ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
Levert de fljnste soorten HONINGKOEK.
No. 7263.
Vnjdag 17 Februari 1922.
70e Jaargung.
Uit het hooge Noorden.
Aankondiging.
Stoom*, Koek- Beschuitfabriek
„ST. ANTOINE"
EBBSrB BJL-A-IP
BEPERKING
KUNSTWEGEN,
BEPERKING
Bakkersnachtarbeid.
voor Ter Neuzen en Om&trekenFirma Wed. A. H. DONZE,
BINNENLAND.
BUITEN LAN 0.
van het met beladen voertuigen berijden van
bebalve die in onderhoud of in bjhearzjjn
by den Staat en de niet bij de Provincie
in ODderhoud zijnde straten en wegen in
de bebouwde konimen, voor zoover die niet
kunnen geacht worden de hoofdverbinding
te vorcuen tusschen wegen van de eerste
klasse.
De Burgemeester der gemeente TER
NEUZEN
gezien de artt. 79, 80, 81, en 1126 van
bet Reglement op de wegen en voetpaden
in Zeeland (Provinciaal blad no. 12 van
1910), luidende als volgt
Schouwen en Duiveland;
Tholen met Slnt Phillpsland
Zuidbeveland
Walcheren
Het voormaHg 4de district
kocdigt, op last van den Beer Commis
saris der Koningin in deze Provincie, aan,
dat het borenbedoeld VERBOD in deze
gemeente geldt, te beginnen met m i d d e r-
nacht tusschen 16 en 17 Februari 1922.
l Gedaan te Ter Neuzen, den 16en Febr. 1922.
PROVINCIE ZEELAND.
vervoer van vrachten op tie wegen
in onderhoud bij het Rijk.
1 angs"*he'r'KANAAL VAn'nEUZEnT'
tusschen SLUfSKIL en AXEL en
Afgekondigd te Ter Neuzen, den 16
Februari 1922.
xvi.
In het hooge Noorden was het verleden
week iederen dag wedstrijd op de schaats en
kampten bij ons de gehuwde mannen en
iedere verliezer ontving vijf pond spek als
troostprijs. Zoo geeft de winter toch wat
te verdienen.
Die koude koml van den Scheipper van
hemel en aarde, die het aldus heeft besteld,
zooals de psalmist zong (147 1617);
„Hij geeft sneeuw als wol; Hij strooit
[de rijp als asch.
H;j werpt het ijs heen als stukken.
Wie zou voor Zijn koude bestaan!"
In de tegenwoordige dagen weten wij het
wel, dat de dichter het juist weergaf:
Het zwerk blijft somber nederhangen,
Een doodsche stilte heerscht alom.
Hoogstens wordt somstijds die stilte af-
gebroken door het geloei van den storm-
wind. Thans is de zang der natuur verstomd.
Dat zij zoo! De dag moge haar nevelen van
mist verspreiden, de koude moge ons doen
huiveren door de ijzige kilheid van den
dampkring, maar als wij des avonds laat het
hoofd omhoog heffen, dan zien wij dien-
zelfden sterrenhemel als van ouds, dan flik-
keren ons de millioenen lichten aan den
hemelboog tegen en zingen ons het lofliea
der Almacht, die het heelal te voorschijn
riep. En wij speilen in al die ontelbare ster-
ren de letteren van den Vadernaam, die onze
God is en blijft, niet alleen bij voorspoed,
maar ook als de rampen des levens ons ko-
men bezoeken. Die onze God blijft, niet al
leen als de zonne schijnt en wij in't zonlicht
worden gekoesterd, maar oqk als de storm-
winden loeien of de regen klettert of als de
sneeuw de aarde dekt met een kleed.
De witte vlokken hebben gezweefd. Zij zijn
uit de toogte ..ttiergedaald en onder het
vallen riepen zij tot ons: „Ziet hoe schoon
deze wereld is, ziet hoe rein wij zijn!" Die
schoonheid van de wereld hebben wij niet
altoos verstaan en ervaren. De majesteit der
natuur is ons somtijds ontgaan. Maar als de
sneeuwvlokken vallen, dan zien wij rondom
ons naar de witte velden, naar de witte
boomen, naar de witte daken en wij zingen
het lied:
Daar vallep de vlokken! IJie, teere, lichte
vlokken. Zij warrelen op den wind, ze zwe-
ven heen en weder, rein, zuiver-rein. Straks
dekken zij de aarde voor een korten poos
En dan vertroebelt het held're wit, dan wordt
het reine besniet en bezoedeld. Straks is alle
heerlijkheid verdwenen.
