ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN
Insectenbeten
No. 7795.
Vrijdag 7 Augustus 1925
65e Jaarg&ug,
abonnementsprijs
Het Mohammedanism©.
Het nieuwe Verdrag met
Belgie
5S Nedenindier 2,703p£TmTanden Voorst "buitenland'f 3°35 peV*3 maandeT^Abonnementen voor't buitenland alleen bij vooruitbetalmg.
!DIiDX^3'XtJ±l BL.AP.
VIII.
Noch de uitgebreide voorschriften be-
tretlende den eeredienst van het Moham-
medamsme, noch de uitvoenge qeioots-
artikelen daarvan, die wij in onze vorifle
artikeien hebben getracht te schetsen,
zijn voldoende voor het vrome gemoed.
leer van het Nidvana niet te ontkennen.
Deze (in den grond der zaak anti-
Islamietische) richting kon natuurlijk niet
geheel verborgen blijven, omdat er dwe-
pers waren, die in een toestand van ver-
rukking hun tong niet in bedwang hidden
en die bij zulke gelegenheden zichzelf voor
God verklaarden, zooals b.v. de beroem-
de mysticus Halladj moet hebben uitge-
roepen: „ana '1 hakk' dat wil zeggen: „ik
ben de \Vaarheid (God) welke onvoor-
zichtigheid hij met den gruwelijken mar-
omoenuc teldood te Bagdad heeft moeten boeten
Van de vroegste tijden af waren er ook (922). Men ging daarom sterk zijn best
onder deze geioovigen tal van menschen, doen om het anti-Islamietisch karakter te
ninaen te houden. Deze zijn dikwijls heel j Van zekere zijde in ons land schijnt
zonderiingzood.t men huUende, dra.ien-
die bijvoorbeeld door de in den Koran
voorkomende beschrijvingen van den
daq enzoovoorts zoo werden
dat zij hun leven
jongsten
getroi
onder
qetroften en bewogen, -,
gebed, vasten en andere geloots-
uitingen gingen doorbrengen. en dan ook
aiep doordrongen waren van het ijdele
van aardsche grootheid en heerhikheid
Ongetwijfeld zal ook daarbij de mvloed
van christelijke asceten zich hebben doen
gelden, maar toch vond de leefwijze van
monniken en kluizenaars hier geen na-
bootsing, omdat Mohammed zeer beslist
zijn wil had verklaard, dat er in den
islam geen monnikendom zou voorkomen.
Een beroemd vertegenwoordiger van de
meer pessimistische levensbeschouwing
wis Hassan van Basra, die in 728 stierf
een man van diepen ernst, die met veel
anderen, die het met hem eens waren,
iuide protesteerde tegen de verwereld-
iiikinq. die onder de regeering der Uma-
iaden in den Islam was gaan Oyerheer-
schen, en die, ofschoon hij in veel kwesties
met ce Charidjieten en in andere met de
oudere Mutazilieten sympathiseerde, toch
nog den naam van een goed orthodox wist
te bewaren.
In zulke kringen nu ontstond de leer
van verschillende rangen en klassen onder
de menschen, waartoe de Koran zelf al
anleiding had gegeven. Niet al-
en martelaars hebben
bevoorrechte positie
eenige
leen' de profeten
mar« word, ""deze leer ook gerep, van
zo„en en vrienden Gods.Ae zeer- dm^ J,
te vretzen of
den Heer staan, en
t9rrung\eedzijn.hHeteArabische woord, dat
zulke' menschen aanduidt (wall, meer-
voud: Awlija)kreeg nu al spoedig de
beteekenis van een heilige, en ofschoon de
Koran op andere plaatsen de peering
van zulke heiligen als veelgodendom
brandmerkt, heeft toch het volksgeloot
zich daar in 't geheel niet om bekommerd en
werd het't streven van vrome menschen,
om zich op te,werken, tot den rang van
..vriend van God" of ..heilige Er moest,
zoo meende men, een weg (tari.ca) zqn,
die daarheen leidde, en zoo werd deze
zaak al spoedig meer op systerna1 isciie
wijze bedreven. Reeds in de eerste en
tweede eeuw van de Hidjra was ue
wollen ,,sufa" de dracht van vroomheid
en wereldverzaking; en naar dit uitwen-
dia kenteeken heeten deze menschen bu-
fieten en de kunst of wCtenschap. waarzij
zich mede bezig houden: tasawwof. Men
trok zich niet geheel uit het wereldhjk
verkeer terug, nam de godsdienstige wet-
ten zeer trouw in acht, maar wel verre
van daarmee tevreden te zijn, hield men
ook nog afzonderlijke samenkomsten.
