Moeders!
PUAOL
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
Als uw Kinderen zich bezeerd
hebben, gebruikdan ontniddellijk
30-60-90 ct.
maar het stond, aan den anderen leant,
van den beginne aan vast, dat Briand
de portefeuille van buitenlandsche zaken
zou behouden en daarom behoefde de
voorbereiding van die uitvoering er toch
niet onder te lijden. Nu de fatale termijn
van 1 December, den dag waarop het
tractaat van Lorcarno te Londen getee-
kend moet worden, naderbij is gekomen,
is de spanning in den toestand toegeno-
men. en daarom is het als een opluchting
te beschouwen, dat van verschillende
kanten duidelijke teekenen waarneembaar
zijn, dat de geallieerden bezig zijn me.
wat men in Amerika .delivering the
goods'' noemt. Dit zal, naar men mag
verwachten, een betere methode zijn, om
in den politieken toestand in Duitschland
klaarheid te scheppen dan door middel
van concialiabula der partijen te Berlijn.
De gezantenraad, het lichaam, dat op
sterven na dood is, maar nog reden van
voortbestaan heeft, zoolang het tractaat
niet geteekend is, heeft, volgens een be-
richt uit Parijs, een laatste opheldering
aan Duitschland gevraagd in verband met
de ontwapening en te Londen verluidt,
dat men er alles op zetten zal, niet later
dan 1 December met de ontruiming van
de Keulsche zone, het voor heel Duitsch
land zichtbare symbool van den goeden
wil der geallieerden, te beginnen. De
Duitsche Rijksdag zal, indien het bij die
regeling blijft (men weet echter, dat de
sociaal-democraten zijn bijeenkomst zou-
den willen vervroegen) 19 November zijn
beraadslagingen hervatten en tegen dien
dag dient de Duitsche regeering in staat
te wezen, hem gezaghebbende mededee-
lingen te doen over de concessies, die
Duitschland krijgt. Het gerucht wil, dat
de benoeming van een Duitsch regee-
ringscommissaris voor het bezette gebied
aan de Rijn reeds verzekerd en dat de
Duitschen gezant te Madrid voor dien
post bestemd is. Tevens deelt de diplo-
matieke medewerker van de Daily Tele
graph mede, dat tusschen Londen, Parijs
en Brussel onderhandelingen zijn gevoerd
over talrijke en belangrijke verlichtingen
van het bezettingsregime aan de Rijn-
oevers en dat zij dit doen met de bepaal-
de bedoeling de Duitsche regeering bij
haar pogingen om het nationalistische
ve,rzet tegen Locarno te overwinnen, te-
geinoet te komen.
Beginnen deze bedoelingen zich spoedig
te verwezenlijken, dan zal het den
Duitsch-nationalen, tegen dat de Rijks
dag weer bijeen is, onmogelijk worden,
verder met verdachtmaking van de goe-
de trouw der geallieerden ten opzichte
van de toezeggingen van Locarno te wer
ken en zouden zij kleur moeten bekennen
v^aanr of 711 het er dan
Westen een dolkstoot in den rug toe te
brengen. Zij hebben intusschen ook nog
tijd een zwenking te volvoeren als die,
welke zij verleden jaar ten opzichte van
de regeling van Dawes hebben volbracht,
en dit zou in het algemeen belang van
Eurooa het verkieselijkst zijn, want dan
zal het den sociaal-democraten ook ge-
makkelijk vallen van hun besluit, wegens
het verzet der Duitsch-nationalen tegen
te stemmen terug te komen. Hoe grooter
de meerderheid in dezen Rijksdag is, die
de politiek van Locarno mee onder-
schriift. hoe grooter de intrinsieke waarde
van het tractaat zelf voor de toekomst zal
Z1'n DE BELGISCHE PLANNEN.
