ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. No. 7832. Maandag 2 November 1925. 65e Jaargang. DE INDRINGER ABONNEMENTSPRIJS: XZ SlS -or votr™ Tov=rigJH«£j.n7/SLiT^AJirK atMKENLAMD. gKOILLETOy. BUITENLAND. NEDERLAND—BELGIe. Het wetsontwerp tot ratificatie van het verdrag met Nederland kan niet onmid~ delliik bij het weer bijeenkomen van de Belgische Kamers op 10 November wor- den irugediend. De reden,, die men daar- voor in officieele kringen opgeeft is de volgende, naar de N. R. Crt. mededeelt: Belgie, dat Nederland zoo veel mogehjk ter wille wenscht te zijn. heeft, toen het vernam, dat de overeenkomst aanleiding had gegeven tot besprekingen en gispin- gen in dit land, aangeboden, door enkele verklaringen in de memorie van toelich- ting, de hezorgdheid die zou kunnen rij- zen, zoowel ten aanzien van de toepas- sing als van den uitleg van het verdrag, te verzachten, ten einde aldus de oetrok- kenen gerust te stellen. Belgie heeft Nederland langs den ge- bruikelijken weg verzocht zijn bezwaren kenbaar te maken. Dit is vijf of zes maan- den geleden reeds geschied Sinds- dien is Brussel echter zonder antwoord qebleven Aldus de uitleg, dien men in zekere officieele kringen geeft. DE FINANCIeELE VOORUIT- Z1CHTEN DER GEMEENTEN. Een eerste taak der gemeentebesturen is het welvaartspeil der bevolking te bevorderen, al naar de geaardheid van de omgeving, de ligging. de bedrijven, enz. In het aigemeen hfchoort ook tot de taak der gemeentebesturen het bevorderen van vestiging van meergegoeden, omdat de voordeelen daarvan allereerst ten goe de komen aan de minder gegoeden. Het spreekt vanzelf, dat de iinancieeie vooruitzichten der gemeenten, verband houden met den tegenwoordigen toestand. De vooruitzichten zijn ook voor klei- nere gemeenten in het aigemeen nog steeds niet gunstig. Zij spiegelen zich al in den toenemenden schuldenlast en den zwaren belastingdruk. Eenig er mate staat de schuldenlast in verband met den al ot niet Snellen groei der gemeente. Het groote bezwaar is, dat ten aanzien van rente en aflossing der schulden nog niet in belangrijke mate kan worden bezui^ nigd. Indien de wijze, waarop de gemeente besturen een beroep doen op de geld markt, geen verandering ondergaat, zal het voor de industrie steeds ongunstiger worden om geld op te nemen. En indien daardoor het welvaartspeil daalt, ligt hierin een gevaar voor de gemeenten zelven. De gemeenten zullen derhalve moeten komen tot inkrimping van de za ken, waarvoor wordt geleend; boven dien zal men moeten komen tot fonds- vorming van die uitgaven, welke werke lijk buitengewoon zijn. In het verschuiven van uitgaven door leening schuilt een groot gevaar, omdat daardoor het nageslacht in een onduld- baren toestand wordt gebracht. Een ge- meentebestuur moet beginnen met de bur- gerij te bevrijden van den overmatigen druk tengevolge van maatregelen geno men door voorgaande geslachten. Ver schillende kleine en middel-groote ge meenten moesten langzamerhand zulke zware lasten opleggen, dat 'n uittocht van meergegoeden plaats had natuurlijk tot groot nadeel in de eerste plaats van, de minder gegoeden. Uit het Engelsch van Harold Bindloss. In de gementen, waar met name de di- recte belastingen overmatig hoog zijn, zal men daarom moeten trachten, meer uit de bedrijven te halen. Het rechtstreeksche gemeentebestuur zal zich voorts moeten beperken tot de gevallen, waarin het on- ontbeerlijk is. In vele gemeenten is men met het grondbedrijf, en op het gebied van de volkshuisvesting en den scholen- bouw, leelijk in het moeras geraakt. En