ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
No 7788.
rijdag 17 fuli .1925
65s JaargHug.
Uii iiet iisop nouiuau,
"BTNimrrA¥or"
ABONHEMENTSPRIJS:
17
ii.i
Voor binnen Ter Neuzen /1,40 per 3 maanden Voor buiten Ter Neuzen fr. per post 1,80 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post /'6,60 per ja^r
Voor Ned. Indie en Amerilca j 2,70 per 3 maanden Voor 't overig buitenland 3,35 per 3 maanden Abonnementeri voor't buitenland alleen bij vooruitbetaling.
CV.
In brief no. 102 deden wij een voorspel-
ling over den uitslag der verkiezingen.
Wij schatten een eindsta.ad; 56 tegen 44.
Als men in aanmerking neemc, dat bij de
verdeeling aer oversehorzetels voigens de
wetswijziging 3 zetels extra v/erden toe-
gewezen 2 aan rechts en 1 aan links, dan
is de feitelijke uitslag: 56 tegen 41, samen
97, wat door het present der wetswijziging
58 tegen 42 werd.
In een ding hebben wij ons in onze
eigen omgeving geheel vergist. Terwijl
wij dachten, dat Braat het in het Noorden
afleggen zou, is hij in Friesland enkele
duizenden vooruitgegaan. Op dit punt
komt onze voorspelling niet uit.
Er is echter tweeerlei nederlaag te con-
stateeren: 1°; deze verkiezing is een ne
derlaag voor de boeren, omdat een reeks
landbouwspecialiteiten niet meer zijn her-
kozen: dr. Bierema, R. F. de Boer, A. Co-
lijri, Leenstra, Van den Heuvel, Heukels,
Knigge, Rutten, waartegenover in N.-Bra-
bant een landbou\yer gekozen is: Vos. 2°.
deze verkiezing is een nederlaag voor de
behoudende-vrijz. in het Noorden des
lands, speciaal voor den Vrijheidsbond.
Want niet alleen ging hier de Vrijheids
bond met tienduizend stemmen achteruit
(met de bijlijst van 57239 terug op 47171
maar op zijn lijst stond Teenstra, die in
1922 hier 7837 stemmen verkreeg, terwijl
het aantal stemmen op de partij Van Hou-
ten, bezuiniging enz. met 3300 achter-
uitliep, terwijl in 1922 Van Berensteijn
op een onafhankelijke iijst nog 3500 stem-
men verkreeg. Rekent men, dat deze laat-
sten alien tot de Vrijz.-Democraten terug-
gekeerd zijn, dan is toch het feit onloo-
chenbaar. dat de behoudende vrijzinnigen
in het Noorden des lands niet minder dan
20000 stemmen hebben verspeeld, terwijl
de aftredende Kamerleden door een nroot
aantal propaganda-avonden hun uiterste
be^t hebben qedaan. Hier heeft ongetwij-
feid de tiiterst gebrekkige organisatie van
den Vrijheidsbond schuld. Drie jaar lang
heeft men geen propaganda gemaakt.
Maar het schijnt, dat in het Noorden
des lands de ontwapeningsleuze der Vrij-
zinnig Democraten vooral de vrouwelijke
kiezers heeft bekoord. Immers deze partij
heeft hier juist een sterke toeneming van
het aantal stemmen te boeken.
Een ander, in ons oog gelukkig, ver-
schijnsel is: het weinig succes, dat de
lijsten van allerlei groepen hebben gehad,
die met schoone leuzen hebben willen pa-
rasiteeren op de vrijzinnigen. Een paar-
den-liefhebber, die aan de sportvrienden
het behoud van den Zondag voor sport-
wedstrijden beloofde, als hij werd gekozen
(alsof een lid dat kan bewerken!) sneu-
velde met 4000 stemmen. Ook prof.
Heeres, die indertijd een verdienstelijk
Kamerlid was. maar toen hij geen goed
nummer op de lijst van den Vrijheidsbond
kreeg, een eigen Democratische partij
stichtte, heeft weinig succes gehad. Toch
nad hij de hulp verkregen van de alge-
meene vrouwenorganisatie en dank zij de
rijke familie van mevr. Heeres is een ont-
zaglijk kostbare reclame gemaakt.* Dit
alles leverde slechts elfduizend stemmen
op. Dr. van der Mijle, die den voortvluch-
tigen Gobel als redacteur van „De Con-
troleur" heeft opgevolgd en met zijn be-
zuinigingspartij ook door middel van de
radio een drukke campagne heeft ge
maakt, tuimelde met nog geen 5000. stem-
men.
