ALQEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD YOOR ZEEUWSCH-YLAANDEREN
i
V
No, 7476
Woensdag H Juli 1923
63e Jaargang.
DRAN KWET.
DRANK WET.
BIEMSTPLICHT.
Uitspraken inzake vrijstelling.
Gemeente-Rekening.
8INNENLAND.
FEUILLETQN.
B U IT EN L A N D.
DE STAATSHULP AAN DEN
MIDDENSTAND.
Verschenen is de Memorie van Antwoord
(Eerste Kamer) betreffende het on twerp
van wet tot wijziging van hoofdstuk VII
B der staatsbegrooting (Hanzebanken).
De minister acht het ondenkbaar, da1
de staatshulp oorzaak zOu kunnen zijn
dat sommigen bij hunne bankpolitiek niet
de noodige voorzichtigheid zouden be-
trachten. Tot staving van deze zienswijze
zij er met name op gewezen, dat geener-
lei steun aan de in moeilijkhedcn geraakte
banken zal verleend worden. Noch de aan-
deelhouders, noch de crediteuren zullen
worden geholpen. De gevolgen van en de
verajntwoordelijkheid voor het g;. oer,J
belc-id blijven onvermjnderd bestaati,
aangezien de verliezen ten voile ge-
dragen zullen worden door hen t< WieT
laste ze zonder den voorgedragen maat-
jegel zouden gekomen zijn.
De stalling, dat de debacle noodwendig
uit het middenstandscredietwezen moest
voortvloeien, kan door den minister niet
als juist erkend worden. De positn en dc
ontwikkeiing van de Algemeene Ceinrale
Bankvereeniging voor den MidJenstand be-
wijzen het tegendeel.
Voor e.-n staatstoezicht op het midden-
standsbankbedrijf in het algemeen bestaat,
naar de meening van den minister, geen
reden. Voor zoover de staat reeds thans
rechtstreeks financieel belang bij dat be-
drijf heeft, ten gevolge van de vroeger
verleende garanties, wordt het toezicht uit-
geoefend door de Nederlandsche Bank, die
in sterkere mate dan de staat bij do uit-
komslen van meerbedoeld bedrijf ge'inte-
resseerd is, terwijl het belang, dat voor den
staat uit den voorgestelden maatregel zal
voortvloeien, behafve door het zooeven be-
doelde toezicht, zal gediend worden door
de controle aan welke elke crodietverle.
ning vooraf vanvtege den ondergeteekende
zal onderworpen zijn.
Het komt den minister onjuist voor, de
meeilijkheden, welke specjaal ten opzich-
te van de Hanzebanken zdcli voordeden,
te wijten zijn aan de door de Wetjgevende
macht gevolgde belastingpolitiek. Even-
min kan de vrijhandelspoiitiek zijns inziens
hier in geding worden gebracht.
Ook de werking van den Postcheque-
en Oirodienst kan volgejis den minister
zelf niet ten deele, voor de meerbedoeldie
meeilijkheden aansprakelijk worden gisteld.
Of deze dienst thans, o.a. door de gevolg
de rentepolitiek, niet te groote depositor's
tot zich trekt, is een vraag, die zeker de
belangstelling waard is. Maar de vooma-
me aanleiding tot het deraiUement der
Hanzebanken ligt in juist #tcgenovorgestel-
de richting. In stede toch van gebrek aan
middelen voor het geven van crediet, is
veeleer het toevtoeien in de jaren van
schijnwelvaart van belangrijke bedragen,
waarvoor de directies doc betrokken ban-
ken emplooi moesten vinden, eene der oor-
zaken welke tot de meerbedoelde moet-
lijkheden hebben geleid.
Voor eene uitbreiding van het thans ge-
dane voorstel bestaat, zegt de minister,
geen reden. Het ligt niet in de macht der
regeering of van den wetgever te voor-
komen, dat groote groepen van ingezete
nen verarmen. De eeonomische moeilijk1-
heden kunnen door wettelijke maatnegelen
of door tseun uit 's rijks schatkist niet op-
geheven worden. Veeleer bestaat het ge-
vaar, dat ingrijpen van overhejdswege het
noodzakelijk proces van aanpassjng aan de
gewijzigde eeonomische omstaridigh den zal
vertragen en bemoeilijken.
