Hoog watergetij te Ter Neuzen. Provinciale Staten van Zeeland. JBURGERLIJKEN STAND. EEN ZAAL VOOR DRAADLOOZE CONCERTEN is te Southport (Engeland) ingericht en zal deze week in gebruik worden geno men. Dit is de eerste concertzaal van dien aard in de wereld. Men zai er de ooncer- ten kunnen beluisteren welke te Louden, te 's Gravenhage, te Parijs en elders wor den gegeven. EEN SCHOKKEND VERHAAL. Uir Baltimore wordt een schokkend ver- iiaal gemeld, dat betrekking heeft op een vondst, door een golf-helper gedaan op de baan van de Rolling Road Golf Club daar in de buurt. De jongen zocht er in de struiken naar een weggeslagen bal, maar vond iets anders: het naakte lijk van een vermoorde, gruwelijk verminkte vrouw. Men had het slachtoffer overdadig solide om hals gebracht. Zij was geschoten, met een mes gestoken, gevvurgd en met een knots bewerkt. Bovendien was haar de keel afgesneden. Naast het lijk vond men een lang zijden koord, een blauwen zakdoek en een koralen oorring. Een mijl verder, op den straatweg vonden speurders van de politie den verfomfaaiden hoed van een vrouw en een met bloed bespatte manspets, benevens net zoo'n oorring, als naast het lijk was aangetroffen. Het lijk is dat van een knappe vijf-en-twintig jarige. Voorloopig houdt de politie het er voor dat men hier te doen heeft meti de daad van een krankzinnige. Bij de plek waar zich dittreurspel had afgespeeld, vond men sporen van een motorfiets met zijspan. In den ochtend van den dag dat het lijk was gevonden, hadden lieden, die in de buurt wonen, gegil gehoord. INGEZONDEN STUKKEN. (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.) Mijnheer de Redacteur. Gaame wensch ik in uw blad de aan- dacht tp vestigen op de lighal van het ziekenhuis, die ter bezichtiging zal zijn Zaterdag a.s. voor belangstellenden van half drie tot 5 uur. De gelden d aartoe waren zoo welwillend bijeengebracht door de huip der jonge- lui uit Ter Neuzen met 't geven van een voetoalmatch en 't rondgaan met lijsten door de jongedames. Ik hoop, dat deze ligtent de goedkeuring zal wegdragen en nog tot veler heil moge strekken. Een kopje thee zal in den tuin aange- boden worden. Met vriendelijke dank voor de plaatsing. DE DIRECTRICE. WEERBERICHT van 21 Juli 1922. Hoogste barometerstancl 765.7 Weenen. Laagste barometerstand 748.6 Thorsha- ven. Verwachting tot den avond van 22 Juli: Zwakke tot matige Zuidelijke tot Zuid- westelijke wind, half tot zwaar bewolkt, weinig of geen regen, zeifde teinperatuur. A. C. LENSEN's STOOMVAARTMAAT- SCHAPRIJ—TER NEUZEN. s.s. ARY in lading te Melilla voor Rot terdam. s.s. HELENA van La Goulette naar Mid- dlesbro passeerde 21 dezer Dover, s.s. CORNELiS van Newcastle on Tyne naar Stettin passeerde 21 dezer Holtenau. s.s. TER NEUZEN van Stettin naar Ulea- borg passeerde 20 dezer Oland.- s.s. MAGDALENA van Sfax naar Gent passeerde 17 dezer Corcubion. s.s. ELISABETH in lossing te Rouaan. SCHEEPVAARTBEWEGING. 17 Juli. Eng. s.s. Wharfe, 2585 M3., stukgoed, van Uoole voor Gent. Finsch s.s. Branda, 849 M3., hout, van Wasa voor Gent. Eng. s.s. Riding, 3642 M3., kolen, van Newcastle voor Gent. Eng. s.s. Broomsgrove, 4089 M3., kolen, van Newcastle voor Gent. EngN.s.s. Saganite, 2016 M3., kolen, van Ayr vobr Gent. Eng. s.s. Sea Gull, 1861 M3., kolen, van Goole voor Gent. Noorsch s.s. Solvaer, 5515 M3., kolen, van Newcastle voor Gent. Ned. s.s. Folmina, 3293 M3., kolen, van Dunston voor Sluiskil. Eng. s.s. Nunnington, 1988 M3., kolen, van Goole voor Gent. Fransch s.s. Cap La Heve, 3333 M3t, 'edig, van Gent naar Duinkerken. Estlandsch s.s. Kodusnaa, 3202 M3., vlas, van Bultich Port voor Gent. Estlandsch s.s. Kazak, 9627 M3., ledig, van Gent naar Hull. Lettisch s.s. Krimulda, 5579 M3., diver- sen, van Riga voor Gent. Deensch s.s. Alfred Hage, 4672 M3., hout, van Uleaborg voor Ter Neuzen. Ned. s.s. Folmina, 3293 M3., ledig, van Sluiskil naar Dunston. Eng. s.s. John Charelton, 410 M3., ce ment, van Ter Neuzen naar Londen (als bijlegger). Noorsch s.s. Trane, 2959 M3., kolen, van Swansea voor Sluiskil. Noorsch s.s. Elgen, 205fr"^b.