ALGEMEEN NIEUW8- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
fJo. 7813. Vrijdag 18 September 1925. 65e Jaargtoig.
Eet Mohammedanisme.
Ti n nYn~L a n d.
Keuring van HandYlasserspersoneel.
BUITENLAND.
lEOmi^STJED BJLAD-
DE WEDEROPBOUW VAN
BORCULO.
GEMEENTERAAD VAN
TER NEUZEN.
TER NEUZENSCHE COURANT.
DnuururUTODDIIC. Voi°r binnen Ter Neuzen f 1,40 per 3 maanden Voor buiten Ter Neuzen fr. per post f 1,80 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post per jaar
AdUNiI tMLN I bl lilJ 5 I Voor Ned. Indie en Amerika 2,70 per 3 maanden Voor 't overig buitenland /3,35 per 3 maanden Abonnementen voor't buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Be Burgemeester win TER NEUZEN maakt bekend
dat alle mannelijke jeugdige personen en vrouwen
in deae geineente, die zich willen onderwerpen aan
een geneeskundig onderzoek, teneinde bij eventueele
goedfceurhig het aamtaande seizoen in handvlasse-
rijen werkzaam te zijn, zicb op de Gemeente-secre-
tane kimnen aanmelden tot uiterlijk 26 SEPTEM
BER A. S.
Ter Neuzen, 17 September 1925.
De Burgemeester voonioemd,
J. HUIZ1NGA.
XI. (Slot.)
Het totaalcijfer van alle Mohammeda-
nen stelt men tegenwoordig op ongeveer
175 maljoen of iets hooger, maar het be-
hoeft nauwelijks te worden gezegd, dat
deze schatting voor eenige landen, bij-
voorbeeld voor het RuSsische rijk en voor
de Britsch-Indische kolonien, slechts op
nauwkeurige of eenigszins nauwkeurige
tellingen berust. De Mohammedanen vor-
men echter geen aaneengesloten geheel,
maar vallen uiteen in twee groote groe-
pen, die wij reeds hebben genoemd, en
van wie wij ook reeds de eigenaardig-
heden en verschilpunten hebben beschre-
ven: Sonnieten en Schii'eten. Eenige sec-
ten, die streng genomen, noch tot die eene,
noch tot die andere afdeeling behooren,
zijn van te weinig belang om hier verder
in aanmerking te komen. Het zwaarte-
punt der Sonnieten ligt in het Turksche
rijk, waar dan Noord-Afrika en Egypte
zich bij aansluiten, de Schii'eten zijn be-
perkt tot Perzie en Britsch-Indie.
Over de Sonnieten is verder met veel te
zeggen: zij zijn noch op het punt van de
ritueele wetten, noch in de dogmatiek vet
afgeweken van het standpunt, dat reeds
de hoofdaanvoerders Al-Aschari en Ghaz-
zali vroeger hadden ingenomen. Wei moet
worden erkend, dat op deze omstandig-
heid door veel christelijke schrijvers, die
zich met den Islam hebben bezig gehou
den, wat al te veel nadruk wordt gelegd,
terwijl zij hier dan een bewijs in willen
zien voor de starheid van den Islam, en
er tevens door willen aantoonen, hoe het
Mohammedanisme zich vijandig zou ver-
houden tegenover alle ,,cultuur". Toch
zijn over 't algemeen de Mohammedaan-
sche volken sedert veel eeuwen in een
stadium van stabiliteit gekomen, maar dan
liggen de oorzaken van dit verschijnsel
niet in den Islam zelven.