waarin godsdienstige oefeningen voor-
kwamen die in hoofdzaak bestonaen uit
aanroepingen van Gods naam en die ge-
duren.de een zeer langen tijd werden
voortgezet (zoogenaamde Dzikrs.Maar
de meer eigenlijke organisatie van zulke
godsdienstige vereenigingen yalt in een
veel la.teren tijd, ofschoon de latere mys
tieken ze terug dateeren op Aboe-Beker
en Ali. Dat men hiertoe kwam, was een
gevolg van de d^yalingen, waartoe de
Sufieten vooral in Perzie geraakten, waar
de islam, zooals wij later nog hopen aan
te toonen, zich geheel anders orgamseerde
dan in de andere strikt Mohammedaan-
sche landen.
Deze soort van mystiek vond bi] de
Perzen een buitengewone verbreiding, en
misschien wel vooral omdat in de droevige
tijden der nationale vernedering de ge-
moederen toch reeds meer dan elders ge-
neigd waren. om zich uit de wereld terug
te trekken en in boeledoeningen en gods-
dienstig gedweep troost te zoeken. He.
doel werd hier, ook een ander dan elders,
hier qing het er vooral om, dat men zich
iin eensoort extase wilde verplaatsen,
waardoor men voor wereldsche indrukken
onontvankelijk werd en zich meer een ge-
voelde met de godheid. De yerhoudinq
van den mensch tot de godheid werd met
meer bepaald door vreesvoorstellingen en
door angst voor rechtvaardige hellestraf-
fen maar werd hier beslist opgevat als
een liefdesverhouding. De ware Gods-
kennis, die slechts langs dezen weg moge-
lijk scheen, toonde een geheel anderen
God, dan hij was, dien de Islam predikte,
en ontaarde geheel en al in pantheisme.
Uit den godsdienst van Zarathustra is
deze ontwikkeling niet te verklaren en ook
niet uit het Boeddhisme, hoewel deze
godsdienst in de oostelijke provincien een
groote uitbreiding had gekregen voorda.
het Mohammedanisme zijn veroveringen
deed; maar zij moet. naar het schijnt, uit
het pantheistische systeem der Vedanta
worden verklaard. Alleen in de Sufische
leer van het fana. waaronder verstaan
moet worden de volledige oplossing van
het zelfbewustzijn in de goddelijke yolheid,
is eenige gelijkenis met de Boeddhistische
verbergen, en ging nu de gangbare theo-
logische uitdrukkingen in een geheel an
dere beteekenis gebruiken: b.v. sprak men
van tauhid wat in de officieele theologie
beteekent: de eenheid en eenigheid Gods,
doch waardoor men thans het een-worden
van den mensch met de Godheid wilde te
kennen geven, enz. Ook koos men de
heiligen, aan wie men vooral vereering
wilde bewijzen, met zekere voorliefde uit
de nakomelingen van den profeet, en spe-
ciaal werden de Kaiief Ali en diens beide
zopen Hasan en Husain zeer hoog ver-
eerd, wat alles vanaf het standpunt van
den Islam niet kon worden afgekeurd, als
men slechts de noodige voorzichtigheid
en terughoudendheid betrachtte en hen zelf
maar geen God noemde. Deze Perzische
mystiek vond reeds spoedig de daartoe
het meest geschikte verbreiders onder de
hoofdvertegenwoordigers van de nieuw
opgebloeide Perzische poezie. Reeds Aboe
Said ibn abi '1 Khair (gestorven in 1049)
dichtte zeer pantheistische vierregehqe
verzen, en zijn voorbeeld vond veel na-
volgers. Bijna al de grootere Perzische
dichters zijn pantheistische mystieken.
