ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. rijdag 31 ]uli 1925 65e Jaargaiis Uit het hoop Hooiden. 7792 1 6U I TEN LAND. 77 ABONNEMENTSPRIJS: vZ N^InX enTme/iif/ ^pSTrnTandTn VoT't ^rig^t wVanTf Sg ffii ^LT^AbonnSen^l^Uenla^ alleen'bij vooruitbetaling. EI HtRSTB IBXj-A^D. ENSCHE CO U RANT <n,awa-«caaw*- -.-Ml ,r^m J*. CVI. Voor mi) ligt een keurig op out!-Viol landsch papier gedrukt boekje van 64 bladzijden (niet in den handel). Het is het zichitDaar deel der hulde gebracht aan prof. Petrus Johannes Blok, op zijn 70en verjaardag, die hem tot aftreden noopte. Een groot aantal vereerders hebben een biokfonds gesticht ter bevordering van historische studie en daarnaast hebben zij laten drukken een Bibliographie van alles wat Blok heeft geschreven in boek, tijdschrift, krant en encyclopaedic. De op- somming daarvan in druk beslaat niet minder dan vier vel druks. Blok is weder een van die betrekkeiijk talrijke voorbeelden, hoe de grootste ge- leerden hun positie zich hebben moeten verwerven met beperkte geldelijke miade- len en daardoor in hun jeugd heel hard hebben gewerkt. Ziet men den betrekkeiijk kleinen man met zijn grijze baardje en zijn buitenge- wonen eenvoud, dan zou men niet denken, dat dit lichaam zoo grooten geest, werk- Kracht, talent bevat. Hij is tengevolge van zijn arbeid de gezaghebbende histori- cus. ook in het buitenland beschouwd als een der eersten. Met Robert Fruin, onzen grootsten na- tionalen geschiedschrijver uit de 19e eeuw heeft Blok twee dingen gemeen: een bui- tengewone bewondering voor het Oranje- huis en een bijzondere vaderlandsliefde. Ons land heeft steeds vele knappe histo- riebeoefenaars gekend en sinds vele jaren is de Leidsche hoogeschool het middelpunt van gelukkige geschiedbeschrijving, vroe- ger geconcentreerd om de figuur van Fruin! de laatste 30 jaar om die van Blok, straks om die van Huizinga. Het merkwaardige in deze hulde is, dat de ontegenzeggelijk conservatief- liberale geleerde blijkens de naamlijst der deelnemers qehuldigd is door personen van alle staatkundige en kerkelijke rich- tingen. Katholieke en anti-revolutionaire, chr.-historische en democratische geleer- den, deden er aan mede. Hij is voor alien de leermeester. Maar onder zijn bewon- deraars vindt men evennoed theologen, rechtsgeleerden, letterkundigen en militai- ren. Want dat Blok zoo reusachtig veel weet, getuige die lange lijst zijner ge- schriften. dat hij naast een enorme bele- zenheid, een helder critisch oordeel heeft en het talent bezit om zonder opsmuk in klare stijl zijn historie neer te schrijven, dat is niet zijn grootste verdienste. Wie zijn studien leest, wordt voortdurend oe- troffen door zijn eerlijkheid. die naar on- partijdigheid streeft. Hii zal nimmer zijn held mooier voorstellen dan hij in werke- lijkheid is. Bij het ontvouwen der poli- tieke geschiedenis laat hij voortdurend recht weervaren aan den tegenstander. Bijvoorbeeld, als hij het leven van prins Willem van Oranje beschrijft, heeft hij ook een open oog voor zwakheden in zijn beleid of karakter, maar daarnaast hoe- zeer hij ook den prins lief heeft, hij is in zijn beschrijving van 's prinsen tegenstan- ders als Granvelle, Alva, Philips, vol- komen loyaal. Behandelt hij een geschil, hij verzwijgt volstrekt niet wat pleit voor de opvatting van den ander. Zoo is Blok in zijn beschrijving nooit eenzijdig en laat hij van