(ui:?iIfdlP... Adelsdik voor Gent. TER NEUZEN. (Nadruk verboden). 19 Juli. Eng. s.s. Mayrix, 2248 M3„ kolen, van Boston voor Gent. Fransch s.s. Chef Micanicien Armand Blanck, 8008 M3., perriet, van Huelva voor Gent. Noorsch s.s. Trane, 2959 M3„ ledig, van Sluiskil naar Sunderland. Eng. s-.s. Wharfe, 2585, M3„ stukgoed, van Gent naar Goole. Eng. s.s. Borthwick, 3182 M3„ stukgoed, van Antwerpen voor Gent. Eng. s.s. Saganite, 2016 M3„ ledig, van Gent naar Boness. Eng. s.s. Blackcock, i319 M3„ stukgoed, van Gent naar Londen. Eng. s.s. Derwent, 2349 M3„ stukgoed, van Goole voor Gent. 20 Juli. Eng. s.s. Ousel, 4355 M3., stukgoed, van Duinkerken voor Gent. Eng. s.s. Abaris, 8184 M3„ kolen, van Gent naar Bordeaux. Duitsch s.s. Oberschlessien, 5898 M3„ van Gent. Eng. s.s. Falcon, 1910 M3., stukgoed, van Londen voor Gent. Eng. s.s. Madame Doretta, 2248 M3., steenkolen, van Goole voor Gent. Deensch s.s. Flvnderborg, 4010 M3., Per riet, van Le Palli'er voor Gent. Amer. s.s. West Kassou, 16801 M3., le dig, van Gent naar New Orleans. Noorsch s.s. Rudolf, 2616 M3., ledig, van Gent naar Rotterdam. Eng. s.s. Sea Gull, 1861 M3., ledig, van Gent naar Goole. Eng. s.s. Nunnington, 1988 M3., ledig, van Gent naar Boness. Eng. s.s. Bromsgrove, 4089 M3., ledig, van Gent naar New Castle. Estlandsch s.s. Krimulda, 5579 M3., le dig, van Gent naar Riga. Van 17 tot en met 20 Juli zijn langs de Middensluis alhier 58 binnenvaartuigen op- en 82 afgeschut; langs de Westsluis 15 op- en 6 afgeschut. D A G E N. Vrfldag 22 23 24 25 26 27 28 Juli. 0 26 1.12 1.55 2.39 3.22 4.07 12.02 12.50 1 33 2.16 3.01 3.45 4.29 GEMEENTERAAD VAN ZAAMSLAG. Verbetering. De heer A. DE FEIJTER schrijft ons: Volgens uw verslag zou ik in de vergade ring van 14 Juli j.l. gezegd hebben: Zoowel te Ter Neuzen als te Hoek hebben Burgemeester en Wethouders gezien, dat de pompen veel water verloren. Dit moet zijn: Zoowel te Ter Neuzen als op de Fabriek van gezien, dat de pompen veel water verloren; in Hoek was het tegenovergestelde, die liet geen water door; in Axel heb ik het niet meer gezien. De heer WISSE bericht: niet te hebben ge zegd, dat de slangen zoo maar op den vloer liggen, en daardoor stikken", maar: „dat de bergplaats te vochtig is en de slangen beter op den zolder van het gemeente- huis tegen vocht zouden bewaard worden. ZOMERZITTING. Dinsdagmorgen kwamen de Staten weder in openbare vergadering bijeen onder voorzitter- schap van den Commissaris der Koningin, den heer Jhr. Mr. J. W. Quarles van Ufford. AanT wezig wafen 40 leden, afwezig de heeren Van Nieuwkuijk en Nieuwenhuijzen. Notulen. De notulen der bijeenkomst van 4 Juli werden gelezen en goedgekeurd. Reglement politie voor polders. Aan de orde was het voorstel inzake wijzi- ging van het reglement van politie voor pol ders en waterschappen, dat wij deze week pu- bliceerden. Dit werd aangehouden om eerst in de af- deelingen behandeld te worden, die na de morgenzitting bijeen zouden komen. Het s.s. Walsoorden. Naar aanleiding van de in het afdeelings- verslag gemaakte opmerking, als zou het schip niet zeewaardig zijn geweest, bij de mededeeling in de najaarsZitting, wat zou blij- ken uit het kort daarna door den officier van justitie ingestelde onderzoek, merken Ged. Staten schriftelijk op, dat het besluit tot her- stelling van het s.s. Walsoorden reeds genomen was, voordat namens den officier van justitie te Zierikzee een onderzoek naar den toestand van het schip werd ingesteld. Het schip was tot het ondergaan der