Wanneer de middenscandspartij niet
een fout had begaan bij het verbinden der
candidatenlijsten, zou deze partij een af-
gevaardigde hebben verkregen. Misschien
is het maar goed. dat deze fout is begaan,
want er was afgesproken, dat de candi-
daat, die de meeste stemmen kreeg, de
zetel zou bezetten. En ai ziet, enkele
waarlijk niet onbekwame personen kregen
minder stemmen dan een Amsterdamsch
sigarenwinkelier, die in den Amsterdam-
schen gemeenteraad telkens een lijn met
de communisten trekt en door dwaze
voorstellen en malle redevoeringen voort-
durend de lachlust opwekt.
Van de acht vrouwelijke Kamerleden is
mevr. Bronsveld gesneuveld en was mej.
van Dorp niet opnieuw candidaat gesteld.
De andere zes zijn herkozen. Doch het is
wel opmerkelijk, dat terwijl meer dan
anaerhalf millioen vrouwen hebben ge-
stemd, het aantal voorkeurstemmen op
vrouwelijke candidaten zoo uiterst klein is
geweest, n.l. bij de communisten (op 2
lijsten) 895, bij de S. D. A. P. op Suze
Groeneweg 1648, op mevr. de Vries-
Bruins, 655, op anderen 510, bij de Chr.-
Historischen op mej. Katz 1566, bij de
Plattelanders (Braat) 84, bij de Democra
ten, gesteund door de Vrouwenorganisatie
799, bij de Vrijz. Democraten op mevr.
Bakker-Nort 5418, op anderen 524 bij de
R. K. Volkspartij 216, bij de R. Katholie-
ken op mej. Meijer 131, op mevr. Brons
veld 605, op mevr. Brouns-van Besouw
1926, bij den Vrijheidsbond op mej. Wes-
terman 3906, op mevr. Dyserinck 2393.
op mevr. van f5iel 1501. op anderen 518.
hii het Vaderlandsch Verbond op mevr.
Lycklama a Nveholt (die als Friesche in j
Friesland no. 1 stond) 748 stemmen.
Bij deze laatste candidate ziet men de
beteekenis ervan of een persoon al of niet
bij de groote menigte bekend is. Mr.
Lycklama is van alle vrouwelijke candi
daten zonder eenigen twijfel verreweg de
meest bekwame. Zij is een onzer speciali-
teiten in kennis van het internationaal
recht (in het bijzonder van de luchtvaart.)
Wat haar wet- ifrhap betrc is zij su-
perieur boven de rest, maar zij tieeft zich
bescheiden op den achtergrond gehouden.
Dus haalde zij nog geen achthonderd
stemmen. Ware zij verkozen, zij zou een
even goed vertegenwoordigster zijn ge
weest als mej. Mr. Van Dorp, aan wie
(schande genoeg) geen nieuwe candida
ture- mogelijk gemaaki is. Toch was deze
laatste zoo gezaghebbend. dat zij kortge-
leden is voorgedragen als hoogleerares in
staathuishoudkunde (maar door den Mi
nister is gepasseerd).
In het geheel werden. als wij goed tel-
len, 24003 voorkeurstemmen op vrouwen
uitgebracht. Wat dit betreft, is er een
sterke achteruitgang, want in 1922 was
het aantal voorkeurstemmen op vrouwen
44308. Daarvan thans op vrijzinnige
vrouwen 15891 en in 1922 op vrijzinnige
32509. Slechts mej. Westerman en mevr.
Brouns zijn in stemmenaantal belangrijk
vooruitgegaan. Mevr. Dyserinck liep
terug van 7531 in 1922 tot 2393 thans.
Als er een candidate is, die tengevolge
van de ongelukkige wijze waarop zij pro
paganda voor het militairisme heeft ge-
voerd, hare populariteit vrijwel verspeeld
heeft, dan is het deze luidruchtige dame.
Onze voorspelling, dat het percentage
kiezers. die zouden komen stemmen, ach-
teruitloopen zou, omdat toen wij brief no.