Een menschenziel komt op deze wereld
en lijkt zuiverrein, en blijft op deze aarde
een korten poos en 6an wordt die ziel be
smet en bezoedeld. Straks is alle heerlijkheid
dier ziel verdwenen. En het lied van den
ouden harpenaar uit Goethe's Wilhelm
Meister wordt van toepassing:
Gij doet ons in de wereld zijn
G(j wilt ons, arme!, schuldig maken,
Dan laat G'hem over aan zijn pijn,
Want iedre schuld vindt hier zijn wrake.
De witte vlokken zweven dooreen in veld
en gaard. Zij vallen, zij vallen terneder,
lartgzaam maar zekerl Doch elk vlokje heeft
zijn doel: Boden des hemels te zijn tot de
kinderen der wereld en te spreken van rein-
heid en te profeteeren, hoe reinheid gaat
verloren. Maar die reine sneeuwvlok werd
door de zonne des hemels gelouterd uit be-
zoedelde aarde.
Over moeras en poel en sloot heeft het
zonlicht geschenen en heeft eraan onttrok-
ken, wat straks, toen de zonne verkoelde,
werd tot de reine sneeuw.
Zielen komen op aarde. Zij lijken rein. Op
aarde bezoedeld worden zij. Maar het licht
van Gods liefde straalt in die zielen en door-
dringt en reinigt en loutert ze door geloof
als genade, onverdiend ontvangen. Die ge-
schonden reinheid wordt rein gewasschen
als weleer. Straks stijgen diezelfde zielen
opwaarts tot beter en blijder en rijker leven.
De wateren zijn verstijfd geworden. Stii
liggen de schepen, onverwrikbaar. De win-
tervorst is gekomen en heeft alle water
overdekt met een ijskorst. Koud is het, heel
koud en wij stoken het vuur nog eens op.
Daarginds in het warme Zuiden, daar weet
men niet van vorst, daar weet men niet, dat
de wateren kunnen verstijven.
Zouden wij het verkiezen, dat ook wij, volk
der zee, door warmte steeds werden gekoes
terd? Zouden wij begeeren de koude voor
hitte te ruilen? Misschien, als wij geheel zijn
verkleumd, zijn wij daartoe een oogenblik
geneigd. Toch zouden wij ongaarne den
winter willen missen. Toch zijn wij blijde,
als het winter is: ,,De winter zal ons lied
doen stijgen waar nooit de zomer 't voeren
kon."
Nu stalen wij weder ons weerstandver-
mogen, nu winnen wij in en door de koude
weder nieuwe kracht. Als de koude nadert,
aanvaarden wij dat blijde, omdat zij ziekte-
kiemen doodt, die ons anders zouden kunnen
bedreigen. Als de winter voorbij is, heeft
ons hart weer nieuwen levensmoed ont
vangen.
Hij, onze God, geeft de sneeuw, Hij werpt
het ijs heen als stukken! Van Hem, onzen
God, is deze beschikking over ons. En nu
vragen wij niet, waarom God ons die koude
geeft, al weten wij het wel, dat die koude
ook de voorbereiding is voor het jonge,
nieuwe lenteleven, maar wij zeggen alleen:
God heeft in Zijn schoone natuur ons ook
dit. Het jaar heeft Hij verdeeld in jaarge-
tijden. Zoo heeft Hij dat beschikt naar Zijn
god'lijk welbehagen.
Toen Hij de wereld schiep, toen schiep Hij
zomer en winter, beiden schiep Hij ze. En
elk dier jaargetijden spreekt ons op hare
wijze van des Scheppers majestueuze groot-
heid. Ook de winter verkondigt de macht des
Heeren aan ons.
