227. Belasting op de honden. f 1800. 228. Opibrengst van het vergunningsrecht wegens verkoop van sterken drank in Viet klein. f 1590. Uitgaven: 230. Kosten van toezicht op en invordering van plaatselijke belastingen. 225. 231. Teruggave van belasting. 200. 232. Uitkeering aan het rijk van het aan- deel in de kwade posten wegens directe be lastingen. 1200. 233. Belooning der schatters en herschat- tens van de huurwaarden der localiteiten, waarvoor vergunning voor den verkoop van sterken drank in het klein is verleend. 40. 234. Kosten terzake van verzekering, pen- sionneering enz. van ambtenaren en beambten. f 0.80. Hoofdstuk XIV. Kasvoorzieningen. Inkomsten 285. Teruggave van het rijk wegens bij voorscliot gedane betalingen. f 100. 230. Teraggave van voorsohotten, aan ambtenaren verstrekt voor het doen van uit- gaven ten behoove van de gemeente. 310. Uitgaven 237. Voorschotten ten behoeve van het rijk. 100. 238. Voorschotten aan ambtenaren der ge meente, ten einde daaruit voorloopig kleine betalingen ten behoeve der gemeente te doen. 810. Hoofdstuk XV. Overige inkomsten en uitgaven. Inkomsten 236a. Overige inkomsten niet onder een der vorige hoofdstukken begrepen. 1000. Uitgaven: 289. Inkwartiering van militairen. 20. Hoofdstuk XVI. Onvoorziene uitgaven. Onvoorziene uitgaven. f 6000. Voor zoover daaromtrent niet anders is ge- rneld, zijn alie posten goedgekeurd met alge meene stemmen. De begrooting wordt alsnu eveneens met algemeene stemmen vastgesteld op een eind- cijfer van f 214.946,16. In de vaststelling der begrooting is tevens begrepen: a. gunstige beschikking op het verzoek van de vereeniging „Het Wit-Gele Kruis", te Sluis- kH om eene subsidie van /200; b. idem van „Het Wit-Gele Kruis" in de kom om eene subsidie van 300; c. idem van de „Ter Neuzensche Bad- en Zweminrichting" om een subsidie van 250, voor 2 jaren; o. idem van het bestuur der Christelijke Bewaarschool om eene subsidie van f 1000; e. idem van het bestuur der vereeniging „Het Groene Kruis" om eene spbsidie van j 1200; f. idem van de vereeniging „Volksbibho- theek" om eene subsidie van 200; g. idem van het Provinciaal Bestuur der vereeniging ,,Hulpbetoon door Samenwerking en het verleenen eener subsidie ad 200, ook over het jaar 1925. h. idem van het bestuur van het Centraal genootschap voor kinderherstellings- en va- cantiekolonies te Amsterdam f 10. Voorts is in de vaststelling der gemeente- begrooting, begrepen de vaststelling der vol- ger.de begrootingen: a. Burgerlijk Armbestuur op een eindcijfer van 25.789,50; b. die der gemeentebrandweer op een eind cijfer van 1000; c. der commissie tot wering van schoolver- zuim in de kom op een eindcijfer van f 420; d. der commissie tot wering van schoolver- zuim te Sluiskil op een eindcijfer van f 115. Bestratingspian. Biijkens de memorie van toelichting wensch- ten burgemeester en wethouders voor de alge meene vemieuwing van straten thans een memoriepost te ramen, opdat de raad zich kan uitspreken over hun voorstel om over een tijds- verloop van enkele jaren de straten in de ge meente te vernieuwen. Zij blijven op het standpunt staan, dat het jaarlijks verleggen van een stukje straat geen zin heeft, nu toch de meeste straten absoluut niet voldoen aan de eischen die gesteld moeten worden voor een behoorlijke straat. Met een extraibediag te ramen, als vorig jaar gebeurde, van 3000, kan verlegd worden pl.m. 70 M. straat. Doch wat betedkent zoo'n kleine oppervlakte voor onze gemeente. Zij achten dan ook grondige vernieuwing noodig, en wanneer deze dan ge- regeld wordt onderhouden, kunnen wij een goede toestand krijgen. Naar de meening van burgemeester en wet houders moeten vemieuwd worden: Nieuw- straat, Westkolkstraat, Grenulaan, Schoolweg, Dijkstraat, Nieuwediep (gedeeltelijk), Noord- straat. Kerkhoflaan en Axelsche straat. De VOORZITTER opent thans de bespre- king over de bestratingsplannen, zooals die door burgemeester en wethouders in hun ant- woord op het afdeelingsverslag zijn ontwik- keld. De heer VERLINDE geeft te kennen, dat hij voor zich de