wie mede denkt aan het vraagstuk der werkloozenzorg, zal zeker niet ontkennen, dat de financieele vooruitzichten der ge meenten in het aigemeen verre van roos- kleurig zijn! EEN NATIONALE VEREENIGING MET EEN INTER- NATIONAAL PLAN. Een nationale vereeniging, met een uitstekenden naam, koestert een grootsch plan. Internatioinaal. De Nederlandsche Reisvereeniging wie is er tegenwoordig geen lid van? - wil het volgend jaar naar Amerikq gaan! Tot dusverre organiseerde de N. R. V. uitsluitend vacantiereizen, Allereerst in ons land zelf, maar haar uitnemende re- putatie verkreeg zij toch voornamelijk door haar groepsreizen naar bijkans alle landen van Europa, Vooral met haar Vereenigingsreizen naar Zwitserland, waarbij men voor een ongelooflijk laag bedrag een weekje over de Alpen kpn buitelen heeft de Reisvereeniging zich een naam verworven. De N. R. V. verricht een bij uitstek sociaal werk. Hiermede wordt nu eens niet bedoeld, dat de gemeenschap voor den enkeling zorgt, doch omgekeerd: dat de enkeling zich voor anderen beschik- baar stelt en met name de landgenooten wil laten deelen in het natuurschoon, dat hem tevoren geboeid en bekoord heeft. Thans wil de N. R. V. de velen, die in het land van den dollar kinderen, ver- wanten, vrienden hebben, in de gelegen- heid stellen, deze in eigen omgeving te zien. Mogen van haar 45.000 leden talrijken deze eerste reis over den Oceaan aan- vaarden! BORCULO. Het is weder ongeveer drie maanden geleden, dat gansch' Nederland werd op- geschrikt door de tijding, dat Borculo door een cycloon geteisterd was. Wie werd niet door ontroering aangegrepen door het vreeselijk lot. dat dit vriendelijk gelegen stadje getroffen had? En wie dacht niet tevens, met ontzetting aan de mogelijkheid, dat de cycloon toevallig eens een anderen loop genomen had en de eigen woonplaats in enkele oogenblik- ken tot een puinhoop zou hebben ge- maakt? Vreeselijk was de ramp maar heer- lijk was de onverwijlde hulpverleening, door nationalen zin geboden. In uren van gevaar zoeken de menschen elkander. het lot aan een hunner beschoren, wordt ge- voeld als een leed aan alien aangedaan. Op dezelfde wijze wordt een catastrophe, in eenig deel van de'natie, ook als een nationale ramp gevoeld. Borculo wordt weder opgebouwd. Het nieuwe Borculo zal herinneren aan de verwoestende krachten der natuur-ele- menten maar het moet en zal er tevens staan als een symbool van nationalen zin. MISDRIJVEN TE WATER. In Stbl. 420 is opgenomen het Kon. Besluit van 16 October 1925, tot vast- steUing van een algemeenen maatregel van bestuur, als bedoeld in art. 437 quater van het Wetboek van Strafrecht, betref- fende de bestrijding van de begunstiging van misdrijven op bepaalde waterge- bieden. Dit besluit is van toepassing ten aan zien van de navolgende watergebieden: a. De Bovan-Rijn, de Waal, de Bo ven- en de Beneden-Merwede, de Noord, de Nieuwe Maas, de Rotterdamsche Wa- terweg, de Noordgeul en Westgeul; b. het Pannerdensch kanaal, de Ne- der-Rijn, de Lek en het Merwedekanaal; c. de Oude Maas, het Mallegat, de Dordtsche Kil, het Hollandsch Diep, het Volkerak, het Zijpe, het Mastgat, de Keeten, de Ooster-Schelde, het Kanaal door Zuid-Beveland, de Wester-Schelde en het Kanaal van Ter Neuzen; d. de Nieuwe Merwede, de Amer, de Bergsche Maas. het Heusdensch Kanaal, de Afgedamde Maas, de Maas, de Ge kanaliseerde Dieze, de Zuid-W^illems vaart en het Kanaal Luik Klaastricht. een en ander met uitzondering van de edeelten, behoorende tot de gemeente Rotterdam en Amsterdam en voorts met dien verstande, dat