ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIE8LAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
I
4
No. 7092
Vrijdag 7 Januari 1921.
*51e Jaargang.
1
Zeggen en doen,
DIKNENLAND.
BUITENLAN D.
PREDIKBETJRTEN.
8ER5GHTEN.
i
EI E B.XjA .13.
De eerste dagen van het jaar zijn weer
voorbij. Het zijn de dagen waarop de men
sehen alien elkander hebben toegewenscht:
veel heii, veel geluk en veel zegen. Dat gaat
aan het begin van een jaar vanzelf, zoo
spontaan. Mensehen, die elkander voor de
eerste nutal in het nieuwe jaar ontmoeten,
hebben de beste wenschen voor elkanders
levenslot in het jaar dat komt. Men zou niet
gaarne aehterbliiven! Wat zou dat onop-
gevoed staan, onwelievend zijn! Wat zou
dat een bewijs van koudheid of van vijand-
schap zijn als men geen felicitatie voor
temand gereed had! Dan moet er toch wel
veH zitten tusschen twee mensehen als zij
op dien dag elkander niet gelukwenschen.
Dat hoort er immers zoo bij, dat is nu een-
maal toeh gewoonte? Ja? Zoudt Ge
dat denken, dat deze manier van handelen
eenvoudig gehandhaafd blijft uit kracht
der gewoonte? We zouden dan toch lcunnen
vragen: maar hoe is men er dan toe ge-
komen om nu juist die gewoonte aan te
nemen, die lieflijke gewoonte om elkander
het goede te gaan toewenschen bij den aan-
vang van een jaar? Waarom heeft men
daartoe dan niet iets anders uitgekozen?
Waarom nu juist dit, van zooveel naasten-
liefde sprekende, zegewenschen? Waarom
niet de gewoonte aangenomen om eikaar
op den len Januari eens goed de les te le-
zen, elkander de waarheid te zeggen en op
zijn fouten te wijzen? Op den Isien April
zijn vele mensehen er op uit er een ander
te laten inloopen en voor den mal te hou-
den; met St. Nicolaas is het de gewoonte
geworden eikaar met cadeau's te verrassen,
nu op 1 Januari gaat men elkander toewen
schen het goede. Is het wellicht uit gewoon
te dat net geschiedt, toch zou zulk een
gewoonte, vooral in onze dagen, die zoo
weinig om het oude geven, verdwijnen ais
er geen beteekenis achterzat, als er werke-
lijk niet iets in het hart van den mensch
was, dat behoefte had aan deze daad, iets
dat volkomen strookte met het uitspreken
van deze heilwensehen.
We doen het toch niet tegen onzen zin?
Ja zeker, het komt wel eens voor, dat men
zegt: heb, nu moet ik die en die ook nog
al gaan gelukwenschen en dat men na veel
nieuwjaarsvisite's er tegen opziet ook nog
daar en d'aar heen te gaan, maar dat neemt
niet weg, dat het oogenblik waarop we
't moeten doen ons ten voile bereid vindt.
Als we de gelukwenschen uitspreken is het
volstrekt niet alleen met den mond maar dan
fs er ook wel iets in het hart, dat daarmee
instemt. We neigen er toe, we vinden het
adngenaam, het gaat vanzelf om elkander
dan iets goeds toe te wenschen. Al zouden
we op andere dagen voor eikaar nog niet
zbbveel gevoelen, als het jaar begint heb
ben we goede wenschen gereed. Het is
werkelijk meer dah een gewoonte.
Waar of dan wel de oorzaak in zit? We
willen trachten dit in een enkel opzicht te
benaderen.
Er komen in deze nieuwjaars-wenscherij
wel eenige verborgen overleggingen van
het menschenhart onbewust aan den dag.
Is er niet op den eersten dag van het jaar
een algemeen gevoel van gelijkheid, 'k zou
haast zeggen: van kameraadschappelijk-
heid? Het gelukwenschen is dan ook alge
meen. Rijken en armen, heeren en knechten,
ouden en jongen doen het elkander weder-
keerig. Er is geen afstand, geen scheiding.
