Hoog watergetij te Ter Neuzen.
Provinciale Staten van
Zeeland.
JBURGERLIJKEN STAND.
EEN ZAAL VOOR DRAADLOOZE
CONCERTEN
is te Southport (Engeland) ingericht en
zal deze week in gebruik worden geno
men. Dit is de eerste concertzaal van dien
aard in de wereld. Men zai er de ooncer-
ten kunnen beluisteren welke te Louden,
te 's Gravenhage, te Parijs en elders wor
den gegeven.
EEN SCHOKKEND VERHAAL.
Uir Baltimore wordt een schokkend ver-
iiaal gemeld, dat betrekking heeft op een
vondst, door een golf-helper gedaan op
de baan van de Rolling Road Golf Club
daar in de buurt. De jongen zocht er in de
struiken naar een weggeslagen bal, maar
vond iets anders: het naakte lijk van een
vermoorde, gruwelijk verminkte vrouw.
Men had het slachtoffer overdadig solide
om hals gebracht. Zij was geschoten, met
een mes gestoken, gevvurgd en met een
knots bewerkt. Bovendien was haar de keel
afgesneden. Naast het lijk vond men een
lang zijden koord, een blauwen zakdoek en
een koralen oorring. Een mijl verder, op
den straatweg vonden speurders van de
politie den verfomfaaiden hoed van een
vrouw en een met bloed bespatte manspets,
benevens net zoo'n oorring, als naast het
lijk was aangetroffen. Het lijk is dat van
een knappe vijf-en-twintig jarige.
Voorloopig houdt de politie het er voor
dat men hier te doen heeft meti de daad
van een krankzinnige. Bij de plek waar
zich dittreurspel had afgespeeld, vond men
sporen van een motorfiets met zijspan. In
den ochtend van den dag dat het lijk was
gevonden, hadden lieden, die in de buurt
wonen, gegil gehoord.
INGEZONDEN STUKKEN.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.)
Mijnheer de Redacteur.
Gaame wensch ik in uw blad de aan-
dacht tp vestigen op de lighal van het
ziekenhuis, die ter bezichtiging zal zijn
Zaterdag a.s. voor belangstellenden van
half drie tot 5 uur.
De gelden d aartoe waren zoo welwillend
bijeengebracht door de huip der jonge-
lui uit Ter Neuzen met 't geven van een
voetoalmatch en 't rondgaan met lijsten
door de jongedames.
Ik hoop, dat deze ligtent de goedkeuring
zal wegdragen en nog tot veler heil moge
strekken.
Een kopje thee zal in den tuin aange-
boden worden.
Met vriendelijke dank voor de plaatsing.
DE DIRECTRICE.
WEERBERICHT van 21 Juli 1922.
Hoogste barometerstancl 765.7 Weenen.
Laagste barometerstand 748.6 Thorsha-
ven.
Verwachting tot den avond van 22 Juli:
Zwakke tot matige Zuidelijke tot Zuid-
westelijke wind, half tot zwaar bewolkt,
weinig of geen regen, zeifde teinperatuur.
A. C. LENSEN's STOOMVAARTMAAT-
SCHAPRIJ—TER NEUZEN.
s.s. ARY in lading te Melilla voor Rot
terdam.
s.s. HELENA van La Goulette naar Mid-
dlesbro passeerde 21 dezer Dover,
s.s. CORNELiS van Newcastle on Tyne
naar Stettin passeerde 21 dezer
Holtenau.
s.s. TER NEUZEN van Stettin naar Ulea-
borg passeerde 20 dezer Oland.-
s.s. MAGDALENA van Sfax naar Gent
passeerde 17 dezer Corcubion.
s.s. ELISABETH in lossing te Rouaan.
SCHEEPVAARTBEWEGING.
17 Juli.
Eng. s.s. Wharfe, 2585 M3., stukgoed,
van Uoole voor Gent.
Finsch s.s. Branda, 849 M3., hout, van
Wasa voor Gent.
Eng. s.s. Riding, 3642 M3., kolen, van
Newcastle voor Gent.
Eng. s.s. Broomsgrove, 4089 M3., kolen,
van Newcastle voor Gent.
EngN.s.s. Saganite, 2016 M3., kolen, van
Ayr vobr Gent.
Eng. s.s. Sea Gull, 1861 M3., kolen, van
Goole voor Gent.
Noorsch s.s. Solvaer, 5515 M3., kolen,
van Newcastle voor Gent.
Ned. s.s. Folmina, 3293 M3., kolen, van
Dunston voor Sluiskil.
Eng. s.s. Nunnington, 1988 M3., kolen,
van Goole voor Gent.
