ALGEMEEN XIEUWS- EN ADVERTENTIEELAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANPEREN.
m
No. 7578
Vnjdag 7 Maart 1924.
64e Jaargaug.
55 Canadaboomen,
Een Volksvijand.
jeq heR/STJei i3.Zj.a_id
B I N N E N l A N D.
De Burgemeester van SAS VAN
GENT, zal op >1 atsndasJ den
17den Miifurl a.»., v. m. 11 *iur, ter
plaatse, in het openbaar aan den meest
biedenden verkoopen
wassende nabij het Spoorwegstation in
de gemeente Sas van Gent.
Sas va-: Gent, 6 Maart 1924.
De Burgemeester vooinoemd,
L. W. G. HOEFNAGELS.
Aldus de titel van een beroemd stuk van
Ibsen, waarvan ons niet bekend is, of het
voor op veering geschikt is, en waar onge-
twijfelid passages in voorkomen, die zeer
moeilijk zullen te spelen zijn. Ibsen iaat ons
heel lang in twijfel, wat hij eigenlijk met
zijn titel bedoelt. Hij geeft een interessante,
boeiende beschrijving van elkaar zeer snel
opvolgende gebeurtenissen in een stadje in
het Zuiden van Noorwegen, dat korten tijd
geLeden, vooral door het initiatief van Dr.
Stockmann, een badplaats is geworden.
Daar zijn reeds beiangrijke baten gevloeid
in de stadskas en in de beurzen van huis-
eigenaars en pension- en hotelhouders,
maar nu opeetis komt de consentieuze
badarts tot de ontdekking, dat het water ter
plaatse op schrikkelijke wijze gei'nfeeteerd
is, en o,p al te luidruchtige en ingrijpende
wijze -wil hij dan aan het werk, om ilit den
volke kond te doen. Wat de gevolgen van
zijn daad zullen zijn voor stad en bad, be-
denkt Dr. Stockmann in geen deele, en of
er niet een middenweg bewandeld zou kun-
nen word-en, overdenkt hij evenmin. Zijn
eenig streven is nu maar om de zaak pu-
bliek te maken, maar wij krijgen in geen
enkel opzicht den indruk, dat het hem er nu
wefkelijk om te doen is om het heil van zijn
woonplaats en van de mede aan zijn zorgen
toevertrouwde bewoners te bevorderen. Hij
is er maar den heel-en tijd over bezig: hoe
men hem eeren zal, en het is d'us slechts ne-
deri-e eidenbeid, als hij een hu'diging,
die hem ten deel zou kunnen vallen, en waar
sommigen even op zirespeten, afslaat.
Dr. Stockmann zint op iedere gelegen-
heid, die maar binnen zijn bereik zou kun
nen liggen, om den menschen te laten zien,
weike groote sanitaire nadeelen stad en dus
ook badplaats bedreigen. Hij weet van geen
matiging. Zijn groote artikel, dat hij wil
laten opnemen in de courant, waar hij eerst
zeer veel invloed bij heeft, wordt niet alleen
niet geplaatst, doch tot zijn ergernis en ver-
bazing door een stuk van zijn broeder, die
in dezelfde stad burgemeester is, vervan-
gen. En dan neemt hij zijn toevlucht tot het
houden van een openbare vergadcring,
waar hij niet dan met groote moeite een
zaat voor kan krijgen. Eohter wordt ook die
vergadering in de war gestuurd. Men kiest
buiten-'s dokters-goedkeuring-om een voor-
zitter voor dit samenzijn, zoodat de spreker
niet meer volkomen vrijheid heeft om te
zeggen wat hij wil, en als hij dan eindelijk
aan het woord komt, en in plaats van
over de dreigende infectie van het water
veel breeder, maar ook veel beleedigender
gaat sip re ken over de politieke leiding van
de gemeente, en daardoor in conflict komt
met zijn broer, den burgemeester, en met al
de andere autoriteiten, wordt er vrij
aan het samenzijn een eind ge
maakt. Lr wordt een stemming gehouden:
of men het met Dr. Stockmann eens. is of
niet eens. Blauwe en witte ibiljetjes wor
den uitgereikt: wie wit stemt is tegen den
badarts, en wie blauw stemt, is voor. Met
op een na algemeene stemmen wordt hij in
het ongelijk gesteld, endie eene blauwe
stem blijkt te zijn uitgebracht door een
dronkelap, die het samenzijn bij wijze van
puiblicke vermakelijkheid is komen bij-
wonen!
