ALGEMEEN NIEUWS- EH APYERTENTiEBLAP VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. Stop dien hoest... i m m m m fMr mm m m "msr m m -***» Bekendmaking, Het Land van den BUITENLAND. )E 3 maanden ABONNEMENTSPRIJS WoJr "SflnSS enTme/iiaP^^^^ande. -"vo^'$3 maanden Abonnementer Bij vooruitbetaling fr. per post /'660 per jaar ementen voor't buitenland alleen bij vooruitbctali joaagTB bXxA-33. Het „land van den Nijl", zooals ree^.®» Herodotus Egypte noemde, staat op drt oogenbtik door de gebeurtemssen, die daar zijn voorigevaben, en vooral door het seherpe conflict, dat met Engeland is ontstaan, wel sterk in, het middelpunt der algemeene be- langs,telling. Toch moet men met denken, dat de naam Egypte ook maar in de verste verte ,,1'and van den Nijl" zou beteekenen, het schijnt tamelijk wel vast te staan, dat het Grieksche woord Aiguptos afkomstig is van eert Egyptisch woord, Het-ka-Ptah, dat is. hois van (den god) Ptah. Deze Ptah was in zeer ouden tijd de hoofdgod van de residemtie Memphis, een stad waarover wij iindertijd in een artikel in dit zelfde blad reed's een en ainder hebben medegedccld. Zelf noemen de Egyptenaren hun land: Kemt, dat wil eigenlijk zeggen: „de zwarte Zi, willen daarmee aanduiden het donker- gekleur.de, vruchtbare akkerland, in tegeli stening met de rood-bruine woestijn, die zich aan weerszijden van het Nijldal uit- strekt, en die onder meer ook haar naam heeft gegeven aan de Roode Zee, die dus wil zijn de zee, stroomend door het roode land,". En op die wijze is Egypte door de Egyptenaren zelf dan dus toch weer getee- kend als het land van den Nijl. Dat is de nivier, die Egypte gemaakt heeft, en die Egypte onderhoudt. Want van den Nijl moet het land het hebben. Regenen immers doet het er zelden of nooit. In de Delta, en dus onmiddellijk aan- de zeezijde, komer. jaarlijks enkele regendagen voor, maar reeds ten zuiiden van Kai'ro wordt de regen zeldzaam, en geheel .in het Zuiden is de regen beslist zeldzaam. Wat er dus van het akkerland en van, den landbouw terecht zal komen, moet beslist komen van en door den Nijl. Terneer, waar het land heel arm is aan bronnen'. Prof. Obbink, de Utrechtsche hoogleeraar in de theolagie, die pas een reis naar Egypte heeft gemaakt en die een ook reeds dioor ons genoemd prachtwerk over Egypte (en Palestina) heeft geschreven onder den titel „Op Bijbelschen Bodem" meent, dat de eenige zoet-waterbron in Egypte ten noorden van Kai'ro gelegen is, bij On-Heliopolis. Het water van deze bron, zoo vertelt de kundige hoogleeraar, heette de melk te zijn van den hemelschen Oceaan, waarin de zonnegod Re gewoon was zijn aangezicht te wasschen. En de vlak bij deze bron staande sykomoor was de boom, waarop, naar het oude verhaal, de foenix zich neerzette, en zich door een straal der igoddelijke zon liet verbranden om daar- weer uit zijn eigen asch te verrijzen. na Latere chnistetijke traditien maakten van dezen boom de plaats, waar Jozef en Maria zich in diens schaduw hadden neergezet bij hun vlucht voor Herodes naar Egypte, ter- wijl dan verhaald wordt, hoe het kindeke Jezus daar dorst kreeg en hoe toen de bron ontstond om hem en zijn ouders te laven. Geen wonder dus ook, dat deze sykomoor- boom een voorwerp van vereering bleef alle eeuwen door, wat wel duidelijk is te zien aan de vele voorwerpen, waarmede men hem heeft behangen. Geen regen dus en zoo goed als geen grondwater; al het verdere moet dus komen van den Nijl, die echter een zeer ongelijken waterstand heeft. Van Maart tot Juni staat het water het laagst. Dan smelt op de bergen van de AbessynisChe hoog- vlakten de sneeuw, en dit water wordt dan noordwaarts gevoerd door den ,,Blauwen N.ijl", die zich bij Kantoem met den „Witten Nijl" vereemigt, en het niveau dan wel met 5 of 7 M. ziet stijgen. Het grootste