ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
Aanbesteding.
No 7256
Woensdag 1 Februari 1922.
70e Jaargaug.
m mm
DR AN KWET.j
aanbesteden:
glHNEHLftND.
FEUILLETON.
8U8TEN LAN D.
De Minister van Landbouw, Nijverheid
en Handel,
Burgemeester en Wethouders van PHILIP
PINE, zullen opDonderdag 16 Fe
bruari 1922, des namiddags 12V2
uur,
I let onderhouden van de
werken der Gemeentehaven van
20 Februari tot en met 31 De
cember 1922.
A' a n w ij z i n g op 15 Februari 1922, voor-
middags IOV2 uur.
Bestekken verkrijgbaar ten gemeentehuize
tegen betaling van il. 1,—.
P. A. RAMMELOO, Burgemeester.
GEIRNAERDT, Secretaris.
Philippine, 26 Januari 1922.
DE WERKT1JD EN DE BOUWVAKKEN.
De Ned. Aannemersbond heeft in een
adres aan den Minister van Arbeid gewe-
zen op de enorme stijging van de bouwkos-
ten ingevolge van de beperking van den
arbeidstijd; en voorts, naar aanleiding van
het voorontwerp tot wijziging der Arbeids-
wet, opgemerkt dat bij de huidige gezind-
heid bij de bouwvakarbeiders een overeen-
stemming tot verlenging van den arbeids-
duur onbereikbaar moet worden geacht.
Adressant vraagt een uitzonderingsregeling
voor 't bouwvak van 10 uur in den zomer
en 8 uur in den winter, en een algeineene j
overwerkvergunning.
DE VLOOTCOMMISSIE.
Bij Kon. Besluit.van 24 Jan. is de vloot-
commissie benoemd tot het instellen van
107
Eensklaps sloeg hij zich tegen het voor-
hoofd:
Sapperlement, daar bedenk ik iets. Wan-
neer zij mij in het waschhuis niet vinden,
dan zullen zij zeker hier in de zweminrich-
ting een kijkje komen nemen, waar zij
meer succes zouden hebben. Hoe red ik
mij daaruit. Wanneer ik weer door het gat
kruip, val ik in handen van Milloc, die mij
dan tevens nog op dezen diefstal hier be-
trapt en ga ik door de deur van de kleed-
kamer, dan kom ik in het dames-bassin en
zullen die vrouwen een lawaai maken als-
of de duivel is losgebroken. Op die manier
wordt ik vast geknipt
Nog een oogenblik dacht hij na en toen
slaakte hij eensklaps een kreet van vreugde
Qered! Ik heb een idee.
XXVIII.
De Engelsche.
Een idee opvatten en het uitvoeren was
hetzelfde.
Onmiddellijk begon Fifi zich te vermom-
men met de kleederen van de dame, die
van dit kamertje had gebruik gemaakt.
Daar waren eigenaardige moeilijkheden
aan verbonden, want de jongen was met
de inrichting van dames-costuums niet al
te best vertrouwd en meermalen gebeurde
het hem, dat hij een kleedingstuk 't ach-
terstevoren aantrok, maar telkens merkte
hij zijn fout op en herstelde haar.
een onderzoek omtrent de voor de instand-
houding van de zeetnacht gebezigde gei-
den en opgelegde persoonlijke diensten.
De commissie is als volgt samengesteld:
Lid en voorzitter: de heer C. van der j
Voort van Zijp, lid van de Tweede Kamer.
Leden: De heer Ch. L. van de Bilt, lid
van de Tweede Kamer, de heer mr. A. J.
F. Fokker van Crayenstein van Rengersker-
ke, lid van de Eerste Kamer, de heeren
F. W. N. Hugenholtz, jhr. R. R. L. de Mu-
ralt, J. R. Snoeck Henkemans en A. P.
Staalman, leden der Tweede Kamer.
Adviseerende leden: De gepensionneer-
de kolonel der Mariniers titulair J. C. j.
B. A. de Josselin de Jong, de kaptL-liuit.
ter zee N. J. van Laer, de administrateur
T. D. C. Meijneke, de kapt.-luit, ter zee H.
P. Prillevitz en de hoofdofficier van admi
nistrate der le kl. E. O. de Wijs.
