INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
den veldwachter is toestemming gegeven om
schoenen te bestellen, hij heeft dit gedaan en
dan is de overgelegde rekening ingekomen en
betaald.
i>e heer KOOPMAN bespreekt ook nog de
nota van den metselaar Kiensen, welke betreft
het verrichten van werkzaamheden bij de hee-
ren Rouw en De Kraker, ten beinoeve van het
aanleggen van het eiectrisch net. De com
missie was van meening, dat het maken van
hei net aizoo met alles wat daartoe be-
hoorde was aangenomen en dat er dus
daarvoor geen extra-irekeningen te wachten
waren. Nu was De Kraker, naar spreker ver-
meent, al gelnstalleerd voor zijn woning en
sciiuur en begrijpt hij das niet, dat daar nog
metselwerk moest worden verrioht.
De VOORZITTER gelooft, dat De Kraker
destijds nog alleen licht in zijn woning had,
doch geen leiding naar zijn schuur. De con
sole was daar echter los geraakt, omdat men
de draden had gelegd door een boom en de
afstand van de lichtpaal ook wat te groot
was. Die console moest dus opnieuw worden
bevestigd. Wat er bij Rouw gebeurd is weet
sprckci niet.
De heer KOOPMAN deelt mede, dat het
geval van De Kraker ook bij de commissie
bekeaui was, maar vraagt, of de aanleg dan
geen oogenblik voor rekening van den aan-
nemer is geweest. Het is toch gewoonte, dat
er een onderhoudstermijn is en dat gebreken
die sinds dien tijd blijken, door de aannemer
moeten worden hersteld.
De VOORZITTER veronderstelt, dat er hier
ook wel een onderhoudstermijn zal geweest
zijn, doch het kan daarom voorkomen, dat er
werkzaamheden moeten verricht worden, die
toch niet ten laste van den aannemer kunnen
worden gebracht. Indien een console door den
storm los geraakt is, is dat toch niet de
schuld van den aannemer. Het heeft spreker
wel verwondert, dat ze de aansluiting niet van
de tweede, doch van de laatste paal gemaakt
hebben; dan was de spanning niet zoo groot
geweest.
De heer KOOPMAN wijst er op, dat de
maker van het net toch de oorzaak is geweest
van het loswerken van de console, omdat hij
den draad door een boom heeft gelegd en om
dat hij den afstand te ver nam.
De heer C. H. H. WISSE merkt op, dat de
gestelde vragen gemakkelijk op te lossen zijn,
door de bepalingen van het bestek na te gaan;
daaruit zal wel af te leiden zijn voor wiens
rekening dat work kwam.
De heer VAN HOEVE meent, dat het hier
betrof het verplaatsen van een aansluiting en
dat men zoo iets toch nimmer op een aan
nemer kan verhalen; dat is in geen geval on-
dershoudswerk.
De heer C. H. H. WISSE beaamt dit; het
loswerken van een console kan ook het gevolg
zijn van een slechten muur en dan helpt de
beste specie voor het vast zetten van de con
soles niet.
De heer VAN HOEVE wijst er nog op, dat
het net onder deskundige leiding is verbouwd,
doch dat zulks niet wegneemt, dat er later
toch nog wel iets voor den dag kan komen.
De heer KOOPMAN herhaalt, dat het-der
commissie vreemd voor kwam, dat, aangezien
naar haar beste weten het verbouwen van het
net was aanbesteed en daar dus alles onder
begrepen was, er nu nog een extra-rekening
wegens metselwerk voor het maken van het
net inkwamen. Hem is verzekerd, dat ook die
consoles onder het werk begrepen waren.
De SECRETARIS deelt mede, dat er van
den chef-electricien een schrijven is inge-
komen, waarin werd te kennen gegeven, dat
die werkzaamheden niet ten laste der aan-
neming konden worden gebracl^. Met het oog
daarop is de rekening voldaan.
De heer VAN PETEGEM wijst er op, dat
de commissie niet de aandacht heeft geves-
tigd op de korting op de subsidie toegekend
aan de vereeniging Het Groene Kruis wegens
ontstentenis van een verpleegster, tydens de
vacature. De vereeniging heeft echter voor
het vervangen van de verpleegster eer tot de
benoeming kon worden overgegaan nogal wat
onkosten moeten maken. Hij zou het billijk
achten, dat haar die werden vergoed.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat
Burgemeester en Wethouders daarover ook
we! hebben gedacht, doch dat de raad daar
over moet beslissen; zij konden dat eigener
beweging niet doen, aangezien zij krachtens
het raadsbasluit alleen subsidie mogen geven
als er een verpleegster is.
De heer VAN PETEGEM meent dat de on
kosten wel 35 a f 40 zullen hebben bedra-
gen. Hij stelt voor, die aan de vereeniging
uit te keeren.