Vanwaar dat gevoel van gelijkheid? Zou het
ook kunnen zijn omdat we alien staan te-
genover de toekomst, waaraan het begin
van het jaar ons in het bijzonder denken
doet? En daartegenover alien even onzeker
en even machteloos? Wat de toekomst bren-
gen zal weet niemand, en het kan voor een
ieder zijn: voorspoed of tegenspoed, licht
of donker, vreugde of smart. In dat opzicht
staan alien gelijk. Ieder hoopt echter voor
zichzelf op geluk, ieder verlangt vooruit-
gang, maar hij gevoelt ook, dat hij daar af
moet blijven, dat hij het niet kan dwingen,
dat hij het niet heeft in zijn macht. Wat nu
de mensch voor zichzelf hoopt, hij heeft er
behoefte aan om het voor een ander al
maar vast te gaan wenschen, om aldus
voor zichzelf (naar hij meent) er meer aan-
spraak op te mogen maken, dat het geluk
ook hem te beurt vallen zal. Hij wordt gul
met het toewenschen, voor die onzekere
toekomst, van heil aan anderen, om door die
gpedheid als 't ware zelf meer het geluk
tot zic'n te trekken. Zal, wat hij anderen
zoo ruimschoots toewenscht, hemzelf kun
nen ontgaan? Dat zou van die toekomst toch
werkelijk onrechtvaardig zijn! Ik geloof,
dat deze overleggingen van zeer grooten
invloed zijn bij het gelukwenschen aan he;
begin' van een nieuwen tijdkring. Zou men
dan zijn naaste iets kwaads durven toe
wenschen? Het zou ons zelf evengoed kun
nen overkomen! De onzekere toekomst zou
voor ons nog veel erger dingen in haren
schoot verborgen kunnen hebben. Neen, we
hebben niets dan goeds aan alien die ons
ontmoeten toe te wenschen, opdat de toe
komst maar zoo goed zal zijn ook ons met
haar geluk te bedeelen.
Heb ik nu door deze verklaring het
nieuwjaarwenschen vernederd of verhoogd?
Een ieder onderzoeke zichzelf! Bij velen
zal het gelukwenschen op 1 Januari wel
hooger staan dan deze vrijwel egoi'stische
handelwijze. Men heeft werkelijk voor ei
kaar de beste wenschen, omdat men iets
gevoelt voor eikaar en zich verblijdt in ei-
kanders geluk. Bij velen zal de beteekenis
van het gelukwenschen wel niet hooger aan
te schrijven zijn. Geen alterui'sme, maar een
verborgen egoi'sme schijnt er Aorheen.
Dit alles neemt echter niet \^g, dat men
dan toch van harte aan zijnen naaste gunt
eenig geluk. En dit moeten we toch niet
voorbijzien, dat er e6n dag in het jaar is,
dat iedereen dit gewillig en ruimschoots
doet. Laten we dat een groot geluk noefpen!
Ja laten we zeggen: Zoo kruipt het bloed
alweer waar het niet gaan kan. Want hoe is
het toch gewoonlijk, op de andere dagen
van het jaar, gesteld met het geluk, dat de
mensehen elkander toewenschen? Is het
gewoonlijk niet zoo, dat mensehen elkander
het geluk benijden? Laat ons eerlijk zijn. Is
de afgunst niet een groote macht, die overal
aan den dag komt? De afgunst, dat is die
gesteldheid eds harten, waarbij men het toch
maar niet verdragen kan, dat aan een an
der veel geluk te beurt valt, ja meer geluk
dan aan onszelf, is zij het niet die vele ge-
sprekken, ja handelwijzen van den mensch
tegenover zijn naaste beheerscht? Nog-
maals, laat ons eerlijk zijn! We willen op
deze dingen nog even wijzen en werkelijk
niet om iemand zeer te doen, maar alleen
om elkander te wijzen op een bron van
bitterheid, waarvan we tenslotte zelf de
oorzaak zijn, dat ze ons leven vergalt. De
afgunst, die we ronddragen tegen deze ot
gene, en waardoor we ons denken en spre-
ken en handelen laten beinvloeden, is werke
lijk niet iets onschuldigs, maar een scherp
wondend voorwerp. Zij is een gevaar voor
ons eigen levensgeluk, waartegen we el
kander wel degelijk hebben te wapenen.
is de afgunst niet een algemeen voor-
komend verschijnsel? En dan komt dit fel
uit tusschen mensehen van gelijken stand,
van hetzelfde ambt, van dezelfde welvaart,
van dezelfde familie. Vroeger ging men
gelijk op, maar ziet daar bereikt deze of
gene een hoogere plaats, hij verdient wat
meer, het gaat hem beter en voorspoediger,
hij gaat zijn collega's ver vooruit, ach wat
steekt dat bij de anderen! Daar kan het
menschenhart niet aan.
