ALGEMEEN NSEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. No. 7274. Woensdag 15 Maart 1922. 70e Jaargung. Bekendmaking. VACCIBATIE. HIKDERWET. DIEUSTPLICET. STEM TUBEI MISBMD. B I N N E NTT N~D~ bTTtTTTl XnT Kostwinnersvergoeding. FEUILLETON. gratis VACCINAT1E en REVACCiNATIE De z.g.n. trouwboekjes moeten worden ■eegebracht. Aanspraak op vergoeding. Bedrag der vergoeding. 124) Met de grootste mogelijke kalmte begon hij op zijn schrijfbureau een aantal papie- ren te rangschikken, die noodig waren voor de uitvoering van zijn laatsten wil. Toen hij daarmee klaar was ging hij een afscheidsbrief schrijven aan vrouw en kind en het was deze brief, dien hij straks aan Castro zou ter hand stellen, om hem aan zijn adres te gaan bezorgen, hetgeen hij niet aan de post wilde toevertrouwen. Dit was het zwaarste werk, want Milloc had een afgodische liefde voor zijn vrouw, voor zijn dochtertje en meermalen moest nij met schrijven ophouden om de tranen at te wisschen, die zijn oogen verduis- terden. Eindelijk schreef hij de laatste woorden van dit droevige vaarwel. Hij sloot den brief onder couvert waar- op hij met groote letters schreef:' Aan mijn Vrouw. een hoekje van het couvert plaat- ste hij het adres van het zomerverblijf waarheen mevrouw Milloc met haar doch tertje vanmorgen was vertrokken. Vervolgens haalde hij een kistje, opende het en nam er een pistool uit, dat hij zorgvuldig laadde, waarna hij een slag- hoedje onder de haan plaatste. Toen keek hij op de pendule. Zij wees 10 minuten over half twaalf Nog 20 minuten, mompelde Milloc, als Castro er dan nog niet is, zal ik niet lan- ger wachten ofschoon ik dien trouwen ka- meraad nog gaarne de hand tot afscheid zou hebben gedrukt. Om >t even, wan- Hoe en door wien de aanvraag wordt Beslissing. Uitbetaling. Vrijstelling in vervanging van vergoeding. TWEEDE KAMER. Vergadering van Dinsdag. Besloten wordt Woensdag te behandelen de zomertijdontwerpen van Deckers en Braat en van de regeering; en dan Donder- dagavond te beginnen met de Oorlogs'oe- grooting. De post voor de commissie van advies inzake de musea wordt goedgekeurd zonder hoofdelijke stemming. De heer Van Berensteijn komt op tegen vermindering van leeszaalsubsidie met 10 procent. De heer Schaper vraagt "steun voor de leeszaal te Meppel. De heer Juten voor die te Bergen op Zoom. De Minister kan geen geld meer beschik- baar stellen. Hij zal overwegen Meppel en Bergen op Zoom te helpen door de vermin dering voor andere leeszalen nog eens groo ter te maken. De heer Van Berensteijn dringt aan op een belter systeem van subsidieering van orchesten. De Minister kan thans niet veranderen, omdat dit vermoedelijk vermeerdering van uitgaven zal meebrengen. De heer Van Ravensteijn zal tegen de begrooting van onderwijs stemmen uit pro test tegen de groote bezuiniging. De begrooting wordt aangenomen met 67 tegen 2 stemmen. neer hij den brief vindt zal hij toen wel begrijpen, wat ik van hem verlangd heb. Hij bleef onbeweegiijk zitten, acnterover geleund in zijn fauteuil, de oogen strafc voor zich uitstarend, het pistool voor zich op de tafel. Langzaam maar meedoogenloos nader- de den wijzers der pendule het middag- uur. - Nog slechts enkele minuten waren zij er Van verwijderd. Daar klonken haastige voetstappen in de gang en er werd aan de deur geklopt. Gelukkig, Castro komt nog op tijd, mompelde Milloc. Hij opende de deur. Maar eensklaps deinsde hij terug, hij beefde over al zijn leden, staarde met groote oogen naar den drempel en meen- de daar een spook te zien. Op dien drempel toch vertoonde zich: De Bretonsche. XXXIX. De lotgevallen van de Bretonsche. Het was geen spook. Yvonne, de schoone Bretonsche, stond in levende lijve voor hem. Achter haar stond Castro, die zijn arm om haar heen geslagen had, ten einde haar te ondersteunen, want hetj arme meisje was zeer zwak. Milloc, als dronken van geluk, keek haar in vervoering aan, nu was zij voor hem geen spooksel meer, maar veeleer een en- gel, die hem van den dood