ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. No. 7608. Maandag 19 Mei 1924. 64e Jaargaug. DE BROEDERS. K 1EZERSLIJST. BINNENLAND. FEPHLETOH. TWEEDE KAMER. Vergadering van Vrijdag. De heer van Ravesteijn (comm.) houdt een interpellatia over den stand van de onderhandelingen met Rusland. Spr. meent, dat Nederland heeft ge'tjracht veel koop- mansvoordeelen te verkrijgen zonder iets te betalen, behalve de rekening,. Hij be- pleit de handelsbelangen van Rotterdam. Hi] stelt een zeventlai v'ragen betreffende de onzekerheid en den abnormalen toestand waaraan d® minister door spoedige voile- dige hervatting van de betrekkingen met Rusland-«en einde kon maken. Minister van Karnebeek antwoordt dat Nederland groote liberaliteit heeft getoond doch dat Rusland's reserve met betrekking tot d« voordeelen, die Rusland zou toe- kennen aan staten die dit land reeds eerdfcr erkenden, \velke aan Nederland zouden wor den onthouden, onoverkomelijk was. Eenzielfde reserve ten aanzien van de schulden was onoVerkomelijk. De abnor mal® toestand kan alleen verdwijnen door medewerking van Rusland, doch er is geen enkel beletsel voor het gbruik van de Rot- terdarnsche haven ook zander verdrag. Ne derland heeft voor een goede oplossing ge- daan wat h«t kon. De heer Troelstra (s.d.) kwalificeert de interpellate als een poging tot verzwak- king van h«t Nederlandsche standpunt ten gunste van Rusland. DE EERSTE VREDESCONFERENTIE. Zaterdagmiddag vond in de Ridderzaal op het Binnenhof de herdenkingsplechtig- heid plaats van de eerste Haagsche Vredes- eonferentie welke, op initiatief van Csaar Nicolaas II van Rusland werd bijeengeroe- pen en gehouden werd in het Huis ten Bosch. De conference werd geopend onder voorzitterschap van den eersten Russischen gedelegeerde, den heer de Staal, destijds Russisch ambassadeur te Londen, op den 18en Mei 18'99. De Nederlandsche delega- tie bestond uit de heeren Jhr. A. P. C. van Karnebeek, generaal J. G. E. den Beer Poor- tugael, Staatsraad Mr. T. M, C. Asser en kapt. ter zee A. P. Tadema, Op de eerste vredesconferentie werden gewichtige besluiten genomen; o. a. werd door de overeenkomst van 29 Juli 1899 in- gesteld het Permanente Hof van Arbitrage. Ook in het buitenland bestond voor de herdenkingsplechtigheid van Zaterdagmid dag groote belangstelling. Verschillende prominente lichamen op pacifistisch en in- ternationaal gebied waren vertegenwoor- digd Het uitvoerend bureau van de inter- parlementaire Unie verzocht aan zijn Hol- landsch medelid, den heer Mr. Dr. D. A. P. N. Koolen het bij deze gelegenheid te ver- tegenwoordigen. De Wereldbond der ker- ken werd vertegenwoordigd door Prof. Dr. J. A. Kramer te Utrecht en de Union des Associations pour la Societe des Nations te Brussel door den Belgischen senator H. La- fontaine. De Tsjecho-Slowaaksche vereeni ging voor den Volkenbond door den heer Fierlinger, zaakgelastigde bij 't Nederland sche Hof, terwijl de Grieksche gezant, de 24) (Vervolg.) Alsof een dichte nev®l voor zijn oogen wegtrok, lag' plotseljng klaar en duide- lijk het feven voor den baron open. Hij scheen in duisteren nacht te hebben ge- wandeld. Maar thans omstraalde hem de heldere dag. Hij gevoelde zich niet meer ongtlukkig.... hij voelde zich vrij... hij haalde verlicht adem. En dat alles wist u, Kifty? vroeg hij verbaasd. Neen, zeide zij ik wist het niet, al vermoedde ik het. Thans eerst heeft mij een