INGEZONDEN MEDEDEELINGEN. VOLMAAKTE LEKKERNIJ A. J. P's Amandeltjespndding met Grenadine-Sacs. Jn ieder pakje, gratis een zakje. Tijdelijke Reclame. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN. Dit voorstel gaat uit van de mecrderheid van het college. De minderheid. kan er zich over het algemeen wel mee vereenigen, doch vindt een be d rag van f 300 per bed veel te veel. De voorgestelde concept-overeenkomst, luidt als volgt: Burgemeester en wethouders van Ter Neuzen, daartoe gemachtigd door den raaid dier ge meente bij zijn besluit van ter eene en het bestuur der Vereeniging tot Zieken- verzorging te Ter Neuzen, ter andere zijde zijn overeengekomen als volgt: Artikel 1. De gemeente Ter Neuzen krijgt de beschik king over drie bedden in de barak voor be smettelijke ziekten cm daarin te doen opnemen inwoners uit de gemeente Ter Neuzen die lij dende zijn aan eene besmettelijke ziekte. Artikel 2. Zoodra door of namens bet gemeentebestuur opname van een patient gevraagd wordt, zal de vereeniging ..Ziekenverzorging" onmiddel- lijik tot opname moeten overgaan. De verpleging-geneeskundige verzorging en voeding inbegrepen, van personen in het eerste lid bedoeld moet zijn ten genoege van het ge meentebestuur, terwijl die verpleging niet dan met zijne goedkeuring mag worden gestaakt. Het vervoer van de zieken naar de barak moet kosteloos geschieden door de vereeniging. Artikel 3. De gemeente Ter Neuzen verzekert aan de vereeniging ..Ziekenverzorging" alhier, een jaarlijksch bedrag van drie honderd gulden (f 300) per bed te voldoen in handen en op kwi- tantie van den penningmeester van bedoelde vereeniging telken jare voor of op 1 April, voor de eerste maal voor of op 1 April 1923. Artikel 4. Voor verpleeggelden zal per patient, onge- acht het aantal patienten dat opgenomen word, betaald worden: Voor een eerste klasse patient f 6,per dag. Voor een tweede klasse patient f 5,per dag. v Voor een derde klasse patient f 3,per dag. Het bedrag dezer kosten wordt per kwitan- tie betaald na opgave door de vereeniging „Ziekenverzorging' Artikel 5. Het gemeentebestuur heeft steeds vrijen toe- gang tot de barak voor besmettelijke ziekten. Artikel 6. Wanneer de gemeente Ter Neuzen aan de vereeniging tot Ziekenverzorging" alhier sub- sidie verleent dan zal de opneming van pa tienten in de barak voor besmettelijke ziekten kosteloos geschieden met ingang van den da tum, waarop de subsidie verleend wordt. Artikel 7. Deze overeenkomst wordt aangegaan voor |een tijdvak van een jaar, aanvangende, .doch wordt stilzwijgend met een Welijken termijn verlengd, wanneer niet drie Jnaanden voor afloop der overeenkomst deze door een der partijen schriftelijk wordt opge- zegd. De heer HAMEL1NK kan zich indenken, dat burgemeester en wethouders maatregelen wen- sx-hen te nemen, om, in geval van besmettelijke ziekten, te kunnen beschikken over de noodige gelegenlieid tot afzondering en verpleging der patienten. Hij vraagt echter of zij van meening zijn, dat we voldoende gewaarborgd zijn door het sluiten van dit contract. De beantwoording dezer vraag beheerscht natuurlijk de geheele zaak. A1 kan hij zich niet geheel met de voor gestelde overeenkomst vereenigen. zoo zou hij daaraan zijn stem wel kunnen geven als men meent er mede gewaarborgd te zijn. Is dat echter niet het geval, dan zou men naar mid- ■deden moeten uitzien om gewaarborgd te komen, De heer NOLSON weet niet, wat de heer Ha- melink hier met waarborgen bedoelt. Er zijn in de barak 15 tot 20 bedden en wanneer met het gemeentebestuur een overeenkomst getrof- fen wordt voor het beschikbaar hebben van 3 bedden, ten behoeve van patienten der gemeen te.-wordt het natuurlijk een vertrouwenskwes- tie tegenover het bestuur van het Ziekenhuis, of dit de overeenkomst zal nakomen, als de heer Hamelink het zoo bedoelt, maar de ge1- legenheid om er aan te voldoen bestaat. Dat de overeenkomst niet zou worden nagekomen, mag natuurlijk van het bestuur niet worden aangenomen. De heer HAMELINK: Dat bedoelde ik ook niet. De VOORZITTER meent, dat er niet aan getwijfeld behoeft te worden, dat het bestuur van het ziekenhuis de eventueel op zich geno- men verplichting zal nakomen. Hij meent ech ter, dat de heer Hamelink bedoelde te vragen, of men met 3 bedden zou kunnen volstaan. Die vraag is niet in alle opzichten met juistheid te beantwoorden, omdat men staan kan