Algemeen secretaris: de gepens. kolonel
der Mariniers titulair J. C. J. R. A. de
Josselin de Jong.
Secretarissen: de luit. ter zee le kl. H.
Ferwerda en de off icier van administrate
le kl. P. A. Kempen.
De taak der commissie wordt verder
als volgt omschreven:
a. De commissie is Devoegd te onder-
zoeken of de voor de instandhouding van
de zeemacht gebezigde geiden en de opge
legde persoonlijke diensten volgens de be-
staande wetten op de ineest economische
en doeltreffende wijze worden aangewend.
Zij is tevens bevoegd van haar gevoelen
te doen' blijken omtrent wijzigingen, die
in bestaande wetten of wetsomwerpen, wel-
ke bij de volksvertegenwoordiging aanhan-
gig zijn gemaakt, uit dat oogpunt be-
schouwd, behooren te worden aangebraeht
b. De commissie is bevoegd adviezen
in te winnen van persouen, tot de
zeemacht behoorende en buiten de commis
sie staande, alsmede tot het verrichten van
reizen in het belang van haren arbeid, ter-
wijl de leden der commissie gerechtigd zijn
tot het indienen van afzonderlijke nota's
omtrent onderwerpen, tot de opdracht be
hoorende.
c. De commissie zal ten aanzien van
aangelegenheden, welke beide deelen van
de weermacht betreffen, in overleg treden
met de Legercommissie, tot het instellen
van een gezamenlijk onderzoek en tot het
uitbrengen van gemeenschappelijk advies,
waartoe gezamenlijk zal kunnen worden ver-
gaderd, een en ander op uitnoodiging van
een der beide Staatscommissien.
EEN ONDRAGELIJKE BELAST1NG.
De nieuwe belastingbiljetten zijn te Em-
men uitgereikt. De belr.stingdruk is ver-
schrikkelijk, aldus wordt aan de Maasbode
gemeld. Kleine middenstanders moeten
minstens 1000 betalen. Van inkomens bc-
ven f 3000 zal 45 moeten worden beta-aid.
DE TOESTAND.
De Duitsche regeering zegt in haar ant-
woord aan de commissie van herstel: „De
Duitsche regeering is van meening, dat de
regeling van de betaling der schadevergoe-
ding voor 1922 alleen maar een eersten stap
op den weg naar de oplossing van het scha-
devergoedingsprobleem beteekent. Het pro
gram voor 1922 berust op een stelsel, dat,
gelijk de beschikbare ondervinding geleerd
heeft, het Duitsche vermogen tot schadeloos-
stelling gevoelig verzwakt. Maandelijks of
driemaandelijks terugkeerende betalingen
van schadevergoeding in vreemde munt-
soorten beletten Duitschland, zijn financien
in orde te brengen. Het lijkt daarom in het
belang van alle betrokken landen noodzake-
lijk, om de Duitsche betalingen op een an-
deren grondslag te regelen en voor gerui-
men tijd maatregelen te treffen. Dit zou ten
Hij had alleen haar bovenkleederen noo-
dig, het ondergoed iiet hij hangen.
Met veel moeite en trappelend van on-
geduld, had hij zich in de wijde hoepelrok
gewerkt en daarna het beurslijfje aange-
trokken; hieroverheen wierp hij een zijden
omslagdoek en zette vervolgens den hoed
op, waar zijn hoofd geheel in verdween,
terwijl nog bovendien een vrij dichte voile
zijn gelaat bedekte.
Toen hij gereed was bekeek hij zich
even in den spiegel, die boven de kopta-
fel hing en, ondanks den moeilijken toe-
stand waarin hij zich bevond, moest hij
toch lachen om zijn eigen beeltenis.
Hoe jammer dat de kameraden rnij zoo
niet eens kunnen zien, mompelde hij, ik
geloof waarachtig dat ik 2300 nog verove-
ringen zou kunnen maken.
Na een korte aarzeling, die zeer verklaar-
baar was, besloot Fifi eindelijk heen te
gaan.
