Niet alleen kinderen
GEMEENTERAAD VAN ZAAMSLAG.
(Vervolg).
Artikel 11.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN.
(Wordt vervolsd).
INGEZONDEN STUKKEN.
(Buiten verantwoordelijklieid der Redactie.)
A. C. LENSEN's STOOMVAARTMAAT-
SCHAPP1J—TER NEUZEN.
s.s. ARY vertrok 22 Aug. van New-Castle
on Tyne naar Boston,
s.s. HELENA in lading te Uleaborg voor
Velsen.
s.s. CORNELIS in lading te Blyth voor
Stettin.
s.s. TERNEUZEN in lossing te Stettin,
s.s. MAGDALENA in lading te Uleaborg
voor Ter Neuzen.
s.s. ELISABETH vertrok 2 dezer van
Uleaborg naar Ter Neuzen.
WEERBER1CHT VAN 4 SEPT. 1922.
Het weerbericht van het meteorologisch
instituut te De Bildt luidt als volgt:
Hoogste barometerstand: 770.3 Faluim
(Zweden).
Laagste barometerstand: 754.9 Vest-
manoer.
Verwachting tot den avond van 5 Sept.:
Meest zwaar bewolkt uit Noordelijke
richtingen, zwaar bewolkt of betrokken,
aanvankelijk nog eenige regen, zelfde
temperatuur.
Bureau dit bedrag toch te hoog, in verband
met de daarvoor noodige werkzaamheden.
De heer OGGEL, wil den handel ook niet
"bezwaren, doch acht het heffen van leges,
zooals dat bij de gemeentebesturen ook ge-
schiedt, gewenscht. Er worden toch particu-
liere diensten voor verricht. Hij zou voor het
legaliseeren eener handteekening echter
slechts 25 cent willen stellen, en overigens het
door het Bureau voorgestelde tarief vast-
stellen.
De VOORZITTER deelt mede, dat^iet Bu
reau het voorstel van den heel' Oggel over-
neemt en haar voorstel in den door hem
aangegeven zin wijzigt.
Het wordt met algemeene stemmen aange-
nomen.
(Wordt vervolgd).
Vergadering van Maandag 28 Augustus 1922,
des namiddags 1,30 uur.
Voorzitter de heer Joh. de Feijter, Burge-
meester.
Tegenwoordig de leden: J. de Visser, A. de
Feijter, W. Scheele, P. Faas, C. A. Wisse, S.
van Hoeve, D. G. Koopman, A. de Koeijer, J.
Vinke, benevens de Secretaris J. Stolk; later
ook de heer M. Kaijser,
Afwezig de heer C. de Jonge, met kennis-
geving.
6. Voorstel Burgemeester en Wethouders
vaststellir.g overeenkomst met de Pro-
vinciale Zceuwsche Electriciteits Maat-
schappij betreffende levering van elec-
trischen stroom.
Na gehouden conference's en gevoerde
briefwisseling stellen Burgemeester en Wet
houders voor af te sluiten het navolgende
contract:
OVEREENKOMST
tusschen de gemeente Zaamslag en de Naam-
looze Vennootschap Provinciale Zeeuwsche
Electriciteits Maatschappij, gevestigd te
Middelburg, betreffende de levering van
electrischen stroom.
Tusschen de gemeente Zaamslag, in het
volgenae kortheidshalve aangeduid met het
woord „gemeente" en de Naamlooze Vennoot
schap Provinciale Zeeuwsche Electriciteits-
maatschappij, kortheidshalve aangeduid door
de letters „P. Z. E. M.", is de volgende over
eenkomst gesloten:
Artikel 1.
De P. Z. E. M. verbindt zich gedurende der-
tig jaar (Burg, en Weth. stellen voor 20
jaari aan de gemeente, zoowel ter voldoe-
ning aan de met hare afnemers aangegane
of aan te gane verplichtingen, als voor eigen
behoefte, electriciteit voor licht, kracht en an"
dere technische doeleinden te leveren in den
vorm wan draaistroom van 50 perioden per se-
conde, voor zoover de voorhanden inrichtingen
dit toelaten.
De P. Z. E. M. verplicht zich verder geen
electriciteit aan derden in het gebied der ge
meente te leveren. De gemeente verbindt zich
gedurende dertig jaar (Burg, en Weth. stellen
voor twintig jaar) binnen haar gebied geen
electriciteit voor bovengenoemde doeleinden, in
welken vorm ook, zelf op te wekken en die te
distribueeren of door derden te laten opwekken
en die te distribueeren, maar haar geheele be-
hoefte aan electriciteit, zoowel ter voldoening,
aan de met hare afnemers aangegane of aan
te gane verplichtingen, als voor eigen behoefte,
alleen van de P. Z. E. M. te betrekken en het
gebruik van electriciteit in haar gebied zoovee!
mogelijk te bevorderen, terwijl zij zich boven-
dien verplicht aan derden geen concessie te
verleenen voor den aanleg, het hebben en het
onderhouden van sterkstroomgeleidingen in, op
of boven hare gronden en wateren. Van de
stroomlevering door de gemeente binnen haar
gebied zullen uitgesloten zijn die voor tractie-
doeleinden, aan de groot-industrie (onder
groot-industrie zijn inrichtingen te verstaan,
die een ge'mstalleerd vermogen van minstens
20 kilowatts voor kracht en andere technische
■doeleinden hebben) en aan perceelen binnen het
gebied der gemeente, die niet op economische
wijze uit het gemeentelijk net van electriciteit
voorzien kunnen worden.
