Dure Eoomtoter niet meer noodig
ZL Prij s" 85 centjper IpondT
ALLEEFIJNSTE MELANGE
juweeten, naar schailiny voor een bedrag
van f 100.000, zijn ontstolen. Ze had haar
kosfoaarheden in eenige etui's gepakt, en
in haar bagage meegcnoraen. Bij aankomst
in Den Haag bleken de sieraden verdwenen i
te zijn. i
Ui de juweeleri tijdens haar reis in den
tre i uit haar bagage zijn gehaald, of dat j
de diefstal reeds in net hotel te Parijs,
waaruit zij Zaterdayrriorgen vertrokken
was, heeft plaats gevonden kon het onder-
zoek tot hederi nog niet definiticf uilmaken,
eangezien eerst Zaterdagavond laat aan-
gifte van den diefstal gosChiedde. Het vcr-
moeden bestaai echter, dat de sieraden
reeds voor de binnenkomst in ons land zijn
gestolen.
De politic heeft een uitgebreid nderzoek
ingesteld. Het schijnt den laatslen tijd nog
a! tens voor te komen, dat op de Itjn Parijs-
Deri Haag diefstailen plaats vinden. Voor
eenigen tijd vverd er een soOrtgelijke diei-
sta van kostbaaiheden gesignaleerd als
wa. rvan ilians hierboven wordt melding
gemaakt. Ook toen kon het onderzoek niet
uitmaken of de diefstal plaats had. tijdens
den reis dan vvel daarvoor.
EEN GEVAL VOOR EEN
GEZ1NSVOOGD?
De kleine jongen roofde en stal waar
hij niaar kon. Zijn moeder liep hem nu
en dan op straat hard1" rta, rnaar ze kon
hem niet inhalen en als het kind dan weer
t een of ander voorwerp, dat hij „ge-
den" had, thuis kwam, dan was de
i.! Jtr wanhopig en menigmaal had ze,
naar ze zei, gebeden dat het kind stem/en
mocht. Maar God neemt nu eenmaal niet
wat Hem zioo aangeboden wordt en de
kleine jongen bleef leven en rooven. Tot-
dat het den Patroon van Pro Juventute
ernst werd. Hij snapte hem, toen hij op
de markt aan het rondscharrelen was
en vond in zijn zak een nieuwe zaklantaarn,
die het jongetje „gevonden" had op een
wagen. waarop- nog heel wat meer koop-
waar lag. Het eind van de geschiedenis
was, dat maatregelen tot veraordeeling van
het roovtrtje geitomen zouden warden. De
kleine jongen had daartegen heelemail
njeen bezwaar, want hij verklaarde nadruk-
teHjk, dat hij dan wel goed zou kunner.
Dppassen en dat hij zich daartoe in huis
■.■n met die omgeving het was een zeer
rjofele omgeving niet in staat gevoelde.
Dok de onderwijzer zuchtte van verade-
ming, bij het denkbeeld alleen ai, dat hij
den jongen, die wekenlang alleen achter
in de klas in een afzonderlijke bank moest
zitten, kwijt zou raken.
De man, die eigenaar van den zaklan
taarn was geweest, kon alleen met heel
veef moeite worden overgehaald, als getui-
ge op te treden. Het kostte daardoor zoo-
veel moeite oindat er nog heel wat men-
sdhen zijn, die niet begrijpen, dat het in
het belang van een kind is, uit een ver-
keerde omgeving te komen in een, waar
het een doelmatige opvoeding krijgt. En
als er geen getuige of benadeelde is, dan
is veroordeeling niet mogelijk.
Maar toen de buren van den getuige
hoorden, dat hij tegen een kind zou op-
treden, dreigden ze hem met een pak
slaag en zelfs zijn eigen vader vond het
fang niet mooi wat getuige doen zou: de
w aarheid zeggen over een kind, Toen ge-
schiedde het, dat de buren van de moeder
haar kwamen bertSpen, dat ze haar tien-
jarig zoontje had laten opsluiten en de
moeder, wier moederhart, dat meer zei
dan het kon verantwoorden, begon te
spreken en g'af nu de schuld aan den
getuige. Deze begon zooveel last van bu
ren. vr enden, familie en kennissen te krij-
gen, dat hij zich tot den Patroon van
PT) Joventute wendde. Deze ging naar
de moeder en verzocht haar, de ouur-
vrouwen die het meest te zeggen hadden,
even te roepen en toeri eenige van de
meest welbespraakte bijeen vvaren, zei hij,
dat het niet de moeder en niet de ge
tuige v as, niaar dat hij, Patroon, den jon
gen had laten wegnemen vaif de straat.