Als het sneeuwkleed over de aarde ligt,
dat kleed zo6 wit, dat alles wat wij menschen
wit maken erbij verbleekt tot grauwgrijs,
dan zien wij in elk van die vlokken het won-
derlijk bestel der Almacht. Neem zulk een
sneeuwvlok in uw hand en beschouw haar
onder een vergrootglas, dan ziet gij een
wondervol schoon borduursel van draden,
een kunstwerk, zoo fijn, dat geen menschen-
hand't nabootsen kan. Bij al dat teere en fijne
en mooie stamelen wij, dat onze God, die
zoo groot is als de almachtige Schepper van
't groot heelal met die millioenen werelden,
66k groot is in't kleinste en allerkleinste.
De harde hagelkorrels hagelen omlaag.
Wij blijven stil, haast angstig, in huis. Wie
buiten is, bergt zich. De ruiten rinkelen. Dan
kletteren die korrels ons toe: Daar zijn wij
weer en niemand der menschen weet het,
hoe wij boven in de lucht ontstaan.
De boomen stoncen grijszwart, met de
kale takken zonder blad.' En toen op een
morgen de kinderen naar school gingen,
juichten zij: Het heeft gerijpt. Maar toen was
het heel glad, het had op de straten ge-
ijzeld en men viel onder't loopen. Doch ailes
was wonderlijk schoon geworden. Want de
Heer had de rijp als asch gestrooid. Die
IR< IE O ID -A. IsAl ZED.
J OH. v.ffd.g^S AND E-jv.g^d. H E IJ D EN, Tilburg.
Grossiers en Winkeliers schrijft ons nog heden en wij maken U bemonsterde offerte.
Aanbevolen mje r k e n
Gouden Helm - De Parel - Ideaal - Reclame Candij - Reclame Ontbijt.
zwarte boomen werden omgetooverd in
glinsterend wit. Zij flonkeren en schitteren,
als pronkende met tallooze diamanten, wan-
neer de winterzon erover schijnt.
De wateren waren met ijs bedekt. Maar
de wind stak op. Toen begonnen de golven
te woelen en het ijs brak ios. De Heer werpt
zijn ijs heen als stukken! Hoog tegen de dij-
ken zwiepen de schotsen. Aan zeestrand oi
aan meerrand kraakt het en buldert het,
want de schotsen gaan kruien en stapelen
zich tot bergen. Straks glijdt zulk een be-g
door den Oceaan en een prachtschip als de
Titanic bonst in den nacht tegen't gevaarte
en zinkt in de diepte omlaag. Ach, wat is
de mensch tegenover de grootheid en de
kracht van Gods natuur!
Maar nu denken wij ook aan 's Heeren
zorg voor de aarde. Thans zijn de velden
ledig. nu zijn de boomen kaal en dor. Maar
de zegen des Heeren verdort niet, en de
liefde Gods wordt niet ledig. De natuur
schijnt in rust en niets schijnt te bloeien.
Toch werkt de natuur. Toch is zij in stilte
bezig aan de voorbereiding. Nieuwe kracht
wordt verzameld, nieuw leven wordt weer
opgewekt, om straks weer uit te botten en
te ontspringen, om te bloeien en te groeien.
Nu lijkt alles dood en toch is het levend.
Straks zien wij weder het jaarlijksch wonder
der opstanding van de natuur. Verscholen in
donkere aarde, verborgen in donkere knop-
pen, beschermd door het zwarte dood-
schijnende, kiemen langzaam de beginselen
voor de nieuwe vrucht, voor den oogst des
zomers. Van het werk der natuur bespeuren
wij m'ets, als wij slechts oppervlakkig kijken.
Maar als wij nauwkeurig de takken gade-
slaan, dan zien wij, hoe het nieuwe leven
reeds dringt naar voren. De lente wordt
voorbereid, het leniekleed is bijna gereed.
Eerbiedig zeggen wij, dat wij dit alles niet
vatten of verstaan, maar dat God in Zijn
wondervolle sehepping ook nu werkt, ook nu
heerscht:
EERSTE KAMER.
Vergadering van Woensdag.
Aan de orde is de pensioenregeling van
ambtenaren-weduwen en weezen.
