ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
No. 7323. Woensdag 12 Juli 1922. 70e Jaar gang.
BiNNENLAND.
FEUILLETON.
De Patient van dokter
Vincent.
DE AMBTENAARSSALARISSEN.
In het Staatsbiad is thans afgekondigd
het Kon. besluit van 19 Juni 1922, nouden-
de wijziging van het Bezoldigingsbesluit
Burgerlijke Rijksambtenaren 1920. Art. 40
van het besluit wordt gelezen als volgt:
„Voor de op 1 juli 1922 in dienst zijnde
amotenaren blijven de op dat tijdstip door
hen genoten wedden gewaarborgd, behou-
dens in geval en voor zoover die wed
den ingevolge de op evengenoemden da
tum bestaande bepalingen van dit besluit
vermindering moeten ondergaan."
(We brengen n herinnering, dat het
art. 40 luidde:
„Wij behouden ons voor om, bij ver
mindering van de heerschende duurteN door
wijziging van dit besluit, eene daarmede
evenredige algemeene salarisvermindering
te doen plaats vinden, behoudens handha-
ving van de wedden, die eenmaal zijn
toegekend'').
MASSA-ONTSLAQ BIJ DE POST.
Een groot aantal (naar raming pl.m.
200 tijdelijke kantoorbedienden, ontvingvan
den directeur-generaal de aanzegging, dat
met ingang van 16 October a.s. hundienst-
verband verbroken _zal worden.
ONS GEZANTSCHAP TE
WASHINGTON.
Naar het Corr. Bureau verneemt, zal de
gezant te Washington, mr. Everwijn, die
thans met verlof hier te lande vertoeft,
naar aile waarschijnlijkheid niet naar zijn
post terugkeeren. Overwegingen van ge-
heel persoonlijken aard, werden als reden
genoemd, waarom mr. Everwijn voorne-
mens zou zijn, ontheffing van zijn ambt
te vragen.
REGELING VAN HET
LEVENSVERZEKERINGSBEDRIJF.
Antwoordende op de nota, naar aanlei-
ding van het verslag inzake.het wetsontwerp
tot regeling van het Levensverzekeringsbe-
drijf, merkt de Regeering op, dat ten aanzien
van begrafenisfondsen onderscheid behoort
te worden gemaakt tusschen de zuivere be
grafenisfondsen, dat zijn ondernemingen,
welke bij overlijden voor de begrafenis
zorgen. zonder dat eenige uitkeering in geld
wordt gedaan en andere fondsen, welke zich
weliswaar begrafenisfondsen noemden,
d' ch, i aar zij aan de betrekkingen van den
overledene een uitkeering in geld doen, in
wezen zijn levensverzekering-maatschappij-
en, werkzaam op het gebied der volksverze-
kering. Slechts de laatste soort begrafenis
fondsen vallen onder de voorgestelde wette-
lijke regeling, daar, volgens de definitie van
art. 1 onder a van het Gewijzigd Ontwerp
van Wet, overeenkomsten van levensverze-
kering slechts aanwezig zijn, wanneer zij
strekken tot het doen van geldelijke uitkee-
ringen.
De zuivere begrafenisfondsen, welke geen
geldelijke uitkeeringen doen, vallen niet on
der de regeling.
Tusschen de fondsen en levensverzeke-
ring bestaat het kenmerkende verschil, dat
er slechts bij levensverzekering is een voor-
af verzekerd bedrag, zoodat naar weten-
schappelijke methoden kan worden vastge-
steld de contante waarde der verplichtingen
van den verzekeraar en in verband daar
mede hoeveel reserve voor de voldoening
aan die verplichtingen aanwezig is.
Bij het andere begrafenisfonds is dit an-
ders, daar is geen vooraf vastgesteld ver
zekerd bedrag, doch slechts een verplichting
tot begraven. Wetenschappelijke methoden
voor de waardeering dier verplichtingen,
zijn niet bekend. Gegeven dit verschil, kan
een wettelijke regeling, welke geschikt is
voor het levensverzekeringsbedrijf, niet zon
der meer worden aanbevolen voor de eigen-
lirke begrafenisfondsen.
