AL6EMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIE8LAD VOOR ZEEUWSCH VLAANDEREN.
No. 7468.
Vrijdag 22 Juni 1923.
63e Jaargaug.
Uit het booge Noorden.
BIN HEN L and.
BUITENLA N D.
BBR/STB BIjAD.
LI.
De koers van de mark is gekomen ver be-
neden die van de Oostenrijksche kroon, en
gaat in dalende richting den kant van den
Russischen roebel uit. Dit geeft aanleiding
over geld en rente iets te zeggen.
Feitelijk is geld (goud, zilver, koper) met
anders dan ruilmiddel om producten te
koopen. Maar omdat goud een vrijwel con-
stante waarde heeft, gaat men veelal uit bij
een muntstelsel van een gouden standaaiu-
munt. Vandaar, dat de zoogenaamde goud-
mark de voile waarde behouden blijft.
Wanneer men dus papieren geld in um-
loop brengt (zooals in ons land de Neder-
landsche Bank), dan behoort daartegenover
een tegenwaarde te bestaan. Zoo is elk
bankbiijet hier te lande gedekt gedeeltelijk
door den goudvoorraad, gedeeltelijk door op
koopmansgoederen enz. voorgeschoten som-
men. Er is een zuivere balans: aan de eene
zijde de uitgegeven biljetten, aan de andere
zijde goud en goederen. Zoolang dit het
geval blijft in ons land, kan het geld zijn
voile waarde of koopkracht behouden,
wanneer tenminste de Staat of het Rijk niet
zooveel gaat leenen (omdat men meer zou
uitgeven dan ontvangen), dat daardoor de
bank in moeilijkheden komen zou.
In Duitschland echter wordt voortdurend
bankpapier gedrukt en uitgegeven, zonder dat
er een tegenwaarde bestaat, zoodat er over-
vloedig papier en weinig goederen zijn. Dit
is 6en van de omstandigheden uit de laatste
jaren, die aan het publiek langzamerhand
de oogen gaan openen, dat het dringend
noodig is te geraken tot gezonde praktijken
in ons kapitalistische systeem.
Een van de groote problemen is de rente-
kwestie. Doordat het percentage der nieuwe
leeningen veel hooger is geworden. noodig
omdat anders de kapitaal-bezifters niet
wilden leenen, zijn z. g. n. schuldbrieven
(obligaties) met lage rente in prijs gedaald.
De bezitters daarvan hebben dus bij ver-
koop kapitaalverlies. Echter indien de rente
kon worden verlaagd, zouden de stukken
dier vroegere leeningen ter beurze onmid-
dellijk in koers verbeteren, dus zouden de
bezitters een grooter kapitaalwaarde ver-
krijgen. Daarbij zou renteverlaging een
buitengewone ontlasting zijn op het Staats
budget en ten goede komen aan de belas-
tirigbetalers.
Vandaar, dat de vraag naar voren ge-
schoven wordt, ook in kringen, die vierkant
front tegenover socialisme en communisme
staan, of men niet ernaar streven moet de
rente aan te tasten. Immers er is hier een
groot verschil bij het leenings-object. Bijv
een huis heeft waarde, omdat het aan een
gezin een woning verschaft. De eigenaar
verhuurt dit. Heeft die eigenaar echter niet
het voile bedrag noodig voor aankoop en
hij leent daarom geld (hypotheek), dan be
taalt hij in de rente van de geleende son
een deel van de winst, bestaande in de huur
na aftrek van onderhoudskosten.
Wanneer de Staat bijv. een spoorweg
aanlegten daarvoor geld leent, geschiedt
dit, omdat men dat werk als „productief"
beschouwt. Men krijgt inkomsten van ver
voer van passagiers en goederen. Is die
opbrengst nog niet voldoende om de ge-
heele rente te betalen, dan kan men toch nog
uitgaan van de gedachte, dat men door dit
vervoermiddel gelegenheid gaf aan den
handel om zich uit te breiden, zoodat daar
door de welvaart werd bevorderd.
Maar anders staat het ervoor, wanneer
een staat geld leent, omdat er meer uitge
gegeven werd dan men ontvangen kon, zo<
als vooral zeer sterk in de oorlogsjaren het
geval was. Hier werd aan de burgerij een
zware last opgelegd voor rente, die moetr
worden betaald voor een schuld voor im-
productief doeleind. Wij gevoelen, dat hh r
een groot verschil aanwezig is. vergeleken
bij de twee vorige voorbeelden.