De P. Z. E. M. zal evenwel in de twee hier-
boven laatstgenoemde gevallen niet tot aan-
sluiting overgaan, indien de gemeente binnen
veertien dagen na schriftelijke aanvraag van
de P. Z. E. M. verklaard heeft zelf de stroom
levering op zich te nemen tegen de door de
P. Z. E. M. gestelde prijzen en voorwaarden.
Opdat de P. Z E. M, in staat zal zijn in de
behoefte aan electriciteit van de gemeente te
voorzien, deelt deze in de eerste maand van elk
kalenderjaar, of zoodra zulks bij onverwachte
aanviagen mogelijk is, aan de P. Z. E. M. mede
over hoeveel kilowatts zij wenscht te beschik-
ken .De gemeente zal echter niet eerder't recht
hebben over het meerdere te beschikken, dan
wanneer de noodig gebleken uitbreidingen van
centrale en leidingnet in gereedheid zijn.
Wanneer de toeneming van het verbruik zulks
eischt, zal de P. Z. E. M. verplicht zijn hare
inrichtingen, voor zoover dit noodig is, uit te
breiden, behalve in geval van toeneming voor
tijdelijk gebruik en gedurende de laatste vijf
jaar van den termijn der overeenkomst.
De gemeente verleent aan de P. Z. E. M. het
recht binnen haar gebied werken tot geleiding,
transformiatie of verdeeling van electrischen
stroom en de daarmee in verband staande be-
veiligings- en ondersteuningswerken aan te
leggen, in stand te houden en zoo noodig te
verplaatsen, zoowel in, op als boven haar gron
den en wateren. terwijl zij zooveel mogelijk
behulpzaam zal zijn bij het verkrijgen van ver-
gunningen en het wegnemen van belemmerin-
gen. (Burgemeester en Wethouders stellen
voor de vetgedrukte woorden te doen verval-
len). Voor het hebben en in stand houden van
bovengenoemde werken zal door de P. Z. E. M.
geen huur, recognitie, retributie of eenige an
dere vergoeding, onder welken vorm ook, aan
de gemeente betaald behoeven te worden. Ma-
ken werkzaamheden van de gemeente het
noodig, dat werken van de P. Z. E. M. ver-
plaatst of veranderd moeten worden, dan zal
dit door de P. Z. E. M. geschieden. Alle uit deze
verplaatsing of verandering voortvloeiende
kosten zullen door de gemeente voor de helft
gedragen worden.
Artikel 2.
De datum, waarop de stroomlevering begint,
zal per aangeteekenden brief door de P. Z. E.
M. worden vastgesteld. Van dien datum af
wordt gerekend, dat deze overeenkomst in wer-
king is getreden. Zij wordt geacht telkens voor
vijf jaar (Burgemeester en Wethouders stellen
voor: 2 jaar) verlengd te zijn, indien zij niet
vijf jaren (Burgemeester en Wethouders stel
len voor: 2 jaar) voor het eindigen van den
oorspronkelijken of van den verlengden (Burge
meester en Wethouders stellen voor de vetge
drukte woorden te doen vervallen) termijn
schriftelijk door een van beide partijen is op-
gezegd.
Artikel 3.
De gemeente zal de electriciteit op een schrif
telijk in gemeenschappelijk overleg vast te
stellen plaats in den vorm van hoogspannings-
stroom van ongeveer 3 X 10.000 volts ontvan-
gen, meten, transformeeren en aan de verbrui-
kers distribueeren. De P. Z. E. M. neemt op
zich de oprichting en de voor de hierboven ge-
noemde handelingen noodige inrichting van een
gebouwtje en het onderhoud daarvan, waar-
voor de gemeente aan de P. Z. E. M. jaarlijks
acht ten honderd van de totale kosten vergoed.
Indien de electriciteit aan de gemeente op
meer dan een plaats geleverd wordt en de ge
meente daardoor gebruik rnaakt van het lei
dingnet van de P. Z. E. M.. dan zal zij een
jaariijksche huur aan 6e P. Z. E. M. betalen,
die acht ten honderd der aanlegkosten bedraagt.
Deze huur zal echter nooit meer bedragen dan
vijfendertig cents per inwoner en per jaar.
(Burgemeester en Wethouders stellen voor
de vet gedrukte woorden te doen vervallen).
