AL6EMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIE8LAD VOOR ZEEUWSCH VLAANDEREN. No. 7468. Vrijdag 22 Juni 1923. 63e Jaargaug. Uit het booge Noorden. BIN HEN L and. BUITENLA N D. BBR/STB BIjAD. LI. De koers van de mark is gekomen ver be- neden die van de Oostenrijksche kroon, en gaat in dalende richting den kant van den Russischen roebel uit. Dit geeft aanleiding over geld en rente iets te zeggen. Feitelijk is geld (goud, zilver, koper) met anders dan ruilmiddel om producten te koopen. Maar omdat goud een vrijwel con- stante waarde heeft, gaat men veelal uit bij een muntstelsel van een gouden standaaiu- munt. Vandaar, dat de zoogenaamde goud- mark de voile waarde behouden blijft. Wanneer men dus papieren geld in um- loop brengt (zooals in ons land de Neder- landsche Bank), dan behoort daartegenover een tegenwaarde te bestaan. Zoo is elk bankbiijet hier te lande gedekt gedeeltelijk door den goudvoorraad, gedeeltelijk door op koopmansgoederen enz. voorgeschoten som- men. Er is een zuivere balans: aan de eene zijde de uitgegeven biljetten, aan de andere zijde goud en goederen. Zoolang dit het geval blijft in ons land, kan het geld zijn voile waarde of koopkracht behouden, wanneer tenminste de Staat of het Rijk niet zooveel gaat leenen (omdat men meer zou uitgeven dan ontvangen), dat daardoor de bank in moeilijkheden komen zou. In Duitschland echter wordt voortdurend bankpapier gedrukt en uitgegeven, zonder dat er een tegenwaarde bestaat, zoodat er over- vloedig papier en weinig goederen zijn. Dit is 6en van de omstandigheden uit de laatste jaren, die aan het publiek langzamerhand de oogen gaan openen, dat het dringend noodig is te geraken tot gezonde praktijken in ons kapitalistische systeem. Een van de groote problemen is de rente- kwestie. Doordat het percentage der nieuwe leeningen veel hooger is geworden. noodig omdat anders de kapitaal-bezifters niet wilden leenen, zijn z. g. n. schuldbrieven (obligaties) met lage rente in prijs gedaald. De bezitters daarvan hebben dus bij ver- koop kapitaalverlies. Echter indien de rente kon worden verlaagd, zouden de stukken dier vroegere leeningen ter beurze onmid- dellijk in koers verbeteren, dus zouden de bezitters een grooter kapitaalwaarde ver- krijgen. Daarbij zou renteverlaging een buitengewone ontlasting zijn op het Staats budget en ten goede komen aan de belas- tirigbetalers. Vandaar, dat de vraag naar voren ge- schoven wordt, ook in kringen, die vierkant front tegenover socialisme en communisme staan, of men niet ernaar streven moet de rente aan te tasten. Immers er is hier een groot verschil bij het leenings-object. Bijv een huis heeft waarde, omdat het aan een gezin een woning verschaft. De eigenaar verhuurt dit. Heeft die eigenaar echter niet het voile bedrag noodig voor aankoop en hij leent daarom geld (hypotheek), dan be taalt hij in de rente van de geleende son een deel van de winst, bestaande in de huur na aftrek van onderhoudskosten. Wanneer de Staat bijv. een spoorweg aanlegten daarvoor geld leent, geschiedt dit, omdat men dat werk als „productief" beschouwt. Men krijgt inkomsten van ver voer van passagiers en goederen. Is die opbrengst nog niet voldoende om de ge- heele rente te betalen, dan kan men toch nog uitgaan van de gedachte, dat men door dit vervoermiddel gelegenheid gaf aan den handel om zich uit te breiden, zoodat daar door de welvaart werd bevorderd. Maar anders staat het ervoor, wanneer een staat geld leent, omdat er meer uitge gegeven werd dan men ontvangen