ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
Stop dien hoest...
No 7580 Vrijdag 19 September 1924, 64e Jaargam
Bekendmaking.
Van-zelf of met van-zelf
i n fft n lTTTdT"
JD HURSTS ^XjA.3D
BRANDSTOFFEN.
gezeefde ANTHRACIRT en STUKKOLEN
BUITENLAND.
«nn»inrsiPMTPnmiD Voor binnen Ter Neuzen f 1,40 per 3 maanden Voor buiten Ter Neuzen fr. per post 1,80 per 3 maanden Bij vooruitbetaling fr. per post '6,60 per jaar -
ADUflPlhmfcni I OinlJo! Voor Ned. Indie en Amerika /2,70 per 3 maanden Voor 't overig buitenland /3,35 per 3 maanden Abonnementen voor't buitenland alleen bij vooruitbetaling.
Burgemeester en Wethoudeis
van ZAAMSLAG, vragen voor of op Maandag
22 September 1924, inlevering v66r 10 uur
des voormiddags, een prijsopgave met
monster per 1000 K.G. voor het ieveren van
de voor het seizoen 1924/1925 benoodigde
franco plaats van bestemming.
Leveren: Gemeentehuis, Openbare Lagere
School Dorp, idem Grooten Huissenspolder
en idem Othene.
Zaamslag, 11 September 1924.
Bnrgemeester en Wethouders voornoemd,
JOH. DE FEIJTER, Burgemeester.
J. STOLK Lzn., Secretaris.
In een van zij.n mooiste gelijkenissen, die
alleen ons is overgeleverd door Markus,
heeft Jezus gesproken over het „van-zelf-
groeiende zaad". De uitdrukking staat daar
letteriijik in Markus 4 28: „want de aarde
brengt vanzelf vruchtvoort; eerst het kruid,
daarna de aar, daarna het voile koren in de
aar". Door die uitdrukking wordt „van-
zClf" onder onze aandaoht gebracht een
allerbelangrijkste kwestie, die beslissend
kan zijn voor heel onze maatschappelijke,
zedelijke en godsdienstige denkwijze: Gaan
de dingen van-zelf, ja of neen?
Men zou, en werkelijk niet alleen omdat
het in onzen ouden bijbel zoo heel beslist
gezegd wordt, doch ook op grond van aller-
lei andere gegeveris en ervaringen er haast
toe komen, om wat daar in dat eene woord
voor edn zaak en met het ooig op een geval
wordt gezegd, van toepassing te verklaren
op heel het breede terrein van het voile
leven, en het dus volmondig toe te stem-
men, dat de dingen „van-zelf" gaan. Er
kan nooit genoeg tegen gewaarschuwd
worden om toch vooral niet te veel te peu-
teren en te willen bedisselen, om toch te
laten groeien en te laten geworden, te
laten begaan en zich maar rustig te laten
ontplooien en ontwikkelen. Wij moeten er
niet altijd iets aan willen doen. Het wordt
wel eens gezegd door sommigen, maar er
ligt in dat missdhien wel eens wat onnaden-
kend en onvcorzichtig daarheen geworpen
en nagepraat woord toch een schat van
kennis en ervaring en dus ook van wijs-
heid „er sterven meer menschen aan te veel
dan aan te weinig". Wij hebben vroeger
op een dorp een brievengaarder gekend die,
tot zijn vreugde (en misschien ook wel tot
zijn geluk) achter zijn huis de beschikking
had over een aardig lapje grond, en die dit
terrein ook lang niet ongebruikt liet. Hij
besteedde heel wat tijd om daarvan, te ma-
ken wat daarvan te maken en er uit te halen
wat er uit te halen was, maar merk-
waardig: deze man klaagde ons vaak zijn
nood: dat bij hem de boontjes altijd zoo-
veel later opkwamen dan bij anderen.
Stonden ze bij zijn buren en ook bij ons
reeds een halven meter boven den grond,
dan kwamen ze bij hem nauwelijks uit den
bodem te voorschijn, en wij begrepen in het
begin werkelijk niet, waar dat toch aan lag.
