9 fit
ALGEMEEN NIEUW8- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREM.
Woensdag 1 Augustus 1928
63e Jaargaug.
Bekendmaking.
No 7485
voormalige ambtswoning
BiNNENLAND,
FETTILLETON.
B U I T EN L A N D
Burgemeester en Wethouders der ge-
meente ZAAMSLAG, maken bekend, dat
met ingangvanl September a.s. tehuur
komt de in den Grooten-Huissenpolder
staande
van het Hoofd der Openbare Lagere School
den heer J. Jansen.
Gegadigden gelieven zich voor of op
2S Augustus a.s. schriftelijk ter
secretarie r.an Ve melden.
Zaamslag, 1 Augustus 1923.
JOH. DE FEIJTER Pzn., Burgemeester.
J. C. E1JKE, wnd Secretaris.
DE EERSTE KAMER.
Het Tweede Kamerlid Jhr. Mr. A. F. 0.
va» Sasse van Ysselt, die gekozen is tot lid
van de Eerste Kamer, zal zijn benoeming
tent senator niet aanvaarden. Hij wenscht
de periode, waarvoor hij thans als Tweede
Kamerlid zitting heeft, te voleindigen. Zijn
opvolger is de heer P. j. J. de Wit te Hel-
mond.
MERGADERING VAN DEN VOLKEN-
BOND.
Bij. Kon. besluit zijn benoeind tot verte-
genwoordigers van Nederland ter vierde
zitting van de vergadering van den Volken-
bond, welke is bijeengeroepen 3 September
1923 te Geneve:
Jhr. Dr. J. Loudon, buitengewoon gezant
en gevolgmaditigd Minister, oud-MirTister
van Buitenlandsche Zaken, te Parijs;
Jihr. Mr. O. F. A. M. van Nispen tot SCve-
naer, buitengewoon gezant en gevohpaeh-
tigd Minister bij het Vaticaan;
Prof. Jhr. Mr. W. J. M. van Eysinga,
hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit te
Leiden;
en als plaatsvervangende vertegenwoor-
digers:
Mr. J. bimburg, lid van de Ged Staten
van Zirid-Holland;
Prof. Mr. J. P. A. Francois; rehererrcWfisT
chef der afdeeling Volkenbondzaken van
het departement van Buitenlandsche Zaken,
buitengewoon hoogleeraar aan de Handels-
boogesohool te Rotterdam.
POSTZEGELBOEKJES.
Met inganig van 1 Augustus zullen geen
extra-kosten meer in rekening worden ge-
bracbt wegens aanmaak van postzegel-
boekjes. Voor de boekjes is van dien datum
af een bedrag verschuldiigd gelijk aan de
gezamenlijke waarde van de zich daarin
bevindende frankeerzegels.
HET OVERLIJDEN VAN PROF.
STRUYCKEN.
Verschillende buitenlandsche bladen heb-
he* beschouwingen gewijd aan den over-
leden Nederlandschen professor Struycken.
De Times spreekt van den overledene als
vai een autorijteit op het gebied van het vol-
betiredit.
E>e Morning Post noemt prof. Struycken
eveneens een beroemd geleerde in zake het
internationaal recht.
INVAL1DITEITS- EN OUDERDOMS-
RENTE.
Op 1 Juli j.l. werden 2333 weduwenrenten
en 4345 weezenrenten krachtens de Invalidi-
teitswet genoten, terwijl op genoemden da
tum krachtens artikel 373 dier wet 28.744
personen in het genot verkeerden van een
als vruoht hunner verzekering verkregen
Ouderdonisrente van drie gulden per week.
Voorts genoten 2778 personen een invalidi-
teitsrente als bedoeld in art. 97 dier wet.
Krachtens de vrijwi'lliiige verzekering, gere-
geld in de Ouderdomswet 19T9, waren np
vorengenoemden datum 64.862 personen in
het genot van een als vrucht hunner verze
kering verkregen Ouderdomsrente van drie
gulden per week.
TEGEN HET ONTWERP-VLOOTWET.