vele zijden het licht schijnen. Natuurlijk heeft Blok grooten invloed gehad in verschillende geleerde genoot- schappen o.a. de Koninklijke Academie, heeft hij medegewerkt aan groote onder- nemingen als bijv. het Groningsche oor- kondenboek of het nieuwe Biographische Woordenboek. Alleen de opsomming van de hierin door hem geplaatste biografieen beslaat 20 bladzijden! Daarnaast was hij redacteur van het Historisch Tijdschrift, de uitgever van prof. Fruin s Perspreide Geschriften (in tien deelen), mede- redacteur van het maandschrift Onze Eeuw. waarin hij tijdens den oorlog het buitenlandsch overzicht schreef. Naar het buitenland ging hij in opdracht onzer re- geering om in archieven onderzoekingen in te stellen betreffende onze historie. Dat de laatste jaren te Rome ons land n historisch instituut heeft, alwaar eenige qeleerden o.a. de Kath. prof. Hensen. dr. Hoogewerff en dr. Leopold onderzoekin- gen instellen, dat is vooral te danken aan lok's initiatief. Immers men begrijpt wel, dat in de pauselijke archieven en biblio- theken heel wat wetenswaardios over ons eigen land voorkomen moet. Voegt men bij de reeks historische tiid- schriftartikelen, dat hij ruim 40 jaren aan de universiteit hoogleeraar was. dan be grijpt men reeds, dat deze man als zoo- danig een enorme werkkracht ten toon gespreid heeft. Had hij dat alles slechts gedaan, dan reeds zou hem de hulde van geleerd Nederland toekomen. Maar hij heeft meer gedaan. Hij heeft, en dat is het werk. waardoor zijn beteekenis verre uit- reikt boven de universiteit, hij heeft aan ons volk vijftien boeken gegeven, de con- densatie van zijn geleerdheid. waarin hij getoond heeft meester te zijn in de be schrijving onzer vaderlandsche historie. Toen de jeugdige Blok in 1879 was ge- promoveerd, zorgde de almachtige hoog leeraar Cobef ervoor, dat'hij werd be- noemd tot leeraar aan het Leidsche gym nasium. Maar de jonge leeraar zat niet stil. ijverig ging hij aan den arbeid in het Leidsche archief. De vrucht van die studie verscheen in 18831884 in twee deelen: ,.Een Hollandsche Stad in de Middel- eeuwen en ,,Een Hollandsche Stad onder de Bourgondisch-Oostenrijksche heer- schappij." in deze twee boeken beschreef hij de geschiedenis der stad Leiden tot den opstand tegen Spanje. Later in 1910 zijn zij vermeerderd, herdrukt en vervolgd in twee deelen: ,,Een Hollandsche Stad tij dens de Republiek en ,,Een Hollandsche Stad in den nieuweren tijd" (1918). Die twee eerste deelen bezorgden hem het professoraat, want nauwelijks waren zij verschenen, of te Groningen was een vacature ontstaan voor geschiedenis. Nog geen voile dertig jaar oud trad Blok toen op, om het geheele gebied van algemeene en vaderlandsche historie te doceeren. Wat nu die stadsgeschiedenis betreft (die natuurlijk slechts kon worden ge schreven door iemand, die door en door thuis was in de politieke historie der Ne- declanden), daarvoor was heel wat meer noodig dan de traditioneele kennis der staatkundige geschiedenis. Immers tegelijk moest dat werk zijn, op een tot nog toe vrij wel onontgonnen gebied, de economische historie van het opkomende stadsleven. En daarbij moest de schrijver tevens groo te kennis bezitten van het oud-vaderland- sche recht, van godsdienst en literatuur. Voldoende om dit aan te wijzen is de vermelding der hoofdstukken van het 2e deel: Een Hollandsche Stad omstreeks 1500 (dus: hoe zoo'n