Totdat op een dag de dorpsgeneesheer,
die van meer dingen verstand had dan van
drankjes en verbinden, om de oplossing in-
eens gaf door er op te wijzen, dat deze
brave man lets,deed, wat de anderen tot
hun welzijn nalieten: hij was voortdurend
bezorgd, dat het bij hem niet zou gaan zoo-
als het belhoorde en zooals hij wenschte, en
dus was hij gewoon (en hij scheen dit zoo
langzamerhand ook niet meer te kunnen
laten) om telkens 'n onderzoek in te stellen
naar den stand van ontwikkeling van het
zaad (in dit geval: de boonen), die hij kor-
ten tijd geleden aan den schoot der aarde
had toevertrouwd. En dan was het jammere
resuHaat, dat het aldus telkens opnieuw in
zijn groei belemmerde zaad lang niet die
vorderingen maakte als bij anderen die
alles maar stilletjes met rust lieten, en die
daardoor juist zonder lets te doen
bewerkten en bereikten, dat het zaad, „van-
zelf" zoo gauw, dat maar kon en mocht, tot
voile ontwikkeling kwam.
En ieder onzer kent ook wel van die on-
rustige menschen, die, terecht of ten on-
rechte in de meening verkeeren, dat zij aan
een of andere kwaal iijdende zijn, en die nu
voortdurend „polslhoogte" nemen en „tem-
peraturen", daardoor zichzelf en anderen
telkens bezorgd makend, terwijl zij onge-
twijfeld beter deden om niet telkens een
dergelijke controle in het werk te stellen,
doch liever .aHe hun voorgeschreven maat-
regelen in leefregel en dieet trouw op te
vol gen, om aldus de properties van hun
kwaal binnen zoo beperkt mogelijke ruimte
terug te brengen.
Wat wij hier neersdhreven, als geldend
op natuurlijk gebied en op het terrein van
's menschen gezondheid, geldt nu ook en
Cvenzeer o,p het terrein van het geestelijk
eti zedelijk leven. Ook daar gaan de din"en
reelal van-zelf, en verdient het alle aanbe-
veling om niet voortdurend te controleeren
en na te gaan. Wij moeten dit is trou-
wens een vanzelfsprekend gevolg van echt
geloof en waar vertrouwen durven laten
begaan. Van den man uit de reeds door
ons genoemde gelijikenis wordt door den
Heiland der wereld gezegd, dat hij, nadat
hij het zaad in de aarde had geworpen,
„voorts sliep en opstond, nacht en dag",
terwijl toen „het zaad: uitsproot en lang
werd, dat hij zelf niet wist hoe". Dat is
daar zoo mooi en zoo rustig gezegd: deze
man had zijn plicht gedaan en zijn taak
vervutd, en nu kon hij gaan slapen. Zeker,
deze man stond ook weer op tijd op, maar
hij ging evenzeer slapen. Hij nam er trouw
zijn rusttijd van. Hij durfde te slapen. Hij
had immers zijn werk gedaan en nu mocht
hij en durfde hij rusten. Zelfs slapen mocht
hij. Dan was zijn zorg geheel onjtrokken
voor uren en uren aan datgene, wat hij
eerst in den grond had geworpen. Hij zag
er niet meer naar om, hij liet het slapen en
ging zelf slapen.
En dan kwam het op, en ook dat wordt
daar in die gelijkenis weer zoo mooi en zoo
rustig geteekend: eerst het kruid, daarna
de aar, daarna het voile koren in de aar.