bevrijdde. Zij wankelde echter en nu sprong Mil loc toe, om haar naar *een fauteuil te geleiden. Daar viel haar oog op het pistool dat op het blad van den schrijftafel lag en zij huiverde. EEN NIEUWE KATHOL1EKE PARTJJ? Eenige katholieke kiezers in Fiiesland roepen hun geloofsgenooten, die niet te- vreden zijn met de tegenwoordige richting van de Katholieke Staatspart'ij en voe- len voor de oprichting van een nieuwe katholieke partij, op, in dien geest hande- lend op te treden. Het program van de nieuwe R. K. par tij zou voornamelijk hieruit bestaan: stop- zetting van allfe sociale wetgeving, ophef- fing van wetten, die hinderlijk zijn voor de vrijc ontwikkeling van de bedrijven, afschaffing van de Raden van Arbeid, be- perking van het aantal ambtenaren lot het allernoodzakelijkste en bestrijding van de overheidsexploilatie. DE BURGERWACHT TE HENGELD Wapens in beslag genomen. De politie heeft bij onderscheiden ingeze- tenen te Hengelo, leden der burgerwachr en zelfs bij een bestuurslid, de geweren in beslag genomen. (Tel.). DE TOESTAND. Wat Europa in den laatsten tijd van de Vereenigde Staten te merken krijgt, is niet aangenaam, schrijft de N. R. Crt.' Het heeft hun regeering uitgenoodigd tot de conferentie van Genua, en het krijgt een weigerend antwoord. Niet alleen de weigering op zichzelf is onplezierig, maar de toelichting die Hughes erbij geeft. Het stond vooruit vast, dat de Vereenigde Sta ten niet mee zouden doen aan een cohfe- rentie, aan welke de bolsjewistische regee ring zou deelnemen. Zij beschouwen die regeering nu eenmaal niet als een be- schaafde instelling, zij geven ook in hun antwoord te verstaan dat zij haar voorna melijk verantwoordelijk achten voor de heerschende economische wanorde in Rus- land en hebben al vroeger uiteengezet, dat de basis van alien handel met Rus- land een productie is, waarbij veiligheijd van leven, erkenmng van part, eigendom de onaantastbaarheid van contracten en de rechten van vrijen arbeid gewaarborgd zijn. Zoo lang die basis niet aanwezig was heeft Hughes in Maart van het vorige jaar gezegd, kan Amerika er niet aan denken den handel met Rusiand te hervatten. En zoo lang die basis ontbicckt, zegt Hughes in Maart van dit jaar, ziet zijne regeering geen heil in pogmgen tot economisch her stel van Rusiand, waarmee men te Genua een begin wil maken. Behalve dit argument krijgt Europa ech ter eenige wegen uit de pan in vetband met de politick en met heti nalaten van afdoende ma^tregelen voor zijn economi sche herstel. Ondanks de bezweringen dat de Genueesche conferentie uitsluitend een economische en financieele conferentie zal zijn, ziet de Amerikaansche regeering er vooral een conferentie in met een „politiek karakter" en de Europeesche politiek is natuurlijk iets, waar Amerika een heiligen afschrik voor behoudt. In zijn weigerend antwoord concludeert de Amerikaansche Minister van staat ook, dat „kwesties (van de conferentie) uitgeslotien zijn, zonder welker bevredigende regeling de hoofd- oorzaken der economische storingen moe ten blijven werken." Wat Amerika echter vooral in de uitvoe- ringen van het Europeesche concert der geallieerden mist, is het thema: „Mensch, bezahle deine Schulden". En elke gelegen heid om Europa daaraan te hennneren, grijpt het aan. Het heeft met een niet mis te verstaan gebaar het wetsontwerp voor de fundeering van de schulden van de geallifeerden laten aannemen. De geallieerden mogen van de toespe- Ziet u wel, zeide Castro tegen de Bre tonsche, dat ik niet overdreven heb toen ik zeide, dat wij geen oogenblik te verlie- zen hadden? Zij zonk als machteloos in den fauteuil neer. Lief kindriep Milloc met van vreugde trillende stem uit, terwijl hij de hand van Yvonne greep, je weet niet en je kunt ook niet begrijpen welk een geluk het voor mij is, je nog levend weer te zien. Yvonne glimlachte en, terwijl zij naar Castro wees, zeide zij: r O;! mijnheer hier heeft mij alles ver- teld, van uw vreeselijke voornemens en ik was doodsbenauwd dat wij te