INGEZONDEN MEDEDEELJN GEN. gende sloot met een strook grond overgenomen van het rijk, en indien ze gratis aan de ver- schilleinde menschen die daar wonen recht van uitwatering moest verleenen, had dat in de acte van overdracht moeten opgenomen zijn, als een servituut dat er op rustte, maar daar staat niets van in de akte, behalve van een 4tal, aan wier recht ook niets wordt tekort gedaan. Overigens heeft de gemeente het over genomen, daar een rioleering gemaakt, en de menschen die daarop aansluiten moeten er een recht voor betalen, evenals zulks in de kom het geval is. Het bedrag is, zooals spreker reeds aangaf voor Sluiskil iets lager gesteld, maar er gebeurt geen onrecht, het recht der gemeen te moot gehandhaafd worden. De heer VAN CADSAND merkt op, dat het niet zeozeer gaat over het tarief, maar ze kijken op de menschen die vrije uitwatering hebben. Dat niet alle bewoners aan de Kerk- straat dat hebben moeten ze evenwel niet schuiven op burgemeester en wethouders of den raad, maar dat hebben ze te wijten aan het vroegere polderbestuur, die hadden er voor moeten zorgen, dat aan de daar wonenden dat recht verzekerd werd, in de daar gemaakte sloot. Indien ze nu echter door gemeentegrond moeten komen met hun buizen om aan te slui- ten hebben ze heelemaal geen recht meer. De heer SCHEELE wijst er op, dat daar een polderwatergang heeft gelegen, die door het rijk verlegd is, en daarin dus evenals in de oorspronkelijke, het water van de aangrenzen- de perceelen behoort te worden ontvangen. Indien ze zonder buizen door gemeentegrond te leggen daarin konden uitloozen, zou de rio leering het water moeten ontvangen. Hij oetoogt, voorts, dat de gemeente de be- staande rioleering heeft overgenomen en dat die daarmede haar eigendom werd. Toen de gemeente de bestaande rioolbuizen door andere vervmg, bleven de uitkomende buizen haar eigendom. Nu hoorde hij, dat er een aanpa- lende eigenaar is, die de uitkomende buizen heeft weggehaald. Is dit zoo, dan deed die daarmede een onrechtmatige daad. De VOORZITTER: U vraagt naar den be- kenden weg. :*i De heer COLSEN geeft te kennen, dat het onjuist is, dat de zijstraten in deze rioleering uitloozing moeten krijgen, aangezien er van de woningen der volkshuisvesting een riool onder door den dijk rechtstreeksch uitloozing in de waterleiding geeft. De VOORZITTER betoogt, dat het in- ver- band met de eischen waaraan het hoofdriopl nu en in de toekomst moet voldoen gewenscht was, dat dit bestond uit buizen van 50 c.M. Voorts geeft hij te kennen, dat de heeren zich vergissen, indien zij meenen, dat men hier met een poklersloot te doen heeft. Dat is uit geen enkel stuk gebleken. Het rijk heeft daar des- tijds een strook grond onteigend, waarop is omgelegd de dijk, den weg is aangelegd en daarnaast de sloot, waarna er tusschen de sloot en het terrein der particuliere eigenaren nog een strook grond open bleef. Zoo is het door de gemeente overgenomen. Naar aanleiding der vraag van den heer Scheele kan spreker meedeelen, dat er wel eenige moeilijkheden ondervonden zijn, door verschil van meening. Nu zal spreker het niet hebben over het raadslid, den heer Colsen, maar, daar woont in de buurt een zekere heer Colsen, die beweerde, dat de uitkomende bui zen voor een deel zijn eigendom waren en dat hij die weg zou halen, en dat hij ook recht had om op de rioleering aan te sluiten zonder ver- gunning of betaling. Of nu de buizen weggehaald zijn en weer teruggekomen, weet spreker niet, maar een feit is het, dat de uitgekomen buizen alle aan- wezig zijn, en dat er van genoemden heer nog geer verzoek tot aansluiting is ingekomen. Als het komt, dan zal de raad er op kunnen be- slissen, miaar anders zal zijn water er niet in kunnen komen. De heer COLSEN wijst er op, dat de vorige eigenaar van den grond tot aan het ziekenhuis, de heer De Beleir, aan den Staat grond heeft verkocht bij de verandering aan het kanaal, toen ook de waterleiding, de dijk en de sloot is omgelegd en dat de heer De Beleir bedon- gen heeft, dat de Staat het water van zijn eigendom in de nieuwe sloot moest ontvangen. Op dien grond meent hij, dat de latere eige- naars van dien