De Regeering acht het wel dienstig, in
dien de Verzekerigskamer zal zijn geconsti-
tueerd, deze te verzoeken, haar aandacht
aan de begrafenisfondsen te wijden, opdnt
voldoende gegevens worden verkregen. mede
nopens het al of niet veelvuldig voorkomen
van dergelijke fondsen, ter beantwoording
van de vraag of een wettelijke voorziening
speciaal daarvoor wenschelijk en noodig is.
WERKNEMER IN DEN ZIN VAN HET
WERKLOOSHEIDSBESLUir 1917.
De Minister van Arbeid heeft aan de
besturen der gesubsidieerde vereenigingen
met werkloozenkas de volgende circulaire
toegezonden
„Naar mij is gebleken, komt het nu en
dan voor, dat leden eener gesubsidieerde
vereeniging met werkloozenkas bij hun va-
der in diens eigen bedrijf werkzaam zijn.
Controle op de oorzaak en het voortduren
der werkloosheid acht ik in zulke gevallen
niet wel mogelijk.
Ten einde deze bezwaren te ondervangen
bepaal ik bij dezen dat met ingang van 10
Juli 1922 geen uitkeering uit werkloozen-
kassen meer mag worden verstrekt aan
zoodanige leden, voor zooveel zij tninder-
jarig zijn. Voorts wijs ik U er in dit ver
band op, dat, indien in Uwe werkloozenkas
personen zijn opgenomen, die bij hun vader
in diens eigen bedrijf werkzaam en meeC-
derjarig zijn, die personen slechts dan als
lid dier kas kunnen worden gehandhaafd,
indien met zekerheid vaststaat, dat zij bij
hun vader „in loondienst" arbeiden en
werkman of bediende in den zin van het
derhalve kunnen worden aangemerkt als
werkman of bediende in den zin van het
Werkloosheidsbesluit 1917. Een loondienst-
verband kan niet worden geacht aanwezig
te zijn, indien de geldelijke belooning, wel
ke het betrokken lid van zijn vader geniet,
vermeerderd met het bedrag, waarop kost,
inwoning en kleeding kunnen worden ge-
schat, minder bedraagt dan het loon, dat
ter plaatse voor dienzelfden arbeid pleegt
te worden betaald, hetgeen b.v. aan de
hand der door den Raad van Arbeid opge-
maakte rentekaart kan worden nagegaan.
Irdien dit het geval blijkt te zijn, behoort
een zoodanig lid dus te worden geroyeerd.'
DE BELANGEN VAN HET REIZENDE
PUBLIEK.
In een Vrijdag te Amsterdam gehouden
vergadeiing van vertegenwoordigers van
eenige vereenigingen en combinaties van
vereenigingen uit geheel Nederland, samen-
geroepen door het Interprovinciaal comite
voor spoorwegactie, is in beginsel be-
sloten tot oprichting van een Algemeen
Nederlandschen Bond, welke de belangen
van het groote reizende publiek, dat van
vervoermaatschappijen gebruik maakt, zal
hebben te behartigen bij de directies dier
vervoersmaatschappijen. Er werd een co
mite van twaalf personen gevormd, dat nog
doch slechts voorloopig gevestigd
blijft Groningen, Heerenstraat 79 en dat
oprichting van bedoelden bond zal voor-
bereiden en daarbij zal streven naar sa-
menwerking en zoo mogelijk samensmel-
ting met het comite-Mr. Van Peski.
WEER EEN MIDDENPARTIj.
Naar wij vememen bestaat er in kringen
van de voormalige Unie-Liberalen ernstige
ontstemming over den uitslag van de jong-
ste Katnerverkiezingen in verband met het
feit dat nagenoeg alle afgevaardigden van
den Vrijheidsbond tot de Vrij-liberale rich-
ting behooren. Bij eenige vooraanstaande
ex-Unie-liberalen worden zelfs plannen ge-
koesterd tot herstel van een „vrijzinnige"
middenpartij. (Tel.)
INVOER VAN VLEESCHWAREN.
De Minister van Arbeid vestigt de aan-
LIMBURG IN ZIJN EER HERSTELD.
Naar aanleiding, dat Mr. H. van Groe-
nendael slechts even 2400 van de 150 dui-
zend in Limburg heeft gehaald, zegt de
„Limb. Koerier":
Alles saam, dus nog lang niet 2 pCt.. doch
slechts 1.6. De andere 98.4 pCt. der Lim-
bursche bevolking toonde hou en trouw aan
Nederland.
