ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREM. Levert de fijnste soorten HONINGKOEK. No. 7260 Vnjdag 10 Februari 1922. 70e Jaargang. bTnnenlano. Stoom-9 Koek- leschyitfabriek ST. ANTOINE" Jan Ligthart's opvoed- kundige beginselen. BUITEN L^N 0. Opslagplaats voor Ter Nenzen en Omitreken: Firma Wed. A. H. DONZE, 6EMENGDE BERICHTEnT BERSrB BLAD. ii. Wij noemden en bespraken er in ons eerste stuk van de vijf, die wij meenden te mogen onderscheiden, reeds twee. Wij wezen op Jan Ligthart's zachtheid (wel te onder scheiden van slapheid) en wij wezen daarna op zijn eenvoud. Opvoeden, zoo zei hij, was tenslotte een uiterst eenvoudig werk. Wij wjllen nu verder gaan en als derde beginsei van Jan Ligthart noemen: Zijn waarheid, zijn oprechtheid. Deze mensch was volko men oprecht. Wat ons in allerlei menschen zoo kan hinderen, en wat de heele gewone „wereldsche" conversatie voor ons telkens weer bederft en bijkans ongenietbaar maakt, is: onoprechtheid. Men weet nauwelijks of heelemaal niet, wat men aan de menschen, met wie men omgaat, heeft. Ligthart is oprecht, hij zegt, wat hij meent, en hij zegt het zo6, als hij het meent. Hij neemt geen blad voor den mond, en toch... hij kwetst nooit en hij is heel vaak bang, dat hij iemand noodelooc zeer doet. Als hij bij- voorbeeld de moeder van Andree Duvean heeft onderhouden over haar klappen-uit- deelen ook al laat zij er altijd nog weer m6er kussen op volgen dan heeft hij daar later weer een beetje spijt van, en verwijt, hij zichzelf, dat hij toeh niet naar buiten is gegaan „om jonge moeders te bepaedago- gen". En eerlijk dat hij is! Zoo b.v. als nij het heeft over de schoolmeesters. Volgens Ligthart kan een „gedresseerd veldwachter" de kinderen ook nog wel lezen, schrijven ep rekenen leeren. Hij heeft het vaak over „schoolmeesterij" en erkent grif, dat de heele maatschappij er vol van zit. Hij neemt heel leuk 'n loopje met 'n meester, die alles dtfrft vragen aan schapen van kinderen, maar die intusschen zelf 'n Koentje gebruikt en alles in een klein boekje heeft staan, dat hij altijd bij de hand houdt. En heel eerlijk erkent Ligthart, dat hij de onderlinge ligging van Transvaal, Oranje-Vrijstaat en Natal pas heeft leeren kennen door den Boeren- oorlog! Men moet hem hooren vertellen, hoe hij eens was in een kring van beschaafde en zeer ontwikkelde mannen, die geregelu debatingavonden hielden ter bespreking van allerlei belangrijke kwesties, en waar hij toen ook eens zijn denkbeelden mocht komen uiteenzetten omtrent het lager onderwijs. „Natuurlijk", zegt Ligthart „moest de leer- derij, al of niet voor examens, het geducht ontgejden, en werd heel wat „noodige ken- nis voor een beschaafd mensch" gewoonweg overboord geworpen". Maar er waren hee- ren, die't toch heel noodzakelijk vonden, dat de sehoolkinderen al vroeg al die kennis zich tot hun eigendom maakten, en dat zij bij- voorbeeld een flinke hoeveelheid aardrijks- kunde van Europa leerden, want bevveer- de men dat kwam in't later leven of bij verdere studie zoo vaak te pas. Toen kwam Ligthart aan 't woord en vroeg hij, of hi] eens een onderzoek mocht instellen naar de beweerde noodzaketijkheid van al die ken nis, en hun dus eens 'n klein examentje mocht afnemen in.de aardrijkskunae van Oostenrijk-Hongarije? En zonder het antwoord af te wachten, vroeg hij aan- stonds aan Dr. X: „Wil U mij de zijrivieren van den Donau eens opnoemen?" 