grond ook het recht hebben om buizen te leggen naar het gemaakte riool en dat daarin hun water moet ontvangen worden. De VOORZITTER geeft te kennen, dat bur gemeester en wethouders met belangstelling die eigendomsbewijzen tegemoet zien. De heer HAMELINK merkt op, dat, voor de gemeente hieraan begonnen is, er steeds adressen en verzoeken kwamen om den toe- stand te verbeteren. Nu de gemeente er mede begonnen is, komen de belanghebbenden met allerlei bezwaren en bezwaartjes. Hem werd ook de opmerking gemaakt, dat de gemeente, door die rioleering te leggen, zij iets deed dat niet geoorioofd was, omdat het polderbestuur geen vergunning gegeven had. Hij acht een en ander geen reeele manier van handelen en als ze zoo doen moeten ze in Sluiskil ook niet zeggen, dat ze zoo in de verdrukking zitten. De heer VAN DUKE deelt mede, dat hij daar ook een kijkje is gaan nemen. Er waren daar vroeger buizen gebruikt van verschillen- den aard; er liggen nu cementen buizen van 50 c.M. en alles is proper en zuiver gemaakt. Het voorstel van burgemeester en wethou ders wordt aangenomen met algemeene stem- men. 5. Toekenning van straatnamen. De VOORZITTER deelt mede, dat dit voor stel wordt aangehouden, omdat de bijbehoo- rende kaart nog niet gereed is. 6. Rekening Burgerlijk Armbestuur. Ingekomen is de rekening van het burger- J 0 k armbestuur voor den dienst 1923, op een bedrag in ontvangsten en uitgaven van /zl.339,93. Burgemeester en wethouders stel- len voor die goed te keuren. De heer VAN RIET wijst er op, dat er met het ziekenhuis in het jaar 1923 een contract is gesloten en dat toen bepaald is, dat er na- der een overeenkomst zou getroffen worden, betreffende de verpleging van lijders aan' be- smettelijke ziekten. Die overeenkomst is nog niet gemaakt, doch niettegenstaande dit, heeft het ziekenhuis voor het verplegen van lijders over 1923 een rekening ingezonden. Hij meent, dat zoolang die overeenkomst niet getroffen was, geen rekening kon ingezonden worden en dat diaarom die rekening van het burgerlijk armbestuur niet kan goedgekeurd worden. De VOORZITTER deelt mede, 'dat burge meester en wethouders steeds in afwachting zijn van voorstellen voor het sluiten der over eenkomst, maar acht het gemis daarvan geen bezwaar, om de rekening vast te stellen. De heer VAN RIET merkt op, dat nu f 4,50 per dag is gerekend en dat dit het gewone ver- pleeggeld is. Hij herhaalt, dat zj. geen reke- mng kon ingediend worden, alvorens een over- eenkomst was gesloten. De heer GEELHOEDT geeft te kennen, dat y heer Van Riet zich een verkeerde voorstel- ™g van zaken maakt. Aan het eind van 1923 werden ter verpleging naar het ziekenhuis ge- zonden hjders aan typhus. Na 31 December era door het burgerlijk armbestuur aange- ongen op het inzenden van een rekening r V jaar. Er kon geen definitieve reke- mg gezonden worden, aangezien aan het zie kenhuis ook nog niet alle uitgaven bekend wa ren, van de ontsmetting van verschillende za ken, zelfs op dit oogenblik nog niet. Om te voldoen aan het verzoek van het burgerlijk armbestuur is toen een rekening gestuurd, waarop een voorloopig bedrag is aangegeven, met de bedoeling dit later te verrekenen. In dien blijkt, dat het te hoog berekend was, dan krijgt het burgerlijk armbestuur het te veel betaalde terug. De heer VAN RIET heeft het bezwaar ge- opperd, omdat 'hij voorzag, dat men ook in 1924 eveneens zou handelen, en als de rekening eenmaal betaald is, aanmerkingen niet meer helpen. Hij is door het antwoord van den heer Geel'hoedt, dat eventueel te veel betaalde zal worden teruggegeven, wel bevredigd, maar moet toch opmerken, dat het wel wat lang duurt, eer die overeenkomst getroffen wordt. Hij weet niet, aan wie daarvan de schuld ligt, doch 12 April 1923 is het raadsbesluit al ge- nomen en nu hebben we reeds Juni 1924. Hij hoopt, dat dit nu zoo spoedig mogelijk in orde komt. De rekening wordt met algemeene stemmen goedgekeurd. 7. Rekening der Gezondheidscommissie over 1923. Ingekomen is de rekening van de Gezond heidscommissie, gezeteld te Ter Neuzen, over 1923. De ontvangsten hebben bedragen f 3394,0714, de uitgaven 1676,45%, het goed slot 1717,62. Burgemeester en wethouders stellen voor, deze rekening goed te keuren. Met algemeene stemmen wordt aldus be- sloten. 