Valkenburg, dat een annexionistennest
heette te zijn, leverde hem slechts 44 stem-
men op.
Maastricht, de hoofdstad, de euclave,
waar zooveel sympathie voor een afschei-
ding heette te bestaan, gaf hem 203 stem-
men op de 23.000. Wat inplaats van 4 a 5
pCt. nog niet 1 pCt. uitmaakt.
Tegenover de 2400 stemmen op van Groe-
nendael staan de 140.000 stemmen die Lim
burg uitbracht op den Limburgschen kapi-
tein Lambooy, den stoeren verdediger van
het „Liniburg-bij-Nederland".
Dat is het nntwoord geweesl van Neder-
landsch Limburg op het annexionistisch
drijven.
Van Groenendael de Kamer uitgeworpen!
Limburg heeft zijn eer hersteld.
TAPVERBOD.
Men schrijft uit Barneveld:
Reeds ongeveer twee jaar geleden heeft
de gemeeteraad alhier een verordening vast
gesteld, waarbij het aan cafehouders in deze
gemeente werd verboden inwoners in hun
cafe toe te laten van Zateragavond 7 tot
Maandagmorgen 6 uur, van welk verbodde
vergunning- en verlofhouders zich al heel
weinig aantrokken, zoodat de politie zich
verplicht zag enkele processen-verbaal op te
maken.
Daar echter ook de meederheid van B. en
W. overtuigd was, dat de overtreding eener
dergelijke verordening niet strafbaar was,
nam de politie, op last van den bur^emees-
ter, aldra een afwachtende houding aan,
tot zou zijn uitgemaakt of een verlofhouder
alhier, die deswege werd vervolgd, ook in
hoogste instantie zou worden gestraft. Deze
verlofhouder is echter intusschen uit zaken
gegaan en heeft toen, ,,om van het gezeur
af te zijn", de kleine boete, waartoe hij door
de Rechtbank was veroordeeld. betdhld.
In verband hiermede wordt de zooiang
latent gebleven verordening thans in al haar
gestrengheid toegepast. Eenerzijds wen-
schen de cafehouders zich niet te onder-
werpen, doch anderzijds maakt de politie
van elke overtreding proces-verbaal op,
zoodat alleen Zaterdagavond en Zondag j.l.
deswege niet minder dan twaalf bekeurin-
gen hebben plaats gehad.
Thans is de Vereeniging van Vergunning-
houders alhier vast besloten, deze quaestie
tot de hoogste instantie te zien uitgemaakt.
NIJVERHEIDSONDERWIJS.
Aan de in „St.-Ct." no. 130 opgenomen
algemeene voorschriften omtrent de inrich-
ting van leerplannen en lesroosters der van
rijkswege gesubsidieerde bijzondere en der
gemeentelijke scholen als bedoeld in art. 15
der Nijverheidsonderwijswet, ontleenen wij:
De leerplannen moeten bevatten den
naam der school, dien van de gemeente,
waarin zij gevestigd is, en dien van de
straat, of eene andere aanduiding omtrent
hare ligging, alsmede de vermelding, of de
school is eene bijzondere of gemeentelijke,
dag, of (en) avondschool.
Ieder leerplan vermeldt de vakken, be-
roepen of kundigheden, waarvoor aan de
school wordt opgeleid, met eene zoo nauw-
keurig mogelijke aanduiding van het doel.
dat met elke opleiding getracht wordt te
bereiken. Het noemt den duur van iedere
opleiding en het aantal weken, gedurende
door
HAEDON HILL.
(Geautoriseerde Vertaling.)
39) i.
De oude man wenkte Zebby en streek
met zijn ruwe hand over het krullekopje
van den jongeri. „Ik wil de schijven voor
dit kind hebben... als ik er eens niet meer
ben," zeide hij. „Dit kereltje heeft zoo
goed voor mij gezorgd sinds ik zelf tot
werkeloosheid ben gedoemd, en hij is de
eenige die onzen naam- eer aandoet. Die
lafaard. die jou zoo'n beetje helpt, telt
niet mee. Bovendien Is Zebby naar den
eersten der Tyzards genoemd, den woes-
ten zeeschuimer, die dit gewelf heeft ge
maakt om de smokkelwaren veiliger te
kunnen vervoeren. Is die reden u eenoeff
kapitein?"