Fransch s.s. Cap La Heve, 3333 M3t,
'edig, van Gent naar Duinkerken.
Estlandsch s.s. Kodusnaa, 3202 M3., vlas,
van Bultich Port voor Gent.
Estlandsch s.s. Kazak, 9627 M3., ledig,
van Gent naar Hull.
Lettisch s.s. Krimulda, 5579 M3., diver-
sen, van Riga voor Gent.
Deensch s.s. Alfred Hage, 4672 M3.,
hout, van Uleaborg voor Ter Neuzen.
Ned. s.s. Folmina, 3293 M3., ledig, van
Sluiskil naar Dunston.
Eng. s.s. John Charelton, 410 M3., ce
ment, van Ter Neuzen naar Londen (als
bijlegger).
Noorsch s.s. Trane, 2959 M3., kolen,
van Swansea voor Sluiskil.
Noorsch s.s. Elgen, 205fr"^b.(ui:?iIfdlP...
Adelsdik voor Gent.
TER NEUZEN.
(Nadruk verboden).
19 Juli.
Eng. s.s. Mayrix, 2248 M3„ kolen, van
Boston voor Gent.
Fransch s.s. Chef Micanicien Armand
Blanck, 8008 M3., perriet, van Huelva voor
Gent.
Noorsch s.s. Trane, 2959 M3„ ledig, van
Sluiskil naar Sunderland.
Eng. s-.s. Wharfe, 2585, M3„ stukgoed,
van Gent naar Goole.
Eng. s.s. Borthwick, 3182 M3„ stukgoed,
van Antwerpen voor Gent.
Eng. s.s. Saganite, 2016 M3„ ledig, van
Gent naar Boness.
Eng. s.s. Blackcock, i319 M3„ stukgoed,
van Gent naar Londen.
Eng. s.s. Derwent, 2349 M3„ stukgoed,
van Goole voor Gent.
20 Juli.
Eng. s.s. Ousel, 4355 M3., stukgoed, van
Duinkerken voor Gent.
Eng. s.s. Abaris, 8184 M3„ kolen, van
Gent naar Bordeaux.
Duitsch s.s. Oberschlessien, 5898 M3„ van
Gent.
Eng. s.s. Falcon, 1910 M3., stukgoed,
van Londen voor Gent.
Eng. s.s. Madame Doretta, 2248 M3.,
steenkolen, van Goole voor Gent.
Deensch s.s. Flvnderborg, 4010 M3., Per
riet, van Le Palli'er voor Gent.
Amer. s.s. West Kassou, 16801 M3., le
dig, van Gent naar New Orleans.
Noorsch s.s. Rudolf, 2616 M3., ledig, van
Gent naar Rotterdam.
Eng. s.s. Sea Gull, 1861 M3., ledig, van
Gent naar Goole.
Eng. s.s. Nunnington, 1988 M3., ledig,
van Gent naar Boness.
Eng. s.s. Bromsgrove, 4089 M3., ledig,
van Gent naar New Castle.
Estlandsch s.s. Krimulda, 5579 M3., le
dig, van Gent naar Riga.
Van 17 tot en met 20 Juli zijn langs
de Middensluis alhier 58 binnenvaartuigen
op- en 82 afgeschut; langs de Westsluis
15 op- en 6 afgeschut.
D A G E N.
Vrfldag
22
23
24
25
26
27
28
Juli.
0 26
1.12
1.55
2.39
3.22
4.07
12.02
12.50
1 33
2.16
3.01
3.45
4.29
GEMEENTERAAD VAN ZAAMSLAG.
Verbetering.
De heer A. DE FEIJTER schrijft ons:
Volgens uw verslag zou ik in de vergade
ring van 14 Juli j.l. gezegd hebben:
Zoowel te Ter Neuzen als te Hoek hebben
Burgemeester en Wethouders gezien, dat de
pompen veel water verloren.
Dit moet zijn:
Zoowel te Ter Neuzen als op de Fabriek van
gezien, dat de pompen veel water verloren; in
Hoek was het tegenovergestelde, die liet geen
water door; in Axel heb ik het niet meer gezien.
De heer WISSE bericht: niet te hebben ge
zegd, dat de slangen zoo maar op den vloer
liggen, en daardoor stikken",
maar: „dat de bergplaats te vochtig is en de
slangen beter op den zolder van het gemeente-
huis tegen vocht zouden bewaard worden.
ZOMERZITTING.
Dinsdagmorgen kwamen de Staten weder in
openbare vergadering bijeen onder voorzitter-
schap van den Commissaris der Koningin, den
heer Jhr. Mr. J. W. Quarles van Ufford. AanT
wezig wafen 40 leden, afwezig de heeren Van
Nieuwkuijk en Nieuwenhuijzen.