onder de toepassing van dit besluit zijn begrepen de Rijks- havens, welke in of aan deze wateren zijn gelegen. Ten aanzien van de toepassing van dit besluit zijn onder vaartuigen ook vlotten beqrepen. I feetreffende de opkooperij te water is bepaald, dat het verboden is, uit een vaar- tuig, aanwezig op een der in hiervoren aangewezen 'watergebieden eenig goed op te koopen of, opkooper zijnde, als ge- schenk aan te nemen of in pand, gebruik of bewaring te nemen, tenzij wordt ge- handeld krachtens vergunning, door ol vanwege den Minister van Justitie te ver- leenen. De houder1 van een vergunning als vorenbedoeld, is verplicht een doorloo- pend op- en verkoop'-egister volgens door den Minister van justitie vast te stellen model bij te houden, op een wijze, als na der in het besluit is omschreven. Een houder van een vergunning als vorenbedoeld, is voorts verplicht, onver- wijld kennis te geven aan de, bij de ^r" gunning aan te wijzen ambtenaren, indien hij in de gelegenheid is, eenig goed op te koopen, waarvan hij redelijkerwijs moet aannemen, dat het van misdrijf afkomstiq is of voor den rechthebbende verloren is gegaan. Het is hem verboden eenig goed van een ander dan den eigenaar van het be- trokken vaartuig op te koopen, tenzij met onderteekende schriftelijke vergunning van dezen of, betreft het een opkoop van een ander dan van den schipper. van dien schipper, welke vergunning bij het regis ter aanwezig moet zijn. Tusschen een uur na zonsondergang en een uur voor zonsopgang, mag van de vergunning geen gebruik worden ge maakt. Ten aanzien van de rivierventerij zijn o.m. de volgende bepalingen vastgesteld: Het is verboden, met gebruikmaking van een vaartuig aan opvarenden van een op de in den aanhef dezes vermelde wa tergebieden zich bevindend vaartuig. goe- deren te koop aan te bieden, te verkoo- pen of anderzins op eenigerlei wijze te vervreemden, tenzij gehandeld wordt krachtens vergunning door of vanwege den Minister van Justitie te verleenen. Een vergunning als vorenbedoeld, wordt niet verleend, indien de persoon van den aanvrager of de omstandigheden, waaronder het bedrijf zal worden uitge- oefend, naar het oordeel van hem, die de vergunning kan verleenen, ernstig gevaar voor misbruik opleveren. Het vaartuig waarmede het bedrijf wordt uitgeoefend, moet voorzien zijn van een door onzen Minister van Justitie vast te stellen kenteeken en daarop moet, vol gens door of vanwege dezen te geven voorsohriften, de naam en de woonplaats van den houder der vergunning duidelijk zichtbaar voorkomen. Het is verboden in het vaartuig behal- ve artikelen tot verkoop waarvan de ver gunning strekt, andere voorwerpen aan wezig te hebben dan die, welke vereischt worden voor de vaart en voor de onmid- dellijke behoefte der personen die zich op het vaartuig bevinden, zulks met dien verstande, dat in geen geval sterke drank in het vaartuig aanwezig mag zijn. Overigens gelden de bepalingen en voorwaarden, die bij het verleenen der vergunning worden gesteld. De houder van een der vergunningen als boven aangeduid, moet, indien hij zich aan den wal, langs of op het watergebied waarover zijn bcvoegdhcid strekt, be-- vindt, steeds in het bezit zijn van die ver gunning, zoomede van een afdruk van dit besluit. Hij is verplicht, die vergun ning op de eerste vordering aan de amb tenaren van rijks- en gemeentepolitie, daaronder begrepen de marechaussee, te vertoonen. Dit besluit treedt in werking met m- gang van 1 Januari 1926. HET TR ACTA AT VAN HANDEL EN VRIENDSCHAP MET MEXICO. De Minister van Buitenlandsche