herstellingen reeds naar de werf te Hansweert gebracht, voordat het rapport van het hierboven bedoelde onderzoek bij den Voorzitter van Ged. Staten was inge- komen. De directeur van den Provincialen Stoom- bootdienst en de kapitein van de Walsoorden hebben beiden verklaaid, dat het schip zich in voldoenden zeewaardigen toestand bevond. De kapitein heeft pertinent verzekerd, dat hij niet met het schip zou hebben gevaren, indien er gevaar voor verlies van levens had bestaan. In de afdeelingen was er n.l. op gewezen dat in de najaarszitting een lid van Ged. Sta ten op de meest stellige wijze had verzekerd, dat het schip geheel in orde en zeewaardig was, welke mededeeling onjuist is gebleken. Over de houding van bedoeld lid van Ged. Staten werd in de eerste en tweede afdeeling afkeurend gesproken. In een afdeeling is toe- gegeven, dat de Walsoorden veel minder deug- delijk was dan vorig jaar. Namens Ged. Staten is medegedeeld, maar ook zij waren niet be- kend met den slechten toestand van het schip; in een andere afdeeling protesteert een lid van Ged. Staten tegen de beschuldigingen aan het adres van bedoeld college gericht. Bij de openbare behandeling heden ging de heer De Meij de voorgeschiedenis van deze kwestie na. Na de eerste vertimmering is deze zaak tweemaal in de Staten geweest. Bij een der gelegenheden is gevraagd of het schip ge- schikt zou zijn om te varen tusschen Vlissin- gen en Breskens. Hierop is bevestigend geant- woord, behalve dan dat de haven van Breskens njet geschikt zou zijn. In de jongstleden na jaarszitting werd de domper op de zaak gedaan door Ged. Staten. Tot schade van de provincie Spreker hoopt, dat 't een les zal zijn voor Ged. Staten om zich niet zoo tegen afdeelingson- derzoek te verzetten. Spreker critiseert het beleid van Ged. Staten in deze kwestie. De heer Van Rompu heeft gezegd, dat het schip on- derzocht was door deskundigen. Wie zijn dat? Kan hij die namen niet noemen, dan acht spre ker de heele verklaring in de najaarszitting uit den duim gezogen. Spreker noemt de hou ding van den heer Van Rompu in de najaars zitting een lompheid. En nu is er weer een mededeeling. Daar staat te lezen, dat het casco van de „Walsoorden" voor 2 Eebruari niet in orde was. Hoe zit dat nu? Spreker meent, dat hij Ged. Staten niet van lichtzinnigheid in deze kwestie kan vrijpleiten. Het is toch bedenkelijk, dat een schip van de provincie moet worden onderzocht door een veldwachter op last van den officier van justi tie. Spreker kan niet anders dan Ged. Staten in gebreke stellen. Spreker had het zeer op prijs gesteld als het rapport van den officier van justitie was overgelegd. Wat de kosten betreft, als op den juisten tijd een onderzoek was ingesteld, zouden die veel minder zijn geweest. De Voorzitter hoopt, dat de heer De Meij de uitdrukking lompheid niet meer zal gebruiken. De heer Van Rompu vindt dat in dit geval spijkers zijn gezocht op laag water. In de 25 jaar, dat de heer De Meij gevaren heeft, weet hij wel, dat iets zich in eens kan opdoen. Het schip is door den deskundige, den heer Van Renterghem voor de overbrenging van Wester- naar Ooster-Schelde volkomen in orde bevon- den. Die heeft nu toch niet voorgelogen. Met het schip is een soort sabotage gepleegd. Door het schuren tegen de kaai te Middelburg en te Zierikzee heeft het lekkage gekregen. Daarom ging het naar de werf. Door het beetje water dat het schip maakte, was er geen gevaar. voor iemand. De zaak is ter oore gekomen van den officier van justitie. Maar voor dien was al besloten het schip herstellingen te doen ondergaan. Spreker wijst op het s.s. ,,Noord-Beveland Dit moest ook worden gerepareerd, doch het gaat niet aan, om het schip geheel uit te bre- ken, om te zien of de platen soms wat zijn in- geroest. De platen van de