De afgunst heeft post gevat bij de ande
ren, en waartoe laat men zich al niet ver-
voeren om den bevoorrechte te vernederen.
Welke lasterlijke woorden, welke slechte
en valsche gedachten, welke hatelijke han
delwijze doet de afgunst den mensch aan
de hand! De bitterheid is gekomen in het
hart van den afgunstige en in zijn geheele
verhouding tegenover den meer begunstig-
de komt die bitterheid aan den dag, en het
feit is, dat men zijn naaste dan geen heil en
zegen toewenscht maar duidelijk te kennen
geeft, dat men hem het geluk benijdt, ja het
1 hem zou willen afnemen. Kunnen we deze
j dingen niet telkens opmerken in de samen-
leving? Het is een algemeen gebrek. Het
begint al bij de kleinen. Als het eene kind
soms wat meer wordt aangehaald dan het
andere, brengt dit het kinderhart in beroe-
ring, en soms is een daad van haat tegen
over den meer begunstigde het gevolg. Zoo
I gaat het voort bij knapen en meisjes, onder
vrienden en vriendinnen, bij wolwassenen
mannen en vrouwen.
Wat heeft men het spoedig opgemerkt als
de een eens wat meer heeft dan den ander
en het eerste gevoelen daarover is werke
lijk niet blijdschap over 's naasten geluk,
doch wrevel en misnoegen. En beluister nu
eens allerlei gesprekken, die over de men-
schen gevoerd worden, en deze zijn zoo tal-
rijk, hoe vaak kunt ge het bemerken, dat
het de afgunst is die velen welsprekend
maakt en dat zij de drijfveer is, waardoor
men juist de donkere levenszijde van menig-
een sterk op den voorgrond doet komen.
Dan gaat het zich verder in daden open-
baren en brengt scherpe scheiding tusschen
hen, die juist eensgezind door het leven
zouden moeten gaan. Deze dingen zijn van
niet geringen omvang en zitten diep: Welk
een tegenstelling vormt dat alles nu met de
hartelijke verhoudingen op den eersten dag
van het jaar! Ja tusschen zeggen en doen
I ligt wel een lange weg! Zouden we nu niet
medewerken aan vermeerdering van levens
geluk voor anderen en voor ons zelf, als
we eens trachtten te toonen, dat het ons
ernst is, dat we wenschen het geluk van
onzen naaste?
Waarom zouden we ons niet verheugen
over het geluk van een ander? Zou, als ons
hart z66 gezind is, het leven voor onszelf
ook niet veel zonniger zijn? Blijde zijn met
de blijden, dat is naastenliefde van een edel
soort. Zij is moeilijker, maar dan ook edeler
dan medelijden hebben met onzen naaste,
want daar zijn wij gewoonlijk de onge-
deerden, terwijl onze naaste dan in de ver-
drukking is. Maar zich verheugen over het
geluk van een ander, ook al is het zelf ons
deel niet, dat is echte liefde.
j Laat ons niet vergeten, dat de afgunst
onszelf het meeste schaadt. Een oude wijze
heeft gezegd: nijd is verrotting der been-
deren. Ons leven wordt ondermijnd zoo de
afgunst te veel in ons te zeggen krijgt. Onze
oogen worden dan gesloten voor het goede
en schoone wat er toch is in ieders leven
ook van hen, waarover wij zoo verkeerd den
ken, maar zullen dan onze oogen ook niet
onbekwaam zijn om allerlei kleine aange-
name dingen in ons eigen leven op te mer-
ken? Als we een gelen bril hebben opgezet
bij het bezien van onzen naaste, dan be-
derven we onze oogen en ook ons eigen
leven komt niet tot zijn recht, we waardee-
ren het niet. Hoe donker moet 't worden in
het hart van hem of haar, die aan die afgun
stige gedachten al maar voedsel geeft!
eaten we er daarom met ernst aan mede
werken om te laten zien. dat het ons ernst is
met onze heilwensehen aan 't begin van
't jaar.