laat zou den komen. Milloc snelde op Castro toe en schudde hem krachtig de beide handen, terwijl hij zeide Castro, kerei, jij hebt mij het leven ge- red en mij behouden voor mijn vrouw en mijn iief dochtertje. Van dit oogen blik af is er tusschen ons een vriendschap, in leven en sterven De brave rechercheur glimlachte ver- heugd en begon Mijnheer Milloc, ik kon de gedachte niet verdragen dat u Maar Milloc viel hem in de rede: Wij zijn voortaan vrienden, heb ik je ge zegd, Castro en vrienden noemen elkaar geen „mijnheer" maar spreken elkaar met „jif en jou" aan. Nu goed dan, Milloc, hemam Castro, ik kon de gedachte niet verdragen, dat jij de hand aan je zelf zoudt slaan en daar om wilde ik een uiterste poging wagen. om je er nog van terug te' houden. Ik wist wel dat overreding daartoe niet zou baten, maar toen wij elkaar in de rue Hau- tefeuillie verlieten, was het 10 uur, dus lingen in de nota denken wat zij willeh maar het is hun bekend, dat de Amer. op- vatting is, dat vele zwaar met schulden belaste Europeesche staten boven hun krachten leven op het stuk van wape- ning en dat het Amerikaansche volk zijn geduld veniest, als het bedenkt, dat het zeli zware belastingen moet betalen, om dat de geallieerden nog niet eens de ren- ten van hun schulden aan Amerika vol- doen. Kortom, uit de nota spreekt de toon van den schuldeischer, die aan de positie het recht van zeggenschap ontleent over de huishouding van zijn schuldenaar. De laatste onaangename boodschap uit Washington is het verzoek van de Ameri kaansche regeering om terugbetaling van de kosten van haar bezettingstroepen aan den Rijn. Juist hadden de geallieerden Mi nisters van Financien alles netjes onder elkaar verdeeid, en nu komt dit verzoek hun heele fraaie berekening weer omver- gooien. Zij jieDben er mets anders op geweten dan het besluit, om van het Ame rikaansche verzoek behoorlijk „akte te ne- nen", een platonische handeling, die noch ie moeilijkheid oplost noch Amerika aan rijn geld helpt. Terwijl de geallieerde Ministers van Fi- lancien te Parijs bezig zijn, om, naast de fwestie van de verdeeling van de reeds loor Duitschiand betaalde schadevergoe- ling, ook de-kwestie van de mobifisatSe fan de toekomstige termijnen van die ichadeloossteiling te regelen, komt als een >om het bericht van de Parijsche Matin uit lerlijn, dat twee vertegenwoordigers van le Duitsche regeering zich naar Parijs lebben begeven, om aan de commissie an herstel mede te deelen, dat de mark 'U zoo laag gedaald is, dat die regeering pen buiteniandsche betaalmiddelen meer an koopen, een mededeeling, die gelijk ou staan met de boodschap van een chuldenaar, wien reeds surseance van be- asting is verleend, dat hfj zich fa'illiet floet laten verklaren, juist op het tijdstip !at de conferentie van Genua, volgens :et oorspronkelijke plan, had moeten bij- enkomen en dat een vernuftig plan van ir Robert Home, den Engelschen kanse- er van de Schatkist bekend wordt ge- fiaakt, om de Duitsche oorlogsschuld" te mobiliseeren". De Duitsche milljlarden. lie in zoo schoone orde naar de kassen an de geallieerden hadden moeten op- larcheeren, blijven aan den anderen oever an den Rijn stilstaan en er is geen bewe- .ing in te krijgen. Zoodat op het oogen- lik, dat de Ministers van Financifen voi- aan over de bereikte overeenstemming, anstalten maken om naar huis te gaan,' et object van hun studie wegschrompe't js de vermaarde Peau de Cnagrin van lalzac. Het bericht van den Washiiigionschen ^respondent van de Associated Press, ?lgens hetwelk de Vereenigde Staten niet m zins zijn, de verdeeling van de Duit- he schadevergoeding toe te laten, zon- fer zien daarin een aandeel te verzekeren, >et nog een schepje op de onaangename ededeeung van Boyden, den Amerikaan- :hen waamemer der Europeesche onwe- trs, dat Amerika opkomt voor de betaling 'n de kosten der Amerikaansche bezet- lgstroepen. De overeenkomst der geal- terde Ministers van Financien ligf nu forgoed in duigen. Men weet, daf deze