5 Ingezonden ^Mededeelingen, Hoogwatergetij te Ter Neuzen (Wordt vervolgd). ZONNETIJD. D A G E N. Voorm. Nam. Diusdag 24 Mei. 3 03 3.21 Woensdag 25 3 38 3.56 Donderdag 26 4.15 4.33 Vrgdag 27 4.53 5.14 Zaterdag 28 n 5 35 5.59 Zondag 29 n 6.24 6.51 Maandag 30 7.20 7.55 jaarwedden van beambten op de begraafplaats f 90, onderhoud van haven- en kanaalwerken f 250, onderhoud van riolen, slooten, putten, waterleidingen, pompen enz. f 400, kosten van j pJaatselijk schooltoezicht f 50, aanschaffen en onderhouden van schoolmeubelen f 919,11 Yt, pJaatselijk schooltoezicht f 25, schoolbibliothe ken f 200, advertentien betreffende het onder- wijs f 80, brandwaarborg en verdere kosten f 50, jaarwedden van de geneesheeren f 300, g-ast- en ziekenhuizen f 10, bijdrage in de ver- p'Jeging van onvermogcnden 100, verpleging, <rv'rbrenging en geleide van krankzinnigen en als: hetsteld uit geneeskundige gestichten ont- ,sla,gen personen 100, bijdragen voor pensioen ingevolge de Pensioenwet en de Weduwenwet voor de gemeente-ambtenaren 1913 f 100, ge- dingen en rechtskundig onderzoek f 50, open- bare feesten f 20, kosten van inkwartiering van krijgsvolk f 20, toelage aan de gemeen- telijke arbeidsbeurs f 100, kosten regelende ge- meenschappelijke belangen f 10, kosten voort- vloeiep.de uit de werkloozenverzekering f 700. 80 aandeel N. V. Provinciale Zeeuwsche EJectriciteits Mij. f 275, totale vermindering 4589,11 y2blijft eene venneerdering met f 25.892,39. De heer SCHEELE vraagt inlichtingen om- trent de overschrijding van den post voor druk- vwa-ken, die hij niet onbelangrijk acht, nl. f 2072,37%. De VOORZITTER geeft te kennen, dat die overschrijding niet het gevolg is geweest van het uitvoeren van buitengewoon drukwerk, doch wel van eene te lage raming in verband met de gestegen kosten van drukwerken. Als voor- bt- .d liaalt hij aan, dat het drukken van het gemeenteverslag een uitgaaf van f 350 heeft gevorderd, terwijl de raadszittingen ook niet •iribeduidende kosten meerbrachten, er was 1 zatting -waarvan het verslag f 78 kostte. Het concept kohier van den hoofdelijken omslag kostte f 300. Dit laatste is in de toekomst niet meer noodig. Wat de stukken voor de ge- meenteraadszittingen betreft, vermeent spre ker, dat de raad niet van de tegenwoordige regeling zal willen afwijken, en wat het ge meenteverslag betreft hebben burgemeester en wethouders reeds overwogen om het drukken daarvan te staken. Hij vindt het wel jammer, dat een gemeente als Ter Neuzen geen gedrukt veers:ag meer aan de leden van den raad zal konjien toezcnden, maar in verband met den algemeenen drang naar bezuiniging kan het ook worden nagelaten, er zijn verslagen van misschien grootere beteekenis die ook niet meer in druk worden uitgegeven. Indien het mog-e- lijk is, zullen burgemeester en wethouders i dit opzicht zuinigheid betrachten. De heer DE RIDDER heeft opgemerkt, da' er op den post onderhoud van riolen enz. f 400 over is; hij vraagt, of de riolen toch nog wel geregeld worden schoongehouden, opdat men weer niet voor de noodzakelijkheid komt te staan om die op een gegeven oogenblik alle tegelijk te moeten schoonmaken. De VOORZITTER antwoordt, dat het schoon maken regelmatig geschiedt, er is op dezen poet overschot, omdat de uitgaven naar nader bleek, te hoog geraamd was. De heer SCHEELE maakt ook nog aanmer king op den post „aanschaffen en onderhou- den van schoolboeken, leermiddelen en school- behceften". Is het hiervan een zelfde oor- zaak als bij „drukwerken", dat die post met ongeveer honderd procent is overschreden De VOORZITTER deelt mede, dat het hier iets anders betreft; door de late indiening van de rekening der schoolboeken kon die niet meer op het dienstjaar 1919 worden betaald en bleef het beschikbare bedrag dus op die reke ning disponibel, maar moest worden overge- braeht naar de reKening van 1920. De heer HAMELINK wenseht de aandacht te vestigen op het bedrag van ruim f 900 dat over is op den post voor aanschaffen en onderhoud van