ALGEMEEN NIEUWS- en advertentieblad voor zeeuwsch-vlaanderen. No. 7830. 65e Ja-irgang. Woensdag 28 October 1935. HINDERWET. ~TT nnehlahoT DE INDRINGER FKUILLKTON. BUITENLAND. ninhWl maanden Voor buiten Ter Neuzen fr. per post f 1,80 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post "6,60 per jaar ABONNEMENTSPRIJS: v»! Ms iraAmerika /2,7o'?er 3 maanden - Voor i overig buitenland f3,35 per 3 maanden Abonnementen voor't buitenland alleen bij voomitbetaling. NOG EEN PATROUILLE AAN- GEVALLEN. Een patrouille, uitgegaan ten einde zekeren Alkassen, die itts in ziti had, op te lichteD, werd in het Ramborgsche bosch in Aijeh aangevallen. Sergeant Van Wijk kreeg een ernstige wocde in de rechterknie. Vjjf karabpnen, drie klewangs en 105 pa- tronen worden vermist. Alkassen is een gewezen wegmandoer, die ontslagen was wegens plichtsverzakicg. De bende is naar de bovenstreek gevlucht. Bebalve ten aanzien ran den moord op kapitein van der Sluys Veer zjjn er tot dusver op het departement van Kolon.en geen amb.e- lijke berichten over de beide overvallen op Atjeh ontvangen. Overigens meende men naar de Tel. tneldt op het departement, dat er geen enkUe reden tot ongerusthdd beboeft te bestaan en deelde men oris mede dat de gebeurtenissen daar niet beschouwd worden als uitingen van algemeen of ge- organiseerd verzet. BRUG 1NGESTORT BIJ MEDAN. De groote brug te Bindjei, in de afd. Boven Lankat, is ingestort. Honderd toe- schouwers van Chineesche wajangvertooning zijn te water geraakt. Er zijn drie dooden en vijt zwaar gewon- den geteld. Talloos velen worden nrg vermist. Het bestuur, vele Europeanen en inlanders zoeken de rivier af. HET VRACHTAUTO-VERKEER. Het te Eindhoven bestaande comite ter beseherming van de gebouwde eigendom- men tegen het gevaar, dat het al te zware vrachtautoverkeer voor de huizen oplevert, heeft dezer dagen van het ministerie van Waterstaat bericht ontvangen, dat aan dit departement overwogen wordt, het rijden van vrachtauto's met massieve gummi- banden te verbieden. DE GROOTSTE STATIONNAIRE BAGGERMOLEN TER WERELD. Bij de N. V. Verschure en Co.'s Scheepswerf en Machinefabriek te Am- Uit het Engelsch van HAROLD BlNDLOSS. 92) Vervolg.) Toen het te smal werd, ging de ma rechaussee achteraan rijden en een paar minuten later hield de wagen op korten afstand van de plaats, waar zich, geen twee uur geleden, zooveel afgespeeld had, stil. De beide mannen stapten uit en de eene, een lange jonge man met een ernstig uiterlijk, bewoog zich over Cour- thorne heen. Na een paar minuten keek hij op en toen hij den blik van Payne ont- moette, knikte hij even. ,,Een uur of twaalf hoogstens; mis- schien ook eerder, zeide hij. ,,Op het oogenblik laten we hem zoo misschien dat ik hem tot bewustzijn brengen kan, als we eenmaal bij Adamson zijn meer dan een mijl is de boerderij hier niet vandaan." Met hun drieen tilden ze Courthorne die blijkbaar bewusteloos was, voorzich- tig op en droegen hem in den wagen: toen alles zpo goed mogelijk geregeld was, gaf Payne marechaussee Hilton een wenk. ..Neem mijn paard en rijd naar de Grangevraag daar naar Colonel Barrington. Zeg hem vooral, dat het een quaestie van hoogstens een paar uur is. En daarna ga je Stimson halen." Gelaten steeg de jonge man, die, naar sterdam, ligt een door deze werf vooi Engelsche rekening gebouwde bagger- molen gereed, weike de grootste station- naire baggermolen ter wereld zai zijn. Het gevaarte zal, vermoedelijk reeds aan het einde dezer week te Southampton in gebruik worden gesteld bij den aanleg van de nieuwe haven voor de groote mailschepen aldaar. Het schip, dat een enormen indruk maakt, heeft een lengte van 61 M., een breedte van 10.60 M. en een holte van 3.96 M. De baggerdiepte bedraagt 23 M. Per uur kan een hoeveelheid van 1600 ton grond