ALGEMEEN NIEUW8- EN ADVEBTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
Levert de fijnste soorten HONINGKOEK.
No, 7251
Vrijdag 20 Januari 1922.
70e Jaargaag.
Uit het hoop Nooiden.
Stoom-,
Koek- Beschuitfabriek
„ST. ANTOINE"
BEBSTB BLAD-
Bekendmaking,
K, B O L A Js/Z m
Opsiagplasts voor Ter Neuzen en Onutreken: Firma Wed, A. H. DGNZE,
RINNENIANO.
BUITEN LAND.
In Rotterdam I stelde men den populairen
predikant. De liberalen stelden in dit naar
hun meening voor hen zwakste district hnn
leider R. P. Mees.
Het werd herstemming tusschen Mees en
De Visser. Toen geschiedde het onverwach-
l>e nurgemeester der gemeente TER NEUZEN te; de Katholieken hadden liever dezen nieu-
maakt bekend, dat eene Openbare Vergadering ,in„ jn de Kamer dan den veteraan Mees.
XIV.
Vandaag wil ik het met u hebben over
een Minister, over wien kort geieden nog
door de rechtstreeks bejanghebbenden uit-
bundig werd gejuicht en die thans reeds bij
velen nunner (m. i. ten onrechte) uit de
graue geraakt is. Dat is het gewone lot
van beteekenisvolle bewindslieden, die een
of andere ingrijpende regelingtot stand bren-
gen. Het zijn niet de onbeteekenende Mi
nisters, wier werk slechts in administreeren
bestaat, die in den loop van hun ambtstijd
ontevredenheid opwekken. Ik zal nu maar
geen namen noefnen om dit met voorbeelcign
toe te lichten. Men kan echter als regel aan-
nemen de beste reorders hebben het ntees-
te van de kritiek te lijden.
Ditmaal handel ik over Minister De Vis
ser. Hij is de tweede theoloog, die als Mi
nister het lager onderwijs heeft geregeld.
De eerste was de beroemde professor Van
der Palm, die ons de eerste Onderwijswet
schonk in het begin der negentiende eeuw.
Nadat in 1813 de Oranje's teruggekeera
waren en het koninkrijk gesticht was, hebben
ve!e jaren lang de dominees weinig recht-
streekschen invloed op het staatsbewind ge-
had.
Wei zaten af en toe ex-predikanten in de
Tweede Kamer, vroeger o.a. Blaupot ten
Cate, later Abraham Kuyper, die de anti-
revolutionnaire politiek van Groen van Prin-
sterer overnam en tot zegevierende hoogte
wist op te voeren. Eerst in de twintigste
eeuw zouden er weer predikanten een minls-
ters-portefeuille aanvaarden en dat niet zon-
der succes.
Het is onnoodig te herinneren, hoe eerst
in 1901 Dr. A. Kuyper minister-president
werd en daarna in het ministerie-Heemskerk
Ds. Talma optrad als Minister van Arbeid
en ons de Invaliditeitsverzekering met her
staatspensioen bracht. Zijn wetten zijn thans
door den R.-Kath. Minister Aalberse inge-
voerd. Deze twee predikanten behoorden
tot de anti-revolutionnairen.
Ds. De Visser was de derde predikant, die
minister werd. Dat geschiedde in 1918 bij de
formatie van het kabinet Ruys. Daarin wera
een nieuw departement ingevoegd: Onder
wijs, Kunsten en Wetenschappen, waarvan
de leider belast zijn zou met de uitvoering
der zoogenaamde onderwijs-pacificatie.
Tengevolge van de grondwetsherziening van
1918, die naast het algemeen kiesrecht de
volkomen financieele gelijkstelling der bij-
zondere met de openbare school bracht,
was een algeheele nieuwe. regeling van het
lager onderwijs noodig, benevens een nieuwe
salarisregeling. Daarmede werd Ds. De
Visser, een christelijk-historisch man, belast.