onderhoud met tnijn oom voile licht verschaft, en ik dacht dat het u in uw stemming van nut kon zijn, eveneens hel- der te zien. Ja, u hebt gelijk. Ik dank u van heeler harte. Ik bewonder uw moed en uw helderheid. Weet u, Kitty, dat u mij meer dan het leven gereddat u mij deg moed om te leven teruggegeven hebt? Zij1 keek hem met stratende oogen aan en een licht rood steeg op in baar gelaat. Dan zal u de smart, die deze ont- goocheling u veroorzaakt, opk overwin- nen, zlei ze En u fcal -uw broeder vergiffenis schenken? Zijn gezicht werd weer scfirrtjer. Dat staat op een ander blad, zei hij koud. Uw broeder is het minste schuldig. Wie draagt dan de meeste schuld? Ik kan het niet zeggen. Waarom niet? heer Kapsambelis, de vertegenwoordiging van de Grieksche vereeniging vooir den Vol kenbond op zich had genomen; graaf Mus- kahoji, gezantsehapsattache te Brussel, ver- tegenwoordigde de Japansche vereeniging voor den Volkenbond. Generaal van Schoe- naich was aanwezig namens den Bund Neues Vaterland en prof. Ludwig Quidde namens de Deutsche Friedensgesellschaft. Voor de Engelsche National Peace Councel kwam al9 reeds gemeld, miss Fry, de doch- ter van den eersten Engelschen gedelegeer de ter tweede Vredesconferentie in 1907. De te Parijs gevestigde Association National Russe pour la Societe des Nations had den heer Briantchaninoff verzocht tegenwoordig te zijn. Voorts ontving het bureau van ihet Uit voerend Comite der 18 Mei-herdenking van den secretaris-generaal van den Volken bond, sir Eric Drummond een uitvoerig schrijven, waarin deze het betreurt persoon- lijk verhinderd te zijn om te komen, en ten gevolge van de vele werkzaamheden, welke op het Secretariaat van den Volkenbond in verband met de a.s. zitting van den Raad, geen der leden van zijn staf te kunnen af- vaardigen. Van de Volkenbomd-vereenigingen in Zwitserland, in Duitschland, in Oostenrijk, Engeland en Ierland, van de Chineesche Volkenbond-vereenigingen te Parijs geves- tigd; van de Vredes-vereenigingen in Zwe- den, Hongarije en Polen, van de New-York Peace Society; van de Internationale Arbi tration League te Londen, werden brieven ontvangen, die een gelukwensch in zicih sluiten met de herdenking, en waarin het een goede gedachte wordt geheeten om dezen eersten mijlpaal in de ontwikkeling van het dusgenoemde „Haagsche werk" te herdenken. De heer Mr. J. Limburg, voorzitter Van de Vereeniging voor Volkenbond en Vrede, opende de bijeenkomst met de volgende redevoering: Is er reden met voldoening .te gedenken, dat een kwart eeuw geleden de staten der wereld hun vertegenwoordigers opdracht gaven, zich in Den Haag te vereenigen voor blijvend vredeswerk? Of past bij dezen dag slechts de weemoed van eep hoopvol verleden, van een verbleekte illusie, van een teleurgesteld optimisme? Moeten wij, ster- velingen, ons stil terugtrekken in ons zelven, omdat wij onze krachten hebben over- schat? Bleek de menschheid minder te zijn, dan zij toen scheen? En is daarvan 't gru- welijk bewijsstuk de vreeselijkste ramp uit de moderne gesehiedenis, die sindsdien over Europa is gekomen? In de plechtigheid zelve van dezen mid- dag waartoe de Nederlandsche Vereeniging voor Volkenbond en Vrede u uitnoodigde, ligt het ontkennend antwoord op deze vra- gen. Want, niet waar, ook de medische wetenschap adit zich niet verslagen, wan- neer ondanks een door haar adepten gedane en door ieder deskundige als waardevol