ALGEMEEN NIEUW8- EN ADYERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
Tee
M I L_I T I E.
MILITIE.
V A CCI1TA TIE.
7277.
Woensdag 22 Maart 1922.
70e Jaargang.
I L I T I E.
Vrijstelling vegeus Kostwinnerschap.
i L 1 T I E.
i LI T I E.
HINDERWET.
Herhalingsoefeningen in 192 2.
gratis VACCINATIE en REVACCINATIE
KIBZERSLIJST.
BINWEWLAND.
Het is noodig, zich ten minste een
half uur \6ov het vertrek van-den trein,
de train of de stoomboot aan het sta
tion of de aanlegplaats te bevinden.
B1JZONDERE BEPALLNGEN. Hij, die
zonder gcldige reden met voldoet aaii deze
oproeping, wordt, na daartoe door den
Minister van Marine verstrekten last, als
deserteur afgevoerd.
Hij, die zonder geldige reden zich te
laat aan boord aanmeldt, maakt zicb
strafschuldig.
Het niet-ontvangen van eene persoonljjke
kenmsgeviDg van ae oproeping ontbeit den
verlofganger geenszmsvan zpne verplichting
tot opkomst in werkelijken dienst, daar de
open bare kennisgeving, tenzjj de ver
lofganger zich op den dag van laalstbe-
doelde kennisgeving niet buitenslands op-
houdt en zjjn adres bij den Burgemeesier
bekeud is, EEN1G en ALLEEN als BE-
W1JS geldt, dat bij beboorlijk is opgeroepen.
vrijstelling wegens kostwinnerschap
hen „voldoende middelen tot levensonderhoud"
Het Yorenstaande geldt niet alleen
voor hen, die voor het eerst zijn inge
schreven, maar ook voor hen, die voor
de lichting var. net volgend jaar opnieuw
zyn ingeschreven. Tot dezen behooren
o. a. zij, die het vorig jaar tijdelijk zijn
vrijgesteld bij eene uitspraak van Gcde-
puteerde Staten, die vodr 1 September
onherroepelijk is geworden, of bij een
Koninklijk besluit, dat voor dien datum
is genomen op een ingesteld beroep.
Omtrent de vrgstelling wegens kostwin
nerschap wordt beslist door Gedepnteerde
Staten, zoo de reden van vrgstelling aan
wezig is op 21 Maart van het jaar,
waarin het inschrijvingsregister gesloten is
anders door de Koningin.
Deze vrjjstfeliing wordtaanvankeljjkslechts
1 jj d e 1 jj k en wel ten hoogste viermaal
voor een jaar en daarna, zoo de grond voor
de vrijsteUing ook bp de ten vijfden male
te nemen beslissmg nog aanwezig bljjkt,
voorgoej) verleend.
Voorts wordt ook vrijstelling ver
leendin het gevaldat
Omtrent het verleenen van vrpstelliDg
wegens aanwezigheid van het bedoeld geval
wordt echter uitsiuitend beslist door de
Koningin.
Vrijstelling van den dienst wegens eigen
vrijwilligen dienst, broederdienst of
aanwezigheid van in hetzelfde jaar
geboren broeders of halfbroeders.
Eigen vrijwillige dienst.
Broederdienst.
Aanwezigheid van in hetzelfde jaar
geboren broeders of halfbroeders.
Om vrjjgesteld te worden wegens eigen
vrjjwilligen dienst of wegens broederdienst,
moet de reden van vrijstelling bestaan op
21 Maart van het jaar, waarin omtrent hem,
voor wien vrijstelling wordt gevraagd, door
den Militieraad uitspraak moet worden
gedaan.
Om vrijgesteld te worden wegens aan
wezigheid van in hetzelfde jaar geboren
broeders of halfbroeders, moet de reden van
vrijstelling bestaan op bet oogenblik, waarop
de Militieraad uitspraak doet.
Ter Neuzen, 17 Maart 1922.
De Burgemeester voornoemd,
J. HUIZINGA.
Vrijstelling van Geestelijken enz.