Jan Theodoor de Visser werd 9 Febr. 1851
te Utrecht geboren en is dus thans rulm
zeventig jaar. Nadat hij eerst het candi-
daatsexamen in de rechten had afgelegd,
ging hij theologie studeeren en promoveerde
hij tot doctor op een proefschrift: De dae-
monoTogie van het Oude Testament (wat
het O. T. leert over engelen en duivelen).-
Achtereenvolgens was hij predikant te Leus-
den, Almelo, Rotterdam (sinds 1888) en
Amsterdam (sinds 1892). Als oud-Rotter-
dammer en als oud-Amsterdamsch student
htrinner ik mij hem levendig. Een kleine
persoonlijkheid, glad rond gelaat, met een
bril. Maar hij was een geboren kanselrede-
naar. Hij had in zijn voordracht iets mee-
sleepends en met fijn gebaar droeg hij zijn
overdenkingen voor, gesteld in keurigen
pittigen stijl.
Tegelijk was hij een man van wetenschap.
Hij schonk ons een studie over den profeet
Hozea en een boek over Hebreeuwsche oud-
heidkunde. Wanneer er omstreeks 1890 aan
een universiteit een leerstoel voor Oud I es-
tamentische wetenschap was opengekomen,
zou hij stellig voor de vervulling een ernstlg
candidaat zijn geweest. Daarbij was hij
ook een begaafd beoefenaar der zedekunde.
Zijn (herdrukt) boek: Onze Plicihten, laat
zich aangenaam lezen.
Maar in 1893 ging hij voor de wetenschap
verloren, toen hij den grooten sprong deed,
om als Amsterdamsch predikant, die de noo-
der der arbeiders in een groote stad had
leeren verstaan, zich te werpen op het ge-
bied van den socialen arbeid en tegenover
de socialistische propaganda te stellen een
arbeidersvakbeweging in Christelijken geest.
Echter was er wat geschied: in 1894 was
de Tweede Kamer ontbonden wegens de
Kieswet Tak van Poortvliet. De nieuwe ver-
kiezing bracht het kabinet Van Houten, die
zich belastte met het vervaardigen van een
nieuwe Kieswet. In orthodox Hervormde
kringen was met leede oogen aangezien, hoe
de Katholieken samenwerkten met de anti-
revolutionnairen. Er werd een kleine Christe-
lijk-Historische partij gesticht (de partii van
Lohman heette toen de: vrij-anti-revolution-
naire). Vooral in Rotterdam vond de nieuwe
partij aanhansers juist onder hen, die voor
het eerst in 1897 vol^ens Van Houtens Kies
wet mee kiezen zouden.
De Visser werd gekozen.
Toen echter de verkiezingen van 190! na-
derden, kwam een compromis tot stand tus
schen deze Chr.-Historischen en de anden
„kerkelijke" partijen. Aan De Visser werd
ook een candidatuur in Amsterdam aange-
boden, welke zetel door hem werd gewon-
nen, ook omdat de liberalen een heel ?wak-
ken candidaat tggenovcr hem hadden ge
steld. Voor hem en de Chr.-Historische par
tij was dit gelukkig, want in Rotterdam
werd na een felle campagne Mr. D. Foci:
(thans gouverneur-generaal van Opst-lndie)
gekozen. Daarvan herinner ik mij npg, hoe
de socialist Hermans in dcbat met onzen
Minister trad voor een stampvolle zaal en
hoe grof diens aanval was.
Wederom zat De Visser vier jaar in de
Kamer. Toen kwam in 1905 de groote storm-
loop der linkerzijde tegen het ministerle-
Ktiyper. Men stelde De Visser in Amster
dam, Den Haag en Rotterdam. In den hef-
tigen strijd had hij zich laten verleiden om
een orthodox-predikant, die hem had be-
streden op onhandige wijze te beantwoorden.
Juist haalde hij in die drie steden de her
stemming. Toen verscheen van de hand van
een jong modem predikant, die de hand-
schoen voor zijn verongelijkten collega op-
nam, een korten open brief. Huis aan huls
werd die brief als circulaire aan de kiezers
toegezonden.
