SCHEEPVAARTBEWF.G1NG 17 Dec. Belt;, s.s. Rubens, 6304 M3., kolen, van New-Castle voor Gent. Lnjr. s.s. Cranstone, 49^5 A13., kolen. van New-Castle voor Gent. Eng. s.s. Colurith Force, 2278 M3„ v'las, van Londen voor Gent. Eng. s.s. West Quarter, 4380 M3„ kolen, van Immingham voor Gent. Eng. s.s. Leaside, 1795 M3., kolen, van Goole voor Gent. Ned. s.s. St. Annaland, 6367 M3„ kolen, van New-Castle voor Sluiskil. Eng. s.s. Cahiracon, 5296 M3., kolen, van Ayr voor Gent. Eng. s.s. Wharfe, 2585 M3., stukgoed, van Goole voor Gent. Eng. s.s. Blackcock, 1393 M3„ stukgoed, van Londen voor Gent. Eng. s.s. Avocet, 3985 M3„ stukgoed, van Glasgow voor Gent. Eng. s.s. Afon Lliedi, 2873 M3., kolen, van Swansea voor Gent. Deensch s.s. Elie, 5302 M3„ kolen, van Throon voor Gent. Eng. s.s. Sheaf Arrow, 5925 M3„ ledig, van Sluiskil naar New-Castle. Belg. s.s. Fan Dyck, 6042 M3., ledig, van Gent naar New-Castle. Eng. s.s. Penrith Castle. 9792 M3„ ledig, van Gent. 18 December. Eng. s.s. Merville, 293Q M3., kolen, van Goole voor Gent. Eng. s.s. Wander, 368 M3„ ledig, van Gent naar Londen. Duitsch s.s. Johanna Jpland, 1093 M3., ledig, van Nieuwpoort voor Gent. Eng. s.s. Sunniside, 2093 M3„ kolen, van Grangemouth voor Gent. Finsch s.s. Prinsessan, 717 M3„ hout. van Harshamm voor Gent. Fransch s.s. Franqueville, 3013 M3„ ledig, van Caen voor Gent. Noorsch s.s. Nesttun, 3596 M3„ kolen. van Ayr voor Gent. Eng. s.s. Jolly Esmond. 617 M3., fosfaat. van Gent naar Chichester. Eng. \s. Quentin, 3607 M3.. stukgoed, van Leiti. voor Gent. Eng. s.s. Jolly Angele, 1446 M3„ kolen, van Llaneily voor Gent. 19 Dec. Duitsch motors. Wilbo, 1764 M3„ steenen, van Lysekill voor Gent. Eng. s.s. Castlegarth,, 10885 M3., i<olen. van Methil voor Gent. Eng. s.s. Harelda, 3645 M3., stukgoed. van Manchester voor Gent. Eng. s.s. May Scott, 4145 M3., ledig, van Gent naar New-Castle. Ned. s.s. St. Annaland, 6367 M3., '.edig, van Sluiskil naar New-Castle. Duitsch s.s. Johanna Ipland, 1093 M3„ fost'aat, van Gent naar Holtenau. Fransch s.s. Toulouse, 5655 M3., kolen. van Gent naar St. Nazaire. Eng. s.s. Colwith Force, 2278 M3„ ledig, van Gent naar Immingham. Eng. s.s. Wharfe, 2585 M3., stukgoed, van Gent naar Goole. Eng. s.s. Afon Lliedi, 2873 M3., ledig. van Gent naar Burnt Island. Eng. s.s. Volscian, 1613 M3„ ledig, van Ter Neuzen naar fibole. eftn voldoende ,,con.stante" stroomlevering. Er wordt niets ancier.- mee beoogd, er zitten geen kienuraen 01 Suinihigneidjes achter. Het zai tosh de bedoeling der central e zjjn, dat te ver- aokeren. De heer STREEFKERK stemt dit toe, en ka.- dan <5ok t'oegeven, dat er: geen bezwaar bestaat d;t op te nemen. Hij maakt echter reserve tegen de andere wzigmgan die de heer Hegge Zijnen aan- gwrft, v.aarbij het beginse! wordt losgelaten, dax aan de gemeente onder de gewone aan- slaitvoorwaarde Slechts op „een pJaats stroom wmrdt geleverd, daar in aiinea 1 wordt ge- sproken '.an „een ot ineer vast te stellen plaat- sei en in alihea van gebouwtjes", terwijl in ahnea 4 zou worden bepaald, dat de gemeente ooi. voor de meerdere transformatorengebouw- tje.- en meerdere kosten aan het hoogspan- ningsnet vo«r aansluiting van andere buurt schappen .slechts 8 's jaars zal betalen, terwyt de P. Z. E. M. de vergoeding verlangt v& 8 der aanlegkosten van het deel van het net, dat gebruikt wordt, tot een maximum van 35 cent per inwoner. De heer HEGGE ZIJNEN kan maar niet be- grijpen, waakom de P. Z. E. M., indien die voor dt eerste aansluiting in de gemeente volstaan kan met het in berekeningbrengen van 8 der stichtingskosten van het transformato- renhuisje, voor de meerdere aansluitpunten ook niet volstaan kan met een vergoeding van 8 °rt voor het alsdan noodig verder transfor- matorenhuisje en de meerdere kosten voor de •aftakking van het net. Het is haar toch om siroomlevering te doen en die krijgt zij uit die buurtschappen evengoed als uit de kom der gemeente. De heer STREEFKERK deelt mede, dat bij het ineenzetten der rentabiliteitsrekening, re- kening is gehouden met de inkomsten, die de maatschappij uit die bijdragen denkt te kun nen krijgen en die zij ook wel noodig heeft. De heer HEGGE ZI-JNEN kan dat