voor plotselinge en onvoorziene gevallen. Men kan 5r. deze alleen de historie laten spreken en dan is bij onderzoek gebleken, dat tot nu toe het grootste aantal patienten die wegens besmet telijke ziekte werden verpleegd waren 5 ty- phuspatienten, waarvan 2 buiten en 3 uit de gemeente Ter Neuzen. Dat aantal is nog nim- mer overschreden. Natuurlijk zou men dan ook een grooter getal bedden kunnen reserveeren, maar als men er 10 neemt, zou het toch kun nen, dat men bij een epidemie 11 patienten fcrqgt, men is dus nooit geheel gewaarborgd. Burgemeester en wethouders meenen, dat, als men ten alien tijde over 3 bedden beschikken kan, dit voldoende mag geacht worden, zijn van meening, dat, als er op een gegeven oogenblik meer komen, het bestuur ook geen bezwaar ma- ken zal meerdere patienten op te nemen. Er zijn 15 bedden in de barak en er kunnen ook boven 5 patienten geisoleerd worden. De heer HAMELINK merkt op, dat de heer No] son zijn woorden verkeerd heeft opgevat. Hij heeft geen oogenblik twijfel willen uitspre- ken, dat het bestuur de overeenkomst niet zou urtvoeren, maar had juist ten doel te vragen, oi burgemeester en wethouders meenen, met bedden te kunnen volstaan. In gewone tijden, zal er weinig gebruik van gemaakt worden, omdat dan een enkele lijder aan besmettelijke ziekte gewoonlijk toch thuis verpleegd blijft. Het zal echter juist zijn in tjjden van epide- mes, wanneer blijkt, dat op verschillende plaat- sen in de gemeente besmettingshaarden zijn, dat van wege den burgemeester last wordt ge geven tot isoleering der lijders, wiaarvoor ze dan in de barak moest worden opgenomen en juist dan zou het spoedig kunnen voorkomen, dat 3 bedden niet voldoende zijn. Nu is het wel' mogelijk, dat het bestuur der gemeente ter wil- te zal willen zijn en ook meer dan 3 patienten plaats verleenen, maar de vraag is ook, of het bestuur daartoe in de gelegenheid zial zijn, want, naar hij heeft gezien, tracht het ook met andere gemeenten deswege overeenkomsten te sluiten, en als dan ook voor andere gemeenten bedden beschikbaar moeten blijven, zou dit een beletsel kunnen zijn om meer patienten van deze gemeente op te nemen. Spreker meende, dat het, met het oog op een afdoende oplossing, noodig wiais hierop de aandacht te vestigen. De heer VAN DEN OUDEN wijst er op, dat hier vroeger een houten barak was en meende, lat het ziekenhuis nu met het rijk een over- eenkomst gesloten had om een barak te bou- wen en die aan het rijk te verhuren. Kan er nu dus nog een contract met de gemeente worden aangegaan voor het beschikbaar houden van bed<ten, zonder, dat de inspecteur voor de voiks gezondheid daarover gehoord is. Kan men daardoor niet in moeili.ikheden komen De heer NOLSON geeft te kennen, dat er indertijd een houten barak was en dat, toen deze opgeruimd werd, er een overeenkomst is getroffen tusschen het bestuur van de vereeni ging en het rijk, voor de verpleging van even- tueele patienten, lijdende aan besmettelijke ziekten, afkomsig van zeeschepen. De houten barak was een ouderwetsche inrichting en de Minister van Binnenlandsche Zaken is toen het bestuur van het ziekenhuis tegemoetgekomen, onder voorwaarde, dat het zelf een barak in- richtte, voor verpleging van eventueele patien ten van naar Gent doorvlarende schepen, waar- toe de Regeering tegenover Belgie verplicht was. Dat betreft dus uitsluitend schepelingen en geen ingezetenen der gemeente. Het is thans juist de inspecteur, die er op aandringt, maatregelen te nemen voor het ver- plegen van lijders aan besmettelijke ziekten uit de burgerij. Nu is de vraag, op welke wijze men dat doen wil. De gemeente kan er ook toe overgaan om een barak te zetten. Verleden jaar heeft zich in het land van Cadsand het geval voorgedaan, dat lijders aan besmette lijke ziekte niet in een ziekenhuis konden wor den opgenomen, met noodlottige gevolgen. Het is voor ziekenhuizen die geen barak ingericht hebben, hoogst moeilijk, om lijders aan besmet telijke ziekten op te nemen. Indien de bedoelde vrouw te Oostburg of Aardenburg in het zie kenhuis had kunnen worden opgenomen, zou ze menschelijkerwijs gesproken niet overleden zijn, ook niet de kinderen uit haar gezin. Toen heeft de inspecteur gezegd: er moet een voorziening- getroffen worden. Burgemeester en wethouders hebben daarop het bestuur van het ziekenhuis gevraagd of het bereid was patienten op te nemen