Minister Janssen heeft voor de Katho-
lieke leden van het parlement een uiteen-
zetting gegeven in verband met de Bel-
gische plannen op financieel gebied. De
Minister deed uitkomen, hoezeer 't nood-
zakelijk is om over nieuwe middelen de
beschikking te hebben, ten einde een be-
grooting in evenwicht te brengen, welke
voor het loopende jaar een tekort van
fr. 500 millioenen voor 1926 n tekort van
.600 millioen zal hebben aan te wijzen.
Voor het overige heeft de heer Janssen
nog bevestigd, dat Belgie zich tegenover
de buitenlandsche bankiers, die bereid
zijn geld te leenen, heeft moeten verbinden
om de onontbeerlijke nieuwe belastingen
door het parlement te doen aannemen.
Daar is dus oeen ontkomen aan, zeide de
Minister.
Wat het gerucht aangaat, betrettende
de z.g. bordereaux coupons zeide hij, dat
er van een dergelijken fiscalen maatregel
alleen dan sprake zou kuinnen zijn. indien
bij door alle landen, welke in gebreke
zijn, werd toegepast. Voor een enkel land
zou'het noodlottig zijn, tot een dergelijk
stelsel zijn toevlucht te nemen.
STORM.
In het Zuiden en het Oosten van de
Engelsche kust hebben er hevige stormen
gewoed. waardoor vele schepen moeite
hadden om de haven te bereiken Men
maakte zich zeer bezorgd over de haring-
visschers van Yarmouth en Lowestdft,
die door den storm waren overvallen,
maar tot dusver zijn er geen verliezen ge
meld.
De Schotsche bergen zijn bedekt met
sneeuw.
OVERSTROOMING IN NOORD-
WALES.
Tengevolge van een groote dijkbreuk
is de vallei van Colcarrog in het Noorden
van Wales door 'n verschrikkelijke over-
stroominig geteisterd, waardoor het dorp
Porfih Llwyd onder water is gezet en enor-
me schade is aangericht. De lijken van
10 personen zijn gevonden, terwijl 20
andere personen worden vermist, die,
naar men aanneemt, eveneens zullen zijn
omgekomen. Nader wordt vernomen, dat
de ramp eenigds in de geschiedenis van dit
district. Aan den bovenkant van de Col
carrog-vallei ligt een groote electrici-
teitsfabriek, welke electriciteit levert aan
Llandudno en andere steden in Noord-
W'ales. Deze iabriek produceert haar
electriciteit uit een aantal meren in het
gebergte van Carnarvonshire. Een daar-
van is het Eigranmeer, dat gewoonlijk
180 millioen gallons water bevat. De
hoeveelheid water van dit meer is on-
langs nog belangrijk opgevoerd. Maan-
dagavond scheurde de dijk met donderend
geraas en het water stroomde aan de
bergzijde naar beneden. De ketels in de
electriciteitsfabriek ontptloften en de stuk-
ken ijzer vlogen door het dak, toetn het
water erbij kwam. Het gevolg was, dat
geen electriciteit meer kon worden gele-
verd en alle steden, die van deze fabriek
afhankelijk zijn, in duisternis werden ge-
huld. Men haastte zich naar de vallei
om de bewoners van de huizen te waar-
schuwen, doch deze hadden de knallen
reeds gehoord en de meesten van hen
konden zich nog tijdig bergen, voordat
het water hun huizen binnendrong. Vele
huisgzinnen brachten zich in veiligheid
door zich op den berg te begeven, De val
lei biedt een beeld van verschrikkelijke
verwo'esting. Huizen zijn ingevallen, de
parochiekerk van Porth Llwyd is ver-
nield. Huisraad en cadavers van vee en
schapen drijven rond.
AANSLAG OP MUSSOLINI.
Het laatst der vorige week werd uit
Italie gemeld, dat een met zorg beraamde
aanslag op Mussolini ontdekt is enkele
uren voor dat die zou worden uitgevoerd.