De heer VAN HOEVE betoogt, dat Burge
meester en Wethouders er wel over gespro-
ken hebben, doch daarbij tot de slotsom kwa-
men, dat 1000 is toegekend, alleen uit te
'keeren] als de vereeniging een verpleegster
in dienst heeft. Toen er geen was; mochten
Burgemeester en Wethouders dus over dien
tijd geen subsidie uitkeeren. En indien het
Bestuur van het Groene Kruis nu behoefte
heeft aan het bedrag voor de gemaakte kos-
ten, ligt het naar sprekers meening in haar
lijn, daartoe een verzoek tot den raad te rich-
ten. De raad, die de omstandigheden der ver
eeniging niet kent, kan daartoe naar zijn mee
ning niet eigener beweging besiuiten. Ze we
ten nu wel hoe het staat <en kunnen daamaar
hun handeling richten.
De heer C. A. WISSE is het er mede eens
dat de gemeente wel subsidie verleent, doch
zich verder niet bemoeit met het beheer der
vereeniging.
De VOORZITTER verklaart, dat Burge
meester en Wethouders niet onwillig staan
tegenover het Groene Kruis, doch dat zij niet
anders konden handelen dan gebeurd is; als
er in verband met deze kwestie iets moet ge
daan wordesn, dient het initiatief van de ver
eeniging uit te gaan.
De heer DE KOEIJER is het daarmede
eens; het is volstrekt niet zeker dat de ver
eeniging dat geld noodig heeft.
De heer VAN PETEGEM meent, dat in zijn
voorstel iets billijks ligt, doch als de heeren
er anders over denken, wil hij zijn voorstel
wel intrekken en het verder verloop af-
wachten.
De verschillende rekeningen in dit punt der
agenda begrepen worden overeenkomstig de
vooratellen met algemeene stemmen vastge
steld.
8. Wijziging begrooting, dienst 1925.
Burgemeester en Wethouders stellen voor
de begrooting, dienst 1925, als volgt te wij-
zigen:
OfrTVANGSTEN KAPITAALDIENST
Hoofdstuk VI. Geldleening overgebracht
van hoofdstuk XVI f 3500.
Hoofdstuk VIII, par. 7. Waarborgsom, ge-
stort door besturen van bijzondere lagere
echolen, f 873.45.
Hoofdstuk VII. Geldleening, waarvan komt
ten bate van Hoofdstuk VI, 3500.
Hoofdstuk VII. Opbrengst van den verkoop
van gemeerate-eigendommen 661.25.
UITGAVEN KAPITAALDIENST:
Hoofdstuk VI. Verbetering opril haven
3500.
Hoofdstuk VII. Buitengewone aflossing van
geldleeningen 500.
Hoofdstuk VIII. Buitengewone aflossing
van geldleeningen f 800.
Met algemeene stemmen wordt dienovereen-
komstig besloten.
9. Omvraag.
De heer D. DEES herinnert, dat er in de
maand Juni nog gesproken is over het invoe-
ren eener beerruiming. Is die zaak sinds al
iets opgeschoten?
De VOORZITTER geeft te kennen, dat de
zaak, sinds de mededeeling van den heer C.
H. H. Wisse, dat hij iemand gesproken had, die
de beer weg wilde halen, nog op hetzelfde
standpunt staat, daar Burgemeester en Wet
houders van dien man, die volgens belofte dan
wel eens komen zou, niets hebben vernomen.
Spreker zou overigens gaame zien, dat er een
oplossing kon gevonden worden, want hij
heeft er het meeste last van, aangezien de
memsohen bij hem komen met klachten, en
vragen waar ze met den inhoud hunner beer-
putten moeten blijven. Er wordt ten slotte
ook veel fraude gepleegd in dit opzicht, het-
geen men bemerken kan als men zoo eens gaat
wandelen, want zooals de toestand daar b.v.
is bij her benzmehuisje kan het toch niet be-
stendigd blijven. De moeilykheid waar Bur1
gemeester en Wethouders steeds mede zitten,
;s, om de beer kwijt te geraken.
De heer C. H. H. WISSE verklaart niet
beter te weten, of de bewuste persoon had
zich met Burgemeester en Wethouders in ver-
binding gesteld. Dit valt hem tegen. Hij uit
het vermoeden, dat de man er ten slotte ook
geen weg mee gekunnen heeft.
Hij is evenwel van meening, dat een oplos
sing dezer zaak dringend noodig is; er be-
hoort een beerruiming te worden ingericht,
al is het dat dit de gemeente dan ook wat geld
zou moeten kosten.