De Burgemeester der gemeente TER
NEUZEN brengt ter kennis van belang-
bebbendeD, dat vrijstelling van den
dienst bij de militie wordt verleend
Vrijstelling wegens woonplaats of
toekomstige woonplaats in de kolonien enz.
De Burgemeester der gemeente TER
NEUZEN brengt met betrekking tot boven-
genoemde vrgstelling het volgende ter kennis
van belanghebbenden:
Omtrent het verleenen van de hnrbeioelde
vrijstelling wordt beslist door de KoDingin.
Deze vrijstelling wordt telkenjare opnieuw
verleend.
VASTSTELLING
DER
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Dinsdag. j
De motie-Duys, vragende om afschaf-
fing van de veilingsrechten op land- en
tuinbcuwproducten, wordt aangenomen
met 46 tegen 36 stemmen. De motie-Weit-
kamp, vragende om die afschaffing, als
de financieele toestand het toelaat, is
hiermede vervallen.
De heer Duys (s.-d.) vraagt verlof tot
het houden van een interpellate tot voor-
koming, hetzij door onze regeering alleen,
hetzij door haar in vereeniging met andere
regeeringen, van den dreigenden gerech-
telijken moord op sociaal-democraten, wier
proces vandaag in Rusland begint. Op
dit verzoek zal morgen worden beslist.
Aan de orde is de nieuwe pensioenre-
geling voor burgerlijke- ambtenaren.
De heer Van Stapele (s.-d.) neemt de
interpellate betreffende het voornemen
van de regeering inzake de pensioenrege-
ling terug. Spr. verwijt de regeering een
zwabber-politiek ten aanzien van de pen-
sioenwetgeving.
Spr. verwijt den Minister, dat deze de
premievrijdom in de Eerste Kamer zeer
zwak verdedigde. Hij meent, dat de Twee-
de Kamer niet mag bukken voor de Eer
ste en de premievrijdom weer moet opne-
men. f
ingeschreven
(Staatsblad
in
NAMEN
EN VOORNAMEN
DER
VERLOFGANGERS.
1.
Lichting
GEMEENTE,
DATUM
VAN
OPKOMST.
4.
SCHIP,
AAN liOORD WAAIt-
VAN DE VERLOF
GANGER ZAL
WORDEN GEOEFEND
5.
PLAATS,
WAAR HET SCHIP
ZICH HEVINDT.
6.
VOOR WELKE DE VERLOF
GANGER DIJ DE Mll.ITJS IS
INGELIJFD.
2. 3.
Huijssen I'ieter Johannes
de Putter Marinus Daniel
van Driel Cornelis Jules
de Mul Joos
1919
1919
1920
1920
Ter Neuzen
it
7 April 1922
12 Mei' 1922
7 April 1922
Wachtschip
Vlissingen
A
WI.1ZE EN UUR VANOPKOMST. De opgeroepen
verlofgangers zullen zorg dragen,dat zij zich, ieder op
den voor hem aangegeven dag, gekleed in de hiiq
bij vertrek met groot-verlof medegegeven militaire
kleeding stukken en voorzien van hunne kooigoede-
ren, zoomede van hun zakboekje met verlofpas,
aanrnelden op het schip, waarop zij zullen worden
geoefend, en wel
a. zij, die verblijf houden in de plaats van op-
komst, uiterlijk te 8 uur voormiddags
b. zij, die verblijf houden binnen 20 Kilometer
van de plaats van opkomst, uiterlijk te 10 uur
voormiddags
c. de overige verlofgangers
voor zooveel zij binnen het Rijk verblijf houden,
zoodra mogelijk na aankomst in de plaats van op
komst, waarheen zij zich met het eerstvertrekkend
openbaar middel van versneld vervoer langs de op
de vervoerbewijzen aangegeven route en met de op
die bewijzen vermelde vervoermiddelen moeten be-
geven,
voor zooveel zij buiten het Rijk verblijf houden,
voor 4 uur namiddags.