Bij de herstemming verloor De Visser in
aHe drie districten en prof. Treub juichte in
American Hotel te Amsterdam, toen de li
beralen daar hun overwinning vierden, hoe
De Visser de genadestoot ontvangen had
van dat jeugdig predikantje (die niet in De
Visser's schaduw staan kan).
Een jaar bleef De Visser buiten de volks-
vertegenwoordiging, maar toen prof. Van
der Vlugt, een der liberale leiders, zijn zetel
te Leiden in 1906 opgaf, werd De Visser
hier gekozen, doordat de liberalen verdeeld
waren.
Wederom volgde in 1913 een geconcen-
treerde aanval der linkerzijde, thans tegen
het ministerie-Heemskerk. In Leiden werd de
zetel veroverd door prof. Heeres. Doch
weder een jaar later kwam er een vacature,
thans in Katwijk en De Visser werd weder
in de Tweede Kamer gebracht
Ondertusschen had hij zijn predikantsambt
moeten neerleggen, omdat de synode dit
ambt met het Tweede Kamerlidmaatschap
onvereenigbaar verklaard had. Toch bleef
hij telkens prediken en ook als Minister
heeft hij menigmaal den kansel beklommen
en opnieuw zijn gehoor gesticht.
Wat zijn socialen arbeid betreft: in 1898
stichtte hij de Christelijk nationalen werk-
mansbond, waarin de Hervormde arbeiders
werden vereefiigd (de Gereformeerden zit-
ten in Patrimonium). Jaren lang redigeerde
hij op verdienstelijke wijze hun orgaan „De
Voorzorg". Zoo is hij de man geworden
door wiens toedoen een groote protestant-
sche arbeiders-vakbeweging ontstaan is,
waardoor hij zich blijvend verdienstelijk ge
maakt heeft voor den werkman. Verder
schreef hij vele hoofdartikelen in het dag
blad „De Nederlander" en was hij o.a. on-
dervoorzitter van de Staatscommissie tot
onderzoek van het werkloosheids-vraagstuk.
Langzamerhand kreeg hij grooter invloed
in zijn partij, zoodat hij in 1910 Jhr. Lohman
opvolgde als voorzitter der Chr.-Historische
Kamerfractie. Toen nu in 1918 een nieuw
kabinet wero gevormd, werd terstond voor-
speld, dat De Visser wel een plaats erin
kriige'n zou. Men gaf hem de taak het on
derwijs te reorganiseeren. Het lager onder
wijs en dat aan de universiteit is opnieuw
geregeld, thans is het middelbaar onderwijs
aan de beurt.
Nu moet men aan hem niet te veel ver-
wijten dat de nieuwe schoolwet tegenval!
en dat blijkt, dat de aanbouw van nieuwe
scholen zoo duur wordt, dat men nu reeds
op middelen ter bezuiniging zint. Want hij
heeft eerlijk het in 1918 gesloten compromis
tusschen de rechter- en de linkerzijde uitge-
voerd en heeft in een wet belichaamd de
toenmaals uitgesproken wenschen. Niet zoo-
zeer hem treft de schuld, dat dit een tegen-
valler werd. Men heeft in 1918 de gevolgen
onvoldoende overzien. Ook heeft niemand
vermoed, dat er een zoo groote en snelle
crisis uitbreken zou.
Echter acht ik De Visser's verdienste veel
grooter wat de regeling van het universitair
onderwijs betreft. Hier heeft hij aan onze
academische opleiding een groote verbete-
ring gegeven, waarbij nieuwe doctoraten ziin
ingesteld. En daarnaast mogen twee dingen
niet worden vergeten: De Visser is een
warm voorstander van de openbare lees-
zalen, die zoo goed de volksontwikkeling
bevorderen >en hij heeft een bee'in gemaakt
met ondersteuning uit de staatskas van be-
hoeftige kunstenaars. T. g. T.
de staatsrechtelijke bezwaren, welke
tegen het voorstel zijn ingebracht, niet
in te zien. Van een afdoen van aan.
de Grondwet toegekende rechten of be-
voegdheden of opgelegde plichten is geen
sprake. Evenmin kan, naar het hem voor-
komt, van strijd met de bepaling van art.