Evenzoo is er verschil tusschen geld,
dat men leent om er handel mee te drijven,
bijv. „aandeeien". Werpt dit een goede
rente af, daartegenover staat het risico, dat
men veel, soms alles, kan verliezen, zoodat
men behalve zijn rente ook nog zijn kapitaal
veriiest. 'Het is algemeen bekend, dat zeer
vele groote maatschappijen en vennoot-
schappen gedurende de paar laatste jaren
buitengewoon groote verliezen geleden
hebben. Verschil met geld, dat men aan
den Staat tegen vaste rente (of aan een
hypotheekbank enz.) leent, omdat men dan
zijn coupons knipt vrijwel zonder risico en
zonder zelf ervoor wat te doen. Dit mag
voldoende zijn om te begrijpen, dat het niet
mogelijk is om een universeel, algemeen
geneesmiddel toe te passen.
Wij behoeven ons niet warm te maken
over tjle vraag, of men niet het geld afschaf-
fen kan. Wij zien, dat ook in Rusland het
geld alls ruilmiddel noodig was en bleef, en
in een; groot deel van Europa zien wij het
afschriikwekkend gevolg van het in omloop
brengefn van ruilmiddel zonder voldoende
tegenwaarde. Er zijn echter ook stemmen
opgegaritn in ons land, die vroegen of het
nemen v.(in rente eigenlijk wel geoorloofd
was. Ztdfs heeft een onlangs opgerichte
politieke partij dienaangaande een punt op
haar progr am.
Inderdaald wordt in het Oude Testament
het nemen can woeker verboden. Ook in de
oud-christelijke kerk bestond een rente-
verbod. Ev\enwel moet men niet uit het oog
verliezen, dat oudtijds toch rente voor ge-
leend geld werd genonien, veelal heel wat
meer dan thans het geval is.
In de eerste eeuwen van de christelijkc
kerk had men echter geheel andere econo-
mische toestanden dan tegenwoordig.
Fabrieken bestonden niet. Alles was han-
denarbeid op kleine schaal. De handel was
even klein als de scheepvaart. En voor zoo-
ver er geldhandel was, werd deze niet door
Christenen gedreven. Vele eeuwen lang
waren Israelieten de voornaamste geid-
schieters. Het meest eervolle beroep was
de geestelijke stand. Daarna kwam de adel
als de kern van het toenmalig militairisine.
Verder had men den landbouw en de hand-
werkers, die als minderen werden be
schouwt. Maar de handel werd eigenlijk
opgevat als iets weinig fatsoenlijks. Lang
zamerhand echter wijzigde die waardeering
zich. Eenerzijds door de opkomst der ste-
den, anderzijds van de industrie, die fa-
briekmatig werd, gepaard met de toeneming
van scheepvaart en internationaal verkeer,
schoof zich een nieuwe stand om hoog: de
koopman. Maar tegelijk gaat daarmee ge
paard, dat het voor den handel noodig
wordt te beschikken over grooter sommen
of kapitalen. De geldhandel in den vorm
van bankiers en kassierskantoren verkrijgt
een aanzienlijke uitbreiding. Maar daarmee
wordt het hoe langer hoe meer onmogelijk
om het oude renteverbod te handhaven.
Eindelijk in de eerste helt't der zestiende
eeuw wijzigt zich, vooral tengevolge van de
ontdekking van- Amerika, de toestand
geheel.
Het zoogenaamd kapitalisme neemt een
aanvang, waardoor de samenleving in ge
heel nieuwe banen wordt geleid. Nu is het
koopmansberoep een zeer eervol, een deftig
beroep geworden. Een halve eeuw later
worden die kooplieden: de regenten.
Nu kan men wel theoretisch betoogen,
dat het nemen van rente principieel verkeerd
is, doch in de praktijk schijnt dit onmisbaar.
