauffeur deed werkelijk zijn best. Hij bleef steeds op dezelfde afstand en vermeed het midden van den weg. Spoedig waren de eerste huizen van Weenen bereikt. Ze reden door vrij drukke straten. Heidy had geen horloge bij zich, maar ze hoorde een klok half elf slaan. Het deel van de stad waar ze nu door reden was haar onbekend. Lanq- zamerhand werden de huizen kleiner, de straten eenzamer, de omgevinq nam een bijna landelijk karakter aan. Toen werd het duister. Lantaarns stonden niet meer langs den weg. Regel- matig in veldjes verdeeld land lag aan beide zijden van den smallen slecht be- straten weg. Nu en dan merkte Heidy de omtrek- ken van kleine huisjes of hooge houten toestellen, die uit de vlakte oprezen. Langs den hemel trokken zwarte wolken met zilveren randen, die van tijd tot tijd de maan bedekten en alles in duisternis hulden. De chauffeur had den afstand tusschen de beide auto's vergroot omdat men an- ders in de stilte misschien het werken van de motor zou kunnen hooren. Nu wendde hij plotseling een zijweg in en sprong uit den wagen. Terwijl hij de motor afzette, zei_ hij: Ik ken deze streek hier. Die daar geerde geweest ter vcrgadering van den Volkenbond. Hij is voorzitter geweest van de Vereeniging voor Volkenbond en vrede. Mr. Limburg is indertijd, na het aftre- den van Mr. Zimmerman, het burge- meesterschap van Rotterdam aangebo- den, waarvoor hij gemeend heeft te moeten bedanken. In e-chilkiide 'ken heeft Mr. Lim burg voor het Permanente Hof van Inter nationale Justitie gepleit, o.a. namens de Nederlandsche regeering in de kwes- tie betreffende de relating van de Ne derlandsche arbeidersgedelegeerden tot de, arbeidsconferentie te Geneve. Voorts is Mr. Limburg van 1923 tot December j.l. arbiter geweest in het Fransch-Duitsche si heidsgerecht te Pa- rijs. Hij is ridder in de orde van den Ne- derlandschen Leeuw en commandeur van het Legioen van Eet. Hij is 59 jaar oud. Het Nederl. corn spondentiebureau in Den Haag weet nog te melden, dat de pogingen door Dr. L'e Visser tot Vrijdag aangewend om aan de crisis een einde te maken, al is hij daar n dan door verschil- lende omstandigheden niet moqen slagen, ongetwijfeld van grooten invloed zijn geweest op het gaar.deweg verder bren gen van de mogelijl heden tot oplossing van de crisis, een invloed, welke zich ook in sterke mate moet hebben cjoen gelden, bij het nieuwe stadium, waarin de kabi- netscrisis thans is komen te verkeeren door de opdracht tot formatie van een extra-parlementair kabinet aan Mr. Limburg. Dr. De Visser zal, nu hij oo zijn ver- zoek door de Koningin ontheven is van de opdracht tot vorming van een kabi net, binnenkort gevolg geven aan een reeds door hem voor het ontstaan van de kabinetscrisis opgevat voornemen om eenigen tijd met zijn echtgenoote in het buitenland te gaan doorbrengen. De parleroentsredacteur van Het Volk schrijft: Naar wij uit goede brond vernemen, heeft Dr. De Visser, nadat hem geble- ken was, dat zijn pogingen in de richting van een extra-parlementair kabinet onder rechtsche signatuur niet met goeden uit- slag zouden kunnen worden bekroond. de mogelijkheid onderzocht van een ex tra-parlementair kabinet onder linksche signatuur, welk onderzoek geleid heeft tot een contact met Mr. Limburg, uit welk contact Dr. De Visser den indruk kreeg, "dat Mr. Limburg niet ongenegen was,' pogingen tot vorming van zoodanig extra-parlementair kabinet aan te wen- den, hetgeen Dr. De Visser aanleiding heeft gegeven aan de Koningin te advi- seeren, aan Mr. Limburg opdracht tot vorming van een extra-parlementair ka binet te verleenen. DE ZEEHOND TERUGGEGEVEN AAN DE EIGENAARS. De Nederlandsche