geen juist stand punt achten. Als de kabel of de hoofd- leiding langs Othene loopt, kan het voor de maatschappij toch nimmer nadeel zijn, als die buurtschap ook wordt aangesloten. Integen- deel, dan krijgt zij meerdere afname. De heer STREEFKERK geeft te kennen, dat op zulke aansluitingen en de daar,lit te krijgen inkomsten is gerekend. In principe is aangenomen, dat onder de gesteide voorwaar- den slechts op een plaats geleverd wordt. De heer HEGGE ZIJNEN acht dit dan in strijd met art. 4 welks bepaiingen wel op leve ring op meer dan 1 plaats zijn ingericht. De heer STREEFKERK merkt op, dat de bepaling van artikel 4 ook goed is, omdat het kai voorkomen, dat in de kom der gemeente meerd dan een stationnetje wordt gepiaatst, ter voorkoming kan stroomverlies, daar het irenchten van meer dan een station voordeeliger kan zijn dan het installeeren van een zwaar- dei Overigens kan de gemeente aan de be taking voor buitenbuurten ontkomen, door geen gebruik te maken van het net der P. Z. E. M. en van uit haar transfomiatorstation zelf een leiding naar de buitenbuurten aan te ieggen. De heer HEGGE ZIJNENZal de gemeente inarvoor vergunning krijgen? De heer STREEFKERK zou niet weten waafrom niet. De heer HEGGE ZIJNEN: In andere pro- vincies is daartegen wel bezwaar gemaakt. De heer STREEFKERK betoogt nog, dat. als de gewraakte bepaling zou worden gewij- zigd er meer dan 8 zou moeten worden toe- gekend voor de kosten van transformatoren- huisje en de meerdere kosten aan het net, doch kar nog niet zeggen hoeveel. Rij het opmaken der exploitatierekening is er op gerekend, dat die c'ausule een zeker bedrag aan inkomsten -zot verzekeren en als die inkomsten zouden vervallen, moet er natuuriijk iets tegenover komen te staan. De hepr HEGGE ZIJNEN acht deze houding in strijd met de belangen der vennootschap. Hei is- toch haar belang als de gemeente meer dere kommen aansluit. omdat er dan meer stroom wordt hfgenomen en het is niet ver- standig, dat tegen te houden door het stellen van te bezwarende bepaiingen. Als b.v. Reu- zenhoek zou worden aangesloten, zou dat een kleirs bedrijfje worden, waar de gemeente geld op zou moeten toelftggen en als het nu door bezwarende bepaiingen nog duurder gemaakt wordt, zal de gemeente er zeker niet toe over- gaan. Spreker zou het niet onbillijk achten, dat, als zuiks noodig is, om de kosten van het net te dekken de algemecne stroomprijs iets hooger gesteld was, maar wat de P. Z. E. M. in dit geval doet, acht hij eeri verkeerden politiek, in strijd met haar eigen belang. Door de kosten van het net te willen bestrijden uit een hoogere heff'ng voor aansluiting van buitenbuurten houd zij dat tegen. De VOORZITTER verklaart, dat de raad ha. verwacht, dat. indien de gemeente de kos ten droeg die de P. Z. E. M. zal moeten maken voor een aftakking van haar net om de buiten buurten ook aan te sluiten, n.l. indien zij daar voor evenals voor de aansluiting van de kom 8 G der kosten vergoedde, die aansluiting zou kunnen geschieden. De maatschappij heeft dan daarvan geen nadeel, doch versterkt hare in komsten door den als gevolg dier aansluiting meer te leveren stroom. De heer KOOPMAN sluit zich hierbij aan. Der.e kan het zich niet begrijpen. dat de P. Z. E. M. als zij zonder een cent meer uit te geven eer .ge buitenbuurten kan aartsluiten, die niet doen wil. De hoofdleiding zal langs die buurt schappen loopen. De gemeente vergoed door een jaarlijkscho betaling van 8 c;< de. meerdere kosten voor die aftakking en het transforma- forenhuisje of een paal-transformator. Welk bezwaar is er toch om dat niet te doen? Als de eischen te zwaar werden, zou de gemeente er van af moeten zien en dan krijgt de P. Z. E. M. voor dat leidingnet waarop geen aanslui tingen gemaakt worden toch ook geen ver goeding. Als de maatschappij in dit opzicht wil medewerken, krijgt zij, daarvan is hij over- tuigd, stroom te leveren voor alle ingezetenen. Hjj dringt er by den raad ten sterkste op aan, niets onbeproefd te laten om ook de bui- tenrwijken van licht te voorzien, zonder te be zwarende bepaiingen. De mogelijkheid de bur rtschappen van licht te voorzien mag niet v rden afgesloten. Daaraan moel