Artikel 4.
De electriciteit, die de gemeente van de P.
Z. E. M. betrekt, zal op de volgens artikel 3
bepaalde plaats gemeten worden door twee
kilowatturenmeters en twee toestellen voor het
bepalen van de hoogste belasting, tenzij er de
voorkeur aan wordt gegeven beide apparaten
in een toestel te vereenigen.
Deze meters en (of) toestellen worden voor
gezamenlijke rekening aangeschaft en onder
houden. Zij worden door beide partijen ver-
zegeld.
Voor de bepaling van het aantal geleverde
kilowatturen en van dp hoogste belasting wordt
het gemiddelde uit de aflezingen van beide
stellen genomen.
Als hoogste belasting zal gerekend worden
het gemiddelde uit de tien achtereenvo'.gende
minuten, waarin het grootste aantal kilowatt
uren wordt verbruikt.
Wanneer beide apparaten in een toestel ver-
eenigd zijn (bijv. een registreerende kilowatt-
urenmeter) zal voor de bepaling van de hoog
ste belasting dat deel van het kilowatturen-
diagram genomen worden, waarin gedurende
tien minuten het grootste aantal kilowatturen
verbruikt is.
Worden maximum-kilowattmeters gebruikt,
dan moet de tijd, waarin de hoogste belasting
geregi streerd wordt, zooveel mogelijk met den
bovengenoemden tijd van tien minuten overeen-
komen.
Wordt door het verschil in aanwijzing aan
de nauwkeurigheid der instrumenten getwijfeld,
dan zal dat instrument geijkt moeten worden,
aan welks nauwkeurigheid getwijfeld wordt.
Een ijking zal niet plaats vinden, wanneer het
verschil in aanwijzing niet meer dan zes ten
honderd bedraagt.
De plaats en wijze van ijking en de kosten
worden door gemeenschappelijk overleg vast
gesteld.
Wanneer een der instrumenten tijdelijk ont
breekt, zal volgens de aanwijzing van het over-
geblevene het verbruik berekend worden. Ont-
breken beide instrumenten, dan zal het ver
bruik overeenkomstig de correspondeerentle
maand van het daaraan voorafgaande jaar ge
schat worden. Is deze vergelijking niet moge
lijk, dan zullen voor de schatting de vooraf
gaande maanden als basis dienen.
De hoogste belasting, die in een kalenderjaar
optreedt. zal vastgesteld worden op grond van
dc belastingen in de hierna te noemen avond-
uren.
Zijn op meerdere plaatsen meters opgesteM,
dan zal die som van de gelijktijdige hoogste
belastingen genomen worden, die het grootst is.
Fen abnormaal hooge belasting, die veroor-
zaakt is door kortsluiting, zal buiten rekening
blijven.
Bedoelde avonduren zijn:
•Tanuari van 4j uur nam. tot 19 uur nam.
Februari 5 10
November 4 10
December 4 10
De verrekening zal plaats hebben volgens de
formule:
A C X X 0,045 Y,
waarin A is het totaal te betalen bedrag in
guldens, X de hoogste totale belasting geduren
de een kalenderjaar in kilowatts, Y het totale
energieverbruik in dat jaar in kilowatturen,
terwijl C een factor is, te bepalen uit onder-
staande tabel:
voor de eerste 50 kilowatt maximum C 150,—
tweede 50 C 135, j
derde 50 0 120>
vierde 50 C 90,
belasting boven 200 kilowatt C 65, i
Bovendien zal voor het bedrag, waarmede
een buiten bovengenoemde avonduren vallende
belasting de hoogste avondbelasting over-
schrijdt, f 35,— per kilowatt en per jaar be
rekend worden.
Indien de gemiddelde prijs van de steenkolen
van 7200 cal. in een kalenderjaar stijgt boven
f 20,per 1000 K.G. vrij aan de centrale, dan
zal telkens 0,075 cent per kilowattuur, dat door
de kilowatturenmeters wordt aangewezen, meer
betaald moeten worden voor elke stijging van
vijftig cent boven 20,
De P. Z. E. M. zal het recht hebben, indien
door de Regeering, provincie of gemeente een
belasting zal geheven worden op de electrici-
teitslevering, deze naar verhouding van de ge-
leverde hoeveelheid electriciteit op de gemeente
te verhalen.
Artikel 5.
Het in artikel 4 genoemde tarief zal elke
vijf jaar herzien kunnen worden, doch voor het
eerst in 1930. Deze herziening zal dan alleen
tot een verlaging van het hiervoor genoemde
tarief leiden indien de P. Z. E. M. een divi
dend zal uitkeeren, dat 2 hooger is dan de
rentevoet, waarnaar door de provincie is ge-
leend voor het kapitaal ter deelneming m de
Vennootschap.
Een verhooging van het tarief zal alleen
plaats vinden in buitengewone omstandigheden,
waarvoor ten alien tijde beroep zal openstaan
op den Minister van Waterstaat, die beoor-
deelen zal, of bovengenoemde omstandigheden
aanwezig zijn en in welke mate.
