INGEZONDEN MEDEDEELJN GEN.
gende sloot met een strook grond overgenomen
van het rijk, en indien ze gratis aan de ver-
schilleinde menschen die daar wonen recht van
uitwatering moest verleenen, had dat in de
acte van overdracht moeten opgenomen zijn,
als een servituut dat er op rustte, maar daar
staat niets van in de akte, behalve van een
4tal, aan wier recht ook niets wordt tekort
gedaan. Overigens heeft de gemeente het over
genomen, daar een rioleering gemaakt, en de
menschen die daarop aansluiten moeten er een
recht voor betalen, evenals zulks in de kom het
geval is. Het bedrag is, zooals spreker reeds
aangaf voor Sluiskil iets lager gesteld, maar
er gebeurt geen onrecht, het recht der gemeen
te moot gehandhaafd worden.
De heer VAN CADSAND merkt op, dat het
niet zeozeer gaat over het tarief, maar ze
kijken op de menschen die vrije uitwatering
hebben. Dat niet alle bewoners aan de Kerk-
straat dat hebben moeten ze evenwel niet
schuiven op burgemeester en wethouders of
den raad, maar dat hebben ze te wijten aan
het vroegere polderbestuur, die hadden er voor
moeten zorgen, dat aan de daar wonenden dat
recht verzekerd werd, in de daar gemaakte
sloot. Indien ze nu echter door gemeentegrond
moeten komen met hun buizen om aan te slui-
ten hebben ze heelemaal geen recht meer.
De heer SCHEELE wijst er op, dat daar een
polderwatergang heeft gelegen, die door het
rijk verlegd is, en daarin dus evenals in de
oorspronkelijke, het water van de aangrenzen-
de perceelen behoort te worden ontvangen.
Indien ze zonder buizen door gemeentegrond
te leggen daarin konden uitloozen, zou de rio
leering het water moeten ontvangen.
Hij oetoogt, voorts, dat de gemeente de be-
staande rioleering heeft overgenomen en dat
die daarmede haar eigendom werd. Toen de
gemeente de bestaande rioolbuizen door andere
vervmg, bleven de uitkomende buizen haar
eigendom. Nu hoorde hij, dat er een aanpa-
lende eigenaar is, die de uitkomende buizen
heeft weggehaald. Is dit zoo, dan deed die
daarmede een onrechtmatige daad.
De VOORZITTER: U vraagt naar den be-
kenden weg. :*i
De heer COLSEN geeft te kennen, dat het
onjuist is, dat de zijstraten in deze rioleering
uitloozing moeten krijgen, aangezien er van de
woningen der volkshuisvesting een riool onder
door den dijk rechtstreeksch uitloozing in de
waterleiding geeft.
De VOORZITTER betoogt, dat het in- ver-
band met de eischen waaraan het hoofdriopl
nu en in de toekomst moet voldoen gewenscht
was, dat dit bestond uit buizen van 50 c.M.
Voorts geeft hij te kennen, dat de heeren zich
vergissen, indien zij meenen, dat men hier met
een poklersloot te doen heeft. Dat is uit geen
enkel stuk gebleken. Het rijk heeft daar des-
tijds een strook grond onteigend, waarop is
omgelegd de dijk, den weg is aangelegd en
daarnaast de sloot, waarna er tusschen de
sloot en het terrein der particuliere eigenaren
nog een strook grond open bleef. Zoo is het
door de gemeente overgenomen.
Naar aanleiding der vraag van den heer
Scheele kan spreker meedeelen, dat er wel
eenige moeilijkheden ondervonden zijn, door
verschil van meening. Nu zal spreker het niet
hebben over het raadslid, den heer Colsen,
maar, daar woont in de buurt een zekere heer
Colsen, die beweerde, dat de uitkomende bui
zen voor een deel zijn eigendom waren en dat
hij die weg zou halen, en dat hij ook recht had
om op de rioleering aan te sluiten zonder ver-
gunning of betaling.
Of nu de buizen weggehaald zijn en weer
teruggekomen, weet spreker niet, maar een
feit is het, dat de uitgekomen buizen alle aan-
wezig zijn, en dat er van genoemden heer nog
geer verzoek tot aansluiting is ingekomen. Als
het komt, dan zal de raad er op kunnen be-
slissen, miaar anders zal zijn water er niet in
kunnen komen.
De heer COLSEN wijst er op, dat de vorige
eigenaar van den grond tot aan het ziekenhuis,
de heer De Beleir, aan den Staat grond heeft
verkocht bij de verandering aan het kanaal,
toen ook de waterleiding, de dijk en de sloot
is omgelegd en dat de heer De Beleir bedon-
gen heeft, dat de Staat het water van zijn
eigendom in de nieuwe sloot moest ontvangen.