gedeelte van Egypte wordt dan, overstroomd, dorpen steken gedeeltelijk nog boven de enorme watervlakte als eilanden uit, en de verbin- ding daartusschen heeft plaats over dijken. Rood is het water gekleurd door de mee- gevoerde roodachtige verweeringsstoffen der krijtrotsen in het Zuiden, en het is on- drinkbaar, ook voor de Egyptenaren, die overigems op 't punt van de gezondheid en den smaak niet erg kieschkeurig zijn. Die va9te stoffen zetten zich dan op het over- stroomde land af als uiterst vruchtbaar slib. Begin October bereikt de Nijl zijn hoogsten waterstand. De hier en daar, ook nu nog, opgestelde Nijlmeters comtroleeren den hoogsten stand van het water, en het be- richt over dien waterstand beslist heel vaak tevens over de vermoedelijke opbrengst van het land een volgend jaar, zoodat de belas- tingen zelfs daarnaar vooraf worden ge- regeld Dit water, dat zoo heel nuttig was en bleef, werd dan op veel punten vast ge houden in ontzaglijk grooite reservoirs, waaruit men het later, naar gelang van be- hoefte, kon aftappen,. Het is gebleken, dat e.e menschen in het land van den Nijl reeds vijfduizend jaar geleden op ongeveer de- zelfde wijze het water exploiteerden als zij thans doen, maar in den allerjongsten tijd daar nu nog bij gekomen de nieuwert techniek. Reeds in 1835 begon men in den westelijken Nijl-arm een dam te bonwen om daar door ook in den drogen tijd den .Nijl op peil te kunmen houden, zoodat de rivier be- vaarbaar bleef en ook het land bij tijden kunnen worden bevloeid. Door de drassigheid en slapte van den bodem in de Nijl-delta, die de voor dit werk benoodigde zware dijken moest kunnen dragen, werd de arbeid een dertigtal jaren later echter weer stopgezet. Het grootste werk op dit gebied werd echter in 1898 aangevangen, toen men twee reusachtige Nijldammen ging aanleggen, een te Assint en een ten Zuiden van Assuan bij het eilandje Filae; en deze werken. kwamen in 1903 gereed. De Assintsche dam is 833 meter lang met 111 waterpoorten; en de dam bij Assuan is almee de grootste ter wereld. Hij is I960 meter lang, en, is thans 47 meter hoog en aan den voet 36 meter breed. Er zijn 180 waterpoorten in, die door electrische kracht worden geopend en gesloten. Deze beide damnien doen natuurlijk tevens dienst als bruggen over de rivier. Gaat nu de Nijl stijgen omstreeks eind Juni dan worden de poorten opengezet, en eind November worden zij geleidelijk gesloten, waardoor het water stijgt. Het hier verzamelde water is genoeg om heel Egypteland gedurende den zomer van wa ter te voorzien. En toch heeft dit reuzenwerk nog meei voordeelen; immers, er liggen in Egypte duizenden hectaren onontgonnen, grond, en deze Bieeste terreinen zouden in vruchtbaar akkerland herschapen kunnen worden, in- dien er maar voldoende water was. Gevolg van de prachtige waterwerken, die wij daar- even noemden is nu ook, dat vele duizenden hectaren woestijngrond reeds ontgonnen zijn en productief zijn gemaakt. En er wordt verzekerd, dat alleen de wrijving tus- schen Egyptenaren en Engelschen de Egyptenaren kunnen het niet, en de Engel schen vertrouwen zij niet! nog in den weg staat aan een overigens prachtige uit werking van al deze bronnen van inkomst err verbetering: er zou op het gebied van electrificatlie nog heel wat uit dit water zijn te maken. Hier ligt dus nog een rnooi ar- beidsveld voor energie, mits de vereischte samenwerking en het onontbeerlijke ver trouwen worde gevonden. Dat de Nijl de bron was van alle wel- vaart, gelij.k wij in het voorafgaande ten duideJ.ijkste meenen te hebben aangetoond, wi'sten ook de oude Egyptenaren reeds, ook al hadden zij over den oorsprong van hun rivier nog niet de juiste voorstelling. Zij fabelden maar wat over den oorsprong dier bijkans onmetelijke watermassa's. Zoo ver telden zij (volgens Prof. Obbink) elkander d'ait in het verre zuiden bij Elefantine twee onderaardsche holen waren, door goden be- waakt, waaruit de Nijl ontsprong. En ook vertelden zij, dat in het Zuiden, waar hemel en aarde elkander raken en waar de wate ren „die boven het uitspansel zijn" samen- vloeien met de wateren van den de aarde omringenden wereldoceaan, de Nijl out staat. En elders vereenigt dan dat Nijl- water zich weer met den Nijloceaan. Na tuurlijk zocht men ook een verklaring van het telken jare opnieuw wassen van den Nijl. Zoo is er een diepzinnig verhaal, dat verteft, hoe het water wast, wanneer de godin Lsis er maar e6n traan in laat vallen. En ook ging men den Nijl met een der go den vereenzelvigen. Die was het dan, die aan Egypte alles bracht en bood, wat dit land noodig had. En wij denken dan na tuurlijk aan het bekende verhaal uit Genesis in de Jozefgeschiiedenis, terwijl het zeker merkwaardig is eens daarnaast te leggen den tekst van een brief van den Farao Dzozer, die ongeveer 3000 jaren voor Christus' geboorte aan den landvoogd var Elefantine schreef: „Ik ben in groote zorg over de bewoners van mijn paleis. Mijn hart is zeer bezorgd over de ramp, dat tijdens mij,n regeering de Nijl-overstrooining gedu rende zeven jaar geheel achterwege bleef. Er zijn nu weinig veldvruchten en ook ont- breekt het aan gras, ja, aan alles wat eet- baar is. Iedereen besteelt hier nu zijn naas- te. De kinderen schreien, het hart der ouden-van-dagen is ge'bogen, hun knieSn knikken, hun armen hangen slap. Mijn ho- velingen zijn radeloos. De voorraadschuren zijn geopend, maar alles, wat er in was, Is reeds opgeteerd." Men ziet uit dit bericht, dat verstandige Farao's er dus wel degelijk op bedacht waren, om in overvloedsjaren het koren te doen verzamelen en opbergen. En ook zijn bij de opgravingen dergelijke voorraadschuren aan het licht gebracht, zooals het Oude Testament er noernt. Grooter ramp dan het uitblijven van de jaarlijfcsche overstrooming was voor Egypte niet te bedenken, en als er dan ook e£n god was, die verdiende door de Egyptenaren te "worden, geeerd, dan was dat de Nijl-god. Hij, was het, die elk jaar opnieuw in Egypte het nieuwe leven schiep door zijn levenwek- /kende kracht. In een hymne, ons door Ob bink medegedeeld, heet het: „Vader der goden, die Egypte overvloed van voedsel schenkt, op wiens paden rijkdommen liggen en wiens vingeren overvloed dragen." Hij is de Eenige, die ziichzelf heeft voort- gebracht, en daar is niemand, die weet, van- waar hij is: Zelfs de groote goden weten niet vanwaar [g(j zijt, en nochtans zijt gij de bron van hun leven." Maar er zijn toch, naast den Nijl, nog wel enkele andere bijzonderheden over Egypte te verhalen, die niet mogen worden ver- zwegen als wij het allervoornaamste willen hoemen. Van een klimaat kan in Egypte niet worden gesproken, want het verscnil tusschen Noord- en Zuid-Egypte is daar- voor veel te sterk. uid-Egyptenaren gaan, in het heete jaargcijde naar het Noorden om de gloeiende zor' te ontloopen. En men merkt dan ook, als men naar het Zuiden spoort, den overgang heel goed. Hoe verder naar het Zuiden des te meer zon en - des te meer zand. Groot is vooral het vei- schiil tusschen temperatuur in zon en scha duw. In het voorjaar ,is de lucht niet zel den koud, terwijl de zon dan reeds branden ,kan. Europeanen, die in Egypte komen, zijn de eerste veertien dagen stellig verkouden: zoo sterk is de overgang in temperatuur van schaduw en zon. 