IX* moeder kreeg nu amende -honorable
van de goedmeenende buurvrouwen en
toen werd de geheele schuldlast overge-
bracht, niet op den Patroon, die verklaard
had, de eenige sehuldige te zijn, maar
op den getuige.
Deze kreeg nu van den Patroon een
schriftelijke verklaring, dat de jongen op
verzoek van den Patroon van Pro Ju
ventute was opgenomen. Daar nu de cor -
respondentiekaart, waarop dit getypt
was, een gedrukt hoofd had en daar de
schrijfmachine zwart lint heeft en tnooie
letters, die schrift gevett alsof het gedruki
-fe, moesten alle vrienden en kennissen des
getuigen toegeven, dat hij, getuige, met
een zxx> officieel stuk in hand-en wel vol-
komen onschuldig moest zijn. En hij, was
dus bewaard voor molest.
Maar toen het jongetje dan ten slottfe ter
beschikking van de regeerlng was gesteld,
zoo; Is het heet, wanneer de rechtbank
een kind aan een opvoedingsgesticht toe-*
vertrouwt, was de moeder eerst erg kwaad
op den Patroon, omdat hij haar jongetje
van haar had weggenomen. Hij zou mis-
schien zoo ook wel goed hebben opge-
past.
Daar valt niets tegenin te brengen, want
dat is niet de redeneeringt van de nhde.
maar die van het moederhart. Hbl.
MOEILIJK VERDI END.
Een yliegenier nam een echtpaar in zijn
machine voor 10 gulden, maar niaakte de
vroorwaarde, dat zij voor iederen keer dat
ze schreeuwden een tientje bijbetalen moes
ten. Het tweetal ging daarmee accoord,
steeg in, de machine steeg op en de piloot
beijverde zich door series bopings, schijn
vallen en zoo meer am het echtpaar kreten
van schrik te ontbkken. Hij hoorde echter
niets. Weer op Moeder Aarde terug, keer-
de hij zich om en zei
U bent geboren sportbi, hoor.
J a, zei de man, maar 't kostte me
toch even moeite m'n mond te honden
toen m'n vrouw d'r uit viel.
MENSCHEN BEROOFD.
Te Frankfort a. d. M. zijn den laatsten
tijd tal van menschen beroofd, die zich
van de manier, waarop dat in zijn werk
is gegaan, niets meer weten te herinneren.
In de meeste gevallen worden de slacht-
oflers bewusteloos of uitzinnig op slraat
aangetroffen en kunnen geen andere in-
INGE/O N I E N MED E I> E Eld N K IN'.
X DE PITT1QE HATUUS80TERSM4AK PROEFT EEH IE0ER ONMIflOELUJK.
it Verkrtjgbaar te Ter INeuzen bij ARENTriALS, H. v. 0. BENV. Fa. Wed.
DONZE, DRA8BE, lMERF, v. DRONGELEN, LOOF-Kiel, VAN STRIEN-de
KONING, THIELMAN, VF.RUNDE—LE Clerq WIELAND, enz. enz.
waas
lichtingen geven, dan dat ze alies van
waarde kwijt zijn.
Een slachtoffer wist zich nog te herinne
ren dat voor hij het bewusitzijn verbor
twee mannen naast hem stonden, een an
der wtrd met groote moeite uit de Main
gered, maar wist niet op te geven, v.aar-
om hij te water was gesprongen.
Men denkt dat de straa'roovers, die deze
stukjes uithalen, hun slachtoffers bedwei-
men met een sterk narcoticum, dat zij, op
straat om wat vunr vragend, in sigaar ot
sigarette van dengeen, die voor berooving
in aanmerking komt, aanbrengen.
Het geval herinnert eenigzins aan de
bella-donnavergiftigingen hier te lande.
DE PASTOR IE WAS TE STIL VOOR
MIJ.
Eenigen tijd geleden kwam een geeste-
lijke te St. Winefrid in Engeland bij thuis-
komst van een waudeling tot de cntdekking
dat z'ljn vrouw den tusschentijd had ge-
bruikt om elders haar geluk te gaan be-
proeven. Op tafel had zij een br efje ach-
t-ergelaten waarin zij de reden van haar
vertrek had uiteengezet.
„De pastorie is te stil voor mij schreef
zij. Ik hoor nooit over iets anders spreken
dan van ziekte, dood en begrafenissen.