stad er uit zag enz.), De Hollandsche steden in betrekking tot het landsbestuur in de 15e en 16e eeuw, Privilegien der Steden, Hoeksche en Kabeljouwsche twisten, Het stadsbestuur, Krijgswezen en financien, Recht en rechts- pleging, Godsdienst en onderwijs. Lette red en Kunst, Handel en nijverheid, Ar- moede en Welvaart. Onder de bijlagen: Prijzen van levensmiddelen. Men kan wel begrijpen. dat vooral de tweede helft van dit boek hoofdstukken bevat, wier inhoud ten deele uit de ar chieven moest worden opgedolven, hoofd stukken, die een geheel nieuwe vorm van geschiedbeschrijving vormden, vergeleken bij vroeqer toen de aandacht voornameljjk op oorlogen. veldslagen, belegeringen, op koningen, vorsten, veldheeren en admi- raals was gevestigd. Met dit boek sloeg Blok de richting in, waarbij aan de econo-- mische toestanden en aan het geestelijk leven aandacht geschonken werd. i ernauwernood hoogieeyaar greep Blok naar grooter taak. Feitelijk was de laatste uitgebreide Vaderlandsche Historie, die van Wagenaar (in twintig deelen, loo- pend tot *1745.) Het werk was natuurlijk geheel verouderd. Wel waren talrijke studien van bekwame historieschrijvers verschenen over allerlei tijdvakken en on- derdeelen. Maar wat mannen als Bakhui- zen van den Brink en Fruin hadden ge geven, vormde niet een afgerond geheel. Toen besloot Blok een nieuwe achtdeelige Geschiedenis van het Nederlandsche Volk'' te schrijven, een werk dat geheel steunde op al de vorige wetenschappelijke onderzoekingen van tal van schrijvers, een arbeid, die dus de geleerdheid van al onze 19e eeuwsche navorschers samen- vatten zou tot een afgerond en compleet boek. Het eerste deel verscheen in 1892, het laatste in 1907. Thans is de derde druk bezig te verschijnen, want hoe duur zulk een uitge'breid werk ook is, het sloeg zoo in, dat het alom zijn koopers gevon- den heeft bij de ontwikkelde buraerij. Ondertusschen was Blok in 1894 Fruin opgevolgd als hoogleeraar in vaderland sche geschiedenis en naar Leiden ver- huisd. Thans is hij zelf opgevolgd door I prof. H. T. Colenbrander. Maar ook hiermede was Blok nog niet tevreden. De geschiedenis onzer groote Oranjevorsten was nog steeds met ge schreven. Wel waren er in het buiten land een paar uitvoerige biografien van prins Willem I verschenen, maar in ver- schillend opzicht lieten zij te wenschen over. Aan niemand beter dan aan Blok was het toevertrouwd te schrijven over de Oranje's en dat te doen eenerzijds met liefde. anderzijds met onpartijdigheid, die een karakter durft te schilderen ook in zijn minder goede hoedanigheden. De drie deelen door hem daarover uitge- geven zijn wederom bedoeld voor het groote publiek, dus zonder geleerdheids- vertoon. Aan het eind van t boek staan de toelichtende aanteekeningen als bewijs- plaatsen. Zij zijn rijk geillustreerd met portretten en afbeeldingen, zijn dus tevens kunstwerken. In twee deelen gaf Blok uit: .Willem de Eerste, prins van Oranje" (191920). in een deel: ..Fre- derik Hendrik, prins van Oranje (1925). Hier hebben wij in prettige stijl, onop- gesmukt, vloeiend leesbaar een verhaa van het leven van twee onzer grootste Oranjevorsten, geplaatst in het licht van hun tijd, feitelijk dus tegelijk de historie van ons land over het tijdvak van circa een kwart eeuw. Het zijn boeken voor een feestgeschenk. Ik geloof, dat ik niet te veel zeg, als ik het uitspreek, dat Blok