inisters, opgetogen over de bereikte een- Emmigheid, na Boyden's mededeeling Et anders hebben weten te doen dan e overeenkomst te teekenen met voor- Ihoud \ran de rechten van de Ver- •nigde Staten. Maar dat dit voorbe- lud in sommige geallieerde kringen nog H eens gemeend was als een erkennihg n de Amerikaansche rechten, kwam uil in het betoog van de Parijsche Temps, dat de Vereenigde Staten het tractaal van Versailles niet bekrachtigd hebben en dus moenijk aanspraak kunnen maken op oa ten, uit dit instrument voorv loeiencie. Van Amerikaansche zijde komt hierop het dui- delijke antwoord, dat de Vereemge Staten hun aanspraak op betaling van de bezet- tingskosten eenvoudig afleiden uit de wa- penstiistand-overeenkomst, waarbij zij par tij waren. De Amerikaansche troepen zijn aan den Rijn gebleven om uitdrukkelijk verlangen van de geallieerden, en dit sloor in zich dat dezen toestemden in de ver goeding van hun kosten van onderhoud. Hiertegen valt weinig meer in te brengen Een erkenmng van de Amerikaansche vor dering blijkt in tusschen al niet meer vol doende, ook de verdeeling van het Duit sche geld zal niet t oegelaten worden, als Amerika niet zeker is zijn aandeel te ont- ontvangeri. De Amerikaansche vordering befoopt 241 millioen dollar, en dit komt on- geveer gelijk met het bedrag van het mil liard gouden marken dat de geallieerde Ministers na eie besognes en moeilijkhe- den onder elkaar verdeeid hadden. De moraal is dat de geallieerden in Amerika geen gemakkelijken schuldeischer zullen hebben. Af en toe hoort men in Europa schuchter betoogen, dat de schuid aan Amerika in de omstandigheden, waar- in men nu eenmaal vferkeert, toch nooit af te lossen is. Hetzelfde argument ge- bruikt Duitschiand hardnekkig en minder schuchter ten aanzien van oorlogsschuld aan de geallieerden. Men maakt wel de onderstelling, dat het Amerika in zijn hardvochtigheid niet zoo zeer te doen is, om zoo spoedig mogelijk eigen geld bin nen te krijgen dan wel om de geallieerden te diwingen tot een schappelijke behan- deling van Duitschiand en tot het opgeven van hun al te kostbare oorlogstoerustingen. Als dit het wtrkelijke motiel van Washing ton is, zou het zelf ook tot een schappelij ke behandeling van de schuldenaars on der zijn vroegere wapenbroeders bereid moeten zijn. Want het kan niet tegelijk verlangen, dat de vroegere vijand er ge- nadig afkomt, en het laatste pond vleesch van zijn vroegere bondgenooten eischen, wier eenige hoop bovendien, dat zij al- thans een gedeelte van hun schuid aan Amerika zullen kunnen kwijten, gelegen is in net ontvangen van hun deel van de schadevergoeding. Het geval is zoo: de milliarden van de Duitsche oorlogsschuld hangen in de lucht, de milliarden van de schuid der geallieerden aan Amerika han gen in de lucht, maar in die lucht han gen ze weer samen. Honderd percent krijgt niemand uit den boedel, en bij regeling zal men zich op den bodem van de werkelijkheid moe ten plaatsen. Maar dan moet Amerika ook eindelijk zijn. terughouding laten varen en mee willen redderen aan den desolaten boedel. Dank zij zijn sterke positie, kan het zelfs het best daarbij leiding geven. Het aanstellen van waarnemers en het aan- bieden van rekeningen vormt echter geen constructieve staatkunde. OEVERVERBIND1NG TE ANTWERPEN. Men meldt uit Brussel, dat de regeering voornemens is het vraagstuk der oeverver- binding te Antwerpen definitief op te les sen Een wetsvoorstel betreffende het aan- leggen van een tunnel onder de circa 400 meter breede Schelde zou, naar het heet, binnenkort worden ingediend. BEWAKING VAN FABRIEKEN. Een Zweed, die chef van montage in de fabrieken Nikolo-Pawda in den Oeral is ge- weest, heeft de volgende bijzonderheden medegedeeld, die de verhouding van de plaatselijke arbeiders tot de fabrieken'waar zij werken of vroeger gewerkt hebben, ty- kl ik nog 2 uren tijd en die wilde ik ij ten nutte maken. Toen ik dus met bulin en Karnemelk-met-Stroop naar de pfectuur was gereden verzocht ik hem a voor de insluiting