Dan wordt Dr. Stockmann door een joe-
lende vol.ksmenigte uitgejouwd en naar
huiis begcleid onder de v-oortdurende uit-
roepen: ..Volksvijand! Volksvijand!"
Wie het stuk van Ibsen on'bevangen leest,
zonder te voren te hebben vernomen wat de
bedoeling van den schrijver met zijn stuk
was, zal tot zoover gekomen, (en is men
hier reeds op biz. 85 van het 105 pagina's
groote stuk!) zeker nog niet op de gedach-
te komen, dat Ibsen bedoeld heeft: iets
tegen het alcoholmisbruik te schrijven of te
zeggen. Het is zoo: op biz. 14 lezen we
een tafereeltje over de ontvangst van be-
zoekers in den huize-Stockmann, waar
arak, rhum en cognac worden n'ccrorczet en
zeker ook in overvloeiende mate gebruikt"
en op biz. 31 biedt de dokter vrij ongemo-
tiveerd iemand een glas sherry aan, maar
het iduurt dan toch tot biz. 83, voor we een
heer in de groote volksmenigte van het ge-
rucht melding hooren maken, dat de bad-
arts zou „drinken", terwijl dan op biz. 85
een ander opmerkt, dat het dezen avond, na
het groote echec, dat Dr. Stockmann ge-
leden heeft, niet zonder gevaar zou wezen,
om te zijnen huize punch te gaan drinken.
En toch gelooven wij stellig, dat Ibsen
heeft widen aantoonen, hoe de volksvijand
niet is deze badarts met zijn (misschien
wat overdreven doorgevoerde maar toch) in
ieder geval goedbedoeld'e critiek op de lei
ding der gemeentebelangen in zijr stad,
lar dit de groote volksvijand is de drank,
dm o in dat huis wordt geschonken en
gebruikt, en die dezen man tot een slaaf
heeft gemaakt, zoodat hij tengevoige van
overmatig alcohotgebruik er toe komt
dwaze en dolle dingen te doen, en hij alle
voorzichtigheid en alle goed beleid aflegt en
schuwt.
Juist, dat de alcohol in het heele stuk
niet dan met een enkel woord is genoemd,
is van Ibsen zoo goed gezien. Hij heeft im-
mers willen toonen, hoe gevaarlijk deze
vijand is. Op deze wijze toch kunnen ove-
rigens bekwame menschen worden tot over-
drtveri ijveraars, en wordt alle omzichtig-
heid geschuwd, ja veracht, zoodat door al-
lerlei excessen een groote etlen.de gebracht
wordt niet slechts over een persoon, maar
over een heel gezin en mogelijk nog over
breeder kring.
Wij stetlen ons hier en nergens purtij bij
de vraag: op weike wijze het verderfelijk al
coholmisbruik het degelijkst en afauendst
kan worden tegengegaan. Wij weten, dat
daar menschen zijn, die voor geheelonthou-
ding ijveren, en die alleen daarin een radi-
caal en afdoend middel vinden. Wij weten
ook van ernstige en degelij.ke menschen,
die dit radicalisme schuwen en die alleen in
matiging en bestrijding van alcohol-m/'s-
bruik heil zien en nut.
Een ding lijkt ons echter bewezen en on-
wedersprekelijk: Tegen dezen Volksvijand
moet ons heele volk zich wapenen. In een
van de maandbladen van den Volksbond
tegen drankmisbruik heeft men korien tijd
geteden kunnen lezen, dat een hoogleeraar
den alcohol verdedigde. Deze professor
meende: 't was nooit zoo groot het nadeel,
dat de tnensch van den alcohol onderging.