In een hotel tegenover het Ministerie van
Buitenlandsche zaken, waar Mussolini op
het balcon verschijnen zou voor het aan-
schouwen van een optocht, was, onzicht-
baar door de gesloten jaloezien, een gela-
den geweer opgesteld, dat op voornoemd
balcon gericht was. De huurder der ka-
mer, Zaniboni, werd in de uniform der
Alpenjagers gearresteerd.
Italiaansche bladen maken melding van
een uitgebreid complot en verschillende
arrestaties. Aangezien echter feitelijk in
Italie onder het facistisch bewind geen
persvrijheid meer bestaat, dient men de
berichten met eenige reserve te aanvaar-
den.
DE FRANSCHEN IN SYRIe.
Tegelijk, dat van Fransche zijde, een
rapport openbaar gemaakt is over het ge-
beurde te Damascus, dat de overdreven
voorstellingen, welke in de Europeesche
pers de ronde hebben gedaan, trachtte
te temperen, een rapport, dat oogenschijn-
lijk gegrond was op generaal Sarrail's
wel wat laat aangekomen depeches,
kwam de Times, schrijft de N. R. Crt. uit
met foto's van hargn bijzonderen corres
pondent te Damaskus, die laten zien, hoe
een marktplein, de bazaar-straat en het
paleis van Azm onder het bombardement
van de Franschen geleden hebben. Het
Fransche rapport had verteld, dat het
paleis ongerept was, op een onlangs er-
aan gebouwden vleugel na, maar als men
de foto in de Times bekijkt, lijkt de ver-
woesting veel erger. Een ander Engelsch
correspondent, die ter plaatse is geweest,
bevestiqt de vroegere lezing^
waarin het Mohammedaansche meuseum
met een schat van oudheden gevestigd
was, bijna geheel een ruine is, en dat
slechts enkele zeldzame mozaieken bij
toeval gespaard zijn. Inderdaad zou deze
toestand beter in overeenstemming zijn
met de foto, en dan volgt hieruit dat de
officieele Fransche lezing naar den ande
ren kant toe overdrijft. Dit kan dan ook
het geval zijn met het aantal gedoode in-
boorlingen, dat de Franschen op twee-
honderd stellen, de Engelsche berichten
daarentegen op „verscheidene honder-
den."
Het een tegen het ander wegende, staat
wel vast, dat generaal Sarrail als hooge-
commissaris van het Fransche mandaat-
gebied de orde met ruwe krijgsmanshand
heeft gehandhaafd en, na zijn terugroe-
ping, de regeering met de door hem ge-
bakken peren laat zitten, alsof Pain-
leve's kabinet reeds niet zwak genoeg
was.
Het pikante van het geval is, dat juist
de socialisten, die ten aanzien van Syrie,
gelijk ten aanzien van Marokko, niets
van te ver doorgedreven militair geweld
moeten hebben, toen de tegenstanders
van het kabinet in de Fransche Kamer
Painleve uit de gebeurtenissen in Syrie
een strop trachtten te draaien, hem te
hulp, kwamen om de regeering overeind
te houden bij den aanval op ..Sarrail's
wanbeheer." Het was pijnlijk voor de
socialisten, dat zij de hulptroepen van de
regeering moesten vormen in een kwestie,
waarin zij in hun hart aan den kant van
de aanvallers stonden. Het was de
uiting van een neiging tot zwenking in de
socialistische gelederen, nadat zij zich bij
de eerste verschijning van Painleve, toen
het om de kwestie van vertrouwen ging,
buiten stemming hadden gehouden. De
socialisten gaan inzien, dat zij, zoo zij
Painleve in den steek laten, slechts de
komst van een nieuwe regeering voorbe-
reiden, die meer naar rechts gericht zou
zijn. Painleve maakte hun de nieuwe toe-
nadering voor het overige mogelijk, door
een zoo spoedig mogelijk herstel van den
vrede, als doel van den strijd te stellen.
Een dooddoener van de eerste grootte,
omdat dit het doel van alle krijgsbedrij-
ven moet zijn. Het is maar de vraag, of
men een vrede wil opleggen of hem door
verzoenlijkheid wil bevorderen.