verwerkt worden. Een ver.ticale triple-expansie-machine van 600 indicateur paardekrachten, op- gesteld in de machinekamer, brengt door middel van twee kameelharen-drijfrie- men, elk van 60 c.M. breedte, de tand- wieloverbrenging voor den emmerket- ting in beweging. Als de molen op de grootste baggerdiepte werkt, is deze em- merketting samengesteld uit 61 emmers. Deze emmers bewegen zich over een lad der, welke door middel van een afzon- derlijke machine hooger en lager gesteld kan worden. De ladder, die met inbe- grip van de emmers en rollen 150 ton weegt, hangt aan twee stalen kabels, ieder 90 m.M. dik. Aan dek bevinden zich de benoodigde lieren en twee hijsch- kranen. De stoom voor de hoofdmachine en alle hulpwerktuigen wordt geleverd j door een Schotschen ketel van 4J/2 M. middellijn. In het schip bevinden zich de verblij- ven voor de bemanning, bestaande uit 23 personen. Het gansche werk is door Hollandsche handen gebouwd, onder toezicht van Lloyds en Board of Trade, in negen maanden na ontvangst van de bestelling, en zou door Nederlandsche sleepbooten naar Southampton worden overgesleept. De eerste twee jaren bestaat er voor den molen emplooi. De kans, dat de eige- naresse er in de toekomst mede ..in haar maap zal zitten", is niet zeer groot, als j men bedenkt, dat het gevaarte naar elke j plaats ter wereld kan worden gedirl- j geerd. waar men het noodig mocht heb- f ben. LOCARNO EN NEDERLAND. Bij elk der drie verdragen van 1839, waarin het statuut van Belgie werd vast- gelegd, vooreerst het verdrag tusschen Nederland en de groote mogendheden, dan dat tusschen Belgie en diezelfde mo gendheden, ten slotte het eigenlijke Bel- gisch-Nederlandsche vredesverdrag, was schrijft de N. R. Crt., Nederland direct of indirect betrokken, en voor wijziging van althans twee van de drie is onze medewerking noodig. ^Artikel 31 van het verdrag van Versailles heeft dit uitdruk- kelijk erkend; na vooropgesteld te heb ben, dat het conventioneele statuut van Belgie niet meer beantwoordt aan de eischen van het heden, wordt er vervol- gens Duitschland in verplicht, wijzigin- gen in dat statuut te aanvaarden, maar wordt Nederlands medewerking aan die wijzigingen als onmisbaar beschouwd. De wijzigingen in het conventioneele statuut van Belgie, die men thans wenscht aan te brengen, zijn vooreerst de schrapping van alles wat in art. VII van het Belgisch-Nederlandsche vredesver- drag betrekking heeft op Belgie's perma- nente neutralisatie, alsmede van art. XIV van dat verdrag, dat het niet-oorlogs- haven-karakter voor Antwerpen inhoudt. zijn uiterlijk te oordeelen, doodmoe was, weer op: maar, al kreunde hij even, toen hij wegreed, toch deed hij zijn beide boodschappen in ongelooflijk korten tijd. Denzelfden avond, laat, hield de wagen van de Grange, met Barrington en Dane, voor de afgelegen boerderij stil. Een man, die zij geen van beiden kenden, ging hen voor naar de kamer, waar op een veldbed in den hoek een onbewege- lijke figuur lag. ,,Den geheelen dag heeft hij stil ge- legen, net alsof hij sliep, zeide de man.maar zoo juist heeft de dokter hem iets gegeven en nu is hij wakker. Barrington beantwoordde den groet van Payne, die bij het binnenkomen van den Silverdaleschen leider opgestaan was en hem nu een stoel aanbood. Met Dane vlak achter zich ging de oude man naast het bed zitten. Even bleef het stil, toen bewoog de gewonde man zijn hoofd een paar maal onrustig. De dokter boog zich naar den vrederechter toe en sprak fluisterend met hem. „Hij kan nu wel sprekenmaar als u hem wat vragen wilt, moet 't gauw gebeuren," was hetgeen, dat hij zeide. Maar ondanks de voorzorg van fluis terend spreken, had Courthorne hem toch gehoord; hij glimlachte even en keerde zich tot Barrington. ,,Ik ben bang, dat 't u verdriet zal doenwat u te