schoolmeubelen. Hij herinnert. dat bij de behandeling der begrooting voor 1921 is gewezen op den slechten staat waarin de schoolmeubelen verkeerden, waarom werd besloten daarvoor een hooger bedrag op de be grooting uit te trekken. Des te meer valt hem op, dat op de rekening van 1920 daarvoor nog zoo'n groot bedrag disponibel blijkt, want dat is dan toeh geheel in strijd met het genomen raadsbesluit. Dat besluit werd genomen met algemeene stemmen en nu maakt het naar zijne meening al een heel vreemden indruk, dat dan van het beschikbare crediet geen gebruik wordt gemaakt. Evenzoo is clit het geval met den post voor schoolbibliotheken. Met algemeene stemmen werd besloten den daarvoor uitgetrokken post a*! 100 te verhoogen tot f 350, natuurlijk met de bedoeling dat daarvan gebruik zou worden gemaakt, de raad sprak daarbij uit, dat de zucht tot lezen bij de kinderen moet worden aangekweekt. Als hij dan thans ziet, dat er 200 op over is en dat toch ook voor het aan schaffen van boeken enz. evenals bij het druk werk de prijzen hooger zullen zijn dan vroeger, dan krijgt hij niet den indruk, dat is gehandeid in overeenstemming met den wil van den ge- meenteraad. Op die wijze beteekenen besluiten van den raad niets. Het spijt hem, dat die zaa niet beter is uitgevoerd, want als de bibliothe- ken niet geregeld worden onderhouden en aan- gewuld, kan dit de belangstelling daarvoor niet aanwakkeren. De VOORZITTER stelt in het licht, dat hr hot debat over de begrooting voor 1921 voor het eerst de schoolmeubelen ter sprake zijn gekomen. De heer HAMELINK: Zeker, omdat het on- derhoud zooveel te wenschen overliet, maar nu blijkt, dat er over 1920 veel meer voor kon worden uitgegeven, doch dat dit niet is ge- schied. De VOORZITTER stemt dat toe, maar geeft te kennen, dat het onderhoud in de crisisjaren wegens de moeite om aan grondstoffen te komen en de hooge prijzen in het algemeen te wenschen heeft overgelaten en dat nu moet getracht worden daarmede weer op regel te komen. In de eerste plaats werd het noodig geacht, de scholen eens flink te laten schil- ■deren De heer HAMELINK: Dat was onderhoud, maar ik heb het over den post voor school meubelen. De VOORZITTER: Daar komen we wel aan; «le voor verven beschikbare gelden bleken niet toereikend en nu hebben burgemeester en wet houders toch rekening te houden met de ge- meentekas en dat de rekening kloppend moet kunnen gemaakt worden. Toen nu de schilders- rekening te hoog werd, hebben burgemeester en wethouders besloten de schoolmeubelen nog wat uit te stellen, opdat men van het daar voor beschikbare bedrag wat zou overhouden. Overigens kan hij wel zeggen, dat burgemees ter en wethouders dezer dagen eens een kij! genomen hebben in de scholen en dat zij he. met den heer Hamelink eens zijn, dat de school meubelen dringend herstelling en vervanging vragen. Burgemeester en wethouders willen thans daaraan hunne aandacht wijden. Wat de schoolbibliotheken aangaat, dat is moeilijker; daarover hebben burgemeester en wethouders rechtstreeksch geen zeggingschap en ,zii kunnen de hoof den van scholen maar moeilijk opdringen, dat ze daarvoor meer geld moeten besteden. Het is steeds gewoonte, dat die heeren aan burgemeester en wethouders een lijgt mzenden van hetgeen ze noodig den- ken te hebben en dat wordt hen geleverd. Spreker wil wel bevorderen, dat de wensch van den raad aan de hoofden van scholen nog eens nader wordt overgebracht, maar hun kun nen toch moeilijk boeken worden toegezonden, die ze zelf niet aanvragen. Het voorstel wordt aangenomen met alge meene stemmen. 