ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
No. 7717
Maandag 2 Februari 1925
65e Jaarga. ig.
bITF? EN l A NOT
ABONKEMENTSPRIJS:
Herhalingsoefeningen.
fKO IL L& TO IS.
81NWENLANP.
Voor binnen Ter Neuzen 1,40 per 3 maanden Voor buiten Ter Neuzen fr. per post 1,80 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post /'6,60 per jaar
Voor Ned. Indie en Amerika 2,70 per 3 maanden Voor 't overig buitenland f.3,35 per 3 maanden Abonnementen voor't buitenland aileen bij vooruitbetaling.
s
Uit het Engelsch
van Edgar Wallace.
o
30) (Vervolg.)
Een uur later -bereikten ze Ostende.
Chick's -paspoort maakte, dat hij niet de
gcwone l'ormaliteiten bij de douane behoef-
d-e te vervullen.
,,-De trein voor Brussel, milor," zei een
gedienstige beambte, „is links. Hij vertrekt
over een half uur."
„Dank u," zei Ghick, onder den indru-k
van zooveel goudgalon.
Hij vond een coupe, waarin hij Gwenda
en juffrouw Phibbs hielp; hij zette hun be
scheiden bagage in het net en ging naar het
buffet om thee te halen.
Hij trachtte zich een weg door de men-
schen-menigte te banen, toen iemand hem
zaoht op den schouder klopte. Hij keek om
en zag een goed gekleeden jongen man, die
beleefd den hoed afnam.
(Pardon, milor," zei de onbekende in on-
berispelijk Engelsch, „u bent toch Lord Pel-
borough, niet waar?"
„Ja", zei Chick verlbaasd.
„De minister van financien heeft me ge-
zonden om u af te halen. Ik ben baron van
Ried".
,3uitengewoon aangenaam", zei Chick on-
harKlig. „Kunt u me misschien aan thee hel-
pen?"
De jonge man glimlachte.
„Geef u geen moeite", zei hij. ,,De thee
staat klaar voor u in het Hotel Splendide".
„ln Ostende?" vroeg Chick verbaasd.
„Ja. De minister is in Ostende; hij vroeg
STEMP LIGHT.
Eerstdaags is de indiening bij de Tweede
Kamer te verwachten van een wetsontwerp
nopens de afschaffing van den stemplicht.
DE SAMENSMELTING VAN DE
BELASTINGDIENSTEN.
Naar de Tel. verneemt, zai Maanda-g a.s.
onder voorzitterscha-p van den Minister op
het departement van Financien een verga-
dering gelhouden worden van belastingauto-
riteiten om tot een oplossing te geraken van
de vraag van samensmelting der directe be-
lastingen en regislratie. Het mag waar-
schijnlijk worden geacht, dat in deze kwes-
me u at te halen en bij hem te brengen. Hij
is verlanigend uw stukken zoo gauw moge
lijk in zijn bezit te krijigen."
Chick krabde zich de kin.
„Geluikkig, dat u me gevonden hebt," zei
hij. „Ik ben met een paar kenntssen; als u
het -goed vin-dt, zal ik ze even waarschu-
wen."
„We hebben ze al op de hoogte gebracht,"
zei de baron. „Ze zijn al op weg naar het
„Splen-dide"."
Chick keek hem ongeloovig aan.
„Dat -kan ik nauwelijks gelooven," zei hij
en ging met den ander terug naar den
coupe, waar hij Gwenda achtergelaten had.
Tot zijn verbaz-ing was ze verdwenen, met
juffrouw Phibbs en de bagage.
„Ziet u wel?" zei de baron glimlachend.
„lk zie het" zei Clhick opgelucht.
Hij druikte de kostbare portefeuille tegen
zich aan en stapte met zijn begeleider in de
klaarstaande taxi. De kleine auto hobbelde
en botste over de klinkerstraten om het sta
tion en bereikte daarna de gladde wegen
van Ostende.