Het kruid dus eerst. Dat is dan nog niets,
het tijkt ook nog niets. Wie ineens koren wil
hebben, wordt door dat kleine, minne kruid
teleurgesteld. Daar zijn menschen, die altijd
alles ineens willen hebben, en die alles
ineens groot wenschen. Men moet echter
den dingen tijd gunnen. Men moet het kun
nen hebben, dat er eerst niets gezien wordt
dan kruid. Kruid, dat misschien lijkt op
alle ander kruid, maar dat door den man
van het vak toch dadelijk wordt „onder-
kend". Daar zijn bijvoorbeeld menschen,
die vinden, dat alle kinderen, vooral als zij
klein zijn, op elkander lijken. De moeders
weten echter wel beter. Die kennen haar
kind, haar eigen kind, uit duizend. En zoo
ziet de echte boer ook dadelijk wat koren
en wat onkruid is, ook al is het op dat
oogenblik nog niets dan kruid". En daar
na de aar. Als wij aan ,,aar" denken, dan
zien we ze voor ons: de jonge menschen,
waarvan er niet weinigen zijn „uitgescho-
ten" een voet langer dan hun ouders
terwijl zij haast met hun eiger, figuur geer,
raad schijnen te weten. Eerst het kruid,
daarna de aar, daarna het voile koren in de
aar. Zoo gaat het van-zelf, we moeten hier
niet forceereni, niet dwingen, niet broeien,
niet haasten. Het komt alles op zijn tijd en
op zijn wijze. Het gaat van-zelf!
Maar nu willen wij toch daarnaast en
daartegenover er op wijzen, dat het niet
van-zelf gaat. Zeker, wij weten, dat er wel
eens hier of daar een korrel of zaadje ver-
dwaalt, soms zelfs op een heel vreemde
plaats, en dat zoo'n ontkiemende korrel dan
verbazen kan door zijn verrassenden groei.
Maar een zoo'n verdwaald zaadje beteekent
noch voorzegt een oogst. En bovendien -
„vanzelf" was dat ook nog niet. Ook al is
en btijft de oorzaak, waarom die ontkie-
ming juist daar plaats had, ons oabekend,
dat neemt nog niet weg, dat ook dit eene
zaadje niet ontkiemd zou zijn, indien het
ergens een klein plekje grond had gevon-
den. „Vanzelf" gaat er niets, noch in het
natuurlijke, noch in het geestelijke.
Wij weten wel van ouders, die alles mee-
nen te mogen overlaten, Deze menschen
doen ons altijd weer denken aan Zigeuners,
die hun kinderen maar laten opgroeien
„voor galg en rad", terwijl de echte Zigeu
ners misschien nog beter zijn in werkeiijk-
heid dan in naam. Deze „niieuwerwetsche"
ouders laten hun kinderen maar geworden,
en de heillooze gevolgen blijven niet uit in
een ontaard geslacht, 'dat tucht kent noch
orde en nu een hard levenslot krijgt te
leiden.
Dikwijis 'zou men dan nog wenschen:
lieten deze ouders kun kinderen nu maar
werkelijk begaan. Want daar zijn kinderen,
waar ongetwijfeld nog heel wat van terecht
zou komen, indien de ouders ze niet eer
tegen dan in de hand werkten.
Van-zelf echter gaat het zeker niet. Wij
wijzen op enkele dingen: Daar moet zijn
in de eerste plaats: goed zaad. Wie iets
van den landbouw afweet, (en dergelijke
menschen zijn in Zeeuwsch-Vlaanderen
niet Schaarsch), weet ook wel van hoe
groote beteekenis en zorg het is: goed zaai-
zaad te gewinnen. En dan de bodem-
verzorging. Wij weten wel beter dan de
doorsnee-stadsmensch, dat het zaad maar
niet ,,zoo" in de aarde wordt geworpen.
Hoeveel zorg wordt er door den goeden
landbouwer niet aan zijn akker besteed!
Dat hij straks slapen kan en zelfs slapen
moet, komt doordat hij eerst zoo heel veel
zorg aan den bodem heeft besteed. En dan
komen daar nog bij de kwesties van het
klimaat en het weer. Wij denken aan
Vondels mooie regeis:
God gee ft bij beurbe: zon en regen,
dan zonneschijn, dan regenvlaag,
de zonme schijnt niet alle daag,
noch juist wanneer't ons valt gelegen.
Het water leit niet eeuwig vlak,
het onweer weet zijn tijd en stonden,
't staat al aan tijd en maat gebonden,
wat voorvalt onder 't hemelsch dak.
