ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. No. 7323. Woensdag 12 Juli 1922. 70e Jaar gang. BiNNENLAND. FEUILLETON. De Patient van dokter Vincent. DE AMBTENAARSSALARISSEN. In het Staatsbiad is thans afgekondigd het Kon. besluit van 19 Juni 1922, nouden- de wijziging van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke Rijksambtenaren 1920. Art. 40 van het besluit wordt gelezen als volgt: „Voor de op 1 juli 1922 in dienst zijnde amotenaren blijven de op dat tijdstip door hen genoten wedden gewaarborgd, behou- dens in geval en voor zoover die wed den ingevolge de op evengenoemden da tum bestaande bepalingen van dit besluit vermindering moeten ondergaan." (We brengen n herinnering, dat het art. 40 luidde: „Wij behouden ons voor om, bij ver mindering van de heerschende duurteN door wijziging van dit besluit, eene daarmede evenredige algemeene salarisvermindering te doen plaats vinden, behoudens handha- ving van de wedden, die eenmaal zijn toegekend''). MASSA-ONTSLAQ BIJ DE POST. Een groot aantal (naar raming pl.m. 200 tijdelijke kantoorbedienden, ontvingvan den directeur-generaal de aanzegging, dat met ingang van 16 October a.s. hundienst- verband verbroken _zal worden. ONS GEZANTSCHAP TE WASHINGTON. Naar het Corr. Bureau verneemt, zal de gezant te Washington, mr. Everwijn, die thans met verlof hier te lande vertoeft, naar aile waarschijnlijkheid niet naar zijn post terugkeeren. Overwegingen van ge- heel persoonlijken aard, werden als reden genoemd, waarom mr. Everwijn voorne- mens zou zijn, ontheffing van zijn ambt te vragen. REGELING VAN HET LEVENSVERZEKERINGSBEDRIJF. Antwoordende op de nota, naar aanlei- ding van het verslag inzake.het wetsontwerp tot regeling van het Levensverzekeringsbe- drijf, merkt de Regeering op, dat ten aanzien van begrafenisfondsen onderscheid behoort te worden gemaakt tusschen de zuivere be grafenisfondsen, dat zijn ondernemingen, welke bij overlijden voor de begrafenis zorgen. zonder dat eenige uitkeering in geld wordt gedaan en andere fondsen, welke zich weliswaar begrafenisfondsen noemden, d' ch, i aar zij aan de betrekkingen van den overledene een uitkeering in geld doen, in wezen zijn levensverzekering-maatschappij- en, werkzaam op het gebied der volksverze- kering. Slechts de laatste soort begrafenis fondsen vallen onder de voorgestelde wette- lijke regeling, daar, volgens de definitie van art. 1 onder a van het Gewijzigd Ontwerp van Wet, overeenkomsten van levensverze- kering slechts aanwezig zijn, wanneer zij strekken tot het doen van geldelijke uitkee- ringen. De zuivere begrafenisfondsen, welke geen geldelijke uitkeeringen doen, vallen niet on der de regeling. Tusschen de fondsen en levensverzeke- ring bestaat het kenmerkende verschil, dat er slechts bij levensverzekering is een voor- af verzekerd bedrag, zoodat naar weten- schappelijke methoden kan worden vastge- steld de contante waarde der verplichtingen van den verzekeraar en in verband daar mede hoeveel reserve voor de voldoening aan die verplichtingen aanwezig is. Bij het andere begrafenisfonds is dit an- ders, daar is geen vooraf vastgesteld ver zekerd bedrag, doch slechts een verplichting tot begraven. Wetenschappelijke methoden voor de waardeering dier verplichtingen, zijn niet bekend. Gegeven dit verschil, kan een wettelijke regeling, welke geschikt is voor het levensverzekeringsbedrijf, niet zon der meer worden aanbevolen voor de eigen- lirke begrafenisfondsen. De Regeering acht het wel