ALGEMEEN nieuws- en advertentieblad voor zeeuwsch-vlaanderen. No. 7847. Maandag 7 December 1925. 65e Jaargang. Parlementaif Feuilleton. Hut huis van den zondeiling. ABONNLMENTSPRIJS: 35 0 ILL ST 0 M. B I N N E N L A N 0. B U IT E N t N 0 vZ Nedflndfe ^nTme/ita" 2.703pr3"ma''anden III. De taak van den stenograaf in het moderne parleinent, in dezen tijd van ge- weldige welsprekendheid, is in vergelij- king met vroeger wel zeer verzwaard. Vooreerst door de spanning, die t qevolg is van de aandacht. waar mede hij de redevoecingen moet volgen, welke in v er- band met den dikwerf tot op enkele minu- ten gerantsoeneerden spreektijd. veelal met bliksemsnelneid en onder een kruis- vaur van interrupties worden uitgespro- ken. Maar voorts ook door de omstandig- Seid, dat een der ..geachte" afgevaardig- den-epi the ton van dezelfde waarde als net dw. dr. aan het slot van een brief op een der uiterste banken een causerie houdt uitsluitend voor zichzelf, en vele drente- leade leden de gemeenschap tusschen ,,#preker" en stenograaf verbreken. Men >Jet den stenograaf dan als een Laocoon zich kronkelen en wringen om te verstaan wat niemand kan en wil verstaan, en soma met een wanhopend gebaar te ken nen geven, dat het onmogelijk is, die mis-, schien onsterfelijke woorden op te van- gen en te vereeuwigen. Soms wekt dit lot deernis; wij kennen een minister, die in zoodanig geval den stenograaf kwam troosten, dat hij wel dat gepraat kon laten ,,zwemmen omdat hij, minister, er toch niet op zou antwoorden. Maar wij kennen ook een afgevaardigde, die tijdens de be- kende vacantiestemming vlak voor het reqes, den stenograaf in het oor kwam toeteren, hoe zijn aan het woord zijnde politieke tegenstander het naar zijn mee- tting moest zeggen! Gram verhaalt ons van een stenograaf, die zich in een dergelijk geval op een zeer gewaagde wijze uit den nood gered moet hebben. Een afaevaardigde, die gewoon- lrjk eenmaal 's jaars het woord voerde zoo verdienstelijk zijn er helaas al te wei- nig tegenwoordig! had een redevoering uitpgesproken, die in het rumoer totaal verloren was gegaan. De betrokken ste nograaf herinnerde zich echter, dat de geachte afgevaardigde' het vorig jaar een dergelijke redevoering gehouden had. Snel schreef hij de verjaarde redevoering over, met eenige wijzigingen, deed haar als een versch product den redenaar voor- zetten en deze hechtte er zijn zegel aan! Anderszijds wordt de taak van den stenograaf verlicht, wanneer de redenaar zijn rede op schrift gesteld heeft. EchtP-- kan zelfs deze copij niet altijd zonder meer aan den zetter worden overgegeven, sedert een afgevaardigde eigen verkor- tingen had bedacht en had neergeschre- ven, dat hij tegen het aanhangige wets- ontwerp was Inderdaad bezitten slechts zeer weini- gen de gave van het woord! Vooral in onzen veelsprekenden tijd is ieder. die het woord voert, volstrekt nog geen redenaar. De achteruitgang in standing van onze vertegenwoordigende lichamen mani- festeerende zich wel het duidelijkst in de talrijke weinig verzorgde redevoerin gen. Trouwens, de veelal straffe rantsoe- neering van den spreektijd, laat weinig gelegeniheid meer tot het uitspreken van een monumentale rede. ..P a r 1 e m a- niak ken", die een hagelbui van woor- ckn op hun omgeving doen neerkletteren; wier razende dolle haast van spreken den toehoorder zelfs het maken van be- hoorlijke aanteekeningen belet; die een oratorisch snelheidsrecord trachten ,e be- reiken zij spreken ten slotte alleen voor den stenograaf. Zeer weinig redenaars, aldus werd in- dertijd op het Stenografisch Congres te Londen betoogd, spreken 200 woorden in de minuut; wie beproeft 250 woorden te lezen (niet te spreken) doet niets dan rammelen (a mere gabble). De tegen- woordige praktijk brengt de gemiddelde