Vanwege het bestuur van den Nationalen
bond voor bezuiniging wordt medegedeeld,
dat naast de actie tot huldiging van Minister
De peer vc>or ^jiens houding inzake de be-
handeling van het ontwerp-Vloofwet een
nieuwe landelijke actie tegen de behande-
ling van het ontwerp zelf in de tegenwoor-
dige tijdsomstandiiigiheden wordt op touw
gezet. Het ligt in de bedoeling, in verschil
lende plaatsen van ons land openbare ver-
gaderingen te beleggen. Ter bestrijding van
de daaraan verbonden kosten wordt een
fonds gevormd.
DE STEMPLICHT
Ten vervolge op de beamtwoording van
vragen van het Tweede Kamerlid G. H.
Kerstpn betreffende het instellen van een
vervolging in alle gemeenten -r- met uit-
zondering van Amsterdam tegen na-
latige kiezers voor de faatstje gemeente-
raadsverkiezing en het beoordeelen van ge-
wetensbeZwaar ais geldige reden in den
zin der wet, heeft de minister van Justitje
o.m medegedeeld:
Reeds na de jongste verkiezingen voor
de Provinciale Staten heeft de minister
het zijne gedaan, dat, in afwachting van
den uitslag van het onderzoek, dat thans
lbopendc is, ook ten pfatt«eland<' geen ver-
volgingen ingesteld zouden worden wegens
niet nakoming van den zoogenaamden
stemplicht, aangezien het instellen dozer
vervolgingen in de groote steden als regel
niet plaats heeft. De billijkheid vorderde
naar het oordeel van den minister, dat, in
afwachting van den bedoelden uitslag, met
tcepassing van het bij de strafvervolging
bestaande opporturiiteitsbegins, I, dtzevtr
volgingen, althans voorloopig, achterwege
bleven, ook daar, waar de hoeveelheid der
gepleegde overtredingen geen beletsel
vormde tegen vervolging.
Fe minister merktt nog op, dat, naar zijn
oordeel, welk oordeel1 door den minister
van Binnenlandsche Zaken en Landbouw
gedeeld wordt, een spoedige beslissing in
zake het vraagstuk der al of niet handha-
ving van den zoogenaamden stemplicht
noodig is. Deze beslissing zaf door de
regeering zooveel doenlijk worden bespoe-
digd.
De bedoeling van den wetgever om-
trent gewetjensbezwaren wordt gekend uit
hetgeen de regeering bij Memorje van Ant-
woord aan de Eerste Kamer heeft ver-
klaard in de zitting van 1916/1917
Daaruit blijkt, dat de regeering destijds
opzPttelijk slechts den plicht tot aanmel-
ding en niet stemplicht} heeft wiilen op
leggen, ten einde met gewetjensbezwaren
tekening te houden.
DE CRISIS AAN FINANCleN.
In „De Ned. Njjverheid", orgaan van
het Verbond van Ned. Fabr. Vrr, schrijft
de heer S(imon) A. M(aas) over de ontslag-
aanvraag van minister De Geer o.a,:
Jdet heengaan van minister De Geer is
een voor alien waarneembaar- symptoom
van de ziekte van ons algemeen famis-
bestuur.
De Vlootwetkwestie is voor een jnaritie-
me en koloniaie mogendheid als wij onge-
twijfeld een hoogst befangrijke, maar dat
zii. op dit oogenblik porzaak is van deze
crisis is een testimonium paupertatis. Tot
zjekere hoogte ook van minister De Geer.
Roman van Nederland gedurende
den oorlog,
door
CHARLES HUYGENS.
21)
De Heer Van Buren was de eerste, die
na deze ministerieele verklarijngen het
woord nam. Door zijr.e positje als financieel
leider daarioe reeds eenigszins aangewe-
Zen, door de werkzaamheden, verricht tij-
dens het uitbreken van den oorlog, namens
de anderen daartoe als het ware uityerko-
ren, ging hij, naar zijn gewoonte was,
vrijwel recht op zijn doel af. Hij toonde
aan, dat er twee standpunten vielen in te
nfimen, geheel verschiUepd in de eindclijke
beslissing, maar ook naar het bclang,
waardoor zij werden beheerscht. lmmers,
stelde men zich op het stjandpunt van
het zuiver ejgenbelang der reederijen, het-
welk oolk dat van de hen ondersteunde
bankiers was, dan diende de vaart over
de wereldzee te worden stopgezet totdat
veiliger tijden waren aangebroken. Maar.