Wie nu daarbij nog in het oog houdt, dat
deze gedichten in geheel Perzie bekend
waren en zich zelfs in een zekere popu-
lariteit mochten verheugen, als aan geen
enkele andere dichtsoort ten'deel viel, zal
het ook verstaan, dat bijna alle Perzen
mystieken zijn geworden. en dat zij bij ai
die zwevende en vage uitdrukkingen bijna
alle begrip voor den overigens zoo een-
voudigen en duidelijken Islam hebben in-
geboet. Maar ook bij de i urken is de
mystiek diep ingedrongen, iets minder bi)
de Arabieren, ofschoon ook de Arabische
literatuur mystieke dichters en theosophen
weet aan te wijzen. De namen van al deze
menschen en ook van de hoofdfiguren,
noemen wij hier nu maar niet.
Nauwelijks behoeft het te worden op-
gemerkt, dat deze soort mystiek niet alleen
het recht begrijpen, maar ook de zedelijk-
de en dansende Derwischen onderscheidt.
In eenige van deze orden is de zinsverruk-
king z6o sterk opgevoerd, dat de perso-
nen, die daartoe behooren gevoelloos wor
den voor uiterlijke indrukken; gins en
vurige kolcn cn andere voorwerpen in"
slikken, zich afschuwelijk verwonden,
slangen opeten, enz. In Egypte zijn op dit
punt de Rifaija beroemd en ook de
Saadija, die vroeger op het geboortefeest
van den Profeet op den grond gingen lig-
gen, terwijl dan de sheik te paard °yer
hun lichamen heenschreed. Voor het
overige oefenen de meeste Derwischen een
handwerk uit en leven zij dus in de ge-
wone maatschappij; toch zijn er ook bedel-
derwischen. die geen vaste woonplaats
hebben, en die van aalmoezen alleen
leven.
De invloed van deze verschillende or
den is in de Mohammedaansche wereld
een zeer beduidende, hoewel natuurlijk
heel veel afhangt van de keuze van den
aanvoerenden sheik, die over al de ande
ren een haast onbeperkt gezag uitoefent.
Langzamerhand heeft zich deze inrichtmg
zoo ingeburgerd, dat bijna iedereen, zoo-
veel als zijn werkzaamheden het hem ver-
oorloven, zich bij een orde aansluit en de
godsdienstige oefeningen bijwoont. Op
deze wijze werd de mystiek. die aanvan-
kelijk bestemd scheen om den Islam ge
heel te vervluchtigen en te gronde te
richten, nu in een streng verband opge-
nomen, en is zij zelfs een zeer goed mid-
del geworden om den oodsdienstzin te
wekken en wakker te houden.
I.
De verschijning van het wetsontwerp
tot goedkeuring van het nieuwe Derdrag
met Belgie was voor hen, die eeniger mate
de daarin geregelde onderwerpen konden
overzien wel een der grootste verrassin-
gen, die ze hebben beleefd.
Indien men toch het geheele Verdrag
naleest, ontmoet men ongeveer niets an
ders dan tegemoetkoming aan Belgische
wenscnen en belangen. waartegen geen
enkel positief voordeel voor Nederland
te vinden is. Het is natuurlijk mogelijk,
dat de Memorie van Antwoord van onzen
Minister van Buitenlandsche Zaken, die
eerlang kan worden tegemoet gezien een
eenigszins anderen kijk op deze zaak geeft.
niet is toegegeven aan de politieke
eischen, die in dat opzicht ten Zuiden van
onze grens werden gekoesterd. Wij wil-
len de mogelijke draagwijdte daarvan ook
niet onderschatten, ofschoon bij conflicten,
als in 1914, bij een schending der grens
ons land moeilijk een ander standpunt zou
kunnen innemen dan Belgie destijds ge-
noodzaakt was in te nemen.
INGEZONDEN MEDEDBELINGEN-
lets over de behandeling
van insectenbeten en be-
langrijke raadgevingen,
hoe ze te voorkomen.
Insectenbeten zijn een over de geheele wereld
verbreide plaag en overal zint men op middelen
om het bijten dier plaaggeesten te voorkomen.
In ons klimaat zijn het vooral de muggen
die hier te lande in 3 verschillende soorten
voorkomen - die het meest gevreesd zijn om
hun jeuk- en zwellingveroorzakende beten.
