ALGEMEEN NIEUWS- EN APVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
No. 7059.
Donderdag 21 October 1920.
60e Jaargang.
Be Strip em bet Vuur.
buitenland
Leden Commissies.
FETJILLETON.
glKftLdLAN 0.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Dinsdag.
De lieer Kooien aanvaardt Iret voorzittei-
schap met een rede, waarin hij zijn voorgan-
ger huldigt en een beroep doet op de mede-
werking der Kamer.
Daarna is aan de orde de interpellate
over de salarisverbetering van het rijksper-
soneel, in het bijzonder van het postperso-
De interpellant, de Iteer Van den 1 empel
(s-d.) (die zeer slecht verstaanbaar is),
noemt als oorzaak der ontevredenheid de af-
wiiking van het rapport der salariscommis-
sie. Bovendien wordt het postpeisoneel ach
ter gesteld bij andere ambtenaren en be-
ambten. De regeering is altijd ten aanzien
van de bezoldiging van haar personeel ach-
ter de feiten aangeloopen.
Spreker critiseert de salarisplannen uei
regeering. Door haap' houding was z.i. de
staking van het postpersoneel onvermijde-
lijk. Niettemin hebben de besturen der or-
ganisaties het hunne gedaan om haar tegeii
te houden. Scherp keurt interpellant het at,
dat de regeering weigerde de besturen te
ontvangen.
Dr. A. KUYPER.
Naar de „Stand." verneemt, is de toestand
van dr. A. Kuyper langzaam achtermtgaan-
de, daar teekenen van hartzwakte zich voor-
doen.
RI1KSU1TKEER1NG EN PERSONEEL
VOLKSTELLINO.
De Minister van Binnenlandsche Zaken
heeft aan de gemeentebesturen bericht, dat
het in zijn bedoeling ligt te bevorderen een
vergoeding van de gemeenten voor de aan-
staande volkstelling van 12 ct. per gete den
nersoon, tegen 4V, ct. bij de vonge tell ng
Ten einde zooveel mogelijk tegenioet
komen aan de moeilijkheid tot ^omen
geschikt personeel hebben de Minister van
Oorlog en de Minister van Marine a. i. zich
bereid verklaard militairen met den graad
van onderofficier, korporaal of soldaat, die
daar toe geschikt en genegen zijn.tegen
f 2 50 per dag voor een onderofficier en
1,25 voor een korporaal of soldaat, be-
lutlpzaam te doen zijn.
Voor zoover het totaal der vergoedingen
aan militairen in een gemeente meer dan
tien percent besparing blijkt te geven zal
rijksuitkeering naar een in verhouding
ren grondslag zijn te bepalen.
Voor gemeenten met ver verspreid lig-
gende woningen kan de rijksuitkeering iets.
hooger worden bepaald.
DE L1CHT1NG 1921.
Afgekondigd in Staatsblad no. 786 Be-
sluit van den 13en October 1920, betrer-
fende de sterkte van de lichting der militle
van 1921.
De lichting der militie van het jaar 1921
bedraagt 25.000, waarvan 600 voor de zee-
militie worden bestemd.
Het getal ingeschrevenen waarnaar het
aandeel der provincie volgens art. 4 der wet
is berekend, bedroeg voor Zeeland 1352.
Het aan deze provincie opgelegde aandeel
bedraagt 932.
VERRU1MING VAN WERK-
GELEGENHE1D.
Minister Aalberse vraagt f 2.000.000 sub-
sidie aan voor gemeenten en provincien ter
aanmoediging en ondersteuning bij pogin-
gen om beoefenaren van een in moeilijk-
heden verkeerende industrie (sigarenindu-
strie) in staat te stellen een ander vak te
kiezen.
DE W1EL1NGEN.
Wij hebben ontvangen een memorandum
voor den Volkenbond van het Nederlandsche
suD-comite van de Volkenbond-Unie (Lea
gue of Nations Union) over het Neder-
landsch-Belgische geding in zake de Wie-
lingen.
Daarin worden achtereenvolgens belian-
deld de oorsprong van het conflict, het in-
ternationaalrechtelijk en het feitelijk karak-
ter daarv%n, benevens de grondslag vooi
een overeenstemnung.