Notulen.
De notulen der bijeenkomst van 4 Juli
werden gelezen en goedgekeurd.
Reglement politie voor polders.
Aan de orde was het voorstel inzake wijzi-
ging van het reglement van politie voor pol
ders en waterschappen, dat wij deze week pu-
bliceerden.
Dit werd aangehouden om eerst in de af-
deelingen behandeld te worden, die na de
morgenzitting bijeen zouden komen.
Het s.s. Walsoorden.
Naar aanleiding van de in het afdeelings-
verslag gemaakte opmerking, als zou het
schip niet zeewaardig zijn geweest, bij de
mededeeling in de najaarsZitting, wat zou blij-
ken uit het kort daarna door den officier van
justitie ingestelde onderzoek, merken Ged.
Staten schriftelijk op, dat het besluit tot her-
stelling van het s.s. Walsoorden reeds genomen
was, voordat namens den officier van justitie
te Zierikzee een onderzoek naar den toestand
van het schip werd ingesteld. Het schip was
tot het ondergaan der herstellingen reeds naar
de werf te Hansweert gebracht, voordat het
rapport van het hierboven bedoelde onderzoek
bij den Voorzitter van Ged. Staten was inge-
komen.
De directeur van den Provincialen Stoom-
bootdienst en de kapitein van de Walsoorden
hebben beiden verklaaid, dat het schip zich in
voldoenden zeewaardigen toestand bevond. De
kapitein heeft pertinent verzekerd, dat hij niet
met het schip zou hebben gevaren, indien er
gevaar voor verlies van levens had bestaan.
In de afdeelingen was er n.l. op gewezen
dat in de najaarszitting een lid van Ged. Sta
ten op de meest stellige wijze had verzekerd,
dat het schip geheel in orde en zeewaardig
was, welke mededeeling onjuist is gebleken.
Over de houding van bedoeld lid van Ged.
Staten werd in de eerste en tweede afdeeling
afkeurend gesproken. In een afdeeling is toe-
gegeven, dat de Walsoorden veel minder deug-
delijk was dan vorig jaar. Namens Ged. Staten
is medegedeeld, maar ook zij waren niet be-
kend met den slechten toestand van het schip;
in een andere afdeeling protesteert een lid van
Ged. Staten tegen de beschuldigingen aan het
adres van bedoeld college gericht.
Bij de openbare behandeling heden ging de
heer De Meij de voorgeschiedenis van deze
kwestie na. Na de eerste vertimmering is deze
zaak tweemaal in de Staten geweest. Bij een
der gelegenheden is gevraagd of het schip ge-
schikt zou zijn om te varen tusschen Vlissin-
gen en Breskens. Hierop is bevestigend geant-
woord, behalve dan dat de haven van Breskens
njet geschikt zou zijn. In de jongstleden na
jaarszitting werd de domper op de zaak gedaan
door Ged. Staten. Tot schade van de provincie
Spreker hoopt, dat 't een les zal zijn voor Ged.
Staten om zich niet zoo tegen afdeelingson-
derzoek te verzetten. Spreker critiseert het
beleid van Ged. Staten in deze kwestie. De heer
Van Rompu heeft gezegd, dat het schip on-
derzocht was door deskundigen. Wie zijn dat?
Kan hij die namen niet noemen, dan acht spre
ker de heele verklaring in de najaarszitting
uit den duim gezogen. Spreker noemt de hou
ding van den heer Van Rompu in de najaars
zitting een lompheid. En nu is er weer een
mededeeling. Daar staat te lezen, dat het casco
van de „Walsoorden" voor 2 Eebruari niet in
orde was. Hoe zit dat nu?
Spreker meent, dat hij Ged. Staten niet van
lichtzinnigheid in deze kwestie kan vrijpleiten.
Het is toch bedenkelijk, dat een schip van de
provincie moet worden onderzocht door een
veldwachter op last van den officier van justi
tie. Spreker kan niet anders dan Ged. Staten
in gebreke stellen. Spreker had het zeer op
prijs gesteld als het rapport van den officier
van justitie was overgelegd.
Wat de kosten betreft, als op den juisten tijd
een onderzoek was ingesteld, zouden die veel
minder zijn geweest.
De Voorzitter hoopt, dat de heer De Meij de
uitdrukking lompheid niet meer zal gebruiken.
De heer Van Rompu vindt dat in dit geval
spijkers zijn gezocht op laag water. In de 25
jaar, dat de heer De Meij gevaren heeft, weet
hij wel, dat iets zich in eens kan opdoen. Het
schip is door den deskundige, den heer Van
Renterghem voor de overbrenging van Wester-
naar Ooster-Schelde volkomen in orde bevon-
den. Die heeft nu toch niet voorgelogen. Met
het schip is een soort sabotage gepleegd. Door
het schuren tegen de kaai te Middelburg en te
Zierikzee heeft het lekkage gekregen. Daarom
ging het naar de werf. Door het beetje water
dat het schip maakte, was er geen gevaar.
voor iemand.