Generaal Sarrail heeft met zijn alge
meen gelaakt bombardement van Damas
cus nochtans bereikt, dat de rebellen zich
spoedig op genade of ongenade over-
gaven en geen Europeaan een haar ge-
krenkt werd. Het had heel anders kun-
nen loopen, want bij de eigenlijke rebel
len had zich een sterke horde Arabisch,
op plundering belust gepeupel aangeslo-
ten. Achteraf is het een gebrek aan door-
zicht gebleken, de stad tijdelijk zonder
militaire besoherming te laten, zoodat de
rebellen een gunstige kans kregen, maar
misschien kan de militaire overheid hier-
tegenover aanvoeren, dat zij een noodige
operatie buiten de stad moest ondernemen
en zij gebrek aan troepen had. Zoo zijn
er twee kanten aan alle dingen en beslist
de afloop pas over gelijk en ongelijk. Voor
het gevoel der Franschen is er intusschen
een onaangename kant aan, dat de En
gelsche correspondenten zooveel werk
maken van gebeurtenissen, die zij als
eigen vuile wasch liever in hun eigen
gezin hadden gereinigd. Over hetgeen
er nog weinige jaren geleden aan scherpe
onderdrukking in Ierland gepraesteerd is,
waren de Engelsche correspondenten stel-
lig niet zoo uitvoerig. Officieel daaren
tegen ontbreekt niet het minste aan de
samenwerking tusschen het Engelsche
bestuur in Palestina en het Fransche in
Syrie over maatregelen, die een uitbrei-
ding van de onlusten onder Droezen en
Arabieren moeten voorkomen.
TER NEUZEN, 9 Nov. 1925.
GEMEENTERAAD.
In de op a.s. Donderdag, des voor-m.
10 ure, te houden openbare vergadering
van den gemeenteraad alhier, komen de
volgende punten in behandeling:
1. Notulen.
2. Ingekomen stukken.
3. Voorstel van Burg, en Weth. tot
benoeming van een lid van de
commissie van toezicht op het
Lager Onderwijs voor Sluiskil en
Driewegen, ter vervulling van de
vacature Risseeuw. Aanbevolen
iworden: a. de heer J. Kaan,
hoofd van School D, en b. mej.
S. M. Bijleveld, onderwijzeres
school D.
4. Idem tot benoeming van een lid
van de commissie van toezicht op
het Middelbaar Onderwijs, we
gens periodieke aftreding der
heeren C. Wind van Merkesteijn
en D. Daane Bolier. Aanbevolen
worden in de eerste vacature: a.
de heer C. Wind van Merkesteijn;
b. de heer P. Thijssen. In de twee-
de vacature: a. de heer D. Daane
Bolier; b. de heer C. J. Witteveen.
5. Idem om aan den Directeur der
Registratie en Domeinen te Mid-
delburg vergunning te verleenen
tot het aanleggen van rioleerings-
en bestratingswerken.
6. Idem tot het voeren van een
rechtsgedincj tegen eenige eige-
naars van perceelen grond in de
Axelsche straat, teneinde in het
bezit te komen van hunne ont-
eigende perceelen.
7. Idem tot vaststelling van eene
overeenkomst met de N. V. P. Z
E. M. te Middelburg, inzake de
electrificatie der straatverlichting
aan den Baandijk.
8. Idem tot wijziging van de over
eenkomst met de N. V. P. Z. E. M.
te Middelburg, inzake de electri
ficatie der straatverlichting in
buurt Driewegen.
9. Idem om afwijking te verleenen
van artikel 10 der Bouwverorde-
ning aan J. Kiel en A. A. Eek-
a. Een verzoek van het bestuur van
het Wit-Gele Kruis te Sluiskil om
een subsidie uit de gemeentekas
van 200.
b. Idem van het Wit-Gele Kruis in
de kom f 300.
c. Idem van de Ter Neuzensche
Bad- en Zweminrichting f 250, ge-
durende vijf jaren.
d. Idem van het bestuur der vereeni-
ging het ,,Groene Kruis", f 1200.
e. Idem van het bestuur der Chr.