Jijzelf zit steeds in je boeken te staren en
bent nooit ecus met me naar de bioscoop
of naar een schouwburg gegaan".
Voorts verklaarde zij, dat haar huwe-
lijk een jammerlijke mislukking was ge
weest en dat zij thans een man had leeren
kennen, die beter voor haar geschikt was.
De geestelijke stemde daarop toe in
een ecTitscheiding, na de goedkeurir.g van
den bisschop te hebben ontvangen.
Voor den rechter, die de scheiding uit-
sprak, verklaarde hij, dat ziji beiden zeer
gelukkig met elkander hadden geleefd, tot-
dat de oorlog uitbrak en zij met het Roode
Kruis-w:rk ging meedoen en met de an
dere zusters des avonds de restaurants be-
zocht oin giften te verzamelen. Sedert dien
tijd kon zij zich blijkbaar niet meer schik-
ken in het stille leven op de pastone.
QEVAARLIJK SPEeLGOED.
Een jongen, Frederich Arthur Lee ge-
naamd, vond in een kuiI bij het BeUon
Park te Grantham, waar tijdens den oorlog
een militair kamp was, eenj granaat. Hij
nam deze als een souvenir mede naar
huis en zij kreeg een plaatsje in de keuken.
Eenige dagen geleden vond een negeri-
jarig brocrtje van Frederick de granaat.
Frederick, die dit zag, nam hem de granaat
af en plaatste deze weder op haar oud-e
plaats op de plank in de keuken. Twee uur
later had tr een hevige ontploffing plaats,
die de keuken verwoeste en, waarbij het
negenjarig jongetje door 'n stuk van de
bom zoo ernstig werd gewond, dat het
stierf.
MISGEREKeND.
Dezer dagen spedde zich in de secre-
tarie te Tienhoven (LT.) een niet alle-
daagschc voorval af, vertelt de „Stand.".
Op het afgesproken uur komt daar een
bruidspaar binnen, omringd door "amifie-
leden, om door den ambtenaar van den
burgeriijken stand in den echt te worden
verbonden. Bij het plaatsen der handteeke-
ningen blijkt echter, dat des bruigoms va
der niet aanwezig is. Waar is dieThuis
luidt het amtwoord, in Amsterdam. En
een bewijs van zijn toestemming? (a, dat
hadden ze niet, vader kon, niet te best
meer uit den weg en nu dachten ze, dat
het zoo ook wel kon.
Dan rnaar gauw dat bewijs halen, ad-
viseerde de burgemeester en dan vanavond
terugkomen. Groote cntstemming bij den
vader van de bruid, die geheei was af-
gegaan op de voorgewende wetskenms
van zijn schoonzoon, die er nu achteraf
niets van bleek te weten. Fin hij gaf dan
ook op ondubbelzinnige wijze aan zijn
verontvvaardiging lucht.
Tensfotte werd besloten dat een broer
van den bruigom met de eerste gelegen-
heid naar Amsterdam zou gaan, om het
papierke te halen.
's Avonds werd echter den burgemeester
per telegram gemeld, dat de trouwplechtig-
heid niet doorging. De zaak bleek nu heel
anders te zijn, dan was voorgesteld. De
invaliditeit van den vader was maat een
verzinsel. In werkelijkheid was de* vader,
die Roomsch is, tegen het huwelijk van
zijn zoon, omdat deze (hoewel nog slechts
24 jaar) voor korten tijd van zijn vrouw
gescheiden was. Men meende echter, dat
't in zoo'n klein dorpje niet zoo nauw
genomen werd.
DE JUFFROUW DIE NIET BETALEN
WOU.
Het is nog van Sinterklaasavond en het
gebeurde op het voorbalcon van een mo-
torwagen van lijn 1 te Rotterdam, zoo
verte'-t de „Msb.". Bij een hafte op den
Oostzeedijk stapten drie heeren op. In
hun midden torsten ze een levensgroote
pop, keurig aangekleed, met groote bont
en veerenhoed. De pop werd angstvaUig
in een uitersten hoek gezet. Een leuke
Sint Nioolaas-surprise, vond de bestuur-
der, die den conducteur belde.
Spoedig klapte het ruitje open. Asje-
blieft, heeren. Een twee drie. HoeveeJ
bestuurder, drie? Nee, vier, aniwoordt
deze.
O ja, de juffrouw daar, in den hoek
nog. Asjeblieft juffrouw.