't Was zegt de altijd eerlijke Ligthart een waagstuk van me, die vraag te doen want ik wist die zijrivieren op dat oogenblik zelf 66k niet, zoomin als de ber- gen, die ik van plan was daarna te doen volgen. Doch hij meende, het er wel op te kunnen wagen, en dat hij daar goed in ge- zien had, bewees de uitroep van verschillen- de kanten: „Hou maar op, hou maar op!" Zoo hooren wij dan ook Ligthart elders verklaren: 't Is een gekke boel in de maat schappij, wij leven in 6en groote papegaaien- wereld, die zich noemt „de denkende menschheid." En hij spreekt weer elders van „een walgelijk opvullings- en africhtings- systeem met een gruwelijke overschatting van schoolsche kennis en geheugenover- lading." Aan het zweren bij de almacht der school doet deze eerlijke, met zijn open oogen voor de werkelijkheid, dan ook niet mee. 'tVerwondert ons dus 66k niet, Ligthart te hooren ijveren voor absoluut waarzijn in de opvoeding, bij het uitkleeden en bij het naar bed brengen en bij het uitgaan der ouders, en evengoed als men een kind b.v. naar een ziekenhuis moet brengen om ge- opereerd te worden. Dat hij er dan ook niet tegen is en geen kwaad er in ziet, dat kinderen hun meening mogen hebben en zeggen mogen, verbaast ons evenmm, al is Ligthart er niet blind voor, dat kinderen vaak heel onbillijk ziln in hun oordeel. Bbj moeten ouders en op- voeders dan ook zijn met hun vragen, en zij moeten daarop zoo veel mogelijk en zoo goed mogelijk een antwoord geven of zoe- ken, welk terrein die vraag ook moge be- strijken. Kortom: Ligthart zelf zoo uiter- mate oprechtheid, eischt oprechtheid bij alle opvoeders, altijd en tegenover alien. En nu noemen wij dan een vierde begin sei, als dit tenminste een beginsei heeten mag: Ligthart plaatst het kind in het mid den. Wij moeten als wij dit memoreeren, alsvanzelf denken aan de mededeeling van den Evangelist, die ons verhaalt, hoe Jezus een kindeke in het midden plaatstc. Prof. Casimir zegt zoo terecht in een van ziin inleidingen: „Uitgangspunt van Ligthart's didactisch werk is het kind. Hij vraagt zicii af: wat is de behoefte van het kind, wat be- geert het te zien, te leeren, wat wil het spelen? Zijn geheele leerstof ordent hij z66, dat zij ligt binnen het kinderlijk begrip. Hij ziet er ook niet tegen op, om dingen te be- handelen, die naar oudere rnethodes op een veel later tijdstip zouden komen, indien hij meent, dat zij reeds nu de belangsteiling van het kind opwekken en binnen zijn bevatring liggen.',' Toch tilt Ligthart het kind niet „over het paard" en vraagt hij niet alleen naar het gemak of naar het genot van het kind, doch evenzeer stelt hij ziah voor oogen, dat de gemeenschap iets van het kind vraagt. En dan coneludeert Casimir: „Ligt- hart's heele streven gaat er op uit een sym- these (verbinding) te brengen tusschen de eischen van het kind en de eischen van de gemeenschap." Nu be'hoeven wij het haast niet te zeggen, dat heel wat menschen heel anders doen en voelen. Zij hooren, zei Ligthart, liever con- certen aan dan het gebabbel hunner kinde ren, en zij lezen liever een mooi boek dan een kinderhart. Er zijn moeders, die aan- stonds moe worden als haar kind veel te ver tellen heert, doch die wel gansche middagen kunnen luisteren naar de verhalen van vriendinnen. En