Een volkomen stilstand is sedert Aschari
en Ghazzali bij de Sonnieten dan ook
niet ingetreden. Vooreerst heeft de Mo-
hammedaansche leer zich overal meer
stevig genesteld, en, om deze uitdrukking
eens te gebruiken, zich bij de plaalselijke
toestanden aangepast. Daar komt het dan
vandaan, dat, ofschoon overal de ritueele
geboden naar den ritus van Aboe Hanifa,
Malik of Schafei de officieele wetten zijn.
er evenzeer in de praktijk overal meer of
minder gewichtige afwijkingen daarvan
voorkomen, die onder de namen oerf of
adat bekend zijn en die door Mohamme-
daansche geleerden zoo al niet gebillijkt,
dan toch geduld worden. En met de ge-
loofsleer is het niet anders gesteld, in zoo-
verre als de voortdurend hand-over-hand
toenemende heiligenvereering boven aller-
lei heidensche en bijgeloovige voorstellin-
gen op nieuw de voorkeur krijgt. Natuur-
iijk kan men dit alles niet als een vooruit-
gang beschouwen, en wij maken daarom
ook slechts zeer terloops melding van een
poging, die in de tweede neitt van de
achttiende eeuw in Centraal-Afrika Abd
al Wahhab en diens aanhangers deden,
om den Islam van deze aanwassen te be-
vrijden en betere toestanden te doen ont-
staan. Zij. veroordeelden namelijk alle
nieuwerwetsche dingen, die in den loop
der eeuwen in den Islam ingang hadden
gevonden, in t bijzonder de heiligen
vereering, maar ook de rozenkrans, het
tabakrooken, den overdaad in de Wee
ding, enz. enz. Het is van grootere be-
kendneid, dat zij in het begin van de voor-
laatste eeuw gelegenheid hebben weten
te vinden om iiun afkeer van die heiligen
vereering te Mekka en te Medina te doen
blijken door verwoesting van veel heiiig-
dommen in deze beide, door -hen ver-
overde, steden, nadat zij te voren reeds
den Sohiieten te Kerbela een soortgelijken
poets gebakken hadden. Spoedig daarop
werd aan dit drijven door Egyptische
troepen een eind gemaakt en toen zijn de
Wahhabieten dan weer naar het binnen-
land teruggedrongen. Toch hebben som-
mige van hun opvattingen ook buiten
Araibie langzamerhand ingang gevonden.
met name in Voor-Indie, maar hun hervor-
mingspogingen zijn veel te weinig prin-
cipieel dan dat zij- in den Islam een blij-
vende verbetering hebben hunnen tot
stand brengen. Wei hebben eenige chris
telijke auteurs hen beschouwd als de Pro-
testanten van den Islam en het gevoelen
verdedigd, dat de Wahhabieten voor de
geloovigen het recht van het vrije ond#
zoek hadden opgeeischt; maar dit moet
wel op een dwaling berusten: immers, de
Wahhabieten hebben er nooit aan ge-
dacht om het gezag van den koran en van
de overlevering te bestrijden of ook maar
eenigszins te beperken. Dat hun beweging
in de centra van den Islam, bijvoorbeeld
in de beide heilige steden, weinig aan-
knooping heeft gevonden, behoeft nauwe
lijks te worden gezegd.
Buiten Arabie is de verdere geschiede-
nis der Sonnieten nog eenvoudiger. Op
het Aziatische vasteland zijn het. als men
de Sonnietische bewoners van Afghanis
tan buiten beschouwing laat, grootendeels
Turksche volksstammen, die tot de Son
nieten behooren, zooals de Arabieren in
Syrie en elders. Als middelpunt van de
Mohammedaansche orthodoxie en ge-
leerdheid in het verre Oosten gold vroe
ger Bokhara, maar iets nieuws is daar
niet tot stand gebracht. Wel verbreidde
zich de Islam van hier uit het eerst onder
de Turken en ook verder naar de Noord-
westelijke provincies van China, terwijl
door het verkeer over zee deze godsdienst
van Kanton uit het Hemelsche Rijk bin-
nendrong. Het aantal tot den Islam be-
keerde Chineezen moet aanmerkelijk zijn,
men schat ,ze (maar waarschijnlijk te
hoog)"op 20 millioen. doch hun toekomst
is hoogst onzeker, omdat het.belijden van
den Islam hier reeds meer dan eensVree-
selijke burgeroorlogen heeft veroorzaakt,
die zich telkens van-tijd-tot-tijd herhalen
en w.er eindresultaat zich nog niet laat be-
vroeden.