8. Voorstel om ingevolge art. 137 der Pensioenwet 1922 de daar bedoelde bij- drage niet op de gemeenteambtenaren te verhalen. Burgemeester en wethouders, overwegende dat ingevolge artikel 135 der Pensioenwet 1922, de gemeente voor hare ambtenaren moet bijdragen voor inkoop voor pensioen van den in artikel 134, eerste lid, bedoelden tijd; dat ingevolge artikel 137, eerste lid der wet, de gemeente hoogstens een vierde gedeelte dier bijclragen op de ambtenaren kan verhalen; dat de inkoop van vroegere diensten steeds door de gemeente is gedragen en er geen re- denen zijn daarvan thans af te wijken; gelet op de Pensioenwet 1922; stellen voor te besluiten: van de bijdrage bedoeld in artikel 135 der Pensioenwet 1922, niets op de gemeenteambte naren te verhalen. Met algemeene stemmen wordt aldus be- sioten. 9. Aanvaarding als schenking een straatje te Driewegen. Ingekomen is een schrjjven van M. de Put ter, die daarin ook mede namens Abraham de Koeijer te Annet (Frankrijk) mededeelt, dat zij aan de gemeente Ter Neuzen, om niet, in vollen en onbezwaarden eigendom wenschen over te dragen een verhard gedeelte straat, groot 440 M2., gelegen in de gemeente Ter Neuzen, buurt Driewegen, kadastraal bekend sectie E no. 986. Burgemeester en wethouders stellen naar aanleiding hiervan voor te besluiten: a. overwegende, dat de in koop gevraagde grond thans tot den publieken dienst is be- stemd, doch daaraan zonder bezwaar kan wor den onttrokken, daartoe over te gaan; b. overwegende, dat de in koop gevraagde grond ter grootte van 0,45 M., gelegen in de Bakkerijstraat, gedeelte van sectie L no. 104, bij besluit van heden aan den publieken dienst is onttrokken, te verkoopen aan E. D. Scheele, van beroep brood- en banketbakker, wonende te Ter Neuzen, genoemd stukje gemeentegrond voor den prijs van 6, onder voorwaarde: 1. dat de koopsom voor of bij de onder- teekening der akte van koop en verkoop ten kantore van den gemeenteontvanger moet wor den voldaan; 2. dat de kosten van levering van het ge- kochte komen voor rekening van den kooper; 3. de op het verkochte vallende belastingen komen van af 1 Januari 1925 evenfeens ten zijnen laste. Burgemeester en wethouders stellen voor, die schenking te aanvaarden. De heer COLSEN dacht, dat dit straatje aan den heer J. P. Scheele behoorde. De VOORZITTER deelt mede, dat adressan- ten diens zaakgelastigden zijn. De heer HAMELINK wil er de aandacht op vestigen, dat hierop zonder meer niet zal kun nen worden ingegaan, want als de raad dat doet, neemt hjj een gevaarlijk standpunt in, met het oog op wat dan volgen zal. Dan is het eind nog niet te voorzien. De geschiedenis is toch, dat hier vroeger een fout is be-gaan en dat de gemeente om dat in orde te krijgen er weer voor zal moeten opdraaien. Hij gelooft, dat de gemeente niet aan overneming moet beginnen, alvorens het door den eigenaar in orde wordt gebracht. Als de raad hierop in- gaat, zal binnen korten tijd, ook een verzoek komen voor overneming van de 2e De Feijter- straat, welke ook niet aan de eischen voldoet, en als de raad deze aanvaardt, mist hij het recht om anderen af te wijzen. De gemeente zal dan voor reusachtige uitgaven komen te staan. Hjj meent, dat het maar niet aangaat, om de gemeente voor zulke toestanden, die door de bouwers geschapen zijn, te laten opdraaien. De korten van het in orde maken der straat zijn in ibouwkosten verconverteerd. Of de bouwers hebben den grond goedkoop gekocht en dan moeten die zelf voor de bestrating zor gen, of die gelden zijn terecht gekomen in den zak van den verkooper van den grond. De heer GEELHOEDT merkt op, dat men met zoo'n cadeautje, dat den ontvanger geld kost, maar liever naar zijn buurman moet gaan. De grond is verkocht en de revenuen daarvan zijn aan den verkooper ten deel ge- vallen. Die moet voor het in orde brengen van de straat zorgen. Hij kan met het voorstel niet meegaan. De heer SCHEELE erkent, dat er aan het voorstel bezwaren verbonden zijn. Er is echter in de vorige vergadering gezegd, dat burge meester en