erkende ontdekking ter leniging van men- schelijke smarten, een epidemie haar slacht- offers maakt, de nieuwe uitvinding ten spijt. In de oogen der deskundigen was daarmee slechts bewezen, dat het nieuwe heilmiddel onvolkomenheden vertoonde, waardoor het niet afdoende beschermde tegen de gevrees- de kwaal. En men gordt zich aan met nog vuriger ijver ten arbeid in de wetenschap- pelijke laboratoria, om de nieuwe ontdek king te volmaken, teneinde opnieuw den ge- vreesden vijand tegemoet te treden. Van het principled juiste der ontdekking bleef men immers overtuigd! Het staat niet in de eerste plaats aan ons, Nederlanders, de Eerste Vredesconfe rentie in haar algemeene en internationale beteekenis te gedenken. Wellicht, dat een der beide sprekers, die ge straks zult hoo- ren, op deze zijde der conference, het licht zal doen vallen. Ik vrees u te kwetsen, want! u hebt immers miss Jefferson lief. Ah, miss Jefferson. Ik bemin haar..„ zegt u? Ja, het is waar.... ik meende haar lief te hebben.... maar had ik haar w^rkep lijk lief, Kitty? Was hetf niet maar e«n roes een droom? Als ik in uw reine oogen zie, dan is het mij alsof ik miss Jefferson nooit gezien had... nooit bemind,... O, mijnheer de baron. Neen, duizendmaal neen. Ik bemin miss Jefferson niet, riep hij uit en nu wil ik u ook zeggen, Kitty; wie ik bemind heb van het eerste uur af, waarin ik het huis van uw oom betrad. Zij hief smeekend de hand^n op. Niet verder, niet vender, smeektje zij. Ontwijd dit uur nietf en... maak mij niet beschaamd. Bloztnd verborg zij het gezicht in de handen. Vol ontroering zag Edmund op haar neer, nu zij met gebogen hoofd voor hem stond, alsof zij het vonnis van een rechter verwachtje. De zon schit;t©rde op haar blond haar, dat het blonk als een gouden kroon. Haar teere gcgtalije beefde en tusschen de blanke vingers parelden tranen. f.-^| Toen trad hij op haar toe en legde zacht, heel zacht den arm om haar heen. Ik dank u, Kitty; fluisfierde hij. lk was blind, maar jij hebt mij ziende ge- maakt... niijn hart was dood, maar jij hebt het opgowek.jtmijn ziel was van nacht en nevel vervuTd, jij htbt de zon in mijn ziel, in mijn (even gebrachtik dank je. Neen, ik zal dit uur niet ontiwijden. Wij weten beiden, wat wij gevo^len; wat wij denken. En het uur zal komen, waarin ik als vrij man voor u zal staan en naar uw hand kan dingen. Thans mag ik dat niet. Maar wel is er aanleiding voor ons in deze ure met dankbaarheid er van te ge- wagen, dat het Den Haag is geweest, dat in 1899 door de gezamenlijke regeeringen is uitgekozen als de stad, waarheen afge- vaardigden zouden samenkomen voor het vredeswerk, en dat men den Nederland- schen grond beschouwde als een klassieken bodem, waar nieuw recht tot wasdom kon komen. En wij herinneren ons, hoe wij in die dagen met een gevoel van trots zoovele juristen en diplomaten met een wereldnaam hier vereenigd zagen als gasten van de Nederlandsche regeering^ en het Haagsche stadsbestuur. De samenkomst in Nederland der Eerste Vredesconferentie, in 1907 "door de tweede gevolgd, is voor ons vaderland en zijn in ternationale positie van groote beteekenis geweest. Toen als tastbaar resu'ltaat van de Eerste Vredesconferentie het Permanente Hof van Arbitrage ontstond, kreeg het krachtens be- sluit der conference zelve zijn zetel te 's Gravenhage. Het Hof van Arbitrage, eerst gevestigd in de deftige, doch bescheiden behuizingen