In den Maleischen Archipel heeft de
Islam vaste wortels geslagen, naar vrij on-
zekere schatting zijn daar 14 millioen
Mohammedanen, die meerendeels den
Schafei'tischen godsdienstritus volgen.
Maar hier is de bekeering nog in wording,
en de Islam begint pas langzamerhand, de
heidensche voorstellingen en instellinger.
te verdringen of om te zetten. Van een
zelfstandige en voortgezette ontwikkeling
kan over't algemeen geen sprake zijn_om-
dat de bevolking voor haar godsdien-
stige vorming en opvoeding nog altijd is
aangewezen op de in deze landen vertoe-
vende Arabieren, grootendeels Hadramau-
ten, en op de enkelen, die in Mekka en
vroeger ook te Kairo iets meer dan op-
pervlakkig met de grondbeginselen van
den Islam vertrouwd zijn geraakt.
In Afrika heeft de Islam van oudsher
een dankbaar terrein gevonden voor be-
keeringen, zooals daar ook nog heden ten
dage het geval is. In Egypte vertoont de
godsdienstige ontwikkeling het. zelfde
beeld als elders bij Turken en Arabieren,
terwijl het oude heidendom onder de Der-
wischen en vooral ook in de heiligen
vereering voortwoekert. Dit geldt ook van
de bevolking van de geheele Noordkust,
die echter aan de doode heiligen nog niet
eens genoeg heeft, zoodat hier ook leven-
de kluizenaars en vromen zich bevinden,
die onder den naam ..maraboet" door de
menschen worden vereerd. Voor het ove-
rige hebben wij vroeger reeds gelegenheid
gehad om op te merken, dat de Berbers
heel vaak kettersche neigingen hebben
vertoond. Op de kust van Zanzibaj, die
sedert overoude tijden met Arabie in ver-
binding stond door verkeer over zee,
heeft de Islam zich reeds vroeg verbreid.
Omdat gedurende langen tijd er verbin-
ding was met de provincie Oman, heeft
zich daarvandaan hier de leer van de
Ibadhija ingeburgerd. Later volgde toen
de bekeering der Negervolken in het bin-
nenland, welke nog steeds voortgaat. De
ingewikkelde politieke toestanden in
Egypte, het optreden en ingrijpen der En-
gelschen vooral ook in de kwestie van de
slavernij, zijn in het Egyptische Soedan
aanleiding geworden tot het opkomen van
een Negerstaat, welke, onder aanvoering
van een zekeren Mohammed Ahmed
(1844-1885), die zich yoor den Mahdi
uitgaf, tot groote macht zich heeft ont-
wikkeld. De tragische val van Charfoem
(1885) en de oorlog met Abessinie liggen
velen nog versch in het geheugen. De
angst, dat deze groote gevolgen een aan-
zienlijk deel van de Mohammedaansche
wereld den overwinnenden Mahdi als in
de armen zouden voeren, heeft zich echter
als ongegrond bewezen, omdat van den
beginne aan de godsdienstige aanvoerders
der Mohammedanen te Cairo en anderen
niets van hem wilden weten. Maar toch
is het rijk van den Mahdi niet met diens
dood te gronde gegaan: het bestaat nog
tot o den huidigen dag ongestoord voort,
al neeft het tegenwoordig niet meer de
oude beteekenis.