De heer De Gijselaar (c.-h.) acht het
ontwerp onaannemelijk met het oog op
den financieelen toestand van het land
en de onbillijkheid tegenover iiiet-ambte-
naren, die een vrijwillige verzekering slui-
ten.
De heer Van Basten Batenburg (r.-k.)
en de heer Bergsma (v.-b.) zullen voor
stenimen, al hebben zij eenige bezwaren.
De heer De Waal Mvalefijt (a.-r.) en de
heer Van (der Feltz (vrijz.) vinden de kos
ten van het ontwerp onverantwoordelijk
hoog met betrekking tot den slechten toe-
stand van het land.
De heer Vliegen (s. d. a. p.) noemt het
ontwerp een noodzakelijkheid, evenals in-
dertijd de verhooging der salarissen door
de Kamer werd aangenomen.
De Minister wijst er op, dat de voorstel-
lingen van den heer Bergsma onjuist zijn.
De Minister acht het met onsoliede de
aflossing der crisis-leeningen voorloopig
te beperken tot de verplichlte. Spr. is
pessimistisch wat betreit den financieelen
toestand van het land, doch deze wet
moet gehandhaafd worden, omdat er toch
eenheid moest komen in de verouderde
pensioen-wetgeving.
Het wetsontwerp is ten slotte verwor-
pen met 23 tegen 22 stemmen.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Woensdag.
Aan de orde is de begrooting van justitie,
met drie interpellates en twee moties.
De heer Van Rappard (V.B.) interpel-
leert over de grensbewaking door de mili
tate politietroepen in de z.g. verboden
stroo.k en vraagt, of de Minister die bewa-
king geheel wil intrekken, zoo neen, waarom
niet; of de Minister het advies van de pro-
cureurs-generaal over de bewaking heeft in-
gewonnen; of de Minister een onderzoek wil
instellen naar het ergerlijk optreden van po-
litie-troepen en of de Minister voor de
grensbewoners grenskaarten wil beschik-
baar stellen? Spreker dringt nog aan op de
mogelijkheid van voorwaardelijke veroordec-
ling van 14 tot 16 jarigen.
De heer Van Ravesteyn (C. P.) interpe!-
ieert over de behandeling van dienstweigc-
raars en vraagt, of er spoedig een wetsoni-
werp inzake dienstweigeraars is te wachten
en welke de hoofdinhoud van het eventueel
te verwachten wetsontwerp zal zijn.
Na de pauze spreekt de voorzitter een
woord van welkom tot het Permanente Hor
van Internatibnale Justitie, dat heden wordt
geopend. (Applaus).
Minister Heemskerk sluit zich namens de
regeering bij de woorden van den voorzitter
aan. (Applaus).
Het amendement-Van der Laar op de be
grooting van buitenlandsche zaken, tot op-
heffing van het gezantschap bij den Paus,
wordt verworpen met 43 tegen 27 stemmen.
De begrooting van buitenlandsche zaken
wordt aangenomen met 71 tegen 4 stemmen.
Daarna interpefleert de heer Van Zadel-
hoff (s. d. a. p.) over de behandeling van
dienstweigeraars en over maatregelen, die
de regeering wil treffen voor dienstweige
raars.
DE KAMERVERKIEZINGEN.
Naar het N. v. h. N. verneemt, heeft
Mr. P. Rink aan het bestuur van de afdee-
ling Groningen van den Vrijheidsbond
schriftelijk meegedeeld, dat hij geen ver-
lenging van zijn mandaat als lid der Twee-
de Kamer begeert en derhalve verzoekt,
niet op eenige candidatenlijst te worden
geplaatst.
DE PENSIOENWETTEN.
Het Haagsche Correspondentie-bureau
meldt:
Naar wij vernemen is de Minister van
Financien voomemens het door de Eerste
Kamer verworpen wetsontwerp inzake de
burgerlijke pensioenen onmiddellijk weder
in te dienen, geheel ongewijzigd, op art.