hoopen zult krijgen. Maar ik ben 't ver plichtniets aan te doen,'' zeide hij moeilijk. „En nu luister goed ik. kan 't niet tweemaal zeggen en schrijf alles opals 't kan nog wat brande- wijn, dokter." Deze punten zijn voorzien in art. 1 van het Nederlandsch-Be'gisch tractaat van 3 April j.l. Voorts v.ordt gewenscht de j afschaffing zoowel van het verdrag, dat Belgie met de groote mogendheden had gesloten, als van het Nederlandsche trac taat met die mogendheden: de wensch hiertoe is door Bei >ie zoowel als door Nederland te Londen en te Parijs ken- baar gemaakt, waarop uit beide hoofd- steden bevestigende Antwoorden inkwa- men; over den vorm der afschaffing zou nog nader worden overeengekomen. De afschaffing van de twee collectieve ver dragen van 1839 is voorzien in de nota's van 3 April j.l., die gedeeltelijk opgeno- zijn bij de Kamcrstukken over het men Belgisch-Nederlandsche verdrag. Over de nadere onderhandelingen nopens den vorm van de afschaffing der collectieve verdragen van 1839 verluidde sedert niets. Zoo stond de zaak, toen op 16 dezer te Locarno het Rijnpact werd gepara- feerd door Duitschland, Belgie, Frank- rijk, Groot-Brittannie en Italie. De con- siderans van dit verdrag nu schijnt ook voor ons land van groot belang; de on- derteekenaars doen daar toch niets min der in dan constateeren, dat de Belgische neutralisatieverdragen reeds afgeschaft zijn (Constatant 1' abrogation des traites de neutralisation de la Belgique.) Wat beteekenen deze woorden? Wij kunnen ze slechts zoo verstaan, dat de betrokken Regeeringen, kennis hebbende van den door Belgie zoowel als door Nederland geuiten wensch om de col lectieve verdragen van 1839 af te schaf- fen, en hun fiat in beginsel reeds gegeven hebbende, geene waarde meer hechten aan nadere onderhandelingen over den vorm der afschaffing, maar den noodigen consensus aanwezig wetende, thans in een plechtig staatsstuk onder vrijwillige medewerking van Duitschland, reeds meenen te kunnen constateeren. dat bei de collectieve conventies afgeschaft zijn. Het is bekend, welke waarde zoowel het kabinet van Brussd als dat van Den Haag hecht aan de doorsnijding van den band, die de groote mogendheden nog verbond aan de Belgisch-Nederlandsche betrekkingen. Wij hebben steeds begre- pen en er onze instemming mede be- tuigd, dat onze Regeering het slaken van dien band beschouwde als eene conditio sine qua non voor de aanvaardinq van het Belgische tractaat. Ook voor Neder land leek deze politieke strekking van het tractaat een groot belang; zij vorm- de voor ons het aantrekkelijke punt. Uit Locarno komt thans echter het bericht dat het Belgisch-Nederlandsche voorstel daartoe niet alleen in beginsel. maar reeds definitief aanvaard is, zoodat de neutralisatie-verdragen door de mogend heden van het Rijnpact als reeds afge schaft beschouwd worden. De zeer groote beteekenis hiervan soringt in het oog. Inderdaad er schijnt alle reden om over deze ook voor ons land zoo ge- wichtige zaak iets naders te vernemen, en eene regeeringsverklaring. al of niet in antwoord op eene vraag uit de Staten- Generaal, mag dus met belangstelling tegemoet gezien worden. DE TOESTAND. De drie Duitsch-nationale ministers in het kabinet Luther-Stresemann zijn ge- Barrington boog zich voorover, om iets te zeggen, maar terwijl de dokter een glas met brandewijn tegen de bloedeloo- ze lippen van den gewonden man hield, en hem zoo liet drinKen, gaf de vrede rechter, die met een vel papier voor zich zat te wachten, hem een teeken. ,,We zullen het geheel volgens de wet doen. Geeft den Bijbelhij ligt daar, dokter," zeide hij. ,,Als u even herhalen wilt, wat ik u voorzeg d.aar- na kunt u dan uwe verklaring geven.' Na een paar minuten was het ge- beurd; met een schittering van ironie in de oogen, achter de halfgesloten