der arrestanten zorg tdragen en aan den prefect van politie rslag uit te brengen van onze vangst. fechoon Moulin gewond was, nam hij c gaarne op zich en daarop reed ik met rzelfde rijtuig naar de rue de 1'Hiron- cle, ten eincle aan mevrouw Laroche Qige imichtingen te gaan vragen, waar- d>r het mij misschien nog mogelijk zou zi het onderzoek naar haar vermiste dnstbode voort te zetten. De oude da- it deed zelf open en toen ik haar naar Y>nne vroeg, zeide zij dadelijk: a maar mee. ij bracht. mij naar een kamertje en dr lag onze Bretonsche, die wij al ze- kials dood beschouwden, te bed, bleek, maar levend en dat was mij vol- dode. In een paar woorden deelde ik hr mede, in welk een gevaar je ver- kede en zij was onmiddellijk bereid om m mij mee te gaan. Ik ging vast vooruit nc- het rijtuig dat voor de deur wachtte, terijl zij, geholpen door haar meesteres! zi' haastig kleedde en geen 5 minuten dirde het of zij kwam beneden. Onze kesier heeft gereden of de duivel hem acerna zat en, Gode zij dank, wij zijn n< juist op tijd gekomen. vonne was onder het verhaal van Cas h-veer wat tot kalmte gekomen. iliac zeide tegen haar: l vertel mij nu eens, mijn kind, wat emet je gebeurd is, sedert ik je uit 'fc oi verloren heb, dat wil zeggen, nadat j«et notariskantoor aan de rue de l'Echi- qtr hebt verlaten. vonne begon te vertellen. Tot zoover ging alles goed. De notaris het mij een papier onderteekenen, sloot in mijn bijzijn de bankbiljetten onder een couvert, dat reeds gereed lag met het adres van mijn mevrouw, verzegelde het en gaf het mij. Toen ik beneden kwam zeide de portier, dat mijn rijtuig niet langer wachtte voor de deur, waardoor ik was binnengekomen, maar voor een twee- de deur, die hij mij aanwees. Waarom het rijtuig van plaats veranderd was wist ik niet, maar ik vroeg er ook niet naar, want ik had geen achterdocht. Toen ik echter zag dat daar een ander rijtuig en een andere koetsier stonden, dan waarmee ik gekomen was, aarzelde ik om in te stap- pen Hij zei mij echter, dat zijn kame- raad ongesteld was geworden door de warmte en hem verzocht had, mij teru°- te rijden en dat geloofde ik. Trouwens ik meende ook dat ik midden in Parijs op klaarlichten dag en in een rijtuig geen gevaar kon loopen. Maar die koetsier was toch niet alleen? vroeg Milloc. Eerst wel. lets verder stond nog wel een man, maar ik wist niet dat die bij hem hoorde. Toen ik echter in het rij tuig zat, zag ik dien man naast den koet sier op den bok klimmen. En vervolgens is hij van den bok in het rijtuig gekomen? Ja, maar later. Waar? Hoe de straat heet weet ik niet, maar het was dicht bij de Invalides, waar ik een paar dagen geleden eens geweest was met een ander dienstmeisje uit de buurt en dat ik van verre herkende. (Wordt vervolgd). TER NEUZENSCHE COURANT Dfe Burgemeester der gemeente TER NEUZEN maukt bekend, dat eene Openbare Vergadering Tan den Gemeenteraad zal worden gehouden op Hsnderdag IB fflanrt 1!)SS, des na middags 2 uur. Ter Neuzen, den 14 Maart 1922. De Burgemeester Yoornoemd, J. HUIZINGA. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN maken bekend, dat gelegenheid tot door den heer A. SPRUITENBURG, gemeente-ge- neesheer, zal bestaan in de kom der gemeente, op DONDERDAG 16 MAART 1922 in het Yereenigings- gebonw, 's namiddags half twee uur. en te Sluiskil op VRIJDAG 17 MAART 1922 in een der lokalen van de openbare lagere school, 's namiddags twee uur. Ter Neuzen, den 14 Maart 1922. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. HUIZINGA, Burgemeester. B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN maken bekend, dat het verzoek van EDMOND ADOLPH VAN DEN EECKHOUT te Ter Neuzen, om in het per- ceel, kadastraal bekenp in sectie L, no 1019een eslagerij te mogen oprichten door hen is INGEWILLIGD. Ter Neuzen, 13 Maart 1922. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, J. HUIZINGA. De Secretaris. B. I. ZONNEVIJLLE. De Burgemeester van TER NEUZEN brengt het onderstaande ter kennis van belanghebbenden. 