spreeksnelheid echter veelal dichter bii de 250 dan bij de 200 woorden maar ge- lukkig heeft de moderne stenografie zich ook liierbij weten agm te passen! Tal van sprekers keuvelen ook, alsof zij thuis zaten bij een kop koffie. Zij begin- <nen volzinnen, die zij vergeten te vol- tooien; herhalen ze, verwarren zich in hun woorden, of kiezen een onjuiste uitdruk- king voor een gedachte. Zoo hebben wij uit den mond van rede naars vernomen: dat sprekers voorganger den spijker op den verkeerden kop had geslagen; dat een winkelier niet kan worden aan- gesloten op een kookgasmeter; dat de suikerbiet de reddende engel is, waarop de landbouw drijft; dat les wordt gegeven in een lokaal met veel gerij; dat pachters last van mond- en klauw- zeer hebben; dat een sleeperswagen er het bijltje bij had neergelegd; dat boomen lijden aan vernielzucht; dat men bij een dergelijke aanbieding met beide handen moest toehappen; dat men zich blij maakt met een doode musch, die men eerst heeft opgeblazen; dat in het debat oud zeer was opge- warmd; dat de S. D. A. P. haar voornaamste geboorte niet in Engeland heeft gehad, ongeacht de talrijke gezegden, die voor een dubbelzinnige uitlegging vatbaar zijn dikwijls tot groote verwondering van den argeloozen spreker daardoor groo te hilariteit verwekten. Ook het aantal stijlbloempjes. dat in den loop der jaren geplukt is in den tuin der letteren, is oneindig gToot. Hoevel" sprekers hebben ,.alle hens aan dek geroe- pen" om allerlei karweitjes te doen, die men nu juist niet aan Doord pieegt te doen; hebben „de stoute schoenen aange- trokken"; hebben ,,een spaak in het wiel gestoken hebben urenlang gesproken over de vele muisjes ,,die een staartje hadden"? Van ERICH EKENSTEIN. 8) Vervolg.) Je hebt gelijk. Er is wat raadsel- achtigs bij. Heb je ook aan den tijd ge- dacht? Karl Lagler heeft bier om kwart na twaalf licht gezien. De chauffeur uit Baden heeft om negen uur bericht gekre- gen, dat zijn meester naar Weenen wilde, en hem al tegemoet kwam. Ze moeten elkaar dus om half tien ongeveer ontmoet hebben. Dat wil dus zeggen, dat Torwes- ten al bijna twee en een half uur weg w)as, toen hier licht aan 't venster werd gezien. Er kan ook uit volgen, dat Torwes- ten al weer op zijn villa terug kan zijn. Maar hij werd den volgenden mor- gen toch levend in Weenen gezien! Mijns inziens kan zijn afwezigheid alleen door anderen benut zijn, om hier in te breken. Het zou niet den eersten keer zijn, dat misdadigers bij het verdeelen van den buit oneenigheid kregen en de een den ander uit den weg ruimde. Het lijk kan hij in het bosch ergens begraven hebben. Dat schijnt me tenslotte het waarschijn- lrjkste. Maar die hond, die hond, waarom gaf die geen geluid. Td^en inbraak pleit ook omstan- DE WEDERKEERIGHEID IN HET VERDRAG MET BELGIe- Door ..Spectator Stupefactus" is bij H. D. Tjeenk Willink en Zn., Haarlem, een brochure uitgegeven, waarvan de strekking ligt in het betoog, dat het trac- taat niet op wederkeerigheid berust, maar op een offer. Uit hetgeen men er van hoorde. neemt de schrijver aan, dat er bij het tot stand komen van het verdrag drie phases te on- derscheiden zijn. Eerst heeft er een voorspel plaats ge had, waarbij alleen beginselen ter sprake kwam en. Een afwijzin^i van territoriale eischen, maar ruime toezeggingen over andere aangelegenheden. Daarop volpde een cjroot aanlal bespre- kingen, waarbij van Hoilandsche zijde een schaar eminente mannen in het vuur wer- den gebracht, die de hoofdpunten hebben onderzocht en daarbij gehandicapt waren door de toezeggingen uit het voorspel. Bovendien schijnt in sommige, zelfs hoofdpunten van hun advies te zijn afge- weken. Zij hadden hun adviezen uit te brengen over de vele kwesties door de Belgen op- geworpen, maar men voerde te veel een