3. Verzoek van P. A. van Bouchaute voor het bouwen van een erker boven ge- meentegrond. Naar aanleiding van een adres van P. A. van Bouchaute te Ter Neuzen, die vergunning verzoekt tot het aan zijn in aanbouw zijnde woning op het perceel kadastraal in deze ge meente bekend sectie L no. 1630, gelegen aan de Korte Kerkstraat no. 7, maken van een erker, ter breedte buiten de rooilijn van 0,61 M. en ter lengte van 1,95 M. stellen burge meester en wethouders voor dit verzoek in te willigen, oun. onder voorwaarde, dat belang- hebbende of zijn rechtverkrijgenden ter erken- ning van het eigendomsrecht van den grond waarboven de erker zal worden aangebracht jaarlijks eene retributia zal betalen van f I eo. dat deze vergunning alleen geldig is, wan- neer zij binnen een maand na dagteekening daarvan bij een op zegel geschreven verkia- ring wordt aanvaard. Het verzoek wordt ingewilligd met alge meene stemmen. 4. Vaststellen jaarweddeverordcning. Burgemeester en wethouders stellen voor, vast te stellen de volgende VERORDENING regelende de jaarwedden van het personeel in dienst der gemeente Ter Neuzen. HOOFDSTUK I. Algemeene bepalingen. Artikel 1. lo. De uitbetaling der jaarwedden geschiedt maandelijks, met uitzondering van de po- litie-agenten en de gemeentewerklieclen. die hunne jaarwedden ontvangen per week, waarbij het jaar wordt gerekend op 52 weken. 2o. Bij ontslag wordt de jaarvvedde uitbetaald tot en met den dag, voorafgaande aan dien, waarop het ontslag ingaat. 3o. Bij overlijden wordt de jaarwedde betaald: a. indien de ambtenaar een weduwe of een kind of kinderen, beneden den leeftijd van 18 jaren nalaat, twee voile maanden na de maand waarin het overlijden heeft plaats gehad, voor de ambtenaren die per maand betaald worden en 10 weken na de week waar in het overlijden heeft plaats gehad van de ambtenaren die per week wor den uitbetaald: b. indien de ambtenaar ongehuwd is tot en met de maand waarin het overlij den heeft plaats gehad; voor de amb tenaren die per maand worden uitbe taald en 2 weken na de week van overlijden voor de ambtenaren, die per week worden uitbetaald. Artikel 2. Aan het personeel der gemeente aan wien overeenkomstig het advies van hun geneesheer een verlof wegens ziekte wordt toegestaan, wordt dit verlof met behoud der jaarwedde niet langer verleend dan gedurende 12 achter- eenvolgende maanden. Blijkt na het verstrijken van dezen termijn uit een rapport van den geneesheer, dat de ambtenaar nog niet in staat is zijne werk- zaamheden te hervatten, dan kan hem weder- om voor ten hoogste 12 maanden een verlof worden verleend, met dien verstande echter, dat van zijne jaarwedde wordt ingehouden, het geen ten behoeve van zijne plaatsvervanging als salaris door de gemeente moet worden uit betaald, doch tot een maximum van de helft der jaarwedde. Artikel 3. lo. Aan de g-ehuwde vast aangestelde amb- tenares, die hare bevalling tegemoet ziet, wordt een verlof verleend ingaande vier maanden voor het tijdstip, waarop de be valling kan worden verwacht en eindigen- de twee maanden na de bevalling. 2o. Voor den tijd van dat verlof blijft de ambtenares in het voile genot van hare jaarwedde. 3o. Is zij, twee maanden na de bevalling, vol- gens het oordeel van den geneesheer, aie haar behandelt, nog niet in staat hare werkzaamheden te hervatten dan wordt het bepaalde in artikel 2 van toepassing. Artikel 4. Aan ambtenaren op wie militairen dienst- plicht rust wordt verlof verleend met behoud van jaarwedde, met dien verstande, dat de Jaar wedde slechts voor een deel wordt behouden, wanneer de totale inkomsten uit militaire dienstbetrekking, gevoegd bij het bedrag dier jaarwedde, deze met meer dan 200 over- treffen. In dit gevai wordt eene korting op de jaar wedde toegepast indien deze wordt over schreden: met meer dan 200.—tot en 400,— ad 20 pet. 400,600,— 35 a 8 8 8 8 600,8 8 8 800,8 50 8 8 8 8 8 80 8 8 1000,8 66 8 8 8 8 8 1000,ad 80 pet. In geen geval zal door deze korting echter het totaal van de wedde als ambtenaar en de inkomsten uit militaire betrekking dalen be neden een bedrag van 200 meer dan de wedde. HOOFDSTUK II. Van de ambtenaren ter secretarie. Artikel 5. Het personeel ter gemeente-secretarie be- staat uit: een commies; ad junct-commiezen klerken. Het getal der adjunct-commiezen, klerken en tijdelijke schrijvers wordt jaarlijks bij de gemeentebegrooting geregeld. Artikel 6. De jaarwedden der ambtenaren in het vorig artikel genoemd, worden bepaald als volgt: Minimum Na2iaar N'a 4 jaur Na6jaar Na8jaar dienst. dienst. dienst. dienst. Voor den commies 2400,— 2550,2700,— /2850,— /3000,— Voor de adjunct-commiezen 2000.