wethouders er eens naar moesten omzien. Om er iets aan te kunnen doen, moest de eerste stap gezet worden, die bestaat in het aanhangig voorstel. Wordt er niet op inge gaan, dan kan er aan dat straatje niets ge daan worden. De heer COLSEN wijst er op, dat het de schuld is van het vroegere college, dat geen vergunning tot bouwen had mogen geven, zonder dat de bestrating enz. in orde was. De menschen die er nu wonen zullen de straat niet gaan leggen. Hij zou, als de gemeente de straat verbeterd er de voorwaarde aan willen verbinden, dat de verdere grond dan als bouw- grond moet worden beschikbaar gesteld. De heer HAMELINK meent, dat dit niet Wan, daar achter kan geen straat meer komen. De heer COLSEN beweert, dat dit wel het geval is. Het is gewenscht, dat de toestand verbeterd, die is voor verschillende menschen daar onhoudbaar. De heer HAMELINK zegt, dat de gemeente daar niet voor moet opdraaien. De VOORZITTER acht het gewenscht, op het aanbod in te gaan; de gemeente zal er ten slotte toch voor komen te staan om verschil lende verkeerde toestanden als erfenis van het voorgeslacht te aanvaarden en op te ruimen. Ook de 2e De Feijterstraat zal ten slotte wel aan de gemeente moeten komen. Als men toe standen wil verbeteren kan dit iiiet anders. De kosten zullen moeten gedragen worden door de gemeenschap. Spreker wil volstrekt niet ont-kennen, dat die consequentie aan het aan- hangige voorstel vastzit. Hij meent, dat achter het straatje nog 6 of 7 woningen zouden kunnen worden gezet, met uitweg naar den Hoogen Dijk, maar, zooals het er thans voorstaat, ziet hij er nog niet in, dat de raad bereid zal zijn op te treden als exploitant van bouwgrond, daarvoor is hij nog niet koopmans gezand genoeg. Het zql daar overigens blijven een onbelangrijk wegje. We hebben nu een kleine kans, om hier een be- staanden misstand op te ruimen. Men kan daarmede beginnen, en later aan andere denken. De heer VAN CADSAND zou van gemeente- wege niet den achterliggenden grond willen koopen, maair indien ze daar verder bouwen de bepaling willen maken, dat ze met een be strating aan die door de gemeente te maken moeten aansluiten. De heer GEELHOEDT: Dat weten ze, op grond van de bouwverordening. De heer HAMELINK merkt op, dat er te weinig de hand aan gehouden wordt. Aan den Provincialen weg ziet men het ook. Daar wor den bouwvergunningen afgegeven en later kan de gemeente verkeerde toestanden oprurmen. De VOORZITTER geeft te kennen, dat er gen machtsmiddel is, om dat bouwen tegen te houden. De heer HAMELINK zou dan geen bouw- vergunning geven, indien er geen beihoorlijke rioleering en bestrating is. De VOORZITTER zegt, dat het weigeren eener bouwvergunning een uiterste middel is, waar men toe overgaat. Er zou een bepaling kunnen gemaakt worden, dat voor het ontvan gen eener bouwvergunning een zeker bedrag moet betaald worden, waaruit dan een fonds kon worden gesticht, voor het bestrijden der kosten van het opruimen van toestanden als de besprokene. In elk geval doet de raad, met zulke toestanden op te ruimen iets goeds. De heer HAMELINK: Dan zeggen ze, dat deze raad het geld maar over de boog werpt! De heer COLSEN houdt het er voor, dat deze straat zeker zal worden doorgetrokken. Een der argumenten van adressanten was toch ook, dat er behoefte is aan bouwgrond. De heer VERLINDE vraagt naar de kosten der verbetering. De VOORZITTER: 600. De heer NOLSON: Dat is de bezuiniging! De heer HAMELINK betwist, dat men er daarmede van af zou zijn, want nu wordt alleen gesproken van verharding en gezegd, dat geen rioleering noodig is. Men weet echter wel hoe het gaat, indien een sloot moet dienen voor af- voer van spoelwater bij de huizen, dan wordt het spoedig een stinksloot, en kan het niet uitblijven, dat op rioleering wordt aangedron- gen. Voor welke kosten men dan zou komen te staan is thans in 't geheel niet te overzien, daar er geen gelegenheid is, waar men een riool kan laten uitloopen. Het voorstel wordt verworpen met 8 tegen 4 stemmen. Voor stemmen de heeren Van Aken, Scheele, Van Cad sand en Colsen; tegen stemmen de heeren Van Riet, Geelhoedt, Nolson, Verlinde, De Meijer, Hamelink, Van Driel en Van Dijke. 