36 na. In dit airtikel zal worden opgeno-
men, dat een deel van de premies tot een
bepaald maximum op de ambtenaren zal
worden verhaald. Voor de ambten.arep der
provincien, gemeenten en waterschappen
zal dit geen verandering brengen dan in
zoover, dat voor hen de wettelijke waar-
borg za} worden geschapen, dat niet een
hooger percentage dan het te stellen raa-
ontwerp thans luidde, zou in strijd
met de bestaande wet de geheele pre-
met de bestaande wet de geheele per-
mie door die lichainen verhaaljd mogen
worden. Voor het Rijk zal door de aan
te brengen wijziging de toestand aldus
worden, dat evenals thans in het
Bezoldigingsbesluit over den premievrij-
dom zal worden beslist
De bedoeling is, het ontwerp vhig in
te dienen en in de Tweede Kamer urgent-
verklaring te verzoeken. Van het slagen
■van dit ontwerp zal afhangen of het ge-
vallen votum politieke gevolgen zal heb
ben.
DE BURGERLIJKE EN MIL1TAIRE
PENSIOENWETTEN.
Nadat de Minister van Financien Don-
derdagochtend in de Eerste Kamer had
verklaard, dat hij voomemens is, de
Woensdag verworpen burgerlijke peii-
sioenwet ongewijzigd weer in te dienen,
behoudens dat in art. 3b de inogelijkheid
zal worden geopend, een deel van de pre
mies tot een nader te bepalen maximum
op de ambtenaren te verhalen, zijn de pen-
sioenwetten voor de land- en zeemacht
zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
HET GEZANTSCHAP BIJ DEN PAUS
GEHANDHAAFD.
De Tweede Kamer heeft het amendement
Van de Laar (opheffimg van ons gezant
schap bij het Vaticaan) met 43 tegen 27
stemmen verworpen. Voor stemden de so-
ciaal-democraten, een revolutionnair, de
christeiijk-historischen en de heeren A. P.
Staaiman, Van der Laar en Teenstra.
De begrooting van Buitenlandsche Zaken
is daarop met 71 teger. 4 stemmen aange
nomen.
Tegen de revolutionnairen.
DE A. S..CONFERENTIE VAN GENUA.
De Belgische regeering heeft een com-
missie benoemd van 20 leden gekozen uit
financieele, economische, industrieele han-
dels- en ambtenaarskringen om de kwes-
ties te bestudeeren, welke aan de confe
rence te Genua zullen worden voorgelegd.
De Fransche interministerieeie commis-
sie, welke belast is met het voorloopig
onderzoek der technische kwesties van
het programma der Genueesche conferen
ce, is gisteren voor de eerste maal bijeen
gekomen.
Art. 79.
1. Het rijden met beladen voertuigen op de
kunstwegen kan bij te verwachten of bij invallend
dooiweder tijdelijk worden verboden. 'tzij voor de
gebeele Province, 't zij voor een of meer der na te
noemen gedeelten afzonderlijk als
Noordbeveland
i, 5de
J 2. Dit verbod geldt telkens en voor elke ge
meente, zoodra het aldaar is aangekondigd door den
Burgemeester op last van den Commissaris des
Konings.
3. Het treedt buiten werking telkens op het
tijdstip door den Commissaris des Konings te bepalen,
en door den Burgemeester bekend te maken.
4. Zydie vermoed worden het verbod, krachtens
dit artikel aangekondigd, te overtredeD, zijn verplicht,
zoo de overtreding niet op andere wijze wordt ge-
eonstateerd, om te gedoogen, dat hunne wagens naar
de naastbij gelegen plaats, alwaar gelegenheid bestaat
tot wegen, vervoerd en de goederen aldaar ontladen
en gewogen worden en om daarbij de behulpzame
hand te biedenzij moeten desgevorderd dengene,
die krachtens zijne bevoegdheid het bestaan van
overtreding wenscht te ronstateeren, tot die plaats
laten mederijden.
Indien van de overtreding blijkt, zijn de kosten
vallende op de constateering, voor rekening der over -
treders, zoo niet, dan kom'en die ten laste der
Previncie.
Art. 80.
Dit verbod geldt niet voor
voertuigen tot het leger behoorende, onder
militair geleide, of door militairen in hun be-
trekking vervoerd
brieven-postkarren, brandspuiten en wagens, be
hoorende tot de gemeentereiniging
c. voertuigen beladen met een goederenvracht van
niet meer dan 200 kilogrammen, ook al worden
zij te gelijk gebruikt tot vervoer van pereonen
Art. 81.