positie van de gemeente van dien a&rd acht en de toestand zoo donker in ziet, dat hij het uitvoeren van die plannen, in ver- band met het hooge bedrag, dat daarmede ge- moeid is, niet aandurft. Het is nu wel mooi om te zeggen dat rekening moet gehouden wor den met de eischen van het snelverkeer, doch hij meent, dat kan volstaan worden met het in orde brengen van de straten opdat die goed begaanbaar en berijdbaar zijn. Hij acht b.v. de bestrating van de Noordstraat redelijk goed en meent, dat we het met de daar liggende keien nog best wat kunnen doen. Hij wil toegeven, dat asfalt wel mooier is, maar durft, op grond var, de aangevoerde motieven zijn stem niet aan de voorstellen geven. Hij is er wel voor te vinden om ieder jaar een hoogere post voor het verbeteren der bestrating op de begrooting te brengen. De heer HAMELINK wijst er op, dat bij deze zaak aan de orde komt de vraag over hetgeen men noemt een goed gemeentebeheer. Hij weet niet, of het nu wel het juiste mo ment is, om daarover besprekingen te gaan voeren. Als spreker de toelichting leest, ziet hij daar, dat burgemeester en wethouders schrijven, dat er voor '28 van uitvoering der plannen niets zal komen. Eene dadelijke be- slissing is dus niet noodig en indien de raad nu omtrent de financiering van een andere op vatting zou blijken dan burgemeester en wet houders, blijikt daaruit z.i. nog niet, dat burge meester en wethouders met het maken van hun ontwerp niet zouden kunnen voortgaan en later met eeft goed geformuleerd plan bij den raad zouden kunnen komen. Het zal ten slotte bij de werken die moeten worden uitgevoerd ook gaan over de vraag op welke wijze de kosten zullen gedekt worden en dan is spreker van meening, dat van al het voorgestelde, dat vemieuwing genoemd wordt, het grootste gedeelte als onderhoudswerk moet worden beschouwd. Toegestemd moet worden, dat het verkeer zich heeft uitgebreid en dat om het verkeer langs de eene zyde te ontlasten, gewenscht is een nieuwen verkeersweg te scheppen, W at het maken van dien verkeersweg langs de Grenu laan en den Schoolweg betreft, zou spreker er zich mode kunnen vereenigen, dat te beschou- wen als nieuw werk, te meer ook, omdat de gemeente die straten niet altijd in beheer reeft gehad en er hiets tegen kan zijn, dat de na- zaten, die daarvan genot zullen hebben, er ook aan helpen betalen. Voor de verbetering zou aan helpen betalen. Voor die verbetering zou deringen aan straten die zuiver als onder houdswerk kunnen worden beschouwd is, dat een onjuiste politiek. Spreker wijst er op, dat er in 1906 een lee- ...ng is aangegaan voor stratenaanleg, ad f 17.500,'waarvan nu 'tvolgend jaar pas zal wor den afgelost de 20e termijn van f 500, waarop dus te nauwernood de helft is afgelost, terwij! onder de straten die burgemeester en wethou ders wenschen te vernieuwen straten voorko- men, die met dat geleende bedrag zijn aange- legd. Nu is het toch geheel onjuist voor een werk, waarvan de oude leening nog met is afgelest, opnieuw te gaan leenen. Die leenln- gen zijn over te langen tjjd genomen, want het staat wel vast, dat geen enkele dier straten, waarvoor voormelde leening is aangegaan, het nog 20 jaar zullen kunnen houden. Het is on juist voor het aflossen eener leening' 30 jaar te stellen, indien het werk, dat uit de leening bestreden wordt een korteren leeftijd heeft, doch evenzeer om voor het verbeteren dier werken weer opnieuw te gaan leenen. Spreker is van meening, dat er jaarlijks een veel hoo- ger bedrag aan aflossing behoorde te worden besteed, opdat de leeningen zijn afgelost ten tijde dat het werk versleten is. Handelt men aldus niet en plaatst men nieuwe leeningen naast de oude, dan wordt de verre toekomst steeds hooger belast. Wanneer een straat niet meer voldoet aan de eischen die daaraan mogen worden gesteld en deze in zijn ouden vorm wordt vernieuwd, kan niet gezegd worden, dat dit nieuwen aan- leg is, dan is dat alleen onderhoud, dat uit de gewone middelen behoort te worden be streden. Hij zou voor die werken jaarlijks een bedrag willen