worden vast gehouden. De heer STREEFKERK: Maar ik moet voor if centrale toch ook kunnen toekomen. De heer HEGGE ZIJNENDat is volkomen juist, maar als u de buurtschappen raansluit op de door ons gewensclyte wijze hebt u aan die aansluitingen geen kosten en op hetgeen u aan megrderen stroom verkoopt maakt u whist. De VOORZITTER: Waarom kunt u Zaam slag aansluiten voor 8 °fi der kosten en waar om de buitenwijken niet op dezelfde voor- waarden De heer STREEFKERK: Maakt u dan zelf een net naar die buitenwijken, Wij vragen betaling, omdat u van ons net gebruik wenscht te maken, maar als u zelf een net legt, maakt u van ons net geen gebruik en behoeft dan vok daarvoor niets extra's te betalen. De heer HEGGE ZIJNEN gelooft niet, dat daarvan iets terecht zou komen en meent, dat de vennootschap het ook nimmer zou kunnen goedkeuren, dat er langs wegen waar haar net loopt, nog een van de gemeente zou wor sen aangelegd. Dat is toch wel in strijd met het principe der electrificatie. De heer STREEFKERK kan niet inzien, dat hetgeen de P. Z. E. M. in dit opzicht vraagt. onredelijk is. Als de aftakking op het net der centrale gemaakt wordt, ontgaat de gemeente de kosten die ze anders moet maken voor het aanleggen van een net naar de buurtschappen. De VOORZITTER wijst er op, dat de hoofd- kabel komt van Ter Neuzen over Othene, langs Reuzenhoek en verder naar Boschkapelle, dat aangesloten wordt. Nu zullen voor Bosch kapelle de aansluitkosten wel niet anders zijn dan die voor Zaamslag, dat alleen 8 van het transformatorenstation zai worden betaald. Maar als nu Boschkapelle, aan het eind van de leiding onder die voorwaavden kan worden aangesloten, waarom kan dat dan met Othene, Reuzenhoek en het Veer, die langs het net lig- gen dan ook niet? De heer STREEFKERK erkent, dat de P. Z. E. M. van zoodanige aansluiting geen na deel heeft, maar de gemeente heeft er voor- deel van en daarvan wil de maatschappij ook wat profiteeren. De heer KOOPMAN meent, dat de P. Z. E. M. dan voldoende profiteert door de meerdere klanten die bij het bedrijf komen. De VOORZITTER wijst er op, dat de kosten voor de gemeente ook niet gering zijn, want deze moet op het Veer toch ook een net aan leggen. De heer HEGGE ZIJNEN acht het daarom onmogelijk ten slotte de aansluitingen der buurten te maken, als de kosten moeten ge- dekt worden door den stroomprijs, war.t dan zal het door de extrabetaling aan de maat schappij veel te duur worden. De heer STREEFKERK geeft te kennen, dat dit niet dadelijk behoeft betaald te worden. men zou het dan kunnen regelen, als blijkt, dat het bedrijf het leiden kan. De heer HEGGE ZIJNEN meent, dat zoo'n overeenkomst tot moeilijkheden aanleiding zou geven. Het staat tusschen 2 personen nooit vast, wat er verdiend wordt, omdat de mee- ningen daarover kunnen verschillen naar ge- lang van het standpunt, dat men inneemt. Het zou alleen de moeilijkheid tot later versehuiven. De kabel zal langs de buurten loopen, de maatschappij krijgt hare kosten vergoed en een grooter stroomgebied te bedienen. Zij heeft dus geen nadeel, wel voordeel. Nu zegt de heer Streefkerk: maar jullie krijgt een onge- dacht voordeeltje. Toegegeven, dat dit zoo is: gun ons dat dan. De heer STREEFKERK: Dan kom ik niet met 8 r/r vergoeding toe. Bovendien, als die bepaling in het contract vervalt, zal dat ook voor andere gemeenten moeten geschieden, ook al hebben die het contract reeds aanvaard. Dat is het kardinale punt. De heer HEGGE ZIJNEN zou in 't geval van den heer Streefkerk zeggen: Laat ook de ande re gemeenten dat voordeel hebben. Als de maat schappij op die wijze stroomleveringsgebied kan uitbreiden zonder kosten harerzijds, waarom dan niet? De heer WISSE acht het ook een verplich- ting voor den raad om te zorgen, dat ook de gehuchten aangesloten kunnen worden. De heer STREEFKERK blijft er bii, indien de door de P. Z. E. M. voorgestelde bepaling niet behouden kan blijven, hij dan toch een compensatie moet hebben voor hetgeen zij dan minder zal ontvangen. De lieer HEGGE ZIJNEN verklaart, dat hij tijdens zijn loopbaan nog nimmer is tegenge- komen, dat er voor zulke aansluitingen zelfs 8 der kosten werd bedongen. De heer