De droevige godsdienstige toestanden
bij de Schii'eten in Perfcie, hebben wij al
in een vroeger artikel in het licht gesteld:
op een opleving van den Islam schijnt hier
geen kans te zijn. Toch is ook hier een
godsdienstig hervormer opgetreden: Mirza
Ali Mohammed (18201850), of, zooals
hij gewoonlijk wordt genoemd, de Bab
(poort), dat wil zeggen: degene, door
wien het verkeer der geloovigen met den
verborgen Imam kan plaats hebben. Deze
Bab zelf was n vroom peinzer. die 'n rus-
tig en teruggetrokken, ja zelfs ingetogen
leven leidde. en die slechts als schrijver en
prediker propaganda maakte voor zijn in-
zichten, die een wonderlijk mengsel waren
van nationaal Perzische, Soefische en
Kabbedistische elementen. Hij kre^g een
grooten aanhang. en toen in 1848 de Sjah
van Perzie stierf, wisten eenige van zijn
aanhangers een opstand in Mazandaran te
bewerken en namen anderen ook elders
een dreigende houding aan, waardoor een
tusschenkomst met de wapenen van de re-
geering noodzakelijk werd. Met beruchte
Perzische wreedheid werden de ongeluk-
kige ,,Babi s toen en ook later vervolgd;
de Bab zelf, die bij dit oproer niet eens
persoonlijk betrokken was, en die boven-
dien reeds een heelen tijd in gevangen-
schap had doorgebracht werd in Tebritz
doodgeschoten. Toch breidde zich de be
weging nog in het geheim uit, ofschoon
van een openlijk verzet tegen de regeering
geen sprake meer was en kon zijn, en de
aanvoerders der Babi's zich op Turksch
gebied hadden begeven. Op een klacht
van de Perzische regeering werden zij
echter door de Turksche ambtenaren uit
de nabijheid van Perzie naar Adrianopel
uitgewezen, en daar zetten zij hun opsto-
kerij voort (1864). Maar toen zij hier in
strijd met allerlei menschen raakten, om
dat Beha allah zich uitgaf voor hem, die
God den menschen zou openbaren, d. w. z.
den Mahdi, wat echter de vrienden van
een ander weer niet wilden erkennen
werd deze Beha naar Acco verbannen en
zijn tegenstander naar Cyprus. Beha allah
is in 1892 te Acco gestorven. Zijn ge-
schriften zijn niet gering in aantal en zij
staan bij de Babi's in hoog aanzien; een
Engelschman: Browne heeft zich zeer ver-
dienstelijk gemaakt bij het onderzoek de-
zer schrifturen.
De Mohammedanen van Voor-Indie,
ongeveer een kleine 60 miljoen, zijn deels
Schii'eten, deels Sonnieten, maar, zooals
dat trouwens ook elders het geval pleegt
te zijn, zij hebben allerlei specifiek Indi-
sche gewoonten behouden, die meer of
minder met den Islam in tegemspraak zijn.
De bekende poging van Keizer Akbar
(15561605) om een algemeene gods
dienstige gemeenschap op vrije philoso-
phische grondslagen, te stichten, welke
gemeenschap door hem genoemd werd:
din i Allah (godsdienst van Allah), had,
zooals men licht bevroeden zal, geen blij-
vend resultaat. Toch heeft het ook later
bij de Mohammedanen van Indie njjpt ont-
broken aan liberale strevingen, die tegen
woordig in hoofdzaak ten doel hebben om
den Islam in overeenstemming te brengen
met de eischen van de Europeesche cul-
tuur.
EERSTE KAMER.
Vergadering van Donderdag.
Het nieuw benoemde lid Danz neemt
zitting.
Aan de orde is de behandeling van het
ontwerp^adres van antwoord op de
Troonrede.
De heer Wibaut (s.-d.) motiveert het
stemmen van de sociaal-democratische
fractie tegen het zenden van een adres.
De heer De Vos van Steenwijk (c.-h.)
dient een redactie-amendement in, om in
het adres op te nemen, dat de Kamer met
,,instemming' inplaats van met ,,belang-
stelling' ervan heeft kennisgenomen, dat
handhaving van de christelijke grondsla
gen van ons volksleven de richtsnoer voor
bestuur en wetgeving blijft.
De heer Slingenberg v.-d.bestrijdt
het amendement, als gevende een politieke
strekking aan het adres.
De heer Verkouteren (c.-h.) verklaart,
dat de commissie van redactie het amende
ment overneemt.
De heer Wittert van Hoogland (r.-k.)
zal zijn stem aan het amendement geven.