144 der Grondwet worden gesproken. Hij
acht het reeds twijfelachtig of te recht de
handeling van kiezers, van wie een voorstel
uitgaat, of cjie daarover stemmen, kan wor
den beschouwd als medewerking aan de
uitvoering van een wet. Intusschen kan
de vraag of hier van deelneining aan de
uitvoering der wet sprake is, ter zijde wor
den gelaten, wijli het derde lid van art.
144 der Grondwet zekt*' niet bedoelt, dat
alleen gemeentebesturen aan de uitvoe
ring van wetten medewerking zullen kun-
nen verleenen.
Het voordeel, hetwelk de gemeente-fi-
nancien ondervinden zulleh door de beeih-
diging van den verkoop van sterken drank
is \eker grooter dan het nadeel, hetweilk
de verkoopers van sterken drank door die
beeindiging lijden, en waaraan de ge
meente de helit zal hebben bij te dragen.
Onder de practische bezwaren tegen het
voorstel wordt vooropgestekl, dat tot be-
strijding van het rnisOruik van sterken
drank de toepassing van de bestaande be-
palingen van het Wetboek van Strafrecht
voldoende is. Deze opvatting keert zich
tegeri het bestaan der Drankwet en zou
moeten lijden tot opheffing van de geheele
regeling van den verkoop van sterken
drank.
Een zoo volledige vrijheid van drankver-
koop, welke trouwens in niet een land be
staat, zoude echter noodlottige gevoljgen
hebben.
De bezwaren tegen de schadeloosstel-
ling, welke volgens het voorstel aan ver-
gunninghouders zou worden verleend, zijn
niet zond'er gewicht. De practische over-
wegingen echter, welke tot het voorstel-
leii van die schadeloosstelling hebben ge-
leid zijn zoo overwegend, dat het achter-
wege laten van die schadeloosstelling niet
zou zijn een daad van wijs beleid.
Mr. Dr. JAN VAN BEST.
Naar de „Rsb." verneemt heeft de Rijks-
kieskring 's-Hertogenbosch besloten Mr. Dr.
Jan van Best niet op de lijst te plaatsen
voor de candidaten der Tweede Kamer. Dit
zou geschied zijn op het advies van het be-
stuur, dat meende, dat - het rapport van
den Eereraad de heer Van Best niet als
Kamerlid kan worden geaccepteerd.
(jRIEP.
De gemeentelijke geneeskundige dienst
te Rotterdam heeft den indruk, dat de
griep-epidemie daar ter stede iets afneemt.
Dat zij goedaardig is, kan blijken uit het
feit, dat er onder het geheele gemeente-
personeel tot nu toe geen enkel sterfgeval
aan deze ziekte is voorgekomen. De afwe-
zigheid van de aangetaste gemeentewerk
lieden bedraagt in het algemeen ten hoog
ste 10 dagen. De plaatsen, die in het zie
kenhuis in verband met het heerschen van
de griep zijn gemaakt, zijn lang niet alle
ingenomen.
Reden tot ongerusliheid blijft dus ont
breken.
J OH* w. d„ SANDE>v. d. K E IJ D E N, Tilburg.
Gro siers en Winkelieis schrijtt ons nog heden en wij maken U bemonsterde offerte.
Aanbevolen merken:
Gouden Helm - De Parel - Ideaal - Reclame Candij - Reclame Ontbijt.
TER NEUZEN, 20 Jan. 1922.
GEMEENTERAAD.
In de op a.s. Donderdag 26 Januari, des
namiddags 2 uur te houden openbare ver
gadering van den gemeenteraad, komen de
volgende punten in behandeli'ng:
HET VOORSTEL-RUTGERS IN ZAKE
PLAATSELIJKE KEUZE.