1. Wanneer het verplicht verblijf in werkelijken dienst van een dienstplichtige tengevolge heeft, dat voldoende middelen tot lever.sonderhoud ontbreken of zouden komen te ontbreken aan personen, als hieronder in punt 3 vermeld en hem om redenen van dienstbelang geen vrijstelling van den dienst of van den werkelijken dienst wordt verleend, dan wordt naar de hierha vermelde regelen aan bedoelde personen op hun verzoek een vergoeding uit 's Rijks kas toegekend. 2. Ook voor onverplicht verblijf in werkelijken dienst kan zoodanige vergoeding worden toegekend, mits de dienstplichtige behoort tot een der door den Minister van Oorlog of van Marine aangewezen groepen. 3. Onder de personen, in punt 1 bedoeld, worden uitsluitend begrepen a. de echtgenoote van den dienstplichtige b. diens bloed- en aanverwanten in de rechte linie c. diens andere bloed- en aanverwanten in den tweeden graad rf. diens pleegouders e. de personen, in wier onderhoud de dienst plichtige krachtens rechterlijk vonnis moet voorzien. De vergoeding bedraagt ten hoogste /2,50 per dag. Wordt thans een hooger bedrag genoten, dan kan dit gehandhaafd blijven voor den verderen duur Van den tegenwoordigen werkelijken dienst van den dienstplichtige. Het bedrag mag niet hooger zijn dan voor het levensonderhoud noodig is en mag ook nietteboven gaan hetgeen door het verblijf in werkelijken dienst aan inkomsten verloren gaat. De aanvraag moet door of namens hem of haar, die op de vergoeding meent aanspraak te bebben, mondeling of schriftelijk worden gedaan zoo mogelijk drie maanden voor de opkomst in werkelijken dienst. Zij geschiedt bij den burgemeester der gemeente, waar verzoeker woont of wqont deze buitenslands bij den burgemeester der gemeente, waar de dienstplichtige voor den dienstplicht staat inge- schreven. Na onderzoek der aanvraag door den burgemeester wordt daarop beslist door den Minister van Oorlog of van Marine, naar gelang de dienstplichtige tot de land- of tot de zeemacht behoort. De beslissing wordt door dien Minister ter kennis van verzoeker gebracht. De uitbetaling geschiedt belialve voor de zee macht in garnizoensplaatsen rechtstreeks door den militairen administrateur, in andere plaatsen en voor de zeemacht steeds door tusschenkomst van den burgemeester. Woont de persoon, die de vergoeding geniet, buitenslands, dan geschiedt de uitbetaling mede rechtstreeks door den militairen administra teur. In gemeenten, waar de uitbetaling door tus schenkomst van den burgemeester plaats heeft, ge schiedt deze ter gemeente-secretarie, uiterlijk den oden, 15den en 25sten der maand of op den eerst- volgenden werkdag daarna telkens over den vijf dagen te voren geeindigden termijn van tien dagen. De uitkeering strekt zich in het algemeen slechts uit over de dagen, waarop de dienstplichtige werke- lijk bij den troep aanwezig was de dagen van verlof tellen in den regel niet mede, behalve die van ver- trek of van terugkeer van verlof, die van verlof tot herstel van gezondheid, die van algemeen verlof en die van uitzonderingsverlof dit laatste verlof be- perkt tot ten hoogste vier dagen. Vergoeding, niet in ontvangst gcnomen binnen een maand na don voor de uitbetaling vastgestelden dag, wordt als vervallen bpschouwd. Voor verbtij f onder de wapenen voor eerste oefening wordt vergoeding slechts bij uitzondering toegekend, namelijk slechts dan wanneer om redenen van dienst belang geen vrijstelling wordt verleend. Een dienst plichtige, die voor eerste oefening moet opkomen en meent kostvvinner te zijn, zal daarom goed doen tijdig voor de opkomst vrijstelling van den dienst plicht wegens kostwinnerschap te vragen. Laat hij na zulk een aanvraag tijdig te doen, dan zouhijhet aan zich zelven te wijten hebben, zoohjj eentijdlang onnoodig in werkelijken dienst zou moeten verblijven zonder dat voor dit verblijf vergoeding zou worden genoten. Ter Neuzen, 14 Maart 1922. De Burgemeester, J. HUIZINGA. mme

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1922 | | pagina 1