en dit heeft zich daartoe bereid verklaard. Spreker heeft bezwaar tegen de bepaling van art. 2, dat het ziekenhuis de patienten koste- loos moet vervoeren. Het kan ook voorkomen, dat het er zijn uit Sluiskil of Driewegen. Die voorwaarde is niet aan te nemen. Dat vervoer moet geschieden met een rijtuig of automobiel en die moeten dan worden ontsmet, dat wordt voor de vereeniging veel te bezwarend. Ook is er bezwaar tegen art. 5, dat burgemeester en wethouders ten alien tijde toegang hebben tot de barak. Daartegen is geen bezwaar als er geen zieken zijn, maar als er zieken zijn moet dit alleen op bepaalde uren kunnen geschieden, want er dient in het ziekenhuis orde en regel te zijn. Ten slotte acht spreker ook de redac- tie van art. 6 verkeerd, daar dit zoo zou kunnen gelezen worden, dat, indien de vereeniging van de gemeente subsidie ontving, zij de patienten graitis zou moeten opnemen en verplegen, het- geen toch wel niet de bedoeling zal zijn. Uit de stukken blijkt, dat er een minderheid in burgemeester en wethouders is, die het per bed gevraagde bedrag te hoog vindt. Spreker noemt die meening onjuist. Men moet er reke- ning mede houden, dat, zoodra er ook maar een patient komt, het ziekenhuis daarvoor een gediplomeerde verpleegster, met een salaris van f 4 per dag, moet beschikbaar stellen, daarbij komt dan ook nog haar kost en inwo- nen, met speciale bediening, was desinfectie- middelen enz., omdat die verpleging absoluut afzonderlijk moet gehouden worden. Als men dan nagaat, dat een verpleeggeld van f 3 wordt berekend, valt gemakkelijk na te rekenen, dat het ziekenhuis er op tekort komt. Het bestuur doet het volstrekt niet uit philantropisoh oog- punt, en omdat het el- op wil toeleggen, maar omdat men hoop heeft, dat er niet dikwijls pa tienten zullen liggen. Het is dus onjuist, als men zegt, dat het duur is, want als er drie tot zes weken een patient in komt, moet er geld bij. Waar men hier staat voor het nemen van maatregelen om in de gelegenheid te zijn lijders aan besmettelijke ziekten te verplegen, meent spreker, dat het de voordeeligste weg is, deze overeenkomst te sluiten. De gemeente kan ook zelf een barak bouwen, maar als men dan re- kent de kosten van onderhoud, verplegend per- soneel enz. enz., zal het zeker niet voordeeliger uitkomen. De heer VAN CADSAND meent, dat, indien de gemeenteraad er toe overging om clit con tract te sluiten, er ook de bepaling aan zou moeten worden toegevoegd, dat de lokalen voor de lijders aan besmettelijke ziekteti gebruikt, niet voor andere patienten mogen worden ge- bezigd, daar op dezen anders de besmetting kan overgaan. Het is natuurlijk voor andere pa tienten niet aangenaam, als men daarin wordt ondergebracht. De heer VAN DEN OUDEN begrijpt ook niet, dat er van klasseverpleging wordt gespro ken, hij dacht dat in de barak alle patienten bijeen lagen. De heer NOLSON deelt mede, dat er in de barak afzonderlijke kamei's zijn, doch ook ge- meenschapszalen. De heer VAN CADSAND zegt nog, dat hij, in het ziekenhuis verpleegd moetende worden, er niet grootsch op zou zijn, als hij in de barak werd gebracht. .De VOORZITTER zegt, dat dit niet gebeurt, als de gemeente bedden reserveert, kan daar voor voor andere gevallen geen gebruik wor den gemaakt. Wel kunnen er ook van andere gemeenten bedden worden gereserveerd, even- eens voor de behandeling van besmettelijke ziektegevallen, Daar komen echter geen ge wone zieken. De heer VAN CADSAND: Dat was ook mijn bedoeling. De VOORZITTER wijst den heer Van den Ouden nader op het advies van den inspecteur voor de Voiksgezondheid, waaruit blijkt, dat deze de thans voorgestelde regeling voor staat. Burgemeester en wethouders meenen, dat het een te belangrijk bedrag zou vergen, als de ge meente zelf een barak inrichtte. Er zal bij het bestuur zeker geen bezwaar bestaan, als de gemeenteraad 5 bedden wenscht te reserveeren, maar burgemeester en wethouders meenen met 3 te kunnen volstaan. De door den heer Nolson gemaakte opmer- kingen kunnen bij de behandeling der overeen komst besproken worden. De heer HAMELINK meent, dat hier bedoeld wordt, een verplegingsgelegenheid voor de ge vallen, dat het hoofd der gemeente in het al gemeen ingrrjpt en verpleging in het ziekenhuis gelast, niet voor degenen die er eigener be- weging ingaan. De VOORZITTER noemt die opvatting juist, voor de laatsten heeft de