Op dien grond meent hij, dat de latere eige-
naars van dien grond ook het recht hebben om
buizen te leggen naar het gemaakte riool en
dat daarin hun water moet ontvangen worden.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat bur
gemeester en wethouders met belangstelling
die eigendomsbewijzen tegemoet zien.
De heer HAMELINK merkt op, dat, voor
de gemeente hieraan begonnen is, er steeds
adressen en verzoeken kwamen om den toe-
stand te verbeteren. Nu de gemeente er mede
begonnen is, komen de belanghebbenden met
allerlei bezwaren en bezwaartjes. Hem werd
ook de opmerking gemaakt, dat de gemeente,
door die rioleering te leggen, zij iets deed dat
niet geoorioofd was, omdat het polderbestuur
geen vergunning gegeven had. Hij acht een
en ander geen reeele manier van handelen en
als ze zoo doen moeten ze in Sluiskil ook niet
zeggen, dat ze zoo in de verdrukking zitten.
De heer VAN DUKE deelt mede, dat hij
daar ook een kijkje is gaan nemen. Er waren
daar vroeger buizen gebruikt van verschillen-
den aard; er liggen nu cementen buizen van 50
c.M. en alles is proper en zuiver gemaakt.
Het voorstel van burgemeester en wethou
ders wordt aangenomen met algemeene stem-
men.
5. Toekenning van straatnamen.
De VOORZITTER deelt mede, dat dit voor
stel wordt aangehouden, omdat de bijbehoo-
rende kaart nog niet gereed is.
6. Rekening Burgerlijk Armbestuur.
Ingekomen is de rekening van het burger-
J 0 k armbestuur voor den dienst 1923, op een
bedrag in ontvangsten en uitgaven van
/zl.339,93. Burgemeester en wethouders stel-
len voor die goed te keuren.
De heer VAN RIET wijst er op, dat er met
het ziekenhuis in het jaar 1923 een contract
is gesloten en dat toen bepaald is, dat er na-
der een overeenkomst zou getroffen worden,
betreffende de verpleging van lijders aan' be-
smettelijke ziekten. Die overeenkomst is nog
niet gemaakt, doch niettegenstaande dit, heeft
het ziekenhuis voor het verplegen van lijders
over 1923 een rekening ingezonden. Hij meent,
dat zoolang die overeenkomst niet getroffen
was, geen rekening kon ingezonden worden en
dat diaarom die rekening van het burgerlijk
armbestuur niet kan goedgekeurd worden.
De VOORZITTER deelt mede, 'dat burge
meester en wethouders steeds in afwachting
zijn van voorstellen voor het sluiten der over
eenkomst, maar acht het gemis daarvan geen
bezwaar, om de rekening vast te stellen.
De heer VAN RIET merkt op, dat nu f 4,50
per dag is gerekend en dat dit het gewone ver-
pleeggeld is. Hij herhaalt, dat zj. geen reke-
mng kon ingediend worden, alvorens een over-
eenkomst was gesloten.
De heer GEELHOEDT geeft te kennen, dat
y heer Van Riet zich een verkeerde voorstel-
™g van zaken maakt. Aan het eind van 1923
werden ter verpleging naar het ziekenhuis ge-
zonden hjders aan typhus. Na 31 December
era door het burgerlijk armbestuur aange-
ongen op het inzenden van een rekening
r V jaar. Er kon geen definitieve reke-
mg gezonden worden, aangezien aan het zie
kenhuis ook nog niet alle uitgaven bekend wa
ren, van de ontsmetting van verschillende za
ken, zelfs op dit oogenblik nog niet. Om te
voldoen aan het verzoek van het burgerlijk
armbestuur is toen een rekening gestuurd,
waarop een voorloopig bedrag is aangegeven,
met de bedoeling dit later te verrekenen. In
dien blijkt, dat het te hoog berekend was, dan
krijgt het burgerlijk armbestuur het te veel
betaalde terug.
De heer VAN RIET heeft het bezwaar ge-
opperd, omdat 'hij voorzag, dat men ook in
1924 eveneens zou handelen, en als de rekening
eenmaal betaald is, aanmerkingen niet meer
helpen. Hij is door het antwoord van den heer
Geel'hoedt, dat eventueel te veel betaalde zal
worden teruggegeven, wel bevredigd, maar
moet toch opmerken, dat het wel wat lang
duurt, eer die overeenkomst getroffen wordt.
Hij weet niet, aan wie daarvan de schuld ligt,
doch 12 April 1923 is het raadsbesluit al ge-
nomen en nu hebben we reeds Juni 1924. Hij
hoopt, dat dit nu zoo spoedig mogelijk in orde
komt.
De rekening wordt met algemeene stemmen
goedgekeurd.
7. Rekening der Gezondheidscommissie
over 1923.
Ingekomen is de rekening van de Gezond
heidscommissie, gezeteld te Ter Neuzen, over
1923. De ontvangsten hebben bedragen
f 3394,0714, de uitgaven 1676,45%, het goed
slot 1717,62.
