sis de dood en onmiddellijk na de voltrek-
king van het huwelijk veriiet het paar Con-
stantinopel om naar een Westersche h^ofd-
stad te gaan. De bruid had voor deze gele-
genheid haar eersten Parijschen hoed op-
gezet in plaats van den traditioneelen
zwarten sluier, waarmede Turksche vroii-
wen verplicht zijn haar gelaat te verbergen
voor de blikken der ongeloovigen, 'I oen de
dag aanbrak, was het paar vcilig over die
grdns.
EEN SCHOONHE1DSWEDSTRIJD EN
ZIJN GEVOLGEN
,.Het gereehtshof van den staat New-York
zai uitspraak hebben te doen in een zeer
delicate zaak welke ongetwijfeld geen
precedent heeft in de annalen der rechts-
pleging", Sdirijft de „Petit Parisien".
Eenigen tijd gcleden had er in Amerika
een -concodrs plaats, de verkiezing van een
koningin met de schoonste lichaamsvormen.
Maar welken maatstaf zou men hie.voor
nemen? Men besloot, dat de Venus van Milo
ats model zou worden genomen en dat die-
gene onder de mededingsters den prijs van
L20O dollar zou krijgen, welke er aan ver-
bonden was, wier schoonheid het meest. die
der godin nabij zou komen.
Elk van de honderden jonge mededing
sters moest versehijnen voor een jury van
■vijf kunstenaars, die zitting hielden in een
zaal, waarvan de toegang streng voor het
publiek verboden was. Een jong meisie
van achttien jaar, miss Dorothy Knap viel
de titel van Amerikaansche Venus ten deel.
Maar de juistheid van deze beslissing wordt
betwist door miss Hyatt, die beweert veel
meer op de Venus van Milo te gelijken dan
haar gelukkige mededingster. Zij zegt dat
haar lichaamsafmetingen tot op een halven
centimeter nauwkeurig gelijk zijn aan die
van het model. Miss Annie Hyatt heeft,
evenals het beeld van Venus een taille van
71 c.M. Wat betreft miss Knap zou deze
votkomen gelijkheid der lichaamsafmetin
gen slechts in een enkel geval zijn geveri-
fieerd. Op grond van dit feit heeft miss
Hyatt nu een eisch om sehadeloosstclhng in-
gediend.
Zij beweert, dat haar echec haar groote
schade heeft berokkend en haar artirtieke
reputatie heeft benadeeld, terwijl haar kan-
sen om te trouwen er door zijn vermi iderd.
Maar voornamelijk baseert zij haar eisch
op het feit, dat een contract, dat zij ge-
sloten had met den directeur van de Sieg
fried Folies te New-York is geannuieerd,
dagr het contract afhankelijk werd gcsteld
van de voorwaarde, dat zij tot de Komngin
der Schoonheid zou worden uitverkoren.
Miss Hyatt eischt nu een schadevergoe-
ding van 10.000 dollar. Zij biedt aan om
voor het gereehtshof in dezelfde luchtige
kleedij te versehijnen als voor de jury van
Madison Square. Als nu miss Knap besluit,
dit eveneens te doen, ?al het gereehtshof een
kwestie moeten oplossen, welke zelfs Paris
in erlegenheid/zou hebben gebracht.
een petroleumraadsel.
»p den tienden December van het vorig
jaar arriveerde te Amsterdam een lichter-
schip, geladen met petroleum, uit de Ant-
werpsche haven. Toen de vloeistof in de
landtanks van de Amsterdamsche petro-
leumhaven werd overgepompt, constateer-
de men, dat 't schip geen 600.000 K. O.
irvhfcefd, maar 580.000 K.G. Bovendien werd
10.000 K.G. water aangetroffen. De betrok-
ken firma trad hierover in correspondentie
met de Antwerpsche, maar slaagde er niet
in tot een schikking te geraken.
Daarna werd aangifte gedaan ten bureele
van politic aan de Spaarndammerstraat. Het
onderzoek is niet gemakkelijk, daar het
schip inmiddels reeds vertrokken is. Ge-
bleken is echter, dat ieder petroleumschip
een hoeveelheid water bevat. Of dit ech-
tier een kwestie van duizenden kilo's be-
trefi, is niet bekend.
OORLOGSSCHEPEN DeR TOeKOMST.
Sir George Thurston, een der bekendste
Eugelsche oorlogsmarine-ingenieurs heeft
enkele mededeelingen gedaan ovdr hot
slagschip van de toekomst. De monsters
zuften 30 knoopen kuimen loopen, en ge-
heei toegerust zijn voor en tegen lucht-
strijdkrachten.
Op het voordek bevinden zicli vlak naast
efkaar 3 vuurmonden van 40 c.M., in een
driedubbel gepantserden koepel. Daarom
heen een groot aantal 20 c.M. kanonnen in
paren uitstekend.