Het lid der Tweede Kamer, de heer
V. H. Rutgers, heeft thans beantwoord het
voorloopig verslag der Commissie van
Rapporteurs uit de Eerste Kamer over het
voorstel van wet tot wijziging der Drank
wet. Hij verklaart daarin de gegrondheid
63 PERSON EN IN 1921 GELYNCHT.
Gedurende 1921 zjjn 63 peraonen in de
Vereer igde S'aten ge yacht, hetgeen slechts
2 minder is dan het daarean voorafgaande
jaar. Van de 63 slachti ffe'S werden er 4
in hH openbaar levend verbrand en 5
werden verhrand na hun ier dood brengmg.
Er waren 2 vrouwan onder, eea in Georgia
en een in Mississippi. Van de slachtoflyrs
waren 6 blanben. 13 lycb ngs hedden
plaats in Ge >rgia en Miss ss ppi. 6 in Texas,
6 in Arkansas, 5 in M .ssoun, in Tennessee
en in Virginia.
Moord en aanvallen op vronwen waren
in vele gevallen de oorzaak van de lynch-
partpen.
DE 0NGESTELDHE1D VAN DEN PAUS*
Uit vertrouwbare bron wordt gemeld, dat
de gezondheiristoestand van den Paus penige
reden tot bez Tgdheid heeft. De tempera-
tuur steeg Woensdag tot 39 9. In verband
met den hooaen leeftjjd van dea Pans
vreezen de g»-nersheeren voor complicates.
STORTING VAN 31 MILLIOEN
GOUDMARK.
Havas verreemt, dat de Dui'sche regee-
ring de eers'e betalmg van 31 mibioen
goudmark, welke Woensdag mo-st geschie-
den ingesolge de beslissing van de Commissie
van Herstel, heeft gestort.
VALSCHE BELGISOBE
BANKBILJETTEN
De justitie te B ussel en die te Namen
houden zich thans bt-zig met bet onderzoek
naar een aant.al in im<oop ?gnde valscbe
Belgische fankbiljetten >an duizend francs.
Deze biljetten werden allereerst in de om-
gevinz van Namen in omloop gebracht.
Tot dusverre heeft men een dertigtal val-
sche bi'jetten van duizend francs in beslag
kunnen nemen. Men veim >edr evenwel. dat
reeds een veel giooier aantal valsche biljetten
in circulate is gebracht.
1. Notulen
2. Ingekomen stukken.
3. Beschikken op een verzoek van A.
Dieleman te Ter Neuzen om vergun-
ning tot het leggen en hebben van een
riool in gemeentegrond en om dit riool
aan te sluiten op het gemeenteriool.
4. Vaststelling schoolgeldkohier voor
het lager onderwijs over het derde tijd-
vak 1921, op een bedrag van 1842,47.
5. Voorstel van Burg, en Weth. om in-
gevolge het bepaalde bij art. 36, 9e lid
der Lager Onderwijswet 1920, mej. F.
S. Lansen over te plaatsen van school
D naar school C.
6. Beneming van een onderwijzeres aan
school A.
De voordracht bestaat uit de dames:
W. H. Happe, onderwijzeres te Oolt-
gensplaat, S. F. Perduijn, onderwij
zeres te Noordwelle en M. E. Leen-
houts, tijd. onderwijzeres te Zaamslag.
7. Voorstel van Burg, en Weth. tot het
opheffen der ambtswoningen van de
schoolhoofden en tot het onderhandsch
verhuren der schoolwoningen aan ge-
melde hoofden.
8 Voorstel van Burg, en Weth. om de
wenschelijkheid van wijziging van den
ligger van wegen en voetpaden uit te
spreken.
9. Voorstel van Burg, en Weth. tot het
instellen van een vrijwillige brand-
wee r.
10. Voorstel van Burg, en Weth. tot
overname van de Provincie van een
gedeelte van de Axelsche straat.
11. Voorstel van Burg, en Weth. in zake
het verzoek van Ged. Staten om wij
ziging der verordening op de hefting
van schoolgeld.
12. Voorstel van Burg, en Weth. tot wij
ziging der verordening op de hefting
der inkomstenbelasting.