dan zijn er ook, die zich trachten te geven, en die toch geen invloed uitoefenen. Ligthart plaatst het kind in het midden. Maar dat wil niet zeggen, dat hij nu van de volwassenen niets of weinig verwacht. Juist andersom, evengoed als Jezus, die het kind in het midden plaatste, daar onmiddellijk bijvoegde tot de ouderen Zijn: Indien gij U niet verandert, en wordt gelijk de kinder- kenszoo zegt ook Jan Ligthart: „Men zegt wel eens: Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst. En men vecht om de jeugti, om deze zelcere zedelijke beginselen in te prenten, zekere godsdienstige geloofswaar- heden in te praten, zekere goede gewoonten eigen te maken. Zoo meent men dan de toe komst der jeugd en in haar de toekomst der Menschheid het best te verzekeren. Maar wij moeten het omkeeren en zeggen: Wie de toekomst heeft, heeft de jeugd. Hiertoe is noodig, dat de ouderen, aan wie de zede lijke opvoeding der jongeren is toever- trouwd, beginnen met aan zichzelf te wer- ken. Maak eerst de grooten goed en dan, door hen, de kleinen." En als hij wat verder- op over de school schrijft, heet het: „Eerst zij de onderwijzer goed, en dan groeie, door hem, de schooljeugd!" Ligthart plaatst het kind in het midden. Hij maakte ernst met alles wat des kinds is, ernst zelfs en vooral met zijn spelen. Hun leerleven, zegt hij, gaat zoo vaak buiten hun hart om, hun spel nimmer. En zoo heeft Ligthart voor het kind geleefd en gewerkt, en er zijn nog steeds duizenden kinderen en er zullen er altijd blijven, die hem hartelijk daarvoor dankbaar zijn. Wij noemden reeds vier beginselen van Ligthart's opvoeding: zijn zacntheid, die nimmer in slapheid ontaarade, zijn eenvoud, zijn groote waarheidsnctde, zijn plaatsen van het kind in het midden; wij noemen nu nog tenslotte: zijn godsdienstzin. Een heele mooie toespraak van hem, die gelukkig ook is opgenomen in de uitgave van het Ligt- hart-Comite, draagt tot titel: „Wek gods- dienst in het kinderhart!" Die titel spreekt reeds voor zichzelf. Dat Ligthart dit be- oogde en wenschte, behoeft ons zeker niet te verwonderen bij iemand, die zelf zeer be- slist was in zijn godsvrucht. Niet, dat hij dit altijd zoo geweest is, en nog minder: dat hij een partijman was, of zich bij eenige „rich- ting" uitsluitend of bij uitstek op zijn plaats gevoelde. Toen hij zijn zooeven genoemtie toespraak gehouden had, of houden zou, vroegen sommigen (zeker omdat hij zijn toespraak hield op een openluchtsamen- komst van vrijzinnig-godsdienstigen) „of hij modern was"? „Ik dacht, dat je orthodox was" zei men. En dan gaat Ligthart verder: „Vreemde vraag: wat ik ben? in wou, dat ik iets was, een christen bijvoorbeeld, een goed christen. Dat was me genoeg. En dan zou ik willen spreken overal en voor alien, voor confessioneelen en Hottentotten, voor ethischen en dronkaards, voor moder- nen en Papoea's. En ook voor puur on- geloovige geloovigen. Want die heb je ook, net als geloovige ongeloovigen. Maar acii, het is zoo'n ontzettende toer, eerst een beetje christen te zijn, ik bedoel: een echie, zoo eentje, in wien Jezus iets van zijn disci- pelen zou zien, dat ik aan het modern of orthodox nog lang niet toe ben." Ligthart is steeds beslister geworden in zijn uitspraken, maar los van het geloof en vooral: los van Christus is hij nooit geweest. Christendom, hij weet het, is