gemeente geen ver- antwoording. De heer DE JAGER vraagt, voor wiens re- kening een eventueele lijder uit een andere ge meente, die hier vertoeft, moet worden ver pleegd. Wordt voor zoo iemand ook over een der bedden van de gemeente beschikt? De VOORZITTER merkt op, dat dit een kwestie is, die buiten de thans aanhangige zaak staat. Het contract heeft alleen ten doel, de gemeente de beschikking over 3 bedden te vej zekeren, ten behoeve van lijders aan besmette lijke ziekten, die in het ziekenhuis behooren te worden verpleegd. Ingezetenen zullen voor vreemdelingen gaan, en voor wiens rekening personen als door den heer De Jager bedoeld zullen moeten worden verpleegd, kan nader uit- gemaakt worden. Indien de verpleging plaats had als politiemaatregel, zou zij ten laste van ue gemeente komen en was het een armlastige, dan zou het armbestuur er voor moeten zorgen. De heer DE JAGER kan begrijpen, dat, als de opname een zaak van algemeen is, dat dan de algemeene kas de kosten draagt. Overgegaan wordt tot de artikelsgewijze be handeling def overeenkomst. Artikel 1 wordt goedgekeurd met algemeene stem men. Artikel 2. De heer NCLSON geeft te kennen, dat de vereeniging geen bezwaar heeft tegen de ver- voerkosten, maar wel tegen de kosten van ont- smettmg der voor het vervoer gebruikte rijtui- gen of auto's, want het is bij het vervoer der patienten uit Axel gebleken, dat dit een aan- merkelijk bedrag vorderde. Tegen de „vervoer- kosten" bestaan geen bezwaar, als de gemeente maar voor het ontsmetten wil zorgen. De heer HAMELINK meent, dat het een groot verschil uitmaakt, op welke wijze de lij ders in het ziekenhuis worden gebracht. Het beschikt ook over een brancard, en als de lij ders daarmede worden vervoerd, behoeven ook geen hooge kosten voor ontsmetten van rij- tuigen of auto's te worden gemaakt. De heer NOLSON betoogt, dat een brancard meer gebruikt wordt bij gelegenheid van onge- vallen, maar als een zieke moet vervoerd wor den, zal deze er over het algemeen bezwaar tegen maken, overgebrdcht te worden met de brancard al was het maar alleen om de bijzon- dere aandacht die dat vervoermiddel wekt. Hij meent, dat het gewenseht is, dat omtrent die vervoerkwestie een modus vivendi gevonden wordt. De heer HAMELINK wil er zich bij neerleg- gen, dat de ontsmettingskosten door de ge meente worden betaald, mits het ziekenhuis, dat over de noodige middelen beschikt, voor de ontsmetting zorgt tegen den kostenden prijs, want hij meent, dat het niet noodig is, dat het ziekenhuis op dat ontsmetten nog eens een winst zou gaan maken van misschien 100 De heer NOLSON zegt, dat er niets tegen is, dat het ziekenhuis er tegen den kostenden prijs voor zorgt. De heer HAMELINK vraagt thans, of de ge- neeskundige die de zieken behandelen moet, door het ziekenhuis wordt aangewezen, dan wel of er vrije keuze is. Dit is voor hem in deze de hoofdvraag en hij blijft daaromtrent conse quent aan zijn vroeger ingenomen houding. De VOORZITTER antwoordt, dat het de be doeling is, dat de geneeskundige behandeling zal geschieden door de geneesheeren die werk- zaam zijn aan het ziekenhuis. De heer HAMELINK: Dan praat ik er niet meer over, dan is het voor mij niet aannemelijk. De heer DE RIDDER wijst er op, dat hier toch geen kwestie van het verleenen van sub sidie betreft, doch alleen van het beschikken over bedden voor lijders aan besmettelijke ziekten. Men kan nu toch hierover weer niet de geheele vroegere discussie gaan heropenen? De heer HAMELINK vraagt nogmaals, wie, in een geval dat de voorzitter opneming in het ziekenhuis gelast, de kosten moet betalen. De VOORZITTER meent, dat dit met het rijk zal moeten uitgemaakt worden en overigens, dat dit voor rekening komt van de patienten die betalen kunnen. De heer HAMELINK is het met dit laatste niet eens, en meent, dat, indien de burgemees ter uit oogpunt van algemeen belang gelast, dat een patient lijdende aan besmettelijke ziekte ter verpleging naar het ziekenhuis moet worden overgebracht, dat men dan niet het recht heeft, de kosten ten zijnen laste te bren- gen. Indien men hem althans in zoo'n geval de doktersrekening thuis stuurde, zou hij die niet betalen. Men moet niet uit het oog ver- liezen, dat dan zoo'n patient in het ziekenhuis wordt verpleegd buiten zijn wil, in het belang der algemeene voiksgezondheid. Indien men met hem van oordeel is, dat de kosten