Artikel 6.
Maandelijks dient de P. Z. E. M. voor het
stroomverbruik in de voorafgaande maand en
voor de maandelijks volgens de artikelen 3 en 7
in rekening te brengen bedragen, bij de ge
meente een rekening in, die binnen veertien
dagen daama wordt voldaan.
Wat betreft de verrekening van het aantal
kilowatts, deze zal zoodanig plaats vinden, dat
elke maand een twaafde gedeelte van het aan
tal kilowatts van de hoogste belasting in het
vorige kalenderjaar in rekening gebracht zal
worden. In het eerste bedrijfsjaar der gemeente
zal het maandelijks te berekenen aantal kilo
watts genomen worden van de hoogste belasting,
die in de betreffende maand is opgetreden. Aan
het einde van ieder jaar wordt verrekend het-
geen in verband met de hoogste belasting van
dat jaar teveel of te weinig betaald is.
Deze vereffening zal plaats vinden binnen
een maand nia indiening der rekening.
Maakt de gemeente aanmerking op de reke
ning dan zal dit geen reden zijn tot uitstel der
betaling.
Blijkt een rekening onjuist te zijn, dan wordt,
na gedaan onderzoek, het verschil bij afzonder-
Hjke rekening vereffend.
Artikel 7.
De gemeente verplicht zich onder het toe-
zicht van de P. Z. E. M. haar leidingnet met
toestellen volgens de nieuwste voorschriften
van het Koninklijk Instituut van Ingenieurs in
te richten en te onderhouden en alle maatrege-
len te treffen, die noodig zijn om hinder in het
bedrijf, zoowel van haarzelf als van de P. Z. E.
M. te voorkomen.
De gemeente vergoedt aan de P. Z. E. M. voor
dit toezicht f 1,25 (Burgemeester en Wethou
ders stellen voor: 0,62y2) per aansluiting en
per jaar.
Artikel 8.
De P. Z. E. M. is bevoegd de stroomlevering i
geheel of gedeeltelijk te onaerbreken, indien de
werkzaamheden in de centrale of in het leiding
net dit noodig miaken. Eveneens zal zij daartoe
bevoegd zijn, indien de onderbrekir.g dient tot
beperking van schade aan of hinder in hare
inrichtingen.
Spoedeischende gevallen buitengesloten, zai
de P. Z. E. M. de gemeente de onderbreking in
de stroomlevering tijdig mededeelen.
De gemeente zal alleen dan het recht hebben
van de P. Z. E. M. schadevergoeding te eischen,
indien blijkt, dat de stroomonderbreking aan
grove nalatigheid te wijten is.
Artikel 9.
De P. Z. E. M. behoudt zich het recht voor om,
zoodra een of ander openbaar lichaam tot naas-
ting van de onderneming der P. Z. E. M. mocht
overgaan, de rechten en plichten uit deze over
eenkomst voortspruitende, aan dat openhaar
lichaam over te dragen.
Artikel 10.
In alle gevallen waarin verschil van geVoe-
len omtrent de uitlegging der voorwaarden van
deze overeenkomst mocht Pestaan, wordt de be-
sl is sing opgedragen aan drie scheidsmannen,
door partijen in gemeen overleg te benoemen.
Mochten partijen het over de keuze dier
scheidsmannen niet eens worden, dan zal de
meest gereede partij bevoegd zijn aan den
kantonrechter te Middelburg te verzoeken drie
deskundigen te benoemen, nadat zij vooraf aan
de wederpartij bij deurwaarders-exploit zal
hebben aangezegd, dat zij dat verzoek zal in-
dienen.
Deze scheidsmannen zullen als goede manner
naar billijkheid in hoogste ressort uitspraak
doen en bepalen wie de kosten zal dragen.
De kosten, op cieze overeenxomst vallende,
worden door elk der partijen voor de helft ge
dragen.
De VOORZITTER deelt mede, dat burge
meester en Wethouders eene nadere confe
rence hebben gehouden met den directeur van
de P. Z. E. M. waarin enkele verschilpunten
zijn besproken. In enkele punten hebben Bur
gemeester en Wethouders hun ongelijk
moeten inzien en toegegeven en op andere
punten is ook door de P. Z. E. M. wat toege
geven, doch, zooals uit het voorstel blijkt, zijn
er verschilpunten gebleVen. Het voorgestelde
contract wordt dus niet door de P. Z. E. 1VL
aangeboden, maar het is een voorstel van
Burgemeester en Wethouders.
De heer KOOPMAN: In zooverre, dat, als
we dit aannemen en de P. Z. E. M. zegt „het
is goed", dan zijn we aan.
De VOORZITTER: Dat is juist.
De heer SCHEELE: Is het wel wenschehjx
deze zaak terstond in het openbaar te be-
spreken? Kan dat ons belang niet schaden?