Akker's Kloosterbalsem, het sedert tal van
jaren geroemde middel tegen wonden van ver-
schillenden aard, schrammen, smetten, doorlig-
gen en doorloopen, jeuk en zonnebrand, wordt
ook met groot succes gebruikt bij beten van
muggen en andere insecten. Indien spoedig
aangewend, voorkomt dit de zwelling geheel
en stilt de jeuk onmiddellijk. Door zijn anti-
septische werking zuivert Akker's Kloosterbalsem
de door den insectenbeet veroorzaakte wonde
en verwijdert het gif, dat bij het toebrengen
van de beten is binnengedrongen. Van groot
beiang zijn echter ook de waardevolle eigen-
schappen van Akker's Kloosterbalsem ter af-
wering van de insecten. Men smere daartoe,
voor het naar bed gaan, voorhoofd en handen
met Akker's Kloosterbalsem in, dit houdt de
insecten op een afstand en verschaft L een
ongestoorde nachtrust.
Akker's Kloosterbalsem in potten van 2U
gram /0,50, 50 gram 1±100 gram
1 75, is verkrijgbaar bij alle apothekers en
drogisten. Een pot Akker's Kloosterbalsem is
een huis-, zak- en reisapotheek op zich zelf.
If S«r8myesdekefmeShTDT j
toonbeeld mochten heeten van ware
vroomheid, maar het was een van de
noodzakelijke gevolgen dezer zins\eyrux- t °n door en gn^je daad toont prijs
kinJ>: Zl±T anderen verlTeven tAtellen op eene goede nabuurschap, ja
leen nadeelen zien," tegen geen enkel voor
deel, een overmatige tegemoetkoming
Het is evenwel strijdig met ons gevoel,
dat men, aan Belgie onthoudende hetgeen
het op politiek gebied wenschte, er op
economisch gebied een hoorn des over-
vloeds over uitgestort heeft. Weliswaar
heeft de heer Mr. Rutgers betoogd, dat
ook hetgeen op economisch gebied in het
Verdrag is geregeld, geheel in overeen-
stemming is met de grondgedachte van
solidariteit, belichaamd in den Volken-
bond, doch men zal zeer moeilijk in ons
land ingang kunnen doen vinden de ge-
i Xachte^dat wij' in dat opzicht' aan Belgie
ieder geval
_oo n beetje. boven
achtte en met name
voorschriften van den
heel verwierp, of ze in
slechts als een voorportaal en eerste
schrede beschouwde op den weg naar
de volledige, mystieke ontwikkeling.
waarbij men het dus gerustelijk in twijtel
meende te mogen trekken, of deze gods
dienstige voorschriften ook later nog bin-
dende kracht zouden hebben. Voor de
qei'nspireerde en verhelderde mystieken
is er ook geen bepaald onderscheid meer
tusschen de verschillende positieve gods-
diensten, zoodat ook daaruit kan warden
verklaard. hoe het komt, dat de qrenzen
Ac ^AcrlionsM'ae blijkens verschillende persuitingen in dat
IsHm 6f ge- ^nd bij al de groote economische voor-
deelen, die hem met guile hand door het
Verdrag worden toegeschoven, nog on-
tevreden is.
Dit mag inderdaad niet bescheiden ge-
noemd worden, want het staat als een
groote verplichtingen hebben. Wij be-
schoiiwen zeer begrijpelijk die econo
mische voordeelen als qewenschte ruilob
jecten, om tegenover de concessies die
worden gedaan, ook wat te krijgen. in
dat licht en niet zonder grond, zooals
hierna zal blijken hebben wij het Ver
drag steeds bezien. Waar van geenerlei
want necscaai axs ecu g teqenprestatie is qebleken, is er
paal boven water, dat, indien twee par- ^erKregen teg p die het
tijen kwestie hebben, en alle kwesties aameiaing c a
werden opgelost, zooals zulks bij dit Ver-
verkiaara, noe uci j eene parti) oe a
tusschen mystiek en ongeloot, maar ai e wenschen toestaat.
drag geschiedt, de rechtbanken voor ci-
viele zaken en de advocaten, die daardoor
bun werkkring vinden, wel konden wor
den verdwijnen. Dan zouden er geen
kwesties meer kunnen blijven, omdat de
partij de andere ongeveer al zijn
vaak zijn uitgewischt. Om deze gevaren
teqen te gaan, wist men maar een middel.