kon, zo< als vooral zeer sterk in de oorlogsjaren het geval was. Hier werd aan de burgerij een zware last opgelegd voor rente, die moetr worden betaald voor een schuld voor im- productief doeleind. Wij gevoelen, dat hh r een groot verschil aanwezig is. vergeleken bij de twee vorige voorbeelden. Evenzoo is er verschil tusschen geld, dat men leent om er handel mee te drijven, bijv. „aandeeien". Werpt dit een goede rente af, daartegenover staat het risico, dat men veel, soms alles, kan verliezen, zoodat men behalve zijn rente ook nog zijn kapitaal veriiest. 'Het is algemeen bekend, dat zeer vele groote maatschappijen en vennoot- schappen gedurende de paar laatste jaren buitengewoon groote verliezen geleden hebben. Verschil met geld, dat men aan den Staat tegen vaste rente (of aan een hypotheekbank enz.) leent, omdat men dan zijn coupons knipt vrijwel zonder risico en zonder zelf ervoor wat te doen. Dit mag voldoende zijn om te begrijpen, dat het niet mogelijk is om een universeel, algemeen geneesmiddel toe te passen. Wij behoeven ons niet warm te maken over tjle vraag, of men niet het geld afschaf- fen kan. Wij zien, dat ook in Rusland het geld alls ruilmiddel noodig was en bleef, en in een; groot deel van Europa zien wij het afschriikwekkend gevolg van het in omloop brengefn van ruilmiddel zonder voldoende tegenwaarde. Er zijn echter ook stemmen opgegaritn in ons land, die vroegen of het nemen v.(in rente eigenlijk wel geoorloofd was. Ztdfs heeft een onlangs opgerichte politieke partij dienaangaande een punt op haar progr am. Inderdaald wordt in het Oude Testament het nemen can woeker verboden. Ook in de oud-christelijke kerk bestond een rente- verbod. Ev\enwel moet men niet uit het oog verliezen, dat oudtijds toch rente voor ge- leend geld werd genonien, veelal heel wat meer dan thans het geval is. In de eerste eeuwen van de christelijkc kerk had men echter geheel andere econo- mische toestanden dan tegenwoordig. Fabrieken bestonden niet. Alles was han- denarbeid op kleine schaal. De handel was even klein als de scheepvaart. En voor zoo- ver er geldhandel was, werd deze niet door Christenen gedreven. Vele eeuwen lang waren Israelieten de voornaamste geid- schieters. Het meest eervolle beroep was de geestelijke stand. Daarna kwam de adel als de kern van het toenmalig militairisine. Verder had men den landbouw en de hand- werkers, die als minderen werden be schouwt. Maar de handel werd eigenlijk opgevat als iets weinig fatsoenlijks. Lang zamerhand echter wijzigde die waardeering zich. Eenerzijds door de opkomst der ste- den, anderzijds van de industrie, die fa- briekmatig werd, gepaard met de toeneming van scheepvaart en internationaal verkeer, schoof zich een nieuwe stand om hoog: de koopman. Maar tegelijk gaat daarmee ge paard, dat het voor den handel noodig wordt te beschikken over grooter sommen of kapitalen. De geldhandel in den vorm van bankiers en kassierskantoren verkrijgt een aanzienlijke uitbreiding. Maar daarmee wordt het hoe langer hoe meer onmogelijk om het oude renteverbod te handhaven. Eindelijk in de eerste helt't der zestiende eeuw wijzigt zich, vooral tengevolge van de ontdekking van- Amerika, de toestand geheel. Het zoogenaamd kapitalisme neemt een aanvang, waardoor de samenleving in ge heel nieuwe banen wordt geleid. Nu is het koopmansberoep een zeer eervol, een deftig beroep geworden. Een halve eeuw later worden die kooplieden: de regenten. Nu kan men wel theoretisch betoogen, dat het nemen van rente principieel