Wij willen ook doen wat we zeggen. En dit
1 zal ons zelf levenskracht toebrengen. Als we
werkelijk ons het geluk van onzen naaste
willen indenken zonder afgunst, het zal ons
gelukkig maken. Het is toch veel aangena-
mer als we door de weidc wandelen om een
bouquet schoone en geurige bloemen te
verzamelen dan niets dan stekels en distels
te plukken?
Er is toch werkelijk al genoeg onaange-
naams in deze wereld. Er is al een genoeg-
zame voorraad aan moeite en strijd en
kruis. Zullen wij het geluk van anderen nu
ook nog gaan verduisteren en de hoeveel-
heid zonnelicht en zonnewarmte, die er in
het leven is, nog gaan verminderen? Laat
ons blijven denken aan onze gelukkjge
stemming aan het beg\ van het jaar. Het
is iets aangenaams elk. nder geluk te wen
schen. We gevoelen hei Laten die geluk
wenschen dan geen koude gewoonte zijn.
Zij zetten ons aan den arbeid. Als wij nu
da&r maar aan gedachtig willen blijven! en
moge deze wensch in vervulling treden: dat
onze woorden daden worden.
Maurits F.
DE KONINGIN-MOEDER GEOPEREERD.
Een bulletin Dondesdagmiddag 12 uur
luidt:
„De Koningin-Moeder werd hedenmorgen
ten paleize operatief benandeld. Er deden
zich geen verwikkelingen voor en de opera-
tie werd zeer goed door&laan. De algemeene
toestand bevredigend."
(w. g.) H. J. Lameris.
C. L. De Jongh.
DE BELGISCHE LOODSEN TE
VLISSINGEN.
Door den burgemeester van Vlissingen
is tot den minister van Binnenlandsche
Zaken, tijdelijk voorzitter van den minis-
terraad, een schrijiven gericht van den
volgenden inhoud:
,,Naar aanleiding van hardnekkige las-
terberichten in de Belgische pers, laat-
stelijk in de Independahce Beige, en ver-
meldt door de Nederl. groote pers over
slechte behandeling, die Belgische lood
sen te Vlissingen zouden ondergaan, heb
ik de eer Uwe Excellence, mede te dee-
len, dat alle geruchter over moeilijlkhe-
den, die Belgen van de zijde van het Vlis-
singsch publiek zoudervondervinden, vol
komen uit de lucht zijn gegrepen, Inte-
gendeel geen enkel incident heeft zich
nog te Vlissingen voorgedaan en de hou-
ding der Vlissingsche bevolking tegenover
de Belgische loodsen is steeds welwillend
Deze gevoelens berusten op wederkeerig-
heid bij de Belgen.
Het staat vast dai het personeei van de
Belgische loodsadministratie, evenals de
leden der gezinnen van de Belgische lood
sen ,over het algemeen gaarne te Vlissin
gen vertoeft, waar zij met de Vlissingsche
bevolking in zeer goede gemeenschap
samen leven. Zelfs toen de annexatielust
der Bejlgen in de Belgische pers sterk op
den voorgrond trad en toen daardoor in
ons land de stemming tegen de Belgen
verscherpt werd, hebben zich juist te
Vlissingen, waar zooveel Belgen wonen,
geen moeilijkheden voorgedaan. Het eeni
ge feit, waarop hier dan ook zou kunnen
worden gewezen, is 'tplaatsen van eeni
ge ingezonden stukken van Belgische en
Nederlandsche zijde, korten tijd geleden
in de VI. Crt., naar aanleiding van een
artikel over den loodsdienst op de Schel-
de in het „Vaderland", die ik U hierbij
als bijlagen toezend".
WET OP DE ARBEIDSBEMIDDEL1NG.