Burgemeester en wethouders stellen voor,
deze rekening goed te keuren.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
8. Voorstel om ingevolge art. 137 der
Pensioenwet 1922 de daar bedoelde bij-
drage niet op de gemeenteambtenaren
te verhalen.
Burgemeester en wethouders, overwegende
dat ingevolge artikel 135 der Pensioenwet
1922, de gemeente voor hare ambtenaren moet
bijdragen voor inkoop voor pensioen van den
in artikel 134, eerste lid, bedoelden tijd;
dat ingevolge artikel 137, eerste lid der wet,
de gemeente hoogstens een vierde gedeelte dier
bijclragen op de ambtenaren kan verhalen;
dat de inkoop van vroegere diensten steeds
door de gemeente is gedragen en er geen re-
denen zijn daarvan thans af te wijken;
gelet op de Pensioenwet 1922;
stellen voor te besluiten:
van de bijdrage bedoeld in artikel 135 der
Pensioenwet 1922, niets op de gemeenteambte
naren te verhalen.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sioten.
9. Aanvaarding als schenking een straatje
te Driewegen.
Ingekomen is een schrjjven van M. de Put
ter, die daarin ook mede namens Abraham de
Koeijer te Annet (Frankrijk) mededeelt, dat
zij aan de gemeente Ter Neuzen, om niet, in
vollen en onbezwaarden eigendom wenschen
over te dragen een verhard gedeelte straat,
groot 440 M2., gelegen in de gemeente Ter
Neuzen, buurt Driewegen, kadastraal bekend
sectie E no. 986.
Burgemeester en wethouders stellen naar
aanleiding hiervan voor te besluiten:
a. overwegende, dat de in koop gevraagde
grond thans tot den publieken dienst is be-
stemd, doch daaraan zonder bezwaar kan wor
den onttrokken, daartoe over te gaan;
b. overwegende, dat de in koop gevraagde
grond ter grootte van 0,45 M., gelegen in de
Bakkerijstraat, gedeelte van sectie L no. 104,
bij besluit van heden aan den publieken dienst
is onttrokken, te verkoopen aan E. D. Scheele,
van beroep brood- en banketbakker, wonende
te Ter Neuzen, genoemd stukje gemeentegrond
voor den prijs van 6, onder voorwaarde:
1. dat de koopsom voor of bij de onder-
teekening der akte van koop en verkoop ten
kantore van den gemeenteontvanger moet wor
den voldaan;
2. dat de kosten van levering van het ge-
kochte komen voor rekening van den kooper;
3. de op het verkochte vallende belastingen
komen van af 1 Januari 1925 evenfeens ten
zijnen laste.
Burgemeester en wethouders stellen voor,
die schenking te aanvaarden.
De heer COLSEN dacht, dat dit straatje aan
den heer J. P. Scheele behoorde.
De VOORZITTER deelt mede, dat adressan-
ten diens zaakgelastigden zijn.
De heer HAMELINK wil er de aandacht op
vestigen, dat hierop zonder meer niet zal kun
nen worden ingegaan, want als de raad dat
doet, neemt hjj een gevaarlijk standpunt in,
met het oog op wat dan volgen zal. Dan is het
eind nog niet te voorzien. De geschiedenis is
toch, dat hier vroeger een fout is be-gaan en
dat de gemeente om dat in orde te krijgen er
weer voor zal moeten opdraaien. Hij gelooft,
dat de gemeente niet aan overneming moet
beginnen, alvorens het door den eigenaar in
orde wordt gebracht. Als de raad hierop in-
gaat, zal binnen korten tijd, ook een verzoek
komen voor overneming van de 2e De Feijter-
straat, welke ook niet aan de eischen voldoet,
en als de raad deze aanvaardt, mist hij het
recht om anderen af te wijzen. De gemeente
zal dan voor reusachtige uitgaven komen te
staan.
Hjj meent, dat het maar niet aangaat, om de
gemeente voor zulke toestanden, die door de
bouwers geschapen zijn, te laten opdraaien.
De korten van het in orde maken der straat
zijn in ibouwkosten verconverteerd. Of de
bouwers hebben den grond goedkoop gekocht
en dan moeten die zelf voor de bestrating zor
gen, of die gelden zijn terecht gekomen in den
zak van den verkooper van den grond.
De heer GEELHOEDT merkt op, dat men
met zoo'n cadeautje, dat den ontvanger geld
kost, maar liever naar zijn buurman moet
gaan. De grond is verkocht en de revenuen
daarvan zijn aan den verkooper ten deel ge-
vallen. Die moet voor het in orde brengen van
de straat zorgen. Hij kan met het voorstel
niet meegaan.