voor veel men schen onafscheidelijk verbonden aan pree- ken en catechiseermeesters en gezang, maar zij denken, dat het niets heeft te maken (zegt hij ergens) met bloemen en vriende- lijke knikjes. En toch heeft Jezus in Zijn leven de liefde tot de menschen gebracht. In dien Jezus concentreert zich voor Ligt hart alles, heel de godsdier.st, heel het Leven. ,,Wat in het verheven voorbeeld der christe- Hjke religie", zoo schrijft Ligthart in zijn mooie stuk „over bepalingen van middel", van Jezus wordt gezegd, dat Hij in alles den menschen gelijk is geworden, uitgenomen de zonde, dat is het beginsei der opvoeding. Zoo wordt Christus ook terecht genoemd tie Middelaar tusschen God en de menschen. Men behoeft nog geen dogmatisch geloovige te zijn, om den diepen zin van dit Midde- laarschap te verstaan. God, de volmaakte, die de zondige zielen wenscht op te trekken uit haar lagen staat, blijft niet als Heilige Geest tegenover de onheilige wereld staan, maar zendt Zijn Zoon, dat is: geeft Zichzeii om 66n te worden met de menschen, uitge nomen in datgene, waaruit de menschen juist verlost moesten worden. Hier hebben wij Ligthart zegt dit dus zelf! „de kern der opvoeding. Eerste eisch is, dat wij zelf beter zijn dan zij, die we opvoeden wil len. Tweede eisch, dat we ons volkomen aan hen gelijk stellen, Zobdat er eenheid ontsra tusschen hen en ons, Cenheid in goede stem ming, een goede neiging, een kracht ten goede. En daarna samen omhoog, zoo- ver onze kracht ons veroorlooft. Betalen met onze persoonlijkheid, dat is het middel, waarvan verheffing te hopen is. Ziele- kraoht offeren zonder zekerheid, dat het of fer zichtbaar bate brengt, dat wordt van ons gevraagd." Dit alles kan zeker niet schooner en vol- lediger worden uitgedrukt dan Jan Ligthart het zelf deed in het mooie vers, waarmee wij deze beide artikelen besluiten: DE NIEUWE ST AATSLEEN1NG. De Tweede Kamer heeft het leening- ontwerp (f 300.000.000)aangenomen met 66 tegen 3 stemmen. DE TOESTAND. De Fransc'hen nemen aanstoot aan de En- gelsche troonrede, schrijft de N. R. Crt., omdat zij de hoop heeft uitgesproken, dat te Genua de grondslagen voor een recht- vaardigen vrede gelegd zouden worden. Aan den vrede van Versailles mag, zoo mee- nen zij, daar niet geraakt worden. Van En- gelsche zijde is al bij herhaling gezegd, dat men te Genua de vredestractaten buiten be schouwing zou laten, en toegeven, dat het oorspronkelijke program alleen economische en financieele vraagstukken kent, met uit- drukkelijke buitensluiting van alle politiek. Ook de Kleine Entente staat gereed, om de vredestractaten waarbij zij belang heeft, te verdedigen. Men moet daarom aannemen, dat Lloyd George iets anders bedoeld heeft en dan denken wij aan de grondslagen van een economischen vrede en kunnen de woor- den een terugslag zijn op wat Tsjitsjerln einde Januari of begin Februari verklaard heeft. Hij zeide toen, dat de Sowjet-regee- ring voldoede sterk was, om met het buiten- landsche kapitaal een vergelijk te kunnen s'uiten. „Het zou", zoo vervolgde hij, „ver- blijdend zijn, als het te Genua tot een over- eenstemming kwam in den geest van den vrede van Westfalen. Zooals deze een einde maakte aan de godsdienstoorlogen en aan Protestantsche en Roomsch-Katholieke staten de mogelijkheid verschafte, naast el- kaar te bestaan, zoo zou de Genueesche