Naar de Haagsche redacteur van „De
Maasbode" verneemt, is een wet op de
arbeidsbemiddeling in bewerking, dat reeds
in gevorderden staat van voorbereiding
verkeert. Dit wets-ontwerp was reeds aan-
gekondigd in de Troonrede van 1919 maar
is thans noodzakelijk geworden door de
besluiten der Arbeidsconferentie te Was
hington.
Het doel van het ontwerp is de arbeids
bemiddeling, welke tot nog toe geen wet-
telijken grondslag heeft op wettelijke gron-
den te baseeren, de conventies, en aanbe-
velingen der conferentie van Washington
in zake de arbeidsbemiddeling uit te voe-
ren, de gemeenten tot het instellen van
bureaux voor arbeidsbemiddeling te ver-
plichten en de subsidieering der arbeids
bemiddeling te regelen.
EEN BELGISCH WETSONTWERP
NOPENS DE PASSEN.
Jaspar, de Minister van Buitenlandsche
Zaken, heeft een wetsontwerp ingediend
nopens de passen.
De gewone passen worden belast met een
bedrag van 10 fr. goud (de gouden frank
is 2 fr. 50 waard). De passen voor zee-
lieden, die deel uitmaken van de bemanning
van een Belgisch schip, zijn kosteloos. Het
visum van een Belgischen pas, dat even
lang geldig is als de pas, en voor een on-
bepaald aantal verplaatsingen tusschen het
land, waar de betrokkene woont en het land,
waarvoor het visum is afgegeven, zal 5 fr.
kosten.
Een buitenlandsche pas voor den door-
tocht door Belgie zonder gewild oponthoud
zal 1 fr. per visum kosten. De personen, die
slechts voorzien zijn van een visum voor
doortocht, en die uit eigfen wil dien door-
tooht onderbreken om op Belgisch grond-
gebied te verblijven zullen twee maal zoo
veel moeten betalen als geeischt zou zijn
door den consulairen agent, die bevoegd
was voor het verblijf in Belgie.
Het visum van een buitenlandsche pas
voor doortocht door Belgie, met vergunning
om twee dagen in de haven van vertrek te
verblijven, kost 5 frank per visum.
Alle andere visa van buitenlandsche
passen zullen worden onderworpen aan een
wederzijdsch recht van ten minste 10 fr.
De rechten voor de visa van passen vol-
gens de regeling van 30 November zullen
kunnen worden gehandhaafd voor zoover
betreft hen, die uit Londen komen, die de
minimum-voorwaarden niet aanvaarden,
die vastgesteld zijn op de conferentie, die
in October 1920 te Parijs is gehoudeu on
der auspicien van den Volkenbond, of die
voor de visa voor doortocht rechten zouden
handhaven, die hooger zijn dan de hierbo-
ven genoemde.
SINN FEIN-GIJZELAARS.
Voor het eerst sinds de bekende pro-
clamatie van Cuming werd gepubliceerd,
lieten zich deze week de militaire patrouil-
les in Kerry (Ierland) door gijzelaars ver-
gezellen. Des morgens >yerden uit ver-
schillende huizen, waar naar men vermoed-
de, vooraanstaande Sinn Feiners woon-
den, de mannelijke bewoners gehaald, en
gedwongen in de militaire auto's te stap-
pen, welke dien dag in het district patroul-
leerden. Des avonds werden de gijze
laars weder vrijgelaten.
EEN NIEUWE AARDBEVING IN
ALBANIE.
300 dooden en gewonden; 10.000
dakloozen.
Bij de bestuurscommissie van het Ame-
rikaansche Roode Kruis te Parijs, is, naar
het Journal meldt, bericht ontvangen, dat
een nieuwe aardbeving Albanie heeft ge-
teisterd. De stad Elbassan zou volkomen
verwoest zijn. Tot dusver moeten 14 per
sonen gedood en 300 gewond zijn. Tien
duizend personen zijn dakloos geworden.
KAN1BALEN OP HAITI.
Zeven Amerikanen opgegeten.
Volgens berichten uit Washington ver-
klaart de Amerikaansche generaal Zarnett
in zijn rapport over den toestand op het
rapport over den toestand op het West-
Indische eiland Haiti, dat inboorlingen al-
daar zes Amerikaansche mariniers hebben
°Pgegeten, benevens een Amerikaansch
officier.