Doodsche stilfe. De conducteur klept >n-
geduldig. Asjeblieft.
Doodsch stilzwijgenDe conducteur
ten einde raad, vraagt een van de heeren,
of deze de juffrouw eens wil aanstooten,
wat gewillig gedaan wordt. Maar de dame
reageert er niet op. Ze- denkt zeker aar
St. Nicolaas meent de bestuurder oolijk.
Maar de conducteur, kregelig nu,
vvurmt z'n arm door het gat en tracht d
juffrouw te bereiken. Tevergeefs. De arm
verdwijnt weer en een wanhopig gelaat
\rerschijnt voor de opening. Toe meneer
stoot u haar eens aan, zegt nu de con
ducteur tot een der andere heeren. Ook
deze tracht quasi de juffrouw in haar ge-
peinzen te storen. De conducftur ziet z'n
vergeefsche moeite en meent, dat dit
heerschap, dat hem geruststeu met een
,,'t Is goed vadcrtje" hem voor den gek
wil houden. i luisterend vraagt hij aan
den derden passagier of hij het eens wil
doen. Maar dezen worJt de grap t. mach-
tjg >en hij geeft het sein tot een don-
derend lachsalvo.
De juffrouw is nieegereden, zonder
te betalen.
EEN PRIKKER?
Uit een brief vdn onzen correspondent te
Parijs weten onze lezers, dat daar den laat
sten tijd in drukke straten, in voile vervoer-
middeien telkens vrouvven geprikt woiuen,
olijkbaar met een fijne naald. De dader
nusschien maken zich meer menschen aan
deze wonderhjke sport schuldig was tot
dusver, hoe wondeiiijk dit ook lijkt, nim-
mer op heeterdaad te betrappen geweest.
Maar nu is er ioch een man aangehoudeii
onder besclmldiging in een tram een dame
geprikt te hebben. Donderdagmiddag zat
er in de tweede klas van de antobus
LouvreSt. bargeau 'Cen correete meneer,
naar schatting veertig jaar oud, Naast hern
zat een dame; over hem zat ook een dame.
Hij was de eenige map in de tweede klas-
afdeeling. Plotseiing voefde de dame, die
naast den meneer zat, een lichten prik in
de hand en gaf een sehreeuw. Zonder zich
te bedenken greep zij den man bij den arm
en beschuldigde hem haar geprikt te hebben.
Woedend ontkende hij, maar op dit oogen-
blik mengde zich de vrouw, fegenover hem
gezeten, in de woordenwisseling en /eide,
dat zij den man had zien prikken en ook de
naald in zijn hand gezien. Heeft de man
gelegenheid gevonden zich van de naald te
ontdoen? Men heeft althans het prik-in-
strutnent niet teruggevonden. Inmiddels had
de conducteur de bus laten stoppen en de
drie menschen werden naar een politie-posf
in de buurt gebracht. Daar hield de meneer
zijn ontkenning vol. De verdachte is
gemeente-ambtenaar. (N. R. Crt.).
EEN KERSTBOOM.
Bilthoven viert dit jaar een eigenaardig
feest: aan den boschrand, onder den vrijen
hemel, wordt een Kerstboom opgesteld, die
op Zondag 24 dezer om 5 uur verlicht
wordt. ingezetenen en hun kinderen bren
gen daar hun gaven voor kinderen van
werkloozen en armen in het algemeen. De
ontvangen gaven, in natura of geld, wor
den na het dorpsfeest omgezet in pakketten,
die per post worden verzonden. De piaat-
selijke afdeeling der padvinders zorgt voor
veldkeukentjes, waarop ketels met choco-
ladeiTielk te koop zullen staan. Ingezetenen
van de meest uiteenloopende richtingen en
uit allerlei kringen werken mee tot het sla-
gen van dit feest.
BIJ DE HAREN MEEGESLEURD.
Het echtpaar Donnadieux was in zijn
met een ezel bespannen wagentje op weg
van Agde naar Bezien, toen een groote
vrachtauto met houten balken passeerde. In
een daarvan bevind zich een groote spij-
ker, welke bij het voorbijrijden de vrouw
aangreep en van den wagen sleurde. Over
een afstand van 300 M.. werd zij bij de
haren meegesleurd. De man schreeuwde
aan den chaffeur om te stoppen, maar de
ze hoorde zijn ger^ep niet. Een jager maak-
te eindelijk den bestuurder van den auto
op het ongeluk opmerkzaam. In de meest
ernstigen toestand werd de vrouw op-
genome n.