De heer SCHEELE erkent, dat er aan het
voorstel bezwaren verbonden zijn. Er is echter
in de vorige vergadering gezegd, dat burge
meester en wethouders er eens naar moesten
omzien. Om er iets aan te kunnen doen, moest
de eerste stap gezet worden, die bestaat in het
aanhangig voorstel. Wordt er niet op inge
gaan, dan kan er aan dat straatje niets ge
daan worden.
De heer COLSEN wijst er op, dat het de
schuld is van het vroegere college, dat geen
vergunning tot bouwen had mogen geven,
zonder dat de bestrating enz. in orde was. De
menschen die er nu wonen zullen de straat
niet gaan leggen. Hij zou, als de gemeente de
straat verbeterd er de voorwaarde aan willen
verbinden, dat de verdere grond dan als bouw-
grond moet worden beschikbaar gesteld.
De heer HAMELINK meent, dat dit niet
Wan, daar achter kan geen straat meer komen.
De heer COLSEN beweert, dat dit wel het
geval is. Het is gewenscht, dat de toestand
verbeterd, die is voor verschillende menschen
daar onhoudbaar.
De heer HAMELINK zegt, dat de gemeente
daar niet voor moet opdraaien.
De VOORZITTER acht het gewenscht, op
het aanbod in te gaan; de gemeente zal er ten
slotte toch voor komen te staan om verschil
lende verkeerde toestanden als erfenis van het
voorgeslacht te aanvaarden en op te ruimen.
Ook de 2e De Feijterstraat zal ten slotte wel
aan de gemeente moeten komen. Als men toe
standen wil verbeteren kan dit iiiet anders.
De kosten zullen moeten gedragen worden door
de gemeenschap. Spreker wil volstrekt niet
ont-kennen, dat die consequentie aan het aan-
hangige voorstel vastzit.
Hij meent, dat achter het straatje nog 6 of
7 woningen zouden kunnen worden gezet, met
uitweg naar den Hoogen Dijk, maar, zooals
het er thans voorstaat, ziet hij er nog niet in,
dat de raad bereid zal zijn op te treden als
exploitant van bouwgrond, daarvoor is hij nog
niet koopmans gezand genoeg. Het zql daar
overigens blijven een onbelangrijk wegje. We
hebben nu een kleine kans, om hier een be-
staanden misstand op te ruimen. Men kan
daarmede beginnen, en later aan andere
denken.
De heer VAN CADSAND zou van gemeente-
wege niet den achterliggenden grond willen
koopen, maair indien ze daar verder bouwen
de bepaling willen maken, dat ze met een be
strating aan die door de gemeente te maken
moeten aansluiten.
De heer GEELHOEDT: Dat weten ze, op
grond van de bouwverordening.
De heer HAMELINK merkt op, dat er te
weinig de hand aan gehouden wordt. Aan den
Provincialen weg ziet men het ook. Daar wor
den bouwvergunningen afgegeven en later kan
de gemeente verkeerde toestanden oprurmen.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat er
gen machtsmiddel is, om dat bouwen tegen
te houden.
De heer HAMELINK zou dan geen bouw-
vergunning geven, indien er geen beihoorlijke
rioleering en bestrating is.
De VOORZITTER zegt, dat het weigeren
eener bouwvergunning een uiterste middel is,
waar men toe overgaat. Er zou een bepaling
kunnen gemaakt worden, dat voor het ontvan
gen eener bouwvergunning een zeker bedrag
moet betaald worden, waaruit dan een fonds
kon worden gesticht, voor het bestrijden der
kosten van het opruimen van toestanden als de
besprokene. In elk geval doet de raad, met
zulke toestanden op te ruimen iets goeds.
De heer HAMELINK: Dan zeggen ze, dat
deze raad het geld maar over de boog werpt!
De heer COLSEN houdt het er voor, dat
deze straat zeker zal worden doorgetrokken.
Een der argumenten van adressanten was toch
ook, dat er behoefte is aan bouwgrond.
De heer VERLINDE vraagt naar de kosten
der verbetering.
De VOORZITTER: 600.
De heer NOLSON: Dat is de bezuiniging!
De heer HAMELINK betwist, dat men er
daarmede van af zou zijn, want nu wordt alleen
gesproken van verharding en gezegd, dat geen
rioleering noodig is. Men weet echter wel hoe
het gaat, indien een sloot moet dienen voor af-
voer van spoelwater bij de huizen, dan wordt
het spoedig een stinksloot, en kan het niet
uitblijven, dat op rioleering wordt aangedron-
gen. Voor welke kosten men dan zou komen
te staan is thans in 't geheel niet te overzien,
daar er geen gelegenheid is, waar men een
riool kan laten uitloopen.
Het voorstel wordt verworpen met 8 tegen
4 stemmen.
Voor stemmen de heeren Van Aken, Scheele,
Van Cad sand en Colsen; tegen stemmen de
heeren Van Riet, Geelhoedt, Nolson, Verlinde,
De Meijer, Hamelink, Van Driel en Van Dijke.