De vraag, of reeds voor de indiening van
het ontwerp maatregelen waren genomen
wordt ontkennend beantiwoord. In geen
enkel opzicht is op de beslissing van de
Staten Oeneraal vooruitgefoopen.
Inderdaad is het doel van het voorstH
het voorkomen van massale vemietiging
van middenstandszaken, die levensvatbaar
en credietwaardig zijn, doch bij gebreke
van olen maatregel door de moeilijkheder.
van de betrokken banken zich niet zouden
kunnen handhaven.
De minister deelt voorts mede, dat de
A.C.B inderdaad hare tusschenkomsi slechts
verleenen zal, nadat aan haar, de Neder
landsche Bank en een rogeeringscommis-
saris of commissie zal geblcken zijn, dat
het onderpand vofdoende is, do crediet-
waardighejd der zaak, evenals hare Ievens-
vatbaarhe'd vaststaai u h i bedrijf zonder
de bedoelde tusschenkomst buiten staat
zou geraken in stand te blijven. Het veto
van eene der genoemde drie partijen zal
voldoendo zijn om het crediet niet te doen
verleenen.
Wanne.r op de i is ten, welke onder deze
regoling zullen vNrn, verliezien zouden ge-
ledon worden, zal, volgens do aanvankelijk
voorgenomen regeling, inderdaad de staat
die verliezen tot een bedrag van ten hoog-
ste 50 pet. der geheele vordering voor
zijne rekening rieinen. Het meerdere vtr-
lies zal de A.C.B, dragen, terwijl de Ne
derlandsche Bank van het verlies, hetwelk
op de door haar in disconto genomen
posten mocht geleden worden, doordat
noch de debiteur van de A.C.B, noch deze
laatste in staat zou zijn den post af te
lossen, de helft van den staat zal vergoed
krijgen. Het zal wel overbodig zijn hierbij
op te mericen, zegt de Minister, dat de
kans, dat de staatsgarantie tegenover de
Nederlandsche Bank effectief zou worden,
in het wezen der zaak uitgesloten mag
geacht worden.
Naar aanleiding van het opgemerkte om-
trent een gewijzigde risicoverdeeling tus-
schen den staat en de A.C.B, kan de mi
nister meedeelen, dat hieromtrent reeds
overleg met do A.C.B, is geopend,
Tot een bepaald resultaat heeft dit over-
leg nog niet gefeid.
De Minister zal zich de vrijheid voorbe-
houden, de regeling te alien tijde te beein-
digen in dier voege, dat alsdan de posten,
waarvoor de regeling gefdt, zullen over-
genomen moeten worden jzonder staats
garantie, dan wel geliquideerd zullen moe
ten worden. Het spreekf vanzelf, dat ten
opzichte van de posten, die geliquideerd
zullen worden, de regeling, welke ten op
zichte van de staatsgarantie werd getroffen,
op de nitkomsten der liquidatie van toe-
parsing zal zijn.
ZOMERHlTTE EN ZUIGEL1NGEN.
De dirocteur v. .n den Gemeentelijken
Cut.' skundioo i- - jezondsheidsdienst to
Ams'.erJam geeft de volgende. wenken in
verband met de temperatuur:
Bij ie thans heocschende zomerhitto
moeten zuigelingen zooveel inogdijk daar-
tegen beschermd worden. De moeders moe
ten zorgen, dat de kamers goed doorwaaien
en dat de zuigelingen zeer fuchtig worden
gekleed en toegedekt. Houdt vooral het
hoofdje koel. De hooge temperatuur wet-
lee het gevolg is van het warm toedekken
der kinderen uit vrees voor koude vatten,
^s voor zuigelingen zeer gevaarlijk. De melk
voor de kinderen, die ongelukkigerwijze
geen bcrstvoeding hebben, moet buiton-
gewcon goed worden verzorgd en koel
worden bewaard, door de flesschen of
kommen in koud water te plaatsen en dit
water zooveel ais noodig te veryerschen.
FOUTIEVE VOORLICHTING.
In de BeIgische-Limburgsche Eendracht
komt het volgende stjukje voor:
Men weet, dat Belgie jegens Holland een
aanzienlijke schukl aangegaan heeft, voor
de Belgische vluchteljngen en gefntermer
de Belgische soldaten, tijdens den oorlog.