dienstig, in dien de Verzekerigskamer zal zijn geconsti- tueerd, deze te verzoeken, haar aandacht aan de begrafenisfondsen te wijden, opdnt voldoende gegevens worden verkregen. mede nopens het al of niet veelvuldig voorkomen van dergelijke fondsen, ter beantwoording van de vraag of een wettelijke voorziening speciaal daarvoor wenschelijk en noodig is. WERKNEMER IN DEN ZIN VAN HET WERKLOOSHEIDSBESLUir 1917. De Minister van Arbeid heeft aan de besturen der gesubsidieerde vereenigingen met werkloozenkas de volgende circulaire toegezonden „Naar mij is gebleken, komt het nu en dan voor, dat leden eener gesubsidieerde vereeniging met werkloozenkas bij hun va- der in diens eigen bedrijf werkzaam zijn. Controle op de oorzaak en het voortduren der werkloosheid acht ik in zulke gevallen niet wel mogelijk. Ten einde deze bezwaren te ondervangen bepaal ik bij dezen dat met ingang van 10 Juli 1922 geen uitkeering uit werkloozen- kassen meer mag worden verstrekt aan zoodanige leden, voor zooveel zij tninder- jarig zijn. Voorts wijs ik U er in dit ver band op, dat, indien in Uwe werkloozenkas personen zijn opgenomen, die bij hun vader in diens eigen bedrijf werkzaam en meeC- derjarig zijn, die personen slechts dan als lid dier kas kunnen worden gehandhaafd, indien met zekerheid vaststaat, dat zij bij hun vader „in loondienst" arbeiden en werkman of bediende in den zin van het derhalve kunnen worden aangemerkt als werkman of bediende in den zin van het Werkloosheidsbesluit 1917. Een loondienst- verband kan niet worden geacht aanwezig te zijn, indien de geldelijke belooning, wel ke het betrokken lid van zijn vader geniet, vermeerderd met het bedrag, waarop kost, inwoning en kleeding kunnen worden ge- schat, minder bedraagt dan het loon, dat ter plaatse voor dienzelfden arbeid pleegt te worden betaald, hetgeen b.v. aan de hand der door den Raad van Arbeid opge- maakte rentekaart kan worden nagegaan. Irdien dit het geval blijkt te zijn, behoort een zoodanig lid dus te worden geroyeerd.' DE BELANGEN VAN HET REIZENDE PUBLIEK. In een Vrijdag te Amsterdam gehouden vergadeiing van vertegenwoordigers van eenige vereenigingen en combinaties van vereenigingen uit geheel Nederland, samen- geroepen door het Interprovinciaal comite voor spoorwegactie, is in beginsel be- sloten tot oprichting van een Algemeen Nederlandschen Bond, welke de belangen van het groote reizende publiek, dat van vervoermaatschappijen gebruik maakt, zal hebben te behartigen bij de directies dier vervoersmaatschappijen. Er werd een co mite van twaalf personen gevormd, dat nog doch slechts voorloopig gevestigd blijft Groningen, Heerenstraat 79 en dat oprichting van bedoelden bond zal voor- bereiden en daarbij zal streven naar sa- menwerking en zoo mogelijk samensmel- ting met het comite-Mr. Van Peski. WEER EEN MIDDENPARTIj. Naar wij vememen bestaat er in kringen van de voormalige Unie-Liberalen ernstige ontstemming over den uitslag van de jong- ste Katnerverkiezingen in verband met het feit dat nagenoeg alle afgevaardigden van den Vrijheidsbond tot de Vrij-liberale rich- ting behooren. Bij eenige vooraanstaande ex-Unie-liberalen worden zelfs plannen ge- koesterd tot herstel van een „vrijzinnige" middenpartij. (Tel.) INVOER VAN VLEESCHWAREN. De Minister van Arbeid vestigt de aan- LIMBURG IN ZIJN EER HERSTELD. Naar aanleiding, dat Mr. H. van Groe- nendael slechts even 2400 van de 150 dui- zend in Limburg heeft gehaald, zegt de „Limb. Koerier": Alles saam, dus nog