Hij beweerde: binnen een uur of vijf was
bijvoorbeeld een glas port bij een menscli
er wel weer uit. Of hij er dan intusschen
niet iets van behield en er in het geheel geen
nadeel van ondervonden kon hebben, dat
zei de hoogleeraar niet. Maar de iioogge-
leerde wist nog meer te vertellen: Alcohol
maakt, volgens hem, dat men zich wat aan-
genamer voelt, ook smaakte het eteu beter
als men er een glas wijn bij drinkt, en het
gesprek vlotte ook beter; bovendien wij
geven de leelijke zinsnede nu letterlijk weer,
zcoals wij die vonden „is eeri 'van de
gevolgen van het gebruik van alcohol, dat
men alltrlei gezanik van dagelijksche be-
sljmmeringen gemakkelijker uit zijn hoofd
zet en daardoor beter uitrust."
Het is mogelijk, dat deze hoogleeraar
voor een deel gelijk heeft. Maar dan had-
den wij in deze ernstige tijden, nu alom de
alcohol als volksvijand wordt gezien, toch
gemeend van een man van breeden blik en
ernstigen levtnswil te mogen verwachten,
dat hij bij deze vriendelijkheden aan het
adres van den alcohol tegelijk getoond had
te beseffen, hoe vreeselijk de gevolgen zijn
van het misbruik, dat nu eenmaal (bij
zwakke natureh) met het gebruik ten
nauwste samenhangt.
Er is 'n ander hoogleeraar geweest (Prof.
Dr. Is. van Dijk), die indertijd te Groningen
een schitterend pleidooi heeft gehouden ten
gunste van de drankbestrijding, en die bij
die gelegenheid tevens heeft getoond, niet
blind te zijn voor de schaduwzijden, die ook
aan dit overigens loffelijk streven verbon-
den zijn. Juist op die wijze kan men dat-
gene, wat voor een zaak pleit, het beste
aantoonen, als men bewijst ook niet blind
te zijn voor datgene, wat daartegen is in te
brengen. En zoo stemt Prof. Van Dijk dan
ook volmondig toe, dat er drankbestrijders
zijn, die zich beter wanen dan andere men
schen, en dat er ook zulken zijn, die door
een eenzijdig belichten van bijbelplaatsen
bewijsmateriaal meenen te kunnen samen-
brengen ten gunste van de drankbestrijding,
terwijl niet geheel ten onrechte ook als be-
zwaar tegen te-ver-doorgedVeven bestrij
ding van alle alcoholmisbruik en -gebruik
j u kunnen worden gewag gemaakt van
een ascetisch streven, dat schijnt te willen
ontkennen, dat „de aarde is des Heeren en
de volheid derzelve".
Maar ook al behoeft men deze bezwaren
t; en de drankbestrijding en de drankbe
strijders niet geheel te ontkennen, dit mag
toch (volgens Prof. Van Dijk) niet weg-
nemen, dat men als het groote beginsel van
de bestrijding van het alcoholisme voelt: het
solidariteitsbeginsel, volgens hetweik men
niet al theoretiseerend blijft staan bij en
met de vraag: „Wie is mijn naaste?"
doch veeleer aanpakt en doorzet, en het
voelt als een eerste pliicht om ^n persoon-
lijk en in gezelschap van en in verbinding
met anderen op te trekken tegen den volks-
ijand. ■-■.K.ojm&tei
Wij weten uit ervaring, dat het heusch
geen glas wijn behoeft te zijn, dat den maal-
tijd beter doet smaken. Het is de honger,
die trage magen graag maakt. Wij weten
ook, dat het gesprek werkelijk niet dkkr-
door beter zal vlotten! Allerlei „gezanik
van dagelijksche beslommeringen" kan men
mfsschien door wat alcohol voor een oogen-
blik wat gemakkelijker uit zijn hoofd zetten,
wij gelooven toch, dat dit slechts tot uit-
stel lijdt en dat de moeiten straks met ver-
dubbelde kracht zullen terugkomen en den
man, die alleen in wat alcohotgebruik ver-
betering of verstrooiing heeft gezochf, dan
des te erger zullen aanpakken.
Een volksvijand moet niet en kan niet met
theorieen of gemoedelijkheden worden be-
vochten, en zal nog minder daardoor wor
den overwonnen. Tegenover een volksvijand
helpt alleen een sterke volksbewapening.
De dagelijksche beslommeringen zullen blij-
ven. Het .gezanik" zal pas verdvujnen,
als men tot betere en meer ingrijpende
maatregelen zijn toevlucht neemt.
Wij woonden eens een aardig voorval bij.