10. Verbetering van bestrating en af wate
ring te Driewegen.
Burgemeester en Wethouders, gezien een
op 29 April 1924 ingekomen adres van de
buurtcommissie te Driewegen om verbetering
te brengen in de bestrating en afwatering van
den verbindingsweg tusschen den Provincialen
weg en den Hoogen dijk, met zjjstraatje;
1. overwegende, dat het onderhoud van het
z.g. Driewegenstraatje geschiedt door de ge
meente Ter Neuzen;
dat het eenigszins verhoogen van het eerste
gedeelte links en het verlagen van het midden-
gedeelte rechts aan de keibestrating, tot het
gewone onderhoud behoort en het wel ge
wenscht is, dat dit werk thans wordt uitge-
voerd;
2. dat het onvoldoend verharde zijstraatje,
blijkens besluit van heden, door M. de Putter
e.a. aan de gemeente is geschonken;
dat het wenschelijk is, dat dit straatje, groot
440 M2., voldoende wordt verhard;
stellen voor te besluiten:
tot uitvoering der hierboven onder 1 en 2
genoemde werken.
De VOORZITTER merkt op, dat, ingevolge
het zooeven gevallen votum, het onder 2 ver-
melde in dit voorstel kan vervallen; er is na-
tuuriijk geen reden, om de verbetering van het
Driewegenstraatje niet' uit te voeren.
De heer COLSEN vraagt of het Driewegen
straatje door de gemeente is overgenomen of
gelegd.
De VOORZITTER: De historie zwijgt daar-
over.
De SECRETARIS deelt nog mede, dat geen
eigenaar bekend is, en.dat dus ook niemand
het van de gemeente zal opeischen.
Het gewijzigd voorstel wordt aangenomen
met algemeene stemmen.
11. Vaststelling instructie voor de schoon-
houdster, tevens concierge van het ge-
meentehuis.
Burgemeester en wethouders stellen voor
vast te stellen de volgende
VERORDENING voor de schoonhoud-
ister, tevens concierge van het ge-
meentehuis te Ter Neuzen.
Art. 1. De schoonhoudster, tevens concierge
van het gemeentehuis wordt door burgemees
ter en wethouders benoemd, geschorst en ont-
slagen. Aamvrage om eervol ontslag moet
minstens twee maanden voor den datum waar
op zij het ontslag wil bekomen, bij burge
meester en wethouders ingediend worden.
Art. 2. De jaarwedde bedraagt f 500, be-
nevens vrije woning met vuur en licht. De
jaarwedde wordt per maand uitbetaald. Voor
wat die jaarwedde betreft zijn voorts van
toepassing de artrikelen 1 tot en met 4 der
jaarwedde-verordening, vastgesteld 19 Mei
1921.
Art. 3. De schoonhoudster, tevens concierge
heeft recht op een verlof van twaalf werk-
dagen per jatar.
Verlof voor langer dan twee dagen moet
gevraagd worden aan burgemeester en wet
houders.
Art. 4. De schoonhoudster, tevens. concierge,
staat onder de onmiddellijke bevelen van bur
gemeester en wethouders.
Zij woont in het voor haar bestemde ge
deelte van het gemeentehuis en moet daar be-
houdens verlof, elken werkdag, dag en nacht,
aanwezig zijn.
Zonder vergunning van burgemeester en
wethouders mag zij geen andere personen dan
de leden van haar gezin, bij zich doen inwonen.
Art. 5. De werkkring omvat:
a. het elken werkdag schoonmaken en
schoonhoudten van al de vertrekken, lokalen
gangen, meubelen enz. zich in het gebouw van
het gemeentehuis en de secretarie bevindende;
het schoonhouden en wasschen der glasramen,
zoo dikwijls dit noodig moet worden geacht.
b. de jaarlijksche groote schoonmaak van
het gebouw, welke op door den gemeente-
nouwmeester aan te geven tijdstippen moet
plants hebben; tot deeze groote schoonmaak
wordt ook gerekend te oehooren het wasschen
der gordijnen.
c. de zorg voor het tijdig aanleggen der
kachels, zoomede voor het vernchten der ver
trekken, gangen en portalen en het voorzien
der vertrekken en lokalen van brandstoffen,
voor aes voormiddags negen uur.
d. het onmiddeliijk meedeelen aian den
gemeente-ibouwmeester van gebreken, welke
aan de gebouwen of meubileering worden ge-
constateerd.
e. het bewaken van het gemeentehuis en de
secretarie en van het daarin aanwezige meu-
bilair en materieel.
f. het na afioop der vergadering sluiten
der verschillende lokalen en van de buiten-
deuren, toegang gevende tot het gemeentehuis
en het zorgen voor het niet betreden der ver
trekken of lokalen door onbevoegde personen.
g. de zorg voor en het behoorlijk luchten
van alle kamers, zoowel van het gemeentehuis
als van de secretarie.
h. het leveren in het gemeentehuis van de
verlangde ververschingen voor de vergaderin-
gen van den gemeenteraad, burgemeester en
wethouders en van de commissies en, zoo
noodig, de zorg voor een goede bediening.