STREEFKERK: In Noord-Brabant wordt 12 voor alle aansluitingen berekend. De heer HEGGE ZIJNEN: Dat is van den laatsten tijd, maar anders luiden de voorwaar- den steeds, dat het eerste station geheel gra tis werd ingericht. De heer KOOPMAN: De heer Streefkerk wenscht een compensatie zegt hij. Die krijgt hij, als de buurtschappen zijn aangesloten, omdat er dan misschien drie tot vierhonderd lichtpunten meer zullen worden- aangesloten, dan wannecr de electrificatie tot de kom be- perkt blijft. Dari zal het ook mogelijk zijn de Val en de Griete van licht te voorzien, terwijl dan ook verschillende groote boerderijen kun nen bediend worden. Ik meen, dat de com pensatie dus zeer groot is. De heer HEGGE ZIJNEN merkt op, dat, indien de buitenbuurten en boerderijen niet zouden kunnen worden aangesloten, dit als een achteruitzetting zal worden gevoeld. En indien de P. Z. E. M. het der gemeente onmogelijk maakt, door te bezwarende bepaiingen, voor die aansluitingen te zorgen. dan kan de maat schappij daar ook geen stroom afleveren. De heer STREEFKERK merkt op, dat hij in geen geval op dit punt kan toegeven. dan moeten commissarissen der vennootschap daarover maar beslissen. De gemeenteraad wenscht artikel 3 te lezen als volgt: Artikel 3. 1. De gem^-nte zal de electriciteit op een of meer schriftelijk in gemeenschappelijk overleg vast te stellen plaatsen in den vorm vrni hoogspanningsstroom van ongeveer 3 X IO-OCO volt ontvangen, meten. transfor- meeren en :an de verbruikers distrihueeren. 2. De P. Z. E. M. draagt zorg, dat de spanning op de punten van levering zoodanig constant gehouden wordt, dat daarmede een regelmatige en aan normale eischen beant- woordende stroomlevering aan de ingezetenen mogelijk zij. 3. De P. Z. E. M. neemt op zich de op- richting en de, voor de in 1 van dit artikel ge- noemde handelingen noodige, inrichting van de gebouwtjes, de bediening en het onderhoud daarvan, waarvoor de gemeente aan de P. Z. E. M. jaarlijks acht ten honderd van de totale kosten vergoedt. 4. Zoo uitsluitend voor de aansluiting van tot de gemeente behoorende gehuchten of buurtschappen afzonderlijke hoogspannings- geleidingen door de P. Z. E. M. zullen worden aangelegd, zal ook van de aanlegkosten dezer leidingen jaarlijks acht ten honderd worden vergoed. Bij de bespreking van art. 4 wijst de heer HEGGE ZIJNEN er op, dat de daar beschreven registreerende kilowatturenmeters zooveel aan onderhoudkosten, vooral indien die op voch- tige plaatsen zijn opgesteld. De heer STREEFKERK zegt, dat deze ook alleen worden aangebracht, indien de ge- meentebesturen dat bepaald wenschen. De heer HEGGE ZIJNENDeze gemeente wil ze niet. Spreker maakt aanmerking op de redactie van de 9e aiinea van art. 4. Daar staat, dat bij het ontbreken van toestellen de schatting van den verbruikten stroom zal plaats hebben volgens een schatting waavbij „de vooraf- gaande maamlen" als basis dienen. Dit is te vaag gesteld. Welke maanden zijn dat? Zijn het zomermaanden, dan zou het voor de maatschappij nadeelig zjjn, doch wintermaan- den zijn voor de gemeente nadeelig. Hij wenscht daarom te zetten „dat voor de schat ting de uitkomsten van de voorafgaande en de volgende maand" zullen dienen. De heer STREEFKERK heeft daartegen geen bezwaar. De heer HEGGE ZIJNEN maakt ook op de tie aiinea aanmerking. Men kan volgens hem niet spreken van de hoogste belastingen die het grootst is. Hij vindt beter de volgende omschrijving: „De hoogste belasting die in een kalenderjaar optreedt, zal vastgesteld worden op grond van de belastingen in de hierna te noemen avonduren. Een abnormaal hooge belasting, k'aarblijkelijk veroorzaakt door kortsluiting of eenig ander ongeval, zal buiten rekening blijven". De heer STREEFKERK heeft daartegen geen bezwaar. I De heer HEGGE ZI.JNFN geeft omtrent de berekening van den stroomprijs te kennen, dat in verbal.d -net het bezwaar door den hei Streefkerk ingebracht tegen w>jziging v.n deu kotenprys van j'20 de gemeente z:c-- dam-by neerlegt. Wel meent hij, dat die prijs moet gebaseer. zijn op tie „gebezigde kolen" en stelt voor de betrekkeli.jke aiinea te lezen: „Indien de ge- middelde prijs van de voor stroomopwekkir.g