Zaken maakt bekend, dat de Mexicaansche re- geering op 15 October het tractaat van handel en vriendschap, op 22 September 1897 tusschen Nederland en de Vereenig- de Mexicaansche Staten geslotem, heeft OPfLdoeld tractaat zal ophouden van kracht te zijn op 15 October 1926. DE TOESTAND. Toen Chamberlain er Ponderdag in de vergadering van den Raad van den Volken- bond te Parijs gewag van maakte dat op dit lichaam niet alleen de taak rustte om het Grieksch Bulgaarsche incident in der minne te regelen, maar de nog veel be- langrijker taak, om middelen te beramen tot voorkoming van een herbaling ervan, was dit, schrijtt de N. R Crt. naar thans blijkt, een eerste aanwijzing dat de Raad voornemens is, in die rich ing onverwgld praktisch werk te verrichten. In de in- lichtingen namehjk die Briand en Cham berlain Vrijdag na de sluiting van de zitting van den Raad aan de journalisten verstrekten, deelden zij het verrassende nieuws mede dat de opdracht aan de commissie van onderzoek naar de toedracht van het grensincident ,op verzoek van de betrokken landen" sterk uitgebreid- is en het opsporen van alle oorzaken van onlusten omvat, die zich in dat deel van Europa kunnen voordoen. De commissie zal zich dus, zooals Cham berlain het uitdrukte, bezig houden met het makqn van een diagnose naar het kwaad en in het vervolg van het gesprek Jiebben beiden toegegeven dat een tractaat op de leest van Locarno een gewer.schte oplossing lijkt, mits het voortkomt uit het vrijwillig initiatief van de belangkebbende regeeringen. Als de commissie, op grond van haar diagnose van het kwaad, ertoe over mocht gaan vekere „leefregelen" voor den Balkan aan te bevelen, zal men daaronder in de eerste plaats het scheppen van gedemili- tariseerde neutrale zones langs de grenzen verwachten. Dit zou echter weer de moei- lijkheid meebrengen dat dan onverant- WGordelijke gewapende elementen gelijk komitadzji's zooveel te vrijer spel zouden krggen voor hun moorden en brandschat- tingen. Een internationale grenswacht onder gezag van den Volkenbond bijvoor- beeld zou hen in zulk efen van soldatfn ontbloot gebied slechts in toom kunnen houden, waarbij dan van zelf de oude kwestie ter sprake komt, of de Volkenbond niet in staat dient gesteld te worden, van haar gebiedende hand een vuist en wel een gepantserde te maken. Indien het pas gebeurde aan de Grieksch- Bulgaarsche grens den stoot mocht geven tot een steviger verankering vandrnv'rede op den Balkan, zouden de wandaden der komitadzji's en de eigengereidheid van Griekenland ten slotte een nieuw voo-beeld leveren, hoe op kwade daden niet altijd de vloek rust dat zij nieuw kwatd'verwekken, maar er soms ook het goede uit voort kan komen. Gelijk ook hetoractaat van Locarno ten slotte is vooitgekomen uit het besef, dat de eeuwige strubbelingen na den vrede van Versailles de oorzaken dreigden te worden van een nieuwe gewapende botsing in West-Europa. De Duitsche sociaal-democraten schijnen voet bij stuk te houden, en zeggen, dat zij, hoewel zij natuurlgk met de politiek van Locarno van heeler harte instemmen en daar zelfs het vaderschap voor opeischen, in den Rijksdag tegen het tractaat zullen stemmen en het met eigen hand helpen vermoorden, indien de Duitsch-natio- alen op hun afwijzend standpunt blijven stasn. De beweegredenen voor deze houdicg van de sociaal democraten zijn l lpkbaar van verscbillenden aard. Om te beginnen, w lien zij bertiker dat de regeering van Luther een Stres ma de voile consequentie trekt uit de desertie van de Duitsch-nationale ministers op let kritiekste