De bedoelde levering geschiedt naar een door
burgemeester en wethouders goed te keuren
tarief.
Art. 6. Het is de schoonhoudster, tevens
concierge, of degenen die haar bij de werk-
zaamheden behulpzaam zijn, ten strengste ver-
boden inzage te nemen van boeken of stukken,
die zich in een der lokalen van het gemeente
huis of de secretarie bevinden, noch inlichtin-
gen te geven in zaken de gemeente-huishou-
ding betreffende.
Art. 7. Deze verordening treedt in werking
op 1 Juli 1924.
Deze verordening wordt vastgesteld met
algemeene stemmen.
12. Verzoek om ontslag als verloskundige.
Ingekomen is een verzoek van M. Laro-
Bouterse, verloskundige in de kom, die wegens
benoeming te Arein en Velden, verzoekt haar
met ingang van 1 Juli a.s. eervol ontslag te
verleenen.
Burgemeester en wethouders stellen voor,
eervol ontslag te verleenen met ingang van 1
September a.s. met de bedoeling dan voor het
tijdvak van 1 Juli tot 1 September aan de be-
langhebbende verlof te verleenen, onder voor
waarde, dat in dien tijd door haar in de ver-
vanging van den dienst wordt voorzien.
Met algemeene stemmen wordt aldus be-
sloten.
13. Verzoek van E. D. Scheele om aankoop
van gemeentegrond.
Ingekomen is een adres van E. D. Scheele,
wonende te Ter Neuzen, die daarin verzoekt,
hem vergunning te verleenen tot het wijzigen
van zijne bouwplannen, gelegen aan de Noord-
straat no. 41 te Ter Neuzen.
Aangezien in de Bakkerijstraat aan zijn
gevel op 10.56 M. afstand van den voorgevel
een terugsprong is van 11 c.M., verzoekt hij
deze te mogen verplaatsen tot op 12.89 M. af
stand van den voorgevel, omdat deze verande
ring dient tot verfraaii'ng van den gevel.
Tevens verzoekt hij het benoodigde stukje
grond, groot 0,45 M2., grenzend aan zijn pand
in de Bakkerijstraat voor dit doel van de ge
meente Ter Neuzen voor een door den raad
vast te stellen prijs te koopen.
Een teekening van het voorgenomen plan
wordt bij dit verzoek overgelegd.
Burgemeester en wethouders stellen voor
het verzoek in te willigen en het stukje grond
te verkoopen voor 6,
De heer SCHEELE heeft er zich over ver-
wondert, dat, aangezien overal een rooilijn
wordt aangegeven en men de straten overal
zoo breed mogelijk tracht te houden, hier een
reeds smal straatje nog zal worden ver-
nauwd. Dit had kunnen worden voorkomen,
door te bouwen in de richting van den gevel
van het spuithuis. De zaak is nu eenmaal zoo
gesteld, dat het zonder groote kosten voor den
betrolckene niet meer te veranderen is, maar
het spijt hem toch, dat niet in dezelfde rich-
ting is gebouwd.
De VOORZITTER merkt op, dat de lijn van
het huis in de Bakkerijstraat met een buiging
liep. Men was met de fundeering begonnen,
toen men zag niet te kunnen uitkomen. Het
wordt een verschil van slechts 11 c.M. over een
kort gedeelte der straat. Dit kan toch geen
ernstige gevolgen hebben. Toen er aanmerking
op gemaakt is, heeft adressant terstond de
tusschenkomst van burgemeester en wethou
ders gevraagd, om het stukje grond te mogen
koopen. Zij hebben gemeend, daaraan hun
medewerking te moeten verleenen.
Het verzoek wordt aangenomen met alge
meene stemmen.
14. 1 erzoek van P. J. Visser, om afwijking
van bouwvoorvraarden.
Ingekomen is een adres van den heer P. J.
Visser te Ter Neuzen, die daarin te kennen
geeft, dat hij van de gemeente heeft gekocht,
een perceel bouwgrond kadastraal in deze ge
meente bekend sectie L no. 2065; dat in de
verkoopvoorwaarden o.a. is vermeld, de daarop
te bouwen woningen aan de straatzijde een
hoogte moeten hebben van tenminste 7 M.;
dat thans in deze gemeente geen behoefte
bestaat aan heerenhuizen, doch wel aan min
der kostbare burgerhuizen;
reden waarom hij den raad beleefd verzoekt,
aan hem van genoemde voorwaarde ontheffing
te verleenen, en de hoogte der te bouwen wo
ningen te bepalen op 6,35 M., overeenkomstig
bijgevoegde schetsteekening.