De heer Rink (v.-b.) is tegen, omdat
de Kamer daardoor afwijkt van den tot nu
gevolgden weg.
De heer De Vos van Steenwijk verde-
digt het amendement.
Bij de stemming over het amendement
verlaat de geheele linkerzijde, uitgezon-
derd de heer Rink, de zaal. De laatste ver
klaart zich tegen het voorstel. Er voor
worden 21 stemmen uitgebracht.
Daar het quorum niet aanwezig blijkt
te zijn. is de stemming ongeldig en wordt
de vergadering verdaagd tot Vrijdag.
TWEEDE KAMER.
Zitting van Woensdag.
Bij de toelating der 100 leden deden
zich geen incidenten voor. Alleen vroeg
de heer Albarda of onderzoek was inge-
steld naar de mededeelingen in ,,Het
Volk dat de candidaten der Plattelan-
derspartij geld zouden hebben moeten be-
talen om op de candidatenlijst te komen.
De commissie had daartoe geen aanleiding
gevonden, omdat bij de Kamer geen klacht
was ingekomen. De heer Braat legde den
zuiveringseed kalm af. Trouwens zijn
naam was niet genoemd in de mededeelin
gen in dat blad en de overige candidaten
waren niet gekozen.
Bij de presidentsverkiezing ging het
tusschen den heer Ruys de Beerenbrouck
en Dr. De Visser. Bij eerste stemming had
de heer Ruys er 43 en Dr. De Visser 13;
bij de tweede gingen de socialisten over
naar den heer Ruys. die met 61 stemmen
gekozen werd.
Dr. De Visser kreeg aanstonds de twee
de plaats met 60 stemmen. Zijn tegen
stander was de anti-rev. oud-minister Van
Dijk.
Den derden zetel eischten de socialisten
voor zich op. De heer Schaper zal die
plaats innemen.
DE POSTBEGROOTING.
Het voor '25 geraamd winstcijfer van
5.7 millioen zal waarschijnlijk worden be-
reikt.
Voor '26 wordt een winst geraamd van
7.1 millioen.
Gezien het vrij gunstige financieele as
pect van deze begrooting, ook in verband
beschouwd met den gang van zaken in het
loopende jaar, zal een verlaging van ta-
rieven, voor zoover althans de algemeene
financieele toestand des rijks zich daar-
tegen niet blijft verzetten, de voile aan-
dacht moeten hebben ten einde in den loop
van 1926 in werking te kunnen treden.
De vraag, met welke onderdeelen de ver
laging een aanvang zal kunnen nemen,
vormt, mede in verband met wijzigingen
van internationale post-, telegraaf- en te-
lefoontarieven, een onderwerp van nauw-
gezette studie.
Het aantal rekeninghouders bij den
Postcheque- en Girodienst is aanvankeli'k
met omstreeks 6000 teruggeloopen. Er
komen thans echter geregeld aanvragen
voor nieuwe rekeningen binnen gemiddeld
ruim 1000 per maand, waaruit mag wor
den geconcludeerd, dat het publiek weder
in toenemende mate van den dienst gaat
gebruik maken. Dit gebruik heeft even-
wel nog niet de hoogte bereikt waarop het
stond in 1923.
Woensdagavond zijn te Borculo een
honderd belanghebbenden bijeengekomen
om de maatregelen te bespreken. die voor
den opbouw van het stadje getroffen wor
den. De heeren J. te Riet en Wennink
Meule gaven verslag van een onderhoud
met het provinciaal steuncomite en het
bouwbureau, teneinde de ongerustheid. die
bij velen op het punt van schade-uitkee-
ringen bestond, weg te nemen.
Ook werden maatregelen an het bouw
bureau besproken en aan critiek onder-
worpen. Een commissie van. vijf personen
uit de vergadering zal nu voor het con
tact tusschen autoriteiten en belangheb
benden trachten te zorgen.
Voldoening werd geuit over het herstel
en den terugkeer van den burgemeester,
en besloten werd hem namens de ingeze-
tenen geluk te wenschen.