Het „rooklooze'' zal het merkw aardige
var. de nieuwe siagschepen zijn: ze ver-
wvrken alien rook overboord door middel
van het circulatiewater uit enkele pompen
Dt commandotoren lijkt zelf wel een
geschutskoepel, zoo zwaar zit dit centrale
station verborgen onder allerlei pantser-
rmgen. Drievitrde van het achterdek is
landing's- en opstijgingsveld vocr de mede
te voeren vliegmachines, die in het ronde
allerlei 20 c.M. kanonnen vinden, dat als
afweergeschut kan dienen. L>e vliegmachi
nes zelf worden heelemaal ingericht tot
bombardeer- en torpedeermachines.
Het merkwaardigste van deze monsters
is wel, dat ze gebouwd zijn binnen de be-
palingen van de ontwapeningsconferentie
van Washington. Zoo ziet men, dat het
feitelijke doel van de conference of ver-
waterd is, of zoo onzuiver neergelegd, dat
er allerlei mazen overbleven waar de slag-
schipbouwers doorheen konden kruipen.
De afbeeldingen van de nieuwste soort
Duoadnoughts doen een stafen schuit zien,
die zoowat aan alle zijden glad en recht is.
Geen pijpen, en geen masten meer, alleen
ecu paar dunne draadlooze vangstijlen.
tEMEENTERAAD van ter neuzen.
Yorgadering van Donderdag 18 Januari 1923,
des namiddags 2 uur.
Yoorzitter de heer J. Huizinga, burgemeester.
Tegenwoordig de leden: L, J. Geelhoelt, L.
I van Hasselt, D. Scheele, H. J. vaii den
Ouaen, P .van Cadsand, R. G. E. Nolson, F. B.
de Meijer, H. J. Colsen, N. A. Hamelink en
L. J. van Driel.
Afwezig de heeren J. J. de Jager, G. de
Ridder en A. J. Harte.
(3. Vervolg).
4. Wijziging der verordening ingevoige de
Vleeschkeuringswet.
Burgemeester en wethouders deelen de ont-
vangst mede van een schrijven van gedepu-
reerde staten van Zeeland, dd. 17 November
1922, naar aanleiding van de uitvoering der
Vleeschkeuringswet, luidende als volgt:
Aangaande de bij Uw ter zijde vermeld
schrijven ingezonden verordening op rlen Keu-
ringsdienst van vee en vleesch, doet de betrok-
ken Inspecteur bij schrijven van 13 dezer, no.
86, ons net volgende opmerken:
Ik heb de eer Uw college te berichten, da"
het gewenscht is, in de hierbij teruggaande
verordening voor de gemeente Ter Neuzen in:
ait. 5, tweede lid toe te voegen: „of ter
plaatse, waar het dier gestorven is in verband
met de ontheffingen bedoeld in artikel 10;
art. 29 de woordeh „voor noodslachtingen in
de gemeente Ter Neuzen" te vervangen door
„door burgemeester en wethouders te bepalen
naar aanleiding van het Koninklijk besluit van
6 J,anuari 1922, Staatsblad no. 2;
ait. 32 het cijfer 14 te doen ver\ alien en de
volgende cijfers, nu de nummering der artike-
len eene wijziging heeft ondergaan, eveneens
te verunderen.
Wij voegen daaraan nog toe, dat de bepaling
van ait. 33 thans geen zin nneer heeft; beter
zou bijv. zijn: „op den derden dag na behoor-'
lijke afkondiging".
Mitsdien noodigen wij u uit, te bevorderen,
dat de verordening in dien zin alsnog worde
gewijzigd.
De instructie voor den keuringsveearts
hoofd van dienst en die voor de ambt'-naren
met de herkeuring belast, waartegen noch bij
ons, noch bij genoemden inspecteur bezwaren
bestaan, worden door ons goedgekeurd.
Burgemeester en wethouders stellen voor, de
verordening te wijzigen overeenkomstig de ge-
geven wenken.
De VOORZITTER merkt op, dat hieruit
voortvloeit, dat de keuring van uit nood ge-
slachte dieren kan geschieden ter plaatse waar
het dier gestorven is.
Het voorstel wordt aangenomen met alge-
meene stemmen.
5. Benoemen leden der commissie van toe-
zicnt op het lager onderwijs in de kom.
De VOORZITTER verzoekt de leden over te
gaan tot het benoemen van 8 leden del" com
missie van toezicht op het lager onderwijs in
de kom, nl. den lid in de vacature ontstaan
door het vertrek van den heer W. Estor, waar-
voor door het betrokken college worden aan-
bevolen de heeren A. Moggre en W. Temper-
man, een lid in de vacature ontstaan door het
vertrek van den heer C. A. M. Broekkamp,
waarvoor ter benoeming worden aanbevolen
de heeren H. Spinhoff en L. Smits en een lid
in de vacature ontstaan door periodieke aftre-
ding van den heer G. Lok, met wie ter benoe
ming wordt aanbevolen de heer G. Westerhof.
Hij noodigt de heeren Van Cadsand en Nol
son uit, met hem het stembureau te vormen.
In de vacature-Estor wordt benoemd de heer
A. Moggre met 6 stemmen; 1 stem is uitge-
bracht op den heer Temperman, 1 op den heer
Estor en 2 zijn bianco.