oog- leden, keek Courthorne den kring van mannen rond. „Voelt u zich nu heusch zekerder van na dat?' vroeg hij met een stem, hoorzamend aan het besluit van de partii dat het tractaat van Locarno onaanneme- lijk is, afgetreden. Dit is te verklaren uit de eenstemmigheid waarmee de Duitsch-nationale groep uit den Rijks- dag, welke aanvankelijk verdeeld was in een meerderheid tegen en een minder- heid voor het tractaat, zich op haar beurt naar de beslissing van de hoogste partij- instanties geschikt heeft. Het opmerke- lijke is, dat het verzet der Duitsch-natio- nalen, naar bekend was geworden, oor- spronkelijk niet zoozeer de merites van het tractaat zelf gold als wel het feit, dat Duitschland, naar hun meening, met toe- zeggingen die buiten dit tractaat vielen, was afgescheept, waarvan niet te voor zien was, of zij verwezenlijkt zouden worden. (Spoedige ontruiming van de Keulsche zone, verzachting van het be- zettingsregime voor het Rijnland en van het bestuursregime voor het Saargebied.) Eigenlijk zou dus, zoo het tot ontbinding van den Rijksdag en een algemeene ver- kiezing kwam, de leus ,,voor of tegen Locarno" niet geheel zuiver gesteld zijn, ofschoon zij natuurlijk wel dien vorm zou aannemen, omdat zij in haar kortheid directer tot de verbeelding van het kie- zersvolk spreekt. Een algemeene verkiezing zou natuur lijk op een versterking van den steun voor Locarno in den Rijksdag kunnen uitloopen. Is dit echter nauwelijks het geval of levert zij integendeel een ver sterking van de stemmen aan de rechter- zijde ertegen op, dan zit men in nog moeilijker parket dan nu reeds. De fatale termijn van 1 December, den dag die voor de onderteekening van het tractaat van Locarno is vastgesteld, liet nauwelijks tijd voor een ontbinding van den Rijksdag en een algemeene ver kiezing, en zou in elk geval de parlemen- taire behandeling ervan voor dien datum onmogelijk gemaakt hebben. Vandaar, dat de Duitsche regeering, het gebiedend noodzakelijk heeft geacht, zonder de af getreden Duitsch-nationale ministers aan te blijven en het tractaat in veilige ha ven te brengen. De democraten en de sociaiisten hebben met dit besluit van Luther en Stresemann hun instemming betuigd en zullen haar onvoorwaardelijk steunen in de politiek van Locarno, wel ke de Duitsch-nationale partij gewraakt heeft. De leeggekomen minister-zetels zijn slechts interimair bezet. Het is, of bet kabinet den Duitsch-nationalen te ken- nen heeft willen geven, dat het hun plaats nog open wil houden, in afwach- ting, dat zij van de dwaling huns weegs terug mochten willen keeren. Graaf Westarp. die in de crisis over Locarno de gematigde richting vertegenwoordig- de, heeft uitdrukkelijk gezegd, dat daar geen kijk op was. Maar in vijf weken kan er nog wel een en ander gebeuren en bij de Dawes-.regelinq hebben wij gezien, schrijft de N. R. Crt., dat de Duitsch- nationalen begrip hebben voor het nut van een' taktische zwenking op het juiste oogenblik. Een verschil met den toe- stand van toen is echter. dat een aantal stemmen van de Duitsch-nationalen voor de aanneming van de Dawes-regeling noodig waren. en men het nu ook zonder hen af kon. De verleiding bb'ift daarom voor den onverzoenlijken vleugel we! sterk, om de partij tegenover haar kiezers dmtrzaam te laten ooseeren als de man nen. die niet mee hebben willen doen aan Locarno. Telken male als men in Frankrijk be- ginnen wil aan het herstel van den zorg- wekkenden toestand waarin de Schat- kist verkeert, staat er een minister van financien op vallen. Caillaux, die met zoo groote verwachtingen in het kabinet op- genomen was, als de financieele specia list, die orde in den baaierd zou schep- pen, was nu ten leste zoo ver, dat hij, na langen wachttijd, spijkers met koppen moest gaan slaan, en alweer is op