„Meer dan genoeg," antwoordde Guyse
naar waarheid, want hij had genoeg in de
wereld rondgekeken om te weten, dat fie
meest verstokte zondaar altijd nog wel een
zwak plekje heeft. Hij, de gewetenlooze
schurk^zou zich nooit door zoo iets laten
beinvloeden, maar hij kon heel goed begrij-
pen, dat deze moordenaar, die per slot al
leen uit zelfverdediging had gehandeld,
toen hij de douane over de klip heen stoot-
te, wel voor dergelijke zachtere gevoelens
vafbaar was. En bovendien was Caleb Ty-
zard al over de honderd, en werd dus
waarschijnlijk wat kindsch. Het deed er
ook volstrekt niet toe waarvoor of voor
wien het geld werd gebruikt, als er maar
een reden was om het aan te nemen, en
welke daarvoor ieder jaar onderwijs wordt
gegeven, vacantien inbegrepen. Hef bevat
eene opgave van het normale aantal weke-
lijksche lesuren, van den duur der vacantien
en vermeldt het tijdstip van den aanvang
van den cursus en der sluiting.
Het vermeldt de eischen van toelating t. t
de school, zooals deze voor de verschiilen-
de opleidingen luiden.
Het bevat voor elke opleiding in tabel-
larischen vorm eene opgave van de vakken
van onderwijs, het aantal wekelijksche les
uren aan ieder er van besteed in de opvel-
gende leerjaren, en geeft voorts eene om-
schrijving van de leerstot" voor ieder leer-
jaar of leertijd.
Het biedt plaats aan eene voortzetting
van het algemeen vormend onderwijs, het-
welk echter geleidelijk wordt gericht p
het vak, het beroep of de kundigheid, waar
toe de opleiding strekt. Het algemeen vor
mend onderwijs wordt op die wijze gege
ven, dat de omvang er van inopvolgende
jaren afneemt, tenzij in bijzondere geval
len hiervan moet worden afgeweken.
Het vermeldt, bij dagscholen, op welke
wijze in de lichamelijke oefening, van de
leerlingen wordt voorzien en het aantal
uren daaraan besteed.
Hierbij wordt aan oefeningen in de open
lucht de voorkeur gegeven.
Het leerplan geeft aan, met ingang van
welken datum het zal in werking treden.
De lesroosters moeten omvatten eene
opgave, als voor de leerplannen is voorge-
schreven.
Iedere lesrooster bevat voor elke oplei
ding in tabellarischen vorm eene opgave
van de op de verschillende dagen der week
en de verschillende uren van den dag aan
iedere klasse of groep van leerlingen te
onderwijzen leervakken met vermelding
van den naam van den leeraar of diens
initialen, het aantal leerlingen en de aan
duiding van het lokaal, waarbij tevens
van den duur der rustpoozen moet blijken.
Op den lesrooster kunnen aanwijzingen
worden gegeven omtrent het maken van
huiswerk.
Bij den lesrooster behoort eens iijst der
voor elk leervak in elke der klassen of bij
elke groep van leerlingen te gebruiken boe-
ken enz. en een staat, vernteldende het to-
taal aantal wekelijksche lesuren van iebe-
ren leeraar, het aantal uren, waarop ieder
hunner aan andere inrichtingen van on
derwijs fes geeft en het aantal uren per
week, aan ieder leervak besteed in elke
klasse of bij elke groep van leerlingen. Op
dezen staat wordt tevens aangeteekend
het tijdvak, waarvoor de rooster geldt, en
de vacantietijden.
CONFLICT SLEERBOOTBEDR1JF.
Te Rotterdam is in het sleepvaaribedrijf
een conflict uitgebroken, waardoor alien
te Rotterdam liggende booten, betrokken
bij het bedrijf, stilliggen.
In Juli 1921 was het collectief contract
tusschen werkgevers en werlyiemers ge-
eindigd, maar het was verlengd. Daarna
verlangden de werkgevers het loon te ver-
lagen.