Het was het reeds in de voor-kapitaiis-
tische periode. Toen trachtte men langs
omwegen het renteverbod te ontgaan en
toch van uitgeleend geld inkomsten te ver-
krijgen. Maar onder het kapitalistisch
systeem is geen enkele zaak van grooten
omvang tot stand te brengen, zonder dat
men geld opneemt. Want niemand bezit
zelf voldoende kapitaal om bijv. een fa-
briek, waarin duizend menschen arbciden,
te bouwen. Ook de aanleg van groote
werken door de overheid als spoorwegen
die vele millibenen kosten, moet wel ge
paard gaan met leening. En nu is het
egoi'sme van den mensch een onoverkomelijk
beletsel om gedaan te krijgen, dat het al
gemeen gewoonte worden zou om zijn over-
tollig kapitaal (geld) aan een ander te
leenen, onverschillig of die ander een per
soon, een onderneming of de Staat is. Af-
ge'scheiden reeds van het feit, dat men
altijd risico loopt bij leening van geld, want
op den langen duur schijnt elke Staats-
schuld waardeloos te worden, dus dat daar
om reeds wordt getracht zich tegen zulk
risico te dekken door rente, men kan wel
begrijpen, dat de menschen, die over geld
beschikken, heel weinig lust zullen hebben
dit geld aan een ander toe te vertrouwen.
als zij niet in een of anderen vorm daarvan
een zeker voordeel trekken, Doch dat verhin-
dert niet, dat wij thans helder inzien. dat
de tegenwoordige toestand, zooals die zich
door de gebeurtenissen na 1914 heeft ont-
wikkeld, zeer veel te wenschen overlaat.
Evenwel: minder dan men oppervlakkig
bezien soms denkt, want niettegenstaande
die daaraan klevende fouten, is de alge
meene welvaart vergeleken bij een halve
eeuw geleden toch belangrijk verbeterd.
En men vergete niet, dat zoowel de mensch
als de maatschappij een verwonderlijk aan-
passingsvermogen bezit. Ik geloof echter
dat men zich niet blind staren moet op ver-
schijnselen van een paar jaren, en ge-
dachtig, hoe de menschheid bestaan blijft
en steeds vooruitgaat, mag blijven hopen
dat ook hierin een geleidelijke ontwikkeling
komen zal, ja onopgemerkt reeds bezig i
M. a. w„ dat, wat wij nu zien een tijdelijk
verschijnsel is, dat zichzelf uit eigen door
ons ongekende krachten zal vervormen en
dat al wat ons hierin verkeerd toeschijnt de
noodzakelijke voorbode is van een mis-
schien nabij tijdperk van nieuwen econo-
mischen bloei. T. g. T.
DE VACANT1ERE1S VAN DE
KONING1N.
De Koningin zal Dinsdag 26 dezer, d«s
avonds om(7 uur, met de Batavier V naar
Engeland vertrekken voor haar vacamtie-
reis. De boot is voor deze reis niet extra
gecharterd, doch alleeii worden geen eer
ste klasse passagiers medegenomen. De
eerste klasse blijft voor de Koningin ge-
reserveerd.
EERSTE KAMER.
Vergadering van Donderdag.
Bij het ontwerp tot bepaiing van de
kosten, verbonden aan de wet op het levens^
verzekeringbedfijf, maakt de heer S. de
Vries (a.r.) aanmerking op de veel te hoo-
ge salarissen van leden der verzekerings-
kamer.
De heer Hazevoet (r.k.) vejdedigt het
ontwerp en acht de salarissen van de hoo-
gere ambtenanen veel te laag.
Minister De Geer zegt, dat zonder deze
salarissen de verzekeringskamer niet sa
men te stellen is. De leden bekleeden edn
een zeer bijzondere fundie die r.iet te ver-
gelijken is met andere fundies in staats-
clienst.
Het ontwerp wordt daarna z.h.s. aan
genomen.
Aan de orde is dan de wijziging van de
Kieswet, Provinciate v.e. ,11 Qemeentewet.
De heer De Vos \an oteen >vijk (c.h.) ziet
geen betere oplossing, ,naar zijn standpunt
tegenover de evvnredige vertegenwoordi-
ging is bekend.
De heer De Vlugt (a.r.) geeft aan de
regeering erns.i i.i overweging, een voor-
stel voor te bereiden tot afschaffing van
den stemplicht, die wet te handhaven is.