verkeerd is, doch in de praktijk schijnt dit onmisbaar. Het was het reeds in de voor-kapitaiis- tische periode. Toen trachtte men langs omwegen het renteverbod te ontgaan en toch van uitgeleend geld inkomsten te ver- krijgen. Maar onder het kapitalistisch systeem is geen enkele zaak van grooten omvang tot stand te brengen, zonder dat men geld opneemt. Want niemand bezit zelf voldoende kapitaal om bijv. een fa- briek, waarin duizend menschen arbciden, te bouwen. Ook de aanleg van groote werken door de overheid als spoorwegen die vele millibenen kosten, moet wel ge paard gaan met leening. En nu is het egoi'sme van den mensch een onoverkomelijk beletsel om gedaan te krijgen, dat het al gemeen gewoonte worden zou om zijn over- tollig kapitaal (geld) aan een ander te leenen, onverschillig of die ander een per soon, een onderneming of de Staat is. Af- ge'scheiden reeds van het feit, dat men altijd risico loopt bij leening van geld, want op den langen duur schijnt elke Staats- schuld waardeloos te worden, dus dat daar om reeds wordt getracht zich tegen zulk risico te dekken door rente, men kan wel begrijpen, dat de menschen, die over geld beschikken, heel weinig lust zullen hebben dit geld aan een ander toe te vertrouwen. als zij niet in een of anderen vorm daarvan een zeker voordeel trekken, Doch dat verhin- dert niet, dat wij thans helder inzien. dat de tegenwoordige toestand, zooals die zich door de gebeurtenissen na 1914 heeft ont- wikkeld, zeer veel te wenschen overlaat. Evenwel: minder dan men oppervlakkig bezien soms denkt, want niettegenstaande die daaraan klevende fouten, is de alge meene welvaart vergeleken bij een halve eeuw geleden toch belangrijk verbeterd. En men vergete niet, dat zoowel de mensch als de maatschappij een verwonderlijk aan- passingsvermogen bezit. Ik geloof echter dat men zich niet blind staren moet op ver- schijnselen van een paar jaren, en ge- dachtig, hoe de menschheid bestaan blijft en steeds vooruitgaat, mag blijven hopen dat ook hierin een geleidelijke ontwikkeling komen zal, ja onopgemerkt reeds bezig i M. a. w„ dat, wat wij nu zien een tijdelijk verschijnsel is, dat zichzelf uit eigen door ons ongekende krachten zal vervormen en dat al wat ons hierin verkeerd toeschijnt de noodzakelijke voorbode is van een mis- schien nabij tijdperk van nieuwen econo- mischen bloei. T. g. T. DE VACANT1ERE1S VAN DE KONING1N. De Koningin zal Dinsdag 26 dezer, d«s avonds om(7 uur, met de Batavier V naar Engeland vertrekken voor haar vacamtie- reis. De boot is voor deze reis niet extra gecharterd, doch alleeii worden geen eer ste klasse passagiers medegenomen. De eerste klasse blijft voor de Koningin ge- reserveerd. EERSTE KAMER. Vergadering van Donderdag. Bij het ontwerp tot bepaiing van de kosten, verbonden aan de wet op het levens^ verzekeringbedfijf, maakt de heer S. de Vries (a.r.) aanmerking op de veel te hoo- ge salarissen van leden der verzekerings- kamer. De heer Hazevoet (r.k.) vejdedigt het ontwerp en acht de salarissen van de hoo- gere ambtenanen veel te laag. Minister De Geer zegt, dat zonder deze salarissen de verzekeringskamer niet sa men te stellen is. De leden bekleeden edn een zeer bijzondere fundie die r.iet te ver- gelijken is met andere fundies in staats- clienst. Het ontwerp wordt daarna z.h.s. aan genomen. Aan de orde is dan de wijziging van de Kieswet, Provinciate v.e. ,11 Qemeentewet. De heer De Vos \an oteen >vijk (c.h.) ziet geen betere oplossing, ,naar zijn standpunt tegenover de evvnredige