En dan heeft ons eens 'n boer gezegd,
dat het koren niet alleen groeide van de zon
en den regen, maar ook van den wind! Het
zal zeker wel waar zijn. In ieder geval: in
der menschen leven is die wind en. zelfs de
storm van groote beteekenis. Vondel laat
op de reeds aangehaalde regeis dit volgen:
Gods roeden, die het lichaam plagen,
Zijn bezems, om de ziel te vagen.
Zoo groeide er dan niets „van-zelf".
Maardit behoeft de rust niet uit ons
leven weg te nemen. Er is alle reden, om,
als wij maar zorgen voor goed zaad en voor
wel-toebereiden bodem, verdier alles aan den
grooten Hovenier over te latem.
Trouwens, dat beeld, van het „zelf-
groeiende zaad", dat wij reeds een en ander
maal aanhaalden>, is een gelijkenis, dat wil
zeggen: bedoeld iS, ons/rr.ts te leeren over
den gang van zaker „het Koninkrijk
Gods". Het zal wel niet^hiogelijk zijn om
precies met weinig of ook met veel woor-
den te zeggen, wat dit begrip inhoudt. Zoo-
vee! is echter wel zeker: 'waar het Konink-
rijk Gods is, daar is God koning, daar re-
geert God, daar is Hij aan het woord, daar
vraagt men naar Zijn heilfgen wil. En als
dat nu maar het geval is, dan gaan de din-
.gen van-zelf. Dan mogen wij vertrouwen,
dan mogen wij rustig zijn, dan behoeven wij
niet bezorgd te zijn. Dan mogen wij op tijd
slapern en opstaan. Dan komen de dingen
terecht. Dan spruit het zaad uit en wordt
het lang, dat wij zelf niet weten hoe. Want
de aarde brengt vanzelf vrucht voort: eerst
het kruid, daarna de aar, daarna het voile
koren in de aar. En dan valgt straks niet
op onzen tijd, maar op Gods tijd de oogst.
„Terstond, als de vrucht zich voordoet,
zendt hij de sikkel daarin., .omdat de oogst
daar is". Dan wordt het goede koren opge-
borgen in de schuren. En zoo gaat het dan
vanzelf en niet vanzelf. Zoo rust daar
groote verantwoordelijkheid op leiders en
opvoeders, maar ook: zoo mogen zij en wij
het moeilijkste en allerzwaarste overlaten
aan Hem, die den wasdom geeft.
EERSTE KAMER.
Vergadenng van DGnderd'ag.
Aan de orde is het ontwerp-adres van
anfwoord op de Troonrede.
ivlevr. PoinuisSmit (s.-d,). getuigt na-
mens de soc.-dem. fractue van ontzetting,
dat titans dankbaarheid wordt geuit over
de bezuiniginig en de aangekondigde Vloot-
wet.
De neer Haazevoet (r.-k) bestrijdt dit
betoog.
De heer De Veer (r.-k.) heeft bezwaar
tegen de passage omtrent dankbaarheid
voor bezuimging. Dankbaar kon hij daar-
voor niet zijn.
De heer De Gijselaar (c.-h.) en Blomjous
(r.-k.) deelen dit bezwaar niet.
De passage wordt aangenomen met 45
tegen 14 stemmen. i egen stemden de vrij-
zinnig-democraten, de sociaal-uemocraten
en de heeren De Veer en De Jong.
Het adres van anfwoord wordt vervol-
gens zonder stemming vastgesteld.
De Kamer wordt verdaago tot nadere bij-
eeuroeping.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Donderdag.
In de Donderdag gehouden vergadering
heeft Mr. Koolen net voorzitterschap aan-
vaard met een rede, waarin hij aan de Ko-
ningin dank bracht voor de benoeming en
aan de Kamer voor de voordracht. Als
voorzitter meer bekend met de werkzaam-
heden der Kamerieden^ welke niet naar bui
ten treden, verklaarde hij eerbied te hebden
voor de stille werkzaamheid in het belang
van het algemeen, geleverd.
Geinstalleerd werd het nieuwe lid Wey-
kamp.
De voorzitter deelt mee, dat benoemd zijn
tot voorzitters der afdeeiingen de heeren
Marchant, Schokking, Rutgers, Nolens en
Sasse van IJsselt. Voorts, dat op 30 Sep
tember wordt begonnen met het afdeelings-
onderzoek van de staatsbegrooting 1925 en
op 9 October met de openbare vergaderin-
gen. Voorgesteld zal worden, dan op de
agenda onder meer de Tariefwet te plaat-
sen.