con ference het naast elkaar bestaan van kapi- talistische en socialistische staten mogelijk maken". Tsjitsjerin bedoelt met ..socialis tische" staten natuurlijk „bolsjewistische", want het bloedbad dat de bolsjewiki in de zuiver sociaal-democratische republiek Georgig onder de leiders hebben aangericht, is nog niet vergeten en maakt het moeilijk bolsjewistisch met socialistisch te vereen- zelvigen. De economische vrede zal ook vooral Lloyd George voor den geest staan, welke vanzelf den politieken vrede beter zal ver zekeren. Te betreuren blijft dat het een romp-con- ferentie zal zijn wegens het ontbreken van de Vereenigde Staten, die er vrij onverschil- lig tegenover staan, terwijl juist nu pogin- gen worden gedaan, om Zuid-Amerikaan- sche republieken erin te betrekken. De kwes- tie. hoe Europa zijn schirld aan de Vereenig de Staten moet afdoen, primeert met dat ai alle andere financieele vraagstukken. De Vereenigde Staten zijn er pas toe overge- gaan, die schulden bij de wet te fundeeren en de rente ervoor vast te stellen, een gebaar dat geen hoop geeft op het elimineeren in de rekensom van Amerikaansche en Euro- peesche factoren tegenover elkaar. Enneland en Tsiechig samen hebben de republiek Oostenrijk voorgoed het voorschot tnpp-evend. d*,+ het nit den brand zal helnen, tegen een solide onderpand. Waarschiinluk de kostbare nobelins. Deze crediet-Ieening is nu mogeliik, omdat Lodge bij den Ameri- kaanschen Senaat het voorste! heeft inge- diend, Oostenriik voor viifentwintig iaar uit- stel van betaling toe te staan van het na den wapenstilstand geleverde graan enz. Amerl- ka had nameliik. geliik men zich herinnert, het pandrecht ten aanzien van de Oosten- rijksche invoerrechten en andere bronnen vnn inkomsten, om zich betaling te ver zekeren. De operatie komt hierop neer, dat de douane-rechten nu vernand zullen worden, om over niet te lannen tiid reld te verkriinen, waarmee Oostenriik, Engeland en Tsiecho- Slowakiie de noodleenino. die geen langer uitstel Iiidt, terug te betalen. DE HAVEN VAN ZEEBRUGGE. On het maandeliiksche banket van het Co mity de politioue nationale. Woensdagavond te Brussel gehouden, hebben Hervy Cousin RECLAME. J OH. d. SANDE-v. d. HEIJOEH, Tilbupg. Grossiers en Winkeliers schrijft ons nog heden en wij maken U bemonsterde offerte. Aanbevolen merken: Gouden Helm - Oe Parel - Ideaal - Reclame Candij - Reclame Ontblji en Rotsaert, twee advocaten, gesproken over de haven van Zeebrugge. Beider re- laas kwam hierop neer, dat Zeebrugge de ernige Belgische haven is, welke vrij is van Nederlandsch toezicht en dat daarom de Belgische oorlogsvloot, zijn loodsdienst en zijn voornaamste koopvaardij-instellingen aldaar gevestigd moeten worden. Nothoimb heeft het werk van Jaspar en Theunis te Cannes afgebroken. ENGELAND. Een wetsontwerp, dat de regeering heeft ingediend voor de invoering van een vasten zomertijd, bepaalt, dat de zorrtertijd op den laatsten Zaterdag van Maart (dus dit jaar reeds 25 Maart) te middernacht zal begin nen en zal eindigen op den 'eersten Zondag in October (dit jaar 1 October). Deze data zijn vastgesteld in overleg met Frankrijk en Belgie. EEN RUSSISCHE ROOVERBENDE. Een draadloos N. T. A.