De heer KOOPMAN en KAIJSER zijn
voor openbare bespreking, het geldt de ge
heele gemeente, ze mogen wel weten hoe het
besproken wordt. Als het in besloten verga
dering wordt besproken en dan in openbare
zitting alleen een besluit genomen, dan weet
men er nog niets van.
De heer VAN HOEVE: Hetgeen niet weg-
neemt, dat de heer Scheele toch het recht
heeft, een besloten vergadering te vragen.
De heer SCHEELE: Ik heb er niet op aan-
gedrongen, doch alleen gevraagd of het niet
wenschelijk is.
De VOORZITTER: Wij zijn van meening,
dat het publiek het wel weten mag.
De heer VAN HOEVE: Zou, alvorens het
contract in bespreking komt, niet dienen te
worden uitgemaakt of we zullen aansluiten
Wordt dat afgewezen, dan behoeven we het
contract niet be behandelen.
Spreker zou nog eerst wel eens willen wor
den ingelicht over de vraag: „Is het al bekend,
of, indien we een contract sluiten met de P. Z.
E. M. ieder inwoner zoo buiten als binnen de
kom, zal kunnen aansluiten? Dat is een voor-
naam artikel.
Er is ook nog een financieel vraagstuk. We
zitten hier met een tamelijk dure installatie,
die nog maar een jaar of drie aan den gang
is, en waarvoor vermoedelijk nog veel zal moe
ten betaald worden. Ik zou daarom graag eens
een rekening hebben, hoe de financien zich
zullen verhouden. Het valt maar moeilijk een
beslissing te nemen, indien we daaromtrent
niet op de boogte zijn gesteld.
De VOORZITTER geeft te kennen, dat de
heeren die eens op de hoogte willen komen van
den toestand der gemeentelijke centrale. het
best zullen doen, met hier eens een kijkje te
nemen. Dan kunnen ze de rekening eens in
zien.
Burgmeester en Wethouders zijn van mee
ning, dat de voordeeligste weg voor de ge
meente zal zijn om aan te sluiten, daar men
binnen enkele jaren weer voor dure vemieu-
wingen in de centrale zou komen te staan.
Daarbij komt, dat het stroomverbruik steeds
vermindert, er wordt dus ook steeds minder
ontvangen, als gevolg van de goedkoope
prijzen der petroleum.
Als we nu aansluiten bij de P. Z. E. M. is
de gemeente van die vernieuwingskosten af.
In de eerste jaren zal er dan nog wel wat bij
moeten, maar Burgemeester en Wethouders
hebben overwogen, dat die kosten toch ieder
jaar minder zullen worden, door aflossing van
de voor die inrichting der verlichting gesloten
leening. De gemeente zal er dan beter voor
komen te staan.
Burgemeester en wethouders hebben be-
zwaar gemaakt tegen betaling van f 1,25 per
aansluiting voor het toezicht op het net en
van 35 cent per inwoner voor gebruik van het
net der P. Z. E. M. indien ook de gehuchten
zouden worden aangesloten.
De heer WISSE herinnert, dat de P. Z. E.
M. meermalen in bespreking is geweest, en dat
toch in het algemeen de bedoeling bleek voor
te zitten, om aan te sluiten, indien financieele
bezwaren, dat niet in den weg stonden. De
vraag of we al of niet zullen aansluiten, be-
hoeft dus volgens hem niet meer te worden
gesteld.
De heer KOOPMAN is ook van meening.
dat de financieele zijde wel de hoofdzaak is
en stemt voorts toe, dat de zaak aldus bespro
ken is, in de G. E. B.-commissie, dat't gemeen
telijk bedrijf geheel zou worden opgeheven
en aangesloten worden zou bij de P. Z. E. M.
Dat geschiedde echter wel eenigszins in het
vooruitzicht, dat we dan goedkooper- uif
zouden zijn. Dat uitzicht is echter al meer en
meer verdwenen en het is zelfs de vraag ge-4
worden, of we niet duurder uit zullen zijn.
We wilden wel aansluiten, als we wisten er
mede te winnen, dus dat zouden ze moeten
weten.
De prijzen zijn echter te hoog, er blijft te
veel in de pen hangen. Het voordeel is al
minder en minder geworden en wanneer de
prijs niet kan worden verminderd zal het ge
bruik nog af nemen, waardoor wij er dan
misschien steeds nog dieper en dieper in ge-
raken.
De heer WISSE wijst er op, dat nu nog
slechts een gedeelte van de gemeentenaren
heeft kunnen genieten van het licht der cen
trale, doch ook de andere inwoners hebben er
recht op, en dat kan de gemeentecentrale niet
meer geven, zonder dat daaraan groote kos
ten worden besteed. Dan is de lichtijd ook
beperkt, des avonds om half 11 uur gaat het
licht uit, hetgfeen ook onaangenaam is, en voor
kracht kan thans ook geen stroom geleverd
worden, zoodat niiverheidsondernemingen er
in het geheel geen gebruik van kunnen maken.