dat in den beginne nog nie-i eens afdoende
was: men wilde deze mystiek in die mate
reorganiseeren, dat het niet aan iedereen
geoorloofd zou zijn, op eigen houtje zich
bij de mystiek te voegen. maar uat men
Er is, en voor het meerendeel eerst na
het verschijnen van het oorloopig Ver-
slag der Tweede Kamer. al heei wat over
het' Verdrag geschreven,' artikels en bro
chures, bevattende over het alfjemeen
scherpe en gemotiveerde critiek. Enkele
van de meest actueele hebben wij in ons
in strenge onderdanigheid onder a. voor- bJad geheeDf cjedeeltelijk weergegeven
schriften van een sheik en onder regel- en z^n overtuigd. dat ook verschn
in^figg cn zeer afinsttcnclc godsdienstige
oefeningen lange ieerjaren kreeg door te
maken, om dan in de meeste geyallen voor
altijd leerling (moerid) te blijven Up
d»>ze wijze werd de mystiek een middel tot
verheffing, of in ieder geval tot regelmg
van den godsdienstigen zin, en hier had-
den dus zelfs de orthodoxe Mohammeda-
nen niets tegen in te brengen. Wij hebben
er vroeger al eens melding van gemaakt,
dat de vrome theoloog Ghazzali op rijpe-
ren leeftijd bijna tien jaren doorbracht
onder ascetische en mystische oefeningen,
en dat hij deze voor de ziel even nood-
zakelijk en heilzaam verklaarde als de
qeneesmiddelen voor het lichaam. Maar
men bleef er op staan, dat er nooit zou
worden getornd aan de verbindbaarheid
van de godsdienstige wetten, en dat dus
ook de orthodoxie van geen enkelen sheik
aanleidmg zou geven tot ongerustheid.
Uit deze inzichten ontstond nu de stich-
ting van de orden der Derwischen, die
voornamelijk valt in de twaalfde en in de
dertiende ccuw, maar di€ ook heden ten
daqe nog voortgaat. Al deze orden heb-
ben haar vaste geloofs- en leefregels, die
door den stichter van zoo'n orde zijn vast-
gesteld. maar die toch door een onafge-
broken rij van overleveringen teruqgaan
op Aboe Bekr of Ali, en dus op den
Profeet zelf. Deze orden bezitten op ver
schillende plaatsen hun qebouwen (kloos-
ters)waar zij renelmatig eens of meer-
dere malen per week samenkomen, en dan
onder de leiding van een sheik hun oefe-
en we zijn overtuigd. dat ook v
lende rapporten van rijks-autoriteiten,
wier advies naar het schijnt eerst in de
laatste maanden is gevraagd, aan een
groot deel der critieken steun geven.
Tegenover die vele critieken ziin ook
enkele stemmen opgegaan ter verdediging.
Een der eerste, die te onzer kennis kwam.
was die van den tegenwoordiqen Minister
van Onderwijs, den heer Mr. V. H. Rut
gers. destijds lid van de Tweede Kamer,
in het debat met Louis Franck, oud-
Minister van Kolonien in Belgie, in eene
te Den Haag van weqe de Vereeniging
voor Volkenbond en Vrede belegde ver-
gadering.
De heer Mr. Rutgers verklaarde zich
dankbaar over het Verdrag gestemd. in
verband met de organisatie van het Inter
nationale leven. zooals de Volkenbond dat
nastreeft. Die toets kan betoonde hij. het
Verdrag doorstaan. Hij beschouwde het
Verdrag evenwel in zijn hoofdlijnen, qe-
grond op de omstandigheid. dat de Bel
gische neutraliteit, die bii het Verdrag van
1839 was gewaarborgd, is weggevallen.
De garantie door de groote mogendheden
is verdwenen en voor Belgie was het vol-
gens hem noodig, verzekering zijner vei-
ligheid op andere wijze te zoeken.
De daarin besloten stellinq kan worden
toegestemd. doch juist op dit punt zijn de
Belqen teleurgesteld, daar het Verdrag
omtrent die verzekering der veiligheid van
hare landsgrens in het Oosten zoo
als zij die "zich denken, geen bepalingen
bevat.
Alg. Hbl. er aan gaf ,,al te goed is buur-
mans gek.