's Nachts kan het er zebs zoo koel zijn, dat men de ramen niet open kan houden. Ook is tegelijk de lucht er veel droger dan in ons laud bijvoorbeeld. -Men transpireert er minder; vrouwen, die van het werk op het land komen, loopen met haar kleeren aan de rivier in, wa'den wat heen en weer, en zijn al heel spoedig, nia- dat zij weer aan den oever zijn gekomen, geheel droog. Prof. Obbink verhaalt, dat hij bij het handenwasschen niet snel genoeg een handdoek grijpen kon, anders waren >zijn handen reeds droog. En al het brood, dat voor een langeren tocht werd meege- nomen, was binnen enkele uren zoo hard en droog als beschu'it. Echter veranderen al deze verschijnselen, zoodra als de Nijl gaat stijgen door de enorme verdamping van deze reusachtige watervlakte. De hitte wordt daniondragelijk. En er is nergens een schuilplaats tegen ook niet in de dicht- ste schaduw. Alle wegen missen boomen, en aanplauten schijnt niet te gaan, omdat niiemand er voor voelt de menschen uit het land zelf hebben lang niet dien hinder van tie warmte als de vreemdeliu'gen. Maar naast de zon moet ook uog het stof worden genoemd. Dat is een vreeselijke kwelling: de groote L.ffdpla geen verweer tegen. En hoe verder men naar het Zuiden komt, des te erger wordt het. Overal dringt dit stof doorheen, e,n al les ziit er vol van. Waar dan nog zandstor- men bijkomen van groote kracht. Alles bijeen is het dus geen; land om graag lang heen, te gaan. Het ,is een land, dat voorloopig zeker op zijn eigen bewo ners, die er geboren en getogen zijn, zal "zijn aangewezen. De Engelschen mogen er de baas spelen, zij mogen daarbij zelfs ten deele in hun recht zijn Egypte zal moeten blijven het land van en voor de Egypte naren! INGEZONDEN MEDEDEELINGP^ voor hare rekening DE TOESTAND. De Kaad van den Volkenbond heeft Dinsaag te Rome, op Engeland's verzoek, goedgevonden de kwesties, voortvloeiende uit het protokol van Geneve, tot de zit- ting van Maart aan te houden. Engeland krijgt, schrijft de N. R. Crtzoodoende ongeveer drie maanden den tijd, om met de Dominions er overleg over te houden zoo noodig. de constructieve amende- en menten in elkaar te zetten, op welker mo gelijkheid vroeger othcieus gezinspeeld is. Chamberlain is een hoffelijk man m ver- klaarde uitdrukkelijk, dat zijn verzoek niet beteekende dat Engeland reeds partij had gekozen tegen het protokol. Formeel is dit juist, omdat /Engeland" in dit verband het Britsche rijk beteekent en het oordeel cover de resultante moet zijn van het nog niet gehouden overleg tusschen de Engel sche regeering en hare groote ove-zeesche gewesten, Wie echter geluisterd heeft naar de op- vattingen die in de conservatieve partij tot uiting zijn gekomen en naar de bezwaren uit de Britsche dominions, weet dat het stuk, zooals het thans luidt, nauweljjks kans heeft op het Britsche fiat. Toen de Britsche dominions in den grooten oorlog hulp verleenden aan de geallieerden, hebben zij dat alleen gedaan uit trouw aan het Britsche rijk en om het belang dat zjj bjj zijn instandhouding hadden, maar na deze ervaring is onder hen de sterke strooming ontstaan, om in alle beslissingen van de Engelsche regeering over oorlog en vrede volledig gekend te worden Op deze rem reeds zou Engeland zich voortaan kunnen beroepen, als men het moeht verwjjten dat het aarzelt met zijn machtsmiddelen aangerande staten bij te springen, nog afgescheiden van de zeer ver- breide opvatting in Engeland zelf dat de Engelsche vloot niet lichtvaardig gebruikt mag worden als hulpmacht ingevolge een oponthoud en ten bate van anderen. In den Engelschen verkiezingsstrijd hadden alle partijen er zich over verstaan het protokol buiten. den strijd te houden, een bewijs te meer dat geen hunner het in zijn tegenwoordigen vorm wilde nemen. De bedenktijd dien Engeland vraagt, zal vertragend werken op de bijeenkomst van de ontwapeningsconferentie. Deze kan, naar men zich herinnert, pas bijeengeroepen worden, indien drie van de vier voornaamste ledefl van den Volkenbondsraad het protokol geratificeerd hebben. De eenige staat die dit gedaan heeft Tsjecho Slowakije behoort niet tot deze