— 2100,— 2200,— 2300,— 2400,— Voor de klerken le klasse 1600,f 1700,/1800.- 1900,— 2000,— Voor de kerken 2c klasse f 1200,f 1300,1400,- f 1500,1600, Voor de tijd. schrijvers 1000, Bij aanstelling of bevordering in rang wordt steeds het minimum der jaarwedde aan dien rang verbonden toegekend. De verhoogingen der jaarwedden gaan in met den lsten der maand volgende op die waarin een dienst van 2, 4, 6 of 8 jaar is volbracht. Diensttijd als ambtenaar ter secretarie In an^c-re gemeenten, in overeenkomstige betrek king te beoordeelen door burgemeester en wet houders doorgebracht, komt ten voile in aan- merking voor de jaren, doorgebracht na de intreding van het 18e levensjaar. Artikel 6. De bedragen in artikel 6 worden verminderd vocr tlen ambtenaar ter secretarie, die benoemd sijnde tot bezoldigd ambtenaar van den bur- gerlijken stand, belast met de werkzaamheden den burgerlijken stand betreffende, behalve het voltrekken van huwelijken met diens jaar wedde als zoodanig. Zulks geschiedt ook indien hij deze benoeming niet aanneemt, of die be trekking bekleedende, ophoudt ambtenaar van den burgerlijken stand te zijn. HOOFDSTUK III. Van den gemeentebode. Artikel 7. De jaarwedde van den gemeentebode be- draagt f 1100,na 2 jaar dienst f 1200, na 4 jaar dienst f 1300,na 6 jaar dienst f 1400,en na 8 jaar dienst f 1500. De verhoogingen der jaarwedden gaan in met den lsten der maand volgende op die, waarin een dienst van 2, 4. 6 of 8 jaar is vol bracht. De diensttijd als gemeentebode in andere gemeenten doorgebracht, komt voor de toe- passing van dit artikel in aanmerking. Artikel 8. De gemeentebode, in dienst der gemeente van een eigen rijwiel gebruik makende, ont- vangt jaarlijks /25,als schadeloosstelling voor het gebruik van dat rijwiei. HOOFDSTUK IV. Van den inspecteur en de agenten van politie. Artikel 9. De jaarwedde van den inspecteur van politie bedraagt f 2400,na 2 jaar dienst f 2550, na 4 jaar dienst 2700,na 6 jaar dienst f 2850,—; en na 8 jaar dienst f 3000, De verhoogingen der jaarwedde gaan in met den lsten der maand volgende op die, waarin een dienst van 2, 4, 6 of 8 jaar is volbracht. Als diensttijd komt in aanmerking de tijd, doorgebracht als inspecteur van politie in dezf of eene andere gemeente. Artikel 10. Behalve de jaarwedde in aitike 9 bedoeld, geniet de inspecteur van politie, bij wijze van abonnement, voor ambtsldeeding en schoeisel een vergoeding van 125,per jaar. Wapenen en verdere uitrusting worden hem van gemeentewege verstrekt. Artikel li. De jaarwedden van de agenten van politie bedragen f 30,na 2, 4, 6 of 8 jaar dienst respectievelijk f 31,32,33,en f 34.per week. De verhoogingen der jaarwedde gaan in met de week waarin den lsten der maand valt. waarin een dienht van 2, 4, 6 of 8 jaar is vol bracht. Als diensttijd komt in aanmerking de t doorgebracht als agent van politie in deze en eene andere gemeente. Een agent van politie, welke bij gebieken geschiktheid benoemd wordt tot agent-recher- cheur, wordt daarvoor eene belooning van f 50,per jaar toegekend. Artikel 12. Voor het bezit van het pohtie-dipioma wordt de jaarwedde met 50,verhoogd. Wordt dit diploma verkregen na het in wer- king treden dezer verordening dan gaat de verhooging in met de week waarin den lsten der maand volgende op die, waarin het diploma is verworven, vervalt. Artikel 13. Agenten van politie voor wie als standplaats een buurtschap buiten de kom der gemeente wordt aangewezen, en die in dienst der ge meente van een eigen rijwiel plegen gebruik te maken, ontvangen jaarlijks f 50,als scha deloosstelling voor het gebruik van dat rijwiel. Artikel 14. Uniform, schoeisel, wapenen en verdere uit- rusting wordt van gemeentewege aan de agen ten van politie verstrekt. De wapenen en verdere uitrusting zijn het