W" reisden in een grooten en voller snel-
trein, die midden tusschen Zwolle en
Amersfoort opeens tot stilstand word ge
bracht. Heel veel menschen vlogen r.aar de
raampjes en portieren. Maar een man
bleef rustig en doodkalm op zijn plaats zit-
ten. Toen de trein weer vuortreed en ze al
ien wat waren bijgekomen, en men hem
vroeg: of hij dan niet geschrokken was,
wees hij heel kalm met zijn vinger over zijn i
schouder in de richting v.in de locomotief,
zeggend: „Als hij op de locomotief staat,
dan gebeuren er zco gauw geen ongeluk-
ken!"
Natuurlijk is dit te veel gezegd. Wij
weten welranipen en onheilen ook
spoorwegongelukken ke_nen niet altijd
worden voorkomen noch pgehelderd wor
den. Maar eensdeels had die man gelijk:
„Als hij die voorop staat, waar dan ook, in
staat of kerk, in gezin of zaak, zich weet te
vrijwaren van alcoholmisbruik dan ge
beuren er zoo gauw geer ongelukken. En
werd ons geslacht, ook er- voo-ral ons jon-
ger geslacht maar meer nog overtuigd van
de verleidende macht van dezen Volks
vijand, zoo twijfelden wij niet, of er was een
groote stap vooruit gedaan ten bate van
volkswelvaart en rechte volksontwikkeling.
Bacterien kunnen schaden, maar aicohol-
misbruik schaadt meer, aangezien deze
zonde meer aanrandt dan het lichaam. En
alien, die gelooven, dat de ziel het beste en
edelste is in den mensch, zullen daarom
ongetwijfeld steeds krachtiger en moediger
en overtuigender de handen in eenslaan tot
bestrijding van dezen Volksvijand!
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Donderdag.
Bij de behandeling van het nijverheids-
en handetsonderwijs van de ondcrwijs-
begrootmg vraagt de heer Deckers (r.-k.)
veriaging van den mimnium-leeitijd voor
het emuexamen van leerares bij het huis-
houd- en 1 anuoouwnulshouaonderwijs
De heer Duymaer van Iwiist (a.-r.)
dringt aan op steumverleening bij de oplei-
d-ing van /.uiderzee-visscners.
De heer Gerhardt (s.-d.) klaagt over de
salarisverlaging en de vacantieregeling
voor ieeraren van net nijverheidsonderwijs.
Mej. Westerman (v.-o.) critiseert de
heele stopzetting van steum aan nieuwe
siholen.,
Mej. Groeraeweg (s.-d.) beveelt stetsel-
matige bezuimiging aan door gedeeltehjke
vereeniging van huishoud- en industrie-
onderwijs.
De heer Ketelaar (v.-d.) laakt den in
vloed van de bezuinigingsinspectie op het
inwendige van het nijverheidsonderwijs.
Mevr. Bronsveld- (r.-k.) bepleit krach-
tige-n steun aan opleiding van Zuiderzee
vissdiers.
De heer Kersten (Geref. staatspartij)
vraagt verzekering van de rechten voor den
bezitter van het einddiploma Handelsschool
met 5-jarigen cursus.
De beer Tiiamus (c.-h.) bepleit school-
examens.
De heer Heukels (a.-r.) veroordeelt het,
dat de Minister verwachtingen van steun
wekt, die hij niet vervult.
De Minister van Onderwijs antwoordt,
dat het wetsontwerp tot steunregelirig aan
Zuiderzee-vissclfers om advies is bij den
Zuiderzee-raad, welk advies eerlang kan
wond'en tegemoet gezien.
EERSTE KAMER.
Vergadering van Donderdag.
Aan de orde is de veriaging van de pro-
ductenbelasting voor 1923 en imvoering van
een aardoliebelasting.
De heer De Muralt (v.-b.) verklaart zich
tegenstander van dit ontwerp, dat z. i. geen
correctief is, maar onbillijke verzwaring
van beiasting beteekent.
De heer De Gijselaar (c.-h.) verklaart
zich eveneens tegenstander van het ontwerp
en ziet geen rechtsgrond voor deze beias
ting.