De heer i e Waal alefijt (a.r.) ontwik-
kelt vele bezwaren te in het ontwerp. Hij
zal echter voor stem men, omdat het hier
geen Grondwetsherziening geldt.
De heer Verkouteren (c.h.) wenscht ver-
eenvoudigiiig van de wet, opdat een niet-
stemmer boete Kan worden opgelegd. Een
niet-stemmer is gelijK aan een dienstwei-
geraar. Spreker wijst Voorts op de gekke
uitdrukking: Provinciate Wet.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Donderdag.
Bij de regaling van werkzaamheden stelt
de voorzitter voor, de regeling van steun
aan de Hanzebanken a m ae agenda toe te
voegen.
De heeren Schaper (s.d.) en Marchant
(v.d.) zijn er tegen, wegens de razend-
snelic behandeling.
De heeren Drisselhuys (v.b.) en Beu-
mer (a.r.) gaan ermede accoord, wan-
neei de inlichtingen van den minister bij-
tijds worden verstrekt.
De heer van Vuuren (r-k.) is er voor.
Het voorstel van den voorzitter wordt
aangenomen met 46 tegen 21 stemmen.
Een voorstel van den heer K. ter Laan
(s.-d.) om de militaire pensioenwetten niet
voor Dinsdag te behandelen, wordt ver-
worpen met 63 tegieri 9 stemmen.
Bij het wetsontlwerp petreffende het' sa-
mengaan van het Kamerhdmaatschap met
andere ambten, vervalt de motie-Troelstra.
wegens regeeringswijziging van art. 1.
De heer Troelstra (s.d.) acht die wijzi
ging onbevredigend, daar de regeering de
beslissing houdt.
heer J. ter Laan (s.d.) betreurt het,
dat wiilekeur niet w< rdt uitgesloten.
HET DIENS'i WE1GERINGS-
ONTWERP.
Aan het Voorloopig Verslag der Eerste
Kamer over het ontwerp van wet betref-
fende dienstweigering Is het volgende ont-
leend
Verschiilende leden waren van meening
dat dit ontwerp getuigt van de moeilijk
heden, waarin men komt als men in groote
beginselvraagstukken de onfeilbaarheid
niet van een leergezag, maar van elk in-
divjdu gaat erkennen. Dat de Staat het ge-
weten van zijn burgers eerbiedigt, kan
niet worden gelaakt, maar ook te dezen
opzichte zijn grenzien. Deze grenzen wor
den in elk geval overschreden, waar zelfs
gewetensbezwaren tegen de vervulling van
inilitairen dienst „van welken aard ook"
worden erkend.
Deze leoen meenden voorts, dat deze
tijd, waarin velerlei symptomen van ver-
slapping van tucht en moreel verval zijn
waar te nemen, al heel slecht gekozen is
om met zulk een maatregel te komen, die
het gebrek aan tucht loevorderen zal.
Om al deze redenen zouden deze leden
in geen gevai hun stem aan het onfjwerp
kunnen geven. Zij achttep het bi'ter de
regeering te verzoeken bet ontwerp tie-
rug te nemen, ten einde zich zefve een
verwerping te besparen.
Onderscheidene leden waren van oordeel
dat de Overheid niet alle bezwaren kan
ophetfen. Aiken voor de zeer ernstige
werkelijke gewetensbezwarm, djch met
voor verstandelijk inzicht kan de Overheid
wijken, anders zou zij haar plicht niet
kunnen volvoeren.
Vele kaen waren Jan ook van meening,
dat de regeering den juisten weg gekozen
had, niet verder won g^an en deze macerie
met voorzichtigheid behanueld had.
Andere .eden vroegen zich af, of het wel
voldoende is om slecnts twee groepen van
diepstweigeraars te erKennen. In net bij-
zonder betreurden zij het, dat bij de gewe
tensbezwaren niet UuidelijK de pautisti-
sche bezwaren genoemd worden.
ONTB1NDINO DER RECHTBANKEN
TE ZIERIKZEE EN HEeRENVEEN.
Het wetsontwerp tot opheffing der
rechtbanken te z.,erikzee en Heurenvecvi
is door dfe Eerste Kainer aangenomen met
22 tegen 10 stemmen.