-^ericht uit Stockholm meldt, dat een bende „roode" Russen een aanval deed op een Zweed- sche onderneming in Noord-Finland. De gebouwen werden geplunderd en eenige menschen werden weggevoerd, o. w. 2 Zweden. Gestolen werden 24 paarden, vee- voeder, wagens en vele honderdduizenden marken in geld. Aan den Zweedschen Mi nister van Buitenlandsche zaken is van het gebeurde mededeeling gedaan. TER NEUZEN, 10 Februari 1922. WERKLOOSHEID. Naar uit Ter N'euzen aan Zei. gemeld wordt, neemt de werkloosheid toe. In ae week van 30 Januari4 Februari werden voor Ter Neuzen 24'9 werkloozen inge- schreven, met een gemiddelde werkloosheid van 3 dagen. Uit de ouitengemeenten werden ingeschre- ven 683 werkloozen, voor het platteland een ongekend aantal. Op 7 Februari 11. hebben er zich 238 doen inschrijven, waaronder 9 zeelieden en 13 bouwvakwerklieden, die door de vorst werk- loos zijn geworden. BESTRATING EN RIOLEERINGS- WERKEN. Naar we vernemen in het uitvoeren van de op 17 Jan. 1.1. van wege het Domeinbe- stuur aanbestede bestratings- en riolee- ringswerken rond de buurt Java alhier gegund aan de heeren J. P. de Vos en R. Verschelling te Ter Neuzen voor 39.979 gld. BESMETTELIJKE ZIEKTEN. Het aantal gevallen van besmettelijke ziek- ten over de week van 29 Januari tot en met 4 Februari 1922, in de provincie Zeeland bedroeg: Roodvonk: Hulst 1. Diphtheritis: Goes 2, Vlissingen 1. HULST. Met de St. Crt. van 7 Februari zijn ver- zonden de statuten van den R. K. Vrouwen- bond, afd. Hulst, alhier. PREDIKBEDRTEI Zondag 12 Februari 1922. (Kerkhoflaan). RECHTSZAKEN. Arrondissements-Rechtbank te Middefburg. De rechtbank heeft in hare zitting van 10 Februari 1922, de volgende vonnissen uit gesproken: J. S. R., oud 22 j., dienstbode te Water- landkerkje, is wegens diefstal veroordeeld tot I maand gevangenisstraf. Verwezen naar de terechtzitting met bevel tot gevangenhouding M. D,, oud 28 j„ werkman te Zaamslag, gedetineerd, be- klaagd van oplichting. C. J. D., oud 27 j., te Hontenisse, gede tineerd, beklaagd van diefstal. Gevangenhouding bevolen van P. F. d. L., oud 20 j., zonder beroep te Philippine, ge detineerd, beklaagd van diefstal. Door den Officier van Justitie te Mid- delburg is ingetrokken het door hem inge- stelde hooger beroep tegen een vonnis der rechtbank van 25 November 1921, waarbij C. M., werd vrijgesproken van de ten laste gelegde mishandeling. De Kantonrechter te Middelburg vernie- tigde het verstekvonnis van 3 December jL, waarbij J. ten H. te Ter Neuzen veroordeeld werd tot 50 boete subs. 50 dagen hechte- nis, wegens overtreding der binnenscheep- vaartwet en ontsloeg beklaagde van rechts- vervolging, MOORD TE ROTTERDAM. In het begin dezer week werd in een stille straat te Rotterdam bewusteloos ge- vonden een zekere Blazer '.die aan het hoofd door een revolverschot was getrof- fen. Deze is naar het ziekenhuis overge- bracht, doth aldaar overleden aonder tot bewustzijn te zijn gekoinen. Er werd een misdaad vermoed en de politie stelide een onderzoek in, dat tdt ontdekking van de daders heeft geleid, waarvan er een is gearresteerd. Een berichtgever van het Hbl. schrijft daaromtrent: Het voortgezede onderzoek van den in- specteur van politie Klaassen heeft uitge- wezen, dat de recherche met de arresta- tie van den jeugdigen kantoorbediende C. Brouwer, die ze als verdacht van den moord op den koopman Blazer had aan- gehouden, raak gesiagen had. De antece- denten van den 18-jarigen jongen zijn na- gegaan, en