psychoL gische oogenblik van de Duitsche staatkunde en nut, nadat het tractaat met behulp van de socnal-demo- cratische stemmen zou aangenom'n zijn, de Duitsch-nationalen weer de ei kel interimair bezHte ministerzetels doet in- nemen. Onthielden zich de sociaal demrcraten enkel bij de sfemmirg in den Rijksdag, dan zou het tractaat er komen. Zij zijn dus gedwongen ertegen te stemrren om 94) (Vervolg). Ze nam haar brief, dien ze in d en tus schentijd gevonden had op, en ging de kamer' uit. Maud bleef met een ernstige uitdrukking op haar gezicht voor zich uit zitten kijken. Ze kende hare tante en daardoor wist ze, dat de woorden van zoo- even een waarschuwing voor haar geweest waren. De welvaart van Silverdale had haar a'tijd na aan 't hart gelegen en nu werd ze opeens voor een keuze gezetof ze moest datgene, wat haar nog oneindig veel meer waard was, opgeven, of ze moest haar trots verzaken en zelfs de eerste po- ging tot toenadering doen. Onbeweeglijk bleef ze zitten. tot ze na een poos, die haar een eeuwigheid toeleek, den klopper van de buitendeur hoorde. Met een gevoel, of al 'tbloed uit haar gezicht wegvloeide, stond ze op, toen ze lichte voetstappen de trap hoorde opkomen. Onderwijl stonden de beide mannen, die door het dienstmeisje binnengelaten waren, bij de fel brandende kachel beneden in de hall te wachten, tot ze weer beneden kwam. Na een paar minuten zagen ze haar de trap afkomen. Colonel Barrington is op reis, maar Miss Barrington en Miss Maud zijn thuis," kondigde ze aan. Miss Maud laat vragen, of u boven wilt komen, ze is in de kleine zitkamer.'' rWist je, dat Barrington er niet was?" vroeg Witham zacht aan Dane, toen ze bezig waren om hun bont-jas en bonten beenstukken over den grooten kleeren- standaard in den hoek van de hall op te .hangen. Dane keek hem wat onzeker aan. „Ja... feitelijk we!," antwoordde hij. „Dan begrijp ik niet," zeide Witham koel, „dat jij me van te voren niet behoor- lijk gewaarschuwd hebt." Dane kleurde, maar hij bleef Wituam aankijken „Hoor eens." zeide hij, terwijl hij hem met een overredend gebaar de hand op den schouder legde. ,'t Is waar, dat ik dit opzettelijk verzwegen heb, maar voor die hanctelwijze had ik mijn reden. Luister nu nog eens voor het laatst naar me, Wit- ham. Ik ben niet blind en wat de andere merschen betreft... zooals ik jealgezegd heb, willen die je hier per se terug hebben. Knn je dien vervloekten trots van je nu niet eens een avondje vrijaf geven en aan nemen, wat je geboden wordt?" Met een ongeduldig schouderophalen keerde WitLam zich van hem af, maar toen hij even daarna opkeek, stond zjjn gezicht vermoeid pn neerslachtig. Laten we niet weer opnieuw beginnen. Je weet toch immers, dat mijn besluit onherroepelijk vaststaat". ,Goed dan", antwoordde Dane nu ook op zijn beurt neers'achtig. Ik heb gedaan wat ik kon. Ga jij nu naar boven om het Miss Barrington te vertellen, onder- tusschen verdwijn ik naar den stal om die zwakke piek in de eenestrengterepareeren". „Dat tuig kan best wachten", viel Witham uit. ,„Jij gaat netjes met me mee". Maar Dane was al bij de zijgang, welke naar den stal voerde. „Waarachtig niet. Ga jij maar alleenna jouw we g-ring van zooeven help ik je met geen hand meer". Nog even knikte hij Witham zegevierend toe, toen was hij verdwenen. Een paar minuten later deed W itham de deur van de kleine zitkamer open. Bij zjjn binnenkomen stond Maud uit haar stoel op en noodigde hem met een gebaar uit om te gaan zitten. Oogenschijnlijk heel kalm voldeed Witham aan haar on- uitgesproken vfrzoek, maar