Hij opende de deur van het kamertje en
keek over het bassin, waarin eenige da
mes zwommen, terwijl anderen, in bad-
mantel gehuljd, op de galerij die om het
bassin heen liep stonden te praten.
In die zwemsters stelde hij echter geen
belang, maar met een Snellen blik overzag
hij de inrichting ten einde den uitgang
te zoeken en zich zonder aarzelen daarheen
te kunnen begeven.
Zonder moeite vond hij wat hij zocht en
nu liep hij, met kleine trippelpasjes, daar
heen, voor zichzelf overtuigd, dat hij er
onberispelijk uitzag als een dame van stand
Eenige dames, die op de galei^j stonden,
merkten hem op, wezen hem elkander aan
en begonneti te lachen, terwijl zij zeiden:
Daar is de Engelsche.
Wat ziet ze er weer dwaas uit
spoedigste moeten geschieden, daar de on-
zekerheid, hoe van 1'923 af de Duitsche be
talingen moeten geschieden, een verlammen-
den invloed oefent op den economischen
en financieelen toestand, niet alleen van
Duitschland, maar 00k van de geallieerde
landen. Duitschland zal tot betaling van
de schadevergoeding slechts dan in staat
zijn, indien het crediet van het binnen- en
buitenland voor financieele operaties op
groote schaal gebruikt wordt." De regeering
van Wirth, die een regeering van vervulling
wilde zijn, erkent hiermede feiteliik, schrijft
de N. R. Crt., dat zij na 1922 niet veel gat
meer ziet in een voldoiSfing aan de opge
legde verplichting en aan het einde van
haar wijsheid gekomen is.sDe Duitsche ver-
plichtingen voor 1922 zijn geregeld met be-
hulp van een gedwongen binnenlandsche
ieening van een milliard marken in goud,
maar nauurlijk kan Duitschland daar niet
mee doorgaan. De slotsom is, dat Duitsch
land alleen met betalingen kan doorgaan
ten gevolge van crediet-operaties in binnen-
en buitenland. Maar wie in het buitenland
zal daartoe genegen zijn? Aan Amerika, dat
het eerst in aanmerking zou komen, behoef
men niet te denken. De richting van de heele
Amerikaansche politick is, Europa in zijn
eigen vet te laten gaar koken.
De geallieerden zullen bedanken voor een
precede waarbij Duitschland hen voorloo-
pig met hun eigen geld betaalt en zij geen
waarborgen hebben, dat het,. na in den loop
der tijden weer sterk en niachtig te zijn ge-
worden, en wanneer allerlei omstandighe-
den in de wereld veranderd zijn, niet de
terugbetaling zou weigeren van wat het dan
mischien als een oorlogscijns zou bestempe-
!en. De Fransche pers moppert reeds, d
een buitenlandsche Ieening. aan Duitschland
hierop neer zou komen, dat het geld krijgt
in plaats van geeft. Blijft dus alleen de
crediet-operatie in het binnenland, waarmee
met de gedwongen Ieening een begin ge
maakt wordt. Hoogere belastingen kunnen
niets helpen, want als men daar zijn toe-
vlucht toe neemt en met de opbrengst de
schadevergoeding betaalt, daalt de mark
verder en wordt de verhooging te niet ge~
daan. Toen de rijksminister van financien
gisteren in den Rijksdag aanvoerde, dat <V.
jaar het dubbele aan belastingen zal gehe-
ven worden van 1921, gebruikte hij dan 00k
een drogreden, want de mark stond einde
janpari 1921 op 5 1/4 c.L en nu op 1 1/3 pt.
Voor die dubbele opbrengst kan Duitsch
land nu dus maar ongeveer de helft aan
buitenlandsche betaalmiddelen koopen van
toen. In Duitschland zelf kan men echter na-
tuurlijk voor een papieren mark veel meer
krijgen dan in een vreemd land met hooge
valuta. Anders zou geen Duitsch werkman
kunnen rondkomen. Daarom was het een
tweede drogreden toen Hermes in het alge
meen den belastingdruk voor een inkomen
van 30,000 mk. in Duitschland (320Q mk.
belasting) vergeleek met den belastingvrii-
dom van zulk een inkomen^ in Engeland.