DE ZWARTE TROEPEN IN HET BE-
ZETTE GEBIED.
Volgens de Chicago Tribune is bij het
Amerikaansche Congres een motie inge
diend, waarin van Wilson wordt geeischt,
dat hij pogingen zal in het werk stellen
om van Frankrijk de terugtrekking van de
zwarte troepen uit het bezette Duitsche
gebied te verkrijgen.
TER NEUZEN, 7 Jan. 1921.
VACATURE IN DE GEMEENTERAAD.
Door het stembureau alhier is in de
vorige week gehouden vergadering als op-
volger van mevrouw G. B. Duiker-Blekkink,
die wegens het niet meer bezitten van de
noodige vereischten was vervallen verklaard
van het lidmaatschap van den gemeente-
raad tot lid van den raad benoemd ver
klaard de heer S. Duiker, die zich metter-
woon naar elders heeft verplaatst en dus
evenmin aan alle eischen voldoet.
Opvolger op de lijst der S. D. A. P., is
nu de heer L. J. van Driel.
Een ander lid dezer fractie in den raad,
zal, naar wij vernemen, wegens particu-
liere belangen geruimen tijd uit de gemeente
afwezig zijn. Of hij in verband daarmede het
lidmaatschap van den gemeenteraad al of
niet zal aanhouden is nog niet beslist.
GEEN KOOPLUST.
Bij de j.l. Maandag alhier door den no-
taris Van der Moer ten verzoeke van den
heer A. Moggre gehouden veiling van
eenige woonhuizen, werd geen enkel per-
ceel verkocht, wegens te laag bod.
POLITIE.
De agent van politie M. de Bard alhier is
als zoodanig benoemd te Boskoop.
BEWAARSCHOOL ONDERW1JS.
Tot hoofd der Christelijke bewaarschool
te Vreeswijk is benoemd mej. H. L. F. Ha-
geman, thans als zoodanig alhier.
VERBLIJDEND VOOR DE KINDEREN.
Toen Dinsdag na afloop der Kerstvacan-
tie te Groede voor het eerst weer „school"
gehouden zou worden, werden de kinderen
van eenige klassen verrast met de blijde
tijding, dat er voor hen nog geen school
was, omdatmeester bezig was met de
,,Volkstelling".
SLUISK1L.
Donderdag 30 Dec. gaf de zangveree-
niging „Polyhymnia" te Sluiskil een uitvoe-
ring in Bet schoolgebouw, die zeer zeker
welgeslaagd mag heeten. De zangnummers
werden zeer verdienstelijk uitgevoerd en
klonken zeer zuiver. Zij bewezen, dat het
koor onder werkelijk goede leiding staat
een woord van lof mag zeker niet ont-
breken en over goede stemmen beschikt.
Als hoofdnummer stond op het programma
„Roza de schoone Slaapster", operette in
zeven tafereelen. Ook de uitvoering van dit
nummer viel zeer te prjjzen. Het spel was
zeer goed, heel lief het dansje aan 't eind
van 't eerste tafereel; de solo's klonken
mooi en de kleeding der personen, vooral
die der feeen was schitterend. Het tweede
tooneeltje vooral, was daardoor een lust
voor de oogen, ook deed het tooneeldeeor
het hier voor goed, wat van de overige
tooneelen niet altijd kon gezegd worden.
Jammer, dat deze vereeniging geen flink
ruim tooneel heeft. Alles was nu wat be-
knopt en gedrongen, wat evenwel niet weg-
neemt, dat het geheel prachtig was en nie
mand zich z'n gang naar het schoolgebouw
dien avond zal hebben berouwd.
Ook de orgelbegeleiding viel te prijzen,
ook daarvoor een woord van lof. Eenige
leuke voordrachten en wat goed gezongen
zangnummers besloten deze genotvolle
avond.
Aan de leidster der operette, die zeker
geen lichte taak heeft gehad werd namens
het koor door twee lieve meisjes een bloemen-
hulde gebracht, waarmee het publiek onder
daverend applaus instemde. Zeer voldaan
toog men huiswaarts, met de wensch, dat
..Polyhymnia" ons nog meer zulke prettige
avonden moge bereiden.
ZAAMSLAG.