De VOORZITTER deelt mede, dat het ge-
meentebestuur van Ter Neuzen wel toestem-
ming wilde geven om de beer daarheen te voe-
ren en uit te storten in het tankschip dier ge
meente, maar ze kunnen er niets voor beta-
len, zoodat deze gemeente dan alles toedraagt.
Hij meent, dat het misschien wel te doen zou
zijn, als men met een niet te hoog tarief kon
beginnen, b.v. 1,50 voor een halven M3.,
3 voor 1 M3., /4,50 voor lVz M3., /6 voor 2
M3. Er is echter verder niet op ingegaan,
bij gebrek aan een afzetgebied voor de ver-
zamelde beer. Hij heeft zich ook al afge-
vraagd, of men de zaak moet laten stranden
op het vooruitzicht, dat de gemeente er wat
aan zal moeten betalen. De toestanden zijn
geheel veranderd. Voor den oorlog werd de
beer gratis afgehaald; thans gebeurt dit niet
meer.
De Zeeuwseh-Vlaamsche tram vraagt voor
een tank een huur van 20 per maand, terwijl
de huur dan voor 6 maanden moet gegaran-
deerd worden, terwijl het vervoer naar Ter
Neuzen per tank 15 kost. Spreker stelt zich
voor, dat men tweemaal per jaar, b.v. in No
vember en in Maart de gelegenheid van rui-
men zou moeten openstellen.
De heer C. H. H. WISSE meent, dat het
dan ten slotte aan de gemeente toch zoo geen
bedrag zou moeten kosten. Men moet rekenen
dat het andere gemeenten ook geld kost. De
ingezetenen vragen en roepen er allemaal om.
Hij zou willen voorstellen om het maar aan te
pakken.
De heer VAN HOEVE wijst er op, dat, als
alle ingezetenen meewerkten, er wel kans zou
zijn, dat het rendeerend kon geschieden, maar
de desbetreffende enquete heeft in dat op
zicht groote teleurstelling gegeven.
De heer C. H. H. WISSE meent, dat men
dat onderzoek niet kan meetellen, dat was ge
heel verkeerd opgezet, dat kon geen kans van
slagen hebben, omdat de aangegeven prjjs
veel te hoog was.
De heer VAN HOEVE geeft te kennen, dat
Burgemeester en Wethouders, alvorens met
hun voorstel in zee te gaan, eerst een onder
zoek wenschten in te stellen, in hoeverre zij er
op konden rekenen, dat er gebruik van zou
worden gemaakt. Ze hebben toen het bedrag
gesteld op 5 en spreker meent, dat dit toch
zoo hoog niet genoemd kan worden, als voor
ddt bedrag de ruiming op degelijke manier
wordt uitgevoerd. Hij begrijpt niet hoe in
deze kan worden gesproken van een verkeer-
den opzet.
De heer C. H. H. WISSE merkt op, dat als
menschen met een klein putje ook 5 moeten
betalen het voor hen per jaar nog al hoog
zou loopen.
De heer DE FEUTER merkt op, dat dit
een verkeerd begrip is, want die prijs van 5
was gesteld per M.3., alzoo voor een putje van
M3. maap /2,50.
De heer C. H. H. WISSE; De kleinste put
is toch 1 M3.; tegenwoordig zijn ze 2 M3.
Voor een workman is 5 te veel, want moet
hij tweemaal per jaar laten ruimen, dan wordt
het 10 en dat is nogal bezwaiarlijk.
De heer VAN HOEVE: Maar er zyn ook
een hoop menschen die niet tot de arbeiders
behooren en van wie kan gezegd worden, dat
5 niet te veeJ is, die zich toch ook niet ver-
klaarden dat ze er gebruik van zouden maken.
Men moet toch ook in aanmerking nemen,
dat het ruimen in plaats van des nachts, over
dag gebeurt, op eene zindelijke wijze en dat
mag toch ook wel wat waard zijn. Het is
tegenwoordig zoo, dat de menschen allemaal
eerste klasse en fijn willen geholpen worden,
maar als het er op aankomt daarvoor contri-
butie te betalen dan zijn ze er niet by, dan
moet dat maar door de algemeene kas wor
den betaald. Dat is echter niet het juiste
standpunt. Als alle ingezetenen er gebruik
van maken, kan het renldeeren.
De heer C. H. H. WISSE houdt vol, dat het
onuitvoerbaar zal blyven als men vasthoudt
aan de stelling, dat die zaak ziehzelf zal moe
ten bedruipen.
De heer VAN HOEVE betoogt, dat er een
drang van de ingezetenen moet uitgaan, dat
willen. Dat is bij het onderzoek niet
gebleken. Als nader gebleken was, dat de ge
stelde prijs te duur was en het goedkooper
kon, dan kon dat ook weer verlaagd worden
De heer C. H. H. WISSE: Als de pry's
lager was gesiteld, zouden er meer op getee-
kend hebben. De menschen hebben naar den
prys in andere gemeenten gekeken, hebben
die vergeleken en kwamen tot de conclusie
dat het dan hier toch te duur was.