Op grond daarvan acht hij aansluiting
wenschelijk.
De heer KOOPMAN meent, dat het anders
maar het best is, het ronduit te zeggen, dat
men bij aansluiting bij de P. Z. E. M. toch
ook niet alle ingezetenen zal kunnen gerieven.
Indien de gemeente daaraan zou willen begin-
nen, zou het een groote financieele strop
worden. Indien de leiding der P. Z. E. M. over
Othene, Reuzenhoek en het Veer komt, zullen
die buurten wel geholpen kunnen worden, als j
de P. Z. E. M. ten minste een goed koopman
is, maar dan blijven er nog velen van het licht
en de kracht verstoken. Men wekt verkeerde
voorstellingen op, indien men zou zeggen, dat
nu „geheel Zeeuwsch-Vlaanderenvan den
stroom zal kunnen genieten. Er zijn nu een-
maal afgelegen en weinig bewoonde gedeelten
waar dit nu eenmaal niet kan, wegens de
groote kosten.
De heer VAN HOEVE meent, dat, al is het
niet door Burgemeester en Wethouders, zijne
vraag toch gedeeltelijk beantwoord is. Aan
gesloten kunnen alleen worden het dorp en
enkele gehuchten. Hij betwijfelt, of het dan
wel verstandig is om met de P. Z. E. M. een
accoord aan te gaan. Nu is de gemeente zelf
baas. Men heeft goed licht. Er wordt nu wel
als een bezwaar opgesomd, dat het om half 11
uitgaat, maar zij die langer op willen blijven
zullen hier toch wel zoo druk niet rondloopen.
De VOORZITTER vreest, dat de gemeente
met haar eigen bedrijf in een slechter positie
blijft zitten en als men bij de P. Z. E. M.
aansluit, wordt het na enkele jaren beter. Dan
komt men op een gezonde basis. Vemieuwing
van machines zal heel wat kosten. Indien
Othene en het Veer aan de P. Z. E. M. wordt
aangesloten, zouden we dat met de kom als
een geheel wenschen te beschouwen. We we
ten, dat de prijs niet hooger komt dan 60 cent
per K. W. U.
De heer SCHEELE is huiverig, om beschou-
wingen over de gemeentelijke centrale in het
openbaar uit te spreken, maar de capaciteit
is toch beperkt. Als in de Geref. kerk alle
lichten zijn ontstoken, dan kan men dat zeer
goed aan de huisverlichtingen merken, dat
die minder worden. De centrale zal voort-
durend van hare kracht verspelen en het niet
veel jaren zoo kunnen volhouden.
De heer VAN HOEVE zou toch wel eens
willen vernemen, hoe de kosten zouden wor
den, als ieder in de gemeente gelegenheid
krijgt om aan te sluiten.
De heer KOOPMAN kan verzekeren, dat
daaraan niet te denken valt, daarvoor zouden
de kosten te hoog en het gebruik te gering
zijn. Dat is nu eenmaal iets dat onmogelijk is.
De heer VAN HOEVE: Dus het is geweten,
dat, indien de gemeente aansluit, nog niet
ieder kan genieten. De buitenbewoners mogen
weer wel betalen, maar er niet van profi-
teeren.
De VOORZITTER: Othene, Reuzenhoek en
het Veer zou kunnen, maar dan dienen de
voorwaarden voordeeliger te zijn.
De heer KOOPMAN meent, dat, indien
de P. Z. E. M. geen aannemelijke voorwaarden
daarvoor stelt, de gemeente het bouwen van
hare netten over Zaamslagsch gebied toch kan
tegenhouden
Hij zou dat niet bepaald willen doen, maar
meent, dat de gemeente toch voorwaarden
kan stellen.
De heer WISSE veronderstelt, dat de heer
Van Hoeve toch wel zal moeten begrijpen, dat
het niet doenlijk is, in deze uitgebreide ge
meente ieder bij het net aan te sluiten. Moge
lijk dat nog eenige uitbreiding zou kunnen
gegeven worden, door dicht bij de buurten ge-
legen woningen, b.v. de Val, ook aan te slui
ten. Maar de gemeente kan het b.v. toch ook
niet helpen, dat de hofstede van den heer
Vinke zoo afgelegen ligt. Hij zou wenschen
een zoo groot mogelijk gedeelte der gemeente
aan te sluiten, altijd, als het bedrijf dan niet
te kostelijk wordt.
De VOORZITTER merkt nog op, dat zij, die
niet langs het net wonen, ook kunnen aan
sluiten, maar dan zelf de kosten van aan
sluiting moeten betalen.
De heer KOOPMAN zou het gewenscht
achten, dat de gemeenteraad eens confereerde
met den directeur der P. Z. E. M., den heer
Streefkerk, dan kunnen bezwaren worden ge-
opperd en besproken en wie weet, gelukt het
dan niet tot een goed accoord te komen.