10. Verbetering van bestrating en af wate ring te Driewegen. Burgemeester en Wethouders, gezien een op 29 April 1924 ingekomen adres van de buurtcommissie te Driewegen om verbetering te brengen in de bestrating en afwatering van den verbindingsweg tusschen den Provincialen weg en den Hoogen dijk, met zjjstraatje; 1. overwegende, dat het onderhoud van het z.g. Driewegenstraatje geschiedt door de ge meente Ter Neuzen; dat het eenigszins verhoogen van het eerste gedeelte links en het verlagen van het midden- gedeelte rechts aan de keibestrating, tot het gewone onderhoud behoort en het wel ge wenscht is, dat dit werk thans wordt uitge- voerd; 2. dat het onvoldoend verharde zijstraatje, blijkens besluit van heden, door M. de Putter e.a. aan de gemeente is geschonken; dat het wenschelijk is, dat dit straatje, groot 440 M2., voldoende wordt verhard; stellen voor te besluiten: tot uitvoering der hierboven onder 1 en 2 genoemde werken. De VOORZITTER merkt op, dat, ingevolge het zooeven gevallen votum, het onder 2 ver- melde in dit voorstel kan vervallen; er is na- tuuriijk geen reden, om de verbetering van het Driewegenstraatje niet' uit te voeren. De heer COLSEN vraagt of het Driewegen straatje door de gemeente is overgenomen of gelegd. De VOORZITTER: De historie zwijgt daar- over. De SECRETARIS deelt nog mede, dat geen eigenaar bekend is, en.dat dus ook niemand het van de gemeente zal opeischen. Het gewijzigd voorstel wordt aangenomen met algemeene stemmen. 11. Vaststelling instructie voor de schoon- houdster, tevens concierge van het ge- meentehuis. Burgemeester en wethouders stellen voor vast te stellen de volgende VERORDENING voor de schoonhoud- ister, tevens concierge van het ge- meentehuis te Ter Neuzen. Art. 1. De schoonhoudster, tevens concierge van het gemeentehuis wordt door burgemees ter en wethouders benoemd, geschorst en ont- slagen. Aamvrage om eervol ontslag moet minstens twee maanden voor den datum waar op zij het ontslag wil bekomen, bij burge meester en wethouders ingediend worden. Art. 2. De jaarwedde bedraagt f 500, be- nevens vrije woning met vuur en licht. De jaarwedde wordt per maand uitbetaald. Voor wat die jaarwedde betreft zijn voorts van toepassing de artrikelen 1 tot en met 4 der jaarwedde-verordening, vastgesteld 19 Mei 1921. Art. 3. De schoonhoudster, tevens concierge heeft recht op een verlof van twaalf werk- dagen per jatar. Verlof voor langer dan twee dagen moet gevraagd worden aan burgemeester en wet houders. Art. 4. De schoonhoudster, tevens. concierge, staat onder de onmiddellijke bevelen van bur gemeester en wethouders. Zij woont in het voor haar bestemde ge deelte van het gemeentehuis en moet daar be- houdens verlof, elken werkdag, dag en nacht, aanwezig zijn. Zonder vergunning van burgemeester en wethouders mag zij geen andere personen dan de leden van haar gezin, bij zich doen inwonen. Art. 5. De werkkring omvat: a. het elken werkdag schoonmaken en schoonhoudten van al de vertrekken, lokalen gangen, meubelen enz. zich in het gebouw van het gemeentehuis en de secretarie bevindende; het schoonhouden en wasschen der glasramen, zoo dikwijls dit noodig moet worden geacht. b. de jaarlijksche groote schoonmaak van het gebouw, welke op door den gemeente- nouwmeester aan te geven tijdstippen moet plants hebben; tot deeze groote schoonmaak wordt ook gerekend te oehooren het wasschen der gordijnen. c. de zorg voor het tijdig aanleggen der kachels, zoomede voor het vernchten der ver trekken, gangen en portalen en het voorzien der vertrekken en lokalen van brandstoffen, voor aes voormiddags negen uur. d. het onmiddeliijk meedeelen aian den gemeente-ibouwmeester van gebreken, welke aan de gebouwen of meubileering worden ge- constateerd. e. het bewaken van het gemeentehuis en de secretarie en van het daarin aanwezige meu- bilair en materieel. f. het na afioop der vergadering sluiten der verschillende lokalen en van de buiten- deuren, toegang gevende tot het gemeentehuis en het zorgen voor het niet betreden der ver trekken of lokalen door onbevoegde personen. g. de zorg voor en het behoorlijk luchten van alle kamers, zoowel