Ze reden snel de stad door.
,jte dat het Splendide" niet?" vroeg
Chick. Hij meende den naarn te zien op een
groot, wit geibouw.
„0 neen, dat is het Splendide" van Os
tende," legde de ander uit. „Het onze is
een minder grootsch gebouw."
De auto volgde den weg die langs de ren-
banen loopt naar Nieuwpoort en na eenigen
tijd stopte izij voor een eenzaam huis.
Het zag er niet uit als een „Hotel Splen
dide"; integendeel, het zag er veel meer
uit als wat het werkeli}k was een
haastig opgelapt huis, dat zwaar geleden
had van de Britsche kanonnen, gedurende
den oorlog. Chick stapte uit en keek ver
baasd naar het weinig aanlokkende gebouw.
tie een definitieve beslissing althans in
beginsel zal worden genomen.
DE WEELDEBELASTING.
Naar cLe Haagsche redacteur van „de
Maasbode" verneemt, is een wetsontwerp
tot invoering van een weeldebelasting in
vergevorderden staat van voorbereiding,
zoodat de indiening ervan spOedig kan
worden tegemoet gezien.
De bedoeling van dit sontwerp is o.a.
een belasting te heffen vam de verteringen
in cafe's, restaurants enz.
De opbrengst dezer belasting wordt op
25 millioen geraamd, welk bedrag de Minis
ter van Finanoien wenscht te benutten om
de Verdedigingslbelasting II te halveeren
en voorts de rijksinkomstenbelasting voor
wat betreft de geb-uwd-en en groote gezin-
nen te verlagen.
De Minister hoopt deze belasting nog
voor den aanstaanden zomer ingevoerd te
zien.
VOORTZETTING VAN EEN BEDRIJF
NA INSOLVENTIE.
De bijizondere commissie uit de Tweede
Kamer voor -het wetsontwerp in zake voort-
zetting van een bedrijf na insolventie gaat
met het ingediende ontwetp accoord. Het
strekt om een meer geleidelijke liquidatie
van het bedrijf door een gefailleerde moge
lijk te maken dan de Faillissamentswet thans
toelaat. Wel brengt voortzetting van het
bedrijf ook na insolventie het gevaar mede,
dat een curator zonder de noodige zaken-
kennis zich op een terrein waagt, dat niet
het zijne is. Maar aan den anderen kant
ziet de commissie in de vereischte toestem-
ming van de meerdenheid der schul-deischers
en in het toezicht van den rechter-commis-
saris de noodige waanborgen gelegen tegen
een liohtzinnig gebruik van deze bevoegd-
heid, die in sommige gevallen nuttig kan
wer-ken.
Eenige led-en der commissie oordeelden
het noodzakelijk, dat de wet een termijn be-
paalt binnen welken de voortzetting van
het bedirijf, dat toch op liquidatie gericht
moet zijn, een einde m-oet nemen. Onjuist
acht de commissie de bepaling, dat over de
voortzetting van het bedrijt'^iedits zal wor
den besiist -door schuldeischers, wier vor-de-
ring niet bevoorrecht is.
DE R.-K. STAATSPART1J EN
ST. MICHAeL.
In de Vrijdag te Utrecht gehouden verga-
dering der R.--K. Staatspartij, is, naar het
Hdibl. mel-dt, ten aanzien van St. Michael
het volgende besluit genomen:
Het bondslbestuur heeft, na kennisneming
van het communique-Aengenent besloten:
een commissie in te stellen om een derge-
lijike organisatie, ais in het communique be
doeld, te bestudeeren en de resultaten
daarvan in een ontwerp-organisatie aan de
bondsverga-d-ering, met ad-vies van het
bond's-bestu-ur voor te leg-gen-.
In deze commissie zul'len worden ge
vraagd zittin-g te nemen: als lid en voor-
zitter de heer Mr. Dr. D. A. P. N. Koolen,
en als leden de heeren Prof. Aengenent, G.