Burgemeester en wethouders, overwegende,
dat aan adressant bij bedoeld besluit is ver
kocht ongeveer 750 M2. gemeentegrond, aan
de Markt, en hem daarbij de verplichting is op-
gelegd, dat de op dien grond te stichten ge
bouwen aan de straatzijde minstens zeven
meter hoog moeten zijn, gerekend vanaf het
niveau van de aangrenzende straat;
dat adressant thans ontheffing dier bepaling
erzoekt, omdat, naar zijn oordeel, geen be
hoefte bestaat aan heerenhuizen, doch wel aan
minder kostbare burgerwoningen;
dat de hoogte der genoemde gebouwen meer
zal zijn dan wanneer zij worden gebouwd vol-
gens de minimum-eischen der bouwverorde
ning;
dat de hoogte der beneden- en boven-woon-
vertrekken, in elk geval mag worden gemaakt
volgens de minimum-eischen der bouwveror
dening;
dat een meerdere hoogte der woningen deze
dus wel duurder maakt, doch dat de bewoon-
baarheid daardoor niet verbetert;
stellen voor te besluiten: in afwijking van
bovengenoemd raadsbesluit de hoogte van de
gebouwen op het perceel sectie L, no. 2065,
nader vast te stellen op 6,35 M. boven de
straat.
De heer VAN DIJKE merkt op, dat men op
dit terrein 5 woningen wenscht te bouwen.
waarvoor men de uiterste maten van de bouw
verordening heeft aangenomen, met een plat
dak, dat 65 c.M. lager komt, dan in het raads
besluit is voorgeschreven. Hij zal zich niet
tegen het voorstel verklaren, omdat de hoek
daar in de nabijheid toch al bedorven is. Waar
langs fieri opril van de Scheldekade toegelaten
is om zulke lage woningtjes te bouwen, kan
Ouderdom en Gezondheid.
De oude dag verklaart niet noodzakelijk
nierzwakte, rugpijn, stijfheid der spieren,
rheumatische pijnen en last met de urine bij
menschen op leeftijd; want terwijl sommigen
jong zijn op 80-jarigen leeftijd, zijn anderen
oud als zij 60 zijn.
Maar de oude dag brengt gezondheidswijs-
heid. Oude menschen zijn verstandig door de
harde ondervinding, en zij zeggen:
„Wees opgewekt, maar ga niet laat naar bed.
Vermijd zware maaltijden en buitensporig-
heden. Neem lichaamsoefening en de noodige
rust". Zoovelen verwaarloozen deze eenvou-
dige regels en worden bijgevolg te spoedig oud.
Foster's Rugpijn Nieren Pillen passen oude
menschen. Zij regelen de urinewegen zonder
de maag, lever of ingewanden te verstoren.
Zij bevrijden bejaarde personen van rugpijn,
verminderen de aanleg voor rheumatiek en
helpen om de kwade gevolgen van urinezuur
op het gezicht, het geheugen en het gehoor
tegen te gaan. Duizenden danken hun goede
gezondheid aan Foster's Pillen.
Te Ter Neuzen verkrijgbaar bij de Firma
A. van OverbeekeLeunis a f 1,75 per flacon
(geel etiket met zwarten opdruk). 28
men het den heer Visser voor het op enkele
rtappen daarvan gelegen terrein ook niet wei
geren, maar spreker betreurt, dat die bouw
vergunningen verleend zijn. Het zullen echter
ook hier de omgeving ontsierende woningen
worden. Een verdieping van 2,60 M., zooals
men die wil maken, is beslist te laag.
De heer GEELHOEDT kan niet zeggen, dat
het voorstel hem toelacht; er zal wellicht geen
meerderhedd te vinden zijn om het tegen te
houden, maar vindt het jammer, dat het dezen
weg uitgaat. Hij stelt de vraag, of voor die
woningen gebouwd aan den opril van de Schel
dekade ook niet een verzoek aan den raad had
moeten worden gericht, daar toch ook voor die
woningen den eisch van 7 M. hoogte goldt.
Op dien weg voortgaande, kunnen burge
meester en wethouders wel overal zulke huis-
jes laten bouwen. Als zoo maar klakkeloos van
contractueel vastgestelde bepalingen wordt af-
geweken, behoeft men nimmer meer voor een
of ander voorwaarden te stellen. Hij vindt het
jammer, dat die woningen daar zijn gebouwd,
daarvoor was ook wel een andere plaats te vin
den geweest.
De heer SCHEELE meent, dat men bjj de
beoordeeling van den bouw dier huisjes moet
letten op de historie, hoe men er toe gekomen
is. Hij acht het ook wel spijtig, dat het zoo
loopt, maar men moet er toch ook rekening
mee houden, dat het gewenscht is den particu-
lieren bouw te bevorderen, opdat de gemeente
er van af komt. De eigenaar van den grond
heeft aan het vroegere college de vraag ge
steld, of het hem ook zou vergund worden aan
de achterzijde, dus aan de Walstraat, woningen
te ibouwen zooals aan die straat toegelaten
zijn. Hem is toen te kennen gegeven, dat dit
zou afhangen van de in te dienen plannen,
zoodat hij die dan maar eens moest inzenden.