De VOORZITTER acht die conferentie niet
noodig; uit de vqprgestelde voorwaarden
weet men thans hoever men is. Hij acht het
nu beter nu eerst die voorwaarden eens te be-
spreken.
De heer DE FEIJTER merkt op, dat het de
bedoeling van Burgemeester en Wethouders
is in deze vergadering te weten te komen,
op welke voorwaarden de gemeenteraad een
overeenkomst wil sluiten.
De heer KOOPMAN wijst er op, dat men
hieruit niet vemeemt, hoe het met de buiten-
buurten gaan zal en dat zou men kunnen te
weten komen in een conferentie, waar men
vragen kan stellen, die terstond kunnen wor
den beantwoord.
De heer DE FEIJTER meent, dat op het
thans aangeboden voorstel een besluit moet
worden genomen.
De heer KOOPMAN wijst er op, dat dan het
net ook nog in koper moet worden omgezet.
De VOORZITTER: Dat moet toch.
De heer DE FEIJTER bevestigt dat. Er
komen al veel roestvlekjes in, en die houden
den stroom tegen, waardoor de machine
zwaarder werk moet doen. Op Hoek onder-
vond men hetzelfde. Het door den heer Scheele
zooeven genoemde euvel, is daarvan een ge
volg.
De* heer KOOPMAN: Dat stroomverlies
voelen we nu niet, maar dat zou wel het geval
zijn, als we stroom afnamen. Het verlies is
misschien wel 30 tot 40
De VOORZITTER acht dat een zaak voor
later; hij gelooft echter niet, dat de P. Z. E. M.
er toe over zal gaan om Reuzenhoek aan te
sluiten.
De heer KOOPMAN weet dat nog zoo niet;
hij voorziet, dat over 10 jaar ieder is aange
sloten.
De heer VAN HOEVE deelt mede, een
lezing van den heer Streefkerk te hebben bij-
gewoond en hij zou het wel noodig achten, dat
de geheele raad die' eens hoorde, dan komt
men op de hoogte van de eischen die worden
gesteld aan de gemeente en aan de landbou-
wers die willen aansluiten. De raad zit hier
thans te redeneeren, maar kan niet zeggen
wat het meest in het belang der gemeente is,
uit gebrek aan de noodige gegevens. Hij zou
den heer Streefkerk in een conferentie willen
uitnoodigen, deze zal gaame komen. Dan kan
men vragen en de zaak bespreken. Staat het
dan den raad aan, dan sluiten we aan, maar
staat het niet aan, dan doen we het niet.
De VOORZITTER acht die conferentie niet
noodig. De raad heeft de voorwaarden voor
zich en de zaak is aan alle kanten bekeken.
De heer VAN HOEVE wil niets afdingen op
de wetenschap die Burgemeester en Wethou
ders van deze zaak reeds hebben verkregen,
maar hij is er nog leek in en zou daarom ook
gaarne goed worden ingelicht.
De VOORZITTER wijst er op, dat de leden
toch ook de beschouwingen van den adviseur
voor de gemeente, den heer Van der Lubbe
hebben ontvangen.
De heer KOOPMAN merkt op, dat dit rap
port er mooi uitziet, in den eersten aanblik,
maar dit veranderd, als men nagaat, dat het
geen voldoend aantal Kilowatturen zullen ver
bruikt worden. Dat zou voor afslag van den
maar ledereen
eet graag rijst
of meelspijzen met A. «J. P's Fram-
bozen-Saus er over. Een halve liter
saus van een pakje k 7'/2 cent. 6
prijs juist noodig zijn, want men kan geen 60
cent blijven vragen.
De heer VAN HOEVE merkt op, dat er
toch 'met de ingezetenen die zich destijds bij
de centrale waren aangesloten een vast ac
coord is aangetroffen, die hebben zich toch
verbonden.
De VOORZITTER: Ja, die hebben zich ver
bonden, voor 10 jaar, maar er is niet bepaald,
hoeveel stroom ze zouden moeten afnemen.
De heer VAN HOEVE stemt dat toe, er is
niet bepaald, hoeveel Kilowatturen ze moesten
gebruiken, maar wel is vastgesteld, hoeveel ze
per lichtpunt en per week moesten betalen.
Dat er meters zijn aangeschaft, is geweest in
het belang van de gebruikers, omdat men
meende, dat sommigen te veel betaalden. Hij
wil daarvan niets zeggen, die meters zijn aan-
gekocht en betalen zichzelf door meterhuur.
Maar het gebruik der meters mag er niet toe
leiden, dat de gebruikers zich nu voor een deel
van de aangegane overeenkomst ontslagen
achten. Ze hebben zich contractueel verbon
den om een bepaald minimumbedrag voor af-
name van electrischen stroom aan de gemeen
te betalen, gedurende 10 jaren. Daaraan moet
men vasthouden en dan gelooft spreker, dat
de centrale er beter voor zal staan dan thans
het geval is.