De VOORZITTER gelooft, dat, indien thans
een onderzoek werd ingesteld naar de deel-
neming, de uitslag wel anders zou zy'n. De
menschen ondervinden dat, als ze het nu
door een particulier moeten laten doen, veel
meer kost. Dan komt er nog by dat, als het
van wege de gemeente geschiedde ze er
s nachts niet voor zouden moeten opblijven.
Ze krygen nu wel een anderen kyk op de zaak.
De menschen die er vroeger niet over dach-
ten, beginnen nu een anderen toon aan te
slaan. Het beste zou misschien zyn, dat Bur
gemeester en Wethouders nog eens een on
derzoek instelden en dan tegen een tarief zoo
als zooeven door hem genoemd. De menschen
moeten er ook wat voor over hebben.
De heer C. H. H. WISSE wyst er op, dat
het nog niet alleen de kwestie of men particu-
lieren bereid kan vinden om de putten te
ruimen, maarer is geen plaats waar ze
met den inhoud blijven moeten.
De VOORZITTER is het er mede eens, dat
het zoo niet blijven kan.
De heer C. A. WISSE bepleit ook de nood-
zakelijikheid eener beerruiming, al zou de ge
meente er iets moeten bijleggen, maarde
menschen moeten er zelf ook iets voor op-
offeren. Als ze nu laten ruimen kost het
toch ook geld.
De heer HAAK noemt het jammer, dat de
man, die er toen over gesproken heeft, niet
meer teruggekomen is. Die gaf toen te ken
nen, dat er alleen /40 per jaar zou moeten
betaald worden voor huur van een tank, maar
daarmede was men er dan toch vanaf ge
weest.
De heer KOOPMAN geeft te kennen, dat hij
vroeger altijd eenigszins sceptisoh tegenover
het vraagstuk beerruiming heeft gestaan. Hij
beschouwde dat altyd als een soort luxe. Na
hetgeen hy daarvan echter later gezien en
gehoord heeft en in verband met de hier ge-
houden besprekingen, moet hij dit vraagstuk
voor Zaamslag echter acuut verklaren. Het
beeren beteekent op het Veer niets, daar weet
men er wel weg mee. Maar waar moet men
in de kom van de gemeente er mee blijven?
Het gevolg is, dat er tegen de hygleniscae
wetten veel gezondigd wordt. In verband met
de omstandigheden Kan men er moeilijk tegen
optreden, maar het is toch niet in orde.
Indien de gemeentenaren er alle gebruik
van malumzou de zaak best kunnen bestaan
en spreker meent daarom, dat het wel ge-
wensciit was, in het aigeimeen belang daar
voor een zachte drang op alien uit te oefenen,
dat ze er gebruik van moeten maken. Voorts
vraagt hij, of er, voor het vaststellen der be-
taling niets aan te doen is om dit te regelen
naar de iwkomstenbelasting. Natuurlijk zul
len, als de regeling werd ingevoerd, de lijnen
strakker moeten worden aangehaald, en voor
komen, dat men de beer niet op verboden
plaatsen brengt.
De VOORZITTER wil graag meewerken
voor het invoeren eener beerruiming, maar
zou toch bezwaar hebben, dat middels drang
op de ingezetenen te doen. Hij meent, dat er
nog wel andere wegen zijn om er toe te ge
raken.
De heer KOOPMAN: Het kan zijn, dat u er
anders over denkt, maar Burgemeester en
Wethouders ihebben nu toch al geruimen tijid
naar een weg gezocht en niet gevonden
De VOORZITTER is ook van oordeel, dat
men zich niet op het standpunt zal kunnen
blijven stellen, dat de zaak zich moet dekkeii,
dat kan niet. Het is echter ook een algemeen
gemeentebeLang, met het oog op den hy-
gienischen toestand. Het heeft hem al sterk
verwonderd, dat er nog nooit eens een aan
merking is gekomen van de Gezondheids-
commissie.
De heer C. A. WISSE vraagt of het niet
mogelijk zou zijn de man, die door de heeren
C. H. H. Wisse en.Haak bedoeld wordt, en d'e
niet gekomen is, eens op te zoeken om te
vragen hoe het er mede staat.
De heer C. H. H. WISSE zegt, dat die man
in Selzaete woont.
De heer HAAK veronderstelt, dat de man
ten slotte in zijn pogingen voor een afzet
gebied niet geslaagd is en dat het daarom
weinig meer zal baten als men hem nu gaat
opzoeken.