verdedigingsoorlog, zonder eigen krijgs- plan, zoodat over verschillende belangrijke aangelegenheden de belanghebbenden in Holland, of zelfs d' daartoe aangewezen officieele organen, niet of niet tijdig ge- raadpleegd werden. In het derde stadium moest eenheid worden gebracht in de samenstelling van het ontwerp. Over alles ging een sfeer van Belgische agrr^siviteit en van Hoi- landsche zijde eei soort idealisme, dat tegenover den vinnigen aanval de vredes- bazuinen stak en geen oogenblik er aan heeft getwijfeld dat de aan Belgie gedane concessies noodig waren uit een oogpunt van hooger altruisme, dat in de toekomst de volkeren zal moeten regeeren. Wanner wij ons nu bij voortduring moeten blijven afv.ragen hoe sommige ar- tikelen moeten worden uitgelegd, hoe het komt, dat men aan de zijde der Hoiland sche Reaeering heeft kunnen gelooven, dat de Wielingenkwestie goed en wel be- graven wias door de nota-wisseling van 3 April 1925, dan staat ons verstand stil. Als het juist is, dat de Wielingenkwestie acuut aan de orde komt door den text van art. IV 1 en 3, dan moeten wij vreezen, dat onsamenhangend werk gedaan is en dat de personen met de eindreaactie be- last, niet berekend waren voor hun taak, of niet»genoegzaam tijd hebben gehad om alles nauwgezet woord voor woord te overwegen." Vervolgens betoogt de schrijver, dat de opheffing van Belgie's neutraliteit ons den waarborg ontneemt tegen de Fransche in trigues in Belgie: en bespreekt en critiseert hij uitvoerig' de kostenregelingen, de ge- meenschappelijke commissies. de water- wegen en de verkeersregelingen. In een hoofdstuk over. ,,de geest van het verdrag" merkt de schrijver dan o.a. het volgende op: Na de vorige zeven artikelen zal het hopen wij, den lezer thans meer dan duide- lijk zijn, dat er allerwegen aan het verdrag wat hapert, in 't groote en in t kleine. Wij weten nu eenmaal, dat in het leven der staten als in dat der menschen een groote mond en een" vuist veel doen kun nen als men goede bondgenooten heeft. In 1919 heeft het gespannen. Dat we ten wij nu pas druppelsgewijs. Wij weten ook, dat men vreesde voor een mogelijke bezetting van Maastricht door Belgische en geallieerde troepen en dat er toen een man is geweest, verguisd en vergeten, die den val van Maastricht zou hebben doen betalen zoo, dat heel de Belgische Patriotards op hun neus zou- den hebben gekeken. Het was dit be- wustzijn van kracht, dat onze Regeering alle territoriale eischen deed afslaan, waarvoor alleen de woordvoerder den dank der natie kreeg en niet de man ach- "ter de schermen die tot dit gebaar in staat had gesteld. Daarna heeft men als goede diploma- ten, de gemoederen trachten te bedaren, door bereidverklaring redelijke eischen te willen inwilligen. Hierdoor wofi men twee dingen: de welwlillendheid van alle redelijke menschen entijd. Men had dezen tijd kunnen benutten om het Nederlandsche volk, ja heel de wereld op de hoocjte te helpen waarom het ging. Dit is niet gebeurd en nu staan wij voor een merkwaardig ontwerp ver drag. dat misschien heel geheimpjes en knusjes aan elkaar gelijmd is met termen van wederkeerigheid en commissies van wedericeerigheid, maar waarbij Sijmen de Kaaskop steeds het gelag betaalt zonder eenige wederkeerigheid. En verder: De Schelderegeling deugt noch in groote dingen als het verzuim van Zee- iand's belang, noch in kleine als de loods- gelden. En wat, als de Deurlo en het Oostgat verslibt en dus alleen Belgische loodsen dienst zullen doen krachtens het verdrag De waterafvoerregelingen zijn gebrekkig, de kostenregelingen ondoor- dacht. De kanalen, die Nederland's be lang dienen kunnen, ontbreken. Het land- verkeer speelt schuilevink en het water- verkeer wordt den Belgen in handen ge- speeld. Daartegen zijn er geen waarborgen tegen