Tot een systematische verdediging van
het Verdrag heeft zich blijkbaar aange-
gord de ..Haagsche Post Dat blad wil er
geen kwaad van weten. Het geeft in zijn
nummer van io juli 1.1. toe. dat er, nu ja.
op de details wellicht aanmerking is te
maken. maar dat 't tegen de grondbeqin-
selen waarop het berust. geen verzet zal
I aan tee keriei^
In die opvatting ligt naar wij meenen
veel besloten. Voor zoover wij het kun-
I nen beoordeelen gaat het bezwaar tegen
i dit verdrag in het 'algemeen ook niet tegen
I de grondbeginselen, doch juist tegen de
details, tege'n de wijze. waarop in strijd
i met al hetgeen tot hiertoe geschiedde, aan
1 die grondbeginsels uiting zal worden ge-
geven en het is de vraaa of zij, die voor
het Verdrag den handschoen opnemen
wel ten voile overtuigd zijn van de betee
kenis van die details en van hetgeen de^e
na zich kunnen sleepen.
Wij zijn het volkomen eens. met de
H. P. dat dit geen onderwerp is. dat „de
man van de straat" in zijn geheelen om-
vang kan beoordeelen, het is zelfs een
vraagstuk, dat vermoedelijk in zijn
details maar weinigen kunnen over
zien, doch wij hebben van de geschie-
nis ook een stukje meegemaakt het blad
vrage zich eens af, of ook de vertrouwde
raadslieden, die zij de kwestie ter berech-
ting wil overlaten, ook niet kunnen falen.
en hun oordeel ook niet eens op ver-
keerde basis kan blijken te berusten.
De critiek op het Verdrag tocii epa.i;'.
zich in het geheel niet tot ,.de man van de
straat." zij komt juist van mannen van
gezag en beteekenis, van mannen. die uit
hoofde van hun positie en bekendheid
met toestanden tot oordeelen bevoeqd
kunnen worden geacht.
Indien de Rotterdamsche Kamer van
Koophandel en Fabrieken bij breed qe-
motiveerd adres aan de Tweede Kamer
verzoekt het Verdrag in den bestaanden
vorm niet aan te nemerr riaat het toch
niet aan, dat adres op zijde te schuiven
met de bemerking. dat deze opkomy voor
de belangen barer stad en hare bedrijven.
die. nu*ja, ook wel voor een deel lands-
belangen zijn, maarniet zoo zwaar
schijnen te wegen als het onderhouden
van goede loyale betrekkingen met Bel
gie. Als de hoefijzer-correspondent van
het Alg. Hbl. na zijn Indische reis zijn
artikel „Buurmans gek" schrijft, noemt de
Haagsche Post dezen gedreven door
Zeeuwsch Patriottisme, waarmede waar-
schijnlijk dan bedoeld wordt te zeggen,
dat men diens betoog nu niet zoo geheel
ernstig moet opvatten.
Omtrent de brochure van den heer Ra-
maer, iemand, die, als hoofdingenieur van
den Rijkswaterstaat, Zeeland en de Schel-
de bijzonder heeft leeren kennen een on-
betwist deskundige, heet het: dat diens
eweringen wel niet van overdrijving zul-
len zijn vrij te Dleiten.
Wij herhalen: is, of zijn de verdedigers
van het Verdrag omtrent de details en
hun gevolgen wel geheel op de hoogte, en
een vraag, daaromtrent is zeker op haar
plaats, indien, na de geschiedenis der
laaatste jaren, een niet op den laagsten
sport staand staatsambtenaar in Den
Haag van zijn geografische kennis om
trent Zeeuwsch-Vlaanderen en dus ook
wel van onze nukkige Schelde, blijk geeft
door de vraag: ,,als je nu per spoor tot
Vlissingen gekomen bent, moet je dan
nog ver loopen naar Ter Neuzen?"
Wat de brochure van den heer Ramaer
betreft, een zeer belangwekkend geschrift,
dat iedereen, die beiang stelt in deze voor
ons land, voor onze natie, doch in het bij
zonder voor Zeeuwsch-Vlaanderen en
Zuid-Beveland, wegens de aan de Schelde
grenzende polders, zoo belangrijke kwes
tie, deze krijgt dezer dagen juist steun
van den Delftschen hoogleeraar Prof. Ir.