uittrekken. Hij vermeent, dat het toch ook niet de bedoeling van burgemees ter en wethouders is, om die werken in een jaar uit te voeren, en dan zal er ook geen voor- deel in zitten, om een groote partij materialen gelijktijdig aan te koopen, daar men dan weer renteverlies krijgt. Het zou ook met het oog op de eischen van het verkeer niet mogelijk zijn, die verschillen- de straten tegelijk aan te pakken. Er zullen aan de verschillende straten ook verschillende eischen mioeten worden gesteld. Er zullen stra ten zijn, waarbij op zwaar vervoer moet wor den gerekend, doch ook andere waar met lichter verkeer rekening kan worden gehouden. Spreker meent te hebben aangetoond, dat niet alle straten die burgemeester en wetho- ders voornemens zijn onderhanden te nemen als nieuw werk kunnen worden beschouwd, en dat. een groot deel tot het onderhoudswerk moet worden gerekend, dat uit de gewone mid delen moet worden bestreden. Hij gelooft, dat dit in de toekomst ook geen moeilijkheden zal ondervinden. We zullen in de toekomst toch wel eens van de steunbeweging kunnen af- komen. De raad heeft daaromtrent vandaag weer een flauw straaltje hoop ontvangen. De bedragen die thans daaraan moeten worden besteed, kunnen dan worden aangewend voor verbetering van de bestrating. Men moet niet uit het oog verliezen, dat, zoodra we gaan leenen, er ook rente moet worden betaald, waardoor de uitgaven steeds stijgen. Hij zou er de voorkeur aan geven bij de begrooting een flink bedrag af te zonderen als een fonds voor het vernieuwen van ver sleten straten. Hij heeft daartoe echter, reke ning houdende met den toestand der gemeente- financien en de verhooging der belasting die thans zal noodig zijn wegens dating van het belastbaar inkomen, gemeend dit jaar nog geen voorstellen te moeten doen. De heer GEELHOEDT verklaart, ook nog op het zelfde standpunt te staan, dat we voor verbetering van onze straten niet moeten lee nen, doch die kosten uit de loopende middelen moeten worden bestreden. Het is volkomen juist hetgeen de heer Hamelink betoogde, dat men volgens de methode van burgemeester en wethouders opnieuw zou gaan leenen voor straten waarvan de oude leening nog niet af- betaald is. Er behoort voor onderhoud van straten telken jare een goede post op de be grooting. De VOORZITTER geeft te kennen, dat bur gemeester en wethouders van oordeel zijn, dat een algemeene voorziening voor onze straten niet kan uitblijven. Zij hebben het daarom noodig geacht hun plan te ontvouwen, teneinde te voorkomen, dat zonder bepaald motief be dragen op de begrooting zouden worden ge- bracht, die niet afdoende zijn en waarvan men dan eigenlijk niet juist weet hoe hen te be- steden. Ze zullen te gelegenertijd die plannen bij" den raad indienen. Er dient een voorzie ning te worden gemaakt voor de bestrating van de Kerkhoflaan, de Grenulaan en de Schoolweg en ook voor de Nieuwstraat. Als burgemeester en wethouders dan met een dier plannen bij den raad komen, kunnen ze»die telkens afstemmen. Als men de daarvoor noodige bedragen uit de begrooting zou willen vinden, zou men wel gedurende 10 jaar telkens 16.000 op de begrooting moeten brengen. Burgemeester en wethouders voor- zien niet, dat dit gaan zal en dat het niet an ders mogelijk zal zijn, dan de kosten door lee ning te dekken. Dat dit getuigen zou van een niet goed beleid, is in het wezen van de zaak onjuist. Dat men, in verband met zich geheel gewij- zigd hebbende verkeer moet komen tot een ge heel andere opvatting, omtrent den levensduur van de straten, dan men vroeger meende, is een omstandigheid, die toch ook burgemeester en wethouders niet kunnen veranderen. Vroe ger nam men aan dat een klinkerbestrating 15 jaar duurde, thans brengt men dat terug tot 8 jaar. De heeren hadden, indien zij daarvoor de moeite hadden willen doen, omtrent de verhar- ding van wegen uitgebreide gegevens kunnen verkrijgen op de onlangs aihier gehouden ten- toonstelling, bij den stand van de Algemeene Nederlandsche Wielrijdersbond. Toen voor jaren voor de door de ge meente aan te leggen nieuwe