Wat den ieitelijken aard van het gescnil
beireft over de vraag, of de Wielingen De
schouwd moeten worcten als territorial wns
teren dan wei als de monding van de Schel-
de, wordt de geschiedenis van de souverei-
niteit over de inonden van de Schelde weer-
gegeven; met betrekking tot de rechtsbasis
vinuen wij de historische rechten van Neder-
land getoetst aan het volkenrecht van ver-
leden en heden, en het reactionaire betoogd
van het beroep van Belgie op den drie-mij-
lenregel tegenover den door Nederland in-
geroepen regel met betrekking tot de rivier-
mondingen.
Voor den grondslag van een overeen-
stemming wordt verwezen naar de door de
Nederlandsche regeering adhgeboden con-
cessie om de Wielingen te verdeelen langs
den zgn. Dalweg, zoodat de Belgische be-
langen gewaarborgd zouden worden door
de verkrijging door Belgie van de zuidelijke
helft van het vaarwater.
Het stuk is namens het genoemde sub-
comite geteekend door de heeren H. Colijn
(voorz.), prof. dr. P. Geil, J. C. H. Krop-
veld en G. Gerretson.
Als bijlagen zijn daaraan toegevoegd de
redevoering van Minister Van Karnebeek op
3 Juni in de Tweede Kamer, een uiteenzet-
ting over de uitoefening van de souvereim-
teitsrechten sedert 1830, en de brief van
den Belgisehen Minister van Buitenlandsche
zaken, houdende een dankbetuiging voor de
niet-toepassing van de neutraliteit op oe
Wielingen (Aug. 1914).
Wij zullen in de gelegenheid zijn,op dit
memorandum terug te komen. (N. R. Urt.
NEDERLAND EN BELGIE.
De Brusselsche correspondent van het
Hbl., meldt:
Arthur Rotsaert, die de „Histoire de 1 Es-
caut depuis 1648" schreef, betoogt in de
..Nation Beige" de onmogelijkheid om Ant-
werpen door een kanaal met Zeebrugge te
verbinden. Hij meent dat, indien werd afge-
zien van de Schelde boven Antwerpen, dit
zou beteekenen, dat Belgie afziet van zijn
rechten tegenover Nederland. Na de tech-
nische moeilijkheden te hebben aangetoond,
drukt Rotsaert de meening uit, dat Neder
land toch niet zou toetaten, dat de Schelde
benoorden Antwerpen afgesloten zou wor
den.
Ten slotte geeft Rotsaert te kennen, dat in
dit geval er weinig of niets zou terechtko-
men van Belgische betrekkingen met den
Rijn.
De ..Nation Beige" kondigt aan, dat zij
nog het oordeel van andere deskundigen
over dezelfde quaestie zal inwinnen.
U1TBARSTING MERAPI.
(Officieel). Het departement van Kolo-
nien ontving yan den gouverneur-generaal
het volgende telegram:
Kleine mtbarsting Merap: maakte 35
slachtoffers. alien grassnijders en veldar-
beiders die werkendc op 2 paal van hun
kampong, in bekende gevaarlijke zone wer-
den verrast door ncerdalende warmen lucht-
stroom, gemengd met verpoederde lava.
SALARJSSEN R1JKSPERSONEEL.
De roorgenomen voorzieningen.
De Minister vau Financien heefi aan den
voozitter van de Tweede Kamer den voi-
genden brief doen toekomen
(/8-Gra»enhage, 15 Oct. 1920.
Ik beb de eer, U Boogedelgestrenge te
verzoeken wel ter kennis van de Tweede
Kamer der Staten-Generaal te wilien bren
gen, dat, bet kabinet, ter tegemoetkoming
aan de moeilgkheden, welke het Rijksper-
soneel, en meer in het bijzonder gezinnen
met kinderen, ODder de bestaaude omstan-
digheden ondervouden, besloot de volgende
voorzieningen te treffen
a. de schaien 2 6n 3 van bet bezoldi-
gingsbesluit burgerlgke Rijksambtenaren
1920 (Staateblad No. 37) worden in maxi
mum verboogd met 100, ingaande
1 Jannari 1920
b. de korting van 7 pet. voor weduwen-
en weezenpensioen komt van 1 Januari
1920 af te vervallen.
c. de kintertoelage wordt, te rekenen
van I Jul) 1920, voor elk kind benedeu den
leeftpd van achttien jaren toegekend, dus
reeds te beginnen met het eerste^ kind. De
toelage wordt genoten ocgeacht het bedrag
der wedde, zoodat de bestaande grens van
5000 komt te vervallen.