dit psychologisch oogenblik gebleken, dat zijn portefeuille in gevaar kwam, nog voor zijn financieele ontwerpen aan de Kamer voorgelegd waren. Het verzet ertegen kwam ditmaal van den kant van het meerendeel van zijn ministerieele ambtgenooten, die zijn financieele her- vormingspolitiek bleken te wantrouwen, zelfs voor hij haar voor hen behoorlijk uiteengezet had. Zoo lazen wij dan in een telegram uit Parijs, dat Painleve Caillaux, voor den kabinetsraad waarin hij zijn voorstellen zou ontvouwen, ver- zocht had af te treden. Caillaux weiger- de dit en zoo bleef Painleve slechts de keus over tusschen onmiddellijk indienen van het ontslag van het kabinet of het aanhooren van Caillaux. Dit laatste is gebeurd en een tweede telegram is ko- men vertellen, dat er een ..aanmerkelijke ontspanning" was ingetreden en Cail laux' uiteenzetting een ..gunstigen" in druk op zijn collega's had gemaakt. In- dien dit den toestand geheel juist weer- gaf, zou Painleve blijk gegeven hebben, van een voor een staatsman onbegrijpe- lijke voorbarigheid of moest Caillaux zijn voorstellen op het allerlaatste oogen blik gewijzigd en zekere opportunistische talenten getoond hebben. De moeilijkheid schuilt blijkbaar in de heffing ineens, waarvan bekend was, dat Caillaux een tegenstander is. Dit lijkt eenigszins paradoxaal, omdat de sociaiis ten, voor wie deze heffing de heilige witte olifant van hun program is, de in- trede van Caillaux in het kabinet juist met grooter voldoening begroet hadden dan de andere meer reohts staande kar- telbroeders aan de linkerzijde. Caillaux heeft nog eens in een rede voor zijn kiezers te Chateau-du-Loir Zondag dui- delijk gezegd, dat hii in die heffing geen heil zag. Hij wraakte haar als ,,een van die geometrische denkbeelden waarmede men voorzichtig moet zijn, aangezien zij bijkans altijd in strijd met realiteiten blijken. Daarbij kwam nog voor hem de ov.erweqing, dat zulk een heffing ver moedelijk tot een terugslag zou leiden en ten slotte tot de concentratie van rijk- dom in de handen van een kleine minder- heid. Dit nam niet weg zeide hii verder, dat hij voorstander is van een democra- tische financieele hervorming, die ten doel moet hebben de zichtbare uitinqen van rijkdom meedoogenloos te treffen. maar toch ook weer niet zoo onbarmhar- tig, dat er ontduiking door in de hand gewerkt werd. Aan den andean kant wil hij den interest van de Fransche staatsschuld niet verlagen, omdat dit deqenen zou treffen die vertrouwen ge- had hebben in het crediet van het lanJ en vooral den middenstand. Men mag benieuwd zijn, hoe Cail laux ten -slotte de kerk in het midden wilde houden in den somberen financiee- len toestand, die nog onrustbarender aanzien gekregen heeft door de crisis waarin de franc verkeert. Caillaux' overzicht van de nationale schuld is ge schikt om elken minister van financien me die lichtelijk heesch en heel zwak klonk. ,,Wat zou ik er nu nog aan hebben, om de waarheid te verdraaien? Maar. laat ik beginnen: Ik heb marechaussee Shannon doodgeschoten. Datum kunt u in 't bevel tot inhechtenisneming vinden. Buitenge- woon gek, maar ik ben t vergeten. Bij die geiegenheid heb ik kleeren en paard van Witham geleend, zonder zijn mede- weten wel heb ik hem betaald, een kleinigheid om zich voor mij uit te geven de politie moest hem achterna gaan, dan hadden de smokkelaars vrij spel. Alleen in zooverreis Witham medeplichtig geweest. Marechaussee's dachten, dat ik 't was, hebben me nage- zeten tot 't paard door 't ijs zakte. Zelf heb ik eruit kunnen komen maar Witham was in Montana, wist niet dat ik't er levend afgebracht had pas een poosje geleden wel. Maak er behoorlijke zinnen van en lees t me voor. Een paar minuten lang werd er in het stille vertrek niets dan het haastige kras- sen van de pen van den