straten klinkers werden gekozen, wist men niet, dat het ver keer zoo zou toenemen, als dit inmiddels is geschied. Voor een keibestrating rekende men voorheen 50 jaar, maar thans raamt men den duur op 30 jaar. Burgemeester en wethouders zullen met zoo goed mogelijke gegevens bij den raad komen en als de voorgestelde verharding niet bevalt kan de raad ook zeggen neemt ma cadam of sintels. Elk onderdeel zal afzonderlijk aan de beslis- sing van den raad worden onderworpen. Er zal eenige jaren kort achter elkaar een gedeelte moeten worden uitgevoerd. Omtrent de wijze Waarop de kosten zullen worden gedekt, daar kunnen burgemeester en wethouders nu moei- lijk over vechten. Men moet zich echter onthouden van' herstelling van straten van kleine stukjes. Een straat is niet als een broek dien men lapt. Als de raad zegt: geen trottoirs, laat de stoepjes maar, daar zullen burgemeester en wethouders niet over vallen. Zij wenschen in deze juist met wijs beleid de zaak aan te vatten. Dat ze denken pas in 1928 met dit werk te kunnen be- ginnen is een gevolg van de omstandigheid, dat zij het gewenscht achten dat eerst de water- en gasleiding wordt aangelegd, en zij verwachten, dat voor '28 daarover toch wel zal zijn beslist. Behalve de straten, komt de gemeente nog voor verschillende uitgaven te staan, We kun nen ons straks beraden, hoe een en ander zal moeten worden gevonden, doch het kwam spre ker gewenscht voor, dat dit groote plan voor de straten eens naar voren werd gebracht, opdat de publieke opinie zich daarover nader ook eens kan uitspreken. De heer GEELHOEDT merkt op, dat burge meester en wethouders maar steeds willen leenen, en dat is voor hem een bezwaar. De VOORZITTER voert hiertegen aan, dat de heeren zich thans tot niets binden. Als de heeren er eventueel op tegen zijn, dat de kos ten uit een geldleening worden bestreden, dan stemmen ze dat deel van het voorstel van bur gemeester en wethouders af en moet uitgezien worden of de fondsen op andere wijze zijn te vinden. Burgemeester en wethouders zijn voor leenen. Indien de heeren van meening zijn, dat de Noordstraat kan blijven zooals die nu is, welnu, dan stemmen ze een eventueel voorstel om het plaveisel te veranderen af. De heeren die zoo eens buiten de stad komen, kunnen waamemen hoe het elders gaat, hoe men daar van lieverlede ook tot verschillende verbete- ringen moet overgaan. Spreker is, van oordeel, dat verbetering van verschillende straten in deze gemeente een eisch des tijds is. De heer D. SCHEELE verklaart het stand punt van den heer Geelihoedt te deelen en noemt het voornemen van burgemeester en wethouders heel slim, want dan kan het niet anders of ze moeten hun zin krijgen. Ze kun nen alsdan met een plan voor den dag komen dat als plan de goedkeuring van den raad weg- draagt, zoodat deze, omdat het werk noodig is, dat aanneemt. Dan staat er echter geen post voor op de begrooting 6n rest er niets anders dan de kosten te bestrijden door een leening. Men zou dan bij voorbaat wel een 10.000 tot 12.000 op de begrooting moeten zetten. De VOORZITTER merkt op, dat er toch nog een geruimen tjjd over heen gaat. De inmid dels gekomen nieuwe raad, kan er misschien ook anders over denken. Hij raadt de heeren aan, maar te wachten tot de voorstellen ko men, dan kunnen zij ook komen met hun cri- tiek. De heer HAMELINK: We hebben geen critiek De VOORZITTER meent, dat het weinig nut zou hebben, dit onderwerp thans geheel uit te spinnen. Beter is zulks, als de definitieve plan nen aan de orde komen. Dan kan men er ten finale op terugkomen. Spreker gaat het gevoel krijgen, dat de raad het gaat beschouwen, alsof hij niet voornemens is, dusdanige werken uit te voeren. Dan wordt het wat anders. De heer HAMELINK meent, dat de voor- zitter zich nu toch moet vergissen. Eigenlijk door geen enkele spreker zijn plan aange- vochten. Hij zal toch bovendien den raad ook niet kwalijik nemen, dat deze zich al gaat uit- preken over de uitvoering van een plan, dat hij nog niet voor zich heeft. De VOORZITTER kan dat ten deele toe geven, Behalve