In de vacature-Broekkamp wordt met 8
stemmen benoemd de heer Spinhoff; 2 briefjes
zijn bianco.
In de vacature-Lok wordt de aftredem:e be
noemd met 8 stemmen; 2 briefjes zijn bianco.
6. Toekennen eener bijdrage over 1921
voor het geven van vervolgondorwijs aan
bijzondere scholen.
Burgemeester en wethouders, overwegende,
dat door het bestuur der R.-K. bijzondere la-
gere school aan de Verbindingsstraat en het
bestuur der vereeniging voor Christelijk. On-
derwij.s te Driewegen zijn ingezonden de stuk-
ken bedoeld in artikel 21, eerste lid van het
Koninklijk besluit van 31 December 1920,
Staatsblad no. 952, ten einde over 1921 te kun-
nen ontvangen de bijdrage als bedoeld in het
tweede lid van dat artikel, voor het vanwege
die besturen gegeven veivolgondei-wijs, dat
door de gemeente over 1921 ten behoeve van
het openbaar vervolgonderwijs is uitg°veven
f 288;
dat het openbaar vervolgonderwijs in 1921
is gegeven aan de scholen A en D en wel aan
school A van 1 September 1921 tot 1 Januari
1922 (dus 4 maanden) en aan school D van
1 November 1921 tot 1 Januari 1922, dus 2
maanden, dat het gemiddeld aantal leerlingen
op beide scholen, vol gens art. 61, tweede lid
der lager-onderwijswet 1920, over 1921, heeft
bedragen 15; i
dat dit omgerekend kan beschouwd worden
als 1 cursus van drie maanden met 30 leer
lingen;
dat de gemeente dus over 1921 heeft uitge-
geven per leerling van het openbaar vervolg
onderwijs een bedrag van .f9,60 (f 288 30);
dat de cursussen op bovengenoemde bijzon
dere scholen, over 1921, hebben geduurd respec-
tievelijk 1 maand en 1% maand;
dat het gemiddeld aantal leerlingen op die
scholen, als boven bedoeld, was; de R.-K.
school aan de Verbindingsstraat 18; de 'Tris-
telijke school te Driewegen 12;
gelet op artikel 102 der lager-onderwijswet
1920, stellen voor te
besluiten:
over 1921 toe te kennen als bijdrage in de
kosten van het vervolgonderwijs, aan:
1. het bestuur der R.-K. school aan de Ver
bindingsstraat f 57,60, zijnde 18 maal het be
drag besteed per leerling van het openbaar
vervolgonderwijs, gedeeld door 3, omdat de
cursus aan die school maar 1 maand heeft ge
duurd, over 1921;
2. het bestuur der vereeniging voor "hris-
telijk onderwijs te Driewegen 57,60, zijrde 12
maal het bedrag besteed per leerling voi.r het
openbaar vervolgonderwijs, gedeeld door 2.
omdat de cursus aan de school maar 1% maand
heeft geduurd over 1921.
Het voorstel wordt aangenomen met alge-
meene stemmen.
7. Verzoek van C. L. Verhage en P. Dung
om opnieuw voor een jaar ontheffing
te verleenen van de verplichting tol
bouwen in de rooilijn.
Ingekomen is een adres van C. L. Verhage
en P. Dung, beiden meester smid, wonende te
Ter Neuzen, die daarin te kennen geven-
dat aan hen bij akte van 3 September 1920
voor notaris Callenfels verleden in erfpacht
werd uitgegeven het perceel kadastraal bekend
gemeente Ter Neuzen, sectie L no. 1844, onder
meer onder de bepaling, dat het gedeelte van
den noordelijken zijgevel van het gebouw en
de schutting aan de Verbindingstraat, welke
buiten de rooilijn zijn geplaatst voor den 1
Januari 1922 in de rooilijn moesten worden
gebouwd, zoodanig, dat de afstand tusschen
den tegenoverstaanden en den verplaatsten
gevel of de verplaatste schutting niet minder
is dan 7 meter;
dat bij besluit van den raad bovenbedoelden
termijn met een jaar werd verlengd en dus
gebracht op 1 Januari 1923;
dat het echter voor adressanten in de 'egen-
woordige tijdsomstandigheden vrijwel onmoge-
lijk is tot het bouwen in de rooilijn over te
gaan;
redenen waarom adressanten zich nogmaals
wenden tot den raad met het eerbiedig ver
zoek meerbedoelden termijn wederom met een
jaar of zooveel langer als de raad wenschelijk
mocht oordeelen te willen verlengen.
Burgemeester en wethouders geven te ken
nen, dat het in verband met den bouwvalligen
toestand van het gebouw van verzoekers, en
gelet op de breedte van de Verbindingsstraat
naast dat gebouw, niet wenschelijk is, de ter
mijn van uitstel weder met een jaar te verlen
gen, doch stellen voor, den termijn die verlengd
was tot 1 Januari 1923 thans te verlengen tot
1 September 1923.
De heer VAN DRIEL wijst op de omstandig-
heden der verzoekers; het is slap in hun vak
en het zal hun niet mogelijk zijn, dit jaar de
noodige verbouwing uit te voeren.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat bur
gemeester en wethouders het niet als een On-
vriendelijkheid zulten beschouwen, als de ra;i
meent, dat er termen zijn om aan het verzoek
van adressanten geheel tegemoet te komen.