bij den aanvang der 20e eeuw onze beste en vruchtbaarste en talentvolste geschiedschrijver is ge weest. T. g. T. DE TOESTAND. Baldwin, de Britsche eerste-minister, is druk doende het groote conflict tegen te houden, dat anders einde dezer week bij de mijnen zou uitbreken. Van een opiossing van de eigenlijke kwestie is daarbij, schrijft de N. R. Crt., natuurlijk geen sprake. Hij zal tevreden zijn, als e mijnen vooreerst doorwerken op den ouden voet. Lie mijn- eigenaars heb >en laten verluiden, dat zij bun opzegging van het oude contract zouden heiroepen en hun nieuwe loonvoorstellen intrekken, »op zekere voorwaarden." Die voorwaarden waren natuurlijk dat zij geen verlies zouden lijden in den tusschentjjd. Het kabinet heeft onder andere oplossingen beraadslaagd over het denkbeeld, om de mijnondernemiDgen voor een zekeren tijd (genoemd werd een termijn van twee maanden) tegen verlies te vrjjwaren, met dien verstande dat wat er tekort kwam door de Scbatkist bijgepast zou worden, De kabinetsministers blijken daartoe niet gemakkelijk over te halen geweest te zijn, want officieus is na den kabinetsraad mede- gedeeld dat geen definitieve beslissing ge- nomen was. hoewel het plan aanlokkelijker gemaakt moet zijn, met het voorsiel, het geld bp wijze van leening te geven door de mijnen in betere tijden terug te betalen. Later is de termijn van twee maanden in de berichten al besnoeid tot twee weken, als termijn dien Baldwin van de eigenaars vraagt om alle betrokkenen degelijk over den toestand te laten beraadslagen. Maar van vrijwaring tegen verlies, wat een voor- waarde zou zijn die de eigenaars niet zou doen aarzelen erin toe te stemmen, hoort men nu weer niet. Er zijn bladen die meenen, dat het thans openbaar gemaakte verslag .van het hof van onderzoek zulk een invloed op den toestand moet hebben. dat de eigenaars nu hun vroegere voorstellen dienenin te trekken, omdat dit verslag he noodzakelijk acht een grondig onderzoek in te stellen naar den toestand van de steenkoolnij -erheid. Maar de eigenaars zijn natuurlijk in de eerste p'aats bezield door het verlangen, om nu dit verstrijkt, van een contract af te komen, waarbij, zooals het verslag ook laat uitkomen, 67 pCt. van de EngeDche mijnen met verlies werken. Daarom is de lust tot staking op dit oogenblik grooter bij de werkgevers dan bij de werknemers. Voor de del vers is het een groote voldoening dat het hof erkent, dat in elk geval van de opbreugst der kolen eerst een minimum- loon voor de arbeiders gereserveerd dient te worden, voor er winst van afgenomen kan worden. Daarmee wordt toegegeven, dat ook de delvers met nood bedreigd worden De moeilijkheid bij de opiossing van deze crisis is dan ook dat twee noodlijdende partijen tegenover elkaar staan, die elk zich niets willen laten ontnemen. Zoo komt men ertoe na te gaan, op welke wijze de lasten voor de mijnnijverheid te verminderen zouden zijn en het hof vestigt in verband hiermee de aandacht op de royalties", de bat en welke de eigenaar van den grond trekt van de kolen, die eruit gehaald worden. Onteigening van die royalties" zonder schadeloosstelling zou natuurlijk een grove onbillijkheid zijn, maar indien men ze ka- pitaliseert door een afk .opsom ineens aan de eigenaars van den grond te betalen, veiandert er feitelijk niets, aangenomen natuurlijk dat de afkoopsom de contaite waarde zou vertegenwoordigen. De