Walsoorden waren 6% mM; dat is een volkomen voldoende dikte. Willen Prov. Staten bij elk schip een geheel onderzoek, dan moeten zij daarvoor een hooge- ren post op de begrooting brengen. Wat de „les" betreft, die spreker zou krijgen, spreker is vrij oud, hij heeft geen lessen meer noodig. Ged. Staten nemen de voile verantwoordelijk heid in deze kwestie op zich. Er is geen oogen- blik gevaar geweest voor passagiers of beman- ning nooit of te nimmer. De kapitein zou an ders wel hebben gewaarschuwd. De heer De Meij repliceert. Hij kan de uit drukking lompheid niet terugnemen. Wat de sabotage betreft. Wie kan die hebben ge pleegd? Alleen de kapitein. Die beschuldiging komt van Ged. Staten niet te pas. De kapitein is vergrijsd in den dienst. Bovendien is de heer Van Rompu niet op de hoogte. Het schip stoot- te door den stroom tegen den steiger. Daar door kwam er slijtage aan de platen. Van sa botage is geen kwestie. Spreker gelooft, dat er inderdaad gevaar was voor menschenlevens. Een schip in den toestand als de „Walsoorden" was, is veel minder weerbaar. De Voorzitter spijt het, dat de heer De Meij zijn uitdrukking niet heeft willen terugnemen en hoopt, dat de leden zich voortaan van op- merkingen van persoonlijken aard zullen ont- houden. Spreker stelt vopr de mededeeling voor ken- nisgeving aan te nemen. Aldus wordt besloten. Reglement van ord>s. van'orde. hiu ;tTde afifeWK.y&P het reglement ten gevolge, waarop Ged. Staten o.a. ant- woorden, dat het usance is, dat niet meer dan een lid van hun college in een commissie zitting neemt, dat de notulen van geheime vergaderingen als zij niet door Ged. Staten mogen worden goedgekeurd te lang op goed keuring zouden moeten wachten, dat het beter is de leden van Ged. Staten niet bij loting over de afdeelingen te verdeelen, in verband met technische besprekingen; en dat Ged. Sta ten reeds begonnen zijn hun antwoorden op de afdeelingsverslagen te motiveeren. Het voorstel wordt aangenomen zonder hoofdelijke stemming. Heffing en invordering van leges. Op een bij de behandeling van de wijziging in de verordening inzake de leges in de af deelingen gemaakte opmerking, zeggen Ged. Staten, dat het hen niet bekend is, dat ooit een ambtenaar voor afgifte van een verkla ring over zijn jaarwedde, leges heeft moeten betalen. De heer Onderdijk heeft bedoeld of niet mo gelijk is, dat een bovengenoemde verklaring gewoon als een kort briefje wordt afgegeven. Tot nog toe werd f 1 gevraagd voor een offi- cieele verklaring. De heer Fruytier zegt, dat men voor een officieele verklaring natuurlijk betalen moet. De ambtenaren van de griffie kunnen echter gerust afgeven een briefje als door den heer Onderdijk bedoeld. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stem ming aangenomen. Vergoeding Hoofdingenieur. In een der afdeelingen verklaarden zich 7 leden voor een verhooging van de vergoeding voor kantoorbeho<^ten enz. aan den hoofdinge nieur van f 500 op 800 in plaats van op f 750, zooals Ged. Staten voorstellen; 7 leden waren daar tegen. Enkele leden wilden ge heel met dit systeem breken en de kosten voor rekening der provincie nemen. De heer Van Teijlingen achtte de regeling onbillijk en vergeleek het met griffier of ge- meente-secretaris; hij stelde f 800 voor onder- houd voor en aanschaffing van nieuwe meube- len door Ged. Staten. De heer Van der Weijde acht een en ander een kwestie van appreciatie en nam de som van f 800 over; het andere deel van het voor- stel-Van Teijlingen niet. De heer Van Teijlingen blijft er bij, dat zijn meening b'illijk is. Zijn voorstel werd verwor- pen met 38 tegen 2 stemmen, die der heeren Van Teijlingen en Van Niftrik. Het voorstel werd zonder hoofdelijke stem ming aangenomen. Voeren procedure. Inzake het voorstel om zoo noodig tot in hoogste