De heer KOOPMAN meent, dat de gemeen
te, door meters in gebruik te laten nemen,
haar recht daarop uit handen heeft gegeven.
De heer VAN HOEVE is het daarmede lang
niet eens, de verplichting die eenmaal aange-
gaan is, is bliiven bestaan, men moet zich aan
het contract houden.
De heer SCHEELE merkt op, dat dit dan
in het reglement had moeten ingelascht zijn.
De heer KOOPMAN wijst er op. dat een
aantal dat later aansloot, niet meer geteekend
heeft.
Dp hppr VAN HOEVE herhaalt, dat men
on dezulken p-een verhaal heeft.
De heer VINKE acht dit juist, want die zijn
op andere voorwaarden toegetreden.
De heer VAN HOEVE blijft aandringen,
om eerst te corfereeren.
De heer SCHEELE dringt, met den VOOR
ZITTER, aan on behandeline der voorwaarden,
hetgeen de heer VAN HOEVE verloren werk
noemt.
Ten slotte wordt het voorstel van den heer
Van Hoeve, om eerst een conferentie aan te
vragen. verworpen met 7 tegen 3 stemmen.
Voor stemmen de heeren Koopman, Van
Hoeve en De Koeiier; tegen stemmen de heerpn
Scheele, De Feijter, Vinke, Wisse, Faas, De
Visser en Kaijser.
Hierop wordt overgegaan tot de artikels-
gewijze behandeling van de voorwaarden.
Mijnheer de Redacteur.
Verzoeke beleefd plaatsing van onderstaan-
de, waarvoor bij voorbaat beleefd dank.
De N. V. P. Z. E. M. beweert in een inge-
zonden stuk in Uw geacht blad, dat 1 kilo
wattuur electriciteit overeenkomt met 3 M3.
gas. In werkelijkheid is 1 kilowattuur gelijk
aan 1 M'. gas en betaalt men dus in Axel voor
eenzelfde hoeveelheid licht 16 cent bij gebruik
van gaslicht en 50 of 60 cent bij gebruik van
electriciteit. Deze verhouding is uitgemaakt
door een Rijksinstituut in Duitschland. Er
zjjn tegenwoordig gaslampen in den handel,
z.g. halfliterlampen, waarmede met 50 liter
gas een lichtsterkte van 100 kaarsen, en van
90 liter gas, waarmede een lichtsterkte van
200 kaarsen verkregen wordt. Deze cijfers zijn
door bovengenoemd Rijksinstituut vastgesteld.
Hieruit blijkt, dat, wanneer 1 kilowattuur ge-
lijkgesteld wordt met 1 M3. gas, de verhou
ding nog ten gunste van de electriciteit uit-
valt. Bij motoren is het verschil nog grooter.
De N. V. P. Z. E. M. stelt in een harer brieven
aan B. en W. 3800 M3. gas gelijk met 5000
kilowattuur, dus een verhouding van 1.32 kilo
wattuur tot 1 M3. gas. Een M3. gas kost in
Axel voor motoren 10 cent. De N. V. P. Z.
E. M. stelt de gemeente voor, de electrische
stroom voor kracht te leveren voor 20 cent
per kilowattuur aan den verbruiker. De ge
meente kost een kilowattuur meer dap 20 cent,
zoodat levering van stroom voor kracht voor
de gemeente een verlies oplevert. Vergelijken
wij de prijs van 10 cent voor gas en 20 cent
voor electriciteit in de bovenomschreven ver
houding van 1 1.32, dan wordt de prijs van
electriciteit 26.4 cent en die van gas 10 cent
voor eene gelijke hoeveelheid. Onder deze
omstandigheden bestaat er dus absoluut geen
reden een gas-, benzine- of zuiggasmotor door
een electro-motor te vervangen.
Wat het aangehaalde voorbeeld betreft van
het restaurant te Middelburg, waar door eene
doelmatige verdeeling der lichtpunten en licht-
sterkten eene bezuiniging van f 3,per maand
boven gas werd verkregen, kan ik antwoorden,
dat eene verdeeling bij gebruik van gas even
doelmatig had kunnen zijn. Immers men heeft
bij gas evenveel lampen met verschillende
lichtsterkten dan bij electriciteit. Bovendien
kost te Middelburg thans het gas 14 cent per
M3. en de electriciteit 27 cent per kilowattuur
voor licht, wat toch een groot verschil maakt
met de prijzen hier, die voor gas 16 cent be
dragen en voor electriciteit 50 of 60 cent.
Tegenover bovenaangehaald voorbeeld stel
ik het feit, dat verschillende spoorwegstations
in Engeland, die vroeger electrisch werden
verlicht, thans weder gaslicht hebben inge-
voerd, als gevolg van betere verdeeling, beter
doordringen van gaslicht in mist en minder
kosten.
K. A. WIECHMANN.
Directeur Gasfabriek, Axel.