Dit verbod geldt mede niet voor
a. voertuigen, met twee of drie wielen en velgen
van 5 tot beneden 6 centimeters, beladen met
eene vracht van ten hoogste 400 kilogrammen,
of met een vat meekrap
b. voertuigen, met twee of drie wielen en velgen
van 6 tot beneden 9 centimeters, beladen met
eene vracht van ten hoogste 500 kilogrammen,
of met een vat meekrap
e. voertuigen, met twee of drie wielen en velgen
van 9 tot beneden 12 centimeters, beladen met
eene vracht van ten hoogste 600 kilogrammen,
of met een vat meekrap
d. voertuigen, met twee of drie wielen en velgen
van 12 centimeters of daarboven, beladen met
eene vracht van ten hoogste 700 kilogrammen
e. voertuigen. met vler wielen en yelgen van 5 tot
beneden 6 centimeters, bespannen met niet meer
dan twee paarden, en beladen met eene vracht
van ten hoogste 500 kilogrammen, of met een
vat meekrap
f. voertuigen, met vier wielen en velgen yan 6 tot
beneden 9 centimeters, bespannen met niet meer
dan twee paarden, en beladen met eene vracht
van ten hoogste 650 kilogrammen, of met een
vat meekrap
g. voertuigen, met vier wielen en velgen van 9
tot beneden 12 centimeters, Bespannen met niet
meer dan twee paarden, en beladen met eene
vracht van ten hoogste 850 kilbgrammen
A. voertuigen, met vier wielen en velgen van 12
centimeters en daarboven, bespannen met twee
of drie paarden, en beladen met eene vracht
van ten hoogste 1000 kilogrammen
i. voertuigen, met vier wielen en velgen van 22
centimeters of daarboven en een ongelijk spoor,
ofsehoon bespannen met meer dan twee paarden,
mits met niet zwaardere vracht dan van 1600
kilogrammen beladen
h. diligences met wielbanden van ten minste 7
centimeters, ingericht voor niet meer dan 9 pas-
sagiers, ook al zijn zij tevens beladen met goe
derenvracht, mits van niet meer dan 200 kilo
grammen
I. diligences met wielbanden van ten minste 12
centimeters, ingericht voor 12 of meer passagiers,
ook al zijn zij levens beladen met goederenvracht,
mits van niet meer dan 300 kilogrammen.
Art. 112.
Zij, die handelen in strijd met dit Reglemet of
met de bevelen, voorschriften en verbodsbenalingen
daaruit voortvloeiende, worden, voor zoover daarin
met mocht zijn voorzien bij eene wet of bij een
algemeenen maatregel van het bestuur, gestraft bij
oyortreding:
6. van de artt. 66 2, 3, 4 en J 5, 67 1, 8 2
eerste zinsnede en 3, 68, 69, 70 c-e, 73 75*
76, 78 2, 79 1 en 4, 83- 86, 91, 92'2!
94 2, 101,103, 105 b-d106 16, 107a, 109
110 1.
met geldboete van ten hoogste vijf en twintig
gulden of hechtenis van ten hoogste drie dagen.
De Burgemeester voornoemd,
L. J. GEELHOEDT, L.o.
b.
c
d.
h.