verdere annexatie-dreigingen en opstokerijen (zie de bestaande naturali- satiewetgeving, ten aanzien van inmburg en Brabant, die op de annexionistische gedachte berust). Het Gezwel van Baer- le-Hertog blijft bestaan en de Wielingen kwestie wordt dringender dan ooit door de ondoordachte instelling der Schelde- commissie. En bij dit alles staan wij bloot aan de voortduring van de oneerlijke concurrentie door de ontheffing der droits d entrepot en de vrije sleepaiensten, tegen voortduring, zelfs uitbreiding waarvan wij geener'lei waarborg krijgen. Dit Verdrag is met recht een Ramp voor het Vaderland. Dit mag niet worden goedgekeurd. TIJDREGELING. Verschenen zijn de verslagen van het afdeelingsonderzoek van de Tweede Ka- mer betreffende de wetsvoorstellen der heeren Van der Waerden c.s. en Braat,.in zake de tijdregeling. Zeer vele leden erkenden de wensche- lijkheid om in het tijdvraagstuk tot een compromis te geraken, dat ook voor de tegenstanders van den zomertijd aanne- melijk is. De beide aanhangige wetsvoorstellen trachten dit compromis te bereiken in ver- schillenden zin. Terwijl het voorstel- Braat de oplossing zoekt in verkorting van den termijn van den zomertijd, is in het voorstel-Van der Waerden de oplossing gezocht in vermindering van het tijdsver- schil. Verscheidene leden gaven aan een op~ lossing in laatstgenoemden zin de voor- keur, zij konden zich dan ook in beginsel met het voorstel-Van der Waerden c.s. vereenigen. DE MINISTERIeELE CRISIS IN DUITSCHLAND. Het is niet de gowone loop van zaken schrijft de N. R. Cr., dat een re geering kort na een parlementaire overwinning aftreedt, gelijk het Duitsche kabinet-Luther, nadat de Rijksdag met een stevige meerderheid de Locarno-wet be- krachtigd had. Deze crisis is de epiloog, op het aftreden van de Duitsch-nationale ministers voor de bekrachtiging. De coali- tie van Duitsch-nationalen, Duitsche volkspartij, centrum en niet-officieel door hun partij erkende democraten had daar- mee afgedaan en er bleef een romp-kabinet over, waarin de onbezette departementen ad interim werden aangenomen, doordat sommige ministers zich voorloopig op twee j stoelen nederzetten. De sociaal-democra- tische partij heeft verdiend opnieuw re- geeringspartij te worden, omdat zij bij de stemming over het tractaat van Locarno een constructieve politiek heeft gevolgd, in plaats van de aanvankelijk aangekon- digde negatieve, welke ten doel had de Duitsch-nationalen mede de verantwoor- ding te laten dragen voor een eventueele mis'lukking van het werk van Locarno. Het lijdt nauwelijks twijfel, of de sociaal- digheid, dat er niets vermist wordt van de vele kostbare voorwerpen in de villa. Och dat bewdjst niets. Doortrapte dieven zijn wel zoo verstandig niets mee te nemen, wat hun bij verkoop verraden zou. We moeten eerst de opening van de brandkast afwaohten. Zal het nog lang duren, eer men daar klaar mee is? Ik denk het niet. Maar hoe zouden dieven de kast kunnen openen zonder ze te beschadigen? Zelfs de smid, die het nu doet, kan dat niet! Maar als het hun gelukt was, een afdruk van het slot te krijgen? De kast is, zooals men zegt, van een oude constructie en minder gecotnpliceerd dan de moderne safes! Dr. Wasmut keek een oogenblik voor zich. toen zei hij zacht. met een blik op het cafe: Ik kan het niet helpen, maar lk ver- trouw die Laglers toch niet recht! On- danks hun eerlijke gezichten. Ik denk er nog maar steeds aan, dat je ze eerst bijna hebt moeten dwingen om naar de villa te gaan. Zooeven hoorde ik bovendien ook nog, dat Titus met Rosina verloofd is. Hij werd in de rede gevallen door een veldwachter, die hem mededeel-de, dat de brandkast geopend was. Men ging weer naar boven naar de villa. In de kast vond men een lijst van pa- pieren van waarde, twee oude