vertegenwoordi- ging is bekend. De heer De Vlugt (a.r.) geeft aan de regeering erns.i i.i overweging, een voor- stel voor te bereiden tot afschaffing van den stemplicht, die wet te handhaven is. De heer i e Waal alefijt (a.r.) ontwik- kelt vele bezwaren te in het ontwerp. Hij zal echter voor stem men, omdat het hier geen Grondwetsherziening geldt. De heer Verkouteren (c.h.) wenscht ver- eenvoudigiiig van de wet, opdat een niet- stemmer boete Kan worden opgelegd. Een niet-stemmer is gelijK aan een dienstwei- geraar. Spreker wijst Voorts op de gekke uitdrukking: Provinciate Wet. TWEEDE KAMER. Vergadering van Donderdag. Bij de regaling van werkzaamheden stelt de voorzitter voor, de regeling van steun aan de Hanzebanken a m ae agenda toe te voegen. De heeren Schaper (s.d.) en Marchant (v.d.) zijn er tegen, wegens de razend- snelic behandeling. De heeren Drisselhuys (v.b.) en Beu- mer (a.r.) gaan ermede accoord, wan- neei de inlichtingen van den minister bij- tijds worden verstrekt. De heer van Vuuren (r-k.) is er voor. Het voorstel van den voorzitter wordt aangenomen met 46 tegen 21 stemmen. Een voorstel van den heer K. ter Laan (s.-d.) om de militaire pensioenwetten niet voor Dinsdag te behandelen, wordt ver- worpen met 63 tegieri 9 stemmen. Bij het wetsontlwerp petreffende het' sa- mengaan van het Kamerhdmaatschap met andere ambten, vervalt de motie-Troelstra. wegens regeeringswijziging van art. 1. De heer Troelstra (s.d.) acht die wijzi ging onbevredigend, daar de regeering de beslissing houdt. heer J. ter Laan (s.d.) betreurt het, dat wiilekeur niet w< rdt uitgesloten. HET DIENS'i WE1GERINGS- ONTWERP. Aan het Voorloopig Verslag der Eerste Kamer over het ontwerp van wet betref- fende dienstweigering Is het volgende ont- leend Verschiilende leden waren van meening dat dit ontwerp getuigt van de moeilijk heden, waarin men komt als men in groote beginselvraagstukken de onfeilbaarheid niet van een leergezag, maar van elk in- divjdu gaat erkennen. Dat de Staat het ge- weten van zijn burgers eerbiedigt, kan niet worden gelaakt, maar ook te dezen opzichte zijn grenzien. Deze grenzen wor den in elk geval overschreden, waar zelfs gewetensbezwaren tegen de vervulling van inilitairen dienst „van welken aard ook" worden erkend. Deze leoen meenden voorts, dat deze tijd, waarin velerlei symptomen van ver- slapping van tucht en moreel verval zijn waar te nemen, al heel slecht gekozen is om met zulk een maatregel te komen, die het gebrek aan tucht loevorderen zal. Om al deze redenen zouden deze leden in geen gevai hun stem aan het onfjwerp kunnen geven. Zij achttep het bi'ter de regeering te verzoeken bet ontwerp tie- rug te nemen, ten einde zich zefve een verwerping te besparen. Onderscheidene leden waren van oordeel dat de Overheid niet alle bezwaren kan ophetfen. Aiken voor de zeer ernstige werkelijke gewetensbezwarm, djch met voor verstandelijk inzicht kan de Overheid wijken, anders zou zij haar plicht niet kunnen volvoeren. Vele kaen waren Jan ook van meening, dat de regeering den juisten weg gekozen had, niet verder won g^an en deze macerie met voorzichtigheid behanueld had. Andere .eden vroegen zich af, of het wel voldoende is om slecnts twee groepen van diepstweigeraars te erKennen. In net bij- zonder betreurden zij het, dat bij de gewe tensbezwaren niet UuidelijK de pautisti- sche bezwaren genoemd worden. ONTB1NDINO DER RECHTBANKEN TE ZIERIKZEE EN HEeRENVEEN. Het wetsontwerp tot opheffing der rechtbanken te z.,erikzee en Heurenvecvi is door dfe Eerste Kainer aangenomen met 22 tegen 10 stemmen. Tegen de heeren: van Embden (v.d.), W. Franssen (a.r.), Smeenge (v,b,), Smits (r.k.), Janssen (r.k,), Croies (a,r,), iVlen- dels (s.d.), Schonfeldt (vjd,), L, de Vries (c.h.), en van Wassenaer van Catwij'k (c.h.)