ALGEMEEN NIEUWS- EH ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEOWSCH-VLAANDEREN. Levert de fijnste soorten HONIRGKOEK. No, 7281 Vrijdag 31 Maart 1922. 70e Ja&rgang. DEAMWET" Verordeoiug op de kenriag van wareo. Uit het hooge Nooiden. Stoom-, Koek- Beschuitfabriek „ST. ANTOINE b u i tTn lTnIT glHMENLANO. BEBSrE JBILiAAXO BEKENDMAKING. De Burgemeester en Wethouders van Ter Neuzen R B C L A M a Opslagplaats voor Ter Neuzen en OmUreken: Firma Wed A. H. DONZE, I De Burgemeester van TER NEUZEN maafet be- lierid, dat bij zijn besluit van heden aan JOIIANNIS ADRIAAN ECKHARDT, broodbakker, wonende te Ter Neuzen, Nieuwstraat No. 24, vergunning isver- leend tot het verrichten van bakkersnachtarbeid, tnsschen 8 uur des namiddags en 6 uur des voor- raiddags, onder voorwaarde, dat geen deeg of brood, dat op denzelfden dag is bereid of opgewarmd, het gebonw waarin de broodbakkerij zieh hevindt, of andere door den Minister van Arbeid aangewezen ruirnten verlaat tnsschen 10 uur des namiddags en 9 uur des voormiddags. Zulleride deze vergunning gelden voor den tijd van een jaar. Ter Neuzen, den 30 Maart 1922. De Burgemeester voornoemd, J. HUIZINGA. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN brengen ingevolge artikel 12, le lid derlfrankwet, ter openbare kennis, dat bij hen zijn ingekomen verzoekschriften om vergunning voor den verkoop van sterken drank in het klein van AMATUS ALOIJSIUS EUGENIUS VER.MAST, van beroep cafe- houder wonende alhier en van DAVID HaRTOG, wonende te Ter Neuzen, van beroep boekhouder, respectievelijk voor de voorlokaliteit van het perceel plaatselijk gemerkt no. 69, en gelegen aan de Dijk- straat, aldaar en voor het rechtervoor- en rechter- achterlokaal en het linkervoorlokaal en de serre van het perceel plaatselijk gemerkt 56/58 en gelegen aan de Nieuwstraat. Binnen twee weken, na deze bekendmaking is geschied, kan ieder tegen het verleenen van deze vergunningen schriftelijk bij Burgemeester en Wethouders bezwaren inbrengen. Ter Neuzen, 31 Maart 1922. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris. doen te weten, dat door den Raad dier ge- meente in zijne vergadering van 16 Maart 1922, is vastgesteld devolgende verordening: Art. 1. Deze verordening verstaat onder „waren" hetzelfde wat artikel 1 van de Waren wet, Staatsblad 1919, no. 581, claaronder ver staat. Met „verkoopen'wordt in deze verordening gelijk gesteld: a. het ten verkoop in voorraad hebben; b. het aflevei-en; c. het uitstallen; d. het vervoeren; e. het te koop of in ruil aanbieden; f. het uitdeelen; g. het aanwezig hebben op markten; h. het aanwezig hebben in winkels, wonin- gen, bergplaatsen, werkplaatsen, fabrieken, stallen, voer- of vaartuigen of op erven bij fabrikanten, kooplieden, winkeliers, slijters of venters in gebruik. Het aanwezig hebben van waren in wonin- gen of stallen wordt met verkoopen niet gelijk gesteld voor zoover de onder letter h genoemde personen aannemeljjk kunnen maken, dat ae aanwezige waren uitsluitend bestemd zijn voor eigen gebruik. Art. 2. Het is verboden waren te verkoopen, die ondeugdelijk van samenstelling zijn of die in ondeugdelijken toestand verkeeren. Art. 3. Het is verboden waren te verkoo pen, die bij gebruik overeenkomstig de be- stemming voor het leven of de gez<*dheid schadelijk zijn of kunnen zijn. Art. 4. Het is verboden waren te verkoo pen, die niet voldoen aan de eischen, of ten aanzien waarvan niet voldaan is of wordt aan de eischen. gesteld krachtens de Warenwet, Staatsblad 1919, no. 581, met uitzondering van artikel 16 dezer wet. Art. 5. Hij die waren verkoopt of die voor het bereiden van waren grondstoffen bewerkt of verwerkt, is verplicht aan de ambtenaren, bedoeld in artikel 7 op aanvrage onmiddelli] die waren en die grondstoffen, alsmede de zelfstandigheden, voorwerpen of gereedschap- pen, die bij den verkoop, de bereiding, ver- vaardiging, samenstelling, verpakking, be waring, behandeling of het vervoer