miniaturen op ivoor geschilderd, naar het scheen familieportretten, Torwesten's geboorte- acte en een bundel geel geworden brieven. Van goud of geldswaardigheden geen spoor. Dus toch diefstal, zei dr. Wasmut, want het is niet te denken, dat Torwesten absoluut geen geld in huis zou hebben. Of zou hij alles meegenomen hebben? Dat zou mogelijk zijn! Nog eens sloeg hij de lijst van gelds- waardige stukken op. In de linker boven- hoek stond met kleine letters geschreven: Duplicaat op het kantoor van dr. Herr- linger. Dr. Herrlinger! Nu weten we ten- minste den naam van zijn zaakwaarnemer, zei Wasmut tevreden. Ik ken den advo- caat persoonlijk. Waarschijnlijk kan hij ons meer van de zaak vertellen. Zei je niet, Brotzler, dat een van de kamers boven voor dr. Herrlinger bestemd was, die een vriend van je meester was? Ja. Ze zijn*heel goede vrienden. Dr. Herrlinger kwam hier vaak voor een paar dagen. Er ligt nog iets, merkte Hempel op, wijzend naar een opgevouwen blad pa pier, dat onder de miniaturen lag. Wasmut greep er naar en vouwde het uit. Hetzelfde oogenblik toonde zijn ge- laat een uitdrukking van grenzelooze ver- bazing. \Vat een trouwacte! Torwesten is oretronwd. Hempel zag over den schouder van zijn vriend. Ja, dat was een trouwacte van het den Sden April 1915 te Londen gesloten hu- welijk tusschen Georg Torwesten en Mary Anne Lytton. Voor eenige jaren pas: Hoe vreemd. dat niemand daarvan iets wist! Toen verstomde hij. Hij dacht aan Heidy Siebert. 'De villa Solitudo werd ambtelijk ver- zegeld. Barry bleef bij de Laglers. Dr. Wasmut en Silas Hempel aten ylug in Baden en gingen toen door naar Weenen. Hempel vergezelde zijn vriend nog in diens bureau om te hooren of er misschien al een bericht over den vermisten auto was binnengekomen. Er was nog niets van bekend. Maar een heer wachtte op dr. Wasmui Dr. Herrlinger! riep de politieman verrast. U komt werkelijk als geroepen! Ik hoorde pas voor een paar uren, dat u vriend en zaakwaarnemer van den ver- dwenen Torwesten bent Daarom kwam ik juist hier! onder- brak de jonge advocaat glimlachend. Ik las uw berichtje in de couranten en wilae u geruststellen. Torwesten is n.l. niet ver- dwenen zooals u denkt, maar hij heeft een buitenlandsche reis ondemomen. Van- morgen kreeg ik een express-brief van hem. met het verzoek hem dadelijk een aanwijzing van 20.000 kronen op de Lin- zer Bank te zenden, wat ik natuurlijk ge daan heb Hii schrijft. dat hij over New- York naar Philadelphia reizen wi' waar op he*: oogenblik een groote landbouw- tentoonstelling is. democraten willen meewerken aan de vorming van een nieuwe regeering, Het maakt den indruk, dat zij met zich zouden laten praten, d. w. z. dat zij zulk een me- dewerking voor de andere partijen niet on mogelijk zouden maken door het stellen van al te krasse eischen volgens hun eigen program. Maar naarmate de bereidwillig- heid van de sociaal-democraten om mee te regeeren zich is gaan manifesteeren, merkt men, dat de „Unlust" bij de volkspartij die den rechtervleugel van het romp- kabinet vormde, grooter wordt. Dit heeft zijn oorzaak in overwegirtgen van binnen- landsche politiek natyurlijk, omdat er tus schen de tv/ee partijen op dit oogenblik geen verschil bestaat over het buiten- landsch beleid. Evenals de sociaal-demo craten, wil de Duitsche volkspartij, in wel ke vooral de groote industrieelen verte- genwoordigd zijn, dat de geest van Locar no „doorwerkt" en daaraan geen belem- meringen in den weg gelegd worden. Wat de binnenlandsche politiek betreft, zou er ongetwijfeld verschil tusschen bei de uiterste vleugels van een nieuwe groote coalitie bestaan over de regeling van de belastingen en beschermende tariefbepa- lingen (hoewel de industrieelen van de voikspartij b.v. zich nooit warm hebben kunnen maken