De heer Cramer (s.hcL) zegt, dat de
Volksraad zich in groote meerderheid voor
dit ontwerp heeft vesklaard, en dat de
Kamer geen ander standpunt mag innemen;
daar is zij-ms inziens geen dringende reden
voor.
DE SALARISVERMINDERING BIJ
HET R1JK.
Naar de Tel. verneemt, zou bij de regee-
ring het voornemen bestaan, de salarissen
van het rijkspersoneel met ingang van 1
April a.s. te verminderen met 1Q onder
toezegging, dat geen verdere vermindering
zal plaats hebben dan na het eerste half-
jaar 1925, aangezien vermoedelijk op 1
Augustus 1925 het nieuwe Bezoldigings-
besluit in werking zal kunnen treden.
TER NEUZEN, 7 MAART 1924.
AUTO-OMNIBUS VERBRAND.
In den nacht van Woensdag op Donder
dag i-s tijdens werkzaamheden aan een der
auto-omnibussen in de garage der N.V.
Mannaert-Geers alhier door ontploffing in
of van het benzinereservoir een der auto-
omnibussen in brand geraakt. Door het
voertuig naar buiten te trekken, werd de
brand daartoe beperkt. Op het gemaakte
alarm was de brandweer met de motorspuit
vrij spoedig op het terrein. Zij kon echter
niets anders doen dan het vuur dooven, de j
auto was reeds vrijwet verbrand' en ver-
koold.
DE NUTSAVOND.
Gisterenavond werd van wege het De-
partement Ter Neuzen der Maatschappij
tot Nut van 't A gemeen de aangekondig-
de voord'rachtenavond gegeven in het
„Hotel des Pays-Bas". Er was een goede
opkomst van leden met hun gezelschap. De
lezing van den heer A. C. Muste, alhier,
over het leven van Marie Antoinette en haar
tijd, was zeer interessamt. Hij schetste het
leven dier komingin en haar hof, hetgeen
het volk van den troon vervreemde, terwijl
zij later, na den opstand en in het gezicht
der guillotine door het ten toon spreiden
eener hoogheid als Koningin indruk tracht-
te te makeri. De voordracht werd met groo
te belangstelling gevolgd en gaf vee! te ge-
nieten.
Na de pauze was het verdere deel van
het programma aan zang gewijd. Dour mej.
L. Clepkens werden op de van haar beken-
d'e wijze verschillende l'iederen voor
sopraan gezongen, terwijl voorts een da-
meskoor, ibestaande uit een-ige leden van
„Flandria", onder leiding van den heer
Henning eenige nummers ten beste gaven.
Mej. Clepkens en de heer Muste ntvin-
gen eeni bloemenhulde.
LEZING.
Gisteravond trad in de Geref. kerk alhier
voor de Geref. Jongelingsvereeniging op
Ds. P. Ch. v. d. Vliet van Vlissingen, met
het onderwerp: „Een Hedendaags Duel".
De opkomst was matig.
Spreker behandelde op duidelijke wijze
het tweegevecht, dat zich in de tegenwoor-
dige wereld afspeelt tusschen de aloude
Christelijke beginselen en de ideeen der mo-
derne wereld.
Hij waarschuwde ernstig voor de gevaren
der revolutie-gedachte, die zich o.a. af-
spiegelt in deze drie stellingen: De mensch
op de plaats van God; de stof op de plaats
van den Geest; de breedte in de plaats van
de diepte; gevaren, die ook voor de Geref.
jongelinigschap niet denkbeeldig zijn.
Vervolgens wees hij de gemeente op
haren plicht om de jongelingschap niet aan
haar lot over te laten, maar om het goede
dat in de jongelingschap zit te leiden en
vruchtbaar te helpen maken, waarna hij de
jongeren opwekte om zich te scharen onder
de vanen der Geref. Jongelingsvereeniging.
AMBACHTSSCHOOL TE
TER NEUZEN.
Naar wij vernemeji hebben zich voor
den nieuwen cursus op de ambachtsschool
alhier, 40 Ieerlingen aangemefd.
EEN JUBILEUM.
Dp 30 April a.s. zal het 25 jaar geleden
zijn dat ds. H. Akersloot van Houten
Roos, Ned Herv. Predikant te Sas van Gent
zijn ambt aanvaardde. Ongetwijfeld zullen
de Herv. gemeenten te Sas van Gent en
Philippine, die Z. Eerw. dan 25 jaren zal
hebben gediend met dankbare biijdschap
dat jubileum vieren.