bladen doen hun best er deu moed in te houden, maar ook indien het thans gelukt, een opschorting van het conflict te bewerken, mag men niet vergeten, dat men dan pas aan het oplossen van de eigenlijke moeilijkheden beginnen kan. NEDERLAND-BELGISCHE OVEREENKOMST. Men meldt uit Brussel aan de „N. R. Crt.": Op het bureau van de Kamer is het wetsontwerp neergelegd betreffende de Nederland-Belg. overeenkomst, waarbij beslissingen van de rechtbanken in beide landen in civiele en commercieele zaken executoir worden gemaakt. Het wetsontwerp wordt voorafgegaan door een rapport, dat is opgemaakt door de gemengde commissie die over de over eenkomst heeft onderhandeld. Deze over eenkomst teit 28 artikeien en houdt zich behalve met de territoriale bevoegdheid. bezig met het gerechtelijk gezag en de ge- rechtelijke beslissingen, met scheidsrech- terlijke vonnissen, authentieke acten, fail- lissementen en fiscale beschikkingen. OVERVLOEDIGE OOGST IN CANADA. De hittegolf, waaronder de Canadee- sche prairie-provincies de afgeloopen twee weken hebben te lijden gehad, heeft thans plaats gemaakt voor prachtig, koel wede"r met flinke regenbuien, waardoor iedere bevreesdheid voor den oogst is verdwe- nen. Deskundigen zijn van meening, dat in de laatste paar dagen door deze milde regens de te verwachten oogst met mil- lioenen bushels is toegenomen. Volgens de laatste raming zal nog ongeveer 69.000 man noodig zijn om den graan-oogst in West-Canada binnen te haien, behalve dan de landbouwers, die reeds het geheele jaar door werkzaam zijn. Op het oogenblik is slechts 20 van dit aantal in de prai rie-provincies beschikbaar, de overigen zullen uit Oost-Canada komen. Op 13 Augustus, als de oogst begint, komen de eerste troepen te Winnipeg aan. Dat zullen er 9000 zijn. Voor den na- oogst zijn 2000 Hongaren, Cechen en Slo- waken aangenomen, die gedurende den geheelen winter 25 dollar per maand zul len verdienen. HUWELIJKSWETGEVING IN RUSLAND. De Sovjet-commissaris voor Binnen- landsche Zaken te Moskou voerde aldaar een beiangrijke hervorming in het huwelijk door: Zujn voorschrift bepaalt, dat een man en vrouw bij het sluiten van een hu welijk de vrije keuze zullen hebben om hetzij hun eigen naam te behouden, of samen den naam van hetzij hem of haar aan te nemen. In het eerste geval moeten zij bij de geboorte van een kind onder- ling uitmaken, welken naam de kleine zal hebben. Kunnen zij het daarover niet eens worden, dan zal de ambtenaar van den burgerlijken stand bij de aangifte van het kind den naam van een der ouders geven, waarvan de eerste letter volgens het alfa- bet het dichtst staat bij den eersten letter van den eersten doopnaam aan het kind gegeven. Het voorschrift geeft geen aan- duiding aan den ambtenaar, hoe hij zijne keuze moet doen als de beide ouders het ook niet eens kunnen worden over den eersten doopnaam van de kleine. TER NEUZEN, 31 Juli 1925. PRAKTIJK-DIPLOMA. Bij het dezer dagen te Rotterdam ge- houden examen in boekhouden vanwege de federatie ,,Mercurius", slaagde o.m. de heer P. Loof Jz., alhier. TENTOONSTELLING HANDWERKEN EN FRoBELEN. Zooals uit eene advertentie elders in dit blad blijkt, zal Zaterdag en Zondaq door de Eerw. Zusters (Nieuwstraat 12) eene tentoonstelling gehouden worden van handwerken en frobelen in de R. K. bewaarschool (naast de R. K. kerk). Allen, die hierin belang stellen, kan een bezoek ten zeerste