ging men het algemeen belang van Ne
derland na, dan eischte dit, dringendcr
dan ooit te voren, dat de vaart op onzje
eigen kolonjen, op Amerika, op de overige
onzijdige landen van Europa geopend zou
blijven. Wij ztijn nog niet aan het einde van
onze voorraden, Mijne Heeren, het spreekt
vanzielf, dat deze voorraden dag aan dag
kleiner worden. Wij moeten ze aanvullen.
en daartoe dienen onze schepen. De
N.O.T, heeft althans eenige faciliteiten an
de geallieerden verkregen; dezE voorko-
men wel niet, dat oponthoud, stagnatie in
de scheepvaart ontstaat, maar wel, dat de
toegang tot onze havens gehtd zal wor
den afgesloten. M,i, moet onze beslissing
gaan in deze richiing, dat wij blijven wer
ken zoo lang wij maar eenigszins kun-
nen, hetzij met onverminderde, hetzij met
verminderde kracht, en dat wij hier on-
der elkander bespreken wat wij kunnen
doen om het gevaar, dat ons bij het voi
der varen bedreigt, zooveel mogelijk te
bepetken.
Frank's vader sprajc in anderen geest.
Voorzichtigheid diende te worden aange-
raden. Wij waren nog pas in het begin van
den oorlog, wij wisten niet voor welke
consequenties wij zouden komen te staan.
Zeker, er dreigde reeds nu in afzienbare
toekomst voedsidnood, maar wie wist wat
er in de volgende jaren nog zou komen.
Wij moesten, zoo meende hij, onze sche
pen niet alleen bezien uit een koopmans-
oogpunt, maar juist uit een oogpunt van
algemeen befang. Die schepen vertegen-
woordigen voor ons een moireele en een
materieele waarde; evenmjn als zij de laat-
ste aan de eerste mogen opofferen, mo-
gen wij het eerste aan de laatste doen.
De discussie werd daarna mevr alge
meen. Er bleken voorstandcrs van het
standpunt-Van Buren, voorstandcrs ook
van het standpunt van Frank's vader. Het
laatste word niet weinig versterjkt toen
de Minister van Marine in een korte, in
wat heftigen toon geuite beschouwing er
op wees, dat ook de Nederlandsche koop-
vaardijvlag een traditje heeft; dat zij zich
ale eeuwen door op alle zeeen had ver-
toond. Er werd niet onduidelijk in den
grooten reederskring gemompeld, dat men
met dergelijke algemeenheden zich zakelijk
Minister De Geer gaat heen, omdat zijn
collega's de Vlootwet wiilen doorzetjten,
zonder dat kan worden aangenomen, dat
de financieefe gevolgen iiaarvan op aan-
nemelijke wijze zijn geregeld. Een Minis
ter van Financien echter^ geheel jj-. rckend
voor zijn taak, had Let klaar gespeeld door
een passende financieel regeling tijdig een
bevredigende oplossing van het vlootvraag-
stuk voldoende te verzekeren.
Dat het kabinet echter zjch vastlegt aan
een datum a i invoering van een wet
met zulke ontzettende financieefe conse
quenties, zonder dat daarvoor behoorlij-
ke voorzieningen zijn getroffen, bewijst dat
dit heele kabinet volhardt in het roekeloo-
ze systeem-De Vries.
Wat nu?
Zal men vinden een minister van Fi
nancien, d;e thans nog voor Januari 1924
de uitvoering van de Vlootwet financieel
en eoonomisch mogelijk maakt?
Het is practisch ondenkbaar.
Wij krijgen danqeen minister van Finan
cien, die de verantwoordelijkheid aan-
vaardt voor een toestand, die noodzake-
lijk ontstaat afs de Vlootwet wordt inge-
voerd zonder dat de bronnen zijn aange-
vvezen, waaruit de financieele gevofgen
moeten worden bestreden. Een man dus,
die bcreid is met 's lands financien op
zien te komen speten, van wien men kan
verwachten de meest onbekookt.e, de nuest
verderfelijkc financieefe maatrcgclen, zoo-
als die zulcn worden ingegeven, wanmer
het wankel evenwicht door tegenvallers
wordt verstoord.