Ce wijze van betaling Jer schuld gaf aan
'ejding tot fange orderhandelingen met Hol
land. Belgie heeft nu de verbintenis ge-.
teekend, die 63 mjllioen gulden, di het aan
Holland schuldig is, op 15 iaar tijd te zullen
betalen, in 30 6-maandeIijksche. afkortin-i
gen.
Deze guldens, aan den tegenwoordigt-n
wisselkoers, vertegenwoordjgen voor Bef-
Roman van Nederland gedurende
den oorlog,
door
CHARLES HUYGENS.
12)
Het was een lange, slechts een enkel'en
keer door rust ondorbroken tocht, die
Frank door Duitschland voerde. Een en-
kelen keer ook zag hij de stations, dicht
gevuld met opgedrongen menschenmcnig-
ten, die telkenmale slechts voor een ge-
ring gedeelte en dan nog op uiterst pri-
mitieve wijze plaats vonden in de gereed-
staande trein. Telkenmale wanneer de auto
mcest wachten voor een overweg, of een
eind gelijk op reed met den spoorweg,
zag Frank de dicht bezette militaire trei-
nen, de jonge soldaten elkaar verdringen-
de voor de portierraampjes, de wagens
nog dragend de spofen van het vroolijk,
bijna feestelijk afscheid van thuis. Hij kon
het niet meer aanzien de ongevoeligheid,
die een kenmerk van geheel zijn persoon
scheen, was geweken. Angst had Frank
niet gevoeld, maar niet zonder huivering
vroeg hij zich af wat er van het kleine Hol
land zou worden, indien de militaire nood-
zakelijkheid die factor, waarvoor alles
ter zijde had te gaan -aan de Duitlsche
strategen zou voorschrijven om hun weg
door Holland te nemen.
HOOFDSTUK IV.
Nederland in Oorlo&svjd.
Ten langen Ieste had de auto, die een
uitnemend bewijs gaf van hari sclide con-
structie, het kleine,, vriendelijk gelegen
Eentheiin bereikt. Hier was Frank aan de
grens; de chauffeur rekende er op, dat
hier zijn tocht zou zijn beejndigd. Frank
had te voren wel voorzien, dat zich moei-
lijkheden zouden voordoen bij het vinden
van eenig vervoermiddel, dat liqip van
Bentheim naar Oldenzaal zou hebben te
brengen, maar hij had met de werkelijk-
heid slechts ten deele rekening gehouc n.
Want, naar wellcen kant hij ook uifzag, wat
hij ook poogde en beproefde, n erg ens
scheen eenig voertuig meer voorradig.
Frank overlegde met den chauffeur. Is
het onmogelijk, dat je mij over de gren-
zen brengt?
Onmogelijk durf ik niet te zeggen, mijn-
heer. Het vrijgeleide dat U hebt, ioopl
tot aan de Duilfeche grens; ik kan U dus
in elk geval tot aan de grens brengen. Het
zou mij niets verwonderen als men er zich
niet tegen verzette, dat U de grenzen over-
gaat, maar men zal dan wef eenigen waar-
borg eischen, dat ik met de auto terugkom.
Het was zooals de chauffeur gezegd
had. Toen de auto met zijn gewonen Snel
len gang de grenswacht naderde, gaf deze
het teeken van stoppen. Frank vertoonde
zijn vrijgeleide, waarop werd aangemcrki,
dat passeeren van de grens onmogelijk
kon worden toegestaan. Noch met vrien-
delijke woorden noch met ruime giften kon
hier gewerkt worden, dat bleek Frank on-
middellijk. Hij legde de toestand uit, waar-
in hij zich bevond, hij gaf de verzekering,
dat de auto onmiddellijk zou terugkeeren.
De commandant van de grenswacht, een
bij de mobilisatie opgekomen zakenman
uit Minden, bleek practisch aangelegd.
Frank deponeerde het bij hem aanwezige
bedrag van 15.000 Mark en fyreeg daarte-
gie niet minder dan een half milliard.
Hett is te Jiopen, dat onze wiss- l verb> u re
en de som alzoo in omvang afnemen zal.
Moeten we nog' eens herhalcn, dat d
aanhef van dit bericht niet juist is? vraagt
de Limb. Koerjer.