Bon, Prof. Van der Grinten, Mr. Leesberg,
Mr. Dr. Van- Rijckev-orsel en Prof. Veraart.
Daartegenover neemt het hoofdlbestuur
van het Verttxm-d St. Michael op zich op de
vergadering van het Verbon-d, die op 14
Fdbruari te Utrecht zal worden gehouden,
het volgende voor te stellen:
Plaatselijke studieclubs kunnen on-belem-
merd blij-ven bestaan en ook elders worden
opgericht. In d-e Rijkskieskringen en in de
Rijkskieslkringengroepen kunnen kiescomi-
..Hierheen, milor," zei de baron kalm en
na een oogeniblik aarzelen, volgde Chick
hem in een havelooze gan-g. De deur werd
achter hem idicht geslagen en de baron
opende een tweed-e deur.
„Wilt u binnen gaan?"
„Wacht eens even," zei Chick kalm. „Wat
is dat voor mop?"
„Wilt u binnen gaan?" herhaalde de an
der en zijn stem was nu niet meer minzaam.
yl-k denk, dat ilk naar buiten zal gaan,"
zei Chick en keerde zich om.
Op hetzelfide ooigen-blik wier-p de man
zich op hem; zijn armen wil-d-en hem om-
klemmen, maar Oh.ick was een meester in
het ontwijken van een clinch. Hij schudde
den venbaasden aanvaller van zich af. Tot
twee keer toe stompte hij en de baron viel
op den grond, maar voordat Chick de deur
kon berei-ken, werd hij overmand door vier
personen, die het vertrek binn-enstormden en
zich op hem wierpen.
Intusschen had ook Gwenda veel beleefd.
Chick had terna-uwernood den coupe ver-
laten, toen een vriendelijk heer, met een
groote snor, het po-rtier opende. Hij nam
den hoed af en sprak hen uiterst beleefd
aan.
„Vergezelt u den markies van Pelbo-
rougih, madame?" vroeg hij.
„Ja," zei Gwenda verbaasd.
„Hij heeft den- minister ontmoet en is naar
het Hotel Splendide" vertrok-ken. Hij
stuurt mij om u te halen", zei de man.
„I-s hij vertfokken?" vroeg Gwenda onge
loovig.
„Ja, madame." v
AAonsieu-r Bilet had den trouwring gezien
aan den vinger van het meisje.
Hij wen-kte een kruier.
..-Breng madame's baigage in een auto,"
zei hij.
te's bes-ta-an, gekozen door de plaatselijke
ciubs. Het Verbond in den- landelijken vorm
wordt on (bond en en het hoof-dbestuur houdt
op te bestaan.
Het bondslbestuur aanvaar-dt deze oplos
sing, zonder daarmede de wenschelijkheid
van de oprichting van kiescomite's te er-
kennen en zonder op dit oogen-blik het be
staan van- stu-diecl-ubs goed of af te keuren.
Het bondsbestuur stelt aan de bondsverga-
derimg voo-r te besluiten, dat op de candida-
tenlijsten der R.-K. .Staatspartij geen per
sonen zullen worden geplaatst, -die behalve
lid der R.-K. Staatspartij, tevens lid zijn van
een andere zelfstan-dige lan-delijke politieke
organisatie.
DE TOESTAND.