102 schreven, de belangstelling in hetgeen
de propagandisten der verschillende par-
tijen wilden vertellen, zoo gering bleek te
zijn, is ook niet juist gebleken. In de laat
ste veertien dagen voor de verkiezing is
die belangstelling, althans in het Noorden,
piotseling ontwaakt en het schijnt, dat tot
de opkomst ter stembus het nieuwe propa-
gandamiddel, de radio, zeer sterk heeft
medegewerkt. De kiesdeeler was in 1922
niet meer dan 29288, thans werd deze
30858, zoodat bijna 157000 kiezers meer
hebben gestemd. Eigenaardig is, dat thans
veel minder stemmen aan kleine partijen
:ijn vermorst geworden. In 1922 werden
op kleine partijen niet minder dan 190757
stemmen weggesmeten. Thans slechts
118587, benevens 23314 van de midden-
standspartij, die door de fout van het niet-
verbinden der lijsten verloren gegaan zijn.
Reeds heeft de socialist Kolthek. de leider
der sociale partij, wiens stemmenaantal
van 12411 (in 1922) terugliep tot 8236,
verklaard, dat hij er het bijltje bij neerlegt
en zijn partij zal ontbinden. In 1929 zal
hij dus niet meer mededoen. Er is alle
kans, dat de heeren A. P. Staalman, die
reeds vrij bejaard is, en mr. A. R. van de
Laar, wier beide partijen eveneens sterk
terugliepen, over vier jaren zich ook uit
het strijdperk zullen terugtrekken. Slechts
wanneer zij op een lijst vereenigd samen
uitkwamen, zou een van hen kunnen wor-
den gekozen.
Er zijn thans wederom verscheiden lijs
ten ingeleverd, die weinig stemmen ver
kregen. Vijf partijen blev&n onder de dui-
zend (samen 1947). die onder de twee-
duizend (samen 4963), vijf onder de vijf-
duizend (samen 19645). Deze lijsten
vergrooten geheel noodeloos het toch ai
zoo groote stembiljet en maken aan de
stembureaux de telling der uitgebrachre
stemmen moeilijker. Om deze liefhebberij
van personen, die niet de minste kans heb
ben tegen te gaan, zou een kleine wijziging
in de kieswet wenschelijk zijn: 1°. de
verhooging van het aantal onderteeke-
naars van een candidatenlijst tot honderd
(thans 25), indien de lijst wordt verbon-
den met lijsten in andere kieskringen. doch
tot een hooger getal, bijv. 500. als de lijst
niet wordt verbonden. Immers als men
slechts in een kieskring zich laat stellen
en dus voor een overschotzetel minstens
23000 stemmen noodig heeft. dan is het
niet te veel gevergd om te vragen. dat er
500 personen bereid zijn hun handteeke-
ning te plaatsen. En daarnaast: invoering
van het in Engeland bestaand gebruik,
dat bij de inlevering van de candidaten
lijst een som wordt gestort, welke som
verbeurd wordt als minder dan een zeker
aantal stemmen wordt verkregen. Krijgt
de lijst meer stemmen, dan wordt de waar-
bongsom terugbetaald. Men zou kunnen
bepalen een som van vijfduizend gulden
(het salaris van een Kamerlid) en zeggen:
een lijst, die minder behaalt dan een vijfde
van den kiesdeeler heeft de waarborgsom
verbeurd. Indien dit geval thans was toe-
gepast geworden, eenvijfde was ditmaal
6171dan zouden er veertien lijsten beboet
zijn geweest. Maar afs men f 5000 waar-
borg had gevraagd, zou het overgroote
meerendeel daarvan niet zijn ingeleverd
geworden. T. g. T.
EENIGE OPMERKINGEN NAAR
AANLEIDING VAN HET NEDER-
LANDSCH-BELGISCH VERDRAG.