lang niet 2 pCt.. doch slechts 1.6. De andere 98.4 pCt. der Lim- bursche bevolking toonde hou en trouw aan Nederland. Valkenburg, dat een annexionistennest heette te zijn, leverde hem slechts 44 stem- men op. Maastricht, de hoofdstad, de euclave, waar zooveel sympathie voor een afschei- ding heette te bestaan, gaf hem 203 stem- men op de 23.000. Wat inplaats van 4 a 5 pCt. nog niet 1 pCt. uitmaakt. Tegenover de 2400 stemmen op van Groe- nendael staan de 140.000 stemmen die Lim burg uitbracht op den Limburgschen kapi- tein Lambooy, den stoeren verdediger van het „Liniburg-bij-Nederland". Dat is het nntwoord geweesl van Neder- landsch Limburg op het annexionistisch drijven. Van Groenendael de Kamer uitgeworpen! Limburg heeft zijn eer hersteld. TAPVERBOD. Men schrijft uit Barneveld: Reeds ongeveer twee jaar geleden heeft de gemeeteraad alhier een verordening vast gesteld, waarbij het aan cafehouders in deze gemeente werd verboden inwoners in hun cafe toe te laten van Zateragavond 7 tot Maandagmorgen 6 uur, van welk verbodde vergunning- en verlofhouders zich al heel weinig aantrokken, zoodat de politie zich verplicht zag enkele processen-verbaal op te maken. Daar echter ook de meederheid van B. en W. overtuigd was, dat de overtreding eener dergelijke verordening niet strafbaar was, nam de politie, op last van den bur^emees- ter, aldra een afwachtende houding aan, tot zou zijn uitgemaakt of een verlofhouder alhier, die deswege werd vervolgd, ook in hoogste instantie zou worden gestraft. Deze verlofhouder is echter intusschen uit zaken gegaan en heeft toen, ,,om van het gezeur af te zijn", de kleine boete, waartoe hij door de Rechtbank was veroordeeld. betdhld. In verband hiermede wordt de zooiang latent gebleven verordening thans in al haar gestrengheid toegepast. Eenerzijds wen- schen de cafehouders zich niet te onder- werpen, doch anderzijds maakt de politie van elke overtreding proces-verbaal op, zoodat alleen Zaterdagavond en Zondag j.l. deswege niet minder dan twaalf bekeurin- gen hebben plaats gehad. Thans is de Vereeniging van Vergunning- houders alhier vast besloten, deze quaestie tot de hoogste instantie te zien uitgemaakt. NIJVERHEIDSONDERWIJS. Aan de in „St.-Ct." no. 130 opgenomen algemeene voorschriften omtrent de inrich- ting van leerplannen en lesroosters der van rijkswege gesubsidieerde bijzondere en der gemeentelijke scholen als bedoeld in art. 15 der Nijverheidsonderwijswet, ontleenen wij: De leerplannen moeten bevatten den naam der school, dien van de gemeente, waarin zij gevestigd is, en dien van de straat, of eene andere aanduiding omtrent hare ligging, alsmede de vermelding, of de school is eene bijzondere of gemeentelijke, dag, of (en) avondschool. Ieder leerplan vermeldt de vakken, be- roepen of kundigheden, waarvoor aan de school wordt opgeleid, met eene zoo nauw- keurig mogelijke aanduiding van het doel. dat met elke opleiding getracht wordt te bereiken. Het noemt den duur van iedere opleiding en het aantal weken, gedurende door HAEDON HILL. (Geautoriseerde Vertaling.) 