eigendom der gemeente. De bovenkleeding blijft het eigendom der gemeente zoolang de draagtijd niet verstre- ken is. De draagtijd van een overjas is vier jaar; de draagtijd van een kortejas is twee jaar; de draagtijd van een broek is een jaar; de draagtijd van een pet is een jaar; Wanneer kleedingstukken vemield zijn hn- gevolge van dienstprestaties of om andere aan- nemelijke redenen voor het verstrijken van den draagtijd, wordt door de gemeente nieuwe Wee ding verstrekt. HOOFDSTUK V. Van den gemeente-bouwmeester. Artikel 15. De jaarwedde van den gemeente-bouwmees ter bedraagt f 2400,na 2 jaar dienst f 2550,na 4 jaar dienst f 2700,na 6 jaar dienst 2850,na 8 jaar dienst 3000. De verhoogingen der jaarwedde gaan in met den lsten der maand volgende op die, waarin een dienst van 2, 4, 6 of 8 jaar is volbracht. Als diensttijd komt in aanmerking de tiic' doorgebracht als gemeente-bouwmeester in de ze of eene andere gemeente. Artikel 16. De gemeente-bouwmeester, in dienst der ge meente van een eigen rijwiel gebruik makende, ontvangt jaarlijks f 25,als schadeloosstelling voor het gebruik van dat rijwiel. HOOFDSTUK VI. Van de werklieden. Artikel 17. De werWieden worden onderscheiden in: een hoofdman bij den beerruimingsdienst; timmerlieden metselaars; werklieden bij den beerruimingsdienst; werklieden bij den reinigingsdienst, en gewone werklieden. Het getal der timmerlieden, metselaars, werk lieden bij den beerruimingsdienst, werklieden bij den reinigingsdienst en gewone werklieden wordt jaarlijks bij de begrooting geregeld, Artikel 18. De jaarwedden der werWieden in het vorig artikel genoemd worden bepaald als volgt: Mini- Na2j. Nk4j. Na6j. Na8j. mum. dienst dienst. dienst dienst. Voor den hoofdman hij den beerruimingsdienst f 25, J 26,— f 27,— f 28.f 29, p. week Voor de timmerlieden: J -5.f 26,— /27,28,29,p. week Voor de-metselaars 25,'26,27.28,/29,—p. week Voor de werklieden bij den beerruimingsdienst: 23.24,- 25 - 26,— 27.- p. week Voor de werklieden bij den reinigingsdienst 23,— 24,25— f 26,/27,-P. week Voor de gewone werklieden 23,14,— 25,— 26,- /27,— p. week Bij aanstelling of overgang van een werk- man in een andere rubriek, wordt het minimum der jaarwedde in die rubriek vermeld, toege kend. Bij overgang daalt de jaarwedde niet beneden het reeds genoten salaris. De verhoo gingen der jaarwedde gaan in met de week waarin den lsten der maand valt, waarin een dienst van 2, 4, 6 of 8 jaar is volbracht. Als diensttijd komt in aanmerking de tijd doorgebracht als werWnan in deze en eene an dere gemeente. Artikel 19. Hetgeen door een werWnan aan ongevallen- rente, hetzij tijdelijk, hetzij' voortdurend wordt genoten, komt in mindering van zijne jaar wedde. HOOFDSTUK VII. Van de onderwijzeressen in de handwerken. Artikel 20, De jaarwedde van de onderwijzeres in de kom bedraagt 1000,en van die te Sluiskil f 500,-. HOOFDSTUK VIII. Van den gemeentegeneesheer. Artikel 21. De jaarwedde van den gemeentegeneesheer bedraagt f 900, HOOFDSTUK IX. Van de vroedvrouwen. Artikel 22. De jaarwedde der vroedvrouw in de kom bedraagt f 750,en van die te Sluiskil f 1000,—. HOOFDSTUK X. Van den keurmeester van vleesch. Artikel 23. De jaarwedde van den keurmeester van vleesch bedraagt f 1500, HOOFDSTUK XI. Van den Directeur der Arbeidsbeurs. Artikel 24. De jaarwedde van den Directeur der Arbeids beurs bedraagt f 1800,na 2 jaar dienst 1900,na 4 jaar dienst f 2000,na 6 jaar dienst 2100,en na 8 jaar dienst f 2200,— De verhoogingen der jaarwedde gaan in met den lsten der maand volgende op die, waarin een dienst van 2, 4, 6 of 8 jaar is volbracht. Als diensttijd komt in aanmerking de tijd, doorgebracht als directeur der arbeidsbeurs in deze of eene andere gemeente. De VOORZITTER licht dit voorstel nader toe met de mededeeling, dat de verschiilende jaarwedden en bepalingen in overeenstemming zijn met den bestaanden toestand. De heer HAMELINK wil niet trachten een debat te openen over deze verordening in het algemeen, al kan hij niet instemmen