de heer Vprlinde, die meent, dat hij aan die voorstellen thans zijn stem niet kan geven in verband met den economischen toestand der gemeente, is tegen de plannen zelf niets aangevoerd, doch wel tegen de financie ring. En nu spreekt het toch van zelf, dat burgemeester en wethouders, indien ze met plannen komen, de kans moeten hebben, dat die ook kunnen worden uitgevoerd, want zon der centen gaat het niet. Dit meent hij toch ook even te moeten vastleggen. De heer HAMELINK meent, dat de voorzit- ter, hetgeen daaromtrent is gezegd, toch ook niet ten kwade mag duiden. Er bestaat daar omtrent een verschil van meening. Spreker heeft echter in zijn betoog toch ook vastgelegd, dat hij voor een deel der plannen wel gevoelen kan voor een leening, vooral ten behoeve van de straten, die pas bij de gemeente in beheer zijn overgegaan. Hij meent, dat dan de termijn van aflossing voor de leening zal moeten wor den gesteld in verband met den geraamden tijdsduur van het te gebruiken materiaal. Over de plannen zelf is nog g-een bepaald verschil gebleken, alleen over de financiering. De heer D. SCHEELE is van meening, dat die werken bij de begrooting aan de orde zullen moeten worden gesteld en dat dan eventueel posten daarvoor op de begrooting kunnen wor den gebracht. De heer HAMELINK meent ook, dat dit de oplossing is. De heer D. SCHEELE ziet niet in, waarvoor deze bespreking dan noodig is. De heer HAMELINK acht die ook niet noodig. De VOORZITTER is van tegenoverge?telde gevoelen. De straten kunnen zoo niet blijven. Het snelverkeer neemt z.oodanig toe, dat de straten daar tegen bestand moeten worden ge maakt. Gewenscht is het, een algemeen over- zicht te krijgen van hetgeen in dit opzicht ge- schieden moet, omdat dit bii elkaar een be- langrijke uitgaaf eischt. Ook kan er voordeel in gelegen zijn, de materialen in massa aan te koopen. De verschillende straten zullen stuk voor stuk aan het oordeel van den raad wor den onderworpen. Hij is den raad dankbaar voor de genegemheid die c^oor opmerkingen in de afdeelingen is geboden, om deze kwestie ter sprake te brengen. De heer GEELHOEDT merkt op, dat, in dien burgemeester en wethouders toch niet voor 1928 willen beginnen er toch aanleiding bestaat, om alvast een post op de begrooting te brengen, en een volgend jaar weer, opdat er dan fondsen voor het werk beschikbaar komen. De VOORZITTER meent, dat men op die wijze hoogstens de Kerkhoflaan in orde zou kunnen brengen. Die kan zoo rfiet blijven lig- gen. Overigens bestaat er bezwaar vroeger met het maken van straten aan te vangen, al- vorens over de gas- en waterleiding is beslist en deze eventueel zijn aangelegd. De heer GEELHOEDT: Maar er staat niets voor op de begrooting! De VOORZITTER stemt dat toe; burge meester en wethouders hebben echter dit plan in bespreking gebracht, om te voorkomen, dat weer, evenals het vorig jaar. een post op de begrooting zou worden gebracht, waar men eigenlijk niets mee kan uitvoeren. Het gaat niet om zoo maar zonder dat plannen bestaan a bout portant sommen te voteeren. De heer VERLINDE merkt op, dat burge meester en wethouders toch niet voor over een paar jaar willen beginnen. Het vorig jaar was de raad het er over eens, dat ze een post wil- den uittrekken om te beginnen met verbetering van de Dijkstraat. Toen heeft de voorzitter ook reeds gesproken over een plannetje. De VOORZITTER zegt, dat burgemeester en wethouders, zoodra ze den tijd gekomen ach ten, het voorstel zullen doen. De heer GEELHO^JT: Dus, nu is het van de baan? De VOORZITTER: Er is niets op de baan! De heer HAMELINK: Burgemeester en wethouders bereitien voor en wij zullen zorgen, dat de centen er komen! De VOORZITTER: Het betreft thans een voorbereiding en niets anders. Misschien, dat we door het aanstellen van een straatmaker op voordeeliger wijze zullen kunnen werken, dan op het oogenblik wordt gedacht. Domeingrond ten Westen van Ter Neuzen. De VOORZITTER doet mededeeling van: Een schrijven van den Ontvanger der registratie en domeinen te Hulst, waarin deze ingevolge ministerieele