ZIEKTE. Ingeval ziekte of gebreken de opkomst
moehten verhinderen, dient de verlofganger hiervan
zoodra doenlijk dooi overlegging van eene gelegali-
seerde geneeskundige verklaring ter gemeente-
secretarie te doen blijken. Na zijn herstel vervoegt
hij zich onverwijld aan boord van het Wachtschip
te Willemsoord.
VERVOER. De verlofgangers die per spoor, tram
of stoomboot moeten reizen, of op de reis edn of
meer veren moeten passeeren en in wier zakboekje
aanwezig zijn de vereischte op wit papier gedrukte
en mel rooden inkt ingevulde vervoerbewijzen en
passagebiljetten, behoeven zich voor hun vertrek
naar boord niet ter Gemeente-secretarie aan te
melden, doch begeven zich rechtstreeks naar het
station of de aanlegplaats van vertrek en stellen
aldaar hun zakboekje ter hand aan den beambte,
met de uitgifte van plaatsbewijzen belast, of aan
den veerman. De verlofgangers behooren er op
indachtig te zijn dat hun het zakboekje wordt terug-
gegeven, alsmede de strook van het vervoerbewijs,
aangezien deze strook hun gewoonlijk gedurende
de reis moet dienen als plaatsbewijs.
Verlofgangers, die niet in het bezit zijn van een
vervoerbewijs of passagebiljet, ingericht om daarop
de reis te kunnen volbrengen dan wel van het veer
of van de veren gebruik te maken, moeten zich op
den laatsten .werkdag voor hun vertrek, naar boord
des vooriliiddags tusschen 10 en 12 uur, ter Gemeente-
secretarie aanrnelden, ten einde aldaar in het bezit
te worden gesteld van de vereischte bescheiden.
De verlofgangers, die zich vier of meer
uren voor het tijdstip van aanmelding op reis
moeten begeven, genieten desgewenscht op de dagen
der reis een daggeld van f 0.25, ongeacht den rang,
dien zij bekleeden. Zij, die aanspraak hebben op
daggeld en dit wenschen te ontvangen, moeten het
in ontvangst nemen ter Gemeente-secretarie, den
laatsten werkdag voor het vertrek naar boord.
Ter Neuzen, den 17 Maart 1922.
VRIJSTilLLlNG. Geheele of gedeeltelijke vrijslel-
ling van herhalingsoefeningen kan worden verleend
aan hem
lo. die na volbrachte eerste-oefening gedurende
zoodanigen tijd in werkelijken dienst is gebleven of
gekomen, dat op grond van de door hem in dien
tijd verkregen geoefendheid herhalingsoefeningen
voor hem niet of slechts gedeeltelijk noodig worden
geacht
2o. die tijdens den duur der herhalingsoefeningen
onmisbaar is hetzij voor het bedrijf. waarin hij werk-
zaam is, hetzij voor de instandhouding der middelen
van bestaan van zijn gezin of van dat, waartoe hij
behoort of waarin hij als pleegkind is opgenomen,
dan wel voor personen, die hem in den eersten of
den tweeden graad van bloed- of aanverwantschap
bestaan
een en ander ter beoordeeling van den Minister
van Marine.
Wie op een van deze gronden voor vrijstelling in
aanmerking wenscht te komen, behoort spoedig eene
aanvrage daartoe te zenden aan den Minister van
Marine. Het verzoek kan op ongezegeld papier
worden geschreven en behoeft, tenzij het uit het
buitenland wordt verzonden, niet gefrankeerd te
worden.
VERGOEDING. Indien ten gevolge van het verblijf
in werkelijken dienst van den opgeroepen verlofganger
voldoende middelen tot levensonderhoud ontbreken of
zouden komen te ontbreken aan zijn gezin of aan
dat, waartoe hij behoort of waarin hij als pleegkind
is opgenomen, dan wel aan personen, die hem in
den eersten of den tweeden graad van bloed- of
aanverwantschap bestaan, dan kunnen belangheb-
benden zich rechtstreeks tot den Minister van Marine
wenden met een ongezegeld, door den verlofganger
mede-onderteekend, verzoekschrift' tot het ontvangen
van eene geldelijke vergoeding'. Het verdient aan-
beveling het verzoekschrift spoedig, zoo mogelijk ten
minste zes weken voor de opkomst, in te dienen.