De toelage bedraagt voor e'k kind als
voren bedceid 21/s pCt. van het bruto sa-
laris, met inbegup van vaste toelagen, met
een minimum van f 50 en maximum van
200 per kind.
Als maatstaf worden genomen de wedde
en het aantal kinderen op 1 Jan. 1920.
d. de salaiissen van gehuwde manne-
Rocvwi wit den Oertijd
door
H. ROSNY.
21)
IV.
Het verbond tusschen Mensch en
Mammoeth.
Nam en Gaw hadden den mammoeth op
hnn leider zien toeschrijden; wel heel
duidelijk beseften zij toen de weertooze
nietigheid van den mensch en toen de
geweldige slurf op Naoh nederdaalde,
murmelden zij:
Nu wordt Naoh vermorzeld, Nam en
Gaw zullen alleen staan tegenover de
Kzamms, de dieren en het water.
Maar toen zagen zij, dat Naoh s hand
het dier streelde en hun hart sprong p
van vreugde en trots en zij juichten:
„Naoh heeft een verbond gesloteni met
den mammoeth. Naoh is de machtigs e
der menschen."
Toen riep de zoon van den I anter.
Dat Nam en Gaw op hun beurt na-
de'r'sluipen, gelijk Naoh is nadergeslopen
Laat ze gras en jonge loten vergaren, en
deze den mammoeth bieden.
Zij luisterden met klpppend hart, inaar
vol vertrouwen; zij naderden uiterst lang
zaam, naar het voorbeeld van den leider
en op hun weg plukten zij nu eens^s,
groeven dan weer een maluwe wortel
U1Toen zij diciht bij het dier waren, reik-
ten ze het hun oogst toe en Naoh deed
tegelijkertijd hetzellde; de mammoi2 -
Zoo werd het verbond gesloten tus- te
schen de Qulhamr en den mammoeth.
De nieuwe maan was grooter gewor-
den; de nacht naderde, dat zij zou opko-
men groot als de zon. Nu kampeerden in
een dezer nachten de Kzamms en de Oul-
hamr op twintig duizend vaam afstand
van elkaar. Zij trokken langs den oever
van den stroom. De Kzamms hadden hun
legerplaats op een droog gedeelte opge-
slagen; zij warmden zich bij het loeien-
de Vuur en aten groote stukken vleesch,
want de jacht was goed geweest, terwijl
de Oulhamr in de vochtige duisternis stil-
lekens met elkaar wat wortelen deelden
en het rauwe vleesch van een houtduif.
Op tienduizend vaam van den oever
sliepen de mammoeths onder de esv-h-
doorns. Overdag verdroegen zij de nalbij-
heid van de nomaden, maar des n.ichts
waren zij' meer prikkel^iaar; misschien
kenden zij de listen en lagen der men
schen, misschien ook werden zij in hun
rust gestoord door de aanwezigheid van
andere levende wezens, dan die tot hun
ras behoorden. Iederen avond trokken de
Oulhamr dus weg naar een plek, waar
hun lichaamreuk niet meer hmderlijk kon
Nu vroeg Naoh ditmaal aan zijn mdic
kers:
„Zijn Nam en Gaw gereed om groote
vermoeienissen te doorstaan Zijn hun
ledematen soepel en lenig; en is hun
ademhaling krachtig en rustig?"
De zoon van den Populier antwoordde:
„Nam heeft een gedeelte van den dag
geslapen. Waarom zo(i hij dan niet ge
reed zijn tot den strijd?"
En Gaw kwam op zijn beurt:
„De zoon van den Sa'igo kan met zijn
grootste snelheid den afstand afleggen,
die hem van de Kzamms scheidt."
„Dat is goed. Naoh en zijn makkers
zullen naar de Kzamms gaan. Zij zullen
den ganschen nacht strijden om het Vuur
ljjke auabteuaren zullen, te rekeuen van
1 October 1920, ongeacht eventueele kinder-
toelage, niet minder bedragen dan 1600
in standplaatsen der le kiasse, f 1540 in
standplaatsen der 2e kiasse en j 1480 in
standplaatsen der 3e kiasse
e. de maatregelen sub c. en d. zullen
ook gelden voor de lijdelijke ambtenaren.