over de bescherming van den landbouw door graanrechten), maar aangezien over deze kwesties een compro mis niet onmogelijk lijkt (gelijk in het ver- leden zulke verschillen tusschen Duitsche partijen dikwijls bij schikking geregeld zijn), is men geneigd aan een dieper en moeiilijker te overbruggen verschil van meening tusschen beiden te denken. De groote coalitie is mogelijk, omdat zij ook vroeger in de eerste jeugd van de Duit sche republiek heeft bestaan. Dit was in den tijd, dat de volkspartij de republiek uiterlijk aanvaardde en een sociaal-demo- craat president van het Duitsche rijk was. Inmiiddels is er alweer veel veranderd. President Hindenburg moge tot geen be- paalde partij behooren, hij is met dat al de candidaat van 't nationalistische Duitsch- land geweest. In de Duitsche volkspartij zijn de tijdelijk onderdurkte monarchale ideeen weer sterker geworden. In dat op- zicht hellen zij naar de Duitsch-nationalen over, terwijl de sociaal-democraten, zooals vazzelf spreekt voor en na, bij den repu- blikeinschen regeeringsvorm zweren. Het vorige ministerie was reeds doordat er Duitsch-nationalen in zaten geen onver- deeld, republikeinsch gezind ministerie. De vraag is nu, wat het karakter van het nieuwe ministerie zal worden, en dit lijkt ons op het oogenblik de groote moeilijk- heid bij de oplossing van de ministerieele crisis. In den Pruisischen Landdag heeft de communist Pieck dezer dagen gewaar- schuwd, dat de monarchisten weer den een of anderen Putsch in het schild vcer- den. Minister Severing, de sociaal-demo- craat, heeft ontkend, dat men voor zoo iets bang behoefde te zijn en vertrouwen uitgesproken in de organen, die geroepen zijn in zulk een geval de republiek te ver- dedigen. Maar ondar.ks dit, valt niet te ontkennen, dat de monarchisten van liever lede met grooter zeifbewustzijn gaan op- I treden. De stoutigheden van de aanhan- gers van het oude regime bij militaire plechtigheden enz. zijn toegenomen. De eenige dam tegen een beweging tot her- stel van de monarchic zou door de meer- derheid van het Duitsche volk gevofmd moeten worden. De vroegere geaiiieerden zouden nauwelijks lust toonen verder te gaan dan platonische protesten, omdat juisf een verzet van het buitenland met daden koren op den molen van de natio- nalisten zou zijn. De meerderheid van het Duitsche volk is vermoedelijk op het Wasmut en Heuipel zagen elkaar in stomme verbazing aan. Jammer, dat u dien oplichters dat geld in handen gespeeld hebt, zei de laat- ste eindelijk. De advocaat deinsde terug. Deoplichters? Ik kan u verze- keren, dat Torwesten zelf den brief ge schreven heeft! Oplichting is uitgesloten! -Dat mag u gerust gelooven, doctor. Toch heeft hij hec gedwongen gedaan. en de bandieten, die hem ontvoerden, strijken het geld op Hemontvoeren? U spreekt in raadselen! Hij wil immers naar de ten- toonstelling in Och, dat is alleen maar om tijd te winnen, tot u later eens tot de ontdekking zou zijn gekomen, dat dat spoor u misleid heeft! Of denkt u werkelijk, dat de dwaasheid van een zonderling zoover kan gaan, dat hij midden in den nacht naar Amerika gaat, terwijl hij zijn hond opsluit en zijn bediende op reis is. Maar zelfs, al was dit waar, Torwesten moest toch van Weenen uitgaan en dan zou het eenvoit- diger geweest zijn. als hij s morgens de aanwijzing van u gehaald had, dan die telegrafisch in Lirrz te bestellen. waar hij zijn reis dus onderbreken moest. Dat is waar Zoo! En nu zullen we u vertellen. wat onze vermoedens zijn. Hempel deed het in 't kort en eindigde: Het meest v: baa&de ons het bericht, dat Torwesten gehuwd is. Weet u meer da.;-van7 w/ordt vervo'od. TER JZENSCHE CO U RANT -f i TiT1" "Y'TTi MfiffiWn J - liU.teZj&e+biZir -

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1925 | | pagina 1