Nu het drukker wordt in het scheeps-
bedrijf stelden d-e werknemersorganisaties
voor, deoude loonen weer te behalen van
het vroegere collectief contract, voor een
bepaalden tijd. Eenige conferences
brachten geen resultaat. Op personeel-ver-
gaderingen te Rotterdam, Dordrecht en
Ruhrort werd besloten den eisch te hand-
haven. Er werd een ultimatum opgesteld,
dat Maandag ingewilligd zou moeten zijn.
Maandagochlend om 4 uur moesten een
30tal sleepbooten vertrekken, doch geen
enkele ging uit. Te Rotterdam zijn 100
man in deze staking betrokken. Ook te
Nijmegen zijn 10 booten en 30 lichters
Maandag niet uitgevaren.
dat scheen hier het geval te zijn.
„En u zou het niet beter kunnen beste-
den. Hij schijnt mij een pienter baasje, dat
de eer van de familie wel zal kunnen op-
houden," ging Guyse voort, en hij trachtte
eens vriendelijk tegen het kind te glim-
lachen, dat hem echter vijandig bleef aan-
staren.
„Ga dan maar op het strand spelen, jon-
gen," zeide Caleb. „A1 deze jaren heb ik
nu vlak bij de zee gewoond en God alleen
weet, hoe gaame ik haar nog eens zou
zien."
De jongen keek met zijn groote, schitte-
rende oogen eerst den een en toen den
ander aan, toen deed hij een paar snelle
sprongen door het vertrek en verdween
wezelvlug in den gapenden bek van den
grooten beer, die aan den wand hing.
„En nu kapitein, zult u wel eens graag
'willen zien, wat u nu eigenlijk krijgt voor
uw geld, dat het fortuin van Zebulon den
tweede zal maken," zeide CEfieb en keek
zijn bezoeker vast aan. Anders zult u wel
niet tevreden zijn. Ik zou het geheim liever
voor mij houden, maar alleen kan ik niets
uitrichten, nu ik mijn beenen niet meer
gebruiken kan. U zult benieuwd zijn te
weten, hoe mijn hoi in verbinding staat
met de hut van mijn kinderen buiten?"
„Zeker door dien berenkop?" zeide
Guyse.
„Dat is zoo klaar als een klontje, nu je
Zebby eenmaal op die manier hebt zien
verdwijnen, is dat nogal eenvoudig. Maar
er git meer achter. Tusschen dien berenkop
en den buitensten rotsmuur is een gang in
de rots uitgehouwen, net als de tunnel,
waardoor jij hierheen bent gekomen, maar
veel korter, niet langer dan een el of tien.
Je kunt erin komen door de slaapkamer
van de hut, een beweegbare steen in den
muur geeft toegang tot het gewelf. Het
is een waar meesterstukje, want je kunt er
van buiten niets van zien en het werd
gemaakt door mijn grootvader Zebulon,
die er zijn smokkelwaren door bracht en
ze in zijn huis in de Hoogstraat opsta-
pekie."
De oude wachtte even en ging toen weer
verder: „ln den goeden ouden tijd zijn er
heel wat vaatjes brandewijn daarheen ge-
dragen, maar ik heb nog enkele verbete-
ringen aangebracht, kapitein, sinds ik mij
hier verscholen heb als een oude vos, die
door de honden wordt achterna gezeten. Ik
wist eigenlijk met mijn leegen tijd geen
raad en toen ben ik dat karweitje begon-
nen, want veel kans, dat ze me vinden zou-
den, bestond er niet. Hoe het ook zij, in
elk geval heb ik den boel nu zoo geregeld,
dat het onmogelijk is om zonder mijn toe-
stemming levend dit gewelf te bereiken.
Zie je dien grooten spijker die uit de rots
steekt, daar vlak boven mijn kooi?"
Guyse keek in de aangewezen richting.
Aan het hoofdeinde van de slaapplaats,
die in de rots was uitgehouwen, zag hij
een stuk ijzer uitsteken, dat echter meer
op een hefboom dan op een spijker ge-
leek.
„Ja, die zie ik," zeide hij.