Bewaarschool, f 1000.
f. Idem van de vereeniging Volks-
bibliotheek, f 200.
g. Idem van het bestuur van het Cen-
traal Genootschap voor Kinder-
herstellings- en Vacantiekolonies.
h. idem van het Prov. bestuur „Hulp-
betoon door Samenwerking" te
Middelburg om een hoogere bij-
drage.
i. Voorstel van Burg, en Weth. tot
aanstelbng van een arbeider-
straatmaker.
TENTOONSTELLING VAN
BOETSEER- EN BEELDHOUW-
WERK.
Bij verschillende tentoonstellingen op
het gebied van huisvlijt, die hier in een
reeks van jaren werden gehouden, was
telkens beeldhouw- en boetseerwerk te
bewonderen, vervaardigd door onzen
stadgenoot, den heer Th. Bauwens, die
daarbij blijk gaf het als amateur op dat
gebied zeer ver te hebben gebracht.
Vooral werd de aandacht getrokken door
de figuren in gewoue natuurklei geboet-
seerd, die bekende personen, die in de
omgeving leefden of geleefd hebben
weergaven. Daartoe aangespoord door
verschillende tot hem gerichte verzoeken,
besloot de heer Bauwens de verschillende
door hem in den loop der tijden vervaar-
digde werkstukken ten toon'te stellen.
Zooals uit de advertentie in dit nummer
blijkt, zal die tentoonstelling worden
gehouden in de achterzaal van het loge-
ment ,,'s Lands Welvaren", van af a.s.
Woensdag tot en met Zaterdag. in den
namiddag en avond. We wenschen den
heer Bauwens succes met dit pogen en
kunnen aanraden naar dit interessante
werk eens een kijkje te gaan nemen.
ST00M SOOT DIE NST WESTER-
SCHELDE.
Het roorloopig verslag der Waterstaats-
begrooting voor 1926 deelt mede, dat bg
het Afdeeliogsonderzoek eenige leden
meenden te weten, dat meermalen geklaagd
is over de onjuiste verhoiding tusschen
de vrachtprgzen eerste en tweede klasse op
de provinciale stoombootdiensten op de
Westerschelde en over het n;et uitgeven
van retourbiljetten. Zij vroegen, of de
Minister zijn invloed wil aanwenden, om
aan rechtmatige klachten, 07er dezen dienst
te gemoet te komen.
NEDERLANDSCH-BELGISCH
VERDRAG.
Door het Bestuur van den Zeeuwschen
Polder- en Waterschapsbond is aan de
Tweede Kamer der Staten-Generaal een
adres gezonden, luidende als volgt:
Geeft eerbiedig te kennen:
De Vereeniging Zeeuwsche Polder- en
Waterschapsbond, gevestigd te Middelburg,
dat de bond reeds d.d. 19 Mei 1925 zich
heeft gewend met een adres tot den Minister
van Waterstaat, houdende bezwaren tegen
het tractaat met BelgiS, onlangs door de
regeering getroffen en waarop de ratificatie
van de Staten Generaal nog moet komen
en welk tractaat is geteekend door Zijne
Excellence Jhr. Mr. H. A. van Karnebeek,
Minister van Buitenlandsche Zaken en
Zijne Excellence Paul Hymans. Minister
van Buitenlandsche Zaken van Belgie en
o.a. een regeling over het Scihelde-regiem
inhoudt;
dat de bond na nog meerdere bestudee-
ring van den inhoud van gemeld tractaat, in-
derdaad ongewijzigde totstandkoming een
ramp voor het vaderland zou achten;
dat de bond daarin ziet een aantasten
van de bepalingen van de grondwet en van
de Waterschapswetgeving, in ons land,
waarbij de zorg voor, 't dijkwezen en de be-
scherming van den bodem, tegen het geweld
des waters van buiten en het overtollige
water van binnen, is overgelaten in de eerste
plaats aan wellicht de oudste autonome in-