Een correspondent der N. R. Crt. schrijft
daarover het volgende:
Hoe meer men het verdrag bekijkt, des te
meer raakt men onder den indruk dat het
prutswerk is, in ide zenuwachtige dagen on-
middellijk na den oorlog ontistaan. Men
heeft soims tegenover technische onvol-
maaktheden waarbij eigenlijk miemand be
lang heeft, het gevoel, -nan het bed: te staan
van een patient, in wltens ingewanden een
bekwaam maar veristrpoid operateur een
pineet vergeten heeft. D«t betreft in de cer
ate plaats de onmogeliire bepaling, die ver-
biedt, dat schepen, voor Belgische havens
bestemd, aan „eenig omderzoek, oponthoud,
of beleimmering, Oip welken grond dan ook,
vvorden onderworpen". Deze bepaling, die
anairchie invoert op de Schelde zooals er op
geen ternitoriaal vaarwater ter wereld be-
staat, wond't nog verscherpt, doordat in de
volgende alinea gezegd wordt, dat het ons
vrijstaat ten opzichte van vaartuigen, voor
onze eigen havens bestemd, voorzieningen te
treffen „mef betrekking tot de douane, po
litic, gezondiheidsdienst" enz., die wij nuttig
oordeelen. Deze bepaling legt er nog eens
den nadruk op, dat onze politie zich in
geen geval bemoeien mag met maar Belgie
varende schepen. Strafrechtelijk verkrijgen
wij- daardoor een monsteraehtigen toestand.
Verdere gevaren zijn reeds opgesomd. Bo-
vendien kan. het daardoor ommogelijk wor-
den de veiligheid van de vaart en van de
inrichtingen van het vaarwater te bescher-
men tegen kwaadwillige of nalatige gezag-
voerders. Een schip, dat Antwerpem verlaten
heeft, kan niet meer worden aangehouden,
hoe dringende reden de Belgisclie autoritei-
ten daarvoor ook na het vertrek mochten
ontdekken.
Deze bepaling, die slechts een vergissing
kan zijn, zal s-tellig niet worden gehand-
haafd. Zijn wij wel ingelicht, dan wordt
door beide partijen het onmogelijike reeds
envan imgezien. Dat echter iets dergelijks in
het verdrag kon hinnensluipen, teekent beter
dan iets anders hoe het is opgesteld. Het
ware noodig geweest, dat men, na het her-
vatten van de onderhandelingen over het
verdrag, die uit een „tweede lezing" be-
stonden en tot eenige „retouches" hebben
geleid, de betrokken deskundiigen en belang-
hebbendien op leder gelled dat het, verdrag
bstrijkt, nog eens had geraadpleegd. Nu be-
klagen bier zoowel als in Belgie allerlei
menschen en llchamen zich, erbuiten te zijn
gehoudien, wier hermieuwde medewerking
een allereerste eiseh had moeten geweest
zijn. Wij zouden den lezer stelliig overbluf-
fen, als wij aamwijzilngen in dit opzicht
mochten geven.
Het verdrag is het begiinsel van een aan-
matiging aan zekere Belgische zijde en een
zenuwachti'gheid aan Nederlandschc zijde in
1919, die beide niet gemotiveerd maar toch
op dat oogenblik verklaarbaar waren. Ne-
derlandsche deskundigen 'hebben toen advie-
zen uitigebracht onder een politieken druk,
die nu geheel verdwenen is. Ware het niet
de moeite waard geweestt de zaak in heider-
der atmosfeer nog eens in alle kalmte te be-
kijken?
Het verdrag heeft psychologische tre'kken,
d'ie verraden, dat het opgesteld is d'oor men
schen, die medegewerkt hadden aan het
verdrag van Versailles en wier handen
nog daarnaar stonden. Deze trekken be-
staan in naieve eemzijdig'heid van zekere
regelingen, die de omze-n merkwaardiger-
wijze hebben aanvaard. Het zijn soms niet
eens -groote dingen, die diiit karakter verra
den. Prof. Van Eysin'ga, wien men welwil-
te'nd-heid tegenover het verdrag niet kan ont-
zeggen, heeft jn zijn eerste artikel daarover
in de Oec. Stat. Berichten reeds op die een-
zijdliigheid gewezen. Alleen voor Belgische
belangen wordt gezor.gd, die worden met een
bolwerk van bepalingen beschermd, terwijl
bijna iedere wederkeerigheid ontbreekt.
Zoo vvorden aan de kamalen, die ten gun-
ste van Antwerpen op ons gebied zullen
worden gegraven, alle voonrechten verze-
kerd, die onze binnenlandische kanalen in
Nederland zullen genieten. Waarom echter
diezelfde regeliing niet in 'het verdrag vast-
gelegd voor het kanaal Luik•Maastricbt,
waar wij nu eens bijzonder belang in stel
len? Het gebrek aan symmetrie in dit geval
levert een beeld van haast zofte misiteeke-
ndmg.
Antwerpen wordt besehut tegen de con-
currentie van Rotterdam met een reeks van
verstrekkende concessies. Voor Rotterdam
wordt niets gedaan, ofschoon daar, vooral
in venband met het beradmde kanaal door
Noord-Brabant, eenige reden toe kon zijn.