BESMETTELIJKE ZIEKTEN.
Het aantal gevallen van besmettelijke
ziekten over de week van 24 Febr. tot en
met 1 Maart, in de provincie Zeeland be-
droeg:
Diptheritis: IJzendijke 1, Vlissingen 1.
WONINGBOUW.
De Minister van Arbeid heeft goedgevon-
den dat vroeger toegekende bijdragen voor
woningbouw, zullen worden uitgekeerd aan
d'e gemeenten:
Hulst, ten behoeve van L. A. Blommaert,
/300;
Ter Neuzen, ten behoeve van „Werk-
mamsbelang", f 4800.
RAAD VOOR DE SCHEEPVAART.
De Raad voor de Scheepvaart deed giste-
ren uitspraak betretienide de aanvaring van
het sleepschip „bato 10" door het Duirsche
stoomschip „Radbod".
De Raad is van oordeel, dat de oorzaak
van de ramp gelegen is in de verkeerde
manoeuvre van den sleepbootkapitein, die
op onveranfwoordelijke wijze den koers van
de „Radbod' heeft gekruist. De „Radbod"
die het Nauw van bat instoomen mcest, en
de sleep, die het Schaar van de Noord wiide
invaren, naderden elkaar dientengevolge
met kruisende koersen. Er was geen reden
om aan de „Radbod'die het Schaar van
de Noord niet inging, kenibaar te maken
weike zijde van dit vaarwater de sleep zou
houden. Blijkbaar heeft de sleepboot
kapitein de 2 stooten gegeven als een soort
mededeelimg, dat hij het vaarwater wilde
oversteken. Voor dergelijke mededeelingen
misibruiken sleepbootkapiteins menigmaal
de wettelijke seinen, waardoor zij de geva
ren, weike hun vaak roekelooze en met de
reglementen strijdende wijze van manoeu-
vreeren ten gevolge hebben, nog vermeer-
deren.
ONZE VEE-UITVOER NAAR BELGIE.
Bij -beslu.it van den Belgischen- Minister
van Landbouw is het verboden herkauwende
dieren in Belgie in te voeren, weike in de
laatste drie maanden op een openbare Ne-
derlandsche markt zijn geplaatst geweest,
Zulks omdat gevallen van mond- en klauw-
zeer in verschillende quarantaine-stallen
zijn geconstateerd.
De invoer van andere ruuderen, schapen
en geiten uit Nederland is toegestaan op
vertoon van een officiee! uitvoer-certificaat.
ZEEUWSCHE HULP AAN
DUITSCHLAND.
Door het Provinciaal Zeejuwsch Comi-
te tot leniging van den Nood in Duitsch-
land is weder een nieuwe poging gedaan
om nogmaals gilden bij en te brengen voor
de armoede lijdende Duitschers. Het oo-
mite is op het denkbeeld gekomen eiqn
olijvende hennnering te scheppen aan Tiefc
werk, dat het dank zij de van alle zijden
ond. rvonden mede .ver,^.ng op go ij
heeft kunneji uitvocren. Door de Kun.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
ZAL IK HANOHAVEN
Utrechtsche Fabrielk van juweelen, zitver-
werken en penmngen van C. J. Begoer,
weike firma warme belangstelling in en
groote medewerking voor het pian hc«ft
getoond, is een penning ontworpen weike
aan de eene zijde toont de noodkreet van
het Duitsche kind: Mutter, mutter gib mir
Brot, aan de andere zijde het Zeeuwsche
wapen en het antwoord: Wij Zieeuwen
willen helpeji. Deze penning is gesljagen
in brons en z.g. Jubijeumbrons.
Het oomite heeft nu de medewerking
ingeroepen van burgemeesters, predikanten:
en hoofden van scholen in de provincie
om deze penmngen zoo ruim mogelijk te
doen verspreiden, tegen den prij? van 50
cent voor de bronzen en 25 cent voor die
van Jubileumbrons (20 cent bij afname van
100 stuks). De penning is zeer geschikt
voor uitdeeling in scholetn, Zondagscho-
len, catechisatifcin en catecihismus enz.