met ver schiilende bepalingen die zij bevat, omdat deze gegrond zijn op vroeger genomen raadsbeslui- ten die na debat met meerderheid van stem- men zijn genomen. Hy wil toch wel de aan dacht vestigen op eene bijkomstigheid, nl. de bepaling van artikel 7. Die is naar zijne mee ning in strijd met artikel 6, waarin de jaar wedde van de ambtenaren ter secretarie wordt bepaald. Als een ambtenaar ter secretarie, om welke reden dan ook, niet in aanmerking wenseht te komen als ambtenaar van den bur gerlijken stand, dan vloeit daaruit salarisver- laging voort. Hij acht dat een zonderling ar tikel. Hij wil het geval eens veronderstellen, dat de heer De Vos geen lust meer zou heb ben om langer ambtenaar van den burgerlij ken stand te zijn. Zou men dan zijn jaarwedde met f 300 verminderen? Zou zulks ook het gevolg worden met hen die als opvolger wor den aangewezen indien zij bijvoorbeeld opzien tegen de aan die functie verbonden verant- woordelijkheid en er voor bedanken om in aan merking te komen, en gaat men dan de ge- heele linie af, dan zou dat toch werkelijk aan-. leiding zijn, dat de jaarwedde van alle func- tionarissen met f 300 moest worden vermin derd. Spreker heeft er lang over zitten stu- deeren, maar kan er toch niets anders uit lezen. Hij vraagt, of men iemand, die, tot ambtenaar der secretarie benoemd zijnde en zijn werk tot aller tevredenheid verrichtende, wel verplichten kan om een benoeming tot ambtenaar van den burgerlijken stand aan te nemen. De VOORZITTER merkt op, dat deze zaak al een heele historie heeft, die bij de verschii lende keeren, dat de jaarwedde der secretarie- ambtenaren werd herzien steeds het meest werd besproken, en de gevoelens daarover zijn verschillend. Spreker heeft er bij een vroegere behandeling ook wel eens op gewezen. dat het z.i. indien deze regeling ter beoordeeling eener lioogere autoriteit kwam, zij wel geen goed- keuring zou vinden. De raad heeft onlangs ook te kennen gegeven niet te willen ingaan op lie regeling die voor de ambtenaren van den burgerlijken stand door gedeputeerde staten werd voorgesteld, doch de hier bestaande re geling is, zij het ook in geringe mate, nadeelig voor de pensioneering van den betrokken amb tenaar ter secretarie, omdat zijn pensioens gTondslag eenigszins lager wordt. Men had hier destijds voor deze functie een specialen ambtenaar en daardoor heeft die regeling geen moeilijkheden ondervonden, hij zal dat ook wel "blijven doen zoolang het hem mogelijk is, doc' vroeg of laat zal de raad hierin toch wijziging moeten brengen. De heer HAMELINK wijst er nog op, dat burgemeester en wethouders, indien later een andere commies moest worden aangesteld, zou- den kunnen meenen, die nuttiger te kunnen ge- bruiken voor ander werk en den adjunct-com mies voordragen ter benoeming als ambtenaar. Dan zou het toch kunnen zijn, dat deze opziet tegen het aanvaarden der verantwoordelijkheid van het ambt van ambtenaar van den burger lijken stand. Dan zou men toch moeilijk daar- om zijn jaarwedde kunnen gaan verminderen De heer NOLSON merkt op, dat de voor waarde voor het aannemen der functie van ambtenaar van den burgerlijken stand toch ook een voorwaarde is bij het benoemen van ambtenaren ter secretarie. Hij meent, dat de vrees die hier in de lucht zweeft niet behoef* te bestaan. Met den heer De Vos is indertijd overeengekomen, dat de tegenwoordige rege ling zoo zou worden gemaakt en deze is nog iang niet weg. Mocht er zich echter iets voor- doen, dan is de gemeenteraad er toch nog, om zoo noodig een andere regeling te treffen. De VOORZiTTER zegt, dat een en ander niet ontkend wordt, maar vraagt wat er zou moeten geschieden indien een ambtenaar ter secretarie die eenmaal benoemd is, zou weige- ?