Dezen zullen bovendien over het tijdvak
1 Januari 1920—1 Juli 1920 alsnog kinder-
toelage ontvangen, overeenkomstig de voor
dat tjjdvak geldende regeling
f. op de werklieden in 's Rijks dienst,
wier bezoldiging geregeld is in de loonre-
geling van de Rpkswerklieden, zullen de
onder b., c. en d. get oemde maatregelen
van toepassing zgn. Met het oog op de
toekenning van weekloon zullen ech'er de
onder c. en d. bedoelde bedragen eenigzins
gewjjzigd moeten worden en als volgt
luiden
c. de gehuwde Rijkswerklieden ontvan
gen, te rekenen van af 1 Juli 1920, een
toelage van j 1 per week voor eik kind
beoeden den leeftijd van 18 jaar;
d. de loonen van gehuwde Rjjkswerk-
lieden (uitsluitend manneD) zulien, te reke
nen vanaf 1 Oct. '20 ongeacht eventueele
kinderfoelage niet minder bedragen dan
30,60 per week in standplaatsen der le
kiasse, van 29,70 per week in standplaat
sen der 2e kiasse en van J 28,35 per
week in standplaatsen der 3e kiasse
g. voor de militairen en onderwpzers
zullen maatregelen van soortgelijke strek-
king worden genomen.
In het vertrouwen, dat de Staten-Gene
raal zich met deze voorzieningen zullen
kunren vereenigen, is de Regeering voor-
nemecs, de noodige maatregelen te treflen,
dat de betaliDgen, welke uit de hierboven
omschreven voorzieningen voortvloeien,
zeer spoedig zullen kunnen geschieden.
Supletoire begrootingen tot beschikbaar
stellen van de noodige bedragen worden
met den meesten spoed in gereedheid ge-
bracht en zullen, zoodra mogelijk, bij de
Tweede Kamer worden ingediend.
HET ENGELSCH U1TVOERVERBOD
VAN STEENKOOL.
Naar aanleiding van het bericht, dat de
Engelsche regeering den uitvoer van steen-
kool in verband met de mijnwerkersstaking
heeft verboden, en het bunkeren van steen-
kolen is stopgezet, hebben wij ons om in-
lichtingen gewend tot de Nederl. Stoom-
vaart maatschappijen, inhoeverre onze
■scheepvaart daardoor moeilijkheden zal on-
dervinden.
Naar men ons mededeelde zal de vaart
op Nederl. Indie daardoor geen hinder on-
dervinden. Men heeft met een uitbreken
van een mijnwerkersstaking rekening ge-
houden en daarom de verschillende kolen
stations ruim van kolen voorzien.
Ook de vaart naar andere werelddeelen
zal niet gestagneerd worden.
Wat de scheepvaart op Groot-Brittannie
en lerland betreft, ook deze meende de
maatschappijen te kunnen blijven voortzet-
ten. Kan men niet in Engeland bunkeren,
dan zal men dat in ons land of elders doen.
Hoewel moeilijkheden niet zullen uitblij-
ven, hoopte men toch de verbindingen in
stand te kunnen houden.
Men ontveinsde zich evenwel niet, dat
een langdurige mijnwerkersstaking zijn in-
vloed over de geheele wereld zal doen voe-
len.
EEN PARTIJFONDS VAN EEN
MILLIOEN.
Op een Vrijdag door het Centr. Couute
van Anti-Rev. Kiesvereenigingen gehouden
vergadering in Den Haag is nader bespro-
ken het plan van den Partijvoorzitter, den
heer H. Colijn, in de Deputatenvergadenng
van April jl. aan de orde gesteld, om door
een stevige actie in den lande gelden bijeen
te brengen voor den noodzakelijken uitbouw
der organisatie en de voortdurende propa
ganda der beginselen van de anti-rvolutio-
naire partij.
Uit de rente van dat kapitaal zullen al die
maatregelen bekostigd moeten worden, die
het C. C. noodig acht: intense propaganda,
het bijeenbrengen van materiaal voor lie
propaganda en voor een inlichtingenui-n i
ten behoeve van onze vertegenwoordigers
Kamers, Staten en Raden. Voorts zal de
stichting van den Kuyper-zetel aan de V. U.
voor de beoefening van het staatsrecht be-
langrijke uitgaven vragen.
In de namiddagvergadering had de s-a-
menstelling van de organisatie ad hoc en
beraadslaging over /le quota voor de kies-
kringen plaats.(N. H. Lit.»
BE TOESTAND.