A1 wat Nederland voor de Belgische
vluchteljngen dat zijn de burgers
gedaan heeft, deed het belangtoos.
De 60 of 80 daarvoor bestede millioenen
guldens droegen de Hollandsche schatkist
en liefdadigheid te eigen laste. Geen cent
wordt daarvoor in rekening gebracht.
Al'een de kosten voor het onderhoud van
zijn gedurende den oorbg hi.r geinttr-
neerde militairen moet Belgie betalen. Meer
niet. Dat is eisch van volkenrecht.
Het bericht is blijkbaar niet zoo bedoeld
maar kan den indruk bij zijn lezers ves-
ugwn: ue Hollanders laten zich hun „lief-
dadighejd" goed betalen, en dit zou
de goede verstandhouding tusschen Belgi
sche en Nederlandsche Limburgers kunnen
schaden.
Het zou eerlijk ziijn, afs de Eendracht
deze vergissing herstelde.
HET PROV. ELECTR. BEDRIJF VAN
FRIESLAND.
De financieele toestand van het P. E. B,
van Friesland is sedert 1916, het jaar van
oprichting, zoo slecht geworden, dat Ged.
Staten zich verplicht zien thans met voor-
stellen te komen, om daarin te voorzien.
Ze stellen voor, te beginnen met 1924,
gedurende 4 jaren, per jaar een renteloos
voorschot aan het bedrijf te verleenen,
groot 500.000 gld. met de vooropgezette
bedoeling, ook daarna in gelijketn geest
te handelen, zoo dit noodig mocht blijken.
Het verliessaldo bedroeg over de jaren
1917 tot 1922: over 1917 yl.6y6 gld.; over
1918 163.147 gld.; over 1919 243,441 gld,;
over 1920 528 281 gld.; over 1921 881,714
gld.; over 1922 1.217,122 gld,
DE UITGAVEN VOOR WERKLOOZEN-
ZORG OVER 1923.
De Minister van Binnenlandsche Zaken en
Landbouw heeft, ten vervolge op de be-
antwoording van de vragen van den heer
H. Colijn betreffende het verstrekken van
gegevens nopens de uitgaven ten be'noeve
van de werkloozenzorg, de volgende ra-
mingseijlers meegedeeld voor de kosten
over 1923:
Bijdragen aan werkloozenkassenRijk
3.150.000 gld,; Gemeente 2,950,000 gld,
Steun aan uitgetrokken werkloozen
6.220.000 gld,
Steun aan dubbel uitgetrokken werkloo
zen e.d. 9,415,000 gld,
iVaentgeldregelingenRijk 66.000 gld j
Gemeente: 06.UOO gld.
Kosten van werkversch. 13 962,000 gld,
Markenbijslag;Rijk 130.000 gld.; Ge-
1 meente 72.000 gld.
Kosten verplaatsing van arbeidskrachten
Rijk 18.000 gld.f; Gemeente 18,000 gld,
nieiuii olijivi, dat ue totale kosten .ai.
werkloozenzprg voor het Rijk en de ge-
i rneenien beuragen 30.00'/ ,0GU gld.
Daarvan komt naar raming ten laste van
het Rijk 11.364.000 gld,
STOFVRIJ MAKEN VAN WEGEN.
Te Nijmegen is de laatste weken een
nieuw midd 'l toegepast tot het stofvrij ma-
ken van de wegen. Het is een vinding van
dr. K. Erslev, aldaar, De eerste proefne-
mingen hadden bevredigende uitkomsten,
waarom het procede nu ook op hoofdwe-
gen (Keizer Karelpfein en Ossugesingel)
wordt beproefd. De vloeistof, waarvan teer
hef hoofdbestanddeel is, wordt met wa-
teeer in die mate verdund, dat het mogelijk
is met de auto-sproeiwagens de wegen
ermee te besproeien, zoodat het beterings-
werk in korten tijd over een groote uit-
gestrektheid kan worden verrichtt In an-
dere plaatsen is van dit middef nog geen
gebruik gemaakt.
SCHADEL1JK SNOEPGOED.