Vraagt Uwen VVInkelier
ter vervanging
ndsche Boerin
GEM EENTERA A D VAN ZAAMSLAG.
Vergadering van Dinsdag 28 November 1922,
des namiddags 1 uur.
Voorzitter de hee-r Joh. de Feijter, Burge
meester.
Tegenwoordig de leden: J- de Visser, A. de
Fejjter, W. Scheele, C. A. Wisee, P. Faas, S.
van Hoeve, D.'G. Koopman, A. de Koeijer, J.
Vinke en C. de Jonge, benevens de Secretaris
J. Stolk.
Afwezig de heer M. Kaijser.
4. Behar.deling van llet concept-contract
met de P. Z. E. M.
4. (Slot).
De heer HEGGE ZIJNEN vraagt, of het dan
niet voordeeliger is de gemeente te krijgen
ook met de door haar aan te sluiten grootver-
bruikers, dan geen contract te zien tot Stand
komen. Hij stelt in het licht, dat de gemeente
wel bij de P. Z. E. M. wil aansluiten, maar
dat zij reeds een eigen bedrijf heeft en er
niet op zit te wachten. Zij wil in elk gev al de
stroom van de P. Z. E. M. niet. te duur koopen.
Hij betoogt, dat er niets onbillijks zit in de
door hem ten deze voorgestelde wijziging. Het
is een moeilijkheid die zien overal voordoet en
waarvoor nog niemand een goede oplossing
heeft gevonden. maar toch komt niemand hij
ue door hem voorgestelde regeling tekort. Er
kan ook geen groot-verbruiker de dupe van
worden, want als de gemeente hem niet kan
bedienen, kan hij zich vervoegen bij de P. Z.
E. M.
De heer STREEFKERK merlct op, dat men
hier met een Zeeuwsche en niet met een Hol-
landsche streek te maken heeft.
De VOORZITTER: Als de heer Streefkerk
hierin niet zelf kan toegeven, zouden we dat
punt misschien eens kunnen aanhouden, want
dan schieten we er toch niet mee op.
De heer HEGGE ZIJNEN zou liever het
contract afwerken, dat aan het eind kon ge-
zegd worden: nu kunnen we het teekenen.
De heer KOOPMAN is ook bang, dat de ge
meente eon zekere coneurrentie zou ondervin-
den in hare aansluitingen. De P. Z. E. M. zou
haar prijs kunnen houden beneden dien, die de
gemeente moet rekenen en deze zou daarom
met zoo spoedig tot een grooter kwantum voo
stroomafnemir.g kunnen komen, dat haar een
lager tarief zou verzekeren. In vele gevallen
zou zoo een groot-stroomverbruiker misschien
voordeeliger zijn dan 50 woningen.
De heer HEGGE ZIJNEN betoogt, dat naar
zijn inzicht de gemeente, die eventueel door
haar contract een risico op zich neemt, ge-
iegenheid moet hebben om zich ook door het
aansluiten van groote afnemers tegen het
risico te dekken.
De heer STREEFKERK voen hiertegen a. i,
uat de maatschappij, die, zooals hij reeds aan-
.-cipte een centrale sticht die een groot kapitaal
vertegenwoordigt, ook zekerheid moet zoeken,
dat zij voldoende stroom kan aneveien om de
exploitatiekosten te dekken. Zij kan zich het
initiaiief om hier aansluitingen te zoeken niet
laten ontnemen. Daarbij is voor haar een te
groot belang betrokken.
De heer HEGGE ZIJNEN kan zich dit stand-
punt niet begrijpen. Hij heeft nog nimmer
ondervonden, dat tegen de door hem gewensch-
te bepaiing bezwaar werd gemaakt. Hij stelt
zich op het standpunt, dat de gemeente in de
eerste plaats voor de aansluitingeri in aanmer
king niet komen. Hij acht ook het risico voor
de P. Z. E. M. niet zoo groot, daar zij, bij
eventueel tekort, de geheele provincie achter
zich heeft.
De heer STREEFKERK voert hiertegen aan,
dat men zoo niet mag rekenen. De centrale
moet zich zelf bedruipen. Het gaat toch niet
aan om de bewoners van b.v. Schouwen en Dui-
veland te laten betalen voor de lichtvoorziening
in Zeeuwsch-Vlaanderen. Dat men elders geen
bezwaar maakt tegen de door den heer Hegge
Zynen voorgestelde bepaiing is mogelijk, maar
wederom men moet niet uit het oog ver-
lieze-n, dat men hier voor andere omstandig-
heden komt te staan. In Holland is bij de
menschen het mitiatief sterker dan hier, men
is hier om het zoo eens te noemen in dit
opzicht wat achterlijkcr. Bovendien is daar
meer industrie, terwjjl men hier meer een land-
oouwende bevolking heeft.