niet ten laste komen van den betrok- ken patient, zal hij er zich overheen zetten, dat er geen vrije keuze van geneesheer zal zijn. De VOORZITTER kan nog niet met den heer Hamelink instemmen, er op wijzende, dat over- heidsbemoeiing nog geen overheidszorg be- teekent. De heer DE RIDDER zou het jammer vin- den, als de heer Hamelink in deze zaak zou tegen stemmen, hij wijst er op, dat, als de ge meente zelf een barak zou moeten bouwen, de kosten veel hooger zouden komen. Het is toch in het belang van de algemeene voiksgezondheid, dat deze overeenkomst ge troffen wordt. De heer HAMELINK: En in dat van het ziekenhuis! In de besprekingen heeft de raad al een paar malen gehoord, dat er vermoedelijk niet druk gebruik van gemaakt zal worden en het slechts tot de uitzondeiingen zal behooren. Op grond daarvan acht spreker het gevraagde bedrag van f 309 te hoog en stelt voor, dit terug te brengen tot f 100 per bed en per jaar. Kan de voorzitter de gevallen noemen, waarin patien ten zijn verpleegd op last van het gemeente bestuur De heer NOLSON meent, dat de discussie op een verkeerden weg gaat. De zaak is, dat de gemeente verplicht wordt, maatregelen te ne men, om een gelegenheid te hebben voor het verplegen van lijders aan besmettelijke ziek ten. Burgemeester en wethouders hebben ge- meend dit het best te kunnen oplossen door het treffen eener overeenkomst met het bestuur van het ziekenhuis. dat daarvoor een barak be- zit. Ze hebben gevraagd naar de voorwaar- den. die zijn verstrekt, burgemeester en wet houders stellen voor er op in te gaan, en de raad moet nu beslissen of men dezen weg zal inslaan dan wel zelf een barak zal bouwen. Het door het ziekenhuisbestuur gevraagd be drag is, zooals spreker reeds heeft aangetoond, absoluut niet overdreven, getuige, dat het rijk zelf voor een bed f 535 betaalt. Als er een te groot bedrag gevraagd werd, dan zou spreker er ook tegen zijn, want hij zit hier niet ter be- hartiging van de belangen van het ziekenhuis, maar van de algemeene gemeentebelangen. En hij stelt de vraag zoo: hoe kunnen we het goed- koopst aan onze verplichtingen in dit opzicht voldoen De heer SCHEELE meent, dat de zaak zui- ver is. Gaat de raad hierop niet in, dan moet worden gebouwd, en hij kan niet inzien, dat in deze overvraagd wordt. Misschien zijn'de op- merkingen van den heer Hamelink juist, dat het goedkooper kan, omdat ook een lid van het dagelijksch bestuur meent, dat het te duur is, maar indien dit niet nader wordt aangetoond, zal hij voor het voorstel stemmen. De VOORZITTER betoogt, dat het geheele geval is, dat de gemeente per jaar 900 zal betalen, en daarvoor de beschikking krijgt, om drie lijders aan besmettelijke ziekten aan te wijzen voor het bezetten van die bedden. Zijn hot patienten die zelf kunnen betalen, dan krijgen ze door bemiddeling van het gemeente bestuur de beschikking over een bed, en zor gen dan zelf voor hunne verpleging, terwijl in andere gevallen ook in de betaling der verple ging zal moeten worden voorzien. Gaat de gemeenteraad hierop niet in, maar besluit men om zelf een barak te bouwen. dan komt men ook te staan voor het onderhoud, voor de meubileering. verpleging en wat dies- meer zij. Hij meent, dat men het verstandigste doet, door een overeenkomst te treffen met het ziekenhuis. De heer COLSEN meent, dat wel eens zou dienen te worden uitgemaakt, wie de kosten betalen zal, als de patienten zelf niet kunnen betalen. De VOORZITTER meent, dat die vraag niet bij het maken dezer voorziening aan de orde komt. Die kwesHe zou toch r;et de kapstok kunnen zijn, om de rest aan op te hangen. Het aantal ziekte-betalende patienten zal naar sprekers meening niet zoo groot zijn. Boven- dien is het van het grootste belang, dat de ge legenheid voor verpleging van L'jders aan be smettelijke ziekten er komt. Het m het vorig jaar in het Land van Cadsand gebeurde, is een ernstige waarschpwing. Deze verplichting i u op alle gemeenten. De heer HAMELINK vraagt, of de voor zitter nu werkelijk van meening is, dat de ge meente zou verplicht worden een barak te bouwen, indien deze overeenkomst met het ziekenhuis eens niet gesloten wordt. Het komt hem wel vreemd voor, dat deze kwestie juist aan dt orde is gekomen, juist nadat de raad hier een kwestie met betrekking tot het zie kenhuis heeft behandeld. Hij zou dan toch de kosten-berekening van een barak ook wel