van het gemeentehuis als van de secretarie. h. het leveren in het gemeentehuis van de verlangde ververschingen voor de vergaderin- gen van den gemeenteraad, burgemeester en wethouders en van de commissies en, zoo noodig, de zorg voor een goede bediening. De bedoelde levering geschiedt naar een door burgemeester en wethouders goed te keuren tarief. Art. 6. Het is de schoonhoudster, tevens concierge, of degenen die haar bij de werk- zaamheden behulpzaam zijn, ten strengste ver- boden inzage te nemen van boeken of stukken, die zich in een der lokalen van het gemeente huis of de secretarie bevinden, noch inlichtin- gen te geven in zaken de gemeente-huishou- ding betreffende. Art. 7. Deze verordening treedt in werking op 1 Juli 1924. Deze verordening wordt vastgesteld met algemeene stemmen. 12. Verzoek om ontslag als verloskundige. Ingekomen is een verzoek van M. Laro- Bouterse, verloskundige in de kom, die wegens benoeming te Arein en Velden, verzoekt haar met ingang van 1 Juli a.s. eervol ontslag te verleenen. Burgemeester en wethouders stellen voor, eervol ontslag te verleenen met ingang van 1 September a.s. met de bedoeling dan voor het tijdvak van 1 Juli tot 1 September aan de be- langhebbende verlof te verleenen, onder voor waarde, dat in dien tijd door haar in de ver- vanging van den dienst wordt voorzien. Met algemeene stemmen wordt aldus be- sloten. 13. Verzoek van E. D. Scheele om aankoop van gemeentegrond. Ingekomen is een adres van E. D. Scheele, wonende te Ter Neuzen, die daarin verzoekt, hem vergunning te verleenen tot het wijzigen van zijne bouwplannen, gelegen aan de Noord- straat no. 41 te Ter Neuzen. Aangezien in de Bakkerijstraat aan zijn gevel op 10.56 M. afstand van den voorgevel een terugsprong is van 11 c.M., verzoekt hij deze te mogen verplaatsen tot op 12.89 M. af stand van den voorgevel, omdat deze verande ring dient tot verfraaii'ng van den gevel. Tevens verzoekt hij het benoodigde stukje grond, groot 0,45 M2., grenzend aan zijn pand in de Bakkerijstraat voor dit doel van de ge meente Ter Neuzen voor een door den raad vast te stellen prijs te koopen. Een teekening van het voorgenomen plan wordt bij dit verzoek overgelegd. Burgemeester en wethouders stellen voor het verzoek in te willigen en het stukje grond te verkoopen voor 6, De heer SCHEELE heeft er zich over ver- wondert, dat, aangezien overal een rooilijn wordt aangegeven en men de straten overal zoo breed mogelijk tracht te houden, hier een reeds smal straatje nog zal worden ver- nauwd. Dit had kunnen worden voorkomen, door te bouwen in de richting van den gevel van het spuithuis. De zaak is nu eenmaal zoo gesteld, dat het zonder groote kosten voor den betrolckene niet meer te veranderen is, maar het spijt hem toch, dat niet in dezelfde rich- ting is gebouwd. De VOORZITTER merkt op, dat de lijn van het huis in de Bakkerijstraat met een buiging liep. Men was met de fundeering begonnen, toen men zag niet te kunnen uitkomen. Het wordt een verschil van slechts 11 c.M. over een kort gedeelte der straat. Dit kan toch geen ernstige gevolgen hebben. Toen er aanmerking op gemaakt is, heeft adressant terstond de tusschenkomst van burgemeester en wethou ders gevraagd, om het stukje grond te mogen koopen. Zij hebben gemeend, daaraan hun medewerking te moeten verleenen. Het verzoek wordt aangenomen met alge meene stemmen. 14. 1 erzoek van P. J. Visser, om afwijking van bouwvoorvraarden. Ingekomen is een adres van den heer P. J. Visser te Ter Neuzen, die daarin te kennen geeft, dat hij van de gemeente heeft gekocht, een perceel bouwgrond kadastraal in deze ge meente bekend sectie L no. 2065; dat in de verkoopvoorwaarden o.a. is vermeld, de daarop te bouwen woningen aan de straatzijde een hoogte moeten hebben van tenminste 7 M.; dat thans in deze gemeente geen behoefte bestaat aan heerenhuizen, doch wel aan min der kostbare burgerhuizen; reden waarom hij den raad beleefd verzoekt, aan hem van genoemde voorwaarde ontheffing te verleenen, en de hoogte der te bouwen wo ningen te bepalen op 6,35 M., overeenkomstig bijgevoegde schetsteekening. Burgemeester en wethouders, overwegende, dat aan adressant