grooten. Zij wachten af wat Engeland doen zal Voorts kan het ag. Er baat cok protokol van Geneve, volgens afspraak, niet in werking trede voor de ontwapenings conferentie gehouden is Juni was als haar datum genoemd maar te Rome i^ Dinsdag definitief besloten om begin Mei eerst een conferentie tot bestrij- ding van den internationalen sluikhandel m wapens en ander oorlogstuig te houden, een heel wat tammer onderwerp, maar dat met de technische kwesties die eraan vast- zitten, toch wel een maand zal vergen. Er zullen dus altijd wel redenen te vinden zijn om de ontwapeningsconferentie nog wat uit te stellen en daarmee het feit te be- mantelen dat zij bijster slecht voorbereid lijkt. D1CHTE MIST. i e dichte mist, waarin Londen Woensdag gehuld was, duurde s avonds al dertig uur aan een stuk door en beperkte zich niet tot de stad, doch omhulde heel Engeland en het Kanaal. De scheepvaart ondervond er ernstige belemmeringen door en te Londen kon een deel van de post en de dagbladen zelfs niet besteld worden. Naar de draadlooze dienst meldt waren alle kanaaldiensten en luchtverbindingen gestaakt Wedrennen moesten worden af- gelast. Devoetbalmatch Oxford Cambridge moest worden uitgesteld. Een botsiug tusschen 2 omnibussen in Londen waarbij 10 passagiers gewond werden, is een der gevolgen van den nevel. Te Londen, waar de mist het sterkst was, was het Donderdagmiddag om 12 uur zoo donker als anders te middernacht. De straa lautaarns werden aangevuld door zoek- lichten en op ruim 50 belangrijke verkeers- kruisingen stonden mannen met sterk licht- gevende lampen oin aan de omnibusseu den weg te wijzen. Het verkeer met auto's en trams is, evenals dat op de spoorwegeu be- langrijk vertraagd. De weerkundige dienst verwacht dat de mist nog 24 uur zal aau houden. TER NEUZEN, 12 DECEMBER 1924. GEMEENTERAAD. In de op Dinsdag a.s., ties namiddags 2 uur, te houden openbare vergadering van den gemeenteraad komen de volgende pun- tem in behandeling: 1. Notulen. 2. Ingekomen stukken. 3. Voorsitel van Burg, en Weth. om gunstig te beschikken op verzoeken van C. van Eerdenburg en J. J. Ver- linde, al'hier, om vergunning voor het leggen van een riool in gemeente- gronti. 4. Idem op een verzoek van de Maat- schappij „de Automaat" te 's-Hage, om vergunning voor gebruik van ge- meentegrond in de Nieuwstraat, voor het plaatsen van een benzine-pomp 5. Idem tot het benoemen van een lid van het Burgerlijk Armbestuur, we- gens periodieke aftretiing van den beer A. N. Ham el ink. ng. Aanbevoien worden: 1. A. N. Ha- melink; 2. Anth. Harte. 6. Idem tot het benoemen van een «tv bezoldigd ambtenaar van den bvi-T- gerlijikien stand, belast met 'het vfA- trekken van huwelijken. Aanbevoien worder.1. D.J. Dees. 2. A. P. J. E. Begheijn. 7. Idem om afwijzend te beschikken cf een verzoek van de Zeeuwsche Laml- bouwmaatschappij om omtheffi^ voor het betalen, der retributie voor gebruik van een 1 ok a a 1. der kopschooL 8. Idem, om, naar aanleiding van haar verzoek aan de Katholieke MiddeJ- bare Schoolvereeniging te Hulst voor 1925, ten behoeve harer han- delsdagschool, eene subsidie toe te kennen van f 200. 9. Idem 'tot het vestigen van een bou»- verbod op eenige perceelen grond aan de Axelsche straat. 10. Idem tot wijziging der gem een te- begrooting, dienst 1924. 11. Idem tot vaststelling eener overeenr komst, aan te gaan met de N. V. P. Z. E. M. inzake de electrificafk der straatverlichtiing te Sluiskil. 12. ldiem om aan de P. Z. E. M. een ga- ranitie te verleenen van hoogsteiB J200, ten behoeve van de electrische verlichting van Sluiskil, Oostzijdt. 13. Stemmen over het voorstel van Burg, en Weth. tot het heffen van opeen- ten op de hoofdsom der dividend- en tantieme-belastimg. (Hierover staak- ten in de vorige vergadering de st«mmen). 