De zaak is ter oore gekomen van den officier
van justitie. Maar voor dien was al besloten het
schip herstellingen te doen ondergaan.
Spreker wijst op het s.s. ,,Noord-Beveland
Dit moest ook worden gerepareerd, doch het
gaat niet aan, om het schip geheel uit te bre-
ken, om te zien of de platen soms wat zijn in-
geroest. De platen van de Walsoorden waren
6% mM; dat is een volkomen voldoende dikte.
Willen Prov. Staten bij elk schip een geheel
onderzoek, dan moeten zij daarvoor een hooge-
ren post op de begrooting brengen. Wat de
„les" betreft, die spreker zou krijgen, spreker
is vrij oud, hij heeft geen lessen meer noodig.
Ged. Staten nemen de voile verantwoordelijk
heid in deze kwestie op zich. Er is geen oogen-
blik gevaar geweest voor passagiers of beman-
ning nooit of te nimmer. De kapitein zou an
ders wel hebben gewaarschuwd.
De heer De Meij repliceert. Hij kan de uit
drukking lompheid niet terugnemen. Wat de
sabotage betreft. Wie kan die hebben ge
pleegd? Alleen de kapitein. Die beschuldiging
komt van Ged. Staten niet te pas. De kapitein
is vergrijsd in den dienst. Bovendien is de heer
Van Rompu niet op de hoogte. Het schip stoot-
te door den stroom tegen den steiger. Daar
door kwam er slijtage aan de platen. Van sa
botage is geen kwestie. Spreker gelooft, dat
er inderdaad gevaar was voor menschenlevens.
Een schip in den toestand als de „Walsoorden"
was, is veel minder weerbaar.
De Voorzitter spijt het, dat de heer De Meij
zijn uitdrukking niet heeft willen terugnemen
en hoopt, dat de leden zich voortaan van op-
merkingen van persoonlijken aard zullen ont-
houden.
Spreker stelt vopr de mededeeling voor ken-
nisgeving aan te nemen.
Aldus wordt besloten.
Reglement van ord>s.
van'orde. hiu ;tTde afifeWK.y&P het reglement
ten gevolge, waarop Ged. Staten o.a. ant-
woorden, dat het usance is, dat niet meer
dan een lid van hun college in een commissie
zitting neemt, dat de notulen van geheime
vergaderingen als zij niet door Ged. Staten
mogen worden goedgekeurd te lang op goed
keuring zouden moeten wachten, dat het beter
is de leden van Ged. Staten niet bij loting
over de afdeelingen te verdeelen, in verband
met technische besprekingen; en dat Ged. Sta
ten reeds begonnen zijn hun antwoorden op de
afdeelingsverslagen te motiveeren.
Het voorstel wordt aangenomen zonder
hoofdelijke stemming.
Heffing en invordering van leges.
Op een bij de behandeling van de wijziging
in de verordening inzake de leges in de af
deelingen gemaakte opmerking, zeggen Ged.
Staten, dat het hen niet bekend is, dat ooit
een ambtenaar voor afgifte van een verkla
ring over zijn jaarwedde, leges heeft moeten
betalen.
De heer Onderdijk heeft bedoeld of niet mo
gelijk is, dat een bovengenoemde verklaring
gewoon als een kort briefje wordt afgegeven.
Tot nog toe werd f 1 gevraagd voor een offi-
cieele verklaring.
De heer Fruytier zegt, dat men voor een
officieele verklaring natuurlijk betalen moet.
De ambtenaren van de griffie kunnen echter
gerust afgeven een briefje als door den heer
Onderdijk bedoeld.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen.
Vergoeding Hoofdingenieur.
In een der afdeelingen verklaarden zich 7
leden voor een verhooging van de vergoeding
voor kantoorbeho<^ten enz. aan den hoofdinge
nieur van f 500 op 800 in plaats van op
f 750, zooals Ged. Staten voorstellen; 7 leden
waren daar tegen. Enkele leden wilden ge
heel met dit systeem breken en de kosten voor
rekening der provincie nemen.
De heer Van Teijlingen achtte de regeling
onbillijk en vergeleek het met griffier of ge-
meente-secretaris; hij stelde f 800 voor onder-
houd voor en aanschaffing van nieuwe meube-
len door Ged. Staten.