De VOORZITTER deelt nog mede, dat de
beer ook gebracht kon worden naar Axel om
daar overgepompt te worden in een andere
tank, doch de rails van de tram komen daar
niet langs die van den spoorweg. Hij weet
niet of dit misschien elders, b.v. te Sas van
Gent, wel het geval is.
De heer VAN PETEGEM vraagt of het niet
mogelijk is ergens een put te maken en het
daarin te storten.
De VOORZITTER deelt mede, dat dit ook al
is overwogen. Burgemeester en Wethouders
hebben er met verscbillende landbouwers over
gesproken en het denikbeeld geopperd om er
dan met straatvuil compost van te maken,
maar ze hebben er alien feestelijk voor be-
dankt.
De heer VAN HOEVE wijst er op, dat die
put dan voor het practisch nut ook niet te ver
buiten de kom zou mogen liggen, omdat an
ders de vervoerkosten te hoog zouden worden,
en ook aan een verbarden weg, aangezien men
er met den zwaren wagen anders niet bij kan
komen. Er is ook wel eens gesproken oyer
uitstorten op bouwland, doch zelfs al kreeg
men daarvoor de vergunning, dan zou men
met den zwaren wagen nog niet op het land
kunnen komen.
De VOORZITTER herhaalt zijn denkbeeld,
dat Burgemeester en Wethouders de zaak nog
eens opnieuw zouden bezien en dan opnieuw
met een voorstel komen.
De heer VAN HOEVE: De besprekingen
hebben anders niet veel nieuwe gezichtspun-
ten opgeleverd. Het zou echter mogelijk zijn,
dat een grooter percentage ingezetenen mede-
werking toezegt.
De heer C. A. WISSE: Er is toch ook het
denkbeeld geopperd, om eens met den bespro-
ken persoon die de beer afhalen zou, verbin-
ding te zoeken.
De VOORZITTER: We zouden eens een
lager tarief kunnen stellen en als we dan
weten waarop we van wege de ingezetenen
rekenen kunnen met een definitief voorstel
komen.
De heer C. H. H. WISSE: Langs dien kant
zal het moeten, al zou de gemeente er iets
aan moeten bjjdragen.
De heer DE KOEIER is van gedacht, dat
de zaak ziehzelf best kan bedruipen, als alien
maar meewerken.
De heer C. H. H. WISSE wyst er op, dat
andere gemeenten, die gunstiger liggen, zoo
als Axel, er nog op te kort komen. Hou zou
het dan in Zaamslag, dat ongunstdger gelegen
is voor het vervoer, ziehzelf kunnen dekken?
Als men op het standpunt blijft staan, dat dit
moet, dan kan men er wel van af stappen.
De heer DE FEIJTER geeft te kennen, dat
de gemeente Axel voor de expioitatie der
beerruiming in een gemakkelijker conditie
verkeert, omdat het voldoende personeel
heeft, dat met dat werk kan worden belast,
en, dat, indien daarvoor geen werk is, zyn an
dere werkzaamheden verricht. Hier, waar
men slechts 1 man in dienst heeft, zou dat
niet zoo gemakkelijk zijn en als men het per
soneel, dat er voor noodig is, een geheel jaar
in dienst moet houden, komt het nog veel scha-
delyker uit, want dat personeel kosit veel
geld.
De heer C. H. H. WISSE meent, dat het
geen bezwaar was, dat men nog een paar man
bij den kantonmier in dienst nam, die dezen,
ais er geen werk voor de beerruiming is, op
de wegen hielpen. Dan zou een en ander wat
beter kunnen worden onderhouden.
De heer DE FEIJTER: Jawel, maar dan
zou de rekening toch geheel anders uitkomen.
De heer C. H. H. WISSE: Het zou toch in
ieders belang zyn, als alles eens goed gerei-
nigd werd.
De heer KOOPMAN zou gaame zien, als
Burgemeester en Wethouders nu opnieuw met
een voorstel komen, dat aan den raad alle cy-
fers worden overgelegd. Er is nu wel aan den
raad rneegedeelo, dat Burgemeester en Wet
houders er geen neil in zagen tot de mvoermg
over te gaan, dat de medewerkmg van de in
gezetenen tegengevallen was, doch den raad
zyn geen cylers omtrent Kosten enz. bekend.
Wat dat tegenvaiien van de medewerking
der ingezetenen betreft, herinnert spreker
zich de poging door het bestuur van het
Groene Kruis aangewend om een verpleegster
te krijgen. Er werd toen aan de leden ge-
vraagd, wie bereid was, daarvoor zijn contri-
butie te verhoogen. Het resultaat was be-
droevend. Er waren er van de vijf a zes hon-
derd leden nauwelijks 150 die hun contributie
wilden verhoogen. Er is, met hulp van de ge
meente, toch een verpleegster gekomen en nu
men die heeft leeren kennen, zou men ze niet
graag willen missen, doch zegt algemeen: had-
den we ze maar eerder gehad. Nu wordt een
verpleegster ©nmisbaar geaciht. Zoo zal het
ook gaan met de beerruiming, als die er een-
maal is, dan zullen de menschen er gebruik
van maken.