instantie toe, te procedeeren over de aanvaring tusschen de „Walsoorden" en de sleepboot „Noord-Holland", antwoordden Ged. Staten op vragen in de afdeelingen, dat zij reeds de bezwaren van zulk een uitgebreide machtiging onder de oogen zagen, maar er over heen stapten, omdat anders een buiten- gewone vergadering noodig zou kunnen wor. den, die moet worden aangevraagd. waarop werd gezegd, dat hieruit weer blijkt, dat de bepaling der Prov. Wet omtrent de vergade ringen der Staten in de practijk veel bezwa ren oplevert. Aangenomen zonder bespreking of hoofde lijke stemming. Subsidie herstel toren te Gapinge. Aangenomen werd het voorstel om gedu rende 4 jaar f 750 per jaar toe te kennen aan de gemeente Vrouwenpolder voor herstel van den toren te Gapinge. i Subsidie Handelsschool te Middelburg. Tegen het voorstel om af te wijzen het ver- zoek om verhooging van de subsidie voor de handelsscholen te Middelburg, was in de af deelingen nog al oppositie, in twee afdeelingen verklaarden zich 10 leden voor, 11 tegen en 6 behielden zich hun stem voor. Van de zijde van Ged. Staten werd opge- merkt, dat het maximum-subsidie is vastge- steld voor de jaren 192125 en als men nu wij- zigt komt het systeem der subsidien op losse schroeven te staan. Een lid wilde de zaak aan- houden, tot men juist weet wat de Minister wil met de school te Vlissingen, waartegen een lid van Ged. Staten opmerkte, dat deze zaak geheel los daarvan moet worden behandeld. De heer Adriaanse is tegen het voorstel van Ged. Staten. Ged. Staten hebben bezwaar tot toekenning omdat zij anders breken met het systeem en mogelijk de anderen ook zullen komen. Deze bezwaren zijn ondeugdelijk. Er is geen rekening gehouden met den grondslag van het verzoek; wij hebben hier te doen met uitbreiding van de school. Nu komt de school met een begrooting die er heel anders uitziet dan die van verleden jaar. Komt dat door een ljxe uitgaaf? Neen, het komt door deTneer- dere lesuren, daardoor moesten hoogere sala- rissen gegeven worden. De school was gewor- den een hoogere handelsschool. Daardoor zijn de uitgaven op de begrooting gestegpn. 't Is een kwestie van belang. Laten Ged. Staten wel de 15 van de uitgaven toekennen, maar het verleden jaar bepaalde maximum verhoo- gen. Spreker noemt de uitbreiding der school een zegen. Deze zaak is wel degelijk van pro- vinciaal belar.g; er is reden om dit belang te helpen, dus moeten wij dat ook doen. Spreker wijst op andere subsidies: de gemeente geeft twee maal zooveel als de provincie. Er is dus veel aan gelegen de school te steunen. Wan- neer wij dit doen behoeven wij niet bang te zijn, dat er andere zullen komen om meer sub sidie. Want het geldt hier een noodzakelijke uitbreiding en andere verzoeken kunnen wij ieder afzonderlijk behandelen. De heer Van Waesberghe is ook tegen het voorstel van Ged. Staten. Er zijn hier redenen om van het systeem af te wijken. Het systeem brengt trouwens groote onbillijkheden mede, wat spreker nader aantoont. Wij moeten na- gaan bij aanvrage als deze of er een onbillijk- heid valt goed te maken. En hier is de subsidie- regeling te herzien; er zijn verscheidene mo- tieven die dat gewenscht maken. Spreker wijst op de verhoogde salarissen door uitbreiding der school. Spreker zou het betreuren, dat de school door te weinig steun' niet zou kunnen bloeien. Speker stelt voor het verzoek van de vereeniging- in te willigen. De heer Dieleman wijst er op, dat de sala rissen zijn verhoogd door de gewone salarls- regeling, niet door de Ministerieele resolutle. De heer Van der Weijde wijst er op, dat de vier scholen voor het Handelsonderwijs met meer dan f 18000 zijn gesubsidieerd, verleden jaar nog, Kulst was er toen niet bij, maar Zierikzee wel. Wanneer wij nu buiten dit systeem gaan subsidieeren de