De heer Dresseihuys (v.b.) zet zijn be-
zwaren hiertegen uiteen. Het ontwerp wij-
ziging van de Tariefwet is bij de laatste-
nota van wijziging geheel van karakter ver-
anderd. De staatsbegrooting hangt ten
nauwste samen met de Tariefwet, die tot
sluitpost is gemaakt. Spreker stelt voor,
de Tariefwet te behandelen ma de staats
begrooting.
De heer Schaper (s.-d.) stelt voor, de
Tariefwet niet te behandelen voor de ver-
kiezingen, opdat ihet volk zich dan eerst kan
uitspreken over de regeling van de handels-
politiek.
RECLAME OP POSTSTUKKEN.
Im antwoord op een schrijven aan den
Minister van Binnenlandsche Zaken en
Landbouw inzake de bekende reclame op
poststukken, o.mtving de Algemeene Neder-
Jandsche Zuivelbond d.d. 10 September na-
mems den Minister het volgende schrijven:
Naar aanleiding van uw nevenvermeld
schrijven heb ik de eer u te berichten, dat
door rnij bij mijn ambtgenoot van Water-
staat er op aangedrongen is maatregelen. te
treffen opdat het door u bedoelde reclame-
ops-chrift uit het poststempel zal verd\vij-
nen.
DE RIJW1ELBELAST1NG.
Naar de Tel. meldt worden de kosten ter
uitvoering van de Rijwielbelastingwet ge-
raamd op 144.000, zijnde 34.000 wegens
kosten van aanmaak, verpakking en ver-
zending der rijwielplaatjes en 110.000 als
vergoed'ing aan de pos.tadministratie voor
den verkoop van de rijwielaierken.
GV//JJNIIK* JUKI'V;fKK1 fNI
voordat Uw verkoudheid ontaardt
in een ernstige en moeilijk te
genezen borstaandoening. Neem de
kleine oorzaken weg en voorkom al
dus de groote gevolgen met de ver-
zac.htende en genezende Akker's
Abdijsiroop is verkrijgbaar bij de Firma A. van
OverbeekeLeunis.
DE TOESTAND.
Tot de vraag: wat waarheid is? levert
het dementigevecht tusschen Lord Par-
moor; lid van het Engelsche Kabinet, alg
Lord President oi the council, en dr. Stre-
semann, Duitsch minister van buitenland-
sche zaken, den Rostviijke bijdrage. Een
andere bijdrage van denzelfden aard is,
terloops gezegd, hoe het zit met de ver-
meende ontdekking van de verdwenen boe-
k«n van Living door prof, di Martmo-Fusco
welke thans officieei ontkend wordt, ter
wijl de correspondent van de Times een
brief van den hoogleerair onder de oogen
heeft gehad, waarin deze zegt dat hij elke
nadere aanduiding zal weigercn, voor hij al
de oodices overgeschreven zal hebben. Men
kan er alleen het besjuit uit trekken dat
de Italiaansche professor of eeri soort van
Gook is die beweerde de Noordpool be-
rejkt te h.bben, of nu hij gen-oopt is zich
in h«t opetibaar te verklaren, er doekjes
om windt, teneinde straks in afzondering
het werk van het overschrijven te kunnen
voltooien.
In h«t geval van de manuscripten schijnt
voorloopig een mensch met zichzelf in
tegenspraak te komen., in de kwestie of
te London met Duitschland's verfegeri-
woordigers over zijn toelating tct den Vol-
kenbond is gesproken, staat een Engelsch
minister met zijn verklaringen tegenover
een Duitsch minister ten mins^e in de be
richten waarin hun verklaringen worden
overgebracnt.
Strcsemann's dementi van de mededee-
lingen van den Gcneefschen vertegenwoor-
diger van den Sozialdemokratischen Par-
lamentsdienst betreffende besprekingen te
Londen tusschen Lord Parmoor en de
Duitsche delegatio over Duitschland's tpe-
treden tot den [Volkenbond heeft in de krin-
gen der Britsche delegatie alhier groote
verontwaardiging gewekt.