worden aanbevolen. Men kan dan zien, wat door de cursus- sen der Eerw. Zusters wordt gepresteerd. TENTOONSTELLING VOOR HANDEL EN NIJVERHEID. Naar we vernemen kan het comite dat zich alhier gevormd heeft voor het in- richten eener tentoonstelling voor Handel en Nijverheid, die alhier van 26 Aug. tot 2 Sept. zal worden gehouden. op succes bogen. De inschrijvingen voor een plaats op de tentoonstelling hebben de verwach- tingen overtroffen, zoodat maatregelen moesten worden genomen om de beschik- king te krijgen over een grootere ruimte dan aanvankelijk in het voornemen lag In den tuin van ,,De Buiter-Societeit" zullen verschillende afzonderiijke stands een plaats vinden. terwijl op een aangren- zend terrein de groote tentoonstellinqshal zal verrijzen. Voor de attracties enz. wordt een terrein open gehouden in den tuin. Naar alles zich laat voorzien, zal dc tentoonstelling veler belangstellinq trek ken. BESMETTELIJKE Z1EKTEN. Het aantal gevallen van besmettelijke ziekten over de week van 19 tot en met 25 Juli in de provincie Zeeland bedroeg Roodvonk, Domburg 1, Middelburg 1, DiphtheritisArnemuiden 1, Koewacht 1, Zierikzee 1. SLUISKIL. Men schrijft ons: Alhier werd Woensd^g 29 Juli 1.1. bij den heer A. J. de Krijger, „Cafe s Lands Welvaren", een openbare vergadering gehouden voor het beleggen van rijwiei- teesten op 15 Augustus e.k., met het oog op de a.s. kermisdagen. Het publiek was zeer goed opgekomen, zoodat de zaal goed gevuld was. De heer H. J. Colsen, oprichter dezer te houden feesten, opende de vergadering en heette alien hartelijk welkom en deelde de Sluis- killenaars mede, dat deze* opgeroepen waren om op 15 Augustus e.k. (Iste ker- misdag) een groot leest te organiseeren, met verschillende wedstrijden en verma- kelijkheden, maar voornamelijk baanwed- strijden, daar wij ons toch niet op den kop moeten laten zitten door Ter Neuzen. want op dien zelfden datum wordt daar festival gehouden, en dus wij moeten ook onze beste beentjes vooruit steken. Spreker vindt het beste. alvorens tot eenige beslissingen over te gaan. dat er eerst een bestuur wordt gekozen, dat dan ook tevens zal collecteeren voor die feestelijkheden, Gekozen worden met al gemeene stemmen de heeren H. J. Colsen tot voorzitter, Adr. Heeffer tot secretaris- penningmeester, en tot commissarissen Ed. Kaiie, A. Lafort en Fermont.- Hierna vraagt den heer Colsen wat de opinie is van de vergadering en welke wedstrijden het beste zouden zijn, waarna besloten wordt een wedstrijd te houden over zt 50 K. M. voor onder-beginnelin- gen en beginnelingen, hetwelk een prach- tige wedstrijd beloofd te worden daar reeds eenige groote figuren van de Wie- lerwereld zich hiervoor hebben opgegeven en er flinke prijzen en vele medailles voor uitgeloofd zijn, o.a. een zilveren medaille geschonken door de heeren Aug. Bleijen- berg en J. Wullems voor den eerst aan- komende onder-beginneling van Sluiskil. Ook zal er door het bestuur zelf eenige premien gegeven worden, waaronder zich ook een bevindt voor den eerstaankomen- de onder-beginneling van Sluiskil en ook een voor den eerstaankomende onder- beginneling. 