vrederechter ge hoord: nog voordat hij klaar was, ging de deur open en kwam brigadier Stim son, warm en stoffig van den langen rit, de kamer binnen. Hij bleef bij de deur staan, toen de vrederechter zijn hand waarschuwend ophief en de verklafring op den gewonen dreuntoon begon voor te lezen. Toen hij zweeg, knipte Cour thorne een paar maal goedkeurend met zijn oogen. ,,In orde" zeide hij. ,,Nu teekenen. De dokter schoof zijn arm onder het kussen en lichtte hem voorzichtig iets op, terwijl de vrederechter naar den anderen kant van 't bed omliep en hem een pen- nehouder tusschen de vingers schoof. Langzaam, moeizaam-krassend. zette Courthorne zijn naam. Toen liet hij het kleine voorwerp uit zijn krachtelooze vingers vallen. De vrederechter nam papier en pen, liep naar de kleine tafel onder de lamp en onderteekende het do cument zelf, daarna nam hij het op en wilde het aan Colonel Barrington over- handigen. Werktuigelijk stak deze zijn hand uit, maar Dane was hem voor. Met een beslist gebaar nam hij het pa pier aan. ,,Neen," zeide hij. ..Als u een tweeden getuige noodig heeft, laat mij die dan liever zijn." Met een kleine handbeweginp be- dankte Barrington hem: terwijl Dane teekende, keek Courthorne rond i plot- seling zag hij Stimson. „Mijn compliment voor je geduld, brigadier," zeide hij zwakjesAlleen verduiveld zuur voor je, dat de eenige man. dien je met recht gevangen had kunnen nemen, op deze manier onder je vingers wegglipt. Uit mijn verklaring heb je gehoord, dat Witham vast en zeker dacht, net als jullie allemaal, dat ik dood was. ..Stimson wendde zich tot den vrede rechter. ,,Ja, ik heb gehoord, wat u voor- las. Die verklaring is volkomen overeen- komstig de feiten, die me via verschil- lende ooggetuigen ter oore zijn ge- komen." Terwijl hij sprak keerde Courthorne langzaam zijn hoofd om en keek Barring ton aan. ,,Ik begrijp, wat 't voor u is, sir," zeide hij. ,,Op zijn zachtst gespro- ken... vernederend; maar ziet u, de quaestie is deze: een paar maanden ge leden heeft Witham me bij de brug ge- redMijn paard was onwillig en ach ter me lagen de planken loshij heeft 't dier gegrepenhad hij niets ge- daan, dan was hij van me af geweest. Laat mij voor eens in mijn leven ook eens edelmoedig zijnveel geiegenheid om die eigenschap te ontwikkelen, zal ik wel niet hebben. Barrington's mond trok nerveus; de ironische klank in de zwakke stem was bijna meer dan bij verdragen kon. Maar toen stond hij op en ging naar het bed toe. (Wordt vervolqd). nsche ■■■■■in m Burgemeester en Wethouders van iEK NEUZEN brengen ter openbare kennis, dat ter gemeente- secretarie ter inzage ligt een verzoek met bijlagen van de N.V. ..VLASSERIJ HEX ZWAANTJE" te Ter Neuzen, om V ERG UNITING tot het plaatsen en inwerking brengen van een Stoommachine en 3 Electromotoren in de vlasserij, op het perceel kada- straal bekend in seetie E, No. .10. Op Muandag den 9 Nov. a. s., (les namiddags uur, zal 111 net geineentebuis geiegenheid oesiaai om bezwaren tegen de inwilliging van dit verzoek in te brengen en deze inondeling en schrittelyk toe te lichten. Zoowel de verzoeker, als zij, die bezwaren hebben, kunnen gedurende drie dagen, voor het bovenge- melde tijdstip, ter secretarie der gemeente kennis nemen van de ter zake ingekomen schrifturen. De aandacht van belanghebbenden wordt er op gevestigd, dat volgens de bestaande jurisprudents niet tot beroep gerechtigd zijn, zij, die niet overeen- komstig art. 7 der Hinderwet op den bovenbepaalden dag voor het gemeentebestuur zijn versehenen, ten einde hunne bezwaren mondeling toete lichten. Ter Neuzen, 26 October 1925. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Secretaris, De Burgemeester, B. I. ZONNEVIJLLE. J. HUIZ1NGA.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1925 | | pagina 1