Het comite heeft deze gelegenhei|d aan-
gegrepen verschtllcfnde personen, dile. bij
het inzameien van gelden, kl eding en voe-
dingsartikelen hun hulp verlleenden, een
herinneringspenning als b'ijk van waardee-
ring toe te zenden. Ook heeft hot oomite
eenige penningen afzonderiijk gehouden
om deze bij daartoe tot den secretans, den
heer H. Dronkers, Langedelft te Middelburg
te nchten verzoeken, af te staan voor ar-
chieven of oudheidkundige verzamelingen
van gemee(titen en dergelijke instellitngen
Aan het Zeearwsch Genootschap der Wie-
te>n«chappen is reeds een exempiaar aan-
geboden.
SAS VAN GENT.
De geme-enteraad van Sas van Gent be-
sloot op voorstel van B. en W. geen afge-
vaardigde naar de vergaderi,ng der Wa-
terleiding Mij. te zenden, daar liieraan
de toetreding tot het oomite verbonden is
en de raad met een beslissing wil wachten
tot betere tijden. Evenwel wil men con
tact met het comite houden, wat moge
lijk is doordat de burgemeester lid van het
comite is.
Door Ged. Staten waren ©nkele wijzigin-
gen in de begrooting '24 aanbevolen. B.
en W. konden daarmee instemmen, evenals
de raad. Maar wat betre.ft het brengen
van gelden op de begrooting voor een
tweeden veldwachter, bleek de meerder
heid van B. en W. daartegen. En ook de
raad besloot met 51 st. (die nan den
heer Warrens) die gelden niet op de be.
grooting te brenge|n. Een commf/ssie uit
den raad (de heeren Stubbe en Verschaffel)
zal bij Ged. Staten het standpunt van d«n
raad gaan bepleiten.
Aan Pater Gaudemius te Sluiiskif werd
vergunning verleend de lokalen van school
B. te gcbrui-kejn voor een volks.ctra'te^
onder voorbehoud van oen gunstig advies
van den inspecteur van I. o.
Voor de betrekking van tweeden
veldwachter in deze gemeente, hebben zich
niet milnder dan 104 sollicitantem aano«-
meld.
Veel amino.
Het particulier bouwinitiatief in onz® ge
meente (s in de laatste woken uit zijti
inertie verrezen.
Meer dan twintijg aanvragen van parti-
culieren kwamen bij den raad binnen, zon
der nog te gewagen van eene massa-aan-
vrage van een bouwondernemer, vvraardoor
de gemeente in den loop van bet jaar
op zijn^minst met een vijftigtai w/oning«n
zal verrijkt worden.
Carnaval.
Zoo behooren de vrooiijke carnavatsda-
gen, weike ondanks het slechte weer ook
dit jaar weer met veel opgewektheid ge-
vierd werden, w*ei- tot het verleden.
Uit de wijze waarop door jong en oud
aan dit aioude gebruitk, dat feifelijk uif
de heidensche oudheid zich tot in deze
moderne tijden gehandhaafd heeft, gevierd
is geworden, is af te leiden hoe diep deze
plaats zich heeft ifngeWorteId.
Inderclaad zijn deze dagen mets anders
dan eene navolging van de Romeikische
Saturnalia, feesten ter eere van den hei-
denschen god Saturnus, weike in de tiende
maand van het jaar onder de Cesars te
Rome gehouden werden.
Het was de tijd, waarin de slaven ge-
durende eenige dagen hun eigen meesten
waren, dat hij tnocht doen hetgeen hem
behaagde, mits hij niet wegliep in weike
laatste geval hij achfjerhaal'd en teragge-
bracht werd en zvvare straf hem wachtte.
Gedurende de Saturnalia echter mocht
hij zijn moester elloeb dijenst weligenen,
zerfs wanneer aangeboden werd hem daar-
voor vergoeding te betalen. De slaaf, die
zich gedurende deze dagen aan elken sia-
vendienst onttrok, mocht niet gestraft wor
den, tenzij het een vergrijp was tegen den
Staat.
Het moge vrecmd schij ien, dat de Ro-
meinsche patriciers, die sedits aan zidl
0VERAL TE
VESHRIJeEN