Tegen de heeren: van Embden (v.d.),
W. Franssen (a.r.), Smeenge (v,b,), Smits
(r.k.), Janssen (r.k,), Croies (a,r,), iVlen-
dels (s.d.), Schonfeldt (vjd,), L, de Vries
(c.h.), en van Wassenaer van Catwij'k
(c.h.)«
RENTELOOS VOORSCHOT AAN DE
KON. LUCHTVAARTMAAT-
SCHAPPI J.
Door de Tweede Kamer is aangenomen
het wetsontwerp tot het verleenen van een
renteloos voorschot aan de Koninklijke
luchtvaartmaatschappij ton bedrage van
1.400.000, voor 1923 tot en met 1926.
DE WIJZIGING VAN DE LEER-
PL1CHTWET.
Naar het Handbl- verneemt, vindt het
uitste] der behandeling van het weflsvoor-
stel tot wijziging van de Leerplichfwet
(tijdelijke opschorting der \erplichting van
het zevende leerjaar) niet enk 1 zijn grond
in zijn wensch om de vacant;e der Kamer
niet uit to stlellen, maar tevens in een ver
schil van meening in de Kamer, vooral
zich openbarend in de Roomsch-Kathoher
ke Staatspartij. Terwijl de heer van Wijn-
bergen e.a. zich met het door den minis
ter voorgestelde uitsifel wel konden ver-
eenigen, rees bij den heer Nolens bezwaar
op grond van de overeenkomsten van1
Washington, die arbeid van beneden veer-
tienjarigen uitsluiten.
Hij vreesde dat een verkorting van den
schooltijd tot een verlaging van den leef-
tijd van toelating tot tabrieken en werk-
plaatsen zou kunnen leiden, en had daar
om ernstig bezwaar tegen een verkorting
van den schoolplichtigen leeftijd. Aangeziep
in dezen geen overeenstemming kon wor
den verkregen, heeft men in uitstel voor
het oogenbiik een uitweg gezocht In par-
lementaire kringen acht men het voor ze
ker, dat het ontwerp niet in de Kamer zal
terug'keeren.
DE ROTTERDAMSCHE BURGE-
MEESJERSVACATURE.
Naar de Tel. verneemt, is de regeering
thans in directe onderhandeling gietreden
met het gemeentebestMur over de benoe-
ming van een nieuwen burgemeester. Daar-
uit blijkt, zoo meldt het blad, dat de re
geering, die haar eigen candidaat heeft
laten varen, zelve niet in staat is iemand
te vinden geschikt en genegen om de er-
fenis van mr. Zimmerman te aanvaarden
en dus overleg pleegt met hen, die met
den rrteuwen burgemeester moeten samen-
werken.
LOONSVERLAGING RIJKSPERSONEEL
Naar de Residentiebode verneemt, ligt
het in het voomemen der regeering om
de toonen van sommige groepen rijkswerk-
lieden in overeenstemming te brengen met
die, welke in de particulicre bedrijven op
dit oogenbiik gelden.
Wordt dit voomemen uitgevoerd, dan
zou dit beteekenen dat de loonen belang
rijk verlaagd worden. Men noemde ons
zelfs bedragen vVjn! 7 a 8 iguklen per week.
Bovendien zou hiervan het gevolg zijn
dat de thans geldende uniforme loonrege-
ling wordt ongedaan gemaakt.
DE EERSTE KAMERVERKIeZINGEN.
De candidatenlijst der Chr. Hist. 'Jnie
voor de verkiezing van leden der Eerste
Kamer van de Staten-Generaal, in de groep
Utrecht, Zeeland, Noord-Brabant, Lim-
burg, is volgens de „Ned." door de Chr.
Historische Statenleden der vier genoemde
provincien samengesteld als volgt: 1. prof,
dr. J. R. Slotemaker de Bruine, Utrecht,
2- prof. jhr. mr. B. C. de Savornin Lohman,
Utrecht, 3. Kr. Timmers, Klundertf, 4. mr,
dr. F. J. Frowein, Wittem, 5, mr. H.
F. Lantsheer, Middelburg.
DE BANKB1LJETTEN VAN 10 OLD.
I>- heer Bulten heeft tbf den minister
van Financien de volgende vragen gericht.
lo. Is het den minister bekend, dat door
de Nederlandsche Bank biljetten van tfien
gulden in omloop gebracht worden, die uit
twee op elkaar geplakte papieren bestaan,
althans waarvan het papier zeer gemakke-
lijk in twee bladen te splitsen is?