DE „ELLEWOUTSDlJK" TERUG.
Men herinnert zi^h, schrijft de Tel., de
min of mecr sensatjoneele berichten over
een geheimzinnig smokkelschip dat door
de Spaansche marine naar Ceuta was op-
gebracht, alwaar men ontdekt zou
hebben, dat lyitrailleuses en munitje,
bestemd voor zeeschuimers, ondcr de la
ding aanwezig waren verborgen.
Maandagavond is de „Ellewoutsdijk",
welk vaartuig in latere berichtjen als het
smokkelschip was genoemd, te Rotter
dam gearriveerd.
Uit het ondcrhoud, dat wij met den
gezagvoerdcr, kapifrin P. Smit van Ter-
schelling haddeo, it gebleken, dat de ge-
hecli* zaak op eerr misverstand van de
zijde der Spaansche marine-autoriteiten be
rust en dat alle verhalen in de Spaansche
bladen over machinegeweren en munitie uit
de tucht zijn gegrepen.
De „Ellewoutsdijk" nam ligplaats in de
Waalhaven aan een kade der Steenkolen
Handelsvereeniging.
Kapitein Smit kon ons het volgende me-
dedeelen
We waren met een lading Mangaan-erts
op weg naar Rotterdam toen ik besloot te
Oran bij te bunkeren, Zooals ik aan de x-ee-
derij „Solleveld van der Meer en van Hat-
tum's Scheepvaartmaatschappij" seinde.
Woensdag 18 Juli 's avonds om 6 uur
zijn wij van Oran vertrokken. Ik heb toen
lang® Betoya Baai op Kaap Tres Forcas ge-
stuurd en hield de kust om uit den stroom
te blijven. Afs ik verder uit de kust was gt-
gfian, zou ik direct in den sterken stroom
zitten, die op de Middellandsche Zee uit-
koint. Ik bleef dus steeds ongVveer 3 mijl
uit de Afrikaansche kust.
Den volgfxnden dag, 's middays te 3 uur
40, ziag ik het Spaansche oorlogschip „Lau-
ria", een klejn kruisertje, vergezeld vain
een onderzoekingisvaartuig in den vorm
ivan een treiler op ons afkomen. Ik had deze
twee vaartuigen reeds lang gezien toen
de „Lauria" een waarschuwingsschot loste
waarop men met de seinviaggen mede-
deeldc: „Toon je onderscheidingssein".
Ik hieb toen de Hollandsche vlag opge-
ziei en de machine op langzaam geeom-
niet kon bezighouden; dat men naar de
feiten en de cijfers had te zien. Zelfs zij,
die de te groote voorzichtigheid van
Frank's vader afkeurden, werden atge-
stooten door de ontjactvolle woorden van
den Minister, die zeeman voor alles was.
Frank hoorde de discussie zonder groo
te belangstelling aan. De woorden van zijn
vader hadden hem niet verwonderd. Hij
kende den ouden hier. Wat hij nog slechts
enkcle weken geleden tegenover zijn per-
soneel had betoogd, kwam hier niet in zijn
kraam te pas. Hier, tegenovir het nieuwe
dreigende gevaar, was zijn belang geiegen
in een uitermate voorzichtige benandehng
van zijn kostbaar sche. psmatcriaal. Frank,
die de kosten, voor verzekeqing gesteld,
even goed kende als zijn vader, wist, dat
een aan scheepsruimte te lijden verlies on-
verdeeld op den rug der maatschappij zou
necrkomcn. Zij had wel reserves, maar wa
ren deze krachtig genoeg om dat verlies
te dragen? Maar toch, Frank gevoelde
zch nu koopman van em hooger stand
punt. De woorden van den Minister van
Marine h adden hem niet alleen geprikkeld,
doch ook zijn encrgie doen ontwaken. Wat
drommel, zoo vroeg hij zich af, waarotn
hadden al die vroeg,cre van Oosterzec's
geleefd en gewerkt als men zich nu op
het eerste dreigement van Duitschland,
voor dit nieuw opgekomen land op de
knieen incest gooien? Zijn voorvaderen
hadden ook niet altijd naar directe winst
gevraagd. Zij hadden menigmaal een groo
te lijn gevolgd om groote resultaten te v( r
krijgen; wat belette ons het op dit oogen-
blik te doen.