'Ter opluistering dezer wedstrijden zul len er 2 of 3 muzi'ekgezelschappen komen, waarvoor ook prachtige premien beschik baar gesteld zijn; de kiosken, hiervoor noodig, worden gratis opgeslagen door de heeren H. Heeffer en P. Meert, waar voor deze heeren namens heel de verga dering bedankt worden; ook zullen er stappen gedaan worden bij het plaatselijk zanggezeischap ..Polyhymnia" om een concert op 15 Augustus te geven. Het verdere reglement en de verdeeling der prijzen zal nog nader in alle kranten en tijdschriften worden bekend gemaakt. Daar niemand- meer het woord verlangt, sluit de voorzitter de vergadering. Naar aanleiding van de hierboven aan- gehaalde feiten mogen wij niet nalaten het bestuur en de commissarissen. maar voornamelijk de heer H. J. Colsen hier voor dank te zeggen, daar laatstgenoem- de geen moeit'e' gespaard heeft om dit groote feest in elkaar te zetten, en om als voorbeeld op te treden daar het dit jaar de eerste baankoers is die in Zeeuwsch- Vlaanderen gegeven wordt. Laten wij hopen, dat deze "heeren in hunne plannen slagen, en dit een aansporing wordt voor de overige sportkringen, want nemen wij een voorbeeld aan onze overburen. wat daar aan de wielersport gedaan wordt en hoe daar de jeugdige renners gesteund worden. Nu Sluiskil de eerste stap gedaan heeft zal dit voorbeeld wel navolging vin den en de wielersport in Zeeuwsch- Vlaanderen worden vooruitgebracht. zoo dat vlug eenige schoone sportieve baan- wedstrijden zullen volgen. ZUIDDORPE Uitslag van den prijskamp uit Mouscron, op Zondag 19 Juli 1925, gegeven door de Duivenmaatschappg wElk zijn recht ge vestigd bg A. Hommel. 23 deelnemers. Duiven los 9.48 uur v.m. Oude duiven. Aankomst le duif 10.59.7 uur, had gevlogen met een snelheid van 1019.3 M.aankomst laatste duifll 04 28 uur, had gevlogen met een snelheid van 942.4 M Prpswinnaars waren 1. A. Roels, 2. C. Michiels, 3. P. Be aert, 4 en 5. J Gijsel, 6 en 9. F. de Block, 7. P. de Rpcke, 8. Gebr. Verschelden, 10 en 11. Aug. de Moor. Overduif: F. de Block, 2 maal. Jonge duiven. 19 deelnemers. Duiven los 9.48 uur. Aankomst le duif 10 59.41 uur, had gevlogen met een snelheid van 1008,3 M.aankomst laatste duif 11.6.13 uur, had gevlogen met een snelheid van 917.3 M. Prijswinnaars waren 1. P. Slock. 2 en 4 A. Thiron, 3. A. Hommel, 5. Aug. de Moor, 6, Th. van Damme, 7 en 8. A. v. d. Vijver, 9. C. Stroo winder. OverduifP. Slock. Alle deelnemers wonen te Zuiddorpe. Uitslag van den prijskamp uit Arras", op Zondag 26 Juli 1925, met 136 duiven, gegeven door de duivenmaatschappij Nooit Gedacht". gevestigd bij P. J. Roels. De dieren werden gelost om 8,55 u. v.m. De aankomst van de le duif was 10,12,29 en had gevlogen met een snelheid van 1661,5 M. per minuut. De aank-imst van de laatste duif was 10,19,56 en had met een snelheid gevlogen van 1556,6 M. per minuut. Prijswinnaars waren 1 en 5. C. Mattele 0verslag2, Men 19. L. Bauterengeen, St. Jansteen 3,13 en 18. C. Cattoir, Moerbeke4, 7, 10, 42 en 24. Em. Stcenaert, Koewacht; 6 en 45 A. E. v. Nieulande. Zuiddorpe; 8, 23 en 25. C. de Bakker, St. Jansteen; 9 en 11. Gebr. Stevens, id.; 12 en 16. C v. Himste, id.; 15. Alph Zaman, id.17. H Elegeert, Koewacht; 20. H. Snoeck, Sluiskil; 21. C de Wagenaer, St. Jansteen 22. C. Ver- schuren, id.26, Pr. v. Goethem, Koewacht; 2". J, M. Andriessens. Sluiskil28. H. Zwartele, Koewacht; 29, 80 en 40. 1. Jan- sen, St. Jansteen; 31 en 44 J. Thuy, id 32 en 35. Fr. Vijlder, Graauw 33. Gebr. Baert. Koewacht34, 37 en 41. Fr. Lafort, Sluiskil; 36. Fermont, id.; 38. C. Ver- wilgen, St Jansteen39 en 43. Jos. v.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1925 | | pagina 1