2o. Zoo ja, acht de Minister dit niet in
strijd met het algemeen belang en is hij
bereid, daartegen maatregelen te doen
nemen
getracht hun dorp te redden, door graaf-
werken, welke ten doel hadden den stroom
een andere richting te geven, maar de lava
vulde deze greppcls en stroomde er over-
heen, zoodat den menschen niets overbleef
dan een overhaaste vlucht, met achterlating
van have en goed. De verlaten stad Lingua-
glossa ligt geheel door lava omringd.
De minister van openbare werken, die op
het tooneel van de ramp is aangekomen,
heeft aan Mussolini een uitvoerig telegram
gezonden, waarin hij den premier van d6n
toestand op de hoogte brengt. De minister
prijst de kalmte en vastberadenheid, waar-
mede de bevolking haar lot draagt. Hij
leidt persoonlijk het hulpwerk.
De koning is gistermiddag aan het sta
tion van Fiumefreddo aangekomen. Hij be-
gaf zich onmiddellijk per auto naar het be-
dreigde gebied. Ook Mussolini heeft Rome
thans verlaten om zich naar Catania te be-
geven. Het Italiaansche Roode Kruis heeft
een groote hoev^elheid verplcgingsmate-
riaal naar Sicilie gezonden.
DE UITBARSTING VAN DEN ETNA.
Bij de tegenstrijdige bericlden, gemeld
onitrent den ernst van de huidige Etna-uit
barsting, zijn de optimistische waarbij
men trouwens een slag om den arm had
gehouden in het ongelijk gesteld en de
italiaansche bladen melden thans, dat de
uitbarsting nog erger is dan die van 1911
tot dusverre de laatste grcote uitbarsting
van den vulcaan, die in den loop der eeuwen
a. heel wat op zijn geweten heeft. De vluch-
telingen, die te Catania en elders aan-
komen, doen hartroerende verhalen van de
ontzettende tooneelen, welke zich in de ge-
teisterde streken afspelen. Vijf lavastroo-
men dalen langs de berghellingen af, waar
van de grootste reeds een breedte van 700
a 1000 M. en een dikte van 8 a 10 M., heeft
gekregen.
Van tijd tot tijd schijnt de lava tot rust
te komen en lijkt het alsof zij zal stollen.
maar dan breekt de korst weer open en op-
nieuw spuit dan de gloeiende inassa uit de
openingen en stroomt .verder. Ook worden
gedurig hevige ontploffingen gehoord.
De schade, welke aan het land is toege-
bracht, is enorm. Geheele bosschen zijn
verdwencn. Een aschlaag van twee centi
meter dikte bedekt het land en de wegen
en geeft door haar zwartheid den indrtik
van een groot rouwkleed, dat over het land
is uitgespreid.
Het is ontroerend om te zien, hoe de boe-
ren blijven weigeren hun woningen te ver
laten, totdat zij er op het laatste oogenbiik
door de lava toe gedwongen worden. Da i
trachten zij te redden wat er nog te redden
valt.
De hulpverleening aan de slachtoffers
geschiedt door carabiniers en de nationale
militie en de discipline, welke er heerscht
is voorbeeldig.
Na Castiglione is nu ook het dorp Cate
na geheel onder de lava bedolven, maar van
beide plaatsen waren de bewoners reeds
gevlucht. Het station van Cerro en een
aantal huizen van deze plaats zijn eveneens
verwoest. Daar waren de bewoners tot het
uiterste oogenbiik gebleven en hadden zij
TER NEUZEN, 22 Juni 1923.
„HULP IN NOOD".
Uit de rekening van de laatst verloopen
drie maanden blijkt, dat is ontvangen aan
contributie 678,60, buitengewone inkom
sten f 57,85, samen f 736,45, terwijl is uit
gegeven wegens uitkeering aan zieken
f 523,92, bodeloon /78 en buitengewone
uitgaven 24,55, samen 626,47, alzoo een
batig slot van /109,98. Met het goed slot
der vorige rekening was aanwezig 2663,47.
Voor de afdeeling Steunkas is ontvangen
aan contributie 75,40, uitgegeven niets,
zoodat er met het saldo der vorige rekening
aanwezig is 989,75.