Het behoeft niet gefrankeerd te worden, tenzij het
uit het buitenlandwordt verzonden.
De Burgemeester voornoemd,
J. HUIZINGA.
De Burgemeester der gemeente TER NEUZEN
brengt ter kennis van belanghebbenden, dat
wordt verleend aan hem, door wiens verblijf in
werkelijken dienst voldoende middelen tot levens
onderhoud zouden komen te ontbreken aan zijn gezin
of aan dat, waartoe hij behoort of waarin bij als
pleegkind is opgenomen, dan wel aan personen, die
hem in den eersten of den tweeden graad van bloed-of
aanverwantschap bestaan.
Geldt het iemand, die reeds is ingelijfd, dan wordt
de vrijstelling niet verleer.d, zoo de belangen van
den dienst het wenschelijk maken haar met te ver-
leenen en bij toekenning eener vergoeding van ten
hoogste een gulden per dag voldoende in de middelen
tot levensonderhoud van het gezin of van bedoelde
personen zou worden voorzien.
Voor het kostwinnerschap in den zin van de
Militiewet wordt niet vereischt, dat de eenige of
voornaamste bron van inkomsten gelegen is in den
arbeid van den militieplichtige, doch is het voldoende,
indien door zijne mogelijke dienstvervulling de ge-
zamenlijke inkomsten der betrokkenen met een
zoodanig bedrag zouden worden verminderd, dat
het overblijvende niet meer gezegd kan worden voor
te vertegenwoordigen.
Tot het verkrijgen van vrijstelling wegens kost
winnerschap moet worden overgelegd een staat van
inlichtingen, opgemaakt door den burgemeester der
gemeente, waar de belanghebbende voor de militie
is ingeschreven of voor welke hij heeft geloot. De
staat kan echter ook door een anderen burgemeester
worden opgemaakt, als daarvoor een bijzor.dere reden
bestaat. Indien het bezwaren oplevert, den staat van
inlichtingen hier te lande te doen opmaken, kan in
de plaats van zulk een staat worden overgelegd
hetzij een gelijksoortig, hetzij een ander in het
buitenland opgemaakt stuk, waaruit met genoegzame
zekerheid de omstandigheden blijken, welker be-
kendheid - voor de beoordeeling van het recht op
vrijstelling noodig is.
Door of vanwege dengene, die vrijstelling verlangt
wegens kostwinnerschap, moet zooveel mogelijk ter
secretarie der gemeente aanvraag worden gedaan tot
het opmaken van bedoelden staat van inlichtingen,
en wel
lo. tusschen en 31 Maart van het jaar, waarm
het inschrijvingsregister is gesloten, ingeval de reden
van vrijstelling aanwezig was op eerstgenoemden
datum
2o. in de maand November van het jaar vooraf-
gaande aan dat,. waarin hij zou moeten worden
ingelijfd
ingeval de reden van vrijstelling is ontstaan
tusschen 21 Maart en 1 November van eerst-
bedoeld jaar;
ingeval hij opnieuw vrijstelling vraagt en hij
bij de eerste maal verkeerde in het geval, om-
schreven onder a
3o. binnen een maand nadat de reden van vrij
stelling is ontstaan, ingeval dit heeft plaats gehad op of
na 1 November van het jaar, voorafgaande aan dat,
waarin hij is of zou moeten worden ingelijfd
4o. in de maand, op een na voorafgaande aan die,
waarin de loopende vrijstelling eindigt, ingeval hij
opnieuw vrijstelling vraagt en hij bij de eerste maal
verkeerde in het geval, omschreven onder 3o.
Degene, die aanvraag doet tot het opmaken van
zulk een staat van inlichtingen, dient zooveel mogelijk
daarbij opgaven te verstrekken omtrent de omstan
digheden, waarin de militieplichtige en waarin het
gezin of de naaste bloed- of aanverwanten verkeeren.