Tcen Frank resoluut het woord vroeg,
Weken zijn vader en zijn mededirecteuivrr
eenigszins venvonderd op, ja zelfs ont-
stemd op. Frank behoorde tot de jongi ren
mandeerd; te 4 (uur heb ik de machine ge-
stopt. We zagen toen de „Lauria" een boot
overboord zetten die op ons afkwam.
'n Spaansch officjer klom met eenige
matrozen bij ons aan boord en vroeg inza-
ge van de monsterrol waar we vandaan
kwamen, wat de lading bevatte, welke be-
stemming wij hadden. Het onderhoud ging
zeer gemoedi lijk. De officier sprak Spaansch
en een matroos vertaalde zoo goed en zoo
kwaad als het ging de vragen in gebrokm
Engelsch. Zoo vroeg hij o.m, wat we on-
der de kust moesten doen. Ik antjwoordde
'dat ik de kust volgde om uit den stroom te
blijven.
Daarna had een grappige pantomine
plaats, waarbij de ofticier ons door ge-
baren duidelijk maakte dat het aan de Ma-
rokkaansche kust wemelde van Arabieren,
die „boem boem" doen, zoodat er gevaar
was.
Nadat de boot was weggjeroeid, kwam
hij even later langszij terug en kregen wij
order, twee mijl verder uit de kust te stoo-
men en dan op Ceuta te koersen.
Onmiddellijk wilde ik aan dat bevel vol-
Idoen, toen te 5 uur 10 dezelfde officier mij
beval te stoppen en zeide dat wij het on-
derzoekingsvaartuig moesten volgen, daax-
we naar Ceuta opgeforacht zouden worden.
Tegen dat opbrengen heb ik geprote-
steerd.
Op 20 Juli kwamen we te 3 uur 30 le
Ceuta aan en zijn we ten anker g eg,a an.
Te 10 uur 15 kwamen eenige officiren aan
boord voor het onderzoek der scheepspa-
pieren. Ik gaf den met het onderzoek be-
lasten chef weer kennis van mijn protest
tegen het willekeurige oponthoud. Het was
de „Second Harbour Commander", die dit
pro;est in ontlvangst nam. Na het onderzoek
schreef hij in het Engelsch in het Journaal;
„Op 20 Juli scheepspapieren geinspecteerd
en alles in orde bevonden. Ontving een
pro.estnota". (Geteekend Luigi Nicolai,)
Intusschen kregen wij bevel nadere or
ders te wachten.
Op 21 Juli kwamen te 8 uur 30 's mor-
gens eenige marine-officieren aan boord die
de hutten en verblijven zoomede de
scheepspapieren onderzochten. Zij vonden
niets en wederom teekende de chef in het
journaal aan: „Onderz0cht de verschillende
afdeilingen (departments) alios in orde be
vonden". (Geteekend Luigi Nicolai),
Toen bieek mij, dat de kapitein van den
treiler verklaard had, dat ik in de Alhuce-
mas Baai was geweest, wat absoluut in
strijd is met de feiten.
Dat zou dan de reden van het opbrengen
moeten zijn. Op Zondag 22 Juli kwamen
des morgens te kwart over achtien plm.
50 man matrozen aan boord met eenige
officieren. Zij moesten op order van den
chef alle luiken open maken en de lading
gedeeltelijk verwerken. Zij boorden gaten
in de lading en staken daar dan ijzeren
stangen in. Ook de machinekaiuertanks zijn
onderzocht. Na afloop zett(e de chef in
het journaal: „De fading omgewerkt voor
onderzoek, alios in orde bevonden". (Get,
Luigi Nicolai).
Eindelijk kregen we dien Zondagavond
le 9 uur 's avonds verlof om te vertrekken,
om 11 uur hebben wij toen het anker
gelicht.
Ons oponthoud had precies drie dagen
geduurd. Wij hebben toen direct koers
gezet naar Rotterdam waar we zander we-
derwaardigheden zijn gearriveerd.