missive, d.d. 2 Novem ber 1.1., mededeelt, dat de koopsom van de bastions VIII en IX is gesteld op f 60.000 en van de strooken grond nabij het Arsenaal op f 1300. Gaarne zal hij thans spoedig vernemen of de gemeente op deze gronden nog prijs stelt. Tevens deelt hij mede, dat het verzoek om straatvuil te mogen bergen in de droge gracht, niiet voor inwilliging vatbaar is. Ter toelichting deelt de VOORZITTER mede, dat deze kwestie, waarover in geheime raads- zitting meermalen is beraadslaagd, thans in net openbaar kan komen. Het was de bedoe ling om de Domeingronden, over de rolbrug der miudensluis, de voormaiige battery en het daarvoor geiegen eiiand, voor de gemeente te koopen, teneinde die te bestemmen voor wan- deiweg en rustplaats voor de mgezetenen, die daar in den zomer een koel plekje willen zoe- ken onder de schaduw der boomen. Er zijn voor die overname ai eens cijfers ge noemd en ten slotte zijn er van wege de ge meente schatters uitgenoodigd, die tot een eenigszins hooger bedrag kwamen. Zij meenen dat de prijs 15.000 behoorde te zijn. Even wel, men dacht er te Middelburg, op het Domein-hureau anders over. Van daar werden ook schatters benoemd en die kwamen tot de conclusie, dat de prijs bonoorde te zijn 60.000. Aanvankelijk lag het in de bedoeling, op dat terrein wat plantsoen aan te brengen, terwijl men voornemens was de droge gracht, te be- nutten voor het bergen van straatvuil. loen* zoo'n hoog bedrag werd genoemd, werd een en ander nog eens overwogen en was een lid van het college van meening, dat indien het terrein op een andere wijze werd geexploiteerd, er toch wel een hooger bod dan 15.000 zou kunnen worden gedaan en men dan tot 35.000 zou kunnen komen. Ten slotte dachten in het college van burge meester en wethouders alle vier heeren spreker wil er den gemeente-secretaris ook bij noemen er anders over. De eene wilde wachten, wachten en nog eens wachten. Dit vond spreker droevig. Naar zijn besoheiden meening is er voor de gemeente toch wel aanleiding om te trachten de beschik king te krijgen over een beetje grond, om dat zoodanig in te richten, dat de ingezetenen daar kunnen beschiklcen over eenige schoonh'eid der natuur. Een ander lid van het college wilde hand- haven het aanvankelijk in den raad genoemde bedrag van f 12.000, terwijl het derde lid wil de gaan tot 20.000 en de vierde meende, dat men tegenover de vraag met 35.000 zoo geen slecht figuur zou maken. Spreker wil hieraan nog toevoegen, dat, in dien de gemeente dit terrein en droge gracht niet koopen kan, er toch ergens een hectare grond zal moeten worden gekocht voor berging van straatvuil, aangezien daarvoor op het oogenblik geen plaats meer beschikbaar is. Kon de droge gracht er voor benut worden, dan was dit ook een goedkoope gelegenheid voor t vervoer, omdat de afstand niet groot is. Het zal nu aan den raad staan om te zeggen wat hij in deze wil. De heer VAN AKEN merkt op, dat er in het schrijven staat, dat de gracht niet voor vuil- berging mag worden gebruikt, zoodat de uit gaaf voor de bergplaats dan toch moet ge- schieden. De heer DE JAGER wijst er op, dat het hier een terrein betreft van 12 H.A., met 3 H. A. water. De gemeenteraad heeft schatters be noemd, om deze in verband met ligging enz. naar waarde en deugdelijkheid te schatten. Deze zijn gekomen tot een bedrag van f 15.000. Van wege het Departement is de zaak geschat op 60.000, hetgeen neerkomt op niet minder dan f 5000 per H. A. Spreker kan niet mee- gaan met 20.000, nog minder met 35.000, doch vindt eigenlijk voor die 12 H. A. zooals ze daar liggen, f 12.000 al genoeg, en stelt zich daarom ook op het standpunt: wachten! wach ten!! wachten!!! De heer VAN DUKE kan zich wel voorstel len, dat onze ijverige voorzitter maar moeilijK kan wachten, ook in verband met de berging van straatvuil. Wat de andere kwestie be treft, het genieten van het natuurschoon, kan hij meedeelen te hebben gesproken met den pachter van het grasgewas en deze heeft hem te kennen gegeven, dat hij onder nader overeen te komen voorwaarden wel bereid