gebezigde steenkolen, omgerekend op dien van 7200 calorien per K.G., in eer, kaiendc- jaar stijgt boven f 20,vrij aan de centrale der P. Z. E. M., dan zal telkens 0,075 cent per kilowattuur, dat door de kilowattuurmeters wordt aangewezen meer betaald moeten worden voor elke stijging van vijftien cent boven f 20,—. De heer STREEFKERK heeft hiertegen geen bezwaar. De heer HEGGE ZIJNEN merkt nog op, dat in de volgende aiinea gesproken wordt van he' geval. dat belasting zou worden gehever op levering van electrisch licht door de regeering, provincie of gemeente. Dit zal dan toch we! moeten zijn gemeente Zaamslag. De heer STREEFKERK merkt op. dat dit overbodig is, aangezien in den aanhef van het contract wordt omschreven, dat, indien van .gemeente" wordt gesproken, bedoeid wordt de gemeente Zaamslag. De heer HEGGE ZIJNEN wijst vervolgens op art. 5. Daar de leeningen ten behoeve der P. Z. E. M. door de provincie tegen een ver- schiHenden rentevoet kunnen gesloten zijn. behoort niet gesproken te worden van ,,de rentevoet" maar van „den gemiddelden lente- voet". De heer STREEFKERK merkt op, dat dit niet veranderd kan worden, daar die bepaling is gesteld overeenkomstig de statuten der vennootschap. De heer HEGGE ZIJNEN kan dit toch niet loslaten, omdat de bepaling zooals die er (ham staat aanleiding kan geven tot verschil van meening en principieel ook niet juist is. De heer STREEFKERK geeft te kennen, daarover zelf niet te beslissen. De beer HEGGE ZIJNEN merkt op, dat dan moet afgewacht worden wat commissarissen er van zeggen. Hij wijst voorts op de 2e aiinea van art. 6, voor de verrekening van het verbruikte aantal kliow-atts in het eerste bedrijfsjaar, en meent dat daar behoort te staan ir plaats van ,,in de betreffende maand" ,,in de betreffende maand of de voorafgaande maanden". De heer STREEFKERK gaat hiermede ac- coord, evenals met de door den heer Hegge Zijnen voorgestelde wijziging der laatste aiinea, dat, indien een rekening over verbruik te stroom onjuist schijnt, „binnen 2 maan-' den" door parti.jen daaromtrent een onderzoek wordt ingesteld en uitgevoerd". De heer HEGGE ZIJNEN geeft, naar aan leiding van art. 7 te kennen, dat de gemeente haar eigen zaak binnen de gemeente zelf wenscht te regelen en dat daarom vervallen kan de bepaling, dat de gemeente aan de P. Z. E. M. .f 1,25 per aansluiting en per jaar ver goedt voor toezicht op haar not. D? raad wenscht artikel 7 te lezen als volgt: Artikel 7. De gemeente verplicht zich haar leidingnet met toebehooren vol gens de nieuwste voor- schriften van het Koninldijk Instituut van Ingenieurs in te richten en te onderhcuden en verbindt zich om bi.t gebleken hinder m het hoosrspanningsnet, op eerste aanzegging van de P. Z. E. M., al die veranderingen aan to brengen, welke noodzakelijk zijn, om die hin der blijvend weg te nemen. De P. Z. E. M. heeft het recht de naleving van bovenstaande bepaiingen te controleeren op de wijze en de tijdstippen die zij noodig zal achten. De heer STREEFKERK gaat daamnee'e ae- coord. Hij merkt op, dat de P. Z. E. M. dus ook de man van de gemeente niet behoeft over te nemen. De VOORZITTER noemt die conclusic niet juist: de gemeenteraad zou het zeker op prijs stellen, als de P. Z. E. M. den machinist in haar dienst kon nemen. De heer DE FEIJTER geeft ook te Vmnen. dat in de mededeeling, dat de gemeente zelf het toezicht en onderhoud op haar net Wenscht uit te oefenen. nog niet voortvloeit, dat zij den hoofdmachinist ;n dienst moet houden. De heer STREEFKERK: Dan zullen te dit nog eens aanhouden. De heer HEGGE ZIJNEN geeft te kennen, dat hij zoowel in het belang der gemeente, die meerdere zekerheid moet hebben omtrent on- gestoorde stroomlevering. zoowel als in het belang der P. Z. E. M.. die gewaarborgd moet zijn, dat zij niet om schadevergoeding kan worden aangesproken als door oorzaken bui ten hare schuld de stroomlevering wordt on- derbroken. zooals hij ook in zijn rapport te kennen gaf. een andere redactie van art. 8 te moeten voorstellen. Juidende als volgt: Artikel 8. Indien de P. Z. E. M. door handelingen of voorschriften van het Rijk of andere boven haar gesteide autoriteiten, door