De heer HEGGE ZIJNEN heeft anders bij
zijn komst in Zeeuwsch-Vlaanderen een indruk
gekregen, dat de landbouwers hier in het ge
heei niet achterlijk zijn, indien hij let op de
hulpmiddelen en werktuigen waarover zij be-
sehikken.
De heer STREEFKERK zou ook niet gaarne
beweren, dat de landbouwers hier wat vak-
kennis betreft achterlijk zijn, integendeel, maar
hij bedoelde alleen te zeggen, dat men hier
meer gewoon is zich op allerlei wijzen te be-
helpen, voor verlichting met petroleum, men
is hier van het geniak van electrische stroom
nog niet zoo doordrongen.
De heer HEGGF. ZIJNEN meent, dat men
in een kleine gemeente, waar men de men
schen alle kent, voortvarender kan zijn voor
het verkrijgen van aansluitingen, dan in
groote. Indien men een verbruiker weet, die
men meent niet te kunnen aansluiten, dan
komt de gemeente naar de maatschappij zelf.
Groot stroomverbruik is in beider belang. De
gemeente wil echter het reeht behouden de
verhruikers aan te sluiten waaraan zij denkt
wat te kunnen verdienen.
De heer STREEFKERK heeft tegen dat
laatste geen bezwaar, maar blijft er bij, dat
de maatschappij het initiatief om aansluitingen
te zoeken, niet kan laten ontnemen.
De heer HEGGE ZIJNEN: Maak dan van
20 kilowatts 40 of 50.
De VOORZITTER: Wat schade kan het u
zijn, als wij eens een paar klanten hadden van
25 kilowatts.
De heer STREEFKERK: Daar gaat het niet
over, u moogt die hebben, maar wij wenschen
zekerheid, dat het mogelijke wordt gedaan om
de verhruikers aan te sluiten.
De VOORZITTER: Maak dart van 20 dertig.
De heer HEGGE ZIJNENDat haalt niet
uit. Ik zou er genoegen mee kunnen nemen,
dat de gemeente zich met aansluitingen boven
50 kilowatts niet bemoeide. Bepaalde groote
inrichtingen zal men toch nimmer krijgen, om
dat die zelf hun stroom opwekken.
Spreker vraagt, of de heer Streefkerk be
zwaar heeft tegen een bepaiing, dat de P. Z.
E. M. bij aansluiting van grootverbruikers als
erkenning van het recht der gemeente f 1 per
jaar betaalt.
De heer STREEFKERK legt zich daarbij
neer; dat bedrag kan niet van invloed zijn.
Hij vereenigt er zich ten slotte ook mede,
dat wordt omschreven dat onder greet-indu
strie worden verstaan inrichtingen met een
geinstalleerd vermogen „boven de 40 kilo
watts."
De heer HEGGE ZIJNEN acht de voorge-
steide vierde aiinea, betreffende het opgeven
van de hoeveelheid kilowatts waarover de ge
meente wenscht te beschikken wel eenigszins
beangstigend, daar dit niet een jaar vooruit te
voorzien is. Hij heeft daarom een andere be
paiing voorgesteld, dat de gemeente van
sprongsgewijs toenemen van het verbruik met
meer dan 30 mededeeling moet worden ge
daan.
Naar aanleiding eener opmerking van den
heer Streefkerk wijzigt de heer Hegge Zijnen
zijn redactie aldus: „Sprongsgewijze toe.iamen
van 30 of meer in het inaximaal jaariijksch
benutte vermogen, zullen, voor zoover zij voor
uit te voorzien zijn, enz."
De heer HEGGE ZIJNEN wijst op aiinea 5.
Het komt hem niet logisch voor, dat de P. Z.
E. M. in de laatste 5 contractjaren niet tot uit-
breidingen zou kunnen worden verplicht, die
dringend noodig zijn. Daartegenover zou hij
het niet juist aehten, dat de P. Z. E. M. daar
toe zou worden verplicht, terwijl men niet
voornemens is het contract te verlengvn.