van waren gebruikt worden, te vertoonen en desverlangd ter hand te stellen. Art. 6. Overtreding van eenige bepaling van deze verordening wordt gestraft met hechte- nis van ten hoogste zes maanden of geldboete van ten hoogste twee duizend gulden. De wa ren, met betrekking waartoe de overtreding is begaan, kunnen worden verbeurd verklaard. Art. 7. Met het opsporen van overtredingen, bij deze verordening strafbaar gesteld, zijn belast de ambtenaren, bedoeld in artikel 18 der Warenwet (staatsblad 1919, no. 581). Art. 8. Deze verordening kan worden aange- haald als keuringsverordening voor de gemeen- te Ter Neuzen. Art. 9. Deze verordening treedt in werking op den derden dag na dien, waarop zij is afge- kondigd. Zljnde deze verordening; door Gedeputeer- de Staten van Zeeland bij besluit van 24 Maart 1922, no. 193, 3e afd., goedgekeurd. En is hiervan afkondiging geschied naar het behoort den 31 Maart 1922. De Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris. XIX. Waarover anders zou ik ditmaal het heb ben van over den Briel. Zal toch niet op 1 April in tegenwoordigheid van de Koningin feestgevierd worden, omdat het op dien dag 350 jaar geleden is, dat de geuzen het stadje veroverden en dat daardoor het sein van den hernieuwden opstand van Holland tegen het gouverneurschap van den hertog van Alba gegeven werd, waardoor Holland zich vrijvocht, zij het dan ook niet zonder dat het in de volgende jaren vreeselijk heeft ge leden, toen Haarlem werd uitgemoord en Leiden uitgehongerd. Die feestviering is het werk van den bekwamen schrijver van hi- storische verhalen Johan Been. Ook ik heb hem mijn penr.ingske geofferd voor de mooie bronzen gedenkplaten, die aan den toren, aiwaar voor het eerst de prinsenvlag gewap- perd heeft, zullen worden ontltuld. Wie kan aan den aller harten innemenden jovialen Been iets weigeren, als hij vraagt! U de geschiedenis herbalen, hoe door te- genwind de vloot der geuzen or.der bevel van den woesten wreedaard Lumey het vaar- water van den Briel inliep, hoe de veerman Koppelstok den hem bekenden kapiteinTres- long over te halen wist om het stadje te ver- overen, dat zal ik niet, want elk Nederlander herinnert dat zich wel. Maar ik wil u naar aanleiding daarvan toch iets vertellen, juist omdat op dit punt het schoolonderwijs zoo bedroefd slechtis. Onze geschiedenis-school- boekjes lijden aan het euvel, dat onze histo- rie-opvatting nog steeds beheerscht wordt door de voorstelling oudtijds gegeven, toen men al de gebeurtenissen bezag van uit een partijstandpunt. Zoo vestigde zch de iegende, dat onze op- stand tegen Spanje een geloofsopstand was geweest. Natuurlijk waren er onder de onstandelin- gen, die medestreden, omdat familieled.en gestorven waren op 't schavot wegens ket- terij, maar de opstand zelf was er 'een om van het buitenlandsoh gezag af te komen, dat met de wetten en privileges des lands te weinig rekening hield en dat door een hate- lijke belasting de burgerij wilde doen beta- len voor het onderhoud van een leger buiten- landsche huurlingen. In dien tijd stonden Nederland en Belgie samen als de zeventien provincign onder Filips II. De hervormingsbeweging had sinds 1525 hoofdzakeliik die streken bereikt. waar de zeevaart werd uitgeoefend en enkele handelsplaatsen met veel verkeer daarbui- ten. Het platteland was vrijwel geheel er- buiten gebleven. De bewaard gebleven ar- chiefstukken toonen aan, dat de ketterij werd gevonden in de landstreek geleiren tnsschen de zeekust en de spoorlijn: Nieuwe- schans, Groningen, Leeuwarden, Sneek, de tramlijn SeekLemmer, Noord-Holland (be- halve het Gooi), het westelijke deel van Zuid-Holland, Zeeland en Vlaanderen. 