brand, oorlog of oorlogsgevaar, werkstaking, onvoorzFue stagnatie in den aanvoer van grondstoffen ernstige storing in het bedrijf of andere ram- pen wordt verhinderd eenige of eene voldoende hoeveelheid electriciteit van de ovcreen- gekomen spanning aan de gemeente te leveren, dan zal zij niet aansprakelijk gesteld mogen worden voor schade of winstderving daaruit voor de gemeente voortvloeiende, De P. Z4 E. M. is verplicht van het ontstaan van een der boven omschreven gevalleh aanstonds de we- derDartij kennis te geven. Spoedeischende ge- vallen of plotseling optredende noodzakelijk- heid uitgezonderd, zal de stroomlevering al leen onderbvoken mogen worden, indien het tijdstip warop dit zal geschieden tenminste 24 uur te vorcn aangekondigd'is. De P. Z. E. M. zal diet aansprakelijk ge steld kunnen worden voor eenige schade of hinder in de gemeente ontstaan door de leve ring van electriciteit overeenkomstig de bepa iingen van deze overeenkomst. Indien de ge meente kan aantoonen, dat ernstige storing of herhaalde onderbrekingen in de regelmatige stroomlevering te wijten is aan nalatigheui, onvoldoende toezicht of in het algemeen aan een reden, die voorkomen had kunnen worden, dan is zy gerechtigd alle daaruit voor haar en haar ingezetenen voortvloeiende schade te verhalen op de P. Z. E. M,, die zich 'oereid verklaart die schade te vergoeden. Indien een der partijen hare uit deze over eenkomst voortspruitende verplichtingen ge- durende een tijdvak van 2 X 24 uur of langer niet nakomt, zal de wederpartij het recht heb ben op eenvoudige schriftelijke kennisgeving en zonder eenige verdere ingebrekestelling, deze overeenkomst als ontbonden te beschou- wen, onverminderd haar recht op vergoeding der schade, door wanpraestatie en de ontbin- ding veroorzaakt. De heer STREEFKERK merkt op, dat in artikel 10 wordt bepaald, dat geschillen door arbitrage worden beslecht en acht daannede het recht der partijen verzekerd. De heer HEGGE ZIJNEN acht het veiliger. door het sluiten van een goed contract, dat zooveel mogelijk ades duidelijk omschrijft ge schillen en arbitrage te voorkomen. Hy houdt vast aan het door hem voorgestelde artikel 8, doch zou er, indier. de P. Z. E. M. tweemaal 24 uur te bezwarend vond om het te aanvaar- den, geen bezwaar tegen hebben, dat te ver- anderen in driemaal 24 uur. I)e heer STREEFKERK heeft er geen be zwaar tegen, opmerkonde, dat de P. Z. E. M. .••'.room za! .eveven. als zy l-ianr kan, he heer .'1EGCF ZU'EEN - ft f •kt.nn'n, dat hij, Jiij vi.tiiomen heeifc, dat hei hier geen rijksconcessie bctvel't, nog ncer dan an tlers moet aandringen cp opneming van een dooi1 hem orgs si. d artikel 9, luidende. Artikel 9. Indien het bedrijf der P. Z. E. M. door of vanwege de Provincie of het Rijk wordt ge- naast, zullen alle uit deze overeenkomst voort spruitende rechten en plichten zoo mogelijk, op den nieuwen eigeraar overgaan. Hij acht daardoor de rechten der gemeente betel' verzekerd. De heer STREEFKERK merkt op, dat, a' b.v. het rijk het bedi'hf zou naasten, de P. Z. E. M. er weinig over te zeggen zal hebben, dat het rijk ook de door haar aanghgane verplich tingen ovevrieemt. Ten slotte verklaart hy, dat het hem niet schelen kan, of de bestaande of de redactie van den heer Hegge Zijnen wordt opgeriomen. De heer HEGGE ZIJNEN acht ook nog aan- vulling van art. 10 noodig en stelt daarvoor de volgende redactie voor: Artikel 10. In alle gevallen, waarin tusschen party en meeningsverschil bestaat omtrent uitlegging of toepassing van de bepaiingen dezcr over eenkomst of in gevallen, waarin niet voorzien of geregt-kl en waaromtrent partijen niet tot overeenkomst kunnen geraken hetgeen zal moeten blijken uit het zenden van een aange- teekend schvyven door .de r.ioest gereede partij. gericht tot de wederpartijwaarin het feit wordt geconstateerd zal de beslissing met uitsluiting van de competenten rechter wor den opgedragen aan drie scheidslieden, waar- van door elk der parijen binnen 14 dagen, na- dat het hierboven bedoelde aangeteekende schrijven door de wederpartij is ontvangen, een is te b^noemen; deze beiden zullen te zamc-n een derden scheidsraan aanwijzen. Mochten partijen het