« RENTELOOS VOORSCHOT AAN DE KON. LUCHTVAARTMAAT- SCHAPPI J. Door de Tweede Kamer is aangenomen het wetsontwerp tot het verleenen van een renteloos voorschot aan de Koninklijke luchtvaartmaatschappij ton bedrage van 1.400.000, voor 1923 tot en met 1926. DE WIJZIGING VAN DE LEER- PL1CHTWET. Naar het Handbl- verneemt, vindt het uitste] der behandeling van het weflsvoor- stel tot wijziging van de Leerplichfwet (tijdelijke opschorting der \erplichting van het zevende leerjaar) niet enk 1 zijn grond in zijn wensch om de vacant;e der Kamer niet uit to stlellen, maar tevens in een ver schil van meening in de Kamer, vooral zich openbarend in de Roomsch-Kathoher ke Staatspartij. Terwijl de heer van Wijn- bergen e.a. zich met het door den minis ter voorgestelde uitsifel wel konden ver- eenigen, rees bij den heer Nolens bezwaar op grond van de overeenkomsten van1 Washington, die arbeid van beneden veer- tienjarigen uitsluiten. Hij vreesde dat een verkorting van den schooltijd tot een verlaging van den leef- tijd van toelating tot tabrieken en werk- plaatsen zou kunnen leiden, en had daar om ernstig bezwaar tegen een verkorting van den schoolplichtigen leeftijd. Aangeziep in dezen geen overeenstemming kon wor den verkregen, heeft men in uitstel voor het oogenbiik een uitweg gezocht In par- lementaire kringen acht men het voor ze ker, dat het ontwerp niet in de Kamer zal terug'keeren. DE ROTTERDAMSCHE BURGE- MEESJERSVACATURE. Naar de Tel. verneemt, is de regeering thans in directe onderhandeling gietreden met het gemeentebestMur over de benoe- ming van een nieuwen burgemeester. Daar- uit blijkt, zoo meldt het blad, dat de re geering, die haar eigen candidaat heeft laten varen, zelve niet in staat is iemand te vinden geschikt en genegen om de er- fenis van mr. Zimmerman te aanvaarden en dus overleg pleegt met hen, die met den rrteuwen burgemeester moeten samen- werken. LOONSVERLAGING RIJKSPERSONEEL Naar de Residentiebode verneemt, ligt het in het voomemen der regeering om de toonen van sommige groepen rijkswerk- lieden in overeenstemming te brengen met die, welke in de particulicre bedrijven op dit oogenbiik gelden. Wordt dit voomemen uitgevoerd, dan zou dit beteekenen dat de loonen belang rijk verlaagd worden. Men noemde ons zelfs bedragen vVjn! 7 a 8 iguklen per week. Bovendien zou hiervan het gevolg zijn dat de thans geldende uniforme loonrege- ling wordt ongedaan gemaakt. DE EERSTE KAMERVERKIeZINGEN. De candidatenlijst der Chr. Hist. 'Jnie voor de verkiezing van leden der Eerste Kamer van de Staten-Generaal, in de groep Utrecht, Zeeland, Noord-Brabant, Lim- burg, is volgens de „Ned." door de Chr. Historische Statenleden der vier genoemde provincien samengesteld als volgt: 1. prof, dr. J. R. Slotemaker de Bruine, Utrecht, 2- prof. jhr. mr. B. C. de Savornin Lohman, Utrecht, 3. Kr. Timmers, Klundertf, 4. mr, dr. F. J. Frowein, Wittem, 5, mr. H. F. Lantsheer, Middelburg. DE BANKB1LJETTEN VAN 10 OLD. I>- heer Bulten heeft tbf den minister van Financien de volgende vragen gericht. lo. Is het den minister bekend, dat door de Nederlandsche Bank biljetten van tfien gulden in omloop gebracht worden, die uit twee op elkaar geplakte papieren bestaan, althans waarvan het papier zeer gemakke- lijk in twee bladen