eens willen kennen, teneinde te kunnen nagaan, wat ten slotte het voordeeligste zal zijn, want ook bij hem staat het vast, dat er weinig gebruik van zal gemaakt worden. En de heer Nolson sprak daar van werpleeg-stei s van f 4, maar dat is oogverblindi&g, want er is in het ziekenhuis geen enkele vepleegster, die f 4 per dag krijgt. Als de vereeniging zegt, dat het er haar niet om te- doen is, om hieruit een slaatje te slaan, dan kon, naar sprekers meening, best op zijn voorstel worden ingegaan, om -den prijs per bed te stellen op 100. Spreker heeft den indruk, dat, indien het bestuur van het ziekenhuis de subsidie had aanvaard, die de gemeenteraad heeft aange- boden, deze circulaire niet zou te voorschijn zijn gekomen, en dat het alleen de bedoeling is, op deze wijze wat binnen te halen van de subsidie, die langs anderen kant geweigerd is. Hij zou wel eens aan andere gemeenten de vraag gesteld willen zien, of ook zij een derge- lijke aanschrijving hebben gehad. Het maakt op hem geheel den indruk, dat iemand, die nauw betrokken is bij het ziekenhuis, ter an dere plaats druk heeft uitgeoefend, om deze aanschrijving uit te lokken, en hij zou wel eens willen zien, of gedeputeerde staten, als de ge meenteraad geen contract met het ziekenhuis aangaat, den brutaien moed zoqden hebben de gemeente tot het bouwen van een barak te ver- plichten. Het bestuur heeft'de gemeentelijke susidie- onder de door den gemeenteraad gestelde voor waarde van vrije artsenkeuze, zooals vroeger, niet willen aanvaarden en weigert liever die subsidie dan toe te geven. Ondertusschen is het toch een feit, dat iemand van het verple gend personeel der inrichting, ziek zijnde, zich door een ander dan den geneesheer-directeur laat behandelen. Het bestuur van de vereeni ging tot ziekenverzorging heeft zich vergist. Dit is geen vergissing waarvoor spreker en zijn medestanders een burgerwacht in het leven zullen roepen, doch laat het bestuur zijn ver gissing erkennen, laat het de vroegere regeling herstellen en de subsidie aanvaarden, dan is men van al dat geklier af! En spreker is van meening, dat, indien men eens zou komen met een kosten-berekening voor het stichten van een barak, die aanmerke- lijk lager zal komen, dan het vaste bedrag, dat we nu aan het ziekenhuis zouden moeten geven. De heer DE RIDDER meent, dat het toch te ver gaat, om te betoogen, dat een bestuurslid van het ziekenhuis misbruik zou hebben ge maakt van zijn positie als lid van gedeputeerde staten, om de gemeente zoo'n circulaire op haar dak te sturen. Het is een algemeene aan schrijving, die iedere gemeente van Zeeuwsch- Vlaanderen heeft gehad. De heer HAMELINK: Juist, van Zeeuwsch- Vlaanderen! De heer GEELHOEDT wil even opmerken, naar aanleiding der bemerking van den heer Hamelink, dat inbreuk zou gemaakt zijn op de regeling van het ziekenhuis, dat de directrice van het ziekenhuis zich door een ander dan den geneesheer-directeur heeft laten behandelen, maar dat de directrice geen verpleegde is en dus niet onder de regeling voor de patienten valt. De heer HAMELINK: Het getuigt toch niet van vertrouwen in den dokter van het zieken huis, en het is een slecht voorbeeld. De heer NOLSON moet ook protesteeren tegen de verdachtmaking, dat een bestuurslid van het ziekenhuis als lid van gedeputeerde staten misbruik zou hebben gemaakt van zijn positie voor het doen toezenden dezer circu laire en wijst er op, dat de circulaire een ge- volg is van de aanschrijving van den inspec teur voor de voiksgezondheid, wiens aandacht op het gemis aan gelegenheid tot verpleging voor lijders aan besmettelijke ziekten in Zeeuwsch-Vlaanderen is gevallen, toen er ver schillende lijders aan typhus en dysenterie kwamen en in het land van Cadsand bleek, dat gemis aan die gelegenheid voor lijders nood lottige gevolgen had. Dat heeft echter niets met het ziekenhuis te Ter Neuzen te maken. Die inrichting krijgt nu eenmaal de subsidie niet, zooals het bestuur die wenschte, en daarmede is het uit. Spreker had gehoopt, dat het niet noodig zou geweest zijn, daarover vandaag weer eens te spreken. De verondersteiling, dat en .de inspecteur Voor de voiksgezondheid, en gedeputeerde sta ten van Zeeland zich zouden laten leenen, om op deze wijze het ziekenhuis aan geldelijke bij- dragen *e helpen, acht spreker zoo gezocht, dat die, naar zijn meening, verder buiten beschou- wing