bij bedoeld besluit is ver kocht ongeveer 750 M2. gemeentegrond, aan de Markt, en hem daarbij de verplichting is op- gelegd, dat de op dien grond te stichten ge bouwen aan de straatzijde minstens zeven meter hoog moeten zijn, gerekend vanaf het niveau van de aangrenzende straat; dat adressant thans ontheffing dier bepaling erzoekt, omdat, naar zijn oordeel, geen be hoefte bestaat aan heerenhuizen, doch wel aan minder kostbare burgerwoningen; dat de hoogte der genoemde gebouwen meer zal zijn dan wanneer zij worden gebouwd vol- gens de minimum-eischen der bouwverorde ning; dat de hoogte der beneden- en boven-woon- vertrekken, in elk geval mag worden gemaakt volgens de minimum-eischen der bouwveror dening; dat een meerdere hoogte der woningen deze dus wel duurder maakt, doch dat de bewoon- baarheid daardoor niet verbetert; stellen voor te besluiten: in afwijking van bovengenoemd raadsbesluit de hoogte van de gebouwen op het perceel sectie L, no. 2065, nader vast te stellen op 6,35 M. boven de straat. De heer VAN DIJKE merkt op, dat men op dit terrein 5 woningen wenscht te bouwen. waarvoor men de uiterste maten van de bouw verordening heeft aangenomen, met een plat dak, dat 65 c.M. lager komt, dan in het raads besluit is voorgeschreven. Hij zal zich niet tegen het voorstel verklaren, omdat de hoek daar in de nabijheid toch al bedorven is. Waar langs fieri opril van de Scheldekade toegelaten is om zulke lage woningtjes te bouwen, kan Ouderdom en Gezondheid. De oude dag verklaart niet noodzakelijk nierzwakte, rugpijn, stijfheid der spieren, rheumatische pijnen en last met de urine bij menschen op leeftijd; want terwijl sommigen jong zijn op 80-jarigen leeftijd, zijn anderen oud als zij 60 zijn. Maar de oude dag brengt gezondheidswijs- heid. Oude menschen zijn verstandig door de harde ondervinding, en zij zeggen: „Wees opgewekt, maar ga niet laat naar bed. Vermijd zware maaltijden en buitensporig- heden. Neem lichaamsoefening en de noodige rust". Zoovelen verwaarloozen deze eenvou- dige regels en worden bijgevolg te spoedig oud. Foster's Rugpijn Nieren Pillen passen oude menschen. Zij regelen de urinewegen zonder de maag, lever of ingewanden te verstoren. Zij bevrijden bejaarde personen van rugpijn, verminderen de aanleg voor rheumatiek en helpen om de kwade gevolgen van urinezuur op het gezicht, het geheugen en het gehoor tegen te gaan. Duizenden danken hun goede gezondheid aan Foster's Pillen. Te Ter Neuzen verkrijgbaar bij de Firma A. van OverbeekeLeunis a f 1,75 per flacon (geel etiket met zwarten opdruk). 28 men het den heer Visser voor het op enkele rtappen daarvan gelegen terrein ook niet wei geren, maar spreker betreurt, dat die bouw vergunningen verleend zijn. Het zullen echter ook hier de omgeving ontsierende woningen worden. Een verdieping van 2,60 M., zooals men die wil maken, is beslist te laag. De heer GEELHOEDT kan niet zeggen, dat het voorstel hem toelacht; er zal wellicht geen meerderhedd te vinden zijn om het tegen te houden, maar vindt het jammer, dat het dezen weg uitgaat. Hij stelt de vraag, of voor die woningen gebouwd aan den opril van de Schel dekade ook niet een verzoek aan den raad had moeten worden gericht, daar toch ook voor die woningen den eisch van 7 M. hoogte goldt. Op dien weg voortgaande, kunnen burge meester en wethouders wel overal zulke huis- jes laten bouwen. Als zoo maar klakkeloos van contractueel vastgestelde bepalingen wordt af- geweken, behoeft men nimmer meer voor een of ander voorwaarden te stellen. Hij vindt het jammer, dat die woningen daar zijn gebouwd, daarvoor was ook wel een andere plaats te vin den geweest. De heer SCHEELE meent, dat men bjj de beoordeeling van den bouw dier huisjes moet letten op de historie, hoe men er toe gekomen is. Hij acht het ook wel spijtig, dat het zoo loopt, maar men moet er toch ook rekening mee houden, dat het gewenscht is den particu- lieren bouw te bevorderen, opdat de gemeente er van af komt. De eigenaar van den grond heeft aan het vroegere college de vraag ge steld, of het hem ook zou vergund worden aan de achterzijde, dus aan de Walstraat, woningen te ibouwen zooals aan