De heer Van der Weijde acht een en ander
een kwestie van appreciatie en nam de som
van f 800 over; het andere deel van het voor-
stel-Van Teijlingen niet.
De heer Van Teijlingen blijft er bij, dat zijn
meening b'illijk is. Zijn voorstel werd verwor-
pen met 38 tegen 2 stemmen, die der heeren
Van Teijlingen en Van Niftrik.
Het voorstel werd zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen.
Voeren procedure.
Inzake het voorstel om zoo noodig tot in
hoogste instantie toe, te procedeeren over de
aanvaring tusschen de „Walsoorden" en de
sleepboot „Noord-Holland", antwoordden Ged.
Staten op vragen in de afdeelingen, dat zij
reeds de bezwaren van zulk een uitgebreide
machtiging onder de oogen zagen, maar er
over heen stapten, omdat anders een buiten-
gewone vergadering noodig zou kunnen wor.
den, die moet worden aangevraagd. waarop
werd gezegd, dat hieruit weer blijkt, dat de
bepaling der Prov. Wet omtrent de vergade
ringen der Staten in de practijk veel bezwa
ren oplevert.
Aangenomen zonder bespreking of hoofde
lijke stemming.
Subsidie herstel toren te Gapinge.
Aangenomen werd het voorstel om gedu
rende 4 jaar f 750 per jaar toe te kennen aan
de gemeente Vrouwenpolder voor herstel van
den toren te Gapinge.
i Subsidie Handelsschool te
Middelburg.
Tegen het voorstel om af te wijzen het ver-
zoek om verhooging van de subsidie voor de
handelsscholen te Middelburg, was in de af
deelingen nog al oppositie, in twee afdeelingen
verklaarden zich 10 leden voor, 11 tegen en 6
behielden zich hun stem voor.
Van de zijde van Ged. Staten werd opge-
merkt, dat het maximum-subsidie is vastge-
steld voor de jaren 192125 en als men nu wij-
zigt komt het systeem der subsidien op losse
schroeven te staan. Een lid wilde de zaak aan-
houden, tot men juist weet wat de Minister
wil met de school te Vlissingen, waartegen een
lid van Ged. Staten opmerkte, dat deze zaak
geheel los daarvan moet worden behandeld.
De heer Adriaanse is tegen het voorstel van
Ged. Staten. Ged. Staten hebben bezwaar tot
toekenning omdat zij anders breken met het
systeem en mogelijk de anderen ook zullen
komen. Deze bezwaren zijn ondeugdelijk. Er is
geen rekening gehouden met den grondslag
van het verzoek; wij hebben hier te doen met
uitbreiding van de school. Nu komt de school
met een begrooting die er heel anders uitziet
dan die van verleden jaar. Komt dat door een
ljxe uitgaaf? Neen, het komt door deTneer-
dere lesuren, daardoor moesten hoogere sala-
rissen gegeven worden. De school was gewor-
den een hoogere handelsschool. Daardoor zijn
de uitgaven op de begrooting gestegpn. 't Is
een kwestie van belang. Laten Ged. Staten
wel de 15 van de uitgaven toekennen, maar
het verleden jaar bepaalde maximum verhoo-
gen. Spreker noemt de uitbreiding der school
een zegen. Deze zaak is wel degelijk van pro-
vinciaal belar.g; er is reden om dit belang te
helpen, dus moeten wij dat ook doen. Spreker
wijst op andere subsidies: de gemeente geeft
twee maal zooveel als de provincie. Er is dus
veel aan gelegen de school te steunen. Wan-
neer wij dit doen behoeven wij niet bang te
zijn, dat er andere zullen komen om meer sub
sidie. Want het geldt hier een noodzakelijke
uitbreiding en andere verzoeken kunnen wij
ieder afzonderlijk behandelen.
De heer Van Waesberghe is ook tegen het
voorstel van Ged. Staten. Er zijn hier redenen
om van het systeem af te wijken. Het systeem
brengt trouwens groote onbillijkheden mede,
wat spreker nader aantoont. Wij moeten na-
gaan bij aanvrage als deze of er een onbillijk-
heid valt goed te maken. En hier is de subsidie-
regeling te herzien; er zijn verscheidene mo-
tieven die dat gewenscht maken.
Spreker wijst op de verhoogde salarissen
door uitbreiding der school. Spreker zou het
betreuren, dat de school door te weinig steun'
niet zou kunnen bloeien. Speker stelt voor het
verzoek van de vereeniging- in te willigen.
De heer Dieleman wijst er op, dat de sala
rissen zijn verhoogd door de gewone salarls-
regeling, niet door de Ministerieele resolutle.
De heer Van der Weijde wijst er op, dat de
vier scholen voor het Handelsonderwijs met
meer dan f 18000 zijn gesubsidieerd, verleden
jaar nog, Kulst was er toen niet bij, maar
Zierikzee wel.