13. Voorstel van Burg, en Weth. tot het
verleenen van steun aan werklooze
arbeiders.
DE HULDE VAN DE 100-JARIGE.
Door de weduwe D. Scheele-Rookus werd
j.l. Dinsdag, ter gelegenheid van haar 100-
sten jaardag, het volgende telegram ver-
zonden:
H. Af. de Koningin,
's-Gravenhage.
De weduwe Scheele-Rookus te Ter Neu
zen, die heden haar 100-jarigen leeftijd be-
reikt, door wier aderen nog Oranjebloed
stroomt, is dankbaar jegens God, van Zijne
zegeningen, en brengt ook Uwe Majesteit
haren hartelijken dank, dat zij onder Uwe
regeering in vrede mag leven.
In antwoord hierop is een schrijven ont
vangen van den particulieren secretaris van
H. M. de Koningin, Van Geen, van den vol-
genden inhoud:
„Hare Majesteit de Koningin heeft mij op-
gedragen de weduwe Scheeie, geboren Roo-
kus, te Ter Neuzen, Hare welgemeende
gelukwenschen over te brengen op haar hon-
derdjarig feest. Hare Majesteit was zeer ge-
voelig voor het Haar toegezonden telegram
en spreekt de beste wenschen uit voor de
gezondheid der- lOOjarige."
EEN LEZING OVER KUNST
Gisteravond werd in de bioscoop Zeelan-
dia door den heer Bergsma een lezing ge
houden over oude kunst.
De opkomst was redelijk, maar had toch
naar we vermeenen grooter kunnen zijn.
Niet onwaarschijnlijk is het, dat velen zich
hebben laten weerhouden om in verband met
de koude er heen te gaan, doch dit behoeft
werkelijk geen beletsel meer te zijn deze lo-
kaliteit te bezoeken. De directie der bios
coop heeft ook deze zaak grondig aange-
pakt en voor een degeliike verwarming ge-
zorgd, zoodat er gisteravond bepaald een
aangename temperatuur heerschte.
De bijeenkomst werd door den heer Buth-
fer, als voorzitter van het comite voor de
schilderijen tentoonstelling geopend. die be-
gon met een woord van dank uit te brengen j
aan de directie der Zeelandia-bioscoop, die j
nagenoeg geheel belangeloos hare inrichting 1
voor dezen en morgenavond heeft beschik-
baar gesteld. en het verheugde hem ook. dat
de wenschen van den wethouder Van Has- i
self, bij de opening gesproken, dat de
inrichting ook voor andere doeleinden zou
kunnen worden gebruikt, on ongedachte
wijze zoo spoedig in vervulling zijn geko-
men.
Alvorens de heer Bergsma het woord nam
om zijn lezing te houden, werd een film ver-
toont van natuur- en stadstafereelen uit
China, hetgeen na de lezing werd vervolgd.
Door den heer Bergsma werd gisteravond
besproken de kunst vanaf den tijd der Egyp-
tenaren en der Assyriers. Hij stipte, in ver
band met den vertoonden film, nog aan, dat
de Chineesche, de Oost-Aziatische kunst nog
veel ouder was, doch hij zou deze niet be-
handelen, niet omdat deze niet van betee-
kenis was, maar deze vereischt weer eene
bijzondere en uitgebreide studie.
Hij gaf eene beschouwing van de kunst
der Assyriers, die zich uitte in het vervaar
digen van reliefbeelden, en die der Egvpte-
naren, welke daarvoor graniet gebruikten,
hoewel toch ook de Egyptenaren de kunst
van vlakversiering reeds uitoefenden, getui-
ge de portretten der mummies, die op de
deksels der kisten, waarin ze bewaard wer
den, werden geschilderd.
Hij besprak vervolgens de Byzantijnsche
en de Grieksche kunst, en ging de verdere
ontwikkeling der schilderkunst na, vooral
door het renaissance-tijdperk, om ten slotte
te komen aan de Hollandsche schilderschool
in de 17e eeuw, waarbij hij uitvoerig bleef
stilstaan bij Rembrandt, als een scbilder van
zeer groot talent en enorme werkkracht, die
nog van groote beteekenis is voor onze he-
dendaagsche schilders.