is met de gemeente een overeenkomst te treffen, waarbij de dijk voor het publiek toegankelijk wordt gesteld, zoodat dit van een zitje onder de schoo- ne boomen kan genieten, en daar een boek lezen of er kan wand'elen. De VOORZITTER neemt gaarne nota van de mededeeling van den heer Van Dijke. Wat ver- der betreft de mededeeling in het schrijven van den ontvanger der Domeinen, betreffende het gebruikmaken van de droge gracht, zegt spreker, dat dit een puzzle is. Hij heeft des- tijds met den gemeent^secretaris een onder houd gehad met den tegenwoordigen ingenieur van den rijkswaterstaat om te spreken over het verleggen van de rioleering. Toen is ook ter sprake gekomen het doen van een verzoek om van de (jroge gracht gebruik te mogen maken voor vuilberging. Zooals men zich herinnert, is ook gesproken over het afvoeren van water middels een zinker onder het kanaal in de vestinggracht. Toen is ook het bezwaar ge opperd, dat de waterstand in de vestinggracht wel eens z6o hoog zou kunnen worden, dat de rioleering er niet meer op kon loozen. Nu gaf de ingenieur te kennen. dat, indien die droge gracht werd aangevuld, de gelegenheid voor waterberging nog kledner werd, omdat die droge gracht thans nog een boezem is, waarop bij hoogen waterstand water geborgen kan worden. Spreker meent nu, dat de toevoeging aan bet schriiven slaat op een dezerziids gedaan speciaal verzoek. om die droge gracht te mo gen gebruiken. Hii heeft echter bii de samen =nreki?ig in Den Haag den indruk gekregen, dat de gemeente, als deze het terrein koopt ook de droge gracht mag gebruiken zooals zii dat wenscht. In elk geval kan de brief tweeer lei betepkenis hebben. Spreker kan het hierom- trent mis hebben, maar gelooft, dat de ge meente, als zij het terrein koopt. met de droge gracht zal kunnen handelen naar goeddnnken. Dp modederiing van den heer Van Diike <rf>eft wel een weg aan, om tiideliik iet.s voor de ingezetenen t° verkrilgen. dnch snreker m^ent, dat de gemeente er in de toekomst toch toe zal moeten komen om dezen grond over te nemen. De neer D. SUn-cEDD merxc op, aai zooeven reeus oezwuar gemaaKC is (.egen net siraien- pian, met bet oog op de teeKomet van ier Deuzen en bij vermeent, dat we deze iuxe, wane dat wordt dan toch lnderdaad luxe, best Kunnen missen. Als men daar 30.000 voor geett, kan men er nog 30,060 bijvoegen om het in orde te brengen. Hij zou er maar niet verder op mgaan, en afwachten of de omstan- digheden om het in bezit te krijgen later niet gunstiger worden. De VOORZITTER merkt op, dat men thans in Den Haag' van wege de gemeente een serieus bod verwacht. Met het oog daarop, noemde hij het bedrag van f 35.000. De heer GEELHOEDT is van gevoelen, dat daarvan niets kan komen. Hij zou te kennen geven, dat de gemeente het terrein wil over- nemen voor het bedrag door hare schatters aangegeven. Hij meent, dat de raad zich daar aan moet houden. De heer VERLINDE zou, indien de droge nest als stortplaats kan worden gebruikt, daar nog aan willen toevoegen het bedrag dat an ders voor een terrein voor vuilberging zal moe ten worden uitgegeven. Ten slotte wordt met algemeene stemmen besloten te berichten, dat de gemeente het be- schreven terrein wil koopen voor f 15.000, het bedrag door hare schatters aangegeven. Burgemeester en wethouders stellen verder voor te berichten, dat de raad niet bereid is tot het koopen van de strooken grond nabij het arsenaal voor f 1300. Met algemeene stemmen wordt aldus be sloten. 