schoener Zeehond, die in December 1923 nabij Fire Island door de douane in beslag genomen was, daar zij een lading champagne inhad en zich binnen de 12 mijlsgrens bevond, is veertien dagen qeleden aan de eigenaars teruggegeven. Het hof van appel had overwogen, dat niet vast stond, dat er voor ons kunnen niet veel meer verder. Als we hen nog langer volgen, zullen ze ons bemerken. Wilt u te voet verder? De linkerkant van den weg ligt in de schaduw. Heidy stapte uit. Waar zijn we eigenlijk? Aan het eind van Erdberq? U hoeft niet bang te zijn. Er wonen hier niets dan tuinlui, geen slechte menschen. Of zal ik met u meegaan? De straatweg houdt heel gauw op. Neen, dank u. Wacht me hier maar. Goed. Dan rijd ik nog een eindje verder het veld in, want, als die auto keert, zouden ze mijn wagen kunnen ont- dekken. Hoe lang moet ik wachten? Dat weet ik niet. Misschien duurt het heel lang. Maar ik kom stellig terug. Hier is vast wat voor de rit hierheen. Heidy drukte hem een banknoot in de hand en gang snel naar haar doel. De voorste auto was werkelijk al blij- ven staan. Heidy, die in de schaduw van een heg stond, zag duidelijk de omtrek- ken van den wagen en van een vrouwelijke gestalte, die er naast stond. Toen scheidde die gestalte zich van de groep af en ging door een qroentetuin aan de rechterkant van den weg op een huis toe. De auto keerde en reed lang- zaam terug. Heidy, die zich, am niet gezien te wor den, zoo stijf tegen de heg aandrukte, dat dat ze er bijna mee vergroeid scheen, zag hoe de wagen een flink eind voorbij den zijweg, waar haar auto stond, bleef staan. Toen ze daarna voorzichtig het huisje naderde, waarin mevrouw Torwesten reeds verdwenen was, bemerkte ze tot haar ontsteltenis plotseling de donkere drank van het schip verkocht was binnen de verboden zone. Kapitein Kraus had verklaart, dat het schip, dat ook van mo- toren voorzien was, met defecte motoren naar de kust toeliep om versch drinkwa- ter in te nemen. EEN WATERSNOODBELASTING. In de „Haagsehe Post" wovdt de wen- schelijkheid betoogd van het in het leven roepen van een watersnoodbelasting. De ramp door de voor dezen tijd van het jaar abnormale stijging der groote rivitren te- weeggebracht zal, aldus schrijft genoemd blad, voorzieDii g eischen in een omvang, die vermoedelijk door de meesten onzer wordt onderschat. Bet is s ellig prijzens- waardig dat onm'ddellijk een opwekkirg werd gericht tot alien c m bp te dragen in het lenig'n van den nood. Maar zelfs al wordt door offervaardigheid een som van eenige millioenen bijeengebracht, wat een geweldige prestatie zou zpn zoo kort na het Olymp ade millioen en „Borculo", dan nog is het stellig boven twpfel verheven, dat een zoodanig bedrag geheel ontoerei- kend zal zpn om datgene te verschaffen wat noodig is. Immers, het mo.t thans voor goed uit zijn met het tot nog toe ge- bruikelijke systeem wait and see. Gezien hebben wij nu, dat om den zooveel tijd een overstroomingsramp nu hier, dan eiders ons dtel wordt en het heeft derhalve geen zin, nadat de gehavende waterkeeringen weer op peil zijn gebracht, kalm af te wachten tot opnieuw de waterwolf ods be- springt. Thans is de tijd gekomen om eens en voor altijd de voorziening tegen overstroomingen als de jongste zoo te maken, dat menschelijkerwijs gesproken het gevaar daarvoor mag worden geacht te zijn geweken. Tot het onmogelijke is niemand gehouden, doch zooveel is wel reeds gebleken, dat bij tal van polderbe- sturen de eischen aan bouw en onderhoud der dijken gesteld. nog zeer ver van het onmogelijke zijn verwijderd. Hun dient thans te worden medegedeeldIn zuiver interne aangelegenheden kunt ge souverein