Wanneer wij nu buiten dit systeem gaan
subsidieeren de school hier in Middelburg dan
komen de anderen toch ook met verzoeken, en
kunnen wij die niet weigeren.
Dat is een bezwaar voor de Prov. financien.
Er wordt gezegd, dat het onderwijs is uitge-
brejcl tot hooger onderwijs. Men heeft niet aan
Ged. Staten gevraagd of die hiert|£e accoord
gingen, maar de rekening thuis gestuurd. Dat
ze hier wat verlegen mee zit, blijkt uit het ver
zoek. Spreker wijst voorts op de oude tekorten.
Gedeputeerde Staten voelen sympathie voor
het handelsonderwijs. Die sympahtie is geble
ken in de zomerzitting van 1921.
De heer Dieleman zegt,*dat verleden jaar
alleen opnieuw het maximum is vastgesteld.
Het besluit van 15 van de gewone uitgaven
is reeds veel vroeger genomen. De school heeft
meer leerlingen gekregen dan oorspronkelijk
KeclarJit-mftvA J5jmo school staat bekend als de
larissen zijn niet te hoog. Er wordt vei-i
de leeraren gevergd en de salarissen zijn bo
vendien vastgesteld door den Minister.
De verhooging van het maximum is gevraagd
door de uitbreiding der lesuren en door de ge
wone automatische verhooging der salarissen.
Dat is de eenige reden waarom het bestuur
met dit verzoek komt. Het bestuur heeft ge-
dacht dat Ged. Staten blij zouden zijn, dat de
Handelsschool hier in Middelburg een hoogere
Handelsschool zou worden. Inderdaad zijn zij
dit ook, doch zij toonen het niet om bezuini-
gingsredenen. Spreker dringt aan op aanne-
ming van het verzoek.
De heer Adriaanse repliceert.
De heer Moelker is voor het voorstel van
Ged. Staten. Waar moeten op den duur de
middelen vandaan komen? Het spijt spreker
overigens voor de school.
De heer Van der Weijde repliceert. Spreker
blijft op het standpunt van het bepaalde maxi
mum.
De heer Dieleman protesteert er nog eens
tegen, dat het maximum niet in de 5 jaar ver
hoogd zou mogen worden.
Het voorstel Van Waesberghe c.s. wordt
verworpen met 23 tegen 18 stemmen.
Voor stemmen de heeren Van de Putte,
Hensel, Van Niftrik, Welleman, Overhoff,
Lindeijer, De Meij, Van Dixhoorn, Nolson, Van
den Ouden, Van Waesberghe, Sprenger, Stru-
ve, Stieger, Van Zuijen, Onderdijk, Dieleman
en Adriaanse.
Het afwijzend voorstel van Ged. Staten
wordt zonder hoofdelijke stemming aange-
Wijziging reglement wegen
en voetpaden.
In een der afdeelingen werd opgemerkt, dat
de inwerkingtreding van de beperking van
het verkeer bij invallen van dooiweer dikwijls
te laat wordt bekend gemaakt en dat het op
eenvoudiger wijze kan geschieden, b.v. alleen
door aanplakken op de gemeentelijke plak-
borden. Ged. Staten zeiden toe hun aandacht
hieraan te wij den.
De heer Van Teijlingen is dankbaar voor
deze toezegging en bepleit de wenschelijkheid
van spoedige bekendmaking.
Ook de heer Van Dixhoorn sluit zich hierbij
aan. Op de uiterste grens van elke gemeente
moet een aanplakbord staan, om de beperkin-
gen bekend te maken.
De Voorzitter zal zijn speciale aandacht aan
deze zaak wijden.
De heer Sprenger zal nota nemen om de ver-
spreiding der beperkingsaankondiging zoo snel
mogelijk te doen geschiSden.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen.
Wijziging besluit tot regeling van
den Provincialen Waterstaatsdienst.
In alle afdeelingen had men ernstig be
zwaar tegen het verminderen van het aantal
ingenieurs van 3 op 2, en men waarschuwde
er o.a. op in deze de zuinigheid niet de wijs-
heid te laten bedriegen. Sommige achten een
proef gewenscht, wat andere ondoenlijk ach
ten, daar deze toch a priori zou mislukken.
Ged. Staten meende, dat de hoofd-ingenieur
ook wel eens het voordeel had mogen bezien,
zij blijven erbij, dat hun voorstel uitvoerbaar
is en bovendien wordt gesproken van hoog-
stens 3, dus kunnen zij steeds een derden in-
genieur aanstellen.