Door de staking in de steenkoolmgnen
van Engeland, Schotland en Wales lag
Maandag het werk van meer dan een
millioen kolendelvers stil. Dnurt zjj langer
dan een week dan houdt meD er rekening
mede, schigft de N. R. Crt., dat millioenen
andere arbeiders tot werkloosheid gedwongen
worden. Deze getallen zgn voldoende om
een denkbeeld te geven van de groote be-
teekenis van bet conflict, dat, als net aan
de leiders alleen gelegen bad, wel te ver-
mjjdeu geweest zou zgn. Men hennnert
zich hoe de twee partgen in langdurige,
moeieljjke onderhandelingen, met tusschen-
komst van de regeering, steeds nader tot
elkaar gebracht waren tot er over het be-
middelingsvoorst-el om de loonsverhooging
van een vermeerdeiing van de productie
afhankelgk te maken, geen verschil van
meening meer bestond. A lies kwam .fcH
slotte nog aan op de uitspraak van bet
biezersvolk van de mijnwerkers en die heeft,
nadat velen, afgaande op den aunstigeD loop
van de onderbandelinger, de staking al
afgeschreveu hadden, de verrassing gebracht
dat de mijnweikers nie's van het com-
piomis wiiden weten. Tegenover dit
duidelijke votum konden de leider- uiets
anders doen dan de staking afKor.dig-n,
als zg zelven nitt alle leiding wiiden ver-
liezen. Men spreekt nu nog altijd van
bemiddelingspogingen, maar de machinerie
daarvoor is, bg een eenmaal begonnen
staking veel moeieljjker in beweging te
brecgen.
veroveren.
Nam en Gaw sprongen op en volgden
hun leider. Er viel niet te rekenen op de
duisternis om den vijand te verrassen.
Bijna vol was de maan, die achter den
anderen oever van den Grooten Stroom
op rees. Nu eens scheen zij bloedrood
over de lage eilanden, dan weer, was het
als rees zij achter een traliewerk, wan-
neer zij lichtte door de toppen der hoog-
ste populieren, of wel zij spiegelde zich
in de donkere golven, waar haar tlakke-
rend beeld nu eens herinnerde aan een-
bewegelijke wolk, dan weer voortkroop als
een geel koperen slang of statig deinde
als een slanke zw-aan; glanzend als een
schelp lag het watervlak, waar het door
het blanke manelicht werd bescheneti.
In het eerst snelden de Oulhamr voort;
zij kozen hun weg over getnakkelijk ter-
rein, waar het struikgewas kort was.
Naarmate' zij het kamp der Kzamms na
derden, matigden zij hun loop; zij gingen
evenwijdig aan elkaar op vrij grooten af
stand om een zoo groot mogelijk terrein
te bestrijken en toch niet omsingeld te
worden. Plotseling, toen zij een biezen-
stoel voorbij waren, zagen zij de vlam-
men flikkeren, heel in de verte; het hel-
dere maanlicht verbleekte hun gloed.
De Kzamms sliepen, drie wachters on-
derhielden het vuur en waakten. De Oul
hamr, die tusschen het struikgewas ver-
scholen lagen, bespiedden het kamp vol
afgunstige begeerte. O, als zij slechts een
vonk konden rooven. Zij hielden droge
takjes gereed, fijne twijgjes; het Vuur
zou niet meer sterven onder hun handen,
totdat ze het zouden kunnen bergen in
een korf van boomschors, van binnen
bekleed met platte steenen. Maar hoe
konden zij de Vlam bereiken; Hoe kon
den ze de aandacht afleiden van de
Kzamms, wier waakzaamheid verdubbeld
was, sinds de zoon van den Panter voor
hun wachtvuur verscheen?
Naoh sprak:
„Hoort. Terwijl Naoh stroomopwaarts
gaat langs den oever, moeten Nam en
Gaw op de vlakte om het kamp van de
Verslinders der Menschen dwalen. Nu
eens moeten zij zich verbergen dan weer
zich vertoonenV Als de vijand op hen
los stormen, moeten zij vluchten, maar
niet zoo snel als zij kunnen, want zij
moeten bij de Kzamms de hoop wekken,
dat zij de Oulhamr kunnen grijpen, op-
dat de vervolging lang dure. Nam en
Gaw moeten hun moed bijeen rapen, op-
dat hun vlucht niet te snel zijZij zul
len de Kzamms medevoeren tot bij den
Rooden Steen. Als Naoh daar niet is,
moeten zij verder trekken tusschen den
Grooten Stroom en het kamp der mam
moeths. Naoh zal hun spoor weervin-
den."