PETROLEUM IN DEN
ACHTERHOEK.
Sinds de vondst van petroleum in den
omtrek van Winterswijk, speciaal bij
Corle met tamelijk veel ophef werd aan-
gekondigd, heeft men omtrent de moge-
lijkheid van exploitatie niet veel meer ver-
nomen. Bekend was geworden. dat het
rijk de boringen heeft gestaakt, omdat ze
te duur werden. De kosten, zoo vernemen
wij, bedroegen per boring soms ongeveer
f 120.000 en daarbij kwam nog het nisico
van verloren buizen, die in den bodem
achterbleven. In Corle heeft men voor
ruim f 40.000 aan buizen moeten laten
zitten.
Het boorbedrijf wordt thans te Vragen-
der en te Zwolle (gemeente Groenlo) uit
gevoerd voor rekening van de Heerlen-
sche Maatschapoij voor Mijnt/ouwkun-
dige Werken. De boortoren, die te Vra-
gender staat, wordt thans naar Meddo
verplaatst voor een proefborinq daar.
Omtrent verkregen resultaten valt
nog niets zekers te vermelden.
DE TOESTAND.
Reuter heeft Woensdagavond den doinper
gezet op het misbaar, dat de Engelsche
pers gemaakt heeft over de deportatie van
Christenen in het grensgebied van Irak en
Turkije, door te verzekeren, dat men in
gezaghebbende kringen te Londen „niet
te ve.4 gewicht" hecht aan den toestand
in Mosoel. Dit doet vermoeden, sehviift
de N. R. Crt. dat de Turken misschien het
recht hebben om te handelen gelijk zij ge-
daan hebben, hoezeer men voor het overige
het zal laken, dat zij de Christenen in die
streek. die daar al bijkans even lang ge-
vestigd zijn als het Christendom bestaat,
hardhandig wegvoeren en ofschoon minister
Amery te Geneve er dadelijk tegen geprotes
teerd heeft.
Zelfs indien de Turken echter met de
maatregelen tegen de Christenen buiten
hun boekje waren gegaan, valt er nauwe
lijks aan te twijfelen, dat de woouplaats
der Christenen in het Noordelijke gebied
aan hen zal behooren, indien het op de
een of andere manier met hen over Mosoel
tot een schikking komt.
Zij ligt namelijk een heel stuk ten Noorden
van de kleine Zah, waarmee de Turken,
volgens geloofwaardige geruchten, ten leste
genoegen zouden nemen Deze grens zou
aan Irak net stroomgebied van de Diala
laten dat de commissie van deskundigen
voor Irak on misbaar acht in verband met
kunstmatige besproei'ingswerken.
Terwijl Madrid nog altijd zwijgt over
den toestand van de Spaansche landings
troepen aan de baai van Alhucemas, meidt
een Havas-bericht uit Rabat de vermeestering
van den Biban ten Noorden van de Werga
door de Franschen, na een schitterende
operatie. Het is voor hen te hopen, dat
zij daarmee voorhoed in het bezit zijn ge
komen van het moeilij ke gebergte, dat voor
het Fransche Centium een sleutelstelling
voor hun tegenstanders vormde. Officieel
is het bericht nog niet bevestigd.
TER NEUZEN, 18 September 1925.
In de Donderdag gehouden vergadering
werd aangenomen het voorstel van Burg,
en Weth. om school A te verbouwen voor
gymnastieklokaal en vestiging van het po-
litiebureau. Mede werd aangenomen het
voorstel tot aankoop van aen Staat der
Nederlanden van eenige straten met daar
op geplante boomen voor den prijs van
f 410. In de vacature F. de Bakker werd
benoemd tot lid der commissie tot wering
van schoolverzuim de heer P. P. de Bak
ker. Besloten werd als schenking te aan-
vaarden van M. de Putter e.a. een straatje
te Driewegen, zulks om de kans te openen,
dat aldaar bouwgrond beschikbaar komt^
De steunregeling voor werkloozen, die
overeenkomstig het voorstel van den heer
Geelhoedt was goedgekeurd tot I October
a.s. is op voorstel van den heer Hamelink
in zijn tegenwoordigen vorm bestendigd
tot 1 Mei a.s. Door Burg, en Weth. werd
voorgesteld de uitkeeringen met 25 te
verminderen.