Dit is geschied en de bouw is gevolgd. Jam
mer acht hij het, dat zich bij den bouw nog een
incident heeft voorgedaan, waarvan het gevolg
was, dat een minder ooglijke hoek aan het
hoekhuis is gemaakt en de voorkamer in den
voorgevel maar een raam kon hebben. Dit is
een gevolg van de meening van den burgemees
ter en de secretaris, dat de bouwer op den
hoek enkele millimeters grond te veel had in-
genomen. Als men nu van de zijde van den
heer Visser naar de Scheldekade gaat, wendt
men het hoofd rechts, om dien leelijken hoek
maar niet te zien.
Spreker is van oordeel, dat de particuliere
bouw moet bevorderd worden. Indien men
moet bouwen volgens de aangegeven hoogte
kost het te veel geld en practisch zijn de wo
ningen niet beter. Hij kan daarom het voor
stel steunen.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat bur
gemeester en wethouders in een moeilijk sta
dium gekomen zijn. Het terrein aan de Schel
dekade en aan de Burgemeester Geillstraat is
in orde gebracht, met de bedoeling, dat daar
aan heerenhuizen zouden worden gebouwd.
Nu is er daamaar voor het oogenblik weinig
vraag. Men ziet het b.v. aan den heer Van
Cantfort, die daar ook terrein gekocht heeft,
maar het niet bebouwt. Er is vraag naar klei-
nere burgerhuizen.
Nu had de heer De Brujjne, de eigenaar
van den grond langs den oprit naar de Schelde
kade aan het vorig college al eens de vraag
gesteld, of aan de zijde van de Walstraat ook
kleinere woningen zou mogen bouwen. Hem
was geenerlei toezegging gedaan, maar er was
gezegd, dat men de plannen zou afwachten,
en deze overwegen. Nu was die grond van af
de Scheldekade ook nog al diep en daarvoor
was moeilijk een kooper te vinden.
Het oude college heeft de plannen niet meer
kunnen beoordeelen; die kwamen bij het nieu
we en dat heeft gemeend, onder de tegenwoor-
dige omstandigheden de belangen der gemeen
te te dienen, door de bouwvergunning te geven.
Het was ook van meening die vergunning te
kunnen geven, aangezien die oprit niet bij de
Scheldekade behoort en alleen daarvoor die
hoogte is voorgeschreven. Hier, bij den heer
Visser is het wat anders, aangezien daar de
hoogte in het raadsbesluit is voorgeschreven.
Wat de bemerking van den heer Scheele be
treft over den hoek van de eene woning, deelt
spreker mede, dat er een hoek was met een
straal van 0<§5 M. en eene van 1,15 M. Hij
wilde de woning met de kleinste hoek maken,
doch toen werd een gedeelte van de gemeente
grond ingenomen, waardoor het trottoir daar
ook te smal werd.
Toen is de heer De Bruijne in overweging
gegeven de stoep te veranderen, opdat hij den
hoek van de woning met de kleine straal kon
maken, doch dan te stoppen en den noodigen
grond aan den raad in koop te vragen. De
heer De Bruijne of zijn lastgever gaven er
echtey de voorkeur aan om voort te werken
en edn grootere schuine hoek aan te brengen.
Het betrof niet enkele millimeters, zooals de
heer Scheele meende, maar men was 85 c.M.
te diep gegaan.
Wat het terrain van den heer Visser betreft,
deze heeft indertijd den grond gekocht, te ken
nen gevende, dat hij daar een garage zou bou
wen met groote glazen rudten, kortom een.
luxe gebouw. Die belofte is niet ingelost en er
bestond een bepaling, dat de grond binnen 2
jaar bebouwd moest zijn. Die termijn is al
eens verlengd en gedeputeerde staten hebben
er ook al eens naar gevraagd. Was het terrein
niet binnen de bepaalden tijd bebouwd, dan
was de heer Visser het weer kwijt. Hij heeft
toen een stuk verkocht aan den heer Doussy
en zou het nu kunnen verkoopen voor den
bouw van kleine burgerhuisjes. Spreker
meent, dat de raad daaraan moet tegemoet-
komen, want dat deze in geen geval de om
geving meer zullen ontsieren, dan de muur
rondom het erf van den heer Doussy. Overi
gens wordt het terrein meermalen verhuurd
voor het plaatsen van woonwagens en spreker
betwijfelt, of dat nu ook wel zoo ooglijk is.
Het voorstel wordt aangenomen met alge
meene stemmen.
(Zle verder het Eerste Blad).