Bij voorkeur zal voor het opmaken van staten en
inlichtingen ten behoeve van het aanvragen van
vrijstelling wegens kostwinnerschap, voor zoover dit
tusschen 21 en 31 Maart moet gesehieden, zitting
worden gehoudcn op Donderdag 24 Maart a. s., voor
middags tusschen 9 en 12 uur.
een dienstplichtige, aan wien gecn vrijstelling is
verleend wegens kostwinnerschap, zoodanigpersoonlijk
nmisbaar is voor de instandhouding der middelen
an bestaan van zijn gezin of van dat, waartoe hij
I ehoort of waarin hij als pleegkind is opgenomen,
rlan wel van personen, die hem in den eersten of
i weeden graad van bloed- of a. i verwantschap bestaan,
dat zijn aanwezigheid daarvoor dringend nood/ifkelijk is.
Tot het verkrijgen van vrijstelling op dezen grond
moet worden gehandeld in overeerikomstigen zin als
tot het verkrijgen van vrijstelling wegens kostwin
nerschap.
Ter Neuzen, 17 Maart 1922.
De Burgemeester voornoemd,
J. HUIZINGA.
De Burgemeester der gemeente TER NEUZEN brengt
ter kennis van belanghebbenden, dat ten aanzien van
vrijstf lliii« van fteu tlirust bij de militie
om een der hierboven vermelde redenen het volgende
geldt
Tot het verkrijgen van vrijstelling wegens eigen
vrijwilligen dienst moet worden overgelegd een be-
wijs van dienst of een uittreksel uit het stamboek.
Voor hen, die nog dienen of wier verbintenis nog
loopende is, worden deze stukken door de zorg van
de daarbij betrokken autoriteiten bij den Militieraad
ingediend, zonder eenige bemoeienis van de zijde
van belanghebbenden.
Voor zooveel betreft ingeschrevenen voor de militie,
die gediend hebben, maar niet meer in dienst zijn,
moet het opgeveu van de reden van vrijstelling,
indien dit niet reeds bij de inschrijving heeft plaats
ehad, door of vanwege hen gesehieden ter secretarie
ezer gemeente tusschen 21 en 31 Maart, bij voor
keur op Donderdag, 23 Maart a.s., des voormiddags
tusschen 9 en 12 uur. p
Aldaar wordt gezorgd voor het opvragen en het
indieuen van de vereischte stukken.
Medebrengen van zakboekje of paspoort is zeer
gewenscht.
De aandacht wordt er op gevestigd, dat van een
even getal broeders of halfbroeders de helft en van
eer. oneven getal de groolere helft wordt vrijgesteld,
en voorts, dat een broeder, die ter inlijving bestemd
is, met betrekking tot vrijstelling wegens broeder
dienst wordt gelijkgesteld met een broeder, die dient.
De wet bepaalt n.l., dat vrijstelling wegens broeder
dienst wordt verleend aan den ingeschrevene, wiens
wettige broeder of halfbroeder hetzij bestemd is ter
inlijving of wel dient of gediend heeft bij de militie,
hetzij als vrijwilliger dient of gediend heeft bij de
zeemacht, bij het leger hier te lande of bij de kolo-
niale troepen wat het eerste geval het bestemd
zijn ter inlijving bij de militie betreft, tenzij het
voor de inlijving bepaalde tijdstip reeds verstreken
en hij niet ter inlijving opgekomen is.
Tot het verkrijgen van vrijstelling wegens broeder
dienst moet worden overgelegd:
lo. edn bewijs van bestemming ter inlijving, een
bewijs van dienst of een uittreksel uit het stamboek
van elken wettigen broeder of halfbroeder, die ter
inlijving bestemd is, dient of gediend heeft, zoomede
ten aanzien van elken wettigen broeder of halfbroeder,
voor wien een plaatsvervanger is gesteld, een bewijs
van dienst of een uittreksel uit het stamboek van
den plaatsvervanger;
2o. een getuigschrift betreffende de wettige broe
ders en halfbroeders van den ingeschrevene.