Naar de heer E. van Waegeningcn in het
weekblad ,,VoIksvoeding" schrijft, heeft de
Keuringsdienst van Waren te Maastricht
een groote partij jubileumsnoepgoed in be-
slag genomen, namelijk z.g. „dragees'' die
onder den naam „Riffles Schot" door een
onzer grootste suikcrwerkfabrieken in den
handel waren gebracht. Het snc-epgoed ziet
er aantrekkelijk uit, is verpakt in door-
schijnende kleine zakjes van ongeveer 40
gram, die met een gouden koordje zijn
dichtgemaakt en bestaat uit suikerballet-
jes in de nationale kleuren, rood-wit-blauw-
oranje, met bovendien de noodige gouden
en zilveren balletjes er tusschen. Vooral
de goudballetjes, die met koperbrons be-
werkt zijn, worden zeer schadelijk geacht.
DE TOESTAND.
„Local tendencies to thunder'' is de uit-
spraak, waarmee de Engelsche weerkundi-
gen, nu de lang beloofde warmtegoif er ein-
delijk is en, volgens de oude waarneming,
al even moeielijk als, zoo niet moeielijker
te verdragen is dan, de kwade dagen, die
eraan voorafgegaan zijn, het publiek troos-
ten, schrijft de N. R. Crt. Kans'op piaatse-
lijke donderbuien, zoo niet algemeene on-
weders ook in de hooge politiek. Donder-
dag op zijn laatst mogen wij dan een ver-
klaring van de Engelsche regeering fn La-
gerhuis en Hoogerhuis tegemoetzien, waar
van de kern zou zijn de aankondiging van
een nieuw onderzoek naar het Duitsche be-
taalvermogen. Engeland, en misschien on-
zijdige landen even goed als Italie, zegt de
Londensche Star, zouden er in afzonderliike
beraadslaging met Duitschland door komen.
Frankrijk zou daar ongetwijfeld bezwaar
tegen hebben, maar als de benoeming van
internationale financieele deskundigen door
de commissie van herstel zelve geschiedde,
zou het toch nauwelijks bedenkingen kun
nen laten gelden tegen een afzonderlijk o -
treden, want het heeft een dergelijk recht
opgeeischt toen Dultschlanu eileden ,aai
technisch in gebreke bleef.
Ziehier de vrij onschuldige voorspelling,
die de liberale Star van den eersten zet aan
Engelschen kant geeft. De bezwaren van
Frankrijk, waarop het blad doelt. hangen
natuurlijk samen met de Engelsche vorde
ring op Frankrijk. Dit laatste land iveet
even goed als ieder ar.der, dat Duitschland
nooit de 132 milliard goudmark van het
totaal van de schadevergoeding betalen zai
of kan. Het totaal is echter indertijd, al
naar de dringendheid van de vorderingen,
gesplitst in A-, B- en C-obligaties. De C-
obligaties, reeds toen vrijwel als oninbaar
beschouwd, hadden echter voor Frankrijk
deze waarde, dat het zijn aandeel erin ge-
bruiken wilde tot kwijting van schuld aan
Engeland. Komt er nu een nieuw totaal. zeg
van 60 milliard, volgens de schatting van
internationale deskundigen, te vo'.doen in
even vele termijnen bijvoorbeeld, dar. bliift
er voor Frankrijk niet veel over, om Enge
land te voldoen, tenzij het zelf den deur-
waarder gaat spelen tegenover de staten
aan welke het geleend heeft. Bij de vast-
stelling van een lager totaal heeft Engeland
in zoover belang, dat het dan nooit moreel
gedwongen zou behoeven te zijn, volmaakt
waardelooze C-obligaties aan te nemen. In
dit verband moge nog dit zinnetje uit de
jongsteObserveraangehaaldwo den: Ieder
bevoegd oeconoom weet stellig, dat Frank
rijk even goed in staat is als Engeland om
zijn buitenlandsche schulden te betalen".
genover de vrijheid om met de auto de
grens over te gaan. Zoodovnde bereikte
hij speedig Oldenzaal, waar njeuwe ondcr-
j handelingen met' de Nederlandsche auto-
nteiten noodig waren om de auto den te
rugke-r te vergunnen. Eindelijk slaagde hij
daarin, waarna hij achterbleef met zijn
kwitantje van 15.000 Mark, op vertjoon
waarvan hij dit bedrag bij het Duifeche
consulaat te Amsterdam zou kunnen innen.