30e jaarverslag.
In de jongste algemeene vergadering
werd tevens ook uitgebracht het 30e jaar
verslag. Daaruit bleek, dat over 1922/23
is ontvangen: contributie 2715.92, bijdrage
der afd. Steunkas in de onkosten der ver-
eeniging 100, donateursgelden 74,25,
subsidie van de gemeente Ter Neuzen 50,
rente Grootboek N. W. S. /45,id. Rijks-
jrostspaarbank j 14,39, entre's, reglementen,
boeten enz. f 5,75, busgeld f 5,56, totaal
f 3010,87.
Uitgegeven is voor uitkeering aan zieken
1572,52, bodeloon f 312, gratificatie aan
het bestuur .f 130, zaalhuur enz. 93,56, uit
keering bij overlijden van 3 leden /60, druk-
werk 31,20, bodeloon, donateursgelden
7,43, totaal (2206,71.
Het afgeloopen jaar gaf dus een batig
slot ad 804,16.
Uit het 14e jaarverslag der afdeeling
Steunkas bleek, dat is ontvangen: contribu
tie (300,88 en rente jxrstspaarbank 24,87,
totaal f 325,75.
Uitgegeven is wegens ondersteuning van
zieken f 168, onkosten der vereeniging f 100,
uitkeering bij overlijden van 3 oud-leden
(30, gratificatie bode j5, totaal f303,
alzoo een batig slot van (22.75.
AANVAR1NG OP DE SCHELDE.
Dinsdagmorgen is op de Schelcle tenge
volge van een plotseling invallende mist een
binnenschip in aanvaring gekomen met een
stoomboot.
De Engelsche vrachtboot ,,Sulima" was
op weg naar Antwerpen, toen bij de Pijp
Tabak plotseling een mist opkwam, die
alle uitzicht belette; bevelen tot ankeren
werden gegeven, en terwijl men hiermede
bezig was, kwam het schip in aanvaring
met het Nederlandsche stoomschip „Ambu-
lante" van Leeuwarden, dat met cement ge-
laden van Haeren kwam en naar Nederland
ging. De „Ambulante" kreeg een zwaar lek
en werd op het droge gesleept.
Nadat de „Sulima" voor anker lag, kwam
de boot in botsing met het Zweedsche
stoomschip ,,Mercia". De „Mercia" werd
erg beschadigd, doch kon tot Antwerpen
doorvaren.
Terwijl de ,,Mercia" ter hoogte van het
oude dok was, kwam juist het loggerschip
de „Watergeus" uit het dok en liep met de
voorsteven in de stuurboordzijde van de
,,Mercia" die weer een gat in de romp be-
kwam. De voorsteven van de „Watergeus"
werd ook ernstig beschadigd.
ZANGERSFEEST TE AXEL.
De Zeeuwsche Zangersbond „Zang Ver-
edelt", blijkt het op prijs te stellen, dat ook
vereenigingen uit Zeeuwsch-Vlaanderen toe-
getreden zijn. Werd het vorige jaar het
jaarlijksche reest te Hoek gehouden, thans
gold Axel als plaats van samenkomst.
Men schroomt geen verre en minder ge-
makkelijke reis om naar hier te komen. We
vernamen, er was een vereeniging, v<>: wie
tusschen het „uit" en „thuis" 23 uur verliep.
Het was bij zooveel opoffering voor de
gasten die van verre kwamen jammer, da1
het weer niet stond in het teeken van het
jaargetijde, want als men er eens een dag
uit gaat is mooi weer toch maar alles en
wordt ook een langdurige reis over water
een aangename tocht. Niet minder was het
regenweer een teleurstelling voor de Axel-
sche zangvereeniging „Orelio", die als gast-
vrouw optrad en de regeling van het zan-
gersfeest met steun van een eere-comite,
onder voorzitterschap van den burgemees
ter, den heer F. Blok, op zoo flinke wijze
had ineengezet.
Men beschikte over de bekende fraaie
weide van de hoeve „Loosjeshof" van de
N.V. Stal Van Dixhoorn, in de onmiddellijke
nabijheid van Axel.
Aan den ingang was een fraaie eerepoort
opgericht, en voorts waren op het ruime
terrein opgeslagen een gesloten estrade