39) i. De oude man wenkte Zebby en streek met zijn ruwe hand over het krullekopje van den jongeri. „Ik wil de schijven voor dit kind hebben... als ik er eens niet meer ben," zeide hij. „Dit kereltje heeft zoo goed voor mij gezorgd sinds ik zelf tot werkeloosheid ben gedoemd, en hij is de eenige die onzen naam- eer aandoet. Die lafaard. die jou zoo'n beetje helpt, telt niet mee. Bovendien Is Zebby naar den eersten der Tyzards genoemd, den woes- ten zeeschuimer, die dit gewelf heeft ge maakt om de smokkelwaren veiliger te kunnen vervoeren. Is die reden u eenoeff kapitein?" „Meer dan genoeg," antwoordde Guyse naar waarheid, want hij had genoeg in de wereld rondgekeken om te weten, dat fie meest verstokte zondaar altijd nog wel een zwak plekje heeft. Hij, de gewetenlooze schurk^zou zich nooit door zoo iets laten beinvloeden, maar hij kon heel goed begrij- pen, dat deze moordenaar, die per slot al leen uit zelfverdediging had gehandeld, toen hij de douane over de klip heen stoot- te, wel voor dergelijke zachtere gevoelens vafbaar was. En bovendien was Caleb Ty- zard al over de honderd, en werd dus waarschijnlijk wat kindsch. Het deed er ook volstrekt niet toe waarvoor of voor wien het geld werd gebruikt, als er maar een reden was om het aan te nemen, en welke daarvoor ieder jaar onderwijs wordt gegeven, vacantien inbegrepen. Hef bevat eene opgave van het normale aantal weke- lijksche lesuren, van den duur der vacantien en vermeldt het tijdstip van den aanvang van den cursus en der sluiting. Het vermeldt de eischen van toelating t. t de school, zooals deze voor de verschiilen- de opleidingen luiden. Het bevat voor elke opleiding in tabel- larischen vorm eene opgave van de vakken van onderwijs, het aantal wekelijksche les uren aan ieder er van besteed in de opvel- gende leerjaren, en geeft voorts eene om- schrijving van de leerstot" voor ieder leer- jaar of leertijd. Het biedt plaats aan eene voortzetting van het algemeen vormend onderwijs, het- welk echter geleidelijk wordt gericht p het vak, het beroep of de kundigheid, waar toe de opleiding strekt. Het algemeen vor mend onderwijs wordt op die wijze gege ven, dat de omvang er van inopvolgende jaren afneemt, tenzij in bijzondere geval len hiervan moet worden afgeweken. Het vermeldt, bij dagscholen, op welke wijze in de lichamelijke oefening, van de leerlingen wordt voorzien en het aantal uren daaraan besteed. Hierbij wordt aan oefeningen in de open lucht de voorkeur gegeven. Het leerplan geeft aan, met ingang van welken datum het zal in werking treden. De lesroosters moeten omvatten eene opgave, als voor de leerplannen is voorge- schreven. Iedere lesrooster bevat voor elke oplei ding in tabellarischen vorm eene opgave van de op de verschillende dagen der week en de verschillende uren van den dag aan iedere klasse of groep van leerlingen te onderwijzen leervakken met vermelding van den naam van den leeraar of diens initialen, het aantal leerlingen en de aan duiding van het lokaal, waarbij tevens van den duur der rustpoozen moet blijken. Op den lesrooster kunnen aanwijzingen worden gegeven omtrent het maken van huiswerk. Bij den lesrooster behoort eens iijst der voor elk leervak in elke der klassen of bij elke groep van leerlingen te gebruiken boe- ken enz. en een staat, vernteldende het to- taal aantal wekelijksche lesuren van iebe- ren leeraar, het aantal uren, waarop ieder hunner aan andere inrichtingen van on derwijs fes geeft en het aantal uren per week, aan ieder leervak besteed in elke klasse of bij elke groep van leerlingen. Op dezen staat wordt tevens aangeteekend het tijdvak, waarvoor de rooster geldt, en de vacantietijden. CONFLICT SLEERBOOTBEDR1JF. Te Rotterdam is in het sleepvaaribedrijf een conflict uitgebroken, waardoor alien te Rotterdam liggende booten, betrokken bij het bedrijf, stilliggen. In Juli 1921 was het collectief contract tusschen werkgevers en