De spreker betoogde ook, dat de kunst een
grooten schat vertegenwoordigt. Dat is
tegenwoordig goed te bemerken in de landen
met lage valuta. De daar aanwezige kunst-
schatten hebben hun groote waarde behou-
den Met het oog daarop was door snreker
ook het goed recht van het bestaan der kunst
bepleit. Er wordt wel eens gezegd, dat men
kunst kan missen. Hij stemt toe. dat men
voor het leven de kunst zou kunnen ontbe-
ren, doch dat is met meerdere zaken het ge-
val, zaken. die men toch ook niet wil mis-
sen. En de beoefening der kunst, getuigt van
de ontwikkeling van een volk.
De 18e eeuw was arm aan kunstenaars.
Van die tiiden is er niets dat tot ons spreekt,
en daarom laat spreker dat tiidoerk rusten
onder toezegging. dat hij Vrijdagavond zat
behandelen de kunst in de 19e eeuw, die een
zeer rijken ooest bracht.
Hierna werden verschillende lichtbeelden
vertoond, van door spreker besproken kunst-
werken.
Nadat de heer Buthfer den spreker dank
had gebracht voor zijn interessante lezing.
werd door de directie der bioscoon. zeker
tot genoegen van talle opgekomenen, nog
vertoond een comische film.
LET OP DE PADVINDERS.
Volgaarne voldoen wij aan het verzoek
om1 de aandacht te vestigen op de adver-
tentie in dit nummer, betreffende een door
de afdeeling Padvinders te geven liefdadlg-
heidsuitvoering voor de nagelaten betrek-
kingen van de omgekomen bemanningen der
reddigbooten ,,Brandaris" en ..President van
Heel", waaraan medewerking zal worden
verleend door de orkestvereeniging ,,De
Volharding". Zoowel het goede doel, dat
beoogd wordt, als hetgeen door de vereenigd
werkende vereenigingen zal worden gepres-
teerd, zal, hopen wij, velen aanleiding geven
de uitvoering te bezoeken.
GOED AFGELOOPEN.
Donderdagmorgen kwam een wagen be-
spannen met twee paarden van A. Dees,
uit Zaamslag naar Ter Neuzen, om alhier
kolen te laden.
Nabij de villa van den heer Lensen schrok-
ken de paarden en kon de voerman, een
zoon van Dees, de paarden niet meer in
tocm houden. Na een.eind te zijn medege-
sleept moest hij de paarden aan hun lot
overlaten en in vollen galop renden de
paarden de Axelsche brug over, de Noord-
straat in om eindelijk aan het einde der
Noordstraat tegen het houten hekwerk
aan het voormalig kogelpark vast te loopen,
nadat het hek natuurlijk zeer .beschadigd
was.
Persoonlijke ongelukken kwamen niet
voor, hoewel gedurende den rit meermalen
het juist op het kantje af was en men tel
kens meende een ongeluk te zien gebeuren.
BESMETTELIJKE ZIEKTEN.
Het aantal gevallen van besmettelijke
ziekten, over de week van 8 tot en met
14 Jan. 1922, in de prov. Zeeland, be-
droeg:
Febris typhoidea (buiktyphus)Borse-
len 3;
Diphteritus: Aardenburg 3, Hontenisse
1; Sluis 1; Waarde 1, Zierikzee 1.
DRIEWEGEN.
Door den heer D. de Kubber van Othe-
ne werd hier j.l. Maandag .een vergade
ring geleid met het doel om tot oprich-
ting van een Zangvereeniging (gemehgd
koor) te geraken.
In beginsel is daartoe besloten.
TER NEUZENSCHE COURANT
»«i den Gemeenteraad zal worden gehouden op
Donderdat 2« 1928, <ies na-
middags 2 uur.
Ter Neuzen, den 20 Januari 1922.
De Burgemeester voornoemd,
J. HUIZINGA.