De heer Van Niftrik zegt, dat de bezwaren
van den hoofdingenieur door Ged. Staten met
geen enkel woord worden weerlegd. Achten
Ged. Staten zich ook deskundige, dat zij 't niet
de moeite waard achten de argumenten van
dien hoofdambtenaar en van vele Statenleden
te weerleggen? Hoe willen Ged. Staten dan
verwachten, dat Prov. Staten thans mee zullen
gaan met hun voorstel? Voor speker is helder
en duidelijk het betoog van den hoofdingenieur.
Spreker sluit zich daarbij aan. De bestaande
verdeeling der districten is volkomen logisch
en de ingenieurs vinden daarin veel werk. Spre
ker acht de door Ged. Staten gedachte verdee
ling ongewenscht. De hoofdingenieur moet tijd
hebben tot het geven van adviezen en niet nog
eens een groot deel van het eiland onder zijn
beheer hebben. De vergelijking met Zuid-
Holland gaat niet op. Die eilanden daar heb
ben geen calamiteuze polders.
Spreker waarschuwt tegen de voorstellen van
Ged. Staten. Vooral de verdeeling der distric
ten bij Ged. Staten te laten, acht spreker zeer
bezwaarlijk.
De heer Onderdijk zegt, dat wij aan den
eenen kant staan voor de ge'wenschte bezuini-
ging en aan den anderen kant, dat die bezuini-
ging misschien verkeerd wordt toegepast. Het
voorstel van Ged. Staten is een verkeerd soort
bezuiniging. Spreker vraagt zich af, wat de
gevolgen van de aanneming van dit voorstel
zullen zijn. Wanneer de dienst aldus wordt
veranderd, worden allerlei archieven ook uit
elkaar gehaald, hetgeen spreker nader aan
toont. Allerlei archieven worden gesplitst,
wat een heel werk is. Dat werk za! meer kos
ten dan de aanstelling van een derden inge-
nieur meent spreker.
Wanneer men werkelijk bezuinigen wil, moet
men het op iets anders zoeken, bijv, op den
dienst zelf. Mogelijk kunnen groote rapporten
en lange brieven worden bekort of weggelaten;
dan behoeft ook in de vacatures van lagere
ambtenaren niet te worden voorzien. Spreker
wijst er voorts op, dat op geen der bureaux van
den Prov. Waterstaat een schrijfmachine is,
en geeft verder allerlei aan waarop z.i. bezui-
nigd kan worden. Allerlei formaliteiten moe
ten nu worden vervuld, die feitelijk niet noodig
zijn. Het overschrijven kost ook telkens veel
geld. Daarop bezuinigen is beter dan den
derden ingenieur niet te benoemen. Vergelij-
kend met andere provincien meent spreker,
dat hier toch ook wel drie ingenieurs noodig
zijn. Bovendien heeft de hoofdingenieur de
deskundige zich tegen vermindering ge-
kant.
Spreker ontraadt het voorstel van Ged.
Staten.
De heer Vienings vindt't eigenaardig, dat nu
over het advies van een deskundige zoo vluch-
tig wordt gegaan, terwijl Ged. Staten bij de
Walsoorden-kwestie zooveel waarde hechtten
aan een deskundige. Men mist van Ged. Sta
ten een ontzenuwing van het zeer klemmend
betoog van den hoofdingenieur. Zoolang die
niet is gegeven, zal spreke niet voor het voor
stel van Ged. Staten stemmen.
De heer Moelker zegt, dat Ged. Staten zich
hier op een standpunt van proefneming stel
len. Wat is nu het geval? Wanneer men een
derden ingenieur aanstelde, dan zat men er aan
vast. Juist bij wijze van proef kan men het
met twee probeeren. Blijkt, dat twee inge
nieurs te weinig zijn, dan kan men altijd nog
tot de benoeming van een derde overgaan.
De heer Van Dixhoorn sluit zich hierbij aan.
De heer Van Teijlingen acht 't ongewenscht
de proef te nemen tegen den uitdrukkelijken
wensch van den hoofdingenieur. Die is toch
het best tot beoordeelen in staat, en aan zijn
advies moet worden gehecht. Spreker gelooft
ook, dat hier de bezuiniging de wijsheid zou
bedriegen. Hij ontraadt de voorstellen van
Ged. Staten.
De heer Onderdijk wijst nog eens op over-
productie van ondergeschikte ambtenaren.
De heer Van Niftrik heeft een onderzoek
ingesteld ook bij den ingenieur van Schouwen,
enz., en die vond ook dat de voorstellen van
Ged. Staten onverantwoordelijk zouden zijn.