te splitsen is? 2o. Zoo ja, acht de Minister dit niet in strijd met het algemeen belang en is hij bereid, daartegen maatregelen te doen nemen getracht hun dorp te redden, door graaf- werken, welke ten doel hadden den stroom een andere richting te geven, maar de lava vulde deze greppcls en stroomde er over- heen, zoodat den menschen niets overbleef dan een overhaaste vlucht, met achterlating van have en goed. De verlaten stad Lingua- glossa ligt geheel door lava omringd. De minister van openbare werken, die op het tooneel van de ramp is aangekomen, heeft aan Mussolini een uitvoerig telegram gezonden, waarin hij den premier van d6n toestand op de hoogte brengt. De minister prijst de kalmte en vastberadenheid, waar- mede de bevolking haar lot draagt. Hij leidt persoonlijk het hulpwerk. De koning is gistermiddag aan het sta tion van Fiumefreddo aangekomen. Hij be- gaf zich onmiddellijk per auto naar het be- dreigde gebied. Ook Mussolini heeft Rome thans verlaten om zich naar Catania te be- geven. Het Italiaansche Roode Kruis heeft een groote hoev^elheid verplcgingsmate- riaal naar Sicilie gezonden. DE UITBARSTING VAN DEN ETNA. Bij de tegenstrijdige bericlden, gemeld onitrent den ernst van de huidige Etna-uit barsting, zijn de optimistische waarbij men trouwens een slag om den arm had gehouden in het ongelijk gesteld en de italiaansche bladen melden thans, dat de uitbarsting nog erger is dan die van 1911 tot dusverre de laatste grcote uitbarsting van den vulcaan, die in den loop der eeuwen a. heel wat op zijn geweten heeft. De vluch- telingen, die te Catania en elders aan- komen, doen hartroerende verhalen van de ontzettende tooneelen, welke zich in de ge- teisterde streken afspelen. Vijf lavastroo- men dalen langs de berghellingen af, waar van de grootste reeds een breedte van 700 a 1000 M. en een dikte van 8 a 10 M., heeft gekregen. Van tijd tot tijd schijnt de lava tot rust te komen en lijkt het alsof zij zal stollen. maar dan breekt de korst weer open en op- nieuw spuit dan de gloeiende inassa uit de openingen en stroomt .verder. Ook worden gedurig hevige ontploffingen gehoord. De schade, welke aan het land is toege- bracht, is enorm. Geheele bosschen zijn verdwencn. Een aschlaag van twee centi meter dikte bedekt het land en de wegen en geeft door haar zwartheid den indrtik van een groot rouwkleed, dat over het land is uitgespreid. Het is ontroerend om te zien, hoe de boe- ren blijven weigeren hun woningen te ver laten, totdat zij er op het laatste oogenbiik door de lava toe gedwongen worden. Da i trachten zij te redden wat er nog te redden valt. De hulpverleening aan de slachtoffers geschiedt door carabiniers en de nationale militie en de discipline, welke er heerscht is voorbeeldig. Na Castiglione is nu ook het dorp Cate na geheel onder de lava bedolven, maar van beide plaatsen waren de bewoners reeds gevlucht. Het station van Cerro en een aantal huizen van deze plaats zijn eveneens verwoest. Daar waren de bewoners tot het uiterste oogenbiik gebleven en hadden zij TER NEUZEN, 22 Juni 1923. „HULP IN NOOD". Uit de rekening van de laatst verloopen drie maanden blijkt, dat is ontvangen aan contributie 678,60, buitengewone inkom sten f 57,85, samen f 736,45, terwijl is uit gegeven wegens uitkeering aan zieken f 523,92, bodeloon /78 en buitengewone uitgaven 24,55, samen 626,47, alzoo een batig slot van /109,98. Met het goed slot der vorige rekening was aanwezig 2663,47. Voor de afdeeling Steunkas is ontvangen aan contributie 75,40, uitgegeven niets, zoodat er met het saldo der vorige rekening aanwezig is 989,75. 