W. K. Behrens, die in de Economisch-
Stat. Berichten diens critische beschou-
wingen weergaf. Hij voegt er aan toe. er
prijs op te stellen te verklaren. dat hij,
zonder in alle bijzonderheden de inzichten
van den schrijver te deelen met diens
betoog omtrent de uiterst schadelijke ge
volgen, welke van het Verdrag voor Ne
derland te wachten staan, geheel instemt:
Hij ziet in het optreden van den heer
Ramaer in deze ,,een vaderlandsche daad,
waarvoor hij hem gaarne hulde brengt
In een schrijven uit Zeeland aan de
N. R. Crt. is gewezen op de voor Neder
land niet behaaglijke perspectieven, die
van de waarschijnlijkheid: Antwerpen
oorlogshaven, t gevolg kunnen zijn. Ver
schillende schrijvers zijn het over de
mogelijkheden, die het V erdrag in dit op
zicht opent, niet eens. Ons komt ook deze
kwestie van minder beteekenis voor, dan
de verschillende economische verplichtin
gen, die Nederland op zich neemt, en die
niet alleen zware geldelijke verpbehtin-
gen tenqevoige kunnen hebben, doch tot
zelfs onzen Zeeuwsch-Vlaamschen, aan
het Scheldewater ontwoekerden bodem
zou kunnen kosten.
Andere schrijvers wijzen op het be
zwaar, dat uit het Verdrag te lezen is, dat
de naar Antwerpen doorvarende schepen
geheel onttrokken worden aan ingrijpen
van Belgische of Nederlandsche autori-
teiten, zoo rechterlijke als administratieve.
Een gevolg hiervan is dus. dat de Neuer-
landsche sterke arm op de Nederlandsche
Schelde zelfs zal hebben af te biijven van
een Nederlandsch koopvaardijschip. Een
dergelijke bepaling achtte de N. R. Crt
voor uitoefening der vrije vaart te ver
gaand, ja zelfs een gevaar voor die uit
oefening van de vrije vaart. De vraag
kwam daarbij naar voren, hoe de samen-
stellers van het Verdrag zich de hand-
having van de regelen der verkeerspolitie
op de Schelde hebben gedacht. Met rege-
lingen, waaraan men geen sanctie kan ver-
leenen, is men niet veel vooruit.
De steliing is verdedigd, dat Nederland
in deze verplichting tegenover Belgie
heeft, omdat de Scheldemond, voor Bel
gie zoo belangrijk, zich nu eenmaal bin-
nen zijn gebied bevindt. Niet ten on-
rechte is er door den heer Mr. Nolst Tre-
nite op gewezen, dat door deze stellino-
een gevaarlijk precedent wordt gescha-
pen, want Nederland heeft binnen zijn ge
bied niet alleen den Scheldemond, doch
ook die van den Rijn en de Maas. Zal
nu, vraagt hij, te eeniger tijd bijv. aan
Duitschland voor zijn Rijn- en Roer-
havens kunnen worden geweigerd wat
thans aan Antwerpen en zonder teqen
prestatie wordt afgestaan? Voor het
oogenblik moge een beroep op dat prece
dent niet te vreezen zijn, doch wij leven
snel in politieken zin en in technisch op
zicht en niemand weet, of de omstandig-
heden zich niet binnen afzienbaren tijd
zoo zullen wijzigen, dat Nederland door
zijn Oosterburen voor soortaelijke eischen
gesteld wordt, als thans de goede Zui-
derbuurman doet gelden.
Uit deze aanhalingen blijkt, da: de be-
zwaren niet alleen van belanghebbetide
zijde komen. niet alleen van Zeeuwsche
patriotten. doch ook van bevoeqde land-
qenooten. En, aangezien het niet onbe-
kend is. dat vooral uit Zeeland bezwaren
tegen het Verdrag zijn opgegaan gaat het
o.i. niet aan. om die, in den stijl der Haag
sche Post, af te maken of te verkleinen
door ze toe te schrijven aan streek-
patriottisme of misschien wel provin-
cialisme.
Als zoodanig kan men zeker niet be-
schouwen het bezwaar, ingebracht door
den Zeeuwschen W "-''schapsbond. be-
staande uit personen, die, voor zoover de
details van het Verdrag de Scheldeoevers
TER NEUZENSCHE COURANT.
WOO. U1C"