aan de Prinsegracht, om welhaast te verrij- zen in het weidsche Vredespaleis, door de milde hand van den Amerikaanschen Mae cenas aan de internationale rechtsgedachte geschonken; dat Vredespaleis keif, geopend in 1913 onder de auspicien van de geheele" beschaafde wereld, zij hebben de banden, die Nederland samenstrengelen met de ont wikkeling van het Volkenrecht, nog meer versterkt en toen, na den wereldoorlog de internatfonale gedachte de nieuwe wegen begon in te slaan, die door de volkenrechts- leeraars te voren waren gebaand, toen de justitieele idee van een gerechtshof het denkbeeld van arbitrage op zijde begon te streven, was het Nederland, dat begiftigd werd met het Permanente Hof van Inter nationale Justitie, dat zijn waardigen zetel vond in datzqlfde Vredespaleis. Zoo is voor Nederland's burgerij reden op den dag van heden haar dankbaarheid te uiten voor hetgeen 25 jaar geleden uit- gangspunt is geworden van een nieuw in- ternationaal rechtsleven in ons vaderland. Van die dankbaarheid meent de Vereeni ging van V. en V. zich tot tolk te mogen maken. Het was in Mei 1899 dag van werke- lijke lente, toen d6 gedelegeerden der 26 Staten zich vereenigden in het historische paleis het „Huis ten Bosch", dat door het geeerbiedigd hoofd van den Staat aan de Vredesconferentie ter beschikking was ge- gegeven De boomen stonden in vollen bloe- sem, een diepe poezie lag over het malsche Hollandsche landschap, verwarmd door de Meizon, en het was of de natuur een hymne jubelde ter eere van de Vredesgodin. In die atmosfeer begon de arbeid, vol gezonde idealen. Die arbeid werd gadegeslagen door meer dan een figuur, die zich ter wille der conferentie naar Den Haag had bege- ven, en die ten alien tijde, in de herinnering der vrienden van den Vrede zal blijven leven: Jean Bloch William Stead, Bertha von Suttner. Helaas, zij behooren niet meer tot het rijk der levenden. Maar ook over zoo- velen der Regeeringsgedelegeerden is het graf reeds geruimen tijd gesloten. Wij ge denken hier de namen der Nederlandsche vertegenwoordigers: den Beer Poortugael, Asser, Rahusen. Doch nog mag Nederland trotsch zijn op het bezit van zijn eersten gedelegeerde ter conferentie: den minister van staat, Jhr. Van Karnebeek senior. Al kan deze groote Nederlander tot ons aller leedwezen hier niet tegenwoordig zijn, ik ben overtuigd, dat zijn gedachten heden- middag zijn bij onze plechtigheid. En als hij dan zijn geestelijk oog laat dwalen over de dagen dier conferentie, dan kan zelfs z ij n bescheidenheid hem niet beletten te zien, welken goeden invloed hij, staatsman Nog te veel is er op te ruimen uit1 mijn leven. Jij hebt gezegd. dat miss Jefferson de grootste schuld droeg. O, neen; niet zijik draag de schuld- Ik; wiens oogen en hart door haar goud werden vei-blind. Maar, dat is nu voorbij. Ik Feb het echtie goud ontdektden cchfen steen van liefde entrouw, in jouw hart; Kitfty. Dank voor je liefde, je trouw; je moed en je waarheid. Hij kuste haar zacht op de gouden lokken toen zag zij naar hem op met zoo'n zalig schitteren in de blauwe oogen, dat) hij haar jujehend in zijn armen nam. Slechts een oogenb'ik rusttp zij stil aan zijn harttoen maaktb zij zich los en snelde heen. j Maar met een van geluk stralend gelaal keek hij haar na en fluisterde: O, jij; mijn gouden; zoet kind... HOOFDSTUK XV. En nu aan het werk. Hij richtte zich op en zijn gelaat;, dat in den laatsten