Burgemeester en wethouders hebben 1et de
belanghebbenden zoo gemakkelijk mogelijk ge-
maakt, maar eenmaal komt er toch cen tijd, dat
er een eind aan het uitstel moet komen. Als
adressanten thans niet kunnen verbouwen zou-
den burgemeester en wethouders er ook al ge-
noegen mee nemen, als ze dit jaar begonnen
met het verplaatsen van de schutting achter
het gebouw; dat zou de plaatselijke toestand
al aanmerkelijk verbeteren. Hij hoopt, dat het
gebouw clan dit jaar nog niet zal in een zakken.
De heer VAN CADSAND steunt het lenk-
beeld van den heer Van Driel.
De heer HAMELINK acht met het oog op de
omstandigheden waarin verzoekers verkeeren
een langer uitstel gewenscht; volgens zijn
meening zal het voor hen zelfs bezwaarlijk
zijn de schutting te verplaatsen.
In afwijking van het voorstel van burge
meester en wethouders wordt met algemeene
stemmen besloten het aan adressanten verleen-
de uitstel weer met een jaar te verlengen.
8. Verzoek om suhsidie voor de midclrlbare
handelsdagschool te Hulst.
Naar aanleiding van het in hunne handen
om bericht en raad gestelde verzoek van het
bestuur der Katholieke miudelbarc schoolver-
eeniging te Hulst, dat, onder overleggirtg der
rekening voor 1921 en de begrooting voor 1923,
verzoekt voor 1923 eene subsidie van f 150,
te mogen ontvangen ten behoeve van de door
haar opgerichte middelbare handelsdagschool,
die ook bezocht wordt ctbor een leerling hit
deze gemeente;
overwegende, dat het onderwijs op die school
niet van belang is voor de gemeente, in ver
band met de aanwezigheid van een hoogere
burgerschool alhier, waar ook handelsonderwijs
wordt gegeven, op bovengenoemd verzoek af-
wijzend te beschikken.
De heer DE MEIJER vraagt den voorzitter,
of deze ook inlichtingen kan geven omtrent
den aard en den omvang van het op de hoogere
burgerschool gegeven handelsonderwijs. Wordt
daar ook onderwijs gegeven in handelseorres-
pondentie, in stenografie en machineschrijven
Uit ervaring is het hem bekend, dat jonge
menschen die van de H. B. S. komen in de
practijk op een kantoor een bedroefd heetje
presteeren. Het handelsonderwijs op de school
te Hulst leidt tot heel andere resultaten. Hij
zegt dit nog niet alleen met het oog op de sub
sidie voor de school te Hulst, maar ook ter
waarschuwing aan hen die hun kinderen naar
de H. B. S. sturen voor het ontvangen van
handelsonderwijs, dat ze zich niet te vee! illu-
sies daarvan moeten vox-men. Ook vraagt hij,
of zij, die dat wenschen, uitsluitend hec ha.n-
delsonderwijs op de H. B. S. kunnen volgen
en de andere vakken, die zij niet noodig heb
ben, niet behoeven mee te maken.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat, voor
zoover hem bekend is, de hoogere burgerschool
vakleerlingen aanneemt, zoodat zij die slechts
enkele vakken willen volgen, daarvoor in de
gelegenheid zijn. Omtient den omvang van het
pi'ogramma kan spreker thans niet meedeelen.
en is mitsdien niet in staat op de verdere
vragen van den heer De Meijer een afdoend
antwoord te geven.
De heer DE MEIJER zou dan eene beslissing
op het verzoek willen aanhouden, tot een ant
woord kan gegeven worden. Mocht hier geen
voldoend handelsonderwijs worden gegeven,
dan zou hij aan de school te Hulst subsidie
willen geven, omdat die dan in een bescaande
behoefte voorziet en z. i. evenveel recht heeft
op subsidie als de landbouwschool te Axel.
De heer HAMELINK viaagt, of er ook leer
lingen uit deze gemeente schoolgaan. Volgens
het verzoek is er een uit deze gemeente, wiens
naam op een bijlage zou woi'den vermeld,
maar hij heeft die bijlage niet bij de stukken
gezien.
De VOORZITTER zegt toe, dat daamaar ook
zal geinformeerd worden, Burgemeester en
wethouders hebben tegen uitstel van behande-
ling geen bezwaar.
Met algemeene stemmen wordt besloten de
beslissing aan te houden.
9. Verzoek van C. de Waele om afwijking
van de arlt. 1 en 2 der verordening hou-
dende vaststelling van nadere eiselien
voor verlofslokaliteiten.