In de details was hij 00k niet nauwkeurig,
want 30,000 mk., is ongeveer 346. In En
geland loopt de belastingvrijdom echter
maar tot 135; voor een getrouwd paar
wordt de belastingvrije aftrek 225; voor
het eerste kind mag 36, voor het tweede
en elk volgende 27 afgetrokken worden.
Pas een getrouwd paar met vier kinderen
is bij een inkomen van 342 vrij van in-
komstenbelasting.
Maar dit terloops. Als de Duitsche regee
ring crediet-operaties wil verrichten, moet
zij terecht komen bij de Duitschers, wier
prestaties niet in papieren marken, maar In
vreemde ruilmiddelen betaatd worden en da
zijn de groote uitvoerende industrieelen, de
groote reederijen enz. De Duitsche regeering
is vroeger al eens aan het onderhandelen
geweest met de groote industrie. Die onder-
handelingen zijn toen op niets uitgeloopen,
omdat de industrie de spoorwegen uit rijks-
handen over wilde nemen. Maar geen bin-
Het mensch loop gewoon voor gek.
Fifi, die deze woorden had opgevangen
en het spottend lachen achtjer zijn rug
gehoord, oromde voor zich heen:
Het schijnt toch dat mijn toilet niet ge
heel in orde is, en ik had er nog wel zoo
mijn best op gedaan. Enfin, het is nog
mooi dat ik er zooveel van terecht ge-
bracht heb en de hoofdzaak is maar, dat
ik ongehinderd hier vandaan kom.
Daar bereikte hij den uitgang.
Gered
Dat dacht hij althans.
Voor de deur van de zweminrichting,
op de kade, stond een prachtige equipage
met 2 mooie paarden, koetsier in rijke li-
verij op den bok en palfenier bij het por-
tier, dat hij opende, zoodra hij zijn ge-
waande meesteres naar buiten zag komen.
Fifi stapte in en de palfenier sloot het,
portier achter hem, gelukkig zonder hem
iets gevraagd te hebben.
Waarschijnlijk wist de koetsier reeds
waar hij heen moest rijden, want zoodra
de palfenier weer naast hem zat, reed hij
in flinken draf voort.
Waarheen?
Daar had Fifi geen flauw idee van, maar
het kon hem voor 't oogenblik 00k niet
schelen en met onverholen vreugde zag hij,
dat het rijtuig pijlsnel voortreed en hem
van deze gevaarlijke plaats verwijderde.
Het was meer dan tijd, want onder het
wegrijden kon hij nog zien, hoe Milloc en
Castro het drijvende waschhuis verlieten,
waar zij vruchteloos naar hun hoefje had-
den gezocht, waarop zij hun schreden naar
de bad- en zweminricnting wendden.
Castro ging naar het heeren-bassin, waar
men hem zonder bedenking binnenliet,
maar de portierster der dames-afdeeling
nenlandsche crediet-operatie is op den duur
mogelijk zonder haarvolledigemedewerking.
Het financieel toezicht van het buitenland,
dat anders dreigt, is iets dat de Duitsciio
nijverheid zelve niet kan willen.
Berichten van verschillende kanten be-
reiden er ons op voor, dat de conferenti
van Genua, die op 8 Maart bijeen moest ko
men, nog wat wordt uitgesteld, aldus de N.
R. Crt. Gebrek aan voorbereiding en gebrek
aan onderkomen voor al de deelnemers wor
den als voornaamste oorzaken genoemd.
De diepere reden is echter gemakkelijk te
bevroeden. Er zal in de eerste plaats onder
de geallieerden eenstemmigheid bereikt moe
ten worden over de zoo bij uitnemendhei'
financieele en economische kwesties, hoe
het verder met de Duitsche schadevergoe
ding moet gaan en of de Duitsche begroo-
ting- en belastinghervorming aanneme
is, voor men te Genua het groote economi
sche parlement van Europa bijeen kan roe-
pen.
BELGIE.
De Belgische aanspraken op het „Qiiiden
Vliesafgewezen.