t'ijd zoo ernstig was geworden. kreeg een vroolijke uitdrukking. Hij leek jaren jonger te zijn geworden. Toen ging hij naar zijn schrijftafel. Er moet opgeruimd en orde ge bracht worden, mompelde hij; een blik op de boeken, papieren en brieven slaande. Ja, opruimen en in orde brengen; binr.en en van buiten. Opruimen met alio valsche streven naar een licht en gemakkelijk te bereiken geluk. Opruimen het zelfbedrog der zinnen, dat hij voor liefde had gehou den. Opruimen het vuil en stof, dat zich in zijn hart had vej-zameld, en in orde brengen, alles; zoodat de vrije lucht van eerlijke zin en tervoi Streven, de vroo- van top tot teen, in 1899 op het werk van Den Haag heeft uitgeoefend; hij, de man van wie in de slotzitting de eerste Duitsche gedqlegeerde, Graaf Miinster, getuigde,'dat hij was geweest: „la cheville ouvriere de la conference". Uit naam der Vereeniging voor V. en V. breng ik hem van deze plaats onze eerbiedige hulde. Ook thans gelijk in 1899 sfemt de schoone Meimaand ons alien tot idealisme. Het ver- rukkelijke jonge groen is ontloken. De na tuur ademt Vrede. Moge ook Vrede komen over de menschheid! Vervolgens werd de rede, opgesteld door wijlen baron d'Estournelles de Constant (22 November 185215 Mei 1924), in leven senator en oud-gevolmachtigde van Frank- rijk ter beide Vredesconferenties, naar het door den overledene kenbaar gemaakt ver- langen, door zijn zoon uitgesproken. Deze rede was in zes hoofdstukken inge- deeld: de nacht van den voortdurenden en algemeenen oorlog; de dageraad van Den Haag; de Nieuwe Wereld komt de Oude te hulp; eerste resultaten; de bewapenings- wedloop en de catastrophe; de Volkenbond, in den geest van Den Haag. De steller der rede merkt in de eerste plaats op, dat de vijf-en-twintigjarige ge- denkdag van de eerste Vredesconferentie slechts een flauw schijnsel vormt in den peilloozen nacht der opeengestapelde moordpartijen en verwoestingen welke het lot zijn geweest van de volken dezer aarde sinds duizend jaren waarin de sterkste over den zwakkere triomfqerde. Maar op den duur zal de datum van 18 Mei 1899 een der grootste feesten van de menschheid worden. Hij is de verwonderde getuige geweest, van de eerste straling van dit licht, dat zich thans wekt, na den wreedsten van alle oor- logen, in de bijna anarchistische wanorde waartoe de beschaving schijnt terug te kee- ren, ondanks alles over de wereld verspreidt. Na die toegejuichte rede bracht Albert Vogel een fragment uit Antigone van Sophacler ten gehoore; het orkest voerde een tweetal muziekstukken uit. Daarop werd het woord gevoerd door Chr. Lange, uit Geneve, secretaris-generaal van de Interparlementaire Unie, oud-tech- nisch gedelegeerde van Noorwegen ter tweede vredes-conferentie, terwijl het slot- woord werd uitgesproken door den Minister van Buitenlandsche Zaken, den heer Van Karnebeek. Mr. W. P. GRAAF VAN BFLANDT. f Te 's Gravenhage is overleden Mr. W. P. Graaf van Bylandt, opperhofmaarschalk van H. M. de Koningin. DE RENTEZEGELS. Het Staatsblad no. 22 bevat het besluit van 1 dezer, tot wijziging van het K. B. van 22 Nov. 1919 (St.bid. no. 764, hou- dende vaststelliDg van de modellen der rentezegels en van aanwijzing der plaatsen, waarop deze zegels ten verkoop voorhanden zijn, zooals dat besluit laatstelijk is gewij- zigd bij K. B. van 80 Juli 1923 (St.bid. no 383.) Het onder le, 2e, 3e en 4e bepaalde van het model van de rentezegels, als