14. Benoeming van leden tier diverse raadscom missies. 15. Vasitstellimg suppletoir kohier hon- denbelasting, dienst 1924, op ees eindbedrag van f 60. EEN JUBILEUM EN EEN ORGEL- 1NW1JDING. Ds. Groeneveld, predikant der Gere! kerk alhier, herdacht Dinsdag den dag waarop lnj voor 30 jaar het ambt aanvaard- de te Marum (Fr.) Van 1894 tot 1900 dienfle hij de Geref. kerk aldaar. Van 1900 tot iyU8 stond hij te Winsurn (Gr.) en van 1908 i« 1916 te Oenkerk (Fr.). Up 9 Juli i916 werid Ds. Groeneveld te Ter Neuzen be- vestigd. Door de Geref. kerk alhier was sedm geruimen tijd den wensch gekoesterd eec nieuw orgel te bezitten, en werden poginge* aangewend, de aanschaiffingskosten uit vrlp- wiiil.li.ge bijdragen te bestrijden. Men had blijkbaar goeden moed op het welslage*. daar het oude kerkorgel reeds voor een aa»- tal maanden werd verkocbt en afgebroken. terwijl men. zich ondentusschen den tijd ctte nog veiioopen moest eer het nieuwe orgef klaar was behielp met een gewoon huis- orgel. Deze week was bet orgel afgeleverd en. geplaatst en was de Woensdagavond be- stemd voor de plechtige ingebruikneming. die gepaard zou gaan met een orgelconcat. Er was zeer groote belangstelling, zoodat het kerkgebouw geheel gevuld was. Ds. Groeneveld opcode op tie gewouc wijze den kerkdienst en Met zingen Psal® 150, welke zang .nog op het huisorgel werd begeleid. Daarna verkreeg het woord de heer C. J. Nobels, voorzitter der orgelcommissie, dk in eene toespraak het orgel aan de gemeente overdroeg. Door Ds. Groeneveld werd het daaroj? voor de gemeente aanvaard en liet dezr z'itngen Ps. 98 vers 2 en 3, welke zang voor het eerst met het nieuwe orgel werd bege leid, waarbij men reeds de schoone klankeu van dit instrument bewonderen kon. Die kwamen echter te meer uit bij de jib yolgende bespeling door den heer Streber, een vertegenwoordiger van de leveremte firma. Na de bespeli:ng kwam aan het woord etc heer D. Scheele, voorziitter-ouderling, die nanvens de gemeente Ds. Groeneveld geluk- wenschte met zijn 30jarig jubileum. Hij verzocht de gemeente den jubilaris toe te zingen Ps. 134 3. Weder volgde hierna orgelbespeling, na afloop waarvan de bijeenkomst door Ds. Groeneveld op de gebruikelijke wijze werd gesloten. De Geref. kerk is hiermede in het bezh gekomen van een. orgel, waarmede men haar felicifeeren kan. Het is geleverd door de Firma G. F. Steinmeijer Co., Kcml Beijersche Hof-Orgelfabriek te Oettinges (Beieren.) Het orgel heeft 26 registers, ver- deeld over 2 manualen en pedaal, benevens- 23 koppels en speelhuipen; verder is het voorzien van een geruischloosloopende elec trische windmachine. Het front is geheef van eikenhowt. CONCERT VAN TER NEUZENSCH MANNENKOGR. Zooals uit de advertentie in dit nu mow blijkt, zal op aanstaanden Dinsdag door Ter Neuzensch Mannenkoor een conceit gegeven worden in een gymnastieklokaaS der kopschool. Naar we vernemen heels deze vereeniging weer al het mogeiijkt gedaan, om den hoorders een belangwek- kend prograntma te bieden. Het programma bevat verschillende mooie nummers, door het koor te zingen onder leiding van den direoteur, den heer C. A. van Fraaijenhoven, terwijl men zich ook verzekerd heeft de medewerking van de symphonic „Vlijt en ;n. j De Buigemeester der gemeente TER NEUZES sn^ttkt bekend, dat eene Opeabare Vergadenug ran dsn Gemeenteraad zal worden gehouden op Dinsdag 16 Dec. 1924, dea namiddags 2 uur. E'er Neuzen, 12 Dec. 1924. De Burgeineester voornoemd, J. HUKJNGA voordat Uw verlcoudheid ontaardt in een ernstige en moeilijk te genezen borstaandoening. Neem de kleine oorzaken weg en voorkom al- dus de groote gevolgen met de ver- zac.htende en genezende Akker's f 1.50 f 2.75 f 4 50 Overal per koker zijn voordee'l^erl De groote a. I ■:n|

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1924 | | pagina 1