De Belgische regeering had den eisch
gesteld van teruggave van de schatten van
de orde van het „Gulden Vlies", die door
de Habsburgers in 1794 uit de door hen be-
zette Belgische provincies naar Weenen
werden overgebracht, die schatten omvat-
ten toentertijd een aanzienlijke hoeveel-
heid zilvergerei, relequien, gouden- en zil-
veren ornamenten, bekers en andere waar-
devoorwerpen, wapenrustingen, kragen en
mantels aan de orde behoorend en een
grooten voorraad tapijten van groote waar-
de, afkomstig uit de 15e en 16e eeuw, die op
90 wagens werden weggevoerd.
De Belgische eisch was gebaseerd op de
gedachte, dat het „Gulden Vlies" een na
tional orde is, essentieel gehecht aan het
gebied der Nederlanden.
De commissie van herstel heeft den eisch
van Belgie afgewezen op grond van de
overweging, dat het „Gulden Vlies" nooit
een nationale orde is geweest en dat er
nooit een groot verband had bestaan tus-
schen de orde en het gebied der Neder
landen. Verder zijn zij ervan overtuigd, dat
de Habsburgers het recht hebben, de schat
ten van het „Gulden Vlies" mede te nemen.
De deskundigen door de commissie van
herstel voor het onderzoek aangewezen had-
den een grooten stapel archiefstukken uit de
15e en 16e eeuw te ontcijferen. De orde van
het „Gulden Vlies" (Poison d'or) dateert
van 1431 toen Filips de Goede, hertog van
Bourgondie, regeerende over Bourgondie,
Lotharingen, Brabant, Vlaanderen, Arttois,
Holland, Zeeland en Namen, de orde in-
stelde. De orde vormde een broederschap
van ridders.
De vraag aan wie de schatten van de
orde Hoebehooren is door deze beslissing
voor de commissie van herstel niet uitge-
maakt. De Oostenrijksche staat heeft ze on- j
der zijn berusting, maar eischt ze niet op,
hoewel hij toch den Belgischer. eisch af- j
wees. De Habsburgsche familie eischt de
schatten op, maar 00k aan dezen eisch j
heeft de Oostenrijksche regeering geen ge-
volg gegeven.
Bij dezelfde beslissing heeft de commis
sie van herstel 00k den Belgischen eisch
afgewezen tot teruggave van het schilderii
van Rubens „Triptiek van St. Ildephonse"
dat in 1777 van Brussel naar Weenen werd
overgebracht.
DE CONFERENTIE TE PARIJS.
Aangaande de conferentie der geallieer
de Ministers van Buitenlandsche Zaken wel
ke 1 Febr. te Parijs zal worden gehouden
over de zaken van het nabije Oosten, wel
ke na Cannes werd uitgesteld wegens de
Fransche Ministercrisis, zegt de „Sunday
Times":
weigerde formeel een man tot het bassin
toe te laten, 00k al oewees die man dat
hij van de politic, de' detectjeve Mjtiloc
was.
De badmeesteres moest er aan te pas
komen, die zich eveneens tegen zijn toe-
lating verzette en nog stond Milloc met
die vrouwen te parlementairen, toen er
een groot lawaai uit het daines-bassin
kwam.
Er werd gegild, driftig gesproken, haas-
stig heen en weer geloopen door dames
in zwem-tricot of met badmantels om.
De Engelsche was uit het oassin geko
men en naar haar kleedkamer gegaan, waar
zij tot haar ontsteltenis had ontdekt dat
al haar kostbaarheden en tevens haar bo
venkleederen verdwenen waren.
Zij kwam onmiddellijk weer naar buiten
en vertelde in gebroken Fransch, dikwijls
met geheele volzinnen Engelsch er tus-
schen, aan de andere dames wat er ge-
beurd was.
Dat gat een groote constematie.
Alle dames liepen naar hun kamertjes om
te zien of 00k zij niets vermisten, maar
niemand anders was bestolen en nu werd
er van alle kanten om de badmeesteres
geroepen.