«en als ambtenaar op te treden. Dan zou vol- gens deze verordening zijn tractement moeten verminderen. De heer NOLSON is van meening, dat een ambtenaar die het weigerde moreel ook op een laag peil zou staan. De heer HAMELINK: Maar dan wordt het toch aan een ander opgedragen, die dan daar door ook voor het feit wordt gezet om zijn salaris te zien verminderen. De VOORZITTER wijst er op, dat deze rege ling ook verdedigd is op grond, dat de ambte naar het werk ter secretarie doet in den tijd dat de gemeente als ambtenaar over hem 1 schikt. Het is maar de kwestie of de regeling toelaatbaar is. De heer HAMELINK: Als u daaraan twij- felt, waarom zet u dat dan hierin? De VOORZITTER: Omdat we niets anders hebben vast willen leggen dan de thans be staande regel ingen. De heer VAN CADSAND: Geschiedt het werk van den ambtenaar in secretarietijd De VOORZITTER: Ja, ten minsten wel voor drie vierden. De heer VAN CADSAND: Maar de secre- tarie-ambtenaren zijn toch onderdanen van den secretaris, zoodat hij hen toch dat werk kan opdragen. De VOORZITTER: Als ambtenaar van den burgerlijken stand staat hij onder den officier van justitie die hem straffen kan voor ge- maakte verzuimen of fouten. Ik geloof, dat deze kwestie later nog wel eens aan de orde zal komen, doch dat we het best doen, dat thans verder te laten rusten. De heer HAMELINK wenseht nog wat te bespreken, nl. de kleeding der agenten. De VOORZITTER zou uit artikel 14 de pet en de broek willen lichten als uniform stukken, die het eigendom der gemeente blijven, daar hij het niet aangenaam vindt, dat nieuw be- noemde agenten broeken of petten van voor- gangers zouden moeten dragen. De heer HAMELINK acht de hier omschre- ven regeling niet billijk; er is bij verschiilende gelegenheden betoogd, dat de agenten behalve him salaris ook vrije kleeding ontvangen. Daar uit blijkt dus, dat de kleeding een deel van hun loon uitmaakt. Hij meent dan ook, dat, als ze den dienst veriaten, het dan niet billijk is, dat ze hun uniform moeten inleveren. zoti- ler dat ze daarvoor vergoeding ontvangen. De INDIEN GEZON'D, BLIJF GEZOND. Maak geen gewoonte van het gebruiken van g'eneesmiddelen. Als gij zieki zijt, hebt gij waar- schijnlyk medicijnen noodig. Maar zoodra gij weder gezond zijt, dient gij met het gebruik op te houden. Zorgzame gewoonten, lichaams- oefeningen, eenvoudig' voedsel, goede ontlas- ting, en geregelde, verkwikkende slaap, dienen u gezond te houden. Wees blij, als gij vrij zijt van verschijnselen van nierzwakte. Als gij er aan twijfelt, kunnen Foster's Rugpijn Nieren Pillen u helpen. Dit geneesmiddel schept geen gewoonte-vorming. Onderzoek u zelf. Ontwaakt gij 's morgens met een doffe, kiloppende pijn in dsn rug' Hebt gij blazen onder de oogen en zijn uw handen en enkels gezwollen? Is de urine bewolkt, zanderig of brandend? Geschiedt de loozing te veel of te weinig? Zijn uw ledematen bevc- rig en lheumatisch, vooral bij vochtig weder? Zijt gij moedeloos, altijd vermoeid, zonder lust en wilskracht? Wordt gij duizelig na een poos gestaan te hebben Hebt gij last van rheuma- tiek, spit of ischias? Als gij ,,ja" moet antwoorden op een van deze vragen, is het bepaald, noodig om een speciaal niergeneesmiddel te nemen, en kunt gij niet beter doen dan onmiddellijk te begin- nen met Foster's Rugpijn Nieren Pillen. Te Ter Neuzen verkrijgbaar bij Wed. A. v. OverbeekeLeunis a f 1,75 per doos. 32 ingeleverde kleeding is naar sprekers meening naar gelang van den tijd dat ze dien gedragen hebben geheel of gedeeltelijk hun eigendom geworden en zou dan moeten worden geschar, welke waarde hen zou tehooren te worden uit- gekeerd. Zoo ging het vroeger met de soldi- ten die uit dienst gingen ook; ze leverden hun kleeding in, die werd geiaxeerd en de wangle op hun schuld afgeschreven. Dat het als een deel van hun loon beschouwd wordt, blijkt ook uit de regeling die voor den inspecteur geldt. Die krijgt het bedrag voor zijn kleeding in geld uitbetaald en daarbij wordt van geen draagtijd gesproken en ook niet van een eigendom op de kleeding van de ge meente. Als die vertrekt behoudt hij alles. Spreker zou wenschen, dat de politieambtena- ren over een kam werden geschoren, dat de agenten, evenals de ninspecteur ook een vast bedrag voor hun