Lord Parmoor ®n professor Gilbert Mur
ray hebben eensluidend en thans gespeci-
fice.erd verklaard, dat op het buiten van
Lord Parmoor de l'ijkskanselier Marx en
de ministers Stresemann en Luther en de
Duitsche gezant te Londen een half uur
lang gesproken hebben over dit onder-
\v«rp m.et"L|ord iParmoor en Gilbert Murray
waarbij vooral Murray 'en Stre,semann gijon
dig alle punten behandeld hebben.
Parmoor en Stresemann hebben nie.
rechtstreeks met elkander gesproken, doch
door tusschenkomst van den Duitschcn ge
zant als folk. Hef is duidelijk dat het Brit
sche vertrouwen in Stresemann na diens
m®t de waarheid strijdige verklaringen be-
denkelijk geschokt is.
Hierop antwoordde Wolff uit Berlijn:
Tegenover de nieuwe verk'laring va'n Lord
Parmoor over de bespreking met een van de
Duitsche g,edelegeerdengezant St'hamer
en Gilbert Murray inzake Duitschland's toe
tredin.g tot den Volkenbond stelt Wolff,
dat zijn meedeeling berustte op een eens-
Iuidende verklaring van den rijkskanselier
en de rijksministers van buitenlanldschq
zaken en financien. Aan geen van de hee
ren, die den '10en Augustus bij Lord Par
moor vertoefd hebben, is iets bekend van
een onderhoud over Duitschland's toeflre-
den tot den Volkenbond. Integendeel heb
ben de Duitsche afgevaardigden reeds den
elfden 's avonds te Londen er bij een on-
derlinge bespreking hun verbazing over
uitgesprokendat deze zaak door Lord
Parmoor niet ter sprake was gebracht. In
het telegram, dat 11 Augustus 's avonds
aan het departeinent van buitenlandsche1
zaken is vegzond1 nword er vooral de na-
druk op geLgd, dat het Voikenbonds-
vraagstuk in de bijeenkomst met Lord Par
moor niet genoemd was.
De grootste uitkgkundigen, die er hun
sepcialiteit van gemaakt hebben, uit olfi-
cieele loigenstraffingen datgene te halen
wat er, om zoo te zeggen, met onzicht-
baren inkt in geschreven staat, moetlen
er de Kluts bij kwijt raken. Wij hebben
weliswaar door de ervaring gdeerd
schrijft de N. R. Crt. op dr. Stjrese-
mann's uitlatingen dit procede Ipe ts pas-
sen. Het laatste voorbeeld in dit opzicht
was Stresemann's verklaring over de spoe-
dig® verzending van de nota over de aan-
sprakelijkheid van Duitschland voor den
oorlog en over Duitschland's onwil om
zich voorCerst bij den Volkenbond aan
te sluiten welke verklaringen van hem
dadelijk daarop verkeerd' begrepen heet-
ten. Dit geval betJrekt echter ook de uit-
drukkelijke verklaringen van den Duitschen
rijkskanselier en den minister van finan
cien in het geding. Met andere woorden:
drie Duitsche bewindsheden heeten Lord
Parmoor te liegen, dat te Londen de kwes
tie van Duitschland's toetreding tot den
Volkenbond is aangeroerd. De correspon
dent van de Manchester Guardian te Ber
lijn bevestigt deze pntjkenning op het hoog-
ste gezag, dus blijkbaar ook uit den ko-
ker van een van de Duitsche ministers.
En tegelijk wordt erbij verklaard, dat aan
Duitschland g^en aanduiding van den
kant van de geallieerden is gegeven be
treffende zijn aansluiting bij den Volken
bond, behalve bij het bezoek van een
van d® geallieerde gezanten voor het ver-
trek van de Duitsche delegatie naar Lon
den; waarbij de gezant verklaarde: Er zijn
gunstiger oogenblikken voor Duitschland's
todetreding tot den Volkenbond dan hef
tegenwoordiigc.