school hier in Middelburg dan komen de anderen toch ook met verzoeken, en kunnen wij die niet weigeren. Dat is een bezwaar voor de Prov. financien. Er wordt gezegd, dat het onderwijs is uitge- brejcl tot hooger onderwijs. Men heeft niet aan Ged. Staten gevraagd of die hiert|£e accoord gingen, maar de rekening thuis gestuurd. Dat ze hier wat verlegen mee zit, blijkt uit het ver zoek. Spreker wijst voorts op de oude tekorten. Gedeputeerde Staten voelen sympathie voor het handelsonderwijs. Die sympahtie is geble ken in de zomerzitting van 1921. De heer Dieleman zegt,*dat verleden jaar alleen opnieuw het maximum is vastgesteld. Het besluit van 15 van de gewone uitgaven is reeds veel vroeger genomen. De school heeft meer leerlingen gekregen dan oorspronkelijk KeclarJit-mftvA J5jmo school staat bekend als de larissen zijn niet te hoog. Er wordt vei-i de leeraren gevergd en de salarissen zijn bo vendien vastgesteld door den Minister. De verhooging van het maximum is gevraagd door de uitbreiding der lesuren en door de ge wone automatische verhooging der salarissen. Dat is de eenige reden waarom het bestuur met dit verzoek komt. Het bestuur heeft ge- dacht dat Ged. Staten blij zouden zijn, dat de Handelsschool hier in Middelburg een hoogere Handelsschool zou worden. Inderdaad zijn zij dit ook, doch zij toonen het niet om bezuini- gingsredenen. Spreker dringt aan op aanne- ming van het verzoek. De heer Adriaanse repliceert. De heer Moelker is voor het voorstel van Ged. Staten. Waar moeten op den duur de middelen vandaan komen? Het spijt spreker overigens voor de school. De heer Van der Weijde repliceert. Spreker blijft op het standpunt van het bepaalde maxi mum. De heer Dieleman protesteert er nog eens tegen, dat het maximum niet in de 5 jaar ver hoogd zou mogen worden. Het voorstel Van Waesberghe c.s. wordt verworpen met 23 tegen 18 stemmen. Voor stemmen de heeren Van de Putte, Hensel, Van Niftrik, Welleman, Overhoff, Lindeijer, De Meij, Van Dixhoorn, Nolson, Van den Ouden, Van Waesberghe, Sprenger, Stru- ve, Stieger, Van Zuijen, Onderdijk, Dieleman en Adriaanse. Het afwijzend voorstel van Ged. Staten wordt zonder hoofdelijke stemming aange- Wijziging reglement wegen en voetpaden. In een der afdeelingen werd opgemerkt, dat de inwerkingtreding van de beperking van het verkeer bij invallen van dooiweer dikwijls te laat wordt bekend gemaakt en dat het op eenvoudiger wijze kan geschieden, b.v. alleen door aanplakken op de gemeentelijke plak- borden. Ged. Staten zeiden toe hun aandacht hieraan te wij den. De heer Van Teijlingen is dankbaar voor deze toezegging en bepleit de wenschelijkheid van spoedige bekendmaking. Ook de heer Van Dixhoorn sluit zich hierbij aan. Op de uiterste grens van elke gemeente moet een aanplakbord staan, om de beperkin- gen bekend te maken. De Voorzitter zal zijn speciale aandacht aan deze zaak wijden. De heer Sprenger zal nota nemen om de ver- spreiding der beperkingsaankondiging zoo snel mogelijk te doen geschiSden. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stem ming aangenomen. Wijziging besluit tot regeling van den Provincialen Waterstaatsdienst. In alle afdeelingen had men ernstig be zwaar tegen het verminderen van het aantal ingenieurs van 3 op 2, en men waarschuwde er o.a. op in deze de zuinigheid niet de wijs- heid te laten bedriegen. Sommige achten een proef gewenscht, wat andere ondoenlijk ach ten, daar deze toch a priori zou mislukken. Ged. Staten meende, dat de hoofd-ingenieur ook wel eens het voordeel had mogen bezien, zij blijven erbij, dat hun voorstel uitvoerbaar is en bovendien wordt gesproken van hoog- stens 3, dus kunnen zij steeds een derden in- genieur aanstellen. De heer Van Niftrik zegt, dat de bezwaren van den hoofdingenieur door Ged. Staten met geen enkel