stelling van de Nederlanden, de Water-
schappen zelf, onder toezicht van Gedepu-
teerde Staten van de gewesten en opner-
toezicht van de Kroon;
dat dit met name voor Zeeland van groo
te beteekenis is, door haar bijzondere lig-
ging en bodemgesteldheid;
dat daar dan ook een prachtig water-
schapswezen in den loop der eeuwen zich
heeft ontwikkeld en met enorme kosten en
moeiten de rijke vruchtbare bodem is be-
schermd;
dat door het ten dezen allerongelukkigste
tractaat ons geheele waterschapswezen op
den kop wordt gesteld en zelfs de Kroon
onder voogdij zou komen feitelijk van een
internationale commissie;
dat hierdoor de waterschapsbesturen niet
vrij zijn en blijven, in de verzorging van hun
oevexverdediging en dijkwezen, met het
doel waarvoor deze dient, maar andere be-
langen, n.l. handels- of sc-heepvaartbelan-
gen van een vreemden Staat, den doorslag
geven, welke belangen vierkant in strijd
kunnen zijn met de bescherming van den
bodem;
dat een dergelijke voogdij, in strijd met
de wetten des lands en de waardigheid van
onzen Staat, in hooge mate de souvereini-
teitsrechten van Nederland aantast en het
blauw-blauw-laten van de Wielingen-kwes-
tie toch waarlijk hiertegen niet opweegt;
dat inzonderheid de beide oevers van de
Wester-Schelde, ernstig bedreigde oever-
vakken hebben, waar de groote vaart tot
dicht onder de oeverskomt, en deze alzoo
een zoo ernstige waterschapszorg voor be-
houd van de polders eischen, dat het meer
dan onbegrijpelijk is, dat de regeering, on
der welken indruk dan ook, tengevolge van
heerschende geestelijke woelingen en hoe
ook bezield met prijzenswaardige bedoelin
gen om zoo vriendelijk en vreedzaam moge-
iijk te zijn tegen het naburige en stamver-
want land, kon toestemmen in dergelijke,
het bestaan van een groot deel van Zeeland
bedreigende bepalingen, daargelaten nog de
enorme kosten, waartoe deze behartiging
van het uitsluitend belang van een ander
land aanleiding kan geven;
dat de bond dan ook met verschillende
openbare besturen is te rade gegaan en tal-
loos vele bestuurders van polders of water-
schappen en gemeentelijke autoriteiten,
mannen van de praktijk die over den toe
stand kunnen oordeelen, vaak veel beter
dan technisch geschoolde ambtenaren, wan-
neer deze in een bepaalde richting blijven
zien, ten dringendste wijziging van het trac
taat veriangen, zoodanig, dat ons water
schapswezen intact blijft en dat b.v. Belgie,
wanneer het in zijn belang werken noodig
oordeelt binnen ons gebied, tot het uitvoe-
ren op zijn kosten daarvoor aan de regee
ring machtiging vrage, waardoor onze re
geering in staat blijft, gehoord de belang-
hebbenden, de Nederlandsche belangen te
beschermen, inzonderheid die voor het be-
houd van den Nederlandschen bodem. en
ook kan tegenhouden, dat door bepaalde
werken de toch reeds zoo hooge kosten van
dijksonderhoud en oeververdediging voor
de betrokken ingelanden nog zwaarder
werden;
dat de bond geen oordeel uitspreekt over
andere punten in het voormelde tractaat, als
niet bevoegd daarover een oordeel te vel-
len, tenzij dan over de suatiebepalingen,
welke eveneens ernstig bezwaar ontmoeten,
omdat Belgie zou kunnen beletten een be-
hoorlijke afwatering op de Wester-Schelde,
bijaldien daartoe geulen moesten worden