Frank was sc«plisch dienaangaande gezind.
maar hij heeft later, al was hij geen vriend
van Duitschland, erkend, dat hij bij eerste
overlegging hel bedrag inderdaad uitbe-
taald kreeg.
He: was Frank als ademd* hij vrijcr nu
hij veer op vadorlandschen bodem stond.
Hij moest nu ovorleggen op welke wijze
hij hei spoedigst naar huis zou komen. Hij
begaf zich allereerst naar het Telegraaf-
kantoor, om aan de zijnen zijn terugkeer
te metden. Voor het telegraafkantoor ston-
den velen in lange rij, die ook ,h,un tele-
grammen wenschten aan te, geven. Frank
begreep, dat hij lang zou moeten, wachten',
Bij navraag bleek hem, dat het uiterst
twijfelachtig mocht heeteti of zijn telegrarn
dienzelf-den dag zou kunnen worden ver
zonden. Alio regeeringsTelegrammin gaan
voor, mijnheer, werd hem bericht.
Er zat met anders op dan het telegrafee-
ren na te laten en nit te /ie.n naar-een trein,
die hem zoo spoedig mogelijk in Amster
dam zou brengen. De dienstregeling was
opgeheven, het nrilitair vervorer \vas in
volien gang. Frank wendde zich tot den
dienstdofnden statjonschef. die uiterma-
te zenuwachtig bleek over de. drukte, de le-
vendigheid die plotseling het stille Olden
zaal hadden verrast. Ik kan U op geen en-
kele wijze garandeeren mijnheer, dat U
nog voor vanavond kunt v«rtrekken. Bo-
r-eiidien, als er een trein is, is het best
mogelijk, dat de militaire autoriteit daar-
op beslag legt en dat ik geen plaatjs voor
U heb.
Frank bevond zich in een toestand zoo
als hij dien niet mogelijk had geacht. Tot
nu toe, had hij, zelfs als jon-
gen, met weinig geld op zak,
steeds gemakkelijk gereisd; de or-
ganisatie van het verkeer, die wij alien zoo
gewoon vonden, had hem daartoe in staat
gesteld. Maar nu deden zich onverwachte
moedijkheden voor. Er zat niets anders op
dan opnieaw, geduldig te wachten. Fra;nk
trek er op uit, in de hoop hier of daar
een auto te vinden, die, zij het ook voor
grof geld, hem naar huis zou brengen.
Hij zocht straiten en straatjes af; hij vroeg
en inform erde, maar geen enkel resul-
taat werd door hem bereikt Hij kreeg
honger, bedacht zich, dat hSj in de laatiste
vier en twintig urcn weijiig of niets had
gegeten, zooZeer had hij den chauffeur
herhaaldelijk tot spoed aangemaand. Hi]
girig e.-n hotel binnen en bestelde wat
he n het eerst in de gedachlje kwam. Be-
Ieefd, maar vrij nadrukkelijk vroeg de
kellner hem of hij afgepast geld bij zich
had.
Frank keek in zijn portefeuille. Hij
nam altijd de voorzorg om, wanneer hij
voor korter of langer tijd naar het buiten-
Iand \ertrok Hollandsch geld met zich te
dragen, ten einde niet door wisselmoeilijk-
heden genoopt te worden zonder gang-
bare contanten in hetj vaderland terug te
keeren. Maar het kleinste wat hij had was
een bankbiljet van 40 gulden.
Dat kan ik niet wisselen mijnheer.
Net wisselen? vroeg Frank. Het scheen
hem een zeer behoorlijk koffiehuis toe,
waar in den loop van den dag toch wel
voor meer dan veertig gulden zou Zijn
yerteerd.
Neen, mijnheer, het zilvergeld is
schaarsch; wat de baas aar. kleingeld heeft,
staat hij niet meer af. Hij is de eerste dagen
te royaal geweest, het feek hier wel een
wisselkantoor, maar hij is wijs geworden
door de ondervinding.
Een nieuwe practische moeilijkhcid. Met
een behoorlijk bedrag in zijn zak, zou bet
Frank onmogelijk zijn om eten te krijgen,
omdat hij niet over kleingeld beschikto
en men hem niet wisselen kon of wilde.