Om beide partijen te lekken, stelt hij de
volgende redactie voor:
„Dergelijke uitbreidingswerken zullen door
de P. Z. E. M. niet uitgevoerd behoe\-en te
worden, indien het contract met de gemeente
in vijf of minder jaien afloopt, en de gemeente
verklaart dit aisdan niet te zullen verlengen".
De heer STREEFKERK vereenigt zich hier-
mede, nadat de heer Hegge Zijnen er hern op
gewezen heeft, dat volgens art. 2 de opzegging
moet geschieden 3 jaar voor den afloop van
den termijn, zoodat, als die opzegging niet ge-
schiedt, de maatschappij toch telkens verzekerd
is, dat fie gemeente nog oor 8 jaar ver. onder.
blijft.
De 6e aiinea wordt aangenomen zooals die
door de P. Z. E. M. is voorgesteld tot nan
woorden „betaald behoeven te worden".
De heer HEGGE ZIJNEN wijst er op, dat
er ook een bepaiing behoort te zijn, dat het
net in goeden staat en voortdurend veiligen
toestand moet worden onderhouden,
Hij stelt voor als 7e aiinea op te nemen:
,,De P. Z. E. M. zal er naar vermogen voor
waken, dat uit de aanwezigheid van het hoog-
spanningsnet in de gemeente geen gevaren
voortspruiten voor de inwoners of 1 unne
eigendommen",
De gemeente moet ook zekerheid hebben
voor de veiligheid van de ingezetenen en daar
van staat r.ergens iets in het contract.
De heer STREEFKERK meent, dat dit wel
wat te principieel wordt, de maatschappij zal
toch in haar eigen belang voor een goede in-
richting en onderhoud van het net zorgen.
De heer HEGGE ZIJNEN wil dat niet be-
twisten, doch wijst er op, dat tegen opneming
der bepaiing dan ook geen billijk bezwaar kan
ingebracht worden. Hij wijst er op, flat te
Purmerend draden waardoor een stroom ging
van 10.000 volts,, werd bevestigd aan consoles
aan de huizen
De heer STREEFKERK: Dat is een schan-
daal.
De heer HEGGE ZIJNEN: Dat is het,
maarer was niets tegen te ,doen. Later
zijn ze echter weggehaald.
De heer STREEFKERK deelt mede, uat het
de bedoeling is het hoogspanningsnet zooveel
mogelijk buiten de dorpen te houden.
De heer HEGGE ZIJNEN neemt gaarne aan,
dat de heer Streefkerk voornemens is, alles
solide en gevaarloos te maken. Men moet ook
weer met de toekomst rekening houden. De
heer Streefkerk is van goeden wil, maar het
kon een vraag zijn, of zijn opvolgers dat ook
zullen zijn. Het behoort in het contract te
worden vastgelegd.
De heer STREEFKERK merkt nog op, dat
alle mogelijke voorzorgen worden genomen,
maar toch kan men niet voorkomen, dat bij een
storm als dien van 6 November 1921 wel eens
palen het zouden kunnen begeven. Er komen
uitzonderingsgelegenheden voor, w;aartegen
niets bestand is. Hij licht dit toe met voor-
beelden omtrent bij dien storm, met wervel-
wind gepaard gaande vernielingen. Indien het
evenwel alleen de bedoeling is, met de voorge
stelde bepalingen van wege de gemeente .vei
ligen aanleg te verzekeren en goed onderhoud'
kan hij er mede accoord gaan.
De heer HEGGE ZIJNEN zegt, dat niets
anders beoogd wordt. Hij maakt thans aan
merking op de voigende aiinea, betreffende
verplaatsing of verandering van het leiding-
net.
De heer STREEFKERK geeft te kennen.
dat het de bedoeling is, dit zoo min mogelijk
te doen en vermoedt, dat het ook zeer weinig
zal voorkomen, omdat de netten buUen de
kommen der gemeenten worden gebouwd.
Met de door den heer HEGGE ZIJNEN aan-
gegeven nieuwe redactie der aiinea, waarbij
bepaald wordt, dat de gemeente alleen de
kosten van het straat- en graafwerk zou be
talen, kan hij geen genoegen nemen. Dat is
meestal het geringste deel der kosten en het
aandeel der gemeente moet dus groote'- zijn.
De heer HEGGE ZIJNEN zegt, dat de ge
meente bezwaar heeft tegen de voorwaarde
gesteld door de P. Z. E. M., dat zij de helft
in de totale kosten moet betalen, omdat zij dan
de rekening thuis krijgt van werk, dat zij niet
beoordeelen kan.