kan blijven. De heer HAMELINK blijft toch wijzen op het samenvallen van de circulaire en de zie- kenhuiskwestie, waar de inspecteur den toe- stand op dit gebied hier toch al lang kende en hij vraagt bij vemieuwing: is dan zoo'n dergelijke circulaire ook gezonden naar de ge meenten in Limburg en Groningen? Hij zou nog wel willen zien uitgemaakt, of de gemeen te tot het bouwen eener barak zou kunnen wor den verplicht. Spreker wil ook wel medewer- ken aan het treffen eener voorziening, doch meent, dat de voorgestelde manier te duur komt en zou daarom van de andere manier ook wel eens een volledige kosten-berekening zien opgemaakt. Laat men dan in afwachting daar van de beslissing aanhouden, dat zal toch zoo lang niet behoeven te duren. 4 Hij voorziet, dat er heel weinig van zal wor den geprofiteerd. En als het dan het bestuur van het ziekenhuis niet om winst te doen is, laat ze dan de vergoeding van kosten vinden in een bij slag op dc verplegingskosten als er patienten zijn, dan hebben ze ook geenerlei risico. Dat zou veel reeeler zijn, maar spreker meent, dat ze hierop wel niet zullen ingaan, want dat het er meer om te doen is een vaste bron van inkomsten te krijgen. Dat mocst het bestuur dan echter liever maar ruiterlijk er kennen. Ten slotte wijst spreker er op, dat de voor zitter nog steeds in gebreke gebleven is, het aantal gevallen te noemen, dat lijders aan be smettelijke ziekte een afgezonderde verpleging noodig hadden. Indien er zooveel geweest zijn, zal het toch wel gemakkelijk vallen, er eenige te noemen. De raad zou dan daarmede, bij het verleenen van deze verkapte subsidie, rekening kunnen houden. De heer DE RIDDER gelooft, dat de circu laire naar de gemeenten in Zeeuwsch-Vlaande- ren gezonden is, omdat den inspecteur bleek, dat we hier op dat gebied nog zoo achterlijk zijn. De kwestie is thans, hoe kunnen we ons in tijden van besmettelijke ziekten daartegen op de beste wijze beschermen en dan zal de goedkoopste wijze tcch wel de meest aanneme- lijke zijn, waar dit tevens een goede is. Moe- t:.n we nu een ftieuwe barak bouwen, of de Ook voor kinderen zijn Foster's Maagpillen het ideale laxeermid- ael, gemakkelijk in te nemen en aangenaam van smaah. Prijs f 0.65 per flacon, alom ver- krijgbaar. 5 overeenkomst aangaan met het ziekenhuis? De heer DE JAGER merkt op, dat de over eenkomst eigenlijk maar wordt aangegaan voor een jaar. Dat kan gelden als een jaar proef en dan zou ondertusschen het bestuur het re- sultaat van de overeenkomst eens kunnen na gaan en nader aan den raad mededeelen, hoe het aan de berekening van 300 per bed komt. De heer NOLSON acht dat geen bezwaar. De VOORZITTER meent, dat men aan het bestuur van het ziekenhuis de vrijheid moet laten de subsidie aan te nemen of te weigeren, al naar het meent, dat het 't meest in het be lang van het ziekenhuis is. Wat betreft de verschijning der circulaire deelt hij mede, dat de aandacht van Dr. Hulshof of de vele ziekte en sterfgevallen aan besmettelijke ziekten in Zeeuwsch-Vlaanderen is gevestigd door dokter Cammaert. Alzoo zou deze als de aanleidende oorzaak der circulaire kunnen worden be- schouwd. De heer Hulshof heeft toen de bur- gemeesters dezer streek bijeen geroepen en de wenschelijkheid betoogt, dat er in verplegings- inrichtingen voor die gevallen zou worden voorzien. En nu zou het zeker wel te ver voe- ren, om iedere gemeente te verplichten een ba rak te bouwen, maar een gemeente van zoo na- bij 10.000 zielen, kan toch niet nalaten in deze de noodige voorziening te treffen. Artikel 3 wordt goedgekeurd met algemeene stemmen. De heer HAMELINK vraagt, naar aanlei ding. van artikel 4, wat de opname van het daarin vervatte tarief beteekent. Hij blijft van meening, dat de kosten van verpleging voor de patienten die daarin op last van den burge meester worden opgenomen, niet ten hunnen laste kan worden gebracht. Als het ziekenhuis met een tarief van f 3 niet kan toekomen, heeft hij er geen bezwaar tegen, dat het be drag wordt verhoogd, maar hij meent, dat, aan- gezien die patienten voor rekening der ge meente moeten worden opgenomen, en geen verschil in de kosten mag zijn, daar zal hij zich tot het uiterste tegen verzetten. De VOORZITTER meent, dat de heer Ha melink er hier naast is. Indien er in het con tract geen prijs wordt vastgelegd, dan kan aan de patienten zooveel worden gevraagd, als het