Misschien mogen wij deze eenzijdigheid als
een compliment voor Rotterdam beschou-
wen, ja zelfs als de meest welsprekende
reclame. Maar wij gaan toch twijfelen of aan
onzer. kznt niet meer slordigbeid dan zelf- j
vertrouwen in het soel i.s geweest, als wii i
zien, dat iedere bescherminig ook ontbreekt i
voor Ter Neuzen.
Vergissen wij ons niet dan was Ter Neu-
zen voor den oorlog onze derde zeehaven.
Ter Neuzen is in het verdrag volkomen over-
gelaten aan de willekeur van de Belgische
handelspolitiek. Met een tarief van voor-
keur voor Belgische havens, waartegen
geen enkele waarborig verkregen is in het
tractaat. is Ter Neuzen in een ommezien
den nek om te draaien.
Wij betalen. op het oogenblik eemig leer-
geld aan Duitschland in dat opzicht. Wie de
moeite zou nemen in Luxemburg inliclitit1-
gen te vragen over de toeipassing van het
Belgisch-Luxemburgsch handelsverdrag, zou
zich aan een andter kunnen spiegelen. Waar
om is voor Ter Neuzen niets gedaan? Tegen
ons moeist iedere dankbare beveiliging
worden opgericht. Wij voinden die ten on-
zien gumste overbodig. Voelden wij ons zoo
klein, dat wij onze eischen evenmin kans
toekenden als die der Duitschers tegen de
eemzijdi:gheden van het verdrag van Versail
les, of erkenden wij, dat tegenover d'e Belgen
waarborigen overbodiig waren, die tegenover
ons niet konden ontbreken?
Het is natuurlijk te zot om eraan te den-
ken. Men zou z.eiggen, dat het alsmog niet
moeilijk moat zijn om met de Belgen, over
een niet overbodige aanvulling van de ver-
waarloosde wederkeerigheid spreken.
Er is veel geklaagd over de regeling van
de loodisgelden naar Rotterdam en naar
Antwerpen. De theoretische critiek was niet
altijd belangrijk genoeg om er zich warm
over te maken. Anders echter staat het met
de cijfers, die dezer dagen (zie ons Avond-
blad van Dimsdag 7 dezer) gepubliceerd
zijn. Zij beschreven een zonderlingen toe-
stand. Nog duidelij'ker wordt de eigenaar-
diigheid der bepaling als het juist is wat men
mij heeft medegiedeeld: Dat het verlies aan
loodsgeldan, door liet lage tarief aan on-z-en
loodtedlienst veroorzaakt, ten minste 200.000
per jaar zou bedragen. Door onzen loods-
dienst zouden wij dus een subsidie van stel-
lig 200.000 verleenen opdat Antwerpen zal
Ikunnan ooncurreeren met de veel gunstiger
liiigginjg van Rotterdam. Ik schrijf hier zooals
mij deze zaak is medegedeeld. Het is mis
schien een noodzakelijik offer. Maar dan
dient het toch in de alg-emeene rekening ge-
noteerd te worden.
De apotheose van het stelsel van Versailles
in het verdrag is het toestaan van onzen
kant van het kanaal Moerdijk-Schelde. Ik
heb naar alle karften rondgevraagd, ook bij
oc.ec zuidelijke buren en heb er geen an
dere defin'iitie voor ontmoet dan die neer-
kwam op „ee-n kanaal tot betere aftapping
van het vetkeer van Rotterdam."
De Belgen hebben steeds aan een verbin-
diing met den Rijn ged'acht of door een
recbtstreeksch kanaal door Limburg, of wel
door Noord-Brabant. In 1919 had men het
;och maar voor het eischen en grijpen, en
men nam allebei. Van Nederlandsch stand-
pur.t zou het voor de hand hebben gelegen,
dat den Belgen,, als men hun nu eenmaal
v.rijwillig een aanvulling van den spoorweg
van 1873 toestonid, het kanaal zou hebben
aangeboden dat ons het geschiktst leek.