Tot zoover de officieele verklaring van
den gezagvoerde* den heer Smit.
Het woord is thans aan het ministerie
van Buitenlandsche Zaken.
VERBINDING VAN THOLEN MET DEN
VASTEN WAL.
Nu de kans op een dam tusschen Tholen
en den vasten wal van Brabant vrijwei
in het aanzienlijk gezefschap, en totnutoc
hadden dezen aan de ouderen het woord
gelaten. Frank begon dan ook met zich te
\erontschuldigen, dat hij in de discussie
ingreep en tijd voor zijn woorden vroeg,
nadat reeds zijn vader had gesproken.
Maar hij deed het, zoo zeide hij, om te
doen zien, dat er ook in den betrokken
kring der belanghebbenden verschil van
meaning mogelijA was. Hij stond niet op
het standpunt van zijn vader om zoo groo
te voorzichtigheid tie betoonen. Zeker,
men moest nauwkeurig de te nemen vei-
ligheidsmaatregelen ovi rdenkenmen
moest rekening houden met de gevaren,
die nu letter!ljfc van alle kantien gingen
dreigen, maar men moest voonop stolen,
dat men zou blijven varen, onder welke
omstandigheden ook, ja letterlijk, totdat
het laatste schip was in den grand ge-
bcord. Ik zeg dat niet alleen, mijriheer
de Voorzitter, uit hoofde van onze v\r-
plichtingen tegenover het Nederlandsche
volk, maar ik zieg het ook, omdat ik han-
delsman ben in mijn hart en afs zoodanig
naast mijn rech'tin mijn plichten wil aan
vaarden. Er zijn tijden geweest van groo-
ien voorspoed Mijne Heeren, waarin de
door ons aanvaarde risico's ons voor-
deel hebben gebracht. Er zijn nu tijden van
blijkbaar nog zwaardere risico's die wei
nig kans op winst openen. Wij zouden de
taak, die wij aanvaard hebben al heel
slecht verstaan, indien wij voor de plich
ten terugdeinsdcii na vroeger de rechten
te hebben genoten. Ik heb het geloof, Mijn-
heer de Voorzitter, datf de groote betee-
kenis, die in ons land m.i, terecht
steeds door de Regeering en het volk aan
de scheepvaart is toegekend nu kan wor
den bewezen juist te zijn. Maar dan moe
ten wij ook niet versagen. Wij behoeven
verkeken is en de gemeente Tholen zich
blijft verzettten tegen een brug omdat zij
dan de veergelden zou missen, worden
thans pogingen aangewend de brug te krij
gen een eind buiteo Tholen, in de gemeente
Oud-Vossemeer.
EEN NIEUW KIESSYSTEEM?
Naar wij vernemen moet bij het Cen-
traal Stembureau te's Gravenhage een plan
in overweging zijn om bij de verkiezingen
voor Tweede Kamer, Prov. Staten en Ge-
meenteraad het systeem in te voeren, dat
nu voor de Eerste Kamer-verkiezing lieeft
gegolden, waarbij de kiezers het recht
krijgen op de lijst hunner keuze de candi-
daten te nummeren in de door hen (die
kiezers) gewenschte voigorde. Men acht
dit systeem het billijkste, wat den inrloed
der kiezers op de keuze der Kamer, Sta
ten- en Gemeenteraadsleden betreft, maar
het bezwaar is de omslachtigheid bij hxxt
vastst«Ilen van den uitslag, waar het om
groote getallen gaat. Het is dus op het
oogenblik nog twijfefachtig, of het Cen-
traal Stembureau de regeering in dezen
geest zal adviseeren, hoewel in prwupe
vrij algemeen de redelijkheid van het *o4-
sel erkend wordt. (Trf^
DE BLOeDIGE „DEMONSTRATlES"
TE FRANKFORT.
Een ooggetuige schrijft uit Frankfot* aan
de Tel.:
De vorige week Maandag, des middags
omstreeks 5 uur, was er een geweldige
drukte in de voornaamste straten ran
Frankfort. AlTen spoedden zich eerst naar
de Komerberg, een soort marktpfein in
het hart der oude stad geiegen, waarheen
uit aJIe richtingen samenscholingen plaats
hadden en groote drommen, blijkbaar ge-
organisecrde werkliidentroepen stroomden.