die straat toegelaten zijn. Hem is toen te kennen gegeven, dat dit zou afhangen van de in te dienen plannen, zoodat hij die dan maar eens moest inzenden. Dit is geschied en de bouw is gevolgd. Jam mer acht hij het, dat zich bij den bouw nog een incident heeft voorgedaan, waarvan het gevolg was, dat een minder ooglijke hoek aan het hoekhuis is gemaakt en de voorkamer in den voorgevel maar een raam kon hebben. Dit is een gevolg van de meening van den burgemees ter en de secretaris, dat de bouwer op den hoek enkele millimeters grond te veel had in- genomen. Als men nu van de zijde van den heer Visser naar de Scheldekade gaat, wendt men het hoofd rechts, om dien leelijken hoek maar niet te zien. Spreker is van oordeel, dat de particuliere bouw moet bevorderd worden. Indien men moet bouwen volgens de aangegeven hoogte kost het te veel geld en practisch zijn de wo ningen niet beter. Hij kan daarom het voor stel steunen. De VOORZITTER geeft te kennen, dat bur gemeester en wethouders in een moeilijk sta dium gekomen zijn. Het terrein aan de Schel dekade en aan de Burgemeester Geillstraat is in orde gebracht, met de bedoeling, dat daar aan heerenhuizen zouden worden gebouwd. Nu is er daamaar voor het oogenblik weinig vraag. Men ziet het b.v. aan den heer Van Cantfort, die daar ook terrein gekocht heeft, maar het niet bebouwt. Er is vraag naar klei- nere burgerhuizen. Nu had de heer De Brujjne, de eigenaar van den grond langs den oprit naar de Schelde kade aan het vorig college al eens de vraag gesteld, of aan de zijde van de Walstraat ook kleinere woningen zou mogen bouwen. Hem was geenerlei toezegging gedaan, maar er was gezegd, dat men de plannen zou afwachten, en deze overwegen. Nu was die grond van af de Scheldekade ook nog al diep en daarvoor was moeilijk een kooper te vinden. Het oude college heeft de plannen niet meer kunnen beoordeelen; die kwamen bij het nieu we en dat heeft gemeend, onder de tegenwoor- dige omstandigheden de belangen der gemeen te te dienen, door de bouwvergunning te geven. Het was ook van meening die vergunning te kunnen geven, aangezien die oprit niet bij de Scheldekade behoort en alleen daarvoor die hoogte is voorgeschreven. Hier, bij den heer Visser is het wat anders, aangezien daar de hoogte in het raadsbesluit is voorgeschreven. Wat de bemerking van den heer Scheele be treft over den hoek van de eene woning, deelt spreker mede, dat er een hoek was met een straal van 0<§5 M. en eene van 1,15 M. Hij wilde de woning met de kleinste hoek maken, doch toen werd een gedeelte van de gemeente grond ingenomen, waardoor het trottoir daar ook te smal werd. Toen is de heer De Bruijne in overweging gegeven de stoep te veranderen, opdat hij den hoek van de woning met de kleine straal kon maken, doch dan te stoppen en den noodigen grond aan den raad in koop te vragen. De heer De Bruijne of zijn lastgever gaven er echtey de voorkeur aan om voort te werken en edn grootere schuine hoek aan te brengen. Het betrof niet enkele millimeters, zooals de heer Scheele meende, maar men was 85 c.M. te diep gegaan. Wat het terrain van den heer Visser betreft, deze heeft indertijd den grond gekocht, te ken nen gevende, dat hij daar een garage zou bou wen met groote glazen rudten, kortom een. luxe gebouw. Die belofte is niet ingelost en er bestond een bepaling, dat de grond binnen 2 jaar bebouwd moest zijn. Die termijn is al eens verlengd en gedeputeerde staten hebben er ook al eens naar gevraagd. Was het terrein niet binnen de bepaalden tijd bebouwd, dan was de heer Visser het weer kwijt. Hij heeft toen een stuk verkocht aan den heer Doussy en zou het nu kunnen verkoopen voor den bouw van kleine burgerhuisjes. Spreker meent, dat de raad daaraan moet tegemoet- komen, want dat deze in geen geval de om geving meer zullen ontsieren, dan de muur rondom het erf van den heer Doussy. Overi gens wordt het terrein meermalen verhuurd voor het plaatsen van woonwagens en spreker betwijfelt, of dat nu ook wel zoo ooglijk is. Het voorstel wordt aangenomen met alge meene stemmen. (Zle verder het Eerste Blad).

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1924 | | pagina 7