Verstandige Belgen zouden dan hebben ge-
vonden, d'at wij als fatsoenlijke menschen
hadden gehandeid. Maar de, naar het oor-
deel van Belgische kenners weinig Neder
landsch gezinde „diemst van bruggen en we-
gen" in Belgie, vroeg gulzig alles te gelijk
en wonder boven wonder verkreeg dat
ook. Belgische deskundigen, die belang
stellen in een rechtstreeksche verbinding,
hebben mij verteld, dat zij geschrokken wa
ren van den eisch der hunnen. Zij vreesden
dat dezen zich uit gulzigheid zouden ver-
slikken, en dat Nederland door zulk over-
vragen van alle kanaalptamnen zou worden
afgeschrikt.
Belgie heeft i.n 1919 vcrlangd. naast den
bestaanden weg over de Zeeuwsehe wateren,
het kanaal door Limburg en dat door Noord-
Brabant; drie verbindingen dus met Ruih-
rort, waarvan de eerste twee waarsc'hijnlijk
ongcveer gelijkwaardig zullen zijn. Tegen
het aftappingsikanaal door Noord-Brabant
zou het rechtstreeksch kanaal allicht niet
opkunnen.
Nu zegt men: Die kanalen komen er toch
niet. Inderdaad is er in Belgie juist in de
wereld der deskundigen nogal principieelen
tegenstamd tegen het rechtstreeksch kanaal
naar Ruhrort. Er zijn allerlei plannen van
andlaren aard, die of meer aansluiting zoe-
ken aan bestaande waterweigen en aan het
Belgische en Nederlandsche nijverheidsge-
bied, of wel den Rijn veel Zuidelijker willen
bereiken door de Kempen en het Nederland
sche ko'lengebied. Men krijgt op het oogen
blik niet dien indruk, dat binnen afziembaren
tijd de kanisen voor het rechtstreeksch ka
naal naar Ruhrort groot zijn, nu er oak de
mogelijkbeid bestaat van het kanaal door
Noord-Brabant.
Zeker, er is in Belgie tegenstand ook
tegen dit kanaal. Men beoordeele dien cen
ter voorzichtiig. Men zei mij op nteiikwaar-
dii'ge plaatsen in Belgie b.v.: ..Dit verzet
komt van den kolenhandel, die de Roerkolen
niet te goeakoop naar Antwerpen wil heb
ben". Wij nemen gaarne aan. dat dit een-
zijdSg geoordeeld is, maar men moet kennis
neimen van de redeneering.
Het zou ook onjuist zijn, de k art sen op het
tot stand komen van het kanaal af te meten
naar de beitrelkketijk kleine verkorting vmn de
reis door de Zeeuwsehe wateren. Daarnaar
alleen wordt het kanaal niet beoordeeld.
Wat veel gewicht in de schaal werpt is de
overweging, dat de vaart van Dordrecht op
Antwerpen dan niiet meer afhankelijk zou
zijn van weer en wind van mist vooral
op de natuuirlijke wateren.
Men speculeere er dus niet op, dat het
kanaal niet tot stand komt en vrage slechts;
Was het juist en was het noodig twee in-
plaats van een kanaal toe te staan?
Willen de Belgen een of meer van die ka
nalen bouwen, dan moeten wij medewerken
en meebetalen. Dat geen aandeel is be-
paald, zal dan wellicht, als wij niet over-
stelper.d royaal zijn. aanleidSng geven tot
nieuwe wrijving. Wij nemen natuurlijk als
vaststaarede aan, dat geen Nederlandsche
regeering dan door tegenwerking zal trach-
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
sma&kt aJs room
ten, het tot stand komen van het kanaal als-
nog te verhinderen. Maar zal iedere gerecht-
va-ardigde zuinigheid van onzen kant niet als
zoodanig w-ord'en uitgelegd? Wij vinden dit
nu weter niet een gewichb'g bezwaar, maar
wijzen er even op, ten betooge, (dat het ver
drag geen volstrekte opruiming houdt onder
de infectiekiemen in de Nederlaudsch-Bel-
gische betrekkingen. Maar wij geven gaarne
toe: diat was ook terniauwernood miogelijk.
Het tot stand komen zou allicht voorloopig
heel wait opluchting geven.
Erger is, als een man als Carton de Wiart
in buitenlandsche bladen het verdrag slechts
als voorloopige regeling erkient.
Om nog even op het kanaal Moerdijk-
Schelde terug te komen: Men houde er reke
ning mee, dat daarop de vrije sleepvaart zal
wonden geihiandhaafd. op zijn mimst tot ook
het rechtstreeksch kanaal Rijn'Schelde is
tot stand gekomen. Tot St. Jutte-mis dus.