opengehouden, als b.v. in den Braakman,
terwijl verder kosten veroorzaakt door af-
voer van water uit Belgie door dezen Staat
moeten worden betaald, welke dan zelf kan
verhalen op Belgische waterschappen voor
zoover noodig, waarover Nederlandsch ge-
zag geen juridictie heeft;
dat de bond er van overtuigd is, ^dat de
tractaten kort na 1839 tot stand gekomen
tusschen Nederland en Belgie, dringend
herziening behoeven in het belang van beide
landen en de bond dan ook niet gaarne zich
daartegen verzet, het integendeel in beider
hoog belang achtend, dat goed nabuurschap
en vriendschap op allerlei gebied tusschen
de beide volken en landen besta, maar het
wel zeker is, dat wanneer Zeeland bij Bel-
gi§ behoorde ter bescherming van de haven
van Antwerpen, niet zulke maatregelen
zouden genomen worden, als waartoe Bel
gie krachtens het tractaat het recht krijgt;
W esiha l ve de voornoemde bond, on
der overlegging van tal van handteekenin-
gen van Zeeuwsche Polders en Water-
schapsautoriteiten, de 2e Kamer dringend
verzoekt het tractaat niet te ratificeeren,
maar aan de regeering in overweging te
geven zich met de bevriende Belgische re-
qeering nader over deszelfs inhoud te ver-
staan.
WRAK IN DE MOND DER
WESTER-SCUELDE.
Bij het Afd elings Onderzoek der Water-
staatshegrooting voor 1926 werd opge-
merk-t dat in de vergadering der Tweede
Kamer van 18 December 1924aangedrongen
werd op opruiming van een wrak in den
mond der West-r-Schelde. Detoecmalige
Minister van Waterstaat deed de toezegging
hierover overleg te zullen plegen met zijn
ambtgenoot van Binnenlandsche Zaken en
Landbeuw. Men meende te weten, dat dit
wrak nog steeds nLt is opgeruimd. Men
vroeg derhalve, of bovenbedoeld overleg
heeft plaats gehad en, zoo neen, waarom
dit niet is gescbied. Mocht dit overleg
wel hebben plaats gehad, dan zou men
gaarne vernemen wat de resultaten daarvan
zijn geweest. Wederom werd op een zeer
spoedige opruiming van dit wrak aauge-
drongen. Men achtte het onverantwoord
daarmede te wachten, tot welbchtmenschen-
levens te betreuren zouden zijn.
NAAR DE MISSIE.
Zaterdagmorgen werd in de fraai ver-
sierde kapel van Marienburg te 's Her-
togenbosch het plechtig afscheid gevierd
van drie Zuster-missionarissen, bestemd
voor Britsch-Indie, waaronder ook Sr.
Jozefa Vaal, uit Boschkapelle. Onder de
plechtige H. Mis hernieuwden de zusters
hare geloften en na afloop werden de
kerkelijke reisgebeden in koor gezongen.
De zusters worden op de reis o.m. ver-
gezeld door de Algem. Overste der Con-
gregatie, die in Britsch-Indie en later ook
in Oost-Indie (eiland Celebes) de visita-
tie der huizen zal doen. Het reisgezel-
schap vertrok .te 8 uur naar Roosendaal
teneinde van daar met de expres naar
Marseille te reizen. 10 Nov. vertrekken
zij met de Tabanan van de Rotterdam-
sche Lloyd naar Colombo, terwijl de mis-
sinonarissen eind dezer maand op hare
bestemming hopen te zijn.
Op Woensdag 11 dezer vertrekt
met den Z.Eerw. Pater Joh. Smits, rector
van het Redemptoristenklooster te Rio
Janeiro en generaal bestuurder van de
Liga Cattolica van Brazilie, met het
stoomschip ,,Gelria" van de Kon.sHoll.
Lloyd naar Brazilie, o.m. de Weleerw.
pater van de Redemptoristenorde, P.