De motie van den heer Van Riet. waar-
bij werd uiitgesproken, dat Burg, en Weth.
geen voorstellen meer zouden doen tot het
verleenen van afwijking van de nadere
eischen waaraan -verloflokalen moeten
voldoen. werd door hesn op aanwijzing
van den heer Hamelink aldus gewijzigd,
dat Burg, en Weth. slechts in bijzondere
gevallen daartoe voorstellen zouden doen.
en toen aangenompn.
Op het verzoek der Maatschappq
..Acetylena om vermindering der retdim-
tie voor het plaatsen van een benzinepoxnp
op de openbare straat werd afwijzend
beschikt.
Aan Gebr. Dieleman en de heer F. de
Nijs werd vergunning verleend tot he!
leggen van een riool in gemeentegrond,
terwijl werd goedgekeurd een leeniiM)
voor kasgeld tot een bedrag van f 35.000.
De rekening over 1924 werd vastgesteld
zooals die is aangeboden, terwijl ook werd
goedgekeurd eene wijziging der begroo
ting voor 1925.
Daarop werd weer aangevangen met
het behandelen van de voorstellen tot
wijziging der concessievoorwaarden voor
de electrische verlichting, waarvan in de
vorige vergadering nog enkele punten
voor nader onderzoek waren aargehou
den.
De heer Hamelink onderwierp de om
trent de meterhuur gegeven inhchtingen
aan critiek. en noemde de cijfers mislei-
dend, omdat omtrent aankoop van meters
slechts facturen waren overgelegd tot Mei
1922 en men er van den laatsten tijd zou
behooren te hebben.
De heer Van Riet verdedigde zich,
tegen de door den heer Hamelink in de
vorige vergadering tot hem gerichte be-
s^huldiging. dat hij zich over deze kwestie
slechts eenzijdig zou hebben laten inlich-
ten, dat de heer Hamelink zelf niet op de
hoogte is, en las ten bewijze daarvan een
brief voor van den administrateur der
centrale, den heer Van der Lubbe, waarbij
deze omtrent enkele door den heer Ha
melink als daden van willekeur gesigna-
leerde daden verklaart, dat deze liegt en
aanbiedt voor ieder feit f 500 in de ge-
meentekas te storten indien de heer Ha
melink die kan bewijzen.
Het voorlezen van dezen brief verwekte
in den raad groote beroering. De heer
Van Driel achtte het ontoelaatbaar, dat
de voorzitter zoo iets toestond. en noemde
riu openlijk, hetgeen hij reeds ten over-
staan van Burg, en Weth. deed, daden
van den administrateur der centrale, die
hij als willekeur beschouwt. De heer Ver-
linde was van meening, dat dit nu toch
te ver gaand was en betuigde zijn spijt
over zijn stem die hij in de vorige verga
dering voor handhaving van de voorge-
stelde aansluitkosten had overgebracht,
nu hem gebleken was. dat iemand voor 2
eindjes draad van 6 M. f 20 had moeten
betalen. De heer Hamelink verkreeg,
hevig verontwaardigd, het woord en be-
klaande zich in heftige bewoordingen, dat
een raadslid zijn ambt misbruikt om hier
de persoonlijke veten van iemand uit de
burgerij tegenover een medelid te luchten.
Hij noemde dit de daad van een schoft
Zelf heeft hij zich bij de herhaalde behan-
delingen van deze zaak alle persoonlijk-
heden buiten het debat gehouden. Op de
zaak zelf wenschte hij thans niet in le
qaan Om bewijzen bij te brenaen moet
hij van zijn zegslieden verlof hebben en
men weet, dat velen. uit vrees voor schade