daarbij is gebleken, dat hij aiv aankomend bediende in 1920 werkzaam was op een assurantiekantoor te Rotter dam. Gedurende dien tijd verdween uit de kluis 1550 gld. Eeri onderzoek is toen ingesteld, maar een dader werd niet ge- vonden. VFel werd Brouwer daarvoor toen aangehoudenVan die 1550 gld. had Brou wer, van wien de politie wist, dat hij zich wel eens had uitgel>ite,n 650 gld. van Blazer te moeten hebben, en dezen te zullen doodschieten als hij niet terugbe- taalde, een bedrag van 1300 gild, aan Blazer ter hand gesteld om handel mee te drijven. Tegenjk had de jongen de domheid begaan aan Blazer te zeggen, hoe h j aan net geid gekomen was. fiaar- door kreeg Blazer hem gcheel, in zijn macht. Verseh-'idene malen dreef hij Brou wer tot misdaden aan, eens zelf tot een brandsiichting in een pakhuis van Blazer in de Tochtstraat, in Augustas 1921. De jonge kantoorbediende, kreeg het denk- beeld, dat Blazer uit den weg moest wor den geruimd, vvilde hij rustig voort kun nen leven. Het plan om zijn kwelgeest uit den weg te ruimen deelde hij mee aan zijn broer den Leidschen student, die toch ook niet heelemaal een nonnaal mensch schijnt te zijn. Ahhans deze kwam voor den tlag met een plan om een rush op een bank te doen, waarin Blazer be- trokken moest worden. Blazer weigerde, doch toen was volgens den student diens lot bgslist. Nu moest hij zeker gedood worden, nu hij ook dit plan wist Listig werd hij daarom uitgenoodigd mee te helpen h-t compKt in tlkaar te zetlen. Hij moest daarvoor komen naar den Waler- burgerweg, waar in een pand de noodige maairegeien voor den grooten slag bespro- ken zouden worden. Blazer zou voor zijn deskundigen raad dan onmiddllijk 240 gld. krijgen. De student en de kantoorbediende wisten, dat Blazer dit geld dringend noo dig had. Op den avond van den moord. Vnjdag, gingen de twee Brouwers met Blazer naar den bedoeliden weg; de af- spraak tusschen de broers was gemaakt, de oudste zou eerst schie en, Op den Wa- lenburgerweg was het te druk, waaropi het plan gewijzigd werd, de af- spraak zou worden gemaakt in een huis aan den Beukelsdijk. Men begaf zich over den EssenburgsL.gvi uaarutt;.op dierj ENSCHE COURA Uit louter drang, gansch vreemd aan elk [begeeren, Zichzelf volkomen 't zwakke toe te wi.iden, Als 't brandend haardvuur zelf tot asch [verteren, Om eigen warmte in 't huivrend rond te [spreiden, Dat is de Liefde, die wij knielpnd eeren. Ned. Herv. Kerk. Ter Neuzen. u. en 2 u., 1)8. A. Tim merman. Sluitkil. 2 u., dlir. L. Dek. Hoek. 9 u. en 2 u., Its. E. Raams. Zaamslag. 9 u., en 2 u., Ds. 6. van Uis. Axel. 9 u. en 2 u., I)s. J. B. Th. Hugenholtz. Sas van Gent. 9* u., Ds. H. Akersloot van Houten Roos. Philippine. 2 u., Ds. H. Akersloot van Houten Roos. Hulst. 10 u., Ds. Hermanides. Honlenisse. 10 u., Ds. W. J. van Lindonk. Hoek. Gereformeerde Kerk. 9| u. en 2 u., leeskerk. Chr. Gereformeerde Kerk. Zaamslag. 9 u. en 2 u., Ds. L. de Uruijne. Gereformeerde Gemeente. (Vlooswykstraat). Ter Neuzen. 9 u., 2 u. en 5j u., leeskerk. Oud-Gereformeerde Gemeente. (Vlooswjjkstraat). Ter Neuzen. 9 u^ 2 u. en u., leeskerk. Lokaal „Eben-Haezer". Ter Neuzen. 5t u., Evangelisatie. R. K. Kerkdiensten te Ter Neuzen. Zondag zijn de II. II. Diensten om 7, en 10 uur s NamiiUlags om half diie Lof.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1922 | | pagina 1