De VOORZITTER merkt op, dat de cijfers
van Burgemeester en Wethouders aan den
raad zijn meegedeeld.
De heer KOOPMAN kan zich niet herinne-
ren, dat dit in openbare zitting is geschied.
De heer D. DEES meent, dat het vraagstuk
nog eens ter deeg onder de oogen behoort te
worden gezien en zoo mogelijk tot een oplos
sing moet worden gebracht. Het is wel vreemd
te noemen, dat er zoo weinig medewerking
van de zijde der burgerij ibleek, aangezien het
ruimen nu toch ook geld kost en er niet zoo
gemakkelijk menschen voor te krijgen zijn <ye
het doen, omdat ze er mee verlegen zitten
waar ze er mee blijven moeten.
De heer VAN PETEGEM meent, dat die
weindge medewerking er ook aan toe te schrij
ven is, dat er nog zooveel menschen zijn die
den beer in hun tuin brengen en die te kennen
geven, dat ze, zoolang ze niet gedwongen
worden, niet van gemeente wege zullen laten
ruimen.
De VOORZITTER merkt op, dat aan dat
brengen van beer in een tuin toch ook een eind
komt, want dat de gevolgen daarvan niet
kunnen uitblijven. We verkeeren niet meer in
de toestanden van voor den oorlog en men
begint toch ook al wat meer rekening te hou
den met de eischen der hygiene.
Ten slotte wordt goed gevonden, dat Bur
gemeester en Wethouders deze zaak nog eens
opnieuw zullen ter hand nemen.
b. De heer KOOPMAN wijst op de nood-
zakelijkheid van het plaatsen van een licht-
puntje achter op het Veer. Aan de zijde waar
spreker woont staat er op den achterweg ook
wei geen straatlantaam, maar daar is het niet
zoo gevaarlijk als aan de Noordzjjde, omdat
daar de weg maar 3 M. breed is en zij langs
een diepe sioot loopit. De menschen hebben
al gezegd: als de gemeente maar voor een
lantaam wilde zorgen, zullen wij het wel doen
voor de olie. Daar'zou wel geen sprake van
zijn, daar zou natuurlijk een electrische lamp
komen, doch die kan van geringe sterkte zijn.
Niet allteen hebben daar verschillende men
schen hun achterdeur, doch ook meerdere
komen er met hun voordeur uit.
De VOORZITTER deelt mede, dat bij een
bezoek aldaar de menschen het hem ook al
gevraagd hebben, maar hij meent, dat, als er
daar een geplaatst wordt, het moeilijk in het
Zuidelijk deel der buurtschap kan worden na-
gelaten.
De heer KOOPMANMaar daar is het niet
zoo gevaarlijk en daar zou ik althans nimmer
aan willen meewerken, om er een te krygen.
De VOORZITTER zegt nader onderzoek en
overweging toe.
c. De heer VAN PETEGEM wyst op de
duistemis die heerscht aan de Brouwerij
bij het land van De Vos; dat is een zeer don-
ker gat. Daar zou wel in de eerste plaats een
lichtpunt noodig zijn.
De VOORZITTER meent ook, dat daar alles
voor te zeggen is. Dit zal ook worden opge-
nomen.
d. De heer KOOPMAN vraagt hoe het zit
met de brandspuit.
De VOORZITTER deelt mede, dat Burge
meester en Wethouders steeds aan het onder-
handelen zijn en kan verzekeren, dat het ge-
meentebestuur, door het niet te haastig te
zijn geweest geld verdiend heeft. In elk ge
val heeft het wachten niet ten doel de zaak
aan den kapstok te hangen. Burgemeester en
Wethouders trachten het met voor de ge
meente zoo weinig mogelijk kosten voor el-
kaar te krygen. Hy meent, dat het binnenkort
voor elkaar zal zyn.
e. De heer C. A. WISSE vraagt of er geen
adres is ingekomen van den Margarethapolder
betreffende rioleering te Obhene.
De VOORZITTER antwoordt bevestigend.
Die kwestie is echter nog niet voldoende voor-
bereid, om in openbare behandeling te komen.
Er moeten dan heel wat voorzorgen worden
genomen, om te zorgen, dat de gemeente niet
te stiefmoederlijk wordt bediend en geen
rechten verliest. Aanvankelyk scheen het,
dat het polderbestuur veel haast had, doch
thans schynt het pas in de voorjaarsvergade-
ring tot een beslissing te moeten komen, zoo
dat Burgemeester en Wethouders al den tyd
hebben.