bedoeld in art. 1 van voornoemd besluit, wordt gelezen als volgt le. de kleur van het rentezegel voor loonklasse I is roode opdruk op lichtrooden onderdruk en de op het zegel uitgedrukte geldswaarde 25 cent 2e. de kleur van het rentezegel voor loonklasse II is bruine opdruk op groenen onderdruk en de op het zegel uitgedrukte geldswaarde 30 cent 3e. de kleru van het rentezegel voor loonklasse 111 is roode opdruk op blauwen Iijke zonneschijn van een rein z«lfgewon- nen geluk in zijn hart intocht mocht hou- den. Opruimen binnen en buiten. De jgrondsla- gen van zijn leven, van zijn geluk vaster te Ieggen dan op vreemd goud en zinsbe- goocheling geschieden kon. Daarbij ging' het erfdeel der vaderen wel voor hem verloren, maar een ander erf deel werd daarvoor het zijne; «er, geluk en eerbied voor zichzelf. Hij liep een paar maal in de kamer heen en weer, besluiteloos; waar en hoe hij zou beginnen, toen Villerbeck bij hem werd aangediend. Daar hebben we het begin dacht hij, en liet den aangediende binnen. De majoor had zich snel in de nieuwe positie geschikt, toen miss Jefferson hem van de verbroken verloving met Edmund vertelde, kort en bondig vcrklaard had; dat zij met Ferdinand ging trouwen, die bereid was ontslag uit den dienst te ne- men. Toen hij wat tegenwerpingen maakte en sprak van het verlies, dat hip door die verandering van plannen zou moeten lijden, zei miss Jefferson: Uw verliezren zal ik vergoede nbo- vendien zal u nog een ujd lang mijn zaak- waarnemer zijn en ik denk, dat u daar niet slecht bij vaart. Toen toonde hij zich gehejel tevreden met den ommekeer van zaken en stelde nu met miss Jefferson in een lang onder houd de maatregelen voor de naaste toe- komst vast. Het lot van Edmund was hem volkomen onverschiHig, als hij zelf er maar voordeel bij vond. U komt als geroepen, majoor; ont ving hem de baron, Neam plaats ik heb heel wat met u fie bespreken. Villerbeck liet zijn verbazing niet merken. onderdruk en de op het zegel uitgedrukte geldswaarde 40 cent 4e. de kleur van het rentezegel voor loonklasse IV is blauwe opdruk op groenen onderdruk en de op het zegel uitgedrukte geldswaarde 50 cent. De thans bestaande rentezegels voor de loonklassen I, II, 111 en IV onderseheiden- lijk blauw violet op licht violetten onder- grond, roodbruin oplichtbruiuen ondergrond, geelgroen op lichtgroenen ondergrond en bruingeel op lichtgelen ondergrond, blijven geld'g DE VERZAND1NG VAN DE SCHELDE. De /Neptune" heeft een onderhoud ge- had met den heer H. van Oordt, hoofd- ingenieur bij den Rijkswaterstaat te Middel- burg, in verband met de verzanding van de Schelde De heer Van Oordt betoogde. dat Nederland altijd Belgie gesteund had bij de uitvoering van maatregelen om de Schelde op diepte te houden. Er was geen enkele reden aan te geven, waarom in de toekomst een andere gedragslijn zou worden gevolgd. De goedkeuring van de te nemen maat regelen door de Nederlandsche regeering is zeer spoedig afgekomen. Vier en twintig uur later begon de uitvoering en werkten de baggermachines reeds. Men moet echter, zeide de heer Van Oordt, rekening houden met de elementen. De ondiepten verplaatsen zich voortdurend. Sedert 1914 is in de Schelde niet meer gebaggerd. Hoofdzaak is, dat men nu studie gaat maken van middelen, die afdoende zullen blijken te zijn tegen de natuur- elementen. Men mag niet te lang wachten met de baggerwerken in de passen. DE