woord worden weerlegd. Achten Ged. Staten zich ook deskundige, dat zij 't niet de moeite waard achten de argumenten van dien hoofdambtenaar en van vele Statenleden te weerleggen? Hoe willen Ged. Staten dan verwachten, dat Prov. Staten thans mee zullen gaan met hun voorstel? Voor speker is helder en duidelijk het betoog van den hoofdingenieur. Spreker sluit zich daarbij aan. De bestaande verdeeling der districten is volkomen logisch en de ingenieurs vinden daarin veel werk. Spre ker acht de door Ged. Staten gedachte verdee ling ongewenscht. De hoofdingenieur moet tijd hebben tot het geven van adviezen en niet nog eens een groot deel van het eiland onder zijn beheer hebben. De vergelijking met Zuid- Holland gaat niet op. Die eilanden daar heb ben geen calamiteuze polders. Spreker waarschuwt tegen de voorstellen van Ged. Staten. Vooral de verdeeling der distric ten bij Ged. Staten te laten, acht spreker zeer bezwaarlijk. De heer Onderdijk zegt, dat wij aan den eenen kant staan voor de ge'wenschte bezuini- ging en aan den anderen kant, dat die bezuini- ging misschien verkeerd wordt toegepast. Het voorstel van Ged. Staten is een verkeerd soort bezuiniging. Spreker vraagt zich af, wat de gevolgen van de aanneming van dit voorstel zullen zijn. Wanneer de dienst aldus wordt veranderd, worden allerlei archieven ook uit elkaar gehaald, hetgeen spreker nader aan toont. Allerlei archieven worden gesplitst, wat een heel werk is. Dat werk za! meer kos ten dan de aanstelling van een derden inge- nieur meent spreker. Wanneer men werkelijk bezuinigen wil, moet men het op iets anders zoeken, bijv, op den dienst zelf. Mogelijk kunnen groote rapporten en lange brieven worden bekort of weggelaten; dan behoeft ook in de vacatures van lagere ambtenaren niet te worden voorzien. Spreker wijst er voorts op, dat op geen der bureaux van den Prov. Waterstaat een schrijfmachine is, en geeft verder allerlei aan waarop z.i. bezui- nigd kan worden. Allerlei formaliteiten moe ten nu worden vervuld, die feitelijk niet noodig zijn. Het overschrijven kost ook telkens veel geld. Daarop bezuinigen is beter dan den derden ingenieur niet te benoemen. Vergelij- kend met andere provincien meent spreker, dat hier toch ook wel drie ingenieurs noodig zijn. Bovendien heeft de hoofdingenieur de deskundige zich tegen vermindering ge- kant. Spreker ontraadt het voorstel van Ged. Staten. De heer Vienings vindt't eigenaardig, dat nu over het advies van een deskundige zoo vluch- tig wordt gegaan, terwijl Ged. Staten bij de Walsoorden-kwestie zooveel waarde hechtten aan een deskundige. Men mist van Ged. Sta ten een ontzenuwing van het zeer klemmend betoog van den hoofdingenieur. Zoolang die niet is gegeven, zal spreke niet voor het voor stel van Ged. Staten stemmen. De heer Moelker zegt, dat Ged. Staten zich hier op een standpunt van proefneming stel len. Wat is nu het geval? Wanneer men een derden ingenieur aanstelde, dan zat men er aan vast. Juist bij wijze van proef kan men het met twee probeeren. Blijkt, dat twee inge nieurs te weinig zijn, dan kan men altijd nog tot de benoeming van een derde overgaan. De heer Van Dixhoorn sluit zich hierbij aan. De heer Van Teijlingen acht 't ongewenscht de proef te nemen tegen den uitdrukkelijken wensch van den hoofdingenieur. Die is toch het best tot beoordeelen in staat, en aan zijn advies moet worden gehecht. Spreker gelooft ook, dat hier de bezuiniging de wijsheid zou bedriegen. Hij ontraadt de voorstellen van Ged. Staten. De heer Onderdijk wijst nog eens op over- productie van ondergeschikte ambtenaren. De heer Van Niftrik heeft een onderzoek ingesteld ook bij den ingenieur van Schouwen, enz., en die vond ook dat de voorstellen van Ged. Staten onverantwoordelijk zouden zijn. Het is ook ongewenscht het aantal