werlyiemers ge- eindigd, maar het was verlengd. Daarna verlangden de werkgevers het loon te ver- lagen. Nu het drukker wordt in het scheeps- bedrijf stelden d-e werknemersorganisaties voor, deoude loonen weer te behalen van het vroegere collectief contract, voor een bepaalden tijd. Eenige conferences brachten geen resultaat. Op personeel-ver- gaderingen te Rotterdam, Dordrecht en Ruhrort werd besloten den eisch te hand- haven. Er werd een ultimatum opgesteld, dat Maandag ingewilligd zou moeten zijn. Maandagochlend om 4 uur moesten een 30tal sleepbooten vertrekken, doch geen enkele ging uit. Te Rotterdam zijn 100 man in deze staking betrokken. Ook te Nijmegen zijn 10 booten en 30 lichters Maandag niet uitgevaren. dat scheen hier het geval te zijn. „En u zou het niet beter kunnen beste- den. Hij schijnt mij een pienter baasje, dat de eer van de familie wel zal kunnen op- houden," ging Guyse voort, en hij trachtte eens vriendelijk tegen het kind te glim- lachen, dat hem echter vijandig bleef aan- staren. „Ga dan maar op het strand spelen, jon- gen," zeide Caleb. „A1 deze jaren heb ik nu vlak bij de zee gewoond en God alleen weet, hoe gaame ik haar nog eens zou zien." De jongen keek met zijn groote, schitte- rende oogen eerst den een en toen den ander aan, toen deed hij een paar snelle sprongen door het vertrek en verdween wezelvlug in den gapenden bek van den grooten beer, die aan den wand hing. „En nu kapitein, zult u wel eens graag 'willen zien, wat u nu eigenlijk krijgt voor uw geld, dat het fortuin van Zebulon den tweede zal maken," zeide CEfieb en keek zijn bezoeker vast aan. Anders zult u wel niet tevreden zijn. Ik zou het geheim liever voor mij houden, maar alleen kan ik niets uitrichten, nu ik mijn beenen niet meer gebruiken kan. U zult benieuwd zijn te weten, hoe mijn hoi in verbinding staat met de hut van mijn kinderen buiten?" „Zeker door dien berenkop?" zeide Guyse. „Dat is zoo klaar als een klontje, nu je Zebby eenmaal op die manier hebt zien verdwijnen, is dat nogal eenvoudig. Maar er git meer achter. Tusschen dien berenkop en den buitensten rotsmuur is een gang in de rots uitgehouwen, net als de tunnel, waardoor jij hierheen bent gekomen, maar veel korter, niet langer dan een el of tien. Je kunt erin komen door de slaapkamer van de hut, een beweegbare steen in den muur geeft toegang tot het gewelf. Het is een waar meesterstukje, want je kunt er van buiten niets van zien en het werd gemaakt door mijn grootvader Zebulon, die er zijn smokkelwaren door bracht en ze in zijn huis in de Hoogstraat opsta- pekie." De oude wachtte even en ging toen weer verder: „ln den goeden ouden tijd zijn er heel wat vaatjes brandewijn daarheen ge- dragen, maar ik heb nog enkele verbete- ringen aangebracht, kapitein, sinds ik mij hier verscholen heb als een oude vos, die door de honden wordt achterna gezeten. Ik wist eigenlijk met mijn leegen tijd geen raad en toen ben ik dat karweitje begon- nen, want veel kans, dat ze me vinden zou- den, bestond er niet. Hoe het ook zij, in elk geval heb ik den boel nu zoo geregeld, dat het onmogelijk is om zonder mijn toe- stemming levend dit gewelf te bereiken. Zie je dien grooten spijker die uit de rots steekt, daar vlak boven mijn kooi?" Guyse keek in de aangewezen richting. Aan het hoofdeinde van de slaapplaats, die in de rots was uitgehouwen, zag hij een stuk ijzer uitsteken, dat echter meer op een hefboom dan op een spijker ge- leek. „Ja, die zie ik," zeide hij. „Nu, een ruk