ziekenhuisbestuur wenscht en burgemeester en wethouders wenschen deze bedragen in het contract vast te leggen, ter bescherming van het publiek. De huur der bedden wordt betaald uit de gelden der belastingbetalende burgers. Nu willen burgemeester en wethouders claar- tegenover voor hen een waarborg, dat ze in het ziekenhuis verpleegd wordende niet meer dan de hier aangegeven bedragen zullen moeten be talen, naar gelang van de klasse waarin ze ver pleegd wenschen te worden. Als het patienten betreft die als politiemaat regel en van wege de gemeente zullen worden verpleegd, dan geldt daarvoor het laagste ta rief. De heer HAMELINK vraagt, of het zieken huisbestuur zich dan verplicht om alle patien ten voor die bedragen te verplegen, ook die welke er niet op bevel van den burgemeester naar toe gaan. De VOORZITTER: Dat geldt voor alle pa tienten. Het bestuur heeft dat uit zichzelf aldus aan- geboden. De heer HAMELINK: Zoodat dus het be stuur later de tarieven niet meer kan veran- deren, voor deze patienten, zonder toestemming of met goedkeuring van den gemeenteraad. De VOORZITTER bevestigt dit. De heer SCHEELE heeft het ook opgevat, dat, al worden er meer dan 3 lijders aan be smettelijke ziekte verpleegd, ook voor die an deren hetzelfde tarief geldt. De heer NOLSON: Ja, dat is zoo. De heer HAMELINK: Er blijkt, dat het be stuur met die opvatting accoord gaat. Spreker betwijfelt tegenover den heer Nol son nog, of de gemeente wel zou kunnen wor den verplicht, tot het bouwen van een barak en betoogd voorts, dat, indien het hoofd der gemeente invloed uitoefent op de opname van een patient, men het recht mist, hem daarvan de kosten te laten betalen. De heer NOLSON zet nog nader uiteen, dat het door de vereeniging gevraagde bedrag per bed niet te hoog is, dat men dit bedrag alleen kan stellen omdat men de hoop koestert, dat er niet te dikwijls gebruik van zal worden ge maakt, want dat, als er maar 1 patient is, er heel wat geld per dag bij moet. En de veree niging gaat dat accoord ook niet aan uit zui- vere philantropie, de inrichting moet in stand kunnen worden gehouden. Daarom is er een voordeel gelegen in een vaste jaarlijksehe bij- drage. De regeering betaalt voor een bed nog een paar honderd gulden meer. De heer GEELHOEDT bevestigt, wat het tekort betreft bij eventueele Verpleging, de woorden van den heer Nolson. De heer HAMELINK blijft nog van meening verschillen over de betalingskwestie. Hij wijst er op, dat men bij opname in het ziekenhuis 14 dagen vooruit moet betalen. Bij wie zal men nu, als er een patient wordt opgenomen, de kwitantie presenteeren De heer GEELHOEDT: Bij hem zelf, als hij het betalen kan! De heer HAMELINK: Ik hoop, dat ik het niet noodig heb, maar ik zou betaling weigeren. Art. 4 wordt goedgekeurd met 8 tegen 3 stemmen. Voor stemmen de heeren De Ridder,- Geel- hoedt, Van Hasselt, De Jager, Scheele, Van den Ouden, Van Cadsand en Nolson. Art. 5. Daarin wordt. in verband der opmer- king van den heer Nolson ingelascht, dat de toegang voor het gemeentebestuur, als er pa tienten zijn, zich beperkt, tot de uren voor het ziekenbezoek vastgesteld. De heer HAMELINK veronderstelt, dat het gemeentebestuur er, als er patienten verpleegd worden, lijdende aan besmettelijke ziekten, dan juist niet te druk komen zal. Het gewijzigde artikel wordt met algemeene stemmen goedgekeurd. Artikel 6. De heer NOLSON maakt daartegen bezwaar, omdat er uit gelezen kan worden, dat, indien de vereeniging van de gemeente subsidie zou ontvangen, zij verplicht zou zijn de patienten geheel gratis op te nemen en te verplegen. Dit kan toch niet de bedoeling van burgemeester en wethouders zijn. De VOORZITTER erkent dit. Hij stelt voor, het artikel te wijzigen, zoodat daarin gelezen wordt, dat, wanneer de gemeente aan de ver- eenigihg subsidie zal verleenen, de betaling der kosten, bedoeld in artikel 3, vervalt. De heer NOLSON neemt daarmede genoe- gen. Het artikel wordt met algemeene stemmen vastgesteld, evenals artikel 7, waarin de aan- vang der overeenkomst wordt bepaald op 1 Juni a.s. De geheele overeenkomst wordt daarna vast gesteld met 7 tegen 4 stemmen. Voor stemmen de heeren De Ridder, Geel- hoedt, De Jager, Scheele, Van den Ouden, Van Cadsand en Nolson: tegen stemmen de heeren Colsen, Hamelink. Van Driel on Van Hasselt. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1922 | | pagina 3