„Nu, een ruk aan dien spijker maakt
dat de gang hiernaast instort," zeide Ca
leb triomfantelijk. „En ik zou er gebruik
van hebben gemaakt, als ze me waren ko
men zoeken hotveel keeren heb ik niet
angstig geluisterd met de hand aan den
hefboom. Maar daarbuiten in de hut werd
er over mij gewaakt helaas, die getrou-
wen zijn nu alien gestorven.... maar het
gewelf is nog net als vroeger en een ruk
aan den hefboom heeft nog hetzelfde re
sultaat. Ik heb alle schamieren altijd ge-
smeerd, totdat Zebby het voor mij moest
doen."
Guyse lachte zenuwacht,g, maar in zijn
hart bewonderde hij den ouden man. Tot
het uiterste gedreven, overal opgejaagd,
niet meer in staat om het daglicht te ge-
nieten, had zijn werkzaam brein .afleiding
gevonden in het uitdenken en construeeren
van dit vreeselijke verdedigingsmidder. En
Caleb Tyzard was trotsch op zijn vernut-
tige uitvinding en scheen blijde te zijn,
dat zij nu eindelijk beproefd zou worden.
Aan wie daardoor opgeofferd zouden wor
den, scheen hij niet te denken. En toen
later bleek, dat het booze opzet verijderld
was, verblijdde Caleb zich daar evenzeer
over, als over het feit, dat het mechanisme
niet geweigerd had. Maar dat verhalen
wij later.
„U bent een toovenaar, mijnheer Ty
zard," zeide Guyse eindelijk. „Als de visch
nu maar wil bijten, maar daar moet ik
voor zorgen. Hebt u mijn orders aan uw
familie in de but laten overbrengen
„Dat is allemaal in orde. Dank zij
Zebby," antwoordde de oude. „Door Zeb
by heb ik laten zeggen, dat mijn achter-
kleindochter zich ziek moest houden. Zij
heeft den jongen dokter nu wijs gemaakt,
dat alleen wrijven haar maar helpen kan...
hoe noemt u dat ook weer masseeren
geloof ik?"
„Juist," antwoordde Guyse. „En heeft
het jonge meisje, dat bij hem was, kunnen
hooren, dat juffrouw Pilcher graag gemas-
seerd wou worden?"
„Zebby zegt, dat het meisje een en al
oor was. Heel veel heb je tegenwoordig
niet meer aan Kezial Pilcher, maar ik twij-
fel er niet aan, of ze heeft haar rol goed
gespeeld. Mijn bevelen gehoorzaamt ze al
tijd wel. als ze er maar gemak bij kan ne
men. U kunt u niet voorstellen, kapitein
Guyse hoe bespottelijk bang haar man
en zij zijn voor zoo'n oud wrak als ik ben.'"
dacht van belangstelllenden op het Ko-
mnklijk Besluit van 6 Juli 1922, regelende
den invoer van vleeschwaren uit het bui-
tenland. Met het oog op het eventueel
treffen van maatregelen door de exploitee-
rende landen en in verband met loopende
tedd ingen, zal e:n ove gangstijd van twee
maanden worden toegestaan, waarin de
invoer kan plaats hebben, als tot dusver
geschiedde. Van af 1 Sept. echter treden
de wettelijke bepalingen in werking.
Belanghebbenden worden in het bijzon-
der gewezen op de artikelen 2 en 3 van
bovengenoemd besluit.
GEWETENSGELD.
Ten behoeve van 's Rijks schatkist is bij
den ontvanger der directe belastingen enz.
te Tilburg ontvangen, onder letters O. P.
Q., f 19.536 wegens te weinig betaalde in-
komstenbelasting.
DE BANKBILJETTEN PERS!
Tengevolge van de groote credietbehoef-
ten der regeering bij de halfjaarswisseling
heeft de biljettenomloop van de Neder-
landsche Bank een vermeerdering van ruim
52 millioen gulden ondergaan en is weer
tot ver boven het milliard gestegen.
Inflatie tengevolge van de royale staats-
huishouding!
DE VERTEGENWOORDIGING VAN
ZEELAND.
Ons kiesstelsel kent geen geografische
vertegenwoordiging. Het kent slechts par-
tijen.