De jonge nomaden huiverden; het was
hard om" van Naoh gescheiden te zijn
in de nabijheid van de geweldige Kzamms.
Gedwee gleden zij tusschen het struik
gewas, terwijl de zoon van den Panter
den weg naar den rivieroever insloeg. Eeni-
ge tijd ging voorbij. Toen vertoonde Nam
zich onder een trompetboom en ver-
dween; daarop verhief de gestalte van
Gaw zich tersluiks boven het gras. De
wakers maakten alarm; de Kzamms ver-
rezen in de grootste wanorde onder luide
kreten en schaarden zich om hun leider,
een krijgsman van middelmatige grootte,
gedrongen als de holenbeer. Hij hief
tweemaal zijn knots omhoog, stiet een
rauw geschreeuw uit en gaf het sein.
De Kzamms vormden zes groepen, die
zich in een halven cirkel opstelden. Na
oh, die nog niet zeker van zijn zaak was
en zich onrustig voelde, zag hen verdwij-
nen; toen dacht hij aan niets meer dan
aan dit eene groote doel; de verovering
van het Vuur.
Vier mannen bewaakten het, zij waren
gekozen uit de sterksten van den stam.
Vooral een zag er schrikwekkend uit. Hij
was even zwaar van bouw als de leider,
maar langer, de afmeting van zijn knots
verried* zijn ontzettende kracht. Hij stond
in het voile licht. Naoh zag de geweldige
kaken, zijn oogen, die omsluierd werden
door harige bogen, korte beenen, drie-
hoekig van scheen en zwaar van kuit.
Ofschoon niet zoo forsch als hij, waren
de drie anderen toch ook -stevig gebouwd
zij hadden alien lange armen en harde
spieren.
Naoh had een gunstige stelling geko
zen: de lichte, aanhoudende avondwind
blies in zijn richting en dreef zijn lichaams-
reuk ver van de wakers; over; de savan
na zwierven jakhalzen, die. een scherpen
stank uitwasemden; hij had bovendien nog
de huid van een der verslagen jakhalzen
bij zich. Al deze omstandigheden veroor-
loofden hem om tot op zestig; vaam het
Vuur te naderen. Toen wachtte hij ge-
ruimen tijd. De maan rees boven de po
pulieren, toen hij zich oprichtte en zijn
krijgskreet uitstootte.
Verrast door deze plotselinge verschij-
ning, bleven de Kzamms hem aanstaren.
Hun verbazing duurde niet lang; zij hie-
ven gezamenlijk een gehuil aan en zwaai-
den hun steenen bijl, hun knots en hun
werpspies.
Naoh riep:
„De zoon van den Panter is gekomen,
over savanna's wouden, bergen en stroo-
men, omdat zijn stam het Vuur verloren
heeft.' Als de Kzamms hern toestaan eeni-
ge brandende stukken te nemen van hun
wachtvuur, zal hij zich zonder strijd te
rug trekken."
Zij begrepen die woorden in een vreem-
de taal evenrnin als het gehuil der wol-
ven. Toen ze zagen, dat hij alleen was,
dachten zij er alleen aan om hem te ver-
moorden. Naoh sprong terug, in de hoop,
dat zij zich zouden verspreiden en dat
hij hen ver van het Vuur £ou kunnen
lokken; zij stortten zich gezamenlijk naar
voren.
(Wordt vervolgd.)
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
brengen ter openbare kennis, dat de Raad dezer
gemeente beeft benoemd
tot leden van de commissie van bijstand in net
beheer <>n ondei-houd tier plaatselijke uierken en
eigendommen de heeren J. J. OE JAGER, N. A.
UAMELINK en G. DE R1DDER;
tot leden der tinancieele commissie de heeren
l>. O. GEENSEN. R. G. E. NOLSON en F. B. G.
DE ME1JER;
tot leden der commit"-' voor de strafvcrordeuingen
de heeren 11. J. COLSEN, F. B. G. 1>E MEI.1ER
en H. J. VAN DEN OUDEN.
Ter Neuzen, den 18 ()etober 1920.
Burgemeester-on Wethouders voornoeind(
HUJ^I*GA, Burgemeester.
U. 1. ZGNNEVIJLLE, Secretaris.
z'jn- -i