blijven, doch bjj uw dijkensysteem zijn zooveel belangen betrokken, ook buiten uw omdpkt gebied, dat verbetering en onder houd daarvan bp den Staat moet berusten. Het blad pieit voor het uitgeven van een gedwongen rentelooze watersnoodleening van zeg 100 millioen, pro rato op te h ggen aan hen, die in de vermogensbelastirg zijn aangeslagen. Een deelneming van 1 °/0 der vermogens zou dan voldoende zijn. De storting wordt op een bepaaiden datum gesteld met dien verslande, dat bevoegd- heid wordt verleend, die over termijnen te verdeelen. Tegen deze regeling is te min der bezwaar, omdat het voile bedrag slechts geleidelijk behoeft te worden aangewend. Van de leen'ng wordt elk jaar 2 °/0 uitgel ot. Blijkt de leening te hoog ge nomen, dm kan het niet vereischte voor extra-de'ging worden gebezigd. Al deze gelden komen in een Wate-snoodfonds, dat, onder afdoende controle, eerst de tegen- woordige slacht ffers naarbillijkheidschade- loos stelt. En' wat overHijft moet vol doende zijn voor de grondige verbetering der dijken. figuur van een man die van achteren het huis te voorschijn kwam, een oogenblik luisterend bleef staan en toen met groote passen naar den weg liep. Heidy kon niet uitwijken, noch zich verbergen. Ze dacht, dat alles verloren was. - 't Is stellig een van de Lyttons, iemand heeft me gezien, en wil nu Verder reikten haar gedachten niet. De man had haar bereikt en zei haastig tot haar: Ga niet naar het huis. t Is ge- vaarlijk. Die kerels zijn tot alles in staat. Verberg u in de kas, tot ik terugkom. Toen liep hij vlug door. Heidy staarde hem bevreemd na. Wie was die man? Een van de Lyttons zeker niet. Plotseling meende ze aan de huisdeur een geluid te hooren. Nu voelde ze voor de eerste keer angst, werkelijke angst. Ze vergat al het andere en rende adem- loos naar de broeikas die terzijde van het huis in het duister lag. De ingang lag verborgen tusschen laag struikgewas; de deur was dicht. Achter het gebouwtje liep een heg, die den tuin van dien er naast scheidde. Heidy zag achter een paar vaten een soort luik, waarbij ze zich verborg. Toen luisterde ze weer scherp. t Was alles stil rondom, alleen hoorde ze nu en dan gedempte stemmen uit het huis. Men had daar een lamp aangestoken, de voor ste kamer was echter niet verlicht, alleen een kamer die achter in het huis was ge- legen en waarvan Heidy de vensters niet kon zien. Toch merkte ze het aan den lichtschijn, die plotseling op de struiken achter het huis viel. In de eerste plaats d enen de gelden voor de jaarlijksche aflossing te wot den opgebracht door hen die rechtstreeks belarg hebben bij de aan te bretgen ■'eibeteringen. Onpartijdige deskundigen zullen moeten uitmaken hoeveel meer polderlasten de eigenaren van onroerende goederen rode- lijkerwijze kunnen dragen en zij zullen dit behooren op te breDgen. VaP, als ge volg van de verbeterde toestanden, waarde- vermeerdeTing te constateeien, dan zal ook deze op een of andere wijze aan het Waters- noodfonds dieDen ten goede te kc men. Eerst warneer elk der door de Dieuwe regeling bevoordeelden zijn in geldswaarde omgezet aandeel in den vooruifgang heeft betaald, zal ter volmaking van het bei oodigde af- ossingsbedrag een beroep mogen worden gedaan op de algemeere kas en dit bedrag onder de gewone uitgaven op de staats- begrooting wordeD gebracht. HET VERB1NDENDVERKLAREN VAN C0LLECT1EVE ARBEIDS- OVEREENKOMSTEN. Men hoort tegenwoordig, schrijft Mr. P. W. H. Cort van der Linden, wetr reel spreken over het verbindend verklaren van collectieve arbeidsovereenkumsten. Alge meen wordt erkend, dat dit beteekent een inmenging van de Oveiheid in het parficuliere bedrpfsleven, en