kleeding krijgen of wel, dat aan den inspecteur ook de kleeding wordt verstrekt met voorgeschreven draagtijd enz. Overigens voelt hij er niet veel voor om de oude kleeding voor de gemeente te houden, want dan heeft ze kans daarmede toch te blij ven zitten, zonder er wat mee te kunnen doen. De heer VAN HASSELT geeft te kennen, het niet geheel oneens te zijn met het betoog van den heer Hamelink, maar merkt op, dat hij de zaak van het verstrekken van kleeding toch nooit zoo heeft beschouwd, dat deze een deel van het loon zou uitmaken. Hij beschouwt het aldus, dat de agenten, doordat hun klee ding ten gebruike wordt verstrekt, de kosten van aanschaffing van eigen kleeding sparen. Overigens voelt ook hij er niet veel voor, bi.i de gemeente oude kleeding op te sparen. De heer VAN CADSAND merkt op, dat het toch geen algemeene regel is, dat de agenten hun kleeding bij vertrek inleveren. De VOORZITTER stemt toe, dat den heer Van Cadsand een geval kan bekend zijn, dat dit niet is geschied. De beer SCHEELE meent, dat de zaak wel zoo kan door gaan; er is een draagtijd voorge schreven en als nu een vertrekkende agent een jas b.v. 1 jaar gedragen heeft, dan be- hoeft zijn opvolger er toch ook maar drie jaar mee te doen. Hij is ook van gevoelen, dat er geen taxatie of vergoeding behoeft plaats te hebben, want hij staat op het standpunt van den heer Van Hasselt, dat de kleeding slechts ten gebruike wordt gegeven. De VOORZITTER wijst er op, dat deze zaa:, ook een stukje historie heeft; vroeger werd aan de agenten ook geld verstrekt en bleef de kleeding hun eigendom, maar wegens de stij- gende prijzen heeft de gemeenteraad bepaald. dat de kleeding zou worden verstrekt, die dan eigendom der gemeente bleef. Toch is onlangs de agent De Bard en daar sprak de heer Van Cadsand op vertrokken en heeft zijn kleeding meegenomen. In dat geval is even- wel aangenomen, dat die al zoo lang in dienst der gemeente was, dat die kleeding als zijn eigendom kon worden beschouwd. Vroeger, toen ze geld kregen, was de prijs voor een overjas f 60 en voor een kleine jas f 40, en toen verkochten ze, als ze uit dienst gingen. die kleedingsstukken zelf aan hun opvolger. Spreker heeft met de agenten zelf deze kwestie besproken en toen gaven ze te kennen. dat ze liever ook een vast bedrr.; van 120 tot 125 zouden ontvangen. Hii heeft hun toen den raad gegeven dan deswege een re quest aan den gemeenteraad te zenden, dor ze hebben dit nagelaten. Misschien den ken ze bij nader inzicht, dat deze regeling gunstiger voor hen is. De heer GEELHOEDT wijst er op, dat De Bard zijn kleeding wel heeft meegenomen. maar dat het toch zeer de vraag is, of hij dat- zelfde uniform ook kon dragen in de gemeente waar hij thans werkzaam is. Hij meent, dat de oude kleeding ook niet veel beteekent. De heer COLSEN vraagt of de voorzitter hem ook kan verklaren hoe het komt dat hier de politieagenten zoo weinig in burgerkleeren loopen. Is dat volgens een hen gegeven order? Hij zou dat wel beter achten, vooral voor een agent buiten, bij het opsporen van misdrijven, daar ze nu reeds van verre te zien zijn, doch in burgerkleeren loopende niet zoo in het oog vallen. De VOORZITTER deelt mede, dat de agenten in hun uniform dienst moeten doen, behoudens bijzondere omstandigheden, zooals b.v. het overbrengen of begeleiden van krankzinnigen. hetgeen in burgerkleeren geschied. Er is in dat verband door de agenten bij het onderhoud ook gesproken over het verstrekken van bur gerkleeren, doch toen werd meegedeeld dat. indien daartoe werd overgegaan, dit voor 1 agent zou geschieden, die dan altijd met die werkzaamheden zou worden belast, zijn de agenten op hun verzoek teruggekomen, daar ze dat liever op beurt zien opgedragen. En wat de speurdiensten betreft, door den heer Colsen genoemd, daarvoor is speciaal een agent- rechercheur aangesteld. De verordening wordt onveranderd vastge- steld met algemeene stemmen. K H II tt

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1921 | | pagina 3