Ingekomen is een adres van Celina de Waele,
wonende te Sluiskil, gemeente Ter Neuzen,
die daai'in te kennen geeft, dat zij, in verband
met den gezondheidstoestand van hai-en vader,
die niet langer het bedrijf kan uitoefenen, den
raad beleefd verzoekt, ontheffing te willen vei"-
leenen van het bepaalde in art. 1 en 2 del*
verordening, houdende vaststelling van nadere
eischen waaraan een localiteit moet voldoen,
waax-voor verlof wordt verleend, door den vei--
koop van alcoholhoudenden drank, anderen dan
sterken di-ank voor gebi-uik ter plaatse van
verkoop in de gemeente JTer Neuzen, en wel
voor het perceel plaatselijk g-emerkt Q 244,
gelegen te Sluiskil aan den Kanaalweg.
Burgemeester en wethouders, overwegende,
dat er geen bezwaren bestaan tegen het ver
leenen der afwijking stellen voor, de gevraagde
ontheffing te verleenen.
De heer COLSEN merkt op, dat het hier
weer de vrouw is die de afwijking vraagt en
dus later ook het verlof zal aanvragen. Waar
om doet de man dat niet? hij vindt het ver-
keert, dat liet verlof aan de vrouwen verleend
wordt.
De VOORZITTER merkt op, dat de man, die
het verlof bezit, reeds heel oud is en dat zijn
dochter nu vraagt het op haar naam over te
schrijven.
De heer COLSEN st^ppt Loe, J at De Waele
oud is, maar waarom wordt net verzoek niet
gedaan door den man der dochter? Dat is
toch een jonge man. Hij zou er tegen zijn, het
verlof aan de vrouw te verleenen.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat bur
gemeester en wethoudes alleen de wet hebben
uit te voei'en. Zij hebben er niet op te letten
of het verlof door een man of vrouw gevraagd
wordt, doch kunnen alleen op wettelijke gron-
den een verlof weigeren. Indien ze zulks zou-
den doen op het motief van den heer Colsen,
dat een vrouw het vraagt en niet de man, zou-
den burgemeester en wethouders hun besluit
als belanghebbenden in beroep gingen nimmer
gehandhaafc! zien, tenzij er op de vrouw iets
te zeggen valt of zij met den strafrechter in
aanraking is geweest.
De heer VAN DRIEL kan wel een oplossing
geven voor het feit, dat in vele gevallen ver
lof wordt gevraagd door de vrouw en niet door
den man. Dat ligt aan de uitvoering der
drankwet. Dat doet zich niet alleen hier voor,
maar is elders ook zoo. Hij weet het b.v. van
Feijenoord, te R tterdam. Daar wordt ook in
vele gevallen verlof gevraagd door een vrouw.
Dat doet men, omdat aan een verlofhouder, als
hij een paar maal wegens dronkenschap ver-
oordeeld is het verlof kan ontnomen worden.
Nu staan de mannen meer aan zoo'n vonnis
bloot dan de vrouwen, omdat de eersten de
straat opg-aan en de laatste thuis blijven. Spre
ker vindt het wel jammer dat het zoo is, maar
de feiten zijn niet anders.
De VOORZITTER noemt dat dan een pluim-
pje voor de vrouwen te Feijenoord.
De heer HAMELINK: En te Sluiskil!
De heer COLSEN is ook overtuigd, dat de
aanleiding is zooals de heer Van Di-iel het zegt,
en daarom komt hij er juist tegen op.
De heer SCHEELE vraagt, of, er geen aan
leiding is om wat opruiming te houden onder
die verlofszaakjes, waar ook andere ongcrech-
tigheden plaats hebben, door tevens sterke
drank te verkoopen. In het bijzonder zou dat
gewenscht zijn te Sluiskil, waar men van we
lling tot woning het opschrift ,,hier tapt men
bier" ontwaart. Het zou de inwoners zedelijk
verheffen.
De VOORZITTER betoogt dat door burge
meester en wethouders in die richting gewerkt
wordt. Er zijn in deze moreele en ethische
gronden, op grond waarvan men inkrimping
gewenscht acht, maar burgemeester en wet
houders moeten zooals spx-eker reeds op-
mei-kte, de wet uitvoeren. De onderhavige
verordening is gemaakt, om kleine inrichtingen
wat te kunnen verminderen. Burgemeester en
wethouders houden rekening met de plaats
waar de inrichtingen gevestigd zijn. Hier in
de kom is voor verscliillende lokaliteiten die
niet aan de vereischten vokleden, geen dispen-
satie meer voorgesteld.
De heer COLSEN zal zich niet tegen dit
voorstel verzetten, maar spreekt den wensch
uit, dat het verlof eventueel door den man zal
worden aangevraagd.
Het voorstel wordt aangenomen met alge
meene stemmen.
De heer V AN DEN OUDEN verlaat de ver-
gadering.
10. Afschaffing van de jaarlijksche paart-cn)
en veemarkt.