De heer C. A. WISSE meent, dat het voor
Othene een goede verbetering zou zyn.
De VOORZITTER zal dat niet ontkennen,
doch weet niet of de gemeente, in verband met
de te stellen voorwaarden, met den polder tot
overeenstemming zal komen.
10. Behandeling reclames schoolgeld, dienst
1925.
Ingekomen zijn de navolgende reclames:
a. Tegen den aamslag betreffende open-
baar lager omierwijs, van L. de Groote en
J. de Ridder;
b. tegen den aanslag betreffende bijzon-
der lager oniderwijs van:
J. van Alten, J. de Jonge, C. Pladdet, C.
Herrebout, W. A. Scheele, J. Verhelst, J. de
Bruijne, C. den Engelsman, J. Jansen, C.
Mechielsen, A. Kleijn, S. Mechielsen en M.
Scheele.
De VOORZITTER schorst de openbare ver-
gadering, die overgaat in eene zitting met ge-
sloten deuren.
Na het weder openbaar worden der verga-
dering sluit de VOORZITTER deze door het
uitspreken van het dankgebed.
GEMEENTERAAD VAN CLINGE.
In de dezer dagen gehouden vergadering
van den gemeenteraad waren, behalve de heer
Kegelaer, alle leden aanwezig.
Voor kennisgeving werden aangenomen het
proces-venbaal van kasopname bij den ge-
meente-ontvaniger, alsmede een bericht van
Gedeputeerde Staten, dat de vanwege hun col-
MAAK EEN EINDE AAN DIE
NOODELOOZE PIJN.
Pijn, pijn, pijn heel den dag die ellendige
rugpijn! Van dat gij opstaat, tot gij naar bed
gaat, steeds die afmattende pijn. En morgen
precies hetzelfde. Zoo kunt gij niet voortgaan!
Waarom niet een einde gemaakt aan die ellen-
de? Waarom niet de oorzaak aangetast?
Hoogst waarschjjnlijk zijn het uw nieren.
Die doffe, onophoudelijke rugpijn is vaak de
eerste waarschuwing der natuur van een nier-
kwaal. Meerdere waarschuwingen volgen spoe_
dig, als duizeligheid, hoofdpijn, urinekwalen,
stekende pijnen bij bukken of overeind komen,
zenuwachtigheid, rheumatische pijnen, graveel
en waterzuchtige zwellingen. De nieren worden
van kwaad tot erger bij verwaarloozing. Laat
zich geen chronische nierziekte ontwikkelen,
doch kom uw nieren zonder uitstej te hulp.
Gebruik Foster's Rugpijn Nieren Pillen, voor
het te laat is. Foster's Pillen hebben duizen-
den blijvend baat verschaft. Gij kunt dit overal
om u heen hooren.
Let op de verpakking in glazen flacons met
geel etiket (alom verkrijgbaar), waardoor gij
zeker zijt geen verlegen buitenlandsch goed te
ontvangen. Prijs f 1,75 per flacon. 28
lege gehouden verificatie van boeken en kas
van aen gemeenteontvanger tot geene opmer-
king aanleiding heeft gegeven; voorts een
danKbetuigmg van den directeur van het G.
E. B. voor <le hem toegekende jaarweddever-
hoQging; de begrooting 1926 van het Vleesch-
keuringsbedrijf in den kring Hulst is goedge-
keurd.
lngevolge desbetreffende verzoeken werd
de jaarwedde van F. Blommaert, als ambte-
naar ter secretarie vastgesteld op hetzelfde
bedrag als vorig jaar en werd aan den Ryks-
veldwachter voor te houden politietoezicht op
de naleving van de plaatselijke veordeningen
eene jaarijj'ksche graitificatie toegekend van
f 50. Voorts naar aanleiding van desbetreffen
de adressen is aan de vereeniging Het Wit-
Gele Kruis te HuLst voor 1926 een subsidie
verleend van 100; aan de R. K. Middelbare
schoolvereeniging eene bijdrage ad f 200, en
ten behoeve der R. K. patronaten alsnog voor
1925 eene tegemoetkoming ad 25.
De verordening op de instandhouding van
haven en kade werd naar aanleiding van een
sehryven van Gedeputeerde Staten aangevuld
met eene bepaling houdende verbod om den
scheidingsdijk tusschen haven en spuikom te
berijden met voertuigen, waarvan de belasting
van een der assen 1500 K.G. zal te boven gaan.
Op voorstel van dit college zijn Burgemeester
en Wethouders gemachtigd eene rekening-
courant overeenkomst uitsluitend met de Coo-
peratieve Boerenleenbank te Nieuw-Namen
aan te gaan tot een maximum debet-bedrag
van f 10.000.