aan dien spijker maakt dat de gang hiernaast instort," zeide Ca leb triomfantelijk. „En ik zou er gebruik van hebben gemaakt, als ze me waren ko men zoeken hotveel keeren heb ik niet angstig geluisterd met de hand aan den hefboom. Maar daarbuiten in de hut werd er over mij gewaakt helaas, die getrou- wen zijn nu alien gestorven.... maar het gewelf is nog net als vroeger en een ruk aan den hefboom heeft nog hetzelfde re sultaat. Ik heb alle schamieren altijd ge- smeerd, totdat Zebby het voor mij moest doen." Guyse lachte zenuwacht,g, maar in zijn hart bewonderde hij den ouden man. Tot het uiterste gedreven, overal opgejaagd, niet meer in staat om het daglicht te ge- nieten, had zijn werkzaam brein .afleiding gevonden in het uitdenken en construeeren van dit vreeselijke verdedigingsmidder. En Caleb Tyzard was trotsch op zijn vernut- tige uitvinding en scheen blijde te zijn, dat zij nu eindelijk beproefd zou worden. Aan wie daardoor opgeofferd zouden wor den, scheen hij niet te denken. En toen later bleek, dat het booze opzet verijderld was, verblijdde Caleb zich daar evenzeer over, als over het feit, dat het mechanisme niet geweigerd had. Maar dat verhalen wij later. „U bent een toovenaar, mijnheer Ty zard," zeide Guyse eindelijk. „Als de visch nu maar wil bijten, maar daar moet ik voor zorgen. Hebt u mijn orders aan uw familie in de but laten overbrengen „Dat is allemaal in orde. Dank zij Zebby," antwoordde de oude. „Door Zeb by heb ik laten zeggen, dat mijn achter- kleindochter zich ziek moest houden. Zij heeft den jongen dokter nu wijs gemaakt, dat alleen wrijven haar maar helpen kan... hoe noemt u dat ook weer masseeren geloof ik?" „Juist," antwoordde Guyse. „En heeft het jonge meisje, dat bij hem was, kunnen hooren, dat juffrouw Pilcher graag gemas- seerd wou worden?" „Zebby zegt, dat het meisje een en al oor was. Heel veel heb je tegenwoordig niet meer aan Kezial Pilcher, maar ik twij- fel er niet aan, of ze heeft haar rol goed gespeeld. Mijn bevelen gehoorzaamt ze al tijd wel. als ze er maar gemak bij kan ne men. U kunt u niet voorstellen, kapitein Guyse hoe bespottelijk bang haar man en zij zijn voor zoo'n oud wrak als ik ben.'" dacht van belangstelllenden op het Ko- mnklijk Besluit van 6 Juli 1922, regelende den invoer van vleeschwaren uit het bui- tenland. Met het oog op het eventueel treffen van maatregelen door de exploitee- rende landen en in verband met loopende tedd ingen, zal e:n ove gangstijd van twee maanden worden toegestaan, waarin de invoer kan plaats hebben, als tot dusver geschiedde. Van af 1 Sept. echter treden de wettelijke bepalingen in werking. Belanghebbenden worden in het bijzon- der gewezen op de artikelen 2 en 3 van bovengenoemd besluit. GEWETENSGELD. Ten behoeve van 's Rijks schatkist is bij den ontvanger der directe belastingen enz. te Tilburg ontvangen, onder letters O. P. Q., f 19.536 wegens te weinig betaalde in- komstenbelasting. DE BANKBILJETTEN PERS! Tengevolge van de groote credietbehoef- ten der regeering bij de halfjaarswisseling heeft de biljettenomloop van de Neder- landsche Bank een vermeerdering van ruim 52 millioen gulden ondergaan en is weer tot ver boven het milliard gestegen. Inflatie tengevolge van de royale staats- huishouding! DE VERTEGENWOORDIGING VAN ZEELAND. Ons kiesstelsel kent geen geografische vertegenwoordiging. Het kent slechts par- tijen. Maar het mag toch wel opgemerkt worden, dat het contact van de provincie Zeeland met de Kamer thans zeer