De stukken, onder 1o. bedoeld, worden, voor zoover
de reden van vrijstelling(reeds bij de inschrijving
is of binnen den hierna te noemen tijd ter secretarie
dezer gemeente alsnog wordt opgegeven, zonder ver-
dere bemoeienis van de zijde van den ingeschrevene
opgevraagd en ingediend.
Tot het opmaken van het getuigschrift, onder 2o.
bedoeld, moet door of vanwege den ingeschrevene
aanvraag worden gedaan ter secretarie dezer ge
meente, tusschen 21 en 31 Maart, bij voorkeur op
Donderdag 23 Maart a. s., des voormiddags tusschen
9 en 12 uur. Daarbij moet door of vanwege den
ingeschrevene worden gezorgd voor de tegenwoor-
riigheid van twee getuigen, die ineerderjarige manne-
lijke personen moeten zijn, van wie kan worden
tiangenomen, dat zij met het gezin, waartoe de inge
schrevene behoort, voldoende bekend zijn.
Medebrengen van zakboekjes of paspoorten is zeer
gewenscht.
Het getuigschrift wordt in den regel opgemaakt
door den Burgemeester der gemeente, waar de be
langhebbende voor de militie is ingeschreven, doch
kan ook door een anderen Burgemeester worden
opgemaakt.
Zijn er twee of meer broeders of halfbroeders in
hetzelfde jaar geboren en moet aan een of meer van
hen vrijstelling wegens broederdienst worden verleend,
dan wordt in de zitting van den Militieraad door
loting uitgemaakt, aan wien of aan wie hunner de
vrijstelling zal worden toegekend. Onder zekere
voorwaarden kunnen zij echter, met afwijking hiervan,
bij onderlinge overeenkomst aanwijzen wie hunner
om bedoelde reden zal of zullen worden vrijgesteld.
Minderjarigen moeten voor zulk een overeenkomst
de toestemming hebben van hem of haar, die de
ouderlijke macht of de voogdij over hen uitoefent.
Het aangaan van de overeenkomst en het vefleenen
van de toestemming kan gesehieden hetzij schriftelijk
ten overstaan van den Burgemeester of van een'door
uezen daartoe aaugewezen gemeenteamblenaar, bij
voorkeur op den hiervoren bedoelden dag, hetzij
mondeliog in de zitting van den Militieraad.
Deze aanwezigheid kan ook op zich zelf reden tot
vrijstelling geven, zonder dat er reden tot vrij
stelling wegens broederdienst bestaat.
De wet bepaalt namelijk onder zekere voorwaarden
Indien twee of meer broeders, die geen recht op
vrijstelling wegens broederdienst kunnen doen
gelden, in hetzelfde jaar zijn geboren, wordt de helft
van hun getal of, zoo dit oneven is, de grootere helft
vrijgesteld.
Om voor vrijstelling om de hierbedoelde reden
in aanmerking te komen, rnoet door of vanwege
den ingeschrevene tusschen10 en 18 Juli ter secre
tarie dezer gemeente aanvraag worden gedaan tot
het opmaken van een daartoe vereischt getuigschrift.
Wie van de broeders of halfbroeders zal of zullen
worden vrijgesteld, wordt uitgemaakt door een loting
of bij overeenkomst, op dezelfde wijze als hiervoren
omschreven is onder „Broederdienst", doch voor dit
geval moet het opmaken van een schriftelijke over
eenkomst en het geven van een schriftelijke toe
stemming gesehieden in de maand Juli, bij voorkeur
tegelijk met het opmaken van het voor vrijstelling
vereischt getuigschrift.
lo. aan den geestelijke, den bedienaar van den
godsdienst, den zendeling-leeraar, den broeder-diakoon
van een godsdienstige vereeniging en den Roomsch-
Katholieken ordebroeder, die tot een binnen het
Rijk gevestigde kloosterinrichting behoort
2o. aan den student in de godgeleerdheid en den
zendeling-kweekeling, die aan een bij algemeenen
maatregel van bestuur aan te wijzen inriofcting van
onderwijs tot geestelijke, tot bedienaar van den gods
dienst of tot zendeling-leeraar wordt opgeleid en aan
den proefbroeder, die tot broeder-diakoon van een
godsdienstige vereeniging wordt opgeleid.