over de keuze dier scheidsmannen niet eens worden dan zal de mo' t gm party bevccgd zijn aan den kantonrechter te Middelburg te verzoeken, drie deskimdigeii te benoe.nen, n&dat zij vooraf aan de v edc; partij b'; deurwaartiers-exploit za' hebben aangezegd, dat zij dat verzock zal indienen. Deze scheidsmannen zullen als goede man- nen naar billijkheid in hoogste ressort nit spraak doen en bepalen wie de 'xosten zal dragen. De heer STREEFKERK heeft daartegen geen bezwaar. Omtrent artikel 11 worden geen be.denkingen gemaakt, zoodat de behandeling van het con tract hiermede beeindirrd is. De heer HEGGE ZIJNEN verklaait, dat het hem een genoegen is geweest, deze bespreking te houden. Hij had er we! tegen op gezien, maar. dank zij de togemoetkomemle houding van den heer Streefkerk, konden deze vlot verloopen. l )e heer STREEFKERK merkt op, dat he-i thans een complimentje wordt gemaakt, doch dat hem dit niet dikwijls overko.mt. Hij her- haalt, zich nimmer op een ander standpunt te hebben gesteld, dan dat de gemeentebesturen vnet hem onderhandelen als volkomen gelijk- gerechtigden. Het kan niet uitblijven, dat er bij die onderhandelingen wel eens wrgving bestaat. De gemeentebesturen trachten de Voor hen voordeeligste voorwaarden te bedin- gen, doch spreker moet het bedrijf be'neeren. ei zorgen, dat de noodige dubbeltjes binnen- komen. Hij hoopt, dat na deze besprekingen de zaak in het reine zal kunnen komen en nu eindelijk de stukken zullen kunnen geteekend worden. De VOORZITTER is ook van meening, dat deze besprekingen vruchtbaar geweest zijn, daar nu het standpunt van beide partijen is uiteengezet en de raad nu ook een inzicht in de zaak heeft kunnen krtjgen. Hij hoopt ook, dat men nu spoedig tot een goede samenwerking tusschen de gemeente en de P. Z. E. M. zai kunnen komen, De heer DE KOEIJER vraagt, of het hoog- spanningsnet zal gaan langs houten palen. De heer STREEFKERK antwoordt bevesti- gend, met uitzondering der hoekpalen. De heer DE KOEIJER Vraagt, of dit geen gevaar oplevevt, by mogelijk breken der palen. De heer STREEFKERK antwoordt, dat er natuurlijk gevaar kan ontstaan, doch maakt opmerkzaam, dat het hoogspanningsnet buiten de kom aangelegd wordt. De draden zullen gaan langs stevige houten palen. Hy acht die aanleg solide en beroept zich daarvoor op do meening van den heer Hegge Zijnen. De heer HEGGE ZIJNEN geeft te kennen. dat 't buiten zijn opdracht ligt, om hierover te oordeelen, maar verklaart wel met verwonde- ring gehoord te hebben dat het hoogspannings net zal gaan langs houten palen. Hij zou dat niet doen. De heer STREEFKERK geeft nog te ken nen, dat de draden zullen komen fi Mj boven den weg en bij kruisingen 7 M., zoodat de wagens met opperlast er goed onderdoor kunnen. De heer HEGGE ZIJNEN vraagt, waarom het hoogspanningsnet niet overal onder- grondsch is aangelegd, met kabels. De heer STREEFKERK: Om dat dit veel duurder kvvam. De heer VISSER vraagt, of het noodzakelijk is, dat de leiding met die hooge palen in rle gemeente komt. Kan het niet ondergrondsch binnen de kom komen? De heer STREEFKERK noemt het een tech- nisch bezwaar gedeeltelijk ondergrondsch en gedeeltelijk bovengrondseh een stroomgelei- ding te maken. De heer HEGGE ZIJNEN acht dat ook niet zonder gevaar. De heer STREEFKERK: Het geeft herder aanleiding tot storingen. die dan ook niet zoo gemakkelijk te veriielpen zijn. De heer DE VISSER: Maar een bovengro.idsch net kan toch bij storm groote verwoestingen ondergaan. De heer DE KOEIJER vraagt, of er geen gevaar ontstaat als er wegens stonmweer eens een paal breekt of draden naar beneden komen. De heer HEGGE ZIJNEN geeft te kennen, dat, indien een draad breekt en die komt op een anderen, er kortsluiting ontstaat waardoor de zekeren doorgaan. Indien er echter een paard onder liep en de draad viel daarop of het paard kwam er mede in aanraking, dan was het dood. De heer STREEFKERK wijst er op, dat een voer graan niet hooger geladen wordt dan 4 M., meestal 3% M., zoodat er waar de draad op de kruisingen 7 M. hoog gespanncn wordt, er een groot doorrijvlak komt. Spreker zou echter niet aanraden den draad aan te raken, omdat dit hoogst gevaarlijk blijft. De