Het is ook ongewenscht het aantal opzichters
te vergrooten, want dat zal het gevolg zijn,
en dan kan het werk toch beter door een derde
verdedi^t wfl^env<S,eiSSf1-...
geeft een historisch overzicht van de Vfdth
Waterstaat. Uit de opgedane ondervinding
meenen thans Ged.,Staten te kunnen volstaan
met een hoofdingenieur en twee ingenieurs.
Bij wijze van proef, dus er kan bij misluk-
king direct een derde worden benoemd. Wan
neer nu Prov. Staten niet met het voorstel
meegaan, hoe wil men dan, dat wij de Prov.
Waterstaat zuiniger inrichten? De wenken
door den heer Onderdijk gegeven, onderschrijft
spreker volkomen. Met verschillende zullen
Ged. Staten rekening houden.
Spreker kan de voorstellen van Ged. Staten
gerust aanbevelen. Moest blijken dat men zich
door de vermindering van het aantal heeft
vergist, dan kan men dadelijk tot benoeming
van een derde overgaan.
De heer Van Niftrik zegt nog eens hooge
waarde toe te kennen aan het oordeel van den
hoofdingenieur en van wie hem verder hebben
geadviseerd. Die zullen toch geen advies
geven d^f niet strikt in het belang der Provin
cie is, bovendien zou dat niet in hun eigen be
lang zijn. De Prov. ingenieurs moeten zorgen
dat de meest doeltreffende en minst kostbare
maatregelen worden genomen, dat kan niet
aan waterbouwkundige ambtenaren worden
overgelaten.
De proef acht spreker ongeraden. Die „ver-
gissing" zal veel moeilijkheden met zich mee-
brengen. Wij kunnen die beter voorkomen.
De heer Onderdijk zegt dat aan Ged. Staten
zal blijken dat er veel meer bezuinigd kan
worden dan door een derden ingenieur niet
aan te stellen. De nieuwe ingenieur kan de
dienst zoo zuinig mogelijk inrichten.
Art. 1 (ten hoogste drie ingeiiieurs) wordt
aangenomen met 26 tegen 15 stemmen. Tegen
de heeren Van Niftrik, Vienings, Verhorst,
Hartoog, Welleman, Overhoff, Lindeijer, De
Meij, Erasmus, Van den Ouden, Van Teijlin
gen, Stieger, Onderdijk, Fruijtier en
Adriaanse.
Art. 2, 3 en 4 worden zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
Bij art. 5 dient de heer Van Niftrik een
amendement in, om van den hoofdingenieur
of ingenieur een diploma te eischen van wa-
terbouwkundig ambtenaar.
Dit amendement wordt verworpen met 31
tegen 10 stemmen.
Het artikel wordt zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen.
De overige artikelen werden zonder hoofde
lijke stemming aangenomen.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen.
Hiema wordt gepauseerd.
Geboorteu. 10 Juli. Suzanna Cornelia, d. van
Marinus, Jacobus Cornells van Pienbroek en van
Maria Wilhelmina van Es. 11 Juli. Daniel, z van
Daniel Ollebek en van Martha Maatje Dieleman.
15 Juli. Petrus Cornelis, z. van Petrus Johannes
Smolders en van Janna Maria Klaassen.
Overlijden. 12 Juli. Josephus de Coninck, oud
77 j., vvedn. van Anthonia Goethals. Gustaaf Adolf
Standaert oud 68 j., echtg. van Arnolda Geertruida
Lavecour. 14 Juli. Petrus de Rijk, oud 40 j., echtg.
van Cordula Yerbeke. 15 Juli. Mels Oppeneer, oud
78 j., wedn, van Adriana van Drongelen. Maria
Clemencia de Cooker, oud 49 j.. echtg. van Ulricus
Marie Vermast.
Huwelijks-aangiften. 14 Juli. Willem Johannes de
Feijter, oud 31 j., jm. en Cornelia Catharina van
Doeselaar, oud 24 j., jd. Mauritius Francisctts Jo
hannes Lafort, oud 21 j., jm. en Rosalia Amelia
Groothaert, oud 21 jjd. Emile Bernardusvan Hecke,
oud 24 j. jm. en Anna Louisa Natalie van Leuven,
oud 20 j., jd. 15 Juli. Jacobus Deij, oud 24 j., jm.
en Krina Pieternella de Vos, oud 23 j., jd.
Huwelijks-voltrekkingen. 13 Juli. Petrus Frederik
Marie den Hartog oud 25 j., jm. en Maria Sophia
Freijne oud 21 j.., jd. Daniel de Doelder oud 31 j.,
jm. en Aaltje Johanna Vermast oud 22 j., jd.
(ZONNETIJD).
Voorm.
Nam
Zaterdag
Znndag
Maandag
Dir.sdag
Woensdag
Donderdag