Deze troepen waren voorzien van mode
vlaggen en vanen en droegen borden met
ojaschriften in hun midden als: Ohne Blut
kein Recht. Nieder mit dem Wucher, An
der Galge mit dem Ausbeutern en derge
lijke. Ook meer gematigde opschriften ver-
toonden zich als: Profetarier vereinigt}
Euch, de leuze derhafve der sociaal-demo-
craten, die dus blijkbaar ook aan de de-
monstratie deeinamen.
Op de Komerberg hield alles halt om
eenige reden aars aan te hooren, waarna
de stoet, die zich inmiddels volkometi ge-
organiseerd had, onder het zingen dor ar-
beiders-Marseillaise eigenaardig dit
wecrklinken van ecu zuiver Fransche elo-
die in een Duitsche stad in de riehfing
van het station trok, door de Kaiser- em
Kronprinzenstrasse.
Tot dus\«r had de optocht een kalrn de-
monstratief aanzicht behouden, doch al-
lengs meenden de onteyredenen ook door
daden te moeten toonen, dat zij alles be-
halve ingenomen waren met den foop der
tijden, in hoofdzaak met de steeds toene-
mende duurte. Vooral efegant gekleedr
heeren moesten het ontgelden en v\ee den
zoodanig®, die zich te dicht bij de opmar-
cheerende demonstrantcn gewaagd had en
door hen onder het nieuwsgicrige jxibliek
aan weerszijden van de straat \vt rJ op-
gemerkt. Hij werd eenvoudig tussch'.m de
Fende gesleurd en daar tcrdrge met vuisten
en stokken afgeranseld. Zonder hoofddek-
sel vfuchtte het slachtoffer ten slotte in
een der zijstraten, nog een eindweegs ach-
ternagezeten door eenige zijmr ipishande-
laren. Een net geklced jongmensch. op
een rijwiel, dat zich niet tijdig \v,s[ te
redden, werd van zijn fiets gesleurd en
mishandeld, terwijf zijn stalen ros als een
vormlooze massa fater weer voor don dag
kwam.
geen groote woorden te gebruikenwij
moeten ons indachtig zijn, dat het eon
gevaarlijke, een belangrijke beslissing is
die wij ni men, maar ik voor mij blijt .nij
stellen op het standpoint, dat onz> leus
voor nu e.i voor de toekomst moot zijn:
Hou zee.
Het is in vergaderingen als deze niet ge-
woon, dat men door handgeklap zijn in-
stemming te kennen gieft Beschoid n tik-
jes op tafel, getrappef met de voeten, toon-
den Frank intusschen aan, dat hij naar
het hart van velen der aanwezigen ge
sproken had. Do Minister-President s\as
een te goed tacticus om dit psvchologisch
moment te faten voorbijgaan.
Als ik de stemming der vergat ring
goed begrijp, Mijne Heeren, zoo zeide hij,
vragend den kring rondZiend, dan zijn
er onder U velen, ja ik mag wof egg on
de groote meerderheid, die J b schouwin-
gen van den laatsten spreker deelen. En
laat ik er dit aan toevoegen, dat hij ge
sproken heeft naar mijn hart; Uit zijn tno,nd
hebben wij, zonder den roep der voor
zichtigheid te missen, tpch oo:< gehoord
enthousiasme om Nederland te helpen in
dezen moeilijken toestand. De heir Van
Oosterzee meende intusschen, dat hij in
tegenspraak was met zijn vader, wiens
groote ervaring wij alien volgaarne er-
kennen en op grand waarvan wij aan zijn
woorden een buitengewone beteekenis toe-
schrijven. Ik geloof niet, dat er in dezen
tusschen deze beide deskundigen verschil
van meening aanwezig is. Ook bij den luer
Van Oosterzee Sr. meen ik te hebben op-
gemerkt volkomen bercidwilligheid om zich
in den dienst van ons land te stellen voor-
zooverre de Regiering dit noodig acht.
(Wordt vervolgd.)
TER
ENSCHE