2°. dat het grootste deel der afvalligen woon- de in Friesland, Noord-'Holland en Vlaan deren en dat deze. (blijkens de vonnissen voor het overgroote meerendeel behoorden tot de Doopsgezinden. Nu staat vast, dat de Oostelijke provin- cien en Drente vrijwel geheel Katholiek wa- ten, toen de 80jarige oorlog begon en dat het aantal protestanten in Holland percents- gewijze vel grooter was. Zulke dingen zijn in de kringen der ken- ners onzer 16e eeuwsche historie sinds lang bekend. Meer nog onze grootste geschied- tchrijver wijlen Robert Fruin schreef een boek: „Het Voorspei van den SQjarigen oorlog", waarin hij gebruik maakt van al de historische documenten, die over de jaren, die aan den oorlog voorafgingen, en daar- mee aantoont, hoe de opstand tegen Spanje juist niet is voorbereid door een kerkelijke partij, maar dat het hier ging om politieke machtskwestiesHet was in 1572, toen de opstand opnieuw uitbrak, inderdaad een verzet tegen de invoering van de gehate be lasting, die men „de tiende penning" noem- de, waardoor bij elken verkoop van roerende goederen tien percent belasting moest wor den betaald. De hertog van Alba kende deze belasting uit zijn eigen hertogdom in Spanje. Daar echter werd geen handel van beteekenis ge- dteven. Maar een landstreek als Holland en Zeeland, waar de geheele nationale welvaart berustte op de buitenlandsche zeevaart en op den internationalen handel, waar een levendig goederenverkeer was en daarbij een uitgebreide industrie, die voor export fa- briceerde, kon onmogelijk den ondragelijken last dulden, dat iedere transactie van goe deren gepaard ging met een heffing van tien percent. Nu had Alba gedurende twee jaren erln tcegestemd, dat de staten der gewesten die belasting met een ronde som afkochten. Evenwel had hij in den loop van 1571 hft besluit genomen de invoering van den tien- den penning door te zetten. Nog gingen er eenige maanden van voorbereiding voorbij. In het voorjaar/van 1572 zou men met de heffing beginnen. Het gevolg was, dat overal in de 17 pro- vincien onder de gegoede handelaars en winkeliers een geweldige ontevredenheid begon te ontstaan. En toen eindelijk Alba besloot door te tasten en de hefting te be ginnen in Brussel, sloten de bakkers, vleeschhouwers en bierbrouwers in Maart hun zaken, zeggende, dat zij niet in staat waren om hun bedrijf voort te zetten. Ter- stond besloot Alba enkelen der voornaam- sten te doen gevangen nemen om hen in hun eigen winkeldeuren te laten ophangen. Reeds waren de stroppen gereed, toen de hi ding kwam, dat den Briel was veroverd. Terstond werd de terechtstelling afgelast, cm maatregelen te nemen den in Holland uitgebroken opstand te bestrijden. Natuurlijk herinnert ieder zich. hoe de graaf van Boussu met een Spaansche troe- penmacht werd afgezonden om den Briel te heroveren Het mislukte hem, doordat de timmerman Rochus Meeuwszoon een sluisje doorhakte, zoodat de Spanjaarden door het water werden verdreven. Op hun terugtocht kwamen zij in geprikkelde stemming te Rotterdam. Hier wilde men hen eerst niet inlaten, wat hun humeur niet verbeterde. Toen men hen ten slotte door de Oostpoort binnentrekken liet, sloegen de soldaten over tot baldadigheid, vermoordden een aantal burgers en plunderden de stad. Juist deze plundering en rnoord heeft het gelukken van den opstand bevorderd. Nu begreep men overal, dat men zich tegen de Spaansche huurlingen moest verweren. Lu mey was alleen van zins geweest om her veroverde den Briel te ylunderen en aan weer weg te varen. Twee vr,annen hebben dit belet: de geuzenkapiteins Treslong en Entes van Alentheda. Daardoor werd besloten de stad voor den prins te behouden en van hier uit aanvallen op anaeve piaatsen te doen. Deze aanvallen, gedaan met kleine tfoepjes, zijn wonderlijk goed geslaagd, doordat overal de burgerij zich aansloot. Het gevolg was, dat in een paar rnaanden tijd geheel Holland, behalve Amsterdam, de gehoorzaarnheid aan het Spaansche be- wind had opgezegd. Er volgde een bloedige veldtocht, die na de mislukking van het be- leg van Leiden eindigtje met de volledige terugtocht der Spaansche troepen uit Hol land. Ook Zeeland vocht in 1572 zich vrij en de Zeeuwsche wateren waren een paar jaren lang de plaats, waar herhaaldelijk ge- streden werd. Het eigenaardige nu is, dat men aanvan- kelijk volstrekt niet heeft vermoed, waartoe de venivering van den Briel leiden kon. Ja zelfs, toen de prins van Ordnje het gebeurde vernam, was hij er volstrekt niet mede inge- riomen, want hij vreesde, dat de gevolgen niet goed zouden zijn, omdat het een on- voorbereide daad trof, die,,als daarop geen nieuwe resultaten volgden, slechts nadeel voor de betrokken stad kon opleveren. Helaas is een der gevolgen van deze ver- cvering geweest, dat Lumey een verachte- lijke moordpartij heeft doen aanrichten, toen een aantal geestelijken gevangen in den Briel werden aangevoerd. Zijn onderbevel- bebber Marinus Brand had Gorkum ver overd, nadat hij aan de aldaar aanwezige geestelijken lijfsbehoud had toegezegd. Lumey, die een geweldig wraakgierig man was en in zijn dronkenschap ontoerekenbaar werd, heeft deze beiofte van Brand niet ge- teld en vlak buiten den Briel deze Gorkum- sche martelaren doen onvbrengen. Onom- wonden moet deze daad afgekeurd. Zij is een bewijs, hoe een oorlog steeds allerlei lage hartstochten ontketent. Maar nu nog iets: Ik geloof, dat men de inneming van den Briel te hoog aanslaat, door telkens feest te vieren, al is dat van de Briellenaren en van Been begrijpelijk. Dat was zeker het "begin van den opstand, maar dat had slechts hierom resultaat, omdat Holland en Zeeland inderdaad de heerschap- pij van Alba moede waren. Die inneming van den Briel was ten slotte niet meer dan een episode uit een langen strijd, waarin Nederland zich ontworstelde aan vreemde heerschappij en een zelfstandige staat werd. Verre boven elke andere verdienste gaat die van ons Oranjehuis, dat tachtig jaar lang dien oorlog geleid heeft. T. g. T. EERSTE KAMER. Vergadering van Donderdag. Aan de orde zijn de Indische begrooting en de Indische rariefwet. De heer Van Houten (vrijheidsb.) her innert aan de ontwikkeling van de Indi sche nationaliteit. Die ontnickeling moet Nederland trachten te leiden; de Indische bevolking mag nog niet aan haar zelf wor den overgelaien. Intusschen mogen de stroomingen onder de Inlandscne bevol king niei worden belemmerd, wanneer de ze blijven binnen de perken van orde eh gezag. Spreker oefent verder critiek op de In- disene belasangpolitiek en d.ingt aan op terugneming van de tariefswijzigfuig. De heer Van L.anschot (r.-k.) ve dedigt het ontwerp Tarie.fwet, maar dient een mode in, om waarborg te hebben, dat de speciale heffingen na 1922 niet meer zul len gelden. De heer Vliegen (s.-d.) wil meer rech- ten voor den Voiksraad en een andere sairiens/elling daarvan. TWEEDE KAMER. De motie van den heer De Muralt, tegen het onderbreken van den diensttijd der mi- liciens werd in ons vorig numraer abusief ge- meld als verworpen, zij is in de vergadering der Kamer van j.l. Dinsdag aangenomen met 42 tegen 41 stemmen. Dit wil daarom nog niet zeggen, dat de door den Minister vcorgestelde maatregel niet zal worden uit- gevoerd. In de vergadering van Woensdag werd na een warm debat met de stemmen van rechts tegen links aangenomen het voorstel van aen voorzitter om tegelijk met de marine- begrooting de vlootwet te behandelen. Eveneens werd met de stemmen van rechts tegen links aangenomen het voorstel van den Minister van Oorlog betreffende de kampementen, en de geheele oorlogsbegroo- ting werd aangenomen met 47 tegen 4.2 stemmen. In de vergadering van Donderdag werden verworpen de amendementen der S. D. A. P. 99 JOK. w. [d. SMWOE-*. c?. H E S J D E M, Tiiburg. Grossiers en Winkeliers schrijft ons nog heden en wij maken U bemonsterde offerte. Aanbevolen merken: Gouden Helm - De Parel - Ideaal - Reclame Candij - Reclame Ontbijt. tot verhooging van de Surinaamsche be grooting: dat inzake verbetering van onder- wijssalarissen met 47 tegen 17 stemmen, dat betreffende rioleering van Paramaribo met 45 tegen 14 stemmen, dat omtrent salaris- verhooging van twee telefonisten met 44 tegen 15 stemmen. De begrootingen van Suriname en Kolo- r.ien werden z. h. st. aangenomen. De suppletoire landbouwbegrooting 1920 wordt aagenomen met aanteekening van een tegenstem van den heer Teenstra (wilde), die wil protesteeren tegen te late indiening van het ontwerp. Aan de orde is de suppletoire landbouw begrooting 1921 (dekking van nadeelige saldi van crisisinstellingen). De heer Van Sasse van Ysselt (Kath.) vraagt nadere in- lichtingen over de zaak-Herzberger, direc- teur van het Rijkskantoor van Kleedingvoor- ziening, die de overgebleven kleeren ver- kocht aan Polen tegen veel te hoog com- missieloon. REKENINGEN BIJ POSTCHEQUE- EN GIRODIENST. Van 1 April af zal niet meer dagelijks, doch maandelijks aan de betrokken reke- ninghouders bij den postcheque en giro- dienst opgaaf worden gedaan van de kosten van de telegrammen zonder dadelijke be- taling door hen verzonden, behoudens, dat tusschentijdsche opgave en overschrijving van de verschuldigde bedragen moet plaats vinden, zoodra door een rekeninghouder een bedrag van 500 is verschuldigd. Ove- rigens kunnen op verzoek van de belang- hebbenden of ambtshalve in zeer bijzondere gevallen, tusschentijdsche overschrijvingen plaats vinden. HOOFDREDACT1E VAN „BE STANDAARD". De Standaard, het anti-revolutionaire hoofdorgaan schrijft: Toen Dr. Kuyper, door ziekte gedwongen, zijn arbeid aan De Standaard moest opge- ven, werd hij, zooals wij indertijd hebben meegedeeld, vervangen door een Commissie van Redactie, die de politieke leiding van ens blad verzorgde. Thans, nu de leider onzer partij, de heer h. Colijn, met 1 April zich geheel aan de zaak der Anti-revolutionaire Partij kan ge- ven, heeft hij met ingang van dien datum ook het Hoofdredacteurschap van ons blad aan- vaard, en neemt hij den arbeid der Commis sie van Redactie over. AFTREK VOOR NOODZAKELIJK LEVENSONDERHOUD. De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft, via Gedeputeerde Staten, het gemeen- tebestuur doen weten, dat hij bezwaar heeft tegen verhooging van den aftrek voor nood- zakelijk levensonderhoud bij de vaststelling van den aanslag in de gemeentelijke inkom- stenbelasting. Deze aftrek, vroeger J700 voor onge- huwden en f 800 voor gehuwden, was bij de behandeling der gemeentebegrooting ge steld op resp. f 700 en j 900. Zooals men zich herinneren zal, is ver hooging van den aftrek kort geleden ook voor Rotterdam geweigerd. DE 20.000e INWONER. Te Bussum, waar het aantal inwoners In de laatste jaren snel toenam, is thans het zielental tot 20.000 gestegen. Bij de aangifte van een doohtertje door H. de Bruin uit de Heidelaan, werd deze harte- lijk gelukgewenscht door den Burgemeester. waarna nog een verrassing-volgde. Van gemeentewege werd voor de jongge- borene een Rijkspostspaarbankboekje be- schikbaar gesteld, met inschriiving van f 100 over welk bedrag op haar 21 e jaar met de alsdan verschenen rente kan beschikt wor den. DE DIENST VAN DE „ZEELAND". De „Vee- en Vleeschhandel" meldt, dat de Londensche inporteurs en makelaars van Hollandsch vleesch in de a.s. wijzi- ging van den dienst der Maatschappij MZe£land" een groot nadeel zien voor hun zaken voor den Hollandschen vleeschhan del op Engeland. Zij hebben een bezwaar- schrift opgemaakt, geteekend voor zoo- Ver de tijd het toeliet door de meesten hunner, en een afgevaardigde hiermee naar ons land gezonden, om ter plaatse waar zulks diens.ig kan zijn, alle pogin- gen in het werk te stellen, de opheffing van den dienst VlissingenFolkestone te voorkomen. In het request wordt de aandacht er op gevestigd, dat de ervaring reeds lang heeft geleerd, dat Bishopsgate niet het station is in Londen, geschikt om eenige groote hoeveelheid vleesch te ontvangen en dat dit toch het station is, waar de Great Eastern zal aanvoeren, aangezien dit voor het Liverpool-street-station vele moeilijkheden oplevert. 't Is de overtuiging der onderteekenaars aldus bovengenoemd blad, dat hier de belangen van de Hoilandsche exporteurs en van den Londenschen -vleesehhahdel ernstig bedreigd worden. DE TOESTAND. Vlak voor Genua is het vooruitzicht met opwekkend, schrijft de N. R. Crt. De Duitsche rijkskanselier Wirth klaagt, dat de Genueesche conferentie tot inis.ukking gedoemd is, als men daar aan het herstel van Midden- en Oost-Europa wil werken, zonder er de kwestie van de schadever- goeding gelijk de commissie van herstel zich voorstelt haar te regelen, ter sprake te brengen. Hetzelfde gevoel heerscht in liberale Engelsche kringen. Zij hebben uit den treure betoogd, dat de conferentie met buitensluiting van de kwestie van de schadevergoeding, de ontwapening en de vredestractaten, niet veel nut kan hebben. Er is echter geen aanWijzing dat de Fran- schen van deze ,,,conditiones sine qua noh" willen afwijken. Men moet dus het opti- misme van den Engelschen eerste-Minlster hebben, om er goeds van te verwachten. Blijkbaar trekt de italiaansche :egeering met hem een lijn, Schanzer„ de nieuwe Minister van Buitenlandsche Zaken, heeft met hem te Londen geconferecrd en zou ook te Parijs overleg met Poincare hebben gehouden, indien hij niet zoo groote haast had gehad, dat hij niet kon wachten tot Poincare met den Ministerraad klaar was. Het ziet naar uit, of tut eenheidsfront van de geallieerden voor Genua nog niet ge- vormd is. Dit zou zijn bedenkeiijken kant kunnen hebben, warn te Genua komeh de geallieerden voor het eerst samen met de overwonnen naties, die daar evenveel recht op het woord zullen hebben, als de anderen. Meer id'an ooit hebben zij dus een. vaste politiek noodig. Het eenUeids- frcnt was in den oorlog niet uitvoerbaar, voor de geailieerden maarschalk Foch met het uitsiuiten-d opperbevel belasten. Pas daardoor werd het mogeiijk de ramp, die hel vijfde Engelsche leger onder generaal Gough getrotien had, te hersteilen. Nu eischt Lloyd George biijkbaar voor de pro- blemen van na den oorlog het uitsluitend opperbevel op. Hij wii er in elk geval een belangrijke rol spelen en slechts zoo is te verklaren, dat hij van de conservatieve partij zooveel gesiikt heeft als hij gedaarr heeft. Al zijn eischen zijn nu beperkt tot dezen eenen, dat het Lagerhuis Hem ver- trouwen voor Genua zal schenken. Hij heeft goeden riioed dit te krijgen. De Daily Herald jeremieert over het netelige parket waarin de arbeiderspartij verkeert, daar- zij de politiek van Genua moet voorstaan, maar dit niet anders kan doen dan door vertrouwen te befuigen iri een eersbe-Mi- nister dien zij verfoeit. Maar na Genua? Het vertrouwen zaj ait- drukkelijk uitgesproken worden voor den tijd dat de conferentie duurt. Daarna zal al het oude jzeer van de coaiitie weer aan den dag komen. Het zal vroeger of later tot een verkiezing in Engeland moeten komen, en wie dan aan her Oewind konit zal de uitvoerder worden van de oeslui- ten van Genua. Het komt nu niet alleen aan op het nemen van besluiten, maar daarna allerminst op den geest, waarin zij uitgevoerd worden. Een conservatief be- wind zou er een andere opvatting over kunnen hebben dan die van Lloyd George is. Er hangt dus nog wel heel veel in Je lucht en misschien meent de rransche politiek haren tijd nog te kunnen ai'wach- ten, tot zij zeker is„ of de geloofsbrieven van den Bruschen eerste-Minister langer geldigheidsduur hebben dan den tijd tus- schen Pascrten en Pmksteren. TER NEUZEN, 31 Maart 1922. DE ZEELANDIA-BIOSCOOP. De „Zeelandia-bioscoop" alhier had deze week groot succes met de vertooning van de film van Shackleton's laatste Zuidpool-ex- peditie. De schooljeugd van deze en omlig- gende piaatsen heett volop kunnen genieten van de belangwekkende opnamen, zoowel die der stille beelden als van de cinematisciie opnamen, welke van dezen tocht gemaakt zijn en men moet den moed bewonderen van I mammaSHBMWKUagaM&BMMBafennWMUIMW lllltMOBaWMIMM—— re9fBf®^3i*ssF2E^!i®^!ica< U RAIT

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1922 | | pagina 1