Herriot nLoet wel eigenschappen hebben,
schrijft -ae N. R. Crt., waarmee hij de toch
niet gemakkelijk te doorgronden psyche
van een Fransclie Kamer beleest. Men weet
hoe onzeker zijn po-sitie -bij zijn eerste op-
treden was, toen net aantal stemmen waar-
aan zijn ministerieele leven h.ing eigenlijk
niet eens vaststond. Hij slaagde er intus
schen in het „kartel" van links tot een leven-
de wer-kelijkheid te maken, waarbij hem
ongetwijfeld de omstandi-gheid te stade
kwam, dat de voortzetting van Poincare's
p-olitiek, met hoeveel talent ook gevoerd,
een onmogelijkheid was, als Frankrijk zich
op den duur niet zoowel te midden van zijn
-bondgenooten als tegenover DuitsChland wil-
de isoleeren. Herrio-t ontwikkelde zich tot
den politicus die den gezonden kijk heeft
op de realiteiten van -het oogen-blik, terwijl
Poincare ten slotte chimeres najaagd-e, die
niets oplosten. Een an-dere tegenstelling
tusschen beiden was, dat Poincare steeds
achterom keek en gestaidig geplaag-d werd
door het visioen van wat de oorlog ver-
woest had en zood-oende ook in „termen"
van geweld da-cht en sprak, terwijl Herriot
vooru-itkijkt naar wederopbouw en vrede
als einddoel.
Dit is ook uitgekomen bij zijn rede van
Woens-dag hoeveel toejuiching deze ook ge
vonden heeft bij de aanhangers van het oude
blok naar rechts toe. In den waarsChuwen-
den toon die hij tegen Duitschland aansloeg
in de ontwapeningskwestie, heeft die vleu-
gel een naklamk van Poincare's stem willen
hooren,. Maar wij hebben er reeds de aan-
dacht op gevestigd, d-at hij er toch een ver-
zoenend «slot aan maa'kte. Vrijdag heeft
hij zijn bedoeling nader toegeli-cht, door er
na-druk op te leggen, dat hij er de voorkeur
aan geeft met Duitschland o-p goeden voet
te staan. Hij constateerde uit-drukkelijk, dat
het geens-zins zijn heimelijke wensch was
aan den. Rijn te blijven. 0>ok hij ziet ver-
moedeiijk de onmogelijkheid in, o-m langer
dan vijftien jaar den deurwaarder in het
Duitsdhe hu-is te spelen. Hij maakte slechts
het voorfoehoud, dat -hij de belangen der
Fransche veiiigheid, niet verzaken kon en
die hingen met de ontwapenings-bepalingen
samen. Hij einidig-de met een beroep „op het
gezond verstand van de mannen die den
vrede willen, van alle landen, zelfs, ja
voo-ral van Duitschland". Het was deze
verzoenlijke toon -dien- men juist altijd miste
in Poincare's redevoeringen, welke steeds
neerkwamen op bedreigingen, Herriot was
ook de geschikte man om mede te werken
aan het tot stand brengen van de overeen-
ko-mst van Londen, welke de eerste vrucht
was van sch-ikking en overleg tusschen de
vroegere vijan-den.
De inste-mming die zijn rede van Woens-
Gwenda wist niet wat te doen. Ze be-
greep, dat als Chick den minister ontmoet
had, ze hem dan in den weg zou zitten en
het was heel goed mogelijk, dat Chick ver
trok-ken was, hoewel het niets voor hem was
om te verdwijnen, zonder iets te zeggen.
Ze stapte uit en reed het station uit, op
hetzelfide oogeniblik, dat Chick met den
baron ontdekte, dat ze weg was.
De man met de groote snor gat den
chauffeur een o-pdracht en- de taxi reed in
de richting van Knocke, dat is de tegen-
overgestelde richting van Osten-de.
Gelulkkig had Gwenda een goed orien-
tatie-vermogen.
Toen de boot binnenkwam, had ze Osten
de ten zuiden van de haven zien liggen en
een passagier had hun -de verschillen-de
hotels gewezen. Om het Splendide" te be-
reiken moesten ze rechtsom en niet links om.
Ze klopte tegen het raam en de chauffeur
stopte.
„Waar gaan we heen?" vroeig ze.
„Naar Knocke, madame", luidde het ant-
woo-rd.
„Ik wil naar het „Splendide"," zei ze en
hij deed verbaasd.