Het is ook denkbaar, dat het andere werk
meer kost.
De heer STREEFKERK wijst er op, dat het
verplaatsen fan een paal in reehte lijn niet
zooveel zal kosten, maar als dit in een andere
richting moetgeschieden wordt het werk vee!
omvattender. Bovendien moet dit, omdat de
stroom moet uitgeschakeld worden meestal op
Zondag geschieden, al doet men dit liever niet,
en moet er dus ook een verhooging van 10#
op het loon worden betaald.
Be heer HEGGE ZIJNEN wijst er op, dat
de door hem voorgestelde bepaiing ook alleen
zal gelden voor de kom der gemeente. In het
vrije veld zal het niet voorkomen, dat werken
der gemeente verplaatsing van de palen noodig
maken.
De heer STREEFKERK bepleit omtreni dit
punt toch iets meer toegevendheidhet liefst
zou hij hebben, dat het bleef staan, zooals het
er staat.
De heer HEGGE ZIJNEN heeft daaitegen
geen bezwaar; hij vindt de kwestie niet zoo
belangrijk.
De slot-alinea van art. 1, zooals die door de
P. Z. E. M. is voorgesteld blijft alzoo behou
den. De heer Hegge Zijnen acht het echter
we! noodig, dat omtrent het tijdstip waarop de
werken uitgevoerd zullen worden overleg ge-
pleegd wordt door de maatschappij en het
gemeentebestuur en wil dit in het contract
vastleggen door de volgende bepaiing toe te
voegen:
„Werkzaamheden aan hot leidingnet van de
P. Z. E. M., waarvoor graafwerk verricht
moet worden binnen het grondgebied der ge
meente, zullen, behoudens gevallen van drin-
gende noodzaak, niet uitgevoerd worden, dan
nadat partijen over het tijdstip van aavivang
en de wijze van uitvoering der werkzaam-
heden overleg hebben gepleegd.
Partijen treffen een regeling omtrent de
uitvoering van bestratingsvverken binnen de
gemeente, voor zoover dat noodzakelijk is of
wordt door werkzaamheden aan de geleidingen
der P. Z. E. M."
De heer STREEFKERK geeft daartegen
geen bezwaar, zoodat de bepaiing wordt op-
genomen.
Eveneens wordt met goed vinden van den
heer Streefkerk artikel 2 overeenknmstig het
aflvies van den heel- Heg-ge Zijnen geredigeerd:
Artikel 2.
1. De datum, waarop de stroomlevering
begint, zal per aangeteekenden brief door de
P. Z. E. M. worden vastgesteld. Van dien
datum af wordt gerekend, dat deze overeen-
komst in werking is getreden. Zij wordt ge-
acht telkens voor vijf jaar verlengd te zijn,
indien zij niet drie jaren voor het eindigen van
den oorspronkelijken 6f van den verlengden
termijn schriftelijk door een van beide partijen
is opgezegd.
2. Ongeacht het tijdstip, waarop de eerste
Stroomlevering geschiedt, zal het eerste con-
tractjaar eindigdn op 31 December volgende
op den datum der eerste stroomlevering. Voor
de berekenihg van het door de gemeente ver-
schuldigde in het eerste contractjaar zullen
partijen in gemeen overleg eene regeling
treffen.
3. Het contractjaar zal eindigen, resp. ver
lengd worden op 31 December van het jaar,
waarin het 30 jaar gegolden zal hebben.
Omtrent aiinea 3 merlct de heer STREEF
KERK nog op, dat de maatschappij het ook
niet anders bedoelt, daar statituair het boek-
jaar de venhootschap ook op 31 December
eindigt.
Bij art. 3 wijst de heer HEGGE ZIJNEN op
het ontbreken eener bepaiing, die der ge
meente zekerheid verschaft, dat de P. Z. E. M.
„constanten" stroom zal levereu. Hij stelt
daarom voor na de eerste aiinea als 2e in te
lasschen
„De P. Z. E. M. draagt zorg, dat de span
ning op de punten van levering zoodnnig con
stant gehouden wordt, dat daamiede eene
regelmatige en aan normale eischen beant-
woordende stroomlevering aan de ingezetenen
mogeliik zij".
De heer STREEFKERK merkt op dat h'i
de draagkraeht dezer bepaiing niet zoo w een
kan overzien.
De heer HEGGE ZIJNEN zegt, dat hot
alleen de bedoeling is, den eisch te stellen voor