palen worden gepiaatst met verhoogde zekerheid, 2 M. diep in den grond, maar voor wervelwinden, zooals or b.v. het vorig jaar een 'n stevig ge- bcuwden schoorsteen van sprekers woning vuk- te, staat niets. De heer KOOPMAN acht die leiding dan toch reuzengevaarlijk en hij vindt het jammer, dat die niet overal ondergrondsch gemaakt wordt. Als een jongen met een voer graan onder door zoo'n leiding lydt, kan hij er gemakke lijk mee in aanraking komen, door er met een stok tegen te slaan. Er moet dan ter deeg op gewezen worden, dat dit gevaar veroorzaakt. De heer STREEFKERK wijst er op, dat men nu eenmaal behoort te weten, dat men van den draad moet blijven. AVs men er mede in aanraking tracht te komen, is dat zuiver moedwil. Als een jongen te dicht op den water- kant gaat staan, er in valt en verdrinkt, is dat ook zijn schuld, en men laat toch het gra ven van kanalen en slooten niet na. Er moet tegen gewaarschuwd worden roekeloos te zijn. Men weet, dat voor kinderen niet veel veilig is. De heer HEGGE ZIJNEN geeft te kennen, dat het vreemd klinkt, maar hij herinnert zich een Duitschen collega, die naar het eerste on- geluk veriangde. Als hij wees op de gevaren. van het aanraken van het hoogspanningsnet 1 achten de boeren hem uit, maar toen er een maal een ernstig ongeluk had plaats gehad, achtte hij zijn net veilig. Toen eerst had men ondervonden, dat er werkelijk gevaar bestaat. De heer STREEFKERK stemt daarmede in. Hij verhaalt, dat de onderwijzers in Duitsch- land voortdurend de kinderen op dat gevaar wijzen. Toch kwam het voor, dat men des rporgens ergens in een mast een dooden man vond, die aan het net vastzat. Deze had klaarblijkelijk koper willen stelen, hetgeen bleek uit de kniptang, die hij in de hand had, doch hij had er geen rekening mee gehouden, dat de isolatie van die tang niet bestand was tegen een stroom van 35.000 volt. Hetzelfde werd ook ondervonden aan een trambaan, waar men gewoon was den stroom uit te schakelen, doch dit op zekeren nacht door om stand igheden niet gedaan had. Ook bij ondergrondsche netten kan men on- gelukken niet voorkomen, want als men meent, dat de menschen niet te weerhouden zijn om een bovengrondschen draad aan te raken, kun nen ze misschien ook niet nalaten een onder- grondschen kabel met een houweel bloot te graven en er mee in aanraking te komen, het geen dan even gevaarlijk is. Door de P. Z. E. 51. worden ook boveri- grondsche netten aangelegd, omdat de aftak- mgmi (iail jfotunkkelHirer zyn aan te brengen. De heer VAN HOEVE vraagt in welk sta dium de zaak nu gekomen is. De heer HEGGE ZIJNEN: Dat de gemeente het nn met de P. Z. F. M. eens geworden is, behoudens een verschilpunt. dat de heer Strecf- kerk zegt niet te kunnen beslissen. Wordt dat nu blijkens nader bericht door de P. Z, E. M. aanvaardt, dan komt het contract bij de ge meente ter teekening. De heer VAN HOEVE merkt. dat dus, als net antwoori! van de P. Z. E. M. gunstig is, de gemeente met haar zaken gaat doen. De raad weet echter nog niets van een financieelen basis en spreker acht dyt dringend noodig, wart hii zou wenschen, dat de zaak eventueel vooraf flink on root mi werd gezet. De heer STREEFKERK merkt op, dat Kerstdag en Nieuwjaar we! zal voorbij zijn, eer het "hem mogelijk zal zijn met de commis sarissen te confereeren. De heer KOOPMAN vraaat, of de heer Hegge Zijnen een begrooting van de onkosten kan ongeven. De heer HEGGE ZIJNEN zegt, dat die later van zelf komt Als het contract geteekend is. kan een volledige kostenberekening worden ge maakt. De heer VINKE zou die berekening willen kennen vooi- het contract geteekend worrit. De heer HEGGE ZIJNEN merkt op. dat toch eerst het contract klaar moet zijn. omdat de bepaiingen van invloed zijn op de bereke ning. De heer DE KOEIJER vraagt, of nu uit de besprekingen voortvloeit, dat de aanvankeliike stroomprijs lager is. De v OOR/TTTERNeon, daarop hebben wij toegegeven. Na in het biizonder rle hoeren Streefkerk en Hegge Zijnen dank te hebben gezegd voor hun tegenwoordigheid, sluit de V.OORZTTTER met het uitspreken van het dankgebed de verga- dering.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1922 | | pagina 7