Burgemeester en wethouders, overwegende,
dat in verband met de inwerkingtreding der
Veewet de alhier bestaande paarden- en vee-
markt, meerdere kosten voor de gemeente zal
veroorzaken, en die kosten niet evenredig zul-
len zijn aan het belang dat de gemeente bij die
veemarkt heeft, stellen voor, te besluiten de
paarden- en veemarkt, ingesteld bij raadsbe-
sluit van 1 Maart 1858, gewijzigd bij besluiten
van 15 Januari 1878 en 19 November 1880, af
te schaffen.
De heer COLSEN vraagt, hoever we nu met
de veemarkt staan. Indien echter de markt bij
de Firma Galle mag doorgaan, zijn de koop-
lieden ook geholpen. Ze vreezen echter, dat dit
te eeniger tijd zal gestopt woi'den.
De VOORZITTER deelt mede, dat die kwes
tie 2 stadia doorloopen heeft. Bij de begrooting
is toegezegd, dat burgemeester en wethouder.-,
een onderzoek zouden instellen naar de kosten
voor het inrichten eener veemarkt.
Eerst is getracht, er toe te komen met een
matige kostenberekening door een eenvoudige
inrichting op de Markt, voor den heer Visser,
alwaar burgemeester en wethouders dan hou-
ten stellingen wiklen plaatsen, die ook elken
Woensdag weer konden worden opgeruimd.
Het tweede stadium is geweest, dat men tot
de overtuiging kwam, dat dit plan niet wel uit-
voerbaar was, omdat men het gevaar vreest,
dat de dieren, die in groepen worden gedreven,
tie houten stallingen omver zullen loopen.
Indien burgemeester en wethouders een duur-
dere en steviger inrichting wilden maken, kon
hit niet op de Markt geschieden. De heer Col
sen, die over deze zaak met burgemeester en
wethouders had gesproken, kon echter geen
toezegging doen van een redelijken aanvoer,
waaidoor rente en aflossing van de inrichting
door een redelijk markt geld werd verzekerd.
Nu stellen burgemeester en wethouders zich
op het standpunt, dat de handelaren eerst met
een adres bij hun college moeten komen, opdat
daaruit vaststaand blijkt, dat ze inrichting
eener veemarkt wenschen en burgemeester en
wethouders zeggen; daar zitten menschen ach
ter, en zich officieel met hen in verbinding
kunnen stellen.
Door den heer Colsen werd ook gezegd, dat
de kooplieden de markt het liefst zouden heb
ben bij de graanmai'kt in de Nieuwstraat. Toen
hebben burgemeester en wethouders daar uit-
gezien en het denkbeeld geoppei'd, om langs
het kogelpark palen te plaatsen en touwen te
spannen, waaraan het vee kan woi'den vastge-
zet en achter de affuitloods, op het terrein
waar nu karren staan een overdekte loods te
bouwen waar de keuring door den vecarts kan
plaats hebben. Dit zou dan kunnen worden een
houten loods op steenen voet, maar burgemees
ter en wethouders zullen niets doen, zoolang ze
geen adres van belanghebbenden ontvangen.
Wat de thans gehouden particuliere markt
betreft, daar bemoeien burgemeester en wet
houders zich niet mee. Of dit kan doorgaan is
voor de verantwoordelijlcheid van den keurings-
ambtenaar. Daar kunnen burgemeester en wet
houders geen uitspraak over doen.
Spreker herhaalt, dat, om een geordende,
regeknatige toestand te scheppen, burgemees
ter en wethouders een adres van belangheb
benden moeten hebben.
Ze hebben ook nog ovei wogen of het moge
lijk zou zTjn in het Nieuwediep een regelmatige
veemarkt in te stellen, maar dat is op particu-
lier terrein in een beperkte ruimte en daar zou
de gemeente geen marktgeld kunnen heffen.
De heer DE MEIJER dacht, dat men de vee
markt achter school A wilde inrichten.
De VOORZITTER: Da-r is wel over ge-
dacht, maar de veehandelaars schijnen de vee
markt liefst zoo dicht mogelijk bij de graan
mai'kt in de Nieuwstraat te willen hebben.
De heer COLSEN merkt op, dat hij al di'ie-
maal met burgemeester en wethouders over
deze kwestie heeft geconfereerd, namens de
veehandelaren en was van meening, dat ze hem
aanzagen voor een adres. Hij vraagt, of de
gemeente geen ontheffing kan krijgen van het
plaatsen van oen keuringsgebouwtje.
De VOORZITTER merkt op, dat burgemees
ter en wethouders wel rekening met den heer
Colsen hebben gehouden, getuige hun onder
zoek omtrent een en ander. Nu zou de ge
meente wol ontheffing kunnen vragen van het
inrichten van een keuringsgebouwtje, maar
spreker is van .meening, dat de handelaars
spoedig zelf naar de stichting zouden vragen.
De heer COLSEN geeft te kennen, dat het
gewenscht is, om, nu het gemeentebestuur van
Sas van Gent niet bereidwillig is ten opzichte
van het iiirichten van een veemarkt, te trach-
ten er hier een in te richten. Als hetgeen in
dit opzicht thans hier bestaat kan blijven, is
het hem ook goed.