Deze maakte nu geen bezwaar meer, de
beide polifie-ambtenaren want Castro
had natuurlijk in het heerenbassin niets
gevonden en zich inmiddels weer bij zijn
chef gevoegd toe te laten, zij achtte het
zelfs een gelukkig toeval, dat zij er waren
en Milloc en Castro constateerden onmid
dellijk den nieuwen diefstal die hier ge-
pleegd was, terwijl zij de Engelsche en de
apdere dames snel ondervroegen.
Inmiddels reed Fifi, in de kleeren in het
rijtuig van*de Engelsche pijlsnel door de
De toestand eischt in de eerste plaats
een loyaie overeenkomst tusschen Brittan-
nie, Frankrijk en Italie en in de tweede
plaats een overeenkomst aangaande de
maatregelen, welke moeten worden geno-
men om Turkije voorwaarden op te leggen,
nu Griekenland er reeds in heeft toege-
stemd, zijn lot zonder voorbehoud in de
handen der geallieerden te leggen.
Er op wijzende hoe dringend noodig
een regeling is, herinnert de „Times" er
aan, dat Curzon er Poincare op gewezen
heeft, dat Anatolie in April weder geschikt
is voor een veldtocht, al^ wanneer de
schermu'.selingen van den winter door een
meer of minder algemeene hervatting der
vijandelijkheden kunnen worden vervan-
gen. Afgescheiden van de belangen der
Grieken en Turk en zelf, is het de pljcht
der geallieerden, Europa te beveiligen voor
de mogelijke gevolgen van een hernieuwd
uitbreken van den strijd.
De „Observer" zegt: Men heeft meer
vertrouwen dan vroeger, dat een regeling
zal tot stand komen. Het Britsche voorstel
is het eenige, hetwelk moet worden beiian-
deld, en men verwacht dat de logisch den-
kende geest van Poincare het argument zal
inzien, dat indien er bezwaar tegen hei
verkrijgen van Smyrna door Griekenland
op geografische gronden, hetzelfde be
zwaar bestaat op dezelfde gronden tegen
het verkrijgen van Thracie door Turkije.
ERNEST SACKLETON f.
Reuter meldt, dat Ernest Shackleton, de
bekende Zuid-pool reiziger, op 5 januari
op zee aan boord van de Quest" waar-
mede hij, naar men weet, een nieuwe Zuid-
pool-expeditie zou ondernemen, ten gevolge
van hartverlamming is overleden.
Het stoflelijk overschot van Shackleton
is te Montevideo door een Noorsch stoom-
schip binnengebracht.
Kapitein Wild heeft het commando over
de „Quest" overgenomen en de reis naar
de Zuidpool voortgezet.
De „Courant" voegt aan dat bericht
het volgende toe:
Met leedwezen zal de mare van den
dood van dezen koenen ontdekkingsreizi-
ger vernomen worden. Nog versch in het
geheugen iigt zijn voorlaatste poging om
de Zuidpool te bereiken.
Men zal zich herinneren, dat Sir Ernest
Shackleton die zich eerst als onderbe-
velhebber van Scott verdienstelijk maakte
en later (1907—1909) als leider eener ex-
peditie met de „Nimrod" tot op 170 K.M.
van de Zuidpool doordrong kort voor
den oorlog het plan opvatte tot den groot-
schen tocht door het nog onbekende Zuid-
poolland: de „Trans-antarctische expedi-
tie" genaamd. Shackleton zelf zou naar de
Weddel-zee vertrekken met de Enduran
ce" en vervolgens met sleden via de Zuid
pool de andere zijde bereiken, waar hij
zou samentreffen met de „Aurora".
De Aurora" had reeds dadelijk met
pech te kampen, terwijl de „Endurance"
door het ijs werd medegesleept en den
20en November 1915, geheel door de up-
loopende ijsschotsen versplinterd, in de
diepte verzonk.
De expeditie had het schip verlaten,
doch doorleefde nog een reeks gevaarvolle
avonturen. Een deel van de oemannihg
bleef op het Olifants-eiland achter en kon
slechts na heriiaalde hulp expedities uit zij.1
benarde positie gered worden.
De poging, op zichzelf derhalve misiukt,
leverde een ontdekking van beteekenis op,
n.l. een hooge, met gletschers bedekte
kuststrook van 200 mij], die zich langs de
Weddel-zee uitstrekte.