Hebben nu Wolff en de correspondent
van het Manchestersche blad hun logen-
straffende zegslieden te Berlijn weer ver
keerd begrepen of zouden Lord Parmoor
c. s. liegen dat zij zwart zagen. Een wreed
dilemma, want een van de berichten moet
e€n Lugenmeldung zijn en een partij moet
gelogen hebben, niet alleen alsot het ge-
drukt is, maar ook wat gedrukt is.
Hoe staat het nu echter, afgescheiden
van deze onverkwikkelijke kwestie met
Duitschland's toelatjing lot den Volken
bond? Engejand heeft er vaart achter wil
len zetten en daarom iieeft MacDonald er
fe Geneve vurig voor gepfeit. Duitschland
heeft zich minder gretig befioond in het
toehappen in het Engelsche lokaas, daar-
gelaten of dit Ttwam vanwege het be-
zoek van een van de geallieerde gezanten
t® Berlijn of omdat de Duitsch nalionalen
h®: als een ergerlijke verandering van ge
loof b®schouwen of dat beide factoren
in h®t spei zijn. Het is hoogst onwaar-
schijniijk dat Duitschland tijd®ns deze
Volk®nbondsvergadering nog met een ver-
zoek tot toelating zal aankomen. Er is ook
nauw®iijks meer tijd voor te vinden. Blijft
nog d® mogelijkheid dat de Volkenbond
dit jaar voor ®en nieuwe vergadering bij-
®enkomt, om Duitschland als lid binnen
te halen.
EEN NIEUW TYPE VAN ENGELSCHE
ARBEIDERSHUIZEN.
E®n nieuwe mcthode om huizen te bou-
w®n trekt zeer de aandacht van het pu-
bli®k evenals van de oommissie die na
het debat in het Hoogerhuis over de wo-
ningw®t is benoemd. Lord Weir heeft een
w®rkzaam aandeel aan het d^bat genomen
®n beschreef verschillende stelsels vol-
g®ns welke snel en met weinig kosten
huiz®n kunnen worden gcbouwd.
In d® buurt van Glasgow wordt een mo
del stalen huis onder persoonlijk toezicht
van Lord W®ir gebouwd en de Daily
H®rald deelt mee, dat het bijna gereed
is. H®t huis is van het bubgalow-tVpe met
dri® vertrekken met een badkamer en keu-
ken en de kosten worden geraamd op
hond®rd pond sterling waarbij dan nog
komt d® aanleg van den weg en de rio-
l®ering.
D® Daily Herald ze;gt dat het groote
voord®el bestaat in den Snellen bouw uit
materiaal en onderdeelen die op groote
schaal kunn®n worden vervaardigd. Deze
stal®n huizen kunnen in verschillende mo-
d®llen worden gebouwd en aan de duur-
zaamh®id wordt rk,et getwijfcld. Het zal
nog mo®ten blijken of het stalen huis voor
Ret tamilielevcn geschikt en gerieflijk is;
maar, z®gt de Daily Herald er kan niet
word®n ontkend dat zij rich jeenen voor
artistieke en hygienische bewerking even
zoo go®d als andere huizen. Gemeld
wordt dat d® minister van volksgezond-
h®id groot belang in de proefneming stelt
®n hij beloofd heeft, met dit stelsel reke-
ning te zullen houden.
TER NEUZEN, 19 SEPTEMBER 1924.
DE KERMIS
wordt tot hiertoe begunstigd door mooi
weer. Er valt evenwel op te merken, dat er
\>opral des avonds in de straten weinig
drukte te benterken is. Ook de danslokalen
kunnen niet op druk bezoek roemen. Op
het kermisterrein zijn het voornamelijk de
zweefmolen, het Lunapark en de schiettent
die volk trekken,, doch de amusementsge-
legeniheden voor een geheelen avond, heb
ben druk bezoek.
In het Concert- en Bioscoop-gebouw is
het, sinds Woensdag, bij het optreden van
het gezelschap van den heer Diederichs
TER NEUZENSCHE COURANT
Abdijsiroop
Ovcral per kokei
De groote flacons
zijn voordeellaerl