Voor uitbreldingswerken van het Gemeen-
telijk Eiectrisch laagspanningsnet, als electri-
ficatie van Kapellebrug en voor aankoop van
meters en sperschakelaars is eene geldleening
noodig van f 9000 af te lossen in gelijke een-
jaarlijksche termijnen (vanaf 1928) ad f 500.
De 6 leening groot f 10.500, destijds ge-
sloten voor verbouwing der voormalige 0. L.
school te Clinge (dorp), kan per 31 December
a.s. worden omgezet in een 5 leening, waar
van gebruik wordt gemaakt.
Na ampele besprekingen werd naar aanlei
ding van verschillende brieven van de admini-
stratie der Koninklijke mareehaussee, besloten
tot den bouw van eene woning, ten behoeve
van de Koninklyke mareehaussee te Nieuw-
Namen, tegen een jaarlijksche huur van f 300.
De woning zal worden gebouwd naast de be-
staande kazeme op een perceel grond groot
4,90 Are, onderhands aangekocht voor den prijs
van 420, zulks behoudens goedkeuring van
Gedeputeerde Staten. Behoudens dezelfde
goedkeuring zal de bouw dier woning onder
hands worden aanbesteed onder de in de ge
meente woonachtige aannemers.
Aan E. Cleiren, moet op verzoek eene tege
moetkoming in de kosten van schoolbezoek,
krachtens artikel 13 der L. O. wet 1920, wor
den verleend.
Op verzoek van de bewoners van het Kerk-
pad te Nieuw-Namen, om eene electrische
straatlantaam te doen aanbrengen, wordt gun-
stig beschikt.
In de verordening op de heffing der plaat
selijke inkomstenbelasting wordt de volgende
belangrijke wijziging aangebracht.
De bronnen van inkomen welke inwonende
meerderjarige kinderen genieten uit dezelfde:
a. onroerende goederen; b. roerend kapi-
taal; c. ondememing of arbeid; d. rechten of
periodieke uitkeeringen van het leven afihan-
kelijk als het hoofd van het gezin, worden be-
schouwd als bronnen van inkomen van het ge-
zinshoofd.
Van het zuiver inkomen wordt als onbelast-
baar voor noodzakelijk levensonderhoud afge-
trokkena. voor gehuwden 500 b. voor onge-
huwden /250. Wanneer verschillende onge-
huwde bloed- of aanverwanten samenwonen en
dus slechts een gezin vormen, heeft slechts
een aftrek van 500 plaats, over alle aange-
slagen gezinsleden gelykelijk te verdeelen.
Voor de toepassing van de eerste alinea
worden: a. met ongehuwden gelijkgesteld, die
gehuwden, die geen zelfstandig gezin vormen,
voor zoover zy geen kinderen te hunnen laste
hebben als bedoeld in de tweede alinea; b. met
gehuwden gelijkgesteld, weduwnaars, weduwen
en gescheiden echtgenooten, die minderjarige
kinderen, welke niet zelf in de belasting zijn
aangeslagen, te hunnen laste hebben.
Deze wijzigingen zullen, behoudens Konink
lijke goedkeuring met ingang van 1 Mei 1926
van kracht zyn.
Na vaststelling eener wyziging der begroo
ting 1926 van het gemeentelijk eiectrisch be-
dryf wordt overgegaan tot de behandeling der
begrootingen 1926 der gemeente en van het
G. E. B. Zij worden artikelsgewijze behandeld
en behoudens eenige onbelangrijke wijzigingen
volgens de aangeboden ontwerpen vastgesteld;
de gemeentebegrooting in ontvangst en uit-
gaaf: voor den gewonen dienst op 62.263,39',
voor den kapitaaldienst op 950; de begrooting
van het G. E. B.: voor den gewonen dienst op
i 12.706,80' (baten); /11.456,80s (lasten);
voor den kapitaaldienst in ontvangst en uit-
gaaf op 1250.
Bij de rondvraag bespreekt de heer Van
Duijse nogmaals den treurigen toestand van
de Gentsche straat te Kapellebrug.
De heer Plasschaert verzoekt het met sintels
in het Zeegat gelegde voetpad tot de kom van
het dorp door te trekken en hetzelve nog iets
op te hoogen.
De heer Leenknecht verzoekt bespoediging
van de door Burgemeester en Wethouders te
verleenen bouwvergunningen of indien dit in
sommige gevallen niet mogelyk is, voorloopige
vergunning te verleenen om met den bouw een
begin te maken.
De heer Vercauteren bespreekt het verkrij-
gen van het recht van uitweg voor een perceel
grond van het Burgerlijk Armbestuur.
Hiema wordt overgegaan in geheime zitting
ter behandeling van reclames schoolgeld.