De VOORZITTER herhaalt op dit laatste
niet te kunnen ingaan en voor het overige. bur
gemeester en wethouders alvorens verdere
stappen te doen een adres inwachten.
Het voorstel tot afschaffing der paai'(l>\n- en
veemarkt wordt aangenomen.
It. Wijziging van het Werkliedenreglcment.
Burgemeester en wethouders geven het vol
gende te kennen:
Nu de raad in de vergadering van 24 October
j.l. besloten heeft met ingang van 1 Januari
1923. de 48-urige workweek in te voeren zal in
verband daarmede het werkliedenreglement
vastgesteld in de raadsvergadering van 18
Augustus 1919, nader gewijzigd bij raadsbe-
sluit van 24 Februari 1921, eene verandering
moeten ondergaan.
Het komt ons verder gewenscht voor de be
paling van artikel 20, laatste lid, eene wijzi
ging te doen ondergaan. Uit dat lid volgt nu,
dat voor overwerk, niet onmiddellijk aan den
gewonen werktijd aansluitend, een minimum
van 2 uur wordt betaald. Deze bepaling wil
dus zeggen, dat een arbeider die een kwartier
of een half uur buitengewoon moet werken,
minstens 2 uur betaald krijgt en alsdan nog
de verhooging genoemd onder letter a of b van
dat artikel. Deze bepaling wordt zelfs d. or de
arbeiders te veel gevonden. In gevallen dat de
bepaling moest worden toegepast wenschte
zelfs de arbeider die voor hem buitengewopn
gunstige bepaling niet toe te passen. \V ij zou
den die bepaiing nu zoo wenschen te redigee-
ren, dat bij overwerk van minder dan een uur,
toch een uur loon wordt betaald. Iemand dus
die Ms uur overwerkt, krijgt het loon van een
uur overwerk uitbetaald.
Naar aanleiding van het bovenstaande stel
len wij uwen raad voor het werkliedenregle
ment, ingaande 1 Januari 1923, le wijzigen als
volgt:
Artikel 12. Het getal 45 te veranderen in 48.
Artikel 20, laatste lid, te lezen als volgt:
„Voor overwerk dat niet onmiddellijk bij den
gewonen werktijd aansluit en een gedeelte van
een uur bedraagt, wordt een vol uur gerekend."
De VOORZITTER deelt mede, dat er met de
werklieden is vergaderd en deze met de voor-
gestelde wijzigingen hun instemrning hebben
betuigd.
De heer VAN DRIEL meent, dat, als er over-
leg met de werklieden is gepleegd en zij aan
de wijziging hun goedkeuring hebben gehecht,
zij zeker wel bevangen zijn geweest door auto-
riteitenvrees want hij kan niet aannemen, dat
zij daar allemaal werkelijk mee instemden.
Volgens de bestaande regeling wordt voor
overwerk, dat niet aansluit aan den werktijd
minstens 2 uur overwerk betaald en dat ac
hij billijk. Als men eenmaal thuis zijnde, ge-
wasschen en gekleed is, en men wordt dan
weer opgeroepen om nog werk te verrichten,
meent hij dat die onaangenaamheid wel be-
hoort vergoed te worden met minstens 2 uur
loon. Dat voorkomt ook. dat de werklieden
lichtvaardig voor kleinigheden worden gere-
quireerd, en dit alleen in bijzondere gevallen
geschiedt.
De heer VAN CADSAND kan niet begvijpen,
dat de heer Van Driel weer op den ouden toe
stand wil terugkomen als de werklieden er zelf
genoegen mee nemen en eigenlqk voelen, dat
ze teveei krijgen. Hij wil tenminste niet aan
dit voorstel tomen.
De heer DE MEIJER vermeent, dat burge
meester en wethouders, of het hoofd van den
technischen dienst, de werklieden zoo weinig
mogelijk zullen requireeren voor overwerk en
als de menschen het zelf met deze repeling
eens zijn, moet d£ raad zich onthouden daarin
verandering te willen brengen.
De heer VAN DRIEL is van meening dat de
gemeentewerklieden in werkelijkheid bij die
conferenties, als ze tegenover hun superieuren
staan niet vrij zijn in het uiten hunner meening
en daarom wel zullen zeggen het er merle eens
te zijn ze dat in werkelijkheid niet. Ze staan
daar lang niet zoo vifj als een werkman in
particulieren dienst tegenover zijn patroon.
De heer VAN HASSELT en de VOOR
ZITTER meenen dat zulks eerder in omgekeer-
den zin het geval is.
De VOORZITTER wijst er verder op, dat
wijziging van het reglement noodig is gewor-
den door het raadsbesluit waarbij de 45urige
in de 48urige werkweek Is veranderd.