WESTER-SCHELDE. Zaterdag is officieel de sluiting van de overeenkomst tot beperking van de con- currentie tusschen den Nederlandschen en den Belgischen loodsdienst op de Wester- Schelde bekend gemaakt, waarvan we den inhoud reeds eenige dagen geleden hebben meegedeeld. De (Brusselsche) Standaard sehrijft De vernielingswerken aan het wrak van de Sierra Grande worden langzaam voort- gezet. Men hoopt tegen het einde van de maand het bovendeel van de boot weg- geruimd te hebben tot op een diepte van zeven meter onder laag waterpeil. Om het overige deel van de boot gelijk met den bodem te maken zal men nog onge- veer 2r/2 maand noodig hebben, zoodat de onderbreking van de scheepvaart meer dan vier maanden zal geduurd hebben vermits de Sierra Grande op 8 April is gezonken. DE KOSTEN DER BELGISCHE GEINTERNEERDEN. Een B. T. A.-telegram d.d. Brussel 16 Mei, meldt dat de „Moniteur" (Staats- courant) de wet bevat betreffende de regeling van de interneering der Belgische militairen in Nederland gedurende den oorlog. HET CONFLICT IN DE TWENTSCHE TEXTIELN1J VERHEID. De besturen van het R.-K. Vakbureau en het Christelijk Nationaal Vakverbond hebben zich in een uitvoerigen brief tot den Minister tan justitie gewend in ver band met de geLeurtenissen te Enschede Zij hebben den Minister terzocht te laten nagaan, door welke oorzaken het mogelijk was dat de leden der R-K. en Christelijke organisaties niet voldoende beschermd werden en vervolgens, of zoodra het weer Het verheugt mij, baron; zei hij u na- al de onaangename- gefoeurtenissen zoo voorbereid, zoo opgewekt te zien. Deze ongename gebuurtenissen wa ren gemakkelijk vermeden als men eertij- ker en meer oprecht tegenover mij was geweest. Ik hoop niet, baron; dat dit verwijt mij moet gelden? Inderdaad, neen! Ik geloof; dat u op uw inanier eerlijk geweest is; het was immers slechts uw voordeel. Ik herinner er u aan baron, dat niet ik het was, die u opzocht; maar dat u tot mij kwam. Het is waar, ik zelf draag de meeste schuld; doch faten we dat blijven; het komt er niet meer op 'aan. Nu geldt het, het kluwen van verwarring ordelijk ie ont- wikkelen. Naar mijn meening geschiedt dat het best in alle k aim Je en zond r eenig opzien. Stellig. Ik haat allle schandaal. Wat aan mij ligt zal geschieden om alle ge- praat te vermijden. Opzien zal de historic nog genoeg baren. U komt als zaakwaar- nemer van miss Jefferson? La.en we zeggen, als bemiddclaar tus schen haar en u. Te bemiddelen is hier niets, vvaarde heer. De breuk is onherstelbaar. Ik weet dat en doe ook geen moeite. om een verzoening tot stand te brengen. Maar er is toch wel iets, dafi door onpar- tijdige bemiddeling te lCgelen zou zijn. Nu, kom dan maar eens daarmee voor den dag. Ik ben benieuwd naar uw bemiddeling. (Wordt vervolgd.) COURA Burgemeester en Wethouders van TEK NELZEN maken bekend, dat de op 22 Maart j 1. vastgestelde kiezerslijst, zooals deze thans luidt tot 15 Mei van het volgende jaar van kracht blijft, behoudens de wijzigingen daarin tengevolge van rechteilijke uit- spraken, wetke wijziging der lijst bevelen, te brengen. De kiezerslijst blijft \;oor een ieder op de secre tary der gemeente ter inzage_ nedergelegd en in afschrift, tegen betaling der kosten, verkrijgbaar. Ter Neuzen, den 15 Mei 1924. Burgeraeester en Wethouders voornoemd. J. HUIZINGA, Burgemeester. B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1924 | | pagina 1