30e jaarverslag. In de jongste algemeene vergadering werd tevens ook uitgebracht het 30e jaar verslag. Daaruit bleek, dat over 1922/23 is ontvangen: contributie 2715.92, bijdrage der afd. Steunkas in de onkosten der ver- eeniging 100, donateursgelden 74,25, subsidie van de gemeente Ter Neuzen 50, rente Grootboek N. W. S. /45,id. Rijks- jrostspaarbank j 14,39, entre's, reglementen, boeten enz. f 5,75, busgeld f 5,56, totaal f 3010,87. Uitgegeven is voor uitkeering aan zieken 1572,52, bodeloon f 312, gratificatie aan het bestuur .f 130, zaalhuur enz. 93,56, uit keering bij overlijden van 3 leden /60, druk- werk 31,20, bodeloon, donateursgelden 7,43, totaal (2206,71. Het afgeloopen jaar gaf dus een batig slot ad 804,16. Uit het 14e jaarverslag der afdeeling Steunkas bleek, dat is ontvangen: contribu tie (300,88 en rente jxrstspaarbank 24,87, totaal f 325,75. Uitgegeven is wegens ondersteuning van zieken f 168, onkosten der vereeniging f 100, uitkeering bij overlijden van 3 oud-leden (30, gratificatie bode j5, totaal f303, alzoo een batig slot van (22.75. AANVAR1NG OP DE SCHELDE. Dinsdagmorgen is op de Schelcle tenge volge van een plotseling invallende mist een binnenschip in aanvaring gekomen met een stoomboot. De Engelsche vrachtboot ,,Sulima" was op weg naar Antwerpen, toen bij de Pijp Tabak plotseling een mist opkwam, die alle uitzicht belette; bevelen tot ankeren werden gegeven, en terwijl men hiermede bezig was, kwam het schip in aanvaring met het Nederlandsche stoomschip „Ambu- lante" van Leeuwarden, dat met cement ge- laden van Haeren kwam en naar Nederland ging. De „Ambulante" kreeg een zwaar lek en werd op het droge gesleept. Nadat de „Sulima" voor anker lag, kwam de boot in botsing met het Zweedsche stoomschip ,,Mercia". De „Mercia" werd erg beschadigd, doch kon tot Antwerpen doorvaren. Terwijl de ,,Mercia" ter hoogte van het oude dok was, kwam juist het loggerschip de „Watergeus" uit het dok en liep met de voorsteven in de stuurboordzijde van de ,,Mercia" die weer een gat in de romp be- kwam. De voorsteven van de „Watergeus" werd ook ernstig beschadigd. ZANGERSFEEST TE AXEL. De Zeeuwsche Zangersbond „Zang Ver- edelt", blijkt het op prijs te stellen, dat ook vereenigingen uit Zeeuwsch-Vlaanderen toe- getreden zijn. Werd het vorige jaar het jaarlijksche reest te Hoek gehouden, thans gold Axel als plaats van samenkomst. Men schroomt geen verre en minder ge- makkelijke reis om naar hier te komen. We vernamen, er was een vereeniging, v<>: wie tusschen het „uit" en „thuis" 23 uur verliep. Het was bij zooveel opoffering voor de gasten die van verre kwamen jammer, da1 het weer niet stond in het teeken van het jaargetijde, want als men er eens een dag uit gaat is mooi weer toch maar alles en wordt ook een langdurige reis over water een aangename tocht. Niet minder was het regenweer een teleurstelling voor de Axel- sche zangvereeniging „Orelio", die als gast- vrouw optrad en de regeling van het zan- gersfeest met steun van een eere-comite, onder voorzitterschap van den burgemees ter, den heer F. Blok, op zoo flinke wijze had ineengezet. Men beschikte over de bekende fraaie weide van de hoeve „Loosjeshof" van de N.V. Stal Van Dixhoorn, in de onmiddellijke nabijheid van Axel. Aan den ingang was een fraaie eerepoort opgericht, en voorts waren op het ruime terrein opgeslagen een gesloten estrade

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1923 | | pagina 1