inwendig vroeg hij zich af, of ze aan zijn gezicht zou kunnen zien, hoe fel zijn hart bonsde. „lk vind 't heel prettig, dat u me heeft willen ontvangen", begon hij. ,,'t Zou jammer geweest zijn, als ik weg had moeten gaan zonder u en uw tante voor al uw vriendelijkheid dank te zeggen. En nu kreeg ik zooeven van uw dienstmeisje te hooren, dat Colonel Barrington op reis was ik wist't nietwerkelijk niet Ondanks de spanning, waarin zij ver- keerde, moest het meisje even lachen. Anders was je allicht niet gekomen En dan zouden wij niet in de geiegenhe:d geweest zijn om je met je vrijspraak geiuk te wenscinn. Zooals je ziet, breng ik t ter sprake 't Is voor mij prettiger, zooals het nu gegaan is." gaf Witham rustig ten ant woord, „maar feitelijk had r cht zn loop moeten hebben. at mijn vrijspraak zoo spoedig ge olgd is, heb ik hoofdzakelijk aan die laatste erklaring van Courthorne te danken en aan t feit, dat de politie er biijkbaar niet veel voor voelde, om de eerste quaestie nog eens op te halen. Natuurlijk had ik 't zelf kunnen doen, maar na hetgeen, dat u nu van me weet, zult u dat wel niet verwacht hebben". Maud begreep, dat nu het oogenblik om haar eerste poging te wagen gekomen was voor het uiterlijk heel kalm keek ze hem aan, maar haar handen, die in haar schoot lagen, hield ze nerveus inetngeklemd. ,Neen", zeide ze. .dat zou ik zeker van niemand- wie dan ook, verwacht hebben. Maar biijkbaar schep jij er een zeker ge- noegen in, om verder te gaan dan strikt noodig is. Waarom wil je hier weg?" /Omdat ik heel arm ben" antwoordde Witham. „0m hier in Silverdale te wonen, moet je over voldoende geldmiddelen be schikken". ,Maar die toestand is feitelijk je eigen schuld", zeide het meisje met een glim- lach, die heel wat van haar zelfbeheerschiDg eischte. „'t Schjjnt. dat jij armoede boven iets anders verkiestmaar dit zeg ik je, een kans in Silverdale zul je hebben, Voor dat zoudeHinge legaat was 't land en de boerderij van Courthorne mijn eige; dom nu, na zijn dood, vervalt het weer aan mil. Hem ben ik niets schuldig, want 't is ni t als geschenk van hem, dat :k 't aanvaard. Wil je hier blij en als mijn paehter. op con- dities, d edoor Dane en Macdonald vastgesteld zullen worden Mijn oom heeft't te druk om dit ook nog op zich te kunLen nemen." „Neen", antwoordde Witham met een stem, die ondanks zijn groote zelfbeheer- sehir.g even trilde. „Geloof me 't zou moe lijkheden met uw vrienden hier geven." „Wat?" zeide Maud verbaasd. „En die hebben je zelf gevraagd om hier te blijvt n ,,Een edelmoedige opwelling, anders niet. Over een poosje zouden ze er spijt van hebben. Ik ben niet een van hen en nu ze 't weten, zooals ik van het eerste oogenblik af 't geweten heb, zou't verschil maken. Ze zouden ongetwijfeld beleefd zijn en b ijven, maar als ik moest merken, dat ik hier geduld werd.. ik zou 't niet kunnen verdragen." Bier glimlachte Maud even, maar haar wangen gloe-'den en haar oogen tintelden van drft. ..Een paar maanden ge'eden heb ik je iets gezegd. dat ik nu herhalen ga in het uitvluchten bedenken ben je niet handig en wat deze speciale uitvlucbt aangaat weet je heel goed. dat je hun onrecht aandoet," zeide ze. ,En ook weet je dit; zelfs als ze je vijar.dig gezind waren, zou je hier kunnen blijven en hen dwingen, jon als hun gelijke te erkennen. Als ik 't goed heb, zijn dat een pcos geleden je eigen woorden geweest. Wat is er van dat geloof in het j recht van een ieder naar mate zijner per- soonlijkheid ge worden (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1925 | | pagina 1