Tot onderwijzeres aan de Chr. school alhier
is benoemd mej. C. E. de Koster van Mid-
delburg, thans te Driebergen, die deze be-
noeming heeft aangenomen.
In den nacht van Dinsdag op Woensdag
1.1. zijn bij den molenaar C. H. een 6tal
kippen ontvreemd, en bij eenigen zijner bu-
ren eenige stukken waschgoed. Daders
onbekend.
BOSCHKAPELLE.
Aan de werklooze leden van de R. K.
Veldarbeidersbond dezer gemeente is in de
afgeloopen maand December 416 uitge-
keerd uit de werkloozenkas van dien bond.
Bij den landbouwer J. N. werden twee
jonge zwarte kraaien uit het nest gehaald,
en met de hoenders verzorgd en opgekweekt.
De beesten zijn zoo tarn geworden, dat
zij, na overdag te hebben rondgevlogen,
met de kippen op stok gaan, op de schou-
ders der knechten meerijden, uit de hand
eten, enz.
Hun diefachtigen aard verloochenen ze
vooral niet, opzichtens steenen pijpen en
lucifersdoosjes, die ze behendig uit
of ondervesten halen, die hier en daar
worden neergelegd.
Door Z. D. H. den Bisschop van Breda
is benoemd tot pastoor dezer parochie de
Z. Eerw. heer A. Fruijtier.
Zondag 9 Januari 1921.
llervormde Kerk.
O ereformeerde tier ken.
Chr, Oerefomteerde Kerk.
Qereformeerde Gemeente.
(Ylooswijkstraat).
Otid-Gerefortneerde gemeente
(Vlooswfjkstraat.
Lokaul „Eben- Ha&ger" (Kerkhoflaan.)
Ter Neuzen. 5i u., Evangelisatie.
EEN HAAGSC iE STOOMSPU1T NAAR
S1TTARD.
Na Emmet-, en Maastricht heeft thans
Sittard de hulp der Haagsche brandweer
ingeroepen, ditmaal om de Sittardsche be
volking aan drinkwater te helpeD, Door
een defect aan de machine van het pomp-
station der waterleiding geraakte n.l. Zondag
de geheele stad Sittard zonder drinkwater.
TtDgrafisch werd de Haagsche brandweer
geinviteerd, hier de reddendo hand te komen
nitstekeu. En zjj deed dit onmiddeljjk.
Te halfdrie in den middag werd een stoom-
spuit per trein afgezonden en 's morgens
te vijf uur arriveerde zij te Sittard.
BRUG INGESTORT.
Te Boxtel (N.-Br.) is een brug over de
Dommel ingestort. Zes jongens vielen in
de rivier, die alien gered konden worden.
NSCHE COURANT
Xei Nemen.
Sluiskil.
Hoek.
Zaamslag.
Axel.
Sas ran Gent
Philippine.
Hulst.
Hontenisse.
9J u., Ds. A. Timmerman en 2 u.,
Ds. A. Timmerman, Bediening ran
den H. Doop en Voorbereiding H.
Avondmaal.
9£ u., en 2 u„ dhr. L. Dek.
9 u Ds. E. Raams en 2 u., Ds. E.
Raams, Voorbereiding H. AvondmaaLj
9 u. en 2 u., Ds. G. van Dis. .--'MStS
9i u. en2u., Ds. J. B. Th. Hugenholte.
9£u.,Ds. H. Akersloot van Houten IWx»
2 u., Ds. H. Akersloot van Houten Roos.
10 u., Ds. Hermanides.
10 u., Ds. W. 3. van Lindonk.
Hoek 9 u. en 2 n., Ds. H. v. d. Wall.
Ter Neuzen, 14 Jan. savonds half zeven, Prof.Dr.
S. O. Los, rustend Hoogleeraar te
Potchefstroom.
Zaamslag 9 u. en i u., Ds. L. de Bruijne.
Ter Neuzen. 9 u., 2 u. en 5J u., leeskerk.
Ter Neuzen. 9 n., 2 u. en 5J u., Ds. Van der
Garde, van Opheusden
it. K, Kerkdiensten te Ter Neuzen.
Zondag zijn de H. H. Diensten om 7, 8J en 10 uur.
'sNamiddags om half drie Lof.