Maar het mag toch wel opgemerkt worden,
dat het contact van de provincie Zeeland
met de Kamer thans zeer gering is gewor-
den. De heer De Muralt die door zijn vroe
ger verblijf in Zeeland, en door zijn afvaar-
diging voor een Zeeuwsch district veel re-
laties in deze provincie had, is uit de Kamer
verdwenen. De heer J. F. Heemskerk, die
reeds jaren te Middelburg woont, en die
ook meermalen in de Kamer blijk gaf be-
lang te stellen in Zeeuwsche zaken, werd
ook niet herkozen. De heer Fruytier Senior,
die als lid van Ged. Staten zeer zeker op de
hoogte was van de Zeeuwsche belangen
stelde zich niet herkiesbaar.
Thans is hij opgevolgd door zijn zoon,
L. A. Fruytier, die echter geruimen tijd niet
meer in Zeeland woonde, evenals het geval
is met den heer Van der Bilt, die vroeger
in Zeeuwsch-Vlaanderen verschillende be
trekkingen bij het onderwijs bekleedde,
maar wiens woonplaats sedert jaren in Den
Helder is. (Midd.*Crt.).
HET WERKPLAATSPERSONEEL DER
SPOORWEGEN.
Bij beschikking van den Minister van
Waterstaat van 5 Juli 1922 La. R. afd.
Spoorwegen is het voorstel van de direc-
tie van de Nederlandsche Spoorwegen tot
verlaging van de uurbezoldiging van het
werkplaatspersoneel met 10 pet. goedge-
keurd, zulks met terzijde legging van het
ad vies van den Loonraad voor het spoor-
wegpersoneel.
DE STAKING BREIDT ZICH UIT.
De staking in de Rijnsleepvaart breidt
zich naar uit Rotterdam gemeld wordt
uit, Telkens wanneer booten uit Duitsch-
land komen, wordt de bemanning in kennis
gesteld van het stakingsbesluit, waarop dan
de vuren gedoofd worden. Ook in Duitsch-
land zijn verschillende sleepbooten, die op
hun plaats van bestemining kwamen, stop-
gezet. Heden vergaderden de sleepboot-
eigenaren en sleepagenten in het Notaris-
huis, daartoe bijeengeroepen door de com-
missie tot regeling der loonen en aroeids-
voorwaarden in het Rijnsleep- en scheep-
vaartbedrijf.
De staking bij de Gebr. Roelofs, reederij
Guyse kon zich dat echter heel best
voorstellen, want hij zelf voelde zich
ook alles behalve op zijn gemak bij dezen
patriarchalen oude. Maar hij was niet van
plan om dien angst te bekennen, hij merkte
alledn maar op:
„Dat is nu alies goed en wel. "Maar hoe
(vrijgen wij het tweetal nu hier? Wie zai
hen hierheen kunnen brengen."
„Laat dat maar aan Zebby over," gftn-
nikte Caleb Tyzard. „Dat is juist iets^ dat
in de kraam van een Zebulon den tweede
te pas komt. Hij zal vragen, of ze het
smokkelaarshol eens willen zien, laat hen
voorgaan en als ze eenmaal in de gang
zijn volgt de rest vanzelf. Als u maar zorgt
hier-te zijn, als Zebby het teeken geeit,
want ik ben niet zoo vlug ter been, als ik
wel wonschen zou."
„Best," knikte Guyse. „Dan hebben we
nu alleen nog maar den dag te bepalen.
Het uur is al afgesproken, want ze komen al
tijd in de hut tusschen vijven en zessjen.
Hoe eerder, hoe beter zullen we dus maar
zeggen, morgen dan maar. Ik zal zorgen op
mijn post te zijn. Maar hebt u wel bed acht
wat de gevolgen voor u kunnen zijn?"
„Dat ik afgesloten zal zijn van de hut
en dat mijn hoi ontdekt zal worden, als
ze de instorting willen uitgraven? Maak
u daarover maar geen zorgen kapitein.
Zacharius Pilcher zal zelf voor het opgra-
ven zorgen. En alle anderen zullen ge-
looven, dat de jonge dokter en de overige
passagiers verdronken zijn, toen ze van het
eiland terugvoeren. Zacharius Pilcher zaf
een orngeslagen boot vinden drijven en dan
zal er gedregd worden, in plaats van ge-
graven, duidelijk."
(Wordt vervolgd).
TER NEUZENSCHE COURANT.
BffiBMBWBaaaamanHm