Monsie-ur heeft me gezegd, dat ik u naar
het „Grand Hotel" in Knocke moest bren
gen", antwoordde -hij. En toen, met een
schouder-ophalen en een „madame moet
het zelf weten", liet hij de auto keeren.
Toen hij dit deed zag Gwenda Chick en
een minzaam glimlachenden jongeman
langs rijden en weer boog ze zich uit het
raampje.
„Volg die taxi", zei ze. Tot haar veiiba-
zing hield de taxi niet stil voor wat biijk-
baar de in-gang was van het Splendide".
Haar chauffeur wil-de voor het hotel op-
rijden, maar ze voorkwam dit.
„Blijf die andere auto volgen", zei ze en
dag bij de rechterzijde had gevonden, riep
echter weer een gevaar voor hem op van
linlks. De socialisten vonden, dat Herriot
de rechterzijde in de kaart s-peeld en te wei
nig moreelen steun verschaft had aan de
democratisch-republikeinsche elementen, die
in Duitschland op het oogenblik zulk een
harden d-cibber hebben tegen de Duitsch-
nationalen. Maar ook de socialisten hebben
zich ten slotte door zijn nad-ere toelichting
iaten overreden, dat zijn politiek in haar
wezen van die van Poincare verschilt, en
zoo hebben o-ok zij meegestemd voor de aan-
plakking van zijn rede en kreeg Herriot
met een meerderheid van ruim 500 stemmen
den steun van bijkans de heele Kamer. Die
steun gold intusschen enkei een met talent
verdedigd program en de moeilijke uitvoe-
rin-g ervan komt nog achteraan, wanneer
de geallieerden, hun grieven bekend zullen
gemaakt hebben aan de on-der Duitsch-
nationalen invloed staande regeering te
Berlijn.
Als men in aanmerking neemt, dat Dr.
Luther, de nieuwe Duitsche rijkskanselier,
tegenoiver de buitenlandsche pers voorname-
lijlk ge-sproken heeft over de aangelegen-
heid van de Keulsche zone in verband met
Duitschland's ontwapening, welke aangele-
genheid op het oogeniblik een scherp twist-
punt met de geallieerden vormt, en dat
Luther verder staat aan het hoofd van een
regeering, aan welke alles wat links van het
centrum staat, geen steun heeft willen ver
leenen als men, zeggen wij, schrijft de
N. R. Crt., deze twee omstanidigheden in
aanmerking neemt, zijn zijne verklaringen
tegenover de buitenlandsche pers meegeval-
len. Het is waar, dat hij niet van een
offioieele tribune sprak, maar van zijn eigen
offcieele hoedanighei-d als rijkskanselier
kon hij zich niet ontdoen; het is waar, dat
hij zelf van democratischen oorspron.g is,
maar de nieuwe regeering zou niet de min
ste homogeniteit bezitten, indien zijn col-
lega's in het rijkskabinet ze achteraf wil-
den verloochenen. Luther's verklaring had
dus stellig niet minder politieke beteekenis
dan bijvoorbeekl de rede, die de Britsche
eerste-Minister elik jaar aan het Lord
Majors-banket in de Londensche Gildenhal
pleegt te houden.
Meegevallen is Dr. Luther's verklaring,
om-dat zij aansloot op wat er verzoenends in
Herriot's rede voor de Fransche Kamer had
g-eklonken. Herriot had gezegd, dat hij niet
den heimelijken wensah koestert de Fran
sche troepen aan den Rijn te houden.
Luther antwoor-dt met de vraag, of Herriot
waarlijlk bereid is, de Keulsche zone onver-
wijld te ontruimen, „zocdra Duiitschlan-d de
bewezen tekortkomingen op het stuk der
ontwa-pen-ing uit -den weg heeft geruimd."