opzichters te vergrooten, want dat zal het gevolg zijn, en dan kan het werk toch beter door een derde verdedi^t wfl^env<S,eiSSf1-... geeft een historisch overzicht van de Vfdth Waterstaat. Uit de opgedane ondervinding meenen thans Ged.,Staten te kunnen volstaan met een hoofdingenieur en twee ingenieurs. Bij wijze van proef, dus er kan bij misluk- king direct een derde worden benoemd. Wan neer nu Prov. Staten niet met het voorstel meegaan, hoe wil men dan, dat wij de Prov. Waterstaat zuiniger inrichten? De wenken door den heer Onderdijk gegeven, onderschrijft spreker volkomen. Met verschillende zullen Ged. Staten rekening houden. Spreker kan de voorstellen van Ged. Staten gerust aanbevelen. Moest blijken dat men zich door de vermindering van het aantal heeft vergist, dan kan men dadelijk tot benoeming van een derde overgaan. De heer Van Niftrik zegt nog eens hooge waarde toe te kennen aan het oordeel van den hoofdingenieur en van wie hem verder hebben geadviseerd. Die zullen toch geen advies geven d^f niet strikt in het belang der Provin cie is, bovendien zou dat niet in hun eigen be lang zijn. De Prov. ingenieurs moeten zorgen dat de meest doeltreffende en minst kostbare maatregelen worden genomen, dat kan niet aan waterbouwkundige ambtenaren worden overgelaten. De proef acht spreker ongeraden. Die „ver- gissing" zal veel moeilijkheden met zich mee- brengen. Wij kunnen die beter voorkomen. De heer Onderdijk zegt dat aan Ged. Staten zal blijken dat er veel meer bezuinigd kan worden dan door een derden ingenieur niet aan te stellen. De nieuwe ingenieur kan de dienst zoo zuinig mogelijk inrichten. Art. 1 (ten hoogste drie ingeiiieurs) wordt aangenomen met 26 tegen 15 stemmen. Tegen de heeren Van Niftrik, Vienings, Verhorst, Hartoog, Welleman, Overhoff, Lindeijer, De Meij, Erasmus, Van den Ouden, Van Teijlin gen, Stieger, Onderdijk, Fruijtier en Adriaanse. Art. 2, 3 en 4 worden zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Bij art. 5 dient de heer Van Niftrik een amendement in, om van den hoofdingenieur of ingenieur een diploma te eischen van wa- terbouwkundig ambtenaar. Dit amendement wordt verworpen met 31 tegen 10 stemmen. Het artikel wordt zonder hoofdelijke stem ming aangenomen. De overige artikelen werden zonder hoofde lijke stemming aangenomen. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stem ming aangenomen. Hiema wordt gepauseerd. Geboorteu. 10 Juli. Suzanna Cornelia, d. van Marinus, Jacobus Cornells van Pienbroek en van Maria Wilhelmina van Es. 11 Juli. Daniel, z van Daniel Ollebek en van Martha Maatje Dieleman. 15 Juli. Petrus Cornelis, z. van Petrus Johannes Smolders en van Janna Maria Klaassen. Overlijden. 12 Juli. Josephus de Coninck, oud 77 j., vvedn. van Anthonia Goethals. Gustaaf Adolf Standaert oud 68 j., echtg. van Arnolda Geertruida Lavecour. 14 Juli. Petrus de Rijk, oud 40 j., echtg. van Cordula Yerbeke. 15 Juli. Mels Oppeneer, oud 78 j., wedn, van Adriana van Drongelen. Maria Clemencia de Cooker, oud 49 j.. echtg. van Ulricus Marie Vermast. Huwelijks-aangiften. 14 Juli. Willem Johannes de Feijter, oud 31 j., jm. en Cornelia Catharina van Doeselaar, oud 24 j., jd. Mauritius Francisctts Jo hannes Lafort, oud 21 j., jm. en Rosalia Amelia Groothaert, oud 21 jjd. Emile Bernardusvan Hecke, oud 24 j. jm. en Anna Louisa Natalie van Leuven, oud 20 j., jd. 15 Juli. Jacobus Deij, oud 24 j., jm. en Krina Pieternella de Vos, oud 23 j., jd. Huwelijks-voltrekkingen. 13 Juli. Petrus Frederik Marie den Hartog oud 25 j., jm. en Maria Sophia Freijne oud 21 j.., jd. Daniel de Doelder oud 31 j., jm. en Aaltje Johanna Vermast oud 22 j., jd. (ZONNETIJD). Voorm. Nam Zaterdag Znndag Maandag Dir.sdag Woensdag Donderdag

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1922 | | pagina 7