derhalve een aanzienlpke vrijheidsbeperking oplevert. Toen dan cok indertpd een voorontwerp van wet bij den Hoogen Raad van Arbeid om advies aanhangig werd gemaakt, werd dit hoogelpk toegejuicht door degenen, die niets liever zouden zien, dan datalle patroons staats; mbtenaren zouden worden. Gelukkig eebfer denken velen er nog anders over. Het blpft intu:schen steeds een raadsel, hoe tegenwoordig zoo gemakke- lijk de vrijheidsgedacbte kan worden ver- trapt. Sedert eeuwen heeft de VTphcids- gedachte de merschheid in haar streven naar verbetering van haar aardsch lot gelt id. Mannen en vrouwen offerden voor dir vrij- heid hun goed en hun leven gansche olken streden ervoor, dikwiiis tegen een opper- maehtigen vijand. Wij in Nederland, het traditioneele land van de vrijheid, kunnen daarvan meespreken. Maar ondanks het feit, dat de vrijheidsgedachte de banier is geweest, waaronder onze voorvaderen op- trokken en waardoor zij maakten. dat voor ons slavernii en tyrannie begrippen zijn, waarvan wij de daao'werke'ijke versehrikke- lijkheid nog slechts van overlever'ng weten, wordt nu gepropageerd, dat de menschen op den goeden weg zijn als zij zich zooveel mogelijk van bun vrijheid laten berooven 1 Zoo ook by het verb'ndendverklaren. waarbij de wHgever zal decreteeren, dat het den patroon niet meer vrij zal staan om naar eigen inzicht de arbe dsvoorwaarden te regelen met de eigen werklh den. Neen, yij moeten zich ondergesehikt maken aan het oordeel der vakver*"en'gingen, der strijd- vereenigingen van arbeiders en werkgevers. En dit alloen om in een enkel bedrijf aan de arbeiders betere arbeidsvoorwaarden te geven dan overal elders. Maar ten koste van den verbruiker, van den ambtenaar met zijn salarisje, van deD gepensionneerde met zijn rentetje, van den lan(T ouwer, die tegen Ze zag eens rond zich in haar schuil- plaats. Ze zat juist tegenover de zijkant van het huis, dat door een pad en een rij bloembedden van de broeikas qescheiden was, waarvan de ingang rechts van haar hoekje was. Haar schuilplaats zelf, was zooals ze nu pas bemerkte, naar achteren open. Er was vroeger waarschijnlijk een schutting tusschen de beide eigendommen geweest, die op deze plaats verrot was, aan de an dere kant had men de ruimte met strui ken opgevuld, men had aan deze zijde alleen eenige vaten voor de opening gezet. Wat was achter de scheiding. Naar 't scheen een andere tuin- Heidy voelde zich gerustgesteld, dat ze in geval van nood toch een uitgang had. Ze spiedde tusschen de struiken door. Ja. daar Iagen bloem- en groentebedden en op eenige afstand zag ze zelfs een huis waarin ze licht meende te zien. Weer dacht Heidv aan den man, die haar gewaarschuwd had. Was hij al hier toen mevrouw Tor westen aankwam Of was het Kobler, die haar op geheimiinnige wijze gevolgd was Waar is hij heengegaan Verberg u, tot ik terugkom, had hij gezegd. Ze kon daar echter niet stil blijven zitten. Ze moest mevrouw Torwesten zien en besoieden. Het scheen haar zeker, dat de Lyttons in dit huis woonden. Misschien hadden ze al lang te voren het huis met den tuin onder een valschen naam gehuurd. om zich daar te kunnen verbergen. (Wordt vervolqd.) BaMaesatttm-siaassflaBssaa URANT 5>5t tolad Keci<es*isrB 4* aWoensdag- ers i, d. heea* tiKuraai awv De Burgemeester van TER NEUZEK -.matt be- kend, dat eene Openbare Vergadenng van den Gemecnteraad is belegd tegen Donderdag 2b Jan. 1928, des namiddags twee uur. Ter Neuzen, deit 25 .Januari 1926. De Bnigemeester voornoemd, J. HUIZINGA VAN HIIIIIHIilWWIllllll'll Mil liln I IiIHiiIiiI1 I III mil I 1 II ~|l 7 vsat

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1926 | | pagina 1