Hij ontkent de mogelijkheid dus niet, dat
zulke tekortkomingen bewezen worden, gat
trouwens op een enkei volgens hem onbe-
teekenen-d punt (militaire afriohting van
studenten) toe, dat zij er waren. Bij Luther's
vraag valt nog op te merken, dat de Engel-
sche regeering duidelijik te verstaan heeft
gegeven, dat zij hare troepen geen dag lan
ger te Keulen zal latcn, zoodra aan de
on-twapeningsibepalingen ten genoegen van
de geallieerden voldaan is. In zulke om
stanidigheden zou het voor de Fransche po
litiek een veelbeteekenend bsluit zijn, hare
soldaten de leege plaats van de Engelschen
te iaten in-nemen, indien dezen het oogenblik
voor den aftocht gekomen aclhten.
D-idhter nog naderde Lutiher Herriot, toen
hij verklaarde, dat hij het politieke program
dat deze in de drie woorden: „scheidsge-
reoht, veilighei-d en ontwapening samen-
de wijsgeerige chauffeur, die al veel vreein-
de op-drachten gehad had in zijn leven,
bleef Chick's auto volgen. Deze was echter
veel sneller dan d-e taxi van Gwenda en
was daarom weldra uit het gezicht verdwe
nen. Toch was 't volgen niet m-oeilijk, want
er was slechts een weg en behalve in de
dor-pjes, die ze -doorreden, geen zij-wegen.
Ze kwamen uit Mariakerke en zagen de
auto staan voor een haveloos hnis. Het
meisje begreep dadelijk, dat er iets n-iet in
den haak was. Ze bedacht, dat Chick stuk
ken bij zich had, die de schuld moesten be-
wijiz'en van menschen, die zeker de wanhoop
n-abij waren en niet zou-den aarzelen het
uiterste te doen om aan de politie te ont-
kom-en. Weer boog ze zich uit het raampje
en. dit keer klonk haar stem gejaag-d.
„Stop niet", zei ze za-cht. „Rijd de auto
voorbij en ga door, totdat er een bocht in
den weg komt."
„Z-ooals madame wil", antwoord-de de
chauffeur, die een drama vermoedde en in
..Madame" een bedro-gen vrou-w zag, die het
spoor van haar dwalen-den echtgenoot
volgde.
Er kwam een, bocht in den weg en de taxi
stopte.
„Waar ga je heen, Gwenda?" vroeg de
oude vrouw. Als er gevaar dreigt, wil ik
er ook bij zijn."
Gwenda schudde het hoofd.
„Neen, als we allebei gaan, is er niemand
om de politie te waarschuwen. U moet met-
een terug gaan, een politiebureau zoefken, en
vertellen, wat er gebeurd is. Ik denk zeker,
dat Chick ontvoerd is."
„Wat ga jij doen?" vroeg de vrouw.
„Ik zal op de loer gaan liggen," zei
Gwenda.
(Wo-rdt vervolgd.)
S^,Re Burgemeester van TER NEUZEN roept de in
liet verlofgangersregister dezer gemeente ingesehreven
verlofgangers, hieronder verrneld, bij dezen op, om
in 1925, ieder voor het achter zijn naain aangegeven
tijdvak, kractiter.s art. 31, eerste lid, in verbaud met
art. 33der DienstpliclitwetjStaatsblad 1922, no. 43), voor
Herhalingsoefeningen in weikelijken dienst te
komen.
Geslaehtsnaam en
voornamen.
1
bC
o
J
2
Korpsen
en onder-
deelen.
3
Tijdvak
4
Plaats
van,
opkomst.
5
Emiwaneel Johan
nes Franeiseus
X
tH
14e Regrnt.