Want dat beiide kanalen gegraven worden
lijkt nu wel weinig waarschijnfijk. Dat de
vrije sleepdienst moet worden gehandhaafd
oliikt uit een publicatie van de stad Straats-
buirg, waarin een brief van de Belgische aan
de Fransdhe regeering vermeldt wordt, in-
houdenide de toezegging den kosteloozen
sleepdienst tot de voltobiiing van beide ka
nalen te hand'haven.
Waarom hebben de oruzen niet geprobeerd
iets te doen tegen kosteloozeu sleepdienst?
Moet dan alles van een kant komen?
Wij hebben hier eenige grepen gedaan, ter
kewschetsing van de wijze waarop het verdrag
tot stand is gekomen. Het was allerminst
onze bodootiireg, een, grondige studie, te wij-
den aan het verdrag. Maar dit weinige is
waarschijnlijk genoeg tot toelichting van
onze opvatting, die niet door eenzijdige in-
lichtiingen en door vooringenomenheid tegen
de concessies ,i,n het verdrag is tot stand ge
komen:.
De Kamer kan o.i. dit verdrag, dat ver-
oudend is omdat wij gelukkig de zenuwach-
tigiheid van 1920 te boven zijn, niet goed-
keuren. Maar botweg verwerping biedt ook
haar eigenaardige bezwaren.
Br is echter een andere mogelijkheid.
Modht het verdrag, wanneer de Kamer aan
de openbare behandeling toe is, nog een
vorm hebben behoudien. die het niet aanne-
melij'k maakt, dan zou het partem,ent de be
handeling kunnen schorsen. teneinde de re
geering de mogelijkheiid te geven, alsnog
verbetering van het verdrag te verkrijgen.
Indien wij offens zullen brengen ten- gunste
van eens goede verstandlhouding tot Belgie
dan moeten het toch altijd offens blijven,
die naar imhoud en vorm binnen de grenzen
der redielijkheid liggen.
Een dergelijk besluit van de Kamer zou
onze aanstaande regeering meer kracht ver
leenen bij het heropenen der onderlhanidelin-
gen. Te Brussel zou men begrijpen, dat alle
resultaten op het spel stonden.
Het spreekt echter van zelf, dat het feit,
dat wij een nieuwe regeering krijgen, welke
maar wij hopen en verwachten geheel vrij
tegenover het verdrag staan zal, reeds een
gumstige bmsitamdighei'd is. Het zou ook den
Belgen begrijpelijk moeten zijn, dat een
nieuwe regeering dezie erfemis van haar voor-
gar.gister niet zou willen overmeman na alles
wat er over het verdrag reads is gezegd.
Aan Nederlandsch en zoowel als aan Bel-
gisehen kant zal men moeten beseffen, dat
het verdrag op het oogertblilk, zooals het er
iligt. door het gevaar van verwerping, meer
tot schade dan tot voordeel van de weder-
zijdtsche betrekkingen dreigt te worden.
Allen die het goed meemen met deze betrek
kingen, hier en in Belgie, ruoeten samenwer-
ken om de gevaren af te wenden.
TER NEUZEN, 17 Juli 1925.
SCHOOLRE1S. M
Dank zij het goade voorbercidende werk
kon de Schoolreiis voor de leerlingen d.er
Kopschool en voor die van de v.ierde en
iioogcre kiassen der sciholen A en C op Don-
dardag Id juli geheel naar programma wor
den aigelegd.
Het reiisgezelschap bestond uit 224 leer
lingen onder 12 geleiders, benevens tal van
oudars en familieleden. De Spoorwegdirec-
tie had welvvillend zorg gedragen voor een
extra-trein voor het vervoer van de bijna
409 reiizigers; op het station Ter Neuzen
werkte men op alle wijzen mee aan het wel-
slagen der reis.
Het weer kon niet beter verlangd worden.
De stemming van het gezelschap was opge-
wekt. De spoonrit voor velen mieuw, door
het schoone Land van Waes wasleerzaamen
prettig. De wandeling door het fraaie Ant
werpen gaf veel indruikwekkends te zien.
Op sommige punten was het levendige ver-
kcer wei eens oorzaalk van eenlig opont
houd, maar de geleiders wiisten door goed
toeaicht alle ongelukken te voorkomen.
TER NEUZENSCHE COURANT.
B6CZi.yLdt22E3fiiO