gering is gewor- den. De heer De Muralt die door zijn vroe ger verblijf in Zeeland, en door zijn afvaar- diging voor een Zeeuwsch district veel re- laties in deze provincie had, is uit de Kamer verdwenen. De heer J. F. Heemskerk, die reeds jaren te Middelburg woont, en die ook meermalen in de Kamer blijk gaf be- lang te stellen in Zeeuwsche zaken, werd ook niet herkozen. De heer Fruytier Senior, die als lid van Ged. Staten zeer zeker op de hoogte was van de Zeeuwsche belangen stelde zich niet herkiesbaar. Thans is hij opgevolgd door zijn zoon, L. A. Fruytier, die echter geruimen tijd niet meer in Zeeland woonde, evenals het geval is met den heer Van der Bilt, die vroeger in Zeeuwsch-Vlaanderen verschillende be trekkingen bij het onderwijs bekleedde, maar wiens woonplaats sedert jaren in Den Helder is. (Midd.*Crt.). HET WERKPLAATSPERSONEEL DER SPOORWEGEN. Bij beschikking van den Minister van Waterstaat van 5 Juli 1922 La. R. afd. Spoorwegen is het voorstel van de direc- tie van de Nederlandsche Spoorwegen tot verlaging van de uurbezoldiging van het werkplaatspersoneel met 10 pet. goedge- keurd, zulks met terzijde legging van het ad vies van den Loonraad voor het spoor- wegpersoneel. DE STAKING BREIDT ZICH UIT. De staking in de Rijnsleepvaart breidt zich naar uit Rotterdam gemeld wordt uit, Telkens wanneer booten uit Duitsch- land komen, wordt de bemanning in kennis gesteld van het stakingsbesluit, waarop dan de vuren gedoofd worden. Ook in Duitsch- land zijn verschillende sleepbooten, die op hun plaats van bestemining kwamen, stop- gezet. Heden vergaderden de sleepboot- eigenaren en sleepagenten in het Notaris- huis, daartoe bijeengeroepen door de com- missie tot regeling der loonen en aroeids- voorwaarden in het Rijnsleep- en scheep- vaartbedrijf. De staking bij de Gebr. Roelofs, reederij Guyse kon zich dat echter heel best voorstellen, want hij zelf voelde zich ook alles behalve op zijn gemak bij dezen patriarchalen oude. Maar hij was niet van plan om dien angst te bekennen, hij merkte alledn maar op: „Dat is nu alies goed en wel. "Maar hoe (vrijgen wij het tweetal nu hier? Wie zai hen hierheen kunnen brengen." „Laat dat maar aan Zebby over," gftn- nikte Caleb Tyzard. „Dat is juist iets^ dat in de kraam van een Zebulon den tweede te pas komt. Hij zal vragen, of ze het smokkelaarshol eens willen zien, laat hen voorgaan en als ze eenmaal in de gang zijn volgt de rest vanzelf. Als u maar zorgt hier-te zijn, als Zebby het teeken geeit, want ik ben niet zoo vlug ter been, als ik wel wonschen zou." „Best," knikte Guyse. „Dan hebben we nu alleen nog maar den dag te bepalen. Het uur is al afgesproken, want ze komen al tijd in de hut tusschen vijven en zessjen. Hoe eerder, hoe beter zullen we dus maar zeggen, morgen dan maar. Ik zal zorgen op mijn post te zijn. Maar hebt u wel bed acht wat de gevolgen voor u kunnen zijn?" „Dat ik afgesloten zal zijn van de hut en dat mijn hoi ontdekt zal worden, als ze de instorting willen uitgraven? Maak u daarover maar geen zorgen kapitein. Zacharius Pilcher zal zelf voor het opgra- ven zorgen. En alle anderen zullen ge- looven, dat de jonge dokter en de overige passagiers verdronken zijn, toen ze van het eiland terugvoeren. Zacharius Pilcher zaf een orngeslagen boot vinden drijven en dan zal er gedregd worden, in plaats van ge- graven, duidelijk." (Wordt vervolgd). TER NEUZENSCHE COURANT. BffiBMBWBaaaamanHm

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1922 | | pagina 1