11. Omvraag. a. De heer COLSEN deelt mede, er al eens aan den consul van de A. N. W. B. te hebben verzocht te Sluiskil bij de brug een wegwijzer te plaatsen, doch dat dit verzoek is afgewezen, op grond, dat er hier te weinig leden van den bond zijn. Hij vraagt of er hier geen gelegenheid zou zijn den weg aan te geven door dien op de muren van daarvoor in aanmericing komende woningen te schilderen op de manier zooals dat in Axel gedaan is. Dat is een goedkoop middel. De VOORZITTER zegt toe, dit bij burge meester en wethouders te zullen bespreken. b. De heer VAN CADSAND zou willen vragen, wat toch de oorzaak is, dat, nadat de commissie van bijstand materialen heeft ge- keurd, daarvan door den gemeentebouwmeester nog wordt afgeweken. Zoo zijn door de com missie ook de klinkers die moesten worden ge bruikt voor de bestrating aan de Scheldekade door de commissie geikeurd, en als spreker goed is ingelicht, is nader van dat monster afge weken ten nadeele van den aannemer, aange zien die klinkers kleiner waren en hij voor het stuktal evenveel moest betalen. De VOORZITTER moet verklaren, dat hem hiervan niets bekend is en dat hij hiernaar een onderzoek wil instellen. De heer VAN AKEN deelt mede, dat bij het keuren der monsters de aannemer 2 monsters van klinkers heeft ingeleverd. De bouwmeester heeft aanvankelijk gezegd, dat de aannemer 'everen kon wat hij wilde, doch heeft ten slot te een der monsters aangewezen. De aan nemer gaf te kennen, dat het hem gelijk was welke hij gebruiken moest, doch, of nu later gebleken is, dat deze zich heeft vergist, weet spreker niet. Niemand nog het woord verlangende sluit de VOORZITTER de vergadering. GEMEENTERAAD VAN AXEL. Vergadering van Dinsdag 17 November 1925, des namiddags 2 uur. Voorzitter de heer F. Blok, Burgemeester. Tegenwoordig de leden: J. M. Oggel, Ph. J. van Dixhoom, J. Weijns, J. M. Baert, A. Th. 't Gilde, F. Ddeleman, J. de Feijter en P. de Fejjter. Secretaris de heer J. L. J. Maris. Afwezig de heeren M. W. Koster, A. E. C. Kruijsse en Ed. van de Casteel. De VOORZITTER opent de vergadering door het uitspreken van het gebedsformulier. Hij deelt mede, dat de he«r Koster bericht heeft gezonden verhinderd te zijn wegens ziekte, de heer Kruijsse wegens andere bezig- heden en de heer Van de Casteel dat hij ver hinderd is. Aan de orde komt: 1. Notulen. De heer 't GILDE merkt naar aanleiding van de notulen van 6 October op, dat daarin bij de correctie nog iets door hem is over het hoofd gezien. In de le kolom, 51e en 52e regel staat: „door het voorstellen van eigen beheer", dit moet zijn: „aan de voorstanders van eigen beheer". Op bladzijde 21, laatste kolom is vermeld, dat het voorstel van den heer Van de Casteel betreffende salarieering van den chef-keur- meester geen steun ondervond. Spreker heeft dit gesteund. De VOORZITTER merkt op, dat het in elk geval buiten behandeling bleef, omdat het slechts door den heer 't Glide gesteund werd. De redactie zou dan kunnen luiden: „niet vol- doende gesteund". De heer't GILDE neemt daarmede genoegen. De heer P. DE FEIJTER merkt op, dat op bladzijde 17 een opmerking omtrent den werk- loozen steun is vermeld als te zijn door hem gemaakt; dit is onjuist, hij vermeent, dat dit moet zijn de heer DIELEMAN. De heer DIELEMAN bevestigt dit. Met in aanmerkingneming van bovenstaande opmerkingen worden de notulen met alge meene stemmen vastgesteld. De notulen der vergadering van 23 Oct. 1.1. worden nog aangehouden. 2. Ingekomen stukken. a. Eene missive van den Minister van Wa- terstaat, dd. 12 October 1925, waarbij wordt toegezonden een afsohrift van het koninklijk besluit, dd. 6 Oct. 1925, no. 24, luidende als volgt: Wij Wilhelmina, bij de Gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz. Beschikkende op het beroep. ingesteld door het gemeentebestuur van Axel tegen het be sluit van Gedeputeerde Staten van Zeeland van 27 Maart 1925, no. 176, 2e afdeeling, waar bij goedkeuring is onthouden aan de door het genoemde gemeentebestuur met de Naamlooze Vennootschap Provinciale ZeeuWsche Electri- citeits-maatschappij gesloten overeenkomst voor levering van electrischen stroom: den Raad van State, Afdeeling voor de ge- schillen van Bestuur, gehoord, advies van 4 Augustus 1925, no. 639. op de voordracht van Onzen Minister van Waterstaat van 1 October 1925, no. 350, afdee ling Waterstaat A; overwegende: dat de raad der gemeente Axel in zijne vergadering van 25 November 1924 heeft besloten over te gaan tot het .sluiten van een contract mef de Naamloo7° Vennoot schap Provinciale Zeeuwsche Electriciteits-

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1925 | | pagina 3