Kuijpers, uit Hontenisse.
SAS VAN GENT.
In de stijfselfabriek Zeelandia te Sas
van Gent had Woensdagmiddag een ongeval
plaats. Eeoige werklieden waren bezig
werkzaamheden te verrichten aan het dak
van een der fabrieksgebouwen, toen plotse-
ling een ijzeren balk naar beneden viel en
een drietal arbeiders kwetste, waarvan eeD
van meer ernstigen aard De getroffene,
inwoner van Selzaete moest, per rijtuig
naar zijn woning worden vervoerd.
KOEWACHT.
De vorige week is ook de stier van E.
I. aan mond- en klauwzeer gestorven.
zoodat de jeugdige landbouwer in den tijd
van veertien dagen vier zijner beesten in
den put heeft moeten stoppen. Intusschen
is de ziekte overgegaan op het hof van
den landbouwer G., die juist naast J.
woont; hier zijn ook al 2 runderen ge
storven.
De commissie tot viering van het
zilveren huwelijksfeest van H. M. de
Koningin heeft besloten een omhaling in
de gemeente te houden. Eenige dames
zullen uitgenoodigd worden in de ver
schillende deelen dezer gemeente met een
inschrijvingslijst rond te gaan.
KOUDEKERKE.
Alhier is op 70jarigen leeftijd over-
leden, de heer H. J. E. Gerlach van
St. Joosland.
De overledene was van 19101923
lid van de Provinciale Staten van Zee-
land voor de Anti-Revolutionaire partij.
In de vergadering van 28 Februari 1913
werd de heer Gerlach van St. Joosland
benoemd tot lid van Gedeputeerde Sta
ten, doch kon wegens zijn bestuurslid-
maatscihap van den polder Walcheren,
dit ambt niet aanvaarden voor 20 Juni van
dat jaar. Intusschen waren de Provin
ciale Staten omgegaan en in de Zomer-
zitting werd hij niet herkozen.
Toen in 1922 de heer Blum overleed,
werd hij opnieuw tot lid van het Gedepu-
teerd College gekozen en bleef dit tot
1923.
De overledene was van 1908 tot 1913
burgemeester van Koudekerke.
LOOP DER BEVOLK1NG VAN
TER NEUZEN.
In de afgeloopen week hebben zich in deze
gemeente gevestigd:
Ch. van Belle, zonder beroep, aan boord,
van Gent-Brugge.
C. H. Balfoort, timmerman, 2e De Feijter-
straat 3, van Apeldoorn.
E. Hamerlinck, zonder beroep, P 134, van
Vlissingen.
M. M. Roth, zonder beroep, aan boord, van
Rotterdam.
M. L. Scheele, chauffeur, Benedenweg 38,
van Hulst.
A. de Fouw, melkslijter, 6 L, van Hoek.
M. J. Robijn, kantoorbediende, Tramstraat
21, van Hoek.
Vertrokken
M. Wieland, lood- en zinkwerker, 2e Korte
st raat 8, naar Hoek.
G. C. Schaalje, winkelbediende, Noordstraat
61, naar Middelburg.
S. C. Acke, zonder beroep, Nieuwechep
69/71, naar Amsterdam.
J. van Meurs, kommies R. D. B., Smidswal
33, naar Amsterdam.
M. D. van der Molen, winkeljuffrouw, Vioos-
wijkstraat 52, naar Rotterdam.
P. J. Gasteels, landbouwersknecht, P 103,
naar Axel.
M. E. van der Velde, dienstbode, Markt 6,
naar St. Gdlles (Waes).
W. J. Jenniskens, Pniester Capucijn, Nieuwe
Kerkstraat 24, naar Helmond.
F. H. Dikkenberg, schildersknecht, Donze-
Visserstraat 47, naar Aardenburg.
TUT BeffaniMifig gemeenteoegroonnq,
dienst 1926, waarbij aan de orde
zullen komen:
Vit J,1—fr