Infmiterie
2-15
Maart
Breda
WIJZE EN UUR VAN OPKOMST. De opgeroepen
verlofgangers moeten zorg dragen dat zij zich
ieder op den voor hem voorgesehreven dag, inuniform
gekleed en voorzien van hun zakboekje en verdere
tot hun verlofsuitrusting behoorende voorwerpen
ran kleeding en uitrusting op de plaats van bestem-
rniag aanmelden
a. zoo zij verblijf houden in de plaats van opkomst,
niter 1 ijk 8 uur vooriniddags;
b. zoo zij verblijf houden binnen 20 Kilometer
van de plaats van opkomst. uiteilijk 40 uur
voormiddags
c. de overige verlofgangeis
voor zooveel zij binnen het Rijk verblijf houden,
zoodra mogelijk na aankomst in de plaats van op
komst, waarheen zij zich met het eerstvertrekkend
openbaar middel van vervoer langs de op de vervoer-
bewtjzen aaugegeven route moeten begeven
veor -zooveel zij buiten het Rijk verblijf houden,
uur nainiddags.
VERVOER. De verlofgangers die per spoor, tram
of stoomboot moeten reizen, of op de reis een of
meer veren moeten passeeren en in wier zakboekje
aanwezig zijn de vereischte op wit papier gedrukte
en met rooden inkt ingevulde vervoerbewijzen en
passagebiljetten, behoeven zich voor hun vertrek
naar het korps niet ter Gemeente-secretarie aan te
rnelden, doch begeven zich rechtstreeks naar het
-station of de aanlegplaats van vertrek en stellen
aldaar hun zakboekje ter hand aan den beambte,
met de uitgifte van plaatsbewijzen belast, of aan
den veerman. De verlofgangers behooren er op
including te zijn, dat hun het zakboekje wordt
teruggegeven, alsmede de strook van het vervoer-
bewijs, aangezien deze strook hun gewoonlijk ge
durende de reis moet dienen als plaatsbewijs.
Verlofgangers, die niet in het bezit zijn van een
vervoerbt wijs of passagebiljet, ingericht om daarop
de reis te kunnen volbrengen dan wel van het veer
of van de veren gebruik te mnken, moeten zich
voer huD vertrek naar het korps ter gemeentesecre-
tarie aanmelden. ten einde aldaar in het bezit te
worden gesteld van de vereischte bescheiden
Verlofgangers, die in het buitenland verblijf houden,
hebben recht op vrij vervoer, voor zoover de reis
gesehiedt binnen het Rijk en dient om zich recht
streeks naar de plaats van opkomst te begeven.
Bevindt zich in hun zakboekje geen vervoerbewijs,
ingericht om daarop te kunnen worden vervoerd
van de Nederlandsche gemeente af, waar zij de
reis voor Rijksrekening wenschen aan te vangen,
dan wordt hun, op hun verzoek, het vereischte ver
voerbewijs toegezonden door den burgemeester der
gemeente, waar zij in het verlofgangersregister zijn
ingeschreven.
Het is noodig, zich ten minste een half uur
voor het vertrek van den trein, de tram of de
Stoomboot aan het station of de aanlegplaats
te bevinden.
Be verlofgangers, die zich vier of meer uren voor het
tijdstip van aanmelding op reis moeten begeven,
geriieten desgewenscht op de dagen, der reis een
daggeld van 0.25, ongeacht den rang, dien zij
bekleeden. Zij, die aanspraak hebben op daggeld
en dit wenschen te ontvangen, moeten het in ont-
vangst nemen ter gemeente-secretarie, den laatsten
werkdag voor het vertrek naar het korps
V'ERHINDERING. De dienstplichtige, die wegens
ziekte, verblijf op zee of een andere reden in de
volstrekte onmogelijkheid verkeert om op den be-
paalden datum in werkelijken dienst te komen,
moet zich naar de plaats van bestemmir.g begeven,
zoodra hij daartoe in staat is. De opkomst van een
dergelijken dienstplifhtige blijft echter voorloopig
achterwege, indien zij niet binnen 3 dagen na den
bepaalden dag heeft plaats gehad. De dienstplichtige
ontvangt dan nader bericht omtrent den tijd, waarop
hij moet opkomen.