Frank had er een hekel aan om op reis
met onbekenden kennismaking aan te knoo-
pen, hij was weinig hufpAaardig, maar
vroeg ook zelden hufpvaardigheid. Hij
wendde zich tot een dergenen, die mede
in het restaurant hadden plaats genomen
en vroeg dezen of hij hem geen veertig
gulden kon wisselen. De man was zoo
vriendelijk afs maar mogelijk was, maar
verkeerde in de onmogelijkheid hem te
helpen. Frank kreeg een kaartje uit zijn
zak, voorzien van zijn functie en zijn
ad res en bood het den vreemden heer aan.
Mijn naam is Van Oosterzee, ik ben direc-
teur van de Nederland-Indielijm. Ik ben
uit Duitschland gekomen, ik heb geen ge-
past geld enFrank iachte even ik
heb "honger. Zoudt U niet bereid zijn mij
wat kleingeld te leenen?
Met genoegen. De vreemde mijnheer tel-
de hem een vijf of zes gulden in klein geld
voor, Frank gevoelde zich door het bezit
van dit voor hem onnoozele bedragje ge-
lukkiger dan het geval was geweest toen
hij als jong kantoorbediende zijn eerste
eigen verdiend geld ontving.
COURA
De Burgemeester van TER NKUZEN brengt ter
algemeene kennis dat uitspraken op aanvragen
om vrijstelling van den dienstplieht, ter seeretarie
dezer gemeenie, voor een ieder ter inzage zijn gelegd.
Tegen deze uitspraken kan binnen TIEN dagen na
den dag van deze bekendmaking in beroep worden
gekomen
a door de ingeschrevenen wien de uitspraken
gelden of door hun wettigen vertegenwoordigerI
b. door elk der overige voor deze gemeentevoor
dezelfde liebting ingeschieven personen of door diens
wettigen vertegenwoordiger -
Het verzoekschrift moet met redenen omkleedzijn
Het behoeft niet gezegeld te zijn. Het moet worden
gerieht aan de Koningin, doeh worden ingediend by
den Burgemeester, ter seeretarie dezer gemeente.
De Burgemeester zorgt voor de doorzendtng. Voor
zooveel betreft uitspraken door Gedeputeerde Staten
gedaan kan bovendicn de Commissans der Koningin
binnen dezelfden termijn bij de Koningin in beroep
komen.
Ter Neuzen, den 10 Juli 1923.
De Burgemeester voornoemd,
J. HUIZINGA.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN.
Gelet op artikel 219 der Gemeentewet,
brengen bij deze ter kennis van de ingezetenen.
dat de rekening van de inkomsten en uitgaven
dezer gemeente, over het jaar 1922 aan den Raad
is overgelegd en die rekening van den 12 Juli tot
den 26 Juli a. s. op de seeretarie der gemeentevoor
een ieder ter inzage zal liggen en tegen betaling der
kosten in afschrift verkrijgbaar is.
Ter Neuzen, den 11 Juli 1923.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
B. I. ZONNEVIJLLE, Serretaris.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
breDgen, ingevolge artikel 12, eerste lid der IJrank-
wet, ter openbare kennis, dat bij hen is ingekomen
eea verzoek om vergunning voor den verkoop van
sterken drank in het klein voor gebruik elders dan
ter plaatse van verkoop van JACOB DONZE, van be
roep, grossier, wonende te Ter Neuzen. voor het bene-
denlokaal van het perceel. Range Kerkstraat 59.
Binnen twee wekeD, nadat deze bekendmaking
is geschied, kan ieder tegen het verleenen van
deze vergunning schriftelijk bij Burgemeester en
Welbondcrs bezwaren inbrergep.
Ter Neuzen, 11 Juli 1923.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA. Burgemeester.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
brengen ingevolge artikel 12, le lid der Drank wet,
ter openbare kennis, dat bij hen is ingekomen een
verzoek om vergunning voor den verkoop van sterken
drank in het klein voor gebrnik ter plaatse van
verkoop van EMERIC TRIl'HON MARIE TANGHE,
van beroep verzekeringsagent, wonende te Ter Neuzen.
voor het benedenlokaal van het perceel, Nieuwstraat
No. 3.
Binnen twee weken, nadat deze bekendmaking is
geschied, kan ieder tegen het verleenen van deze
vergunning schriftelijk bij Burgemeester en Wet
houders bezwaren inbrengen.
Ter Neuzen, den 11 Juli 1923.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
(Wordt vcrvolgd l.