Het reglement werkt nu anderhalf
jaai* en de werklieden hebben er zelf
hun verwondering over te kennen gegeven,
flat zij, in enkele gevallen geroepen voor een
werk, dat maar een kwartier duurde, 2 uren
uitbetaald kregen. In de vergadermgen staan
de aanwezige autoriteiten allerminst scherp
tegenover de werklieden. Spreker is voorzit
ter, de bouwmeester is er bij als adviseur en
do heer De Vos als secretaris. Ze kunnen zich
vrij uitspreken. Een heeft gezegd, dat zijnent-
wege de bepaling wel kon blijven staan maar
zc konden zich overigens alien met de nieuwe
regeling vereenigen. Van het oproepen na
werktijd wordt natuuriijk geen misbruik ge
maakt, dat geschiedt alleen in noodgevallen.
De heer HAMELINK wil, omdat het betoog
van den heer Van Drie1 is aangevochten ou
grond, dat de werklieden de thans voorgestelde
regeling zelf hebben aanvaard er op wijzen,
dat men ook redelijk moet zijn. Het is niet
aangenaam, als men, eenmaal thuis zittend,
wordt opgeroepen om nog werk te komen doen,
en daarvoor behoort naar sprekers meening
bijzonder betaald te worden, al doet men ook
maar een kwartier werk. Da? kwartier kan voor
de gemeente van groote waarde zjjri. Hij zou
het willen laten staan, indien de werklieden
het ila^i te veel vinden, kunnen ze nog weige
ren het te aanvaarden, maar als het meermalen
voorkomt zouden ze het kunnen toepassen. Hij
is van meening, dat, als iemand zijn vrijen tijd
opoffert, daar ook iets tegenover pioet staan.
De heer SCHEELE moet, nu er Zoo'n cerde-
diging van het oude reglement komt, er op
wijzen dat de werklieden reeds aan alien kant
beschermt. Als ze geroepen worden krijgen
ze ook volgens het nieuwe regle.ment, al dnurt
hun arbeid maar een kwartier, toch een vol
uur uitbetaald, en ze woi'den alleen opgeroe
pen in tijd van nood. De gemepnteambtenaren
kunnen evengoed opgeroepen worden orp werk-
zaamheden te verrichten of na te blijven wer
ken en krijgen daarvoor niets, terwijl de werk-i
lieden voor werken na bezetten tijd dubbel
betaald worden. Spreker vindt het goed, dat
men schermt voor de werklieden, maar men
moet toch de andere zijde, de voordeelen die
ze genieten ook eens beschouwen.
In het vrije bedrijf is de toestand heel an
ders, daar moeten de werklieden heel wat meer
toegeven. Hij waardeert het in de gemeente
werklieden dat ze hebben gezegd „we krijgen
te veel, meer dan ons toekomt".
De heer VAN DRIEL moet hier tegenover-
stellen, dat. ze zich toch tegenover hem anders
hebben uitgelaten en hem o. m. is meegedeeld,
dat het voor hen zoo moeilijk is om hun over-
uren betaald te krijgen, dat dit soms wel 3
maanden duurt. Dan moet er toch ergens een
fout liggen, die spreker niet kan oplossen. Het
vrije bedrijf moet men naar zijn meening niet
als voorbeeld nemen, want daarvoor worden
de loonen op allerlei wijzen gedrukt.
De heer HAMELINK: Dat het daar zoo
gaat, is geen pluim voor de werkgevers'
De VOORZITTER verklaart met bevreemding
te hooren, dat er zou geklaagd worden, dat de
werklieden zouden benadeeld worden. Het kan
mogelijk zijn, dat een hunner niet steeds te-
vreden is, want dezer dagen ondervond hij
daarmede, dat de man werd gelast om te
Sluiskil een ontsmetting te gaan verrichten.
Deze maakte toen het bezwaar, of hii de cen-
ten voor een spoorkaartje naar Sluiskil niet
vooraf behoorde te ontvangen. Spreker heeft
hem toen gezegd, dat, als hij daarvoor zelf
geen oplossing wist, hij het werk aan een ander
zou opdragen. Toen heeft de man er zelf voor
gezorgd, wat naar sprekers meening toch wer
kelijk geen bezwaar is. Hij haalt dit aan als
voorbeeld, dat er misschien eens iemand kan
zijn, die wel eens een ander geluid dan dat van
tevredenheid doet hooren. Het overwerk wordt
op gezette tijden verrekend.
Hij kan verklaren. dat de voorgestelde wii-
ziging van het reglement in de conferentie
geen werkeljjke critiek vond, bij de overigen.
Spreker acht 't juist, dat, als iemand 's avonds
nog geroepen wordt om te werken, daa1' een
bijzondere belooning tegenover moet staan.
maar daarvoor wordt dan ook aan de werk
lieden voor overwerk tot 10 uur's avonds 50 -
en voor werk na 10 uur 100 meer betaalt,
dat wordt dus daarin geconverteerd.
De heer VAN DRIEL wil toch voorstellen
de bepaling van het reglement, dat minstens
2 uur loon betaald wordt, handhaven.
Daar dit voorstel geen voldoende steun vindt.
kan het niet in behandeling komen.
Het voorstel van burgemeester en wethou
ders wordt ihiema aangenomen met algemeene
stemmen.
(Zie verder hot Eerste Bled).