Bestaat de reden van verhindering in de aamvezig-
heid van ziekte of gebreken, dan dient de verlof-
ganger hiervan zoodra mogelijk door overlegging van
een gelegaliseerde geneeskundige verklaring ter
gemeente-secretarie te doen blijken.
STRAFBEPALINGEN. Hij, die zonder geldige
reden niet tijdig aan deze oproeping voldoet, slelt
zich aan bestrafl'ing bloot. Bovendien kan hij o. a.
door een auibteimar van de rjjks-of gemeentepolitie,
door de marechaussee of de militaire politie aange-
houden en naar deplaatsvanbestemmingovergebracht
worden.
VRIJSTELLING. Aan de herhalingsoefeningen
nemen niet deel.
a. Zij, die elders wonen dan in NederlandBelgie,
HannoverWestfalen en de Rijnprovincie
b. zij, die wonen in Belgie, Hannover, West
falen, en de Rijnprovincie, voor zoover zij voor den
dag van opkomst bij hun commandant een verkla
ring inzenden, waaruit blijkt, dat zij meer dan drie
uur gaans van de Nederlandsche grens af wonen
deze verklaring moet zijn afgegeven door het hoofd
van het plaatselijk bestunr of van de politie of door
een Nederlandsch consulair ambtenaar;
voorts kan de Minister van Oorlog geheele of ge-
deeltelijke vrijstelling van de herhalingsoefeningen
verleenen aan dienstplichtigen.
c. die gedurende zoodanigen tijd vrijwillig in
werkelijken dienst zijn geweest, dat op grond van de
door hen in dien tijd verkregen geoefendheid de
herhalingsoefeningen niet of niet voor den vollen
duur noodig worden geacht
d. die tijdens den duur der herhalingsoefeningen
onmisbaar zijn voor hun ambt, betrekking of bedrijf;
e. die kostwinner zijn, teiizij er ineer reden is
voor toekenning van vergoeding; aileen komen hier-
bij in aanmerking zij, die kostwinner zijn voor
1. hun echtgenoote;
2. hun bloed- en aanverwanten in de rechte linie
3 hun andere bloed- en aanverwanten in den
tweeden graad
4. hun pleegouders;
5. degenen, in wier onderhoud zij ingevolge
reehterlijk vonnis moeten voorzien
f. die onmisbaar zijn voor de instandhouding van
de iniddelen van bestaan van de ondef e bedoelde
personen.
Wat onmisbaarheid en kostwinnerschap be.
treft, moet in het oog worden gehouden, dat
vrijstelling om een van deze redenen slechts in
dringende gevallen zal worden verieend.
Zij, die meenen op een van deze grondcn voor
vrijstelling in aanmerking te komen, kunnen zich
met een daartoe strekkend verzoekschrift tot den
Minister van Oorlog wenden. Dit verzoekschrift
behoeft niet gezegeld tezijn en kan ongeftankeerd
worden toegezonden. liet kan ook bij den burge
meester worden ingediend, die alsdan voor de opzen-
ding zorg draagt.
VERGOEDING. Indien ten gevolge van het verblijf
in werkelijken dienst van den opgeroepen verlofganger
voldoenda naiddelen tot levensonderhoud ontbreken of
komen te ontbreken aan de personen,' hiervoor
onder e bedoeld, kunnen deze personen in aanmer
king komen voor een geldelijke vergoedingzooden
verlofganger wegens dienstbelang geen vrijstelling
van de herhalingsoefeningen wordt verleend. Verdere
inlichtingen hieromtrent kunnen ter gemeente-secre
tarie worden gevraagd.
RENTEKAART. Zij, die ingevolge de Invaliditeits-
wet verplicht verzekerd zijn, handelen in hun eigen
belang door hun rentekaart mede te brengen bij
hun opkomst.
Ter Neuzen, 30 .lanuari 1925.
De Burgemeester voornoemd,
J. HUIZINGA.