Wie geacht worden een dezer hoedanigheden te
bezitten, is omschreven in een tweetal tabellen, die
door belanghebbenden ter secretarie dezer gemeente
kunnen worden geraadpleegd.
Door of vanwege deugene, die op grond van een
dezer hoedanigheden vrijstelling verlangt, moet een
\erklaring, waaruit het bezit dezer hoedanigheid
blijkt, worden ingeleverd bij den Burgemeester der
gemeente, waar hij voor de militie is ingeschreven
cf voor welke hij heeft geloot.
De verklaring moet zijn ingericht overeenkomstig
een model, waaromtrent ter secretarie der gemeente
inlichtingen kunnen worden verkregen.
De inlevering moet gesehieden
lo. voor 1 April vjin het jaar, waarin het in
schrijvingsregister is gesloten, ingeval de reden van
rijstelling aanwezig was op 21 Maart van bedoeld
jaar;
2o. in de maand November van het jaar, vooraf
gaande aan dat, waarin de belanghebbende zou
moeten worden ingelijfd
a. ingeval de reden van vrijstelling is ontstaan
tusschen 21 Maart en 1 November van eerst-
bedoeld jaar
b. ingeval hij opnieuw vrijstelling vraagt en hij
bij de eerste maal verkeerde in het geval,
omschreven onder a
3o. binnen eene maand nadat de reden van
rijstelling is ontstaan, ingeval dit heeft plaats gehad
op of na 1 November van het jaar, waarin hij is of
zou moeten worden ingelijfd
4o. in de maand, op een na voorafgaande aan
die, waarin de loopende vrijstelling eindigt, ingeval
liij opnieuw vrijstelling vraagt en hij bij de eerste
maai verkeerde in het geval, omschreven onder 3o.
Voor hem, die vermeld is op het inschrijvings
register voor de militie, dat laatstelijk gesloten is,
rn op 21 Maart na de sluiting een der voornoemde
hoedanigheden bezit, moet de verklaring op genoem-
den datum worden afgegeven of moet althans uit de
\erklaring blijken, dat de foestand, die grond tot
vrijstelling oplevert, op dien datum aanwezig was.
Voor hem, die eerst later een van bedoelde hoe
danigheden verkrijgt, moet in de verklaring de toe-
stand worden vermeld, gelijk die is op het oogenblik
der afgifte, en mag de afgifte niet gesehieden voor
het tijdvak, binnen hetwelk de verklaring moet
worden ingeleverd.
Wat geldt voor hen. die voor het eerst zijn inge
schreven, geldt ook voor hen, die voor de lichting
van het volgend jaar opnieuw zijn ingeschreven.
Tot dezen behoqren o.a. zij, die het vorig jaar tijdelijk
zijn vrijgesteld bij eene uitspraak van Gedeputeerde
Staten, die voor 1 September onherroepelijk is ge
worden, ol bij een Koninklijk besluit, dat voor dien
datum is genomen op een ingesteld beroep.
Omtrent de vrijstelling van de hiervoren bedoelde
I ersonen wordt beslist door Gedeputeerde Staten, zoo
de reden van vrijstelling aanwezig is op 21 MAART
van het jaar, waarin het inschrijvingsregister gesloten
is; anders door de Koningin.
Deze vrijstelling wordt aanvankelijk slechts TIJ
DELIJK en wel ten hoogste viermaal voor een jaar
en daarna, zoo de grond voor de vrijstelling ook bij
de ten vijfden male te nemen beslissing nog aan
wezig blijkt, VOORGOED verleend.
Ter Neuzen, den 17 Maart 1922.