van het
Door den Commissaris der Koningin in ZEELAND
is, krachtens art. 3 der w"t van 6 April 1869 (Staats-
bladi no. 39) op voordrnrht van den Hoofdingevicur-
liirecteur van den Rijkswaterstaat in de 1 Ide directie,
het vervoer van vruchteri op de bij het Rijk in
onderhoud zijnde wegen
langs het zijkar aal naar HULST,
te beginnen met middernacht tusschen 16 en 17
Febr. 1922, beperkt in dier voege, dat het vervoer
alleen geourloofd zal zijn met
a. voertuigen, tot het leger behoorende, onder
militair geleide of door militairen in hun be-
trekking vervoerd
brieven-postkarren en brandspuiten;
voertuigen, beladen met een goederenvracht van
niet meer dan 200 kilogrammen, ook al worden
zij te gelijk gebruikt tot vervoer van personen
voertuigen met twee wielen en velgen van 5
tot beneden 6 centimeters, beladen met eene
vracht van ten hoogste 100 kilogrammen of met
een vat meekrap
voertuigen met twee wielen en velgen van 6
tot beneden 9 centimeters, beladen met eene
vracht van ten hoogste 500 kilogrammen of met
een vat meekrap
voertuigen met twee wielen en velgen van 9
tot beneden 12 centimeters, beladen met eene
vracht van ten hoogste 000 kilogrammen of met
een vat meekrap
voertuigen met twee wielen en velgen van 12
centimeters, of daarboven, beladen met eene
vracht van ten hoogste 7(0 kilogrammen;
voertuigen met vier wielen en velgen van 5
tot beneden 6 centimeters, bespannen met niet
meer dan twee paarden en beladen met eene
vracht van ten hoogste 500 kilogrammen of met
een vat meekrap
voertuigen met vier wielen en velgen van 6 tot
beneden 9 centimeters, bespannen met niet meer
dan twee paarden en beladen met eene vracht
van ten hoogste 650 kilogrammen of met een
vat meekrap;
voertuigen met vier wielen en velgen van 9 tot
beneden 12 centimeters, bespannen met niet
meer dan twee paarden en beladen met eene
vracht van ten hoogste 850 kilogrammen
voertuigen met vier wielen en velgen van 12
centimeters en daarboven, bespannen met twee
of drie paarden en beladen met eene vracht van
ten hoogste 1000 kilogrammen
m. voertuigen met vier wielen en velgen van 22
centimeters of daarboven en een ongelijk spoor,
ofsehoon bespannen met meer dan twee paarden,
mits met niet zwaardere vracht dan van 1600
kilogrammen beladen;
n diligences met wielbanden van ten minste 7 cen
timeters, ingericht voor niet meer dan negen
passagiers, ook al zijn zij tevens beladen met
goederenvracht, mits van niet meer dan 200
kilogrammen; iwii"? um:
0. diligences met wielbanden van ten minste 12
centimeters, ingericht voor 12 of meer passagiers,
ook al zijn zij tevens beladenmetgoederenvrafcht,
mits van niet meer dan 300 kilogrammen.
Tegen de overtreders van bovenstaande bepalingen
zal procesverbaal worden opgemaakt.
Overireding wordt gestraft met eene boete van
50 cent tot f 25, onverminderd de verplichting der
overtreders tot vergoeding der aan de wegen toege-
brachte schade.
De Burgemeester,
L. J. GEELHOEDT, Lo.
De Burgemeester van TER NEUZEN maakt bekend,
dat ter gemeentesecretarie ter inzage ligt een aan-
vraag van J. A.ECKHARUT, om \ergunningtot
het verrichten van bakkersnachtarbeid tusschen 8 uur
des namiddags en 6 uur des voormiddags in het
perceel Nieuwstraat 24.
Op Donderdag 16 Maart a. s., des voormiddags
tien uur, zal in het raadhuis gelegenheid bestaan
om ten overstaan van den Burgemeester bezwaren
tegen de aanvraag in te brengen.J
Daarbij worden zoowel de aanvrager als zij, die
bezwaren inbrengen, In de gelegenheid gesteld
zieh naar aanleiding van de bezwaren mondeling en
schriftelijk te verklaren
Zoowel de aanvrager als zij, die bezwaren inbrengen,
kunnen gedurende acht dagen voor hetboven-
gemelde tijdstip, ter seeretarie der gemeente, van de
ter zake ingekomen schrifturen kennis nemen
Ter Neuzen, den 16 Februari 1922.
De Burgemeester voornoemd,
J. HU1ZINGA.
k.
Uw wereld Heer is schoon en goed,
Het leven is een zegen.
Gij blijft, als Kerning, hooggezeten,
Ook bij het stijgen van den vloed,
Ook als de stroom, zijn boei vergeten,
-Zijn keten dondrend springen doet.
't Zij Hij het ijs daar werpt in stukken
En berggevaarten aan doet nfkken
Die zwalpend kneuzen op den wal,
't Zij zich 'de waatren zacht ontbinden,
En vreedzaam zich langs d'oevers winden,
Uw Vaderoog waakt overal.
T. g. T.