Sir Ernest Shackleton liet zich door deze
mislukking niet aischrikken en richtte in
1921 de „Quest" in voor een tocht van
30.000 mij!. Half September j.l. vertrok hij
in gezelschap van eenige van zijn vroegere
kameraden naar de Zuidpool en de wet-
nig bekende eilanden van den Stillen Oce-
straten van Parijs.
Hij droogde zich het zweet van het vOor-
hootd met den fijn-batisten zakdoek, Uien
hij in de reticule der dame had gevonden.
Vervolgens dacht hij over zijn toestand
na.
Die kwam hem nog verre van rooskleu-
rig voor.
Hij was gered, maar voor hoeiang?
Ieder oogenolik kon dit rijtuig stilhouden
voor het een of andere huis, waar hij dan,
wilde hij geen argwaan opwekken bij den
koetsier en den palfenier, zou moeten biu-
nentreden, maar waar het hem onrnogelijk
zou zijn, de comedie verder te spelen.
Wat te doen?
De dameskieeren in het rijtuig weer uit-
trekken en er onder het njden uitspringen?
Daar dacht hij een oogenblik aan, maar
hij moest weldra inzien, dat het oin ver
schillende redenen onrnogelijk was.
Vooreerst was het rijtuig maar een kiein
coupetje voqr 2 personen, veel te bekrom-
pen om deze gedaanteverwisseling er in
te volbrengen.
Bovendien waren zijn eigen kleederen,
die hij onder het damescostuum nog aan-
had, druipnat, waardoor hij in de drukke
straat zeker dadelijk de aandacht trekken
zou.
En ten slotte kon het niet anders of de
koetsier, de palfenier en de voorbijgangers
zouden hem zien als hij uit het njtuig
sprong en dan zou hij dadelijk worden
aangehouden.
Er zat dus niets anders op dan maar stil
af te wachten de dingen die komen zou
den, ofschoon hij daar verre van gerust
op was.
(Wordt vervolgd).
aataBg^aMBEggasr .*^srg^jBiB^sa^i^3a£a^rrgae!a»apBfc.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
brengen ingevolge artikel 37, in verband met arti- j
Lei 12, le lid der Drankwet, ter openbare kennis,
fiat bij hen is ingekomen een verzoekschrift om
vtrlof tot den verkoop van alcoholhoudenden drank,
*»deren dan sterken drank van C. L. DE PAUW te
Ter Neuzen, voor het perceel, kadastraal bekend
gemeente Ter Neuzen, Sectie L, no. 1992, gelegen
aan de Burgemeester Geillstrnat en de Walstraat.
Binnen twee weken, nadat deze bekendmaking
is gesekied, kan ieder tegen het verleenen van
het verlof, schriftelijk bezwaren bij Burgemeester
en Wethouders inbrengen.
Ter Neuzen, 1 Februari 1922.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
B. I. ZONNEVIJLLE, Secretaris.
Sezien artikel 1 der Nood-Boschwet
Heeft goedgevonden
tot bewaring van het natuurschoon, met ingang van
30 Januari 1922 het vellen te verbieden van 76 iepen,
2 platanen en 5 peppels, staaudeaan de Kerkhollaan
te TER NEUZEN, aangeduid door bordjes met het
•pschrift»Kapverbod ingevolge artikel 1 der
Nood-Boschwet."
Afschrift dezer zal worden gezonden aan
a. den Inspecteur van het Staatsbosehbedrijf te
Utrecht;
b. den Burgemeester der gemeente Ter Neu-
nn ter kennisneming en bekendmaking- in de
Ter Neuzensche Courant en in de Middelburgsche
Courant. alsmede ter uitreiking, onder aanzegging
van het kapverbod, aan de eigenaren zijnde:
L. DE FEI ITER e. sKerkhollaan te Ter
Neuzen.
's Gravenhage, 27 Januari 1922.
De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel,
Voor den Minister,
De Secretaris-Generaal,
(get.) VERSTEEG.
Voor gelijkluidend afschrift,
De Secretaris-Generaal,
VERSTEEG.