De Burgemeester voornoemd,
J. HUIZINGA.
Tot het verkrijgen van vrijstelling wegens woon
plaats in de kolonien of bezittingen des Rijks in
andere werelddeelen moet worden overgelegd eene
verklaring, waaruit blijkt, dat de dienstplichtige, om
een andere reden dan ter zake van krijgsdienst, zijne
woonplaats in bedoelde kolonien of bezittingen heeft.
Deze verklaring moet zijn afgegeven door het hoofd
van het plaatselijk bestuur der woonplaats van be
langhebbende.
Tot het verkrijgen van vrijstelling wegens tor
komstige woonplaats in de kolonien of bezittingen
des Rijks in andere werelddeelen moet worden over
gelegd een stuk, waaruit overtuigend blijkt, dat bij
den dienstplichtige het stellige voornemen bestaat
om een andere reden dan ter zake van krijgsdienst
zijn woonplaats in bedoelde kolonien of bezittingen
te vestigen.
Deze bewijsstukken moeten door of vanwege den
belanghebbende worden ingediend bij den burge
meester der gemeente, voor welke hij heeft geloot
1o. voor hem, die voor de eerste maal op vrij-
ptelling aanspraak kan maken
a. zooveel mogelijk in de maand November van
het jaar der loting, ingeval de reden tot vrij
stelling reeds voor die maand aanwezig was
b. zooveel mogelijk in de maand November van
het jaar van inlijving, ingeval de belang
hebbende uitstel van eerste-oefening heeft en
de reden tot vrijstelling reeds vo6r die maand
aanwezig was;
c. zoo spoedig mogelijk, indien het onder a of b
vermelde diet toepasselijk is;
2o. voor hem, Bie reeds eenmaal vrijstelling heeft
verkregen, in de maand op een na voorafgaande aan
die, waarin de loopende vrijstelling eindigt.
Het bewijsstuk voor hen, die reeds in de kolonien
of bezittingen wonen, mag niet eerderzijn afgegeven
dan twee maan^en, en dat voor hen, die voornemens
zijn daar te gaan wonen, niet eerder dan een maand
voor de indiening er van b\j den burgemeester.
Ter Neuzen, den 17 Maart 1922.
De Burgemeester voornoemd,
J HUIZINGA.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
maken bekend, dat gelegenheid tot het nazien van de
door den heer A. SPRUITENBURG, gemeente-ge-
neesheer. zal bestaan in de kom der gemeente, op
DONDERDAG 23 MAART 1922 in het Vereenigings-
gebouw in de Donze-Visserstraat, 's namiddags half
twee uur.
en te Sluiskil op ZATERDAG 25 MAART
1922 in een der lokalen der openbare lagere school,
des namiddags twee uur.
Ter Neuzen, den 22 Maart 1922.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
maken bekend, dat de op heden door hen vastge-
stelde kiezerslijst voor het jaar 19221923, van
23 Maart tot en met 21 April a. s., ter secre
tarie der gemeente voor een ieder ter inzage wordt
nedergelegd en, tegen betaling der kosten, in afschrift
en stemdistrictsgewijze, in uittreksel, verkrijgbaar
wordt gesteld.
Tot en met 15 April a. S is een ieder bevoegd
bij het gemeentebestuur verbeterlng van de vast-
gestelde kiezerslijst te vragen, op grond dat hij zelt
of een ander, in strijd met de wet. daarop voor-
komt, niet voorkomt, of niet behoorlijk voorkomt.
Het verzoekschrift kan op ongezegeld papier wor
den gesteld.
Ter Neuzen, 22 Maart 1922.
BuYgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
J. HUIZINGA.
De Secretaris,
B. I ZONNEVIJLLE.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
maken bekend, dat het verzoek van JOHANNES VAN
DER UNDEN, te Ter Neuzen, om op het perceel,
kadastraal bekend